Skip to main content

Full text of "Atlas van Stolk"

See other formats


This  is  a  digital  copy  of  a  book  that  was  preserved  for  generations  on  library  shelves  bef  ore  it  was  carefully  scanned  by  Google  as  part  of  a  project 
to  make  the  world's  books  discoverable  online. 

It  has  survived  long  enough  for  the  copyright  to  expire  and  the  book  to  enter  the  public  domain.  A  public  domain  book  is  one  that  was  never  subject 
to  copyright  or  whose  legal  copyright  term  has  expired.  Whether  a  book  is  in  the  public  domain  may  vary  country  to  country.  Public  domain  books 
are  our  gateways  to  the  past,  representing  a  wealth  of  history,  culture  and  knowledge  that 's  often  difficult  to  discover. 

Marks,  notations  and  other  marginalia  present  in  the  original  volume  will  appear  in  this  file  -  a  reminder  of  this  book's  long  journey  from  the 
publisher  to  a  library  and  finally  to  you. 

Usage  guidelines 

Google  is  proud  to  partner  with  libraries  to  digitize  public  domain  materials  and  make  them  widely  accessible.  Public  domain  books  belong  to  the 
public  and  we  are  merely  their  custodians.  Nevertheless,  this  work  is  expensive,  so  in  order  to  keep  providing  this  resource,  we  have  taken  steps  to 
prevent  abuse  by  commercial  parties,  including  placing  technical  restrictions  on  automated  querying. 

We  also  ask  that  you: 

+  Make  non- commercial  use  of  the  files  We  designed  Google  Book  Search  for  use  by  individuals,  and  we  request  that  you  use  these  files  for 
personal,  non-commercial  purposes. 

+  Refrainfrom  automated  querying  Do  not  send  automated  queries  of  any  sort  to  Google's  system:  If  you  are  conducting  research  on  machine 
translation,  optical  character  recognition  or  other  areas  where  access  to  a  large  amount  of  text  is  helpful,  please  contact  us.  We  encourage  the 
use  of  public  domain  materials  for  these  purposes  and  may  be  able  to  help. 

+  Maintain  attribution  The  Google  "watermark"  you  see  on  each  file  is  essential  for  informing  people  about  this  project  and  helping  them  find 
additional  materials  through  Google  Book  Search.  Please  do  not  remove  it. 

+  Keep  it  legal  Whatever  your  use,  remember  that  you  are  responsible  for  ensuring  that  what  you  are  doing  is  legal.  Do  not  assume  that  just 
because  we  believe  a  book  is  in  the  public  domain  for  users  in  the  United  States,  that  the  work  is  also  in  the  public  domain  for  users  in  other 
countries.  Whether  a  book  is  still  in  copyright  varies  from  country  to  country,  and  we  can't  offer  guidance  on  whether  any  specific  use  of 
any  specific  book  is  allowed.  Please  do  not  assume  that  a  book's  appearance  in  Google  Book  Search  means  it  can  be  used  in  any  manner 
any  where  in  the  world.  Copyright  infringement  liability  can  be  quite  severe. 

About  Google  Book  Search 

Google's  mission  is  to  organize  the  world's  Information  and  to  make  it  universally  accessible  and  useful.  Google  Book  Search  helps  readers 
discover  the  world's  books  while  helping  authors  and  publishers  reach  new  audiences.  You  can  search  through  the  full  text  of  this  book  on  the  web 

at  http  :  //books  .  google  .  com/| 


Digitized  by 


Google 


)vl<tlB  otO  3  o  .  cJt'l 


te® 


HARVARD 
COLLEGE 
LIBRARY 


■^ 


Digiti 


zedby  Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


ATLAS  VAN  STOLK 


K AT  ALO  GUS 

DER 

HISTORIE-,  SPOT-  EK  ZINREPRENTEN 

BETREKKELIJK 

DE    GESCHIEDENIS  VAN  NEDERLAND 

VERZAMELD 

DOOR 

A.  YAN  STOLK  Cz. 

GERANGSCHIKT  EN  BESCHREVEN 

*  DOOR 

a.  YAN  RUN 


7 


VIERDE  DEEL 


AMSTERDAM 

FREDERIK  MULLER  &  Co. 

1901 


Digiti 


zedby  Google 


Digitized  by 


Google 


Digiti 


zedby  Google 


Digiti 


zedby  Google 


ATLAS  YAN  STOLK 


Digiti 


zedby  Google 


Digitized  by 


Google 


ATLAS  VAN  STOLK 


KATALOaUS 

DER 

HISTORIE-,  SPOT-  EN  ZINHEPRENTEK 

BETREKKELIJK 

DE  GESCHIEDENIS  VAN  .NEDERLAND 

VERZAMELD 

DOOR 

A.  YAN  STOLK  Cz. 

Oud- Majoor- Kommandant  van  het  korpê  Koninklifke 

ScherptehuUem  van  Rotterdam^  Officier  in  de 

orde  van  de  Eikenkroon,  Ridder  in 

de  Koninkl^ke  orde  van  ItaUê 

QERANQSCHIKT  EN  BESCHREVEN 

DOOR 

a  YAH  RUH 

AmbtetuMT  aan  het  archief  der  gemeente  Rotterdam 
VIERDE  DEEL 


AMSTEBDAM 

FRBDBRI&  MÜLLBB  &  Go. 

1900 


Digi-tized  by 


Google 


/\^J2Jt/v-^0  3<^-^l 


r 


HARVARO 

UNIVERSUM 

LIBRARY 


f  V 

!    r     ^\ 

i      \ 


Digiti 


zedby  Google 


VOORBERICHT. 


Nu  't  Vierde  deel  der  beschrgyiug  van  den  „Atlas  van 
Stolk"  het  licht  ziet,  ben  ik  verplicht  mg  te  verontschul- 
digen t^fenover  de  bezitters  der  vorige  deelen  over  de 
late  verschoning  Dit  deel  heeft  my  geleerd,  dat  alleen* 
wanneer  men  den  ganschen  tyd  aan  zulk  een  arbeid 
wgden  kan,  een  bewerking  mogelyk  is  als  ik  hier  heb 
trachten  toe  te  passen. 

De  katalogus  der  prentverzameling  in  het  Britsch  Mu- 
seum, in  dit  deel  meermalen  aangehaald,  heeft  mg  parten 
gespeeld.  Er  niet  aan  denkend  welk  een  enormen  tgd 
een  bewerking  als  de  daar  gevolgde  kost,  heb  ik  den 
„Lusthof  van  Momus*'  en  de  prenten  van  het  „Groot 
tafereel  der  dwaasheid'*,  die  bg  Muller  slechts  63  blad- 
zgden  innemen,  naar  dat  model  beschreven,  zoodat  ze  hier 
bgna  het  geheele  deel  vullen.  Is  het  een  bewgs,  dat 
Mnller's  beschrgving  nog  heel  wat  uitbreiding  toeliet, 
't  gaat  niet  aan  op  deze  wgze  den  arbeid  voort  te  zetten ; 
óók  omdat  het  gehalte  der  prenten  gaandeweg  minder 
wordt;  daarom  hoop  ik,  dat  het  volgend  deel  met  minder 
tosschenruimte  het  licht  zal  zien. 

Als  de  verzamelaars  en  prentbezitters  in  dit  deel,  waarin 
meer  dan  in  eenig  ander  verschillende  staten  van  een 
>^  zelfde  prent  beschreven  worden  (soms  tot  zeven  toe),  een 
^betrouwbaren  leiddraad  vinden,  danken  zg  dit  voor  een 
^  groot  deel  den  heer  C.  v.  Ommeren,  die,  korrektor  con 
%amare   met   scherpen    blik  de  proeven  zag,  zoodat  kleine 


Digitized  by 


Google 


YI  YOORBBBICHT 

verschillen  tusschen  het  origineel  en  de  kopie,  of  afwg- 
kingen  in  de  op-  en  inschriften  van  twee  of  meer  staten 
eener  plaat,  met  de  meeste  nauwkeurigheid  zyn  aange- 
geven. Overtuigd  dat  dit  deel,  zoowel  tegenover  de  voor- 
gaande als  de  nog  volgende,  de  meeste  moeilykheden 
opleverde,  niet  alleen  voor  den  korrektor  maar  ook  voor 
de  zetters,  vermeld  ik  hier  met  genoegen  de  namen  der 
twee  mannen :  H.  Rozeboom  en  T.  J.  Hey,  die  in  de 
drukkerg  van  den  heer  A.  Lasterie  te  Wageningen 
werkzaam,  zonder  grooten  kosten,  op  ongeëvenaarde  wyze 
technische  bezwaren  hebben  overwonnen,  welke  veel  moeite 
gaven,  terwyl  de  patroon  er  niet  weinig  toe  bydroeg  om 
te  zorgen,  dat  de  door  hem  aanvaarde  zaak  haar  reputatie 
behield,  die  zg  ook  onder  den  sedert  overleden  vorigen 
bezitter,  den  heer  M.  C.  Bronsveld,  ondanks  vele  moei- 
lykheden, handhaafde. 

RoTTwiDAM  1900.  G.  VAN  RIJN. 


Digitized  by 


Google 


BEREDENEERDE  BESCHRIJVING 


TAN    DEN 


ATLAS  „YAN  STOLK'' 


Afzonderiyke   prenten 

(Vervolg) 


1700.  Muller  (No.  3017  en  S.  No.  3017). 

3054.  „Esopus  in  Europa." 

Zie:  No.  3091  hierna. 

27  NoTember  1700.  Niet  bij  Muller  (No.  SOI  8). 

3055.  ^^Bdeg  en  ontset  \)an  Nerva  27.  nov,'  Nerva 
obsidione  Liberata  27.  nov,  1700."  —  y^Nerva  obsessa 
ac  liberata.^^ 

Inachriften  aan  weerszijden  Tan  het  borstbeeld  van  Karel  xii  koning^ 
van  Zweden,  door  de  Faam  gedragen.  Drie  kleinere  medaillons  met  de 
borstbeelden  yan  vroegere  zweedsche  koningen  hangen  onder  en  terzijde 
van  Karels  portret  Links  de  Oyerwinning?  als  zinnebeeldige  figuur, 
rechta  de  Gerechtigheid.  Over  den  geheelen  voorgrond  der  plaat  een 
hevig  gevecht.  Links  de  koning  te  paard.  Verder  naar  achter  de 
belegeringswerken,  de  stad,  enz.  Onder  de  plaat,  in  *t  midden,  in  9 
regels,  een  latijnsche  opdracht  aan  Karel  xii  van  R.  de  Hooghe.  Rechts 
de  uitlegging  der  cijfers  1—27  in  de  plaat  Links:  „Heldendaad  der 
8 weden",  enz.    Qravnre  in-plano,  naar  R.  de  Hooghe  door  P.  Schenk. 

31  December  1701.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  3019). 

3056.  „ïTie  Last  Speech  of  king  WiUiam^  to  His  Par^ 
liament  December  xxxi.  mdcci.** 

Opschrift  boven  de  aanspraak  aan  het  parlement,  in  twee  kolommen 
gegraveerd  onder  een  monumentale  eerepoort  roet  drie  bogen.  In  de 
middelste   een   inschriit  ter  eere   van   Willem   iii.    Gravure   door  „los: 

IT  1 


Digitized  by 


Google 


NOODLOTTIGE  VAL  BN  DOOD  VAN  WILLEM  IH     170» 


Nuiting'*   met  adres  Tan  „Charles  BilV'  en  de  erTen  Th.  Newcomb.     In 
de  aanTangsletter  der  aanspraak  het  borstbeeld  van  Willem  m. 

4  Maart  1702.  b.    Niet  bij  Muller  (No.  301»). 

3057.     ^^Verbeelding  der  droeve   Val  ter  lagt,  i)an   Wy- 

len    den    DooHughtigsten    Ch'ootmagtigsten   Vorst^   Wilhelm 

de  IIIj  By  der  gratie  Gods  Koning  van  Groot  Brittanjen^ 

etc.  etc.  etc.  den  4  Maart  1702.'* 

Onderschrift,  met  6-regeIig  ^ers,  gegraveerd  onder  de  afbeelding  yan 
Willem  III,  die,  door  één  persoon  van  achteren  ondersteund,  op  den  grond 
ligt,  terwijl  van  de  linkerzijde  andereu  ter  hulp  snellen.  Achter  den 
koning  diens  paard.  Op  den  achtergrond  de  jachtstoet.  Gravure  in-fol., 
door  en  met  adres  van  P.  van  den  Berge. 

4  Maart  1702.  Muller  (No.  3020). 

8058.     „Verbeelding  des  droeve  Vals",  enz. 

Latere  staat  der  plaat  onder  't  vorig  nommer  beschreven;  alleen  door 
de  hierboven  aangegeven  veranderingen,  in  't  tweede  en  vierde  woord 
van  't  onderschrift,  daarvan  verschillend. 

19  Maart  1702.  Muller  (No.  8022). 

3059.  „Verbeelding  der  (sic)  Stervende  Koning  vali 
Engeland,  Schotland,  Vrankryk  en  Yrland,  etc.  etc.  etc. 
Wilhelm  de  III.  den  19.  Maart  1702." 

Onderschrift,  met  6-regelig  vers,  gegraveerd  onder  de  afbeelding  van 
den  stervenden  vorst  te  bed  liggend.  Op  den  voorgrond  rechts  een 
weenende  dame,  links  een  drietal  grootwaardigheidsbekleeders  en  een 
hond.  Achter  het  ledikant  verscheiden  personen.  Gravure  in-fol.,  door  en 
met  adres  van  P.  van  den  Berge.  Pendant  van  No.  3057  hier  voren. 

19  Maart  1702.  Mullbb  (No.  3023). 

3060.  „Verbeelding  der  (sic)  stervende  Koning  van 
Engeland,  schotland,  Vranckryck  en  Triand,  etc.  etc.  etc. 
WUhelm  de  III.  den  19  Maart  1702". 

Onderschrift,  met  adres  van  „D' Weduwe  van  A.  Tangena",  gegraveerd 
onder  de  verkleinde,  tamelijk  nauwkeurige  kopie  der  vorige  plaat.  Daaronder 
in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  het  verhaal  van  't  overlijden,  met  opschrift : 
„Afbeeldinge  en  verhaal.  Van  het  droevig  en  ontjdig  Af^rven  van 
•  zyn  Koninklijke  Majesteyt  van  Qroot-Brittannien  Willem  de  Derde 
Hoogloffelijker  Memorie,  In  cUn  Heere  gerust  op  den  10^  van  Lente- 
maand, 1702."  Gravure  langw.  in-4".,  z.  n.  v.  gr.,  door  Muller  naar  dit 
exemplaar  beschreven. 

Waarschijnlijk  door  P.  van  den  Berge,  doch  de  prent  is  zoo  erg  opge- 
sneden, dat  het  moeielyk  is  den  vervaardiger  er  in  te  herkennen.  (K). 


Digitized  by 


Google 


1702  WATBRYLOED  -  BBGBAFBNIS  VAN   WILLBM   lU  3 

S  ea  6  April  1703.  Muller  (No.  3370). 

moet  zijn:  Na  Mui.lbb  (No.  3023). 

3061.  „Verbeelding  van  de  ongemeene  Hooge  Waater- 
yloed,  ^i  de  Groote  Schade  daar  door  geschiet,  tassche  den 
5  en  6  April  1702." 

Opschrift,  gegraTeerd  in  den'plaatrand  eener  zinneprent  op  dezen  water- 
Tloed,  een  vrouw  (de  Hollandsche  mangd)  voorstellende,  die  smeekend 
hoofil  en  rechterhand  ten  hemel  hefl,  terwijl  zij  met  de  linker  wijst  op 
een  kaart  der  geteisterde  streken.  Hechts  en  op  den  geheelen  achtergrond 
afbeelding  van  de  doorbraken.  Boven  de  plaat  een  opschrifl  in  boekdruk : 
„Verbeelding  van  de  ongemeene  hooge  waatervloed  In  Holland,  en  Polders 
en  Dorpen  van  dien,"  enz. ;  -een  12-regelig  vers  en  de  „Naamen  der  voor- 
naamste Steeden, . . .  door  deze  Watervloed  beschaadigt  en  ondergeloopen.", 
in  twee  kolommen,  eveneens  in  boekdruk,  er  onder.  Gravure  langw.  in-4*., 
met  adres  van  (en  door)  P.  van  den  Berge  te  Amsterdam. 

5  en  6  April  1702?  Niet  bij  Muller  (No.  3023). 

3062.  „Diö  beij  Schönhofen  in  Holland  tind  selhiger 
gegent  betrubte   Wasser  Huth.^* 

Opschrift  in  een  lint  in  den  rechterbovenhoek  eener  plaat,  waarop  een 
ondergeloopen  stad  en  omliggend  land  is  a%ebeeld.  Links  bovenaan  de 
stad,  onderaan  een  kamp  land,  waarop  een  hut,  eenige  menschen  en 
koeien.  Bechts  op  den  voorgrond  twee  daken  van  geheel  ondergeloopen 
huizen,  enz.  Slechte  afdruk  eener  afgesleten  plaat,  langw.  in-é^.,  z.  n.  v.  gr. 
Duitsche  gravure? 

28  April  1702.  Muller  (No.  302B). 

3063.  Begrafenis  van  Willem  III,  koning  van  Ingeland. 

Afbeelding  van  den  stoet,  in  zes  rijen  boven  elkaar,  gaande  naar  de 
Westminster-abdij  bovenaan  linka.  Gravure  langw.  in-4* ,  „P.  v  .d.  Berge. 
D:  et  P:"  Links  bovenaan  gemerkt  „fol.  174-". 

1650—1702.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  302«). 

3064.  ^^Histoire  de  Guiüaume  IIL  Roi  d' Angleterre^ 
d'EcossBj  de  France^  8f  d'  Mande^  Prince  d'  Orange^  8fc. 
^c.  8fc.  Contenant  Les  Actions  les  plus  memaraUes  de  sa 
Vxe^  8f  ce  qui  s'est  passé  de  plits  remarquaUe  depuis  sa 
ncassance  jusqiies  d  sa  mort.  Avec  plus  de  80.  Figures. 
Tomé  Premier.  A  Amsterdam^  Chez  Pierre  Mortier^  Libraire 
sur  Ie  Vygendam.  M.D.ocin.*' 

Titel  van  het  eerste  deel  van  een  werkje,  in  drie  deelen  kl.  in-8*.  Deze 
titel  is  in  rood  en  zwart  gedrukt,  de  beide  andere  alleen  in  zwart.  Op 
de  titelprent  van  het  eerste  deel  ziet  men  Willem  m  te  paard  naar  rechts, 
den  kommandoetaf  in  de  rechterhand,  het  naamc\jfer  W.  R.  op  de  pistool- 


Digitized  by 


Google 


[  LKVEN  VAN  WILLEK  IH  1702 

holster,  het  voratelijk  wapen  op  de  schabrak,  achter  hem  een  legerkamp 
en  vesting.  Verder  is  dit  deel  versierd  met  de  afbeeldingen  der  volgende 
medailles: 

„Tom.  1.  Pag.  5."  „Belgica  libertas  vigvit  virtvte  Wilhelmi'*.  Op  Willem  i. 

„Tom.  1.  Pag.  8."  „Pastorem  •  occidit  •  ne  vos  •  credite  •  Ivpo  •  "  Op 
den  moord  van  Willem  i^,  met  13-regelig  fransch  en  latijnsch  onderschrift 
in  boekdruk,  beginnende  „Cette  Medaille  fïit  &ite  k  cause  de  Tassassinat 
du  Prinoe."  De  medaille  is  in  twee  afmetingen  afbeeld. 

„Tom.  1.  Pag.  9"  „Mavrici*  avxilivm  prastans  victoria-  Bergis."  Op 
het  veroveren  van  Bergen. 

„Tom.  1.  Pag.  10."  „Predericvs-  Henricvs»  D*  Q-  princeps-  avraic 
comes*  nassavie".  —  „Amelia*  D-  Q*  princep      avrai-  comes*  solmen- 
SLs'*.  Op  Frederik  Hendrik  en  Amalia  van  Solms. 

„Tom.  1.  Pag.  11."  „Wilhelmvs  II*  D-  G»  princ*  avraic»  com- 
nass*  eC".  Op  Willem  n. 

„Tom.  I.  Pag.  20."  „Crimine  ab  uno  disce  omneis  (sic)  icdcl  xxx  Iulii'\ 
—  „Magnis  ezcidit  ausis  mdcl  vi  Novembris".  Op  den  dood  van  Wil- 
lem II,  enz.,  met  14^regelig  fransch  en  even  groot  latijnsch  onderschrift, 
aanvangende:  „Cette  Medaille  fïit  frapée  au  sujet  de  l'affiure  d' Amster- 
dam Sc  de  la  mort  de  Guillaume  second  Prince  d'Orange." 

„Tom,  I.  Pag.  21."  „Wilhelmvs  iii*  DG  princeps  aravs.  etc."  Eerste 
medaille  op  Willem  ni  met  1  O-regelig  fransch  onderschrift,  beginnend: 
„Voici  Ia  premiere  Medaille  qui  fut  fiiite  en  Thonneur  de  Guillaume  in. 
Prince  d'Orange." 

„Tom.  I.  Pag.  72."  „Nee.  sorte.  nee.  fato."  Met  19-regelig  fransch 
onderschrift:  ,.Cette  Medaille  fut  frapée  pour  la  nomination  du  Prince 
d'Orange  h  la  Charge  de  Stadhouder." 

„Toih.  I.  Pag.  91."  Afbeelding  van  twee  medailles  onder  elkaar,  met 
9-regelig  fransch  onderschrift:  „Ces  deux  Medailles  furent  faites  sur  la 
levée  du  Siege  de  Qroningue,  &  la  prise  de  Coëvorden."  In  de  plaat 
nog  gegraveerd :  ^fig :  99." 

„Tom.  I.  Pag.  114."  ,.a  DoMIno  Venit  paX  et  VICtorla  Lseta". 
Met  13-regelig  fransch  onderschrift:  „Cette  Medaille  fut  frapée  k  Amster- 
dam en  memoire  de  la  Paix  avec  l'Angleterre."  In  de  plaat  nog  ge- 
graveerd: „fig:  101." 

„Tom.  1.  Pag.  136."  „de  Oraef".  Op  de  inneming  van  Grave  door 
den  prins. 

„Tom.  I.  Pag.  195."  Medaille  met  13-regelig  fransch  onderschrift:  „Ce 
fut  pour  leur  Mariage  que  cette  Medaille  fut  frapée." 

„Tom.  I.  Pag.  203."  „Firmata  Neo  magi  pax  1678."  Medaille  met 
13-regelig  fransch  onderschrift:  „Cette  Medaille  fut  frapée  en  Memoire 
do  la  Paix."  (Je  Nimfegue).    hechts  bovenaan  „fio.  105". 

„Tom.  I.  Pag.  302."  „Terras  •  Astnea  •  reuisit."  Medaille  met  20-regelig 


Digitized  by 


Google 


1702  LBVBN   VAN   WILLBM  UI 


fransch    onderschrift:    „Oette  Medaille  fïit  frapée,  sur  Ia  decente  (sic) 
du   Prince  d'Orange  eu  Angleterre/'   enz.   In   de  plaat  nog:  ,.fig.  115. 

„Tom.  I.  Pag-.  342."  „Ter*  gedagtnis-  dat-  op-  de-  dagh-  der*  kro- 
ning •  de  waght  •  had  •  d  •  comp  •  van  •  d  •  h  •  B  •  Mvikens".  Medaille  met 
6-regeIig  fransch  onderschrift:  „Cette  Medaille  fut  &ite  k  Amsterdam  sur 
Ie  Couronnement  du  Roy  £&  de  la  Reine  d'Angleterre,"  enz.  Onderin  nog: 
M-   117." 

Al  de  hier\'oren  beschreven  medailles  komen  voor  in  Bizot,  Medülische 
historie  der  republiek^  enz.  Voor  zoover  er  echter  onderschriften  zyn  aan- 
gegeven, zijn  deze  er,  voor  dit  werkje,  in  boekdruk  onder  geplaatst. 

De  titelprent  van  het  tweede  deel  is  volkomen  gelijk  aan  de  hierboven 
onder  No.  2866  beschrevene,  alleen  luidt  het  tusschenschrifl  nu :  „Triomphe 
dv  roy.  Tom.  2.**  Ook  de  61  afbeeldingen  der  versieringen,  dddr  meer 
uitvoerig  vermeld,  komen  aan  het  eind  van  dit  deeltje  voor.  Verder  is 
het  nog  geïllustreerd  met  de  volgende  platen: 

Tom.  2.  Pag.  73.  Slag  bij  Fleurus.  1  Juli  1690.  Gravure  in-4®.,  door 
C.  Luiken. 

„Tom.  2.  Pag.  78."  Zeeslag  bij  Bevesier.  10  Juli  1690.  Gravure  in-é*., 
door  C.  Luiken. 

..£  3.  Tom.  2.  Pag.  84."  Doorwaden  van  de  Boyne  op  dne  plaatsen. 
12  Juli  1690.  Links  op  den  voorgrond  Willem  iii  en  eenige  ruiters, 
rechts  een  trompetter  en  een  tweede  persoon,  beiden  te  paard.  Gravure 
langw.  in-4*.,  door  J.  Luiken. 

In  deel  UI  zijn  de  volgende  platen: 

Titelprent.  Tegen  het  voetstuk  van  een  grafinonument  is  een  gevecht 
(de  slag  aan  de  Bo^'ne?)  afgebeeld;  terwijl  in  de  zuil,  die  daar  bovenop 
staat,  als  titel  gegraveerd  is:  „Histoire  du  Roy  Guillaume  Tom.  III.'' 
Op  het  voetstuk,  ligt,  op  een  kussen,  het  lijk  van  Willem  de  Derde, 
geharnast,  den  kommandostaf  in  de  rechterhand,  het  hoofd  naar  rechts 
en  gelauwerd.  Aan  weerszijden  van  de  zuil  veroverde  vaandels,  krijgstuig 
en  geboeide  vijanden.  Links,  vóór  het  monument,  een  vrouw,  rechts 
een  jonkske,  beidan  weenend.  Midden  op  den  voorgrond  's  konings  wapen. 
Gravure  in-8*.,  z.  n.  v.  gr.,  maar  door  J.  Luiken. 

„Tom.  8.  Pag.  1."  „Les  XVIL  Provinces  du  Pais-Bas  &cc:".  Kaart 
langw.  in-4*.,  z.  n.  t.  gr. 

,,Tom.  3.  Pag.  4."  ,.Liege  Ville  forte  et  Considerable,  Capitale  de 
TËveché  et  Seigneurie  de  Liege,"  enz.  9-regelig  inschrift  in  den  linker- 
benedenhoek, in  een  steen,  waarachter  een  krijgsman,  die  een  ander  man 
(Frankrijk)  terzijde  van  den  steen,  op  de  vlucht  jaagt. 

„Tom.  3.  Pag.  89."  „Le  Combat  de  Steenkerke ...  Ie  5  Aoust  Tan 
1692."  enz.  10-regelig  inschrift,  in  den  rechterbovenhoek  eener  terrein- 
kaart.  Gravure  langw.  in4^,  z.  n.  v.  gr. 


Digitized  by 


Google 


ö  LSYBN   VAN   WILLEM   UI  1702 

,,Wi1helmus  Henricus.  D.  G.  rex  Angli»  Frand».  &&.  Aiauno- 
nensum       Prinoeps.  etc.'* 

.,Maria  Stuart  D.  G.  Regina  angliie  FranciiB.  &&.  Araumonen- 
sutn       Princceps.  (sic)  etc'\ 

Twee  portretten,  in  medaillons  van  palmbladen,  naar  rechts  en  links, 
op  voetstukken  met  bovenstaande  inschriften  en  het  wapen  van  den  prins 
en  de  prinseë  midden  tusschen  de  onderschriften.  Links  onder  het  portret 
van  den  prins:  „Ex  Formis  P.  Mortier."  Bovenin,  in  de  hoeken  van  het 
portret  der  prinses:  „Tom.  3.'*  „Pag.  244."  Gravures  in-8". 

.,Tom.  3.  Pag.  288."  ,.Siege  de  Nameur  Par  Ie  Roy  Guiljaum".  Onder- 
schrift midden  onder  de  afbeelding  der  stad  en  vestingwerk^n ;  rechts 
op  den  voorgrond  „Ie  Roy  et  ses  generaux."  zooals  No.  1  in  de  verklaring 
der  cijfers  1 — 15,  aan  weerszijden  van  het  onderschrift  gegraveerd, 
aangeeft.  Gravure  langw.  in-4^,  z.  n.  v.  gr.,  maar  volgens  J.  Ph.  van 
der  Keilen  misschien  door  N.  Yiescher  de  Jonge.  (Muller  No.  2929  en 
S.  No.  2929). 

10  Juli  1«72— 23  April  1702.  b.    Niet  bu  Müllee  (No.  S02«). 

3065.     ^^Leven    en    oorlogs^daden,     van    Wilhem    den 

Derden  koning  van  Engdand^  etc.^^ 

Titel  in  een  gordijn  boven  in  de  titelprent  van  een  werkje  in-8*., 
waarvan  het  eerste  der  drie  deeltjes  den  volgenden  geboekdrukten  titel  heeft. 
Met  levm,  hedryf,  en  oorloffs-daaden  van  Wilhem  den  Derden,  koning  van 
Engeland,  Schotland.  Vrankrgk  en  Ierland j  prinee  van  Orangien,  enz. 
Vervattende  tyn  JStamhuyt;  als  mede  de  voornaamste  Staats-  en  Oor  logs 
<aaken,  .  .  .  tot  cgn  Sterf-hed  toe  voorgevallen.  Door  A.  Montanus,  En 
't  Eerste  Deel  vervolgt  door  G.  C.  .  .  .  Tot  Atnsterdam,  Bg  Jan  ten 
Hoorn,  .  .  .  1703.  Op  de  titelprent,  (door  J.  Luiken),  is  bovenaan  rechts 
de  koning  afgebeeld,  op  den  troon  zittend  in  het  Parlement;  in  een 
kleinere  voorstelling,  onderaan,  de  slag  aan  de  Boyne.  Behalve  met  een 
borstbeeld  van  „Wilhem  de  Derde  koning  van  Groot  Britannien.",  in-8*., 
van    voren,  in  medaillon,  is  dit  werk  versierd  met  de  volgende  platen: 

L  1.  „Zyn  Hoegheijd  de  Heer  Prinse  van  Orange  Wilhem  denderde, 
werd  tot  Stadhouder  Verkooren  den  10.  lulij  1672'. 

I.  2.  „Belegering  en  Veroveren  der  Stad  Grave,  den  28.  October  1674'." 

II.  1.  „Lyk  staatie  van  Maria  Stuart  Koninginne  van  Engeland". 
(Muller  8.  No.  2906  A). 

II.  2.  „Sterf  bed  van  Wilhem  Hendrik  de  Derde  Koning  van  En- 
geland". 

II.  3.  „Lyk  staatie  van  Wilhem  Hendrik  De  Derde  Koning  van 
Engeland." 

Behalve  deze  platen,  alle  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  doch  U:  1  en  S 
zeker  door  Luiken,  is  op  blz.  88  en  89  van  deel  II  de  voor-  en  keerzijde 


Digitized  by 


Google 


17CÖ  LBVKN   VAX   WILLEM   lU  7 

a%ebeeld  eeoer  medaille  op  de  Test-akte  en  de  Penale  wetten,  met  de 
randachriften:  ,,Libertas  conscientMB  hoc  monili  omata*'  en  ,,Res  immo- 
derata  cupido  est'*. 

«3  April  1702.  MüLLBR  (No.  8027). 

DozY  (No.  3027). 

30G6.     „Haarlem  in  rouw." 

Inschrift  in  de  plaat  onder  een  zinnebeeldige  voorstelling'  op  den  dood 
Tan  Willem  ni.  De  Haarlemsche  stedemaagd  zit  in  het  midden  der  plaat 
Toor  een  dorren  boom;  aan  één  der  takken  hangt  een  harp  (teeken  van 
rouw:  de  harp  aan  de  wilgen  gehangen);  links  van  haar  de  Faam  en 
bij  een  urn  een  engel  die  een  fiückel  uitdooft;  rechts  twee  engeltjes  de 
doodsklok  luidende:  een  urn,  speerbundels  en  een  ledige  koniDgsstoel. 
Deze  zinnebeeldige  groep  staat  in  een  vierkant,  dat  de  zaal  van  een  of 
ander  gebouw  moet  voorstellen;  waarschijnlijk  de  groote  zaal  van  't  stad- 
huis te  Haarlem,  waar  een  lijkrede  gehouden  is.  In  het  bovengedeelte  is  n.1. 
een  soort  van  plattegrond  afgebeeld,  waarop  de  zitplaatsen  aangeduid  zijn 
van  Oud-burgemeesteren  en  schepenen,  rechtsgeleerden,  de  redenaars- 
stoel,  enz.  Onder  de  plaat  een  vers  in  twee  kolommen,  in  boekdruk, 
met  opschrift:  „Haarlem  in  rouw  bekleed,  Over  het  droevigh  overlyde 
van  d'ujtneemenste  aller  Vorsten  en  Beschermer  des  Geloofe  Willem 
Hendrik  Koningh  van  Groot  Britangie,  Prince  van  Orangie,  &c.  Voor- 
gestelt  Aan  de  Edele  Qroot  Agtbare  Heeren  Burgemesteren  der  selven 
stad."  Qravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  door  R  de  Hooghe  (K),  met 
adree  van  P.  Persoy.  Muller  vermeldt  een  exemplaar  met  het  adres  van 
de  Wed.  A.  Tangena. 

28  April  1703.  MuLLBR  (No.  S029). 

3067.     „Vis     unita        fortior". 

Inachrifl  in  een  schild,  waarnaar  acht  handen  (Engeland  en  de  zeven 
provinciën?)  zich  uitstrekken,  in  het  rechterbovendeel  van  een  zinneprent 
op  den  dood  van  Willem  m  en  op  de  noodzakelijke  eendracht  tegenover 
Lodevrijk  xrv.  In  het  gedeelte  arm,  dat  zich,  evenals  bij  al  de  andere, 
bevindt  aan  de  tweede,  vijfde  en  zevende  hand  van  links  af,  staan  de  letters 
,  JL",  „G"  en  ,3" ;  mot  dit  woord  ,vAgh**  een  uiting  van  smart  over  's  prinsen 
dood  bedoelende.  Onder  het  schild  een  lijkkist,  waarop  de  koninklijke 
attributen  liggen,  met  het  inschrift:  „Monumentum.  Gvil.  maz.  Begis 
Britanis.*'  op  de  lange  zijde  en  het  naamcijfer  op  de  korte.  Uit  de  kist 
komt  een  stem:  „Coeant  in  foedera  dextrs."  Links  is  achter  eenige 
rotsen  een  krokodil:  „Lovis.  xiv/\  verborgen,  die  weent,  zooals  het 
26-regelig  vers  zegt,  dat  met  het  enkele  opschrift:  „Verklaring  dezer  print", 
in  drie  rijen,  in  boekdruk,  onder  de  plaat  gedrukt  is.  Op  den  bergweg, 
van  die  krokodillentranen  nat,  staat  „DiflBdendvm".  Een  man,  die  van  dien 
weg  afkomt  en   naar  deze  kist  loopt,  zegt:  „Malus  ubi  Sebonum  (sic, 


Digitized  by 


Google 


8  ONTWB&P    VAN   EEN   PBAALGEAV  Y00&  WILLEM  III       1702 

voor  se  bonum)  fingit,  est  pessimus."  Gravure  langw.  in-^.,  z.  n.  v.gr., 
met  adres  in  den  rechterbenedenhoek  der  plaat:  „a  Anuere  chez  Pierre 
Moren*'. 

1702.  Muller  (No.  3030). 

3068.  „Tombeaux  (sic)  de  GuiUiaume  UI™®  Roydela 
Grande  Bretagne,  du  Dessein  de  D.  Marot  son  Architecte." 

Onderschrift  onder  de  afbeelding^  van  een  ontwerp  voor  een  praalgraf, 
dat  nooit  uitgevoerd  ia.  Op  een  als  lijkkist  gevormden  steen,  waartegen 
de  slag  aan  de  Boyne  afgebeeld  is,  ligt  een  beeld  van  den  prins  op 
allerlei  oorlogstuig.  Aan  zijn  hoofdeinde  rechts  twee  gekroonde  vrouwen 
(Engeland  en  Holland?}  hem  beweeneud;  links  de  Faam,  die  zijn  lof 
uitbazuint.  In  de  zijde  van  de  nis,  waarin  dit  monument  staat,  zijn  in 
zes  medaillofiS,  meer  of  minder  duidelijk,  gebeurtenissen  uit  *s  prinsen  leven 
afgebeeld.  Onderaan  aan  weerszijden  een  engel  's  vorsten  leven  beschrijvend. 
Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  (door  Marot  zelf?)  De  plaat  komt  als  titelplaat  voor 
in  een  H.  S.  van  K.  van  Alkemade  en  P.  van  der  Schelling:  Besckriivitig 
en  Afbeelding  tan  de  JEer-  en  Praal-bedden  der  Land-  en  Zee-helden,  die 
wel  tan  'tVaaderland  terdient  hebbende,  en  op  ' t  led  tan  Ber  gestorte» 
ziinde^  Op  s' Lands  kosten  met  openbaare  Eerteeiens  tereewigt  tiin." 
Ongelukkig  is  het  meerendeel  der  ruim  40  afbeeldingen,  die  oorspronke- 
lijk in  dit  H.  S.  behoorden,  er  uitgescheurd,  zoodat,  de  vermelding  waardig, 
er  alleen  nog  in  over  zijn:  „Tombe  ofte  begraefplaets  derprincen  van  Orange." 
in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  (door  C.  Decker),  „Pt.  Smith.  exc."  (N.  b.  M.).  Grafsteen  van 
,,Jacob  van  Brouckhoven"  in  de  Pieterskerk  te  Leiden,  teekening  in-4".; 
van  „lacob  Delff",  in  de  Oude  kerk  te  Delft,  teekening  in-4".  1729;  van 
Jacobus  de  Brauw,  heer  van  Ketel,  „J:  Blommendael  fccit  Anno  1664>", 
teekening  in-4*;  van  Theod.  Graswinckel,  in  de  groote  kerk  te  'sHage, 
teekening  in-8*.  1739 ;  van  Elisabeth,  dochter  van  Mamix  van  8t.  Aldegonde, 
teekening  in-4*.  1730;  van  Johannes  Coccejus  in  de  St  Pieterskerk  te 
Leiden,  teekening.  Al  de  teekeningen  zijn  door  W.  van  Lely  (1729 — 1730). 
Tekst  van  C.  v.  Alkemade  en  P.  v.  d.  Schelling. 
1702.  Niet  bu  Mullbr  (No.  3030). 

3069.  „i>tt*s  Wiüiam  de   dapp're    hdd/  beroemd  door 

{moed  in  't  ooriogsvdd/ 
Die   in   zyn   laetste   veertien   jaeri   de  brit  ten 
(vorst  en  vader  voaer^ 
Opschrift   boven   een  houtsnede,  langw.  in-S**.,  een  ruiter  voorstellende 
wiens  steigerend  paard  bij  den  teugel  wordt  geleid  door  een  page.    Het 
plaatje   komt  voor  in  een  boek  in-*",  getiteld :  Oroot  prenten-boek^  of  het 
termaak   der  jonkheid;   bestaande  in  over  de  tier  honderd  toorten  tan  af- 
beeldingen  en  figvmren;  .  .  .    Op  Nieuw  Bereymd,  Te  Amsteldam,  By  B. 
Koene,    Boekdrukker,  in  de  Boomstraat  1823.    Op  den  titel  boven  het 


Digitized  by 


Google 


170S  AANSLAG   OP   NIMWEGBN  9 

adres  een  vignet  beter  gesneden  dan  al  de  andere  platen,  door  „A.  Streip", 
wiens  naam  in  den  linkerbenedenhoek  staat.  Het  meerendeel  der  hou^ 
gravures,  die  hierin  yoorkomen,  is  zeker  van  't  begin  der  18e  eeuw  en 
naar  ik  meen  is  het  boekje  in  zijn  geheel  veel  vroeger,  laatst  der  17e 
eeuw  reeds  uitgekomen.  Enkele  andere  plaatjes  dan  het  hierboven  ge- 
noemde, dat  op  G  4  verso  staat,  komen  er  nog  in  voor,  die  vermelding 
verdienen;  lóó  b.  v.  op  C  1  recto  een  driekoningenfeest;  D  é  recto  een 
arquebusier,  trommelslager  en  piekenier;E8  verso  twee  monsters,  waarvan 
er  een  reeds  voorkomt  op  een  Ide-eeuwsch  pamflet,  F  8  recto  inwoners 
van  Nieuw  Nederland;  F  4  verso  de  haringbuis;  H  1  verso  de  trekschuit; 
I  2  recto  een  Groenland vaarder;  I  4  verso  Friesen;  K  3  verso  een  kwak- 
zalver; K  3  recto  vurende  en  marcheereude  troepen;  K  4  verso  een 
zeeslag: ..  ,.Neerland8  volk  bevogt  op  franc  en  brit  victorie.'';  L  4  verso 
koorddansers;  M  1  verso,  beleg  van  Groningen  door  Barend  van  Galen; 
enz.  Alle  houtgravures  z.  n.  v.  gr. 

1702.  Muller  (No.  3031). 

3070.  „Theatrum  bellicum,  incipiens  a  Carolo  II  His- 
panianim  Kege  ad  Carolum  IIL"  enz. 

Zie :  Na  Muller  No.  3712. 

I7ü2.  ^  ^  ^  Mulleb  (No.  3274^). 

3071.  „Praelium  in  Belgio."  enz. 

Zie:  No.  3089  hierna. 
5  en  6  April  1702.  Muller  (No.  327«). 

3072.  „Verbeelding  van  de . .  .  Hooge  Waatervloed,"  enz. 

Zie:  No.  3061  hier  voren. 
11  Juni  1702.  Muller  (8.  No.  3284  A). 

3073.  „Aenslagh  op  Ngmegen  mislukt  op  den  II 
Juny  1702.  Door  het  Leeger,  van  de  voomaemste  Hooft 
-Troupes,  vande  Konink  van  Vrankryk:  onder  het  beleyt 
van  Buffler,  Hertogh  van  Bourgonie,  Duck  de  Meine 
etc :  etc :  soekende  het  Leeger  vande  Staet,  ende  des  selfs 
Gealieerde,  onder  de  Grave  van  Athelone,  vande  selve 
Stadt  affce  snjde,  'twelck  nogh  inde  werke  quam;  so  als 
hier  boven  verheelt  staet". 

Op  den  voorgrond  en  tot  ver  over  het  midden  der  plaat  ruiterij ;  daar- 
achter Nimwegen  in  profiel ;  geheel  op  den  achtergrond  verscheiden  dorpen. 
Gekleurde  gravure  in-plano,  door  ,.Mattb.  Berkenboom",  met  bovenstaand 
onderschrift.  Door  Muller  naar  dit  exemplaar  beschreven. 
2«  Juli  1702.  Muller  (S.  No.  3286  A). 

3074.  „Ter  intrede  Van  den  doorlugtigste  en  groot- 
magtigste  Vorst  Frederik  de  Eerste,  koning  van  Prujssen, 


Digitized  by 


Google 


10  TBNLO   -   ZILVBEVLOOT   BIJ    VIGOS  1702 

keuryorst   van  Brandenborg,  &c.  Sbc.  &c.  Binnen  Amster- 
dam, den  26  July  1702/' 

Ooderschrifl  én  l^-regelig  vers  van  A.  Alewijn,  in  boekdruk,  onderde 
afbeelding  van  de  ontvangst  van  dien  vorst.  Links  op  den  voorgrond 
Frederik,  in  'toogloopend  klein,  met  eenige  heeren  van  zijn  gevolg; 
rechts  de  burgemeesters  de  Roever,  Witsen  en  van  Teylingen  hem  be- 
groetend. Achter  hen  't  jacht,  waarmede  de  koning  aankwam.  Geheel  op  den 
achtergrond  de  Hoogesluis  (brug) ,  met  een  menigte  toeschouwers.  Gravure 
langw.  in-fol.,  naar  en  door  P.  van  den  Berge.  Muller  beschrijft  onder 
bovenstaand  nommer  het  exemplaar  van  het  archief  der  Genie  te 
's  Gravenhage,  terwijl  hij  de  prent  in  Deel  I  onder  No.  3016  reeds  foutief 
vermeld  had  op  1700. 

28  September  1702.  Niet  bij  Mullbb  (No.  8286). 

3075.  ,,Venloo'\ 

Dit  inschrift  staat  in  een  plattegrond  der  stad  met  hare  vestingwerken, 
terwijl  bovenin,  door  een  lijn  van  den  plattegrond  gescheiden,  links  een 
vijfregelig  hollandsch-,  rechts  een  even  groot  fransch  relaas  omtrent 
de  lotgevallen  van  deze  stad  is  gegraveerd.  Gravure  groot  langw.  in-4*., 
..Ex  Formis  Ca  , '  Allard  Amstelo-Batavi  Cum  Privilegio  ere." 

22  Oktober  1702.  Muller  (No.  8290). 

3076.  „Caarte  vande  Baij  en  Have(n)  van  Vigos,  en 
vant  veroveren  en  Ruineren  der  france  Schepen  en  Spaanse 
Galioenen  door  de  Geconbineerde  Vloten." 

Gezicht  op  de  baai  en  een  deel  van  het  omliggend,  zeer  bergachtig, 
terrein.  De  fransche  en  spaansche  vloten  ten  anker  in  de  door  een 
,.gekettingde  Barrière"  afgesloten  haven.  Op  den  voorgrond  schepen  van  de 
gecombineerde  vloot.  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  Anna 
Beek  in  den  rechterbenedenhoek,  onder  de  draperie,  die  door  twee  en 
geitjes  vastgehouden  wordt  en  waarin  bovenstaand  inschrüt  en  de  verkla- 
ring der  letters  A—Q  gegraveerd  is.  Hierbij  ook  een  gekleurd  exemplaar. 

22  Oktober  1702.  Muller  (No.  3291  en  S.  No.  8291), 

DozY  (No.  8291fl). 

3077.  „Glorievse  Expedition  des  Anglois  et  des  Hol- 
landois  a  Vigos." 

Opschrift  boven  een  uitvoerige  voorstelling  van  dit  zeegevecht.  Onder- 
aan, in  *t  midden  der  plaat,  een  kaartje,  waarboven:  .,Opdoening  der  kust 
van  Vigos  in  Gallicién."  Aan  weerszijden  van  het  kaartje  eenige  per- 
sonen, kisten  ^met  zilver?)  dragende,  enz.  Gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  gr., 
volgens  Muller  zou  „R.  d'Aldana*',  in  den  linkerhoek  van  het  kaartje, 
synoniem  met  R.  de  Hooghe  zijn,  Dozy  verbetert  dit  echter,  daar  het  de 
naam  eener  rivier  is.    Exemplaar  zonder  de  uitlegging. 


Digitized  by 


Google 


1702  ZrLVBETLOOT   BIJ   VIG08  11 

22  Oktober  1702.  Muller  (8.  No.  3292  Ai). 

3078.  „Die  lang  gehoffte  aber  in  Wasser  nnd  Feur 
verkehrte  Silber=Freude." 

Opschrift,  op  een  losse  strook  gedrukt  en  geplakt  boven  de  afbeelding 
van  het  nemen  der  zilvervloot  bij  Yigos.  Links  de  vloten  en  de  baai; 
rechts  de  kust  Uit  eenige  in  het  rechterdeel  aangebrachte  figuren  en 
personen  is  het,  evenals  uit  het  opschrift,  duidelijk,  dat  het  tevens  een 
spotprent  is  op  de  Spanjaarden  en  hun  verlies.  Op  den  voorgrond  ziet 
men  aan  de  rechterzijde  een  steen  blok,  waarop  een  8-regelig  latijnpch  vers  is 
gegraveerd.  Links  daarvan  vraagt  een  Franschman  aan  een  Spanjaard 
,J)e  l'Argent  pour  Tamour  de  Dieu.",  deze  antwoordt  „Le  Diab  Ie  delü 
Va  emporté".  Achter  den  steen  komt  een  man  aandraven  met  een  brief, 
die  't  verlies  melden  zal,  zeggende:  „Des  nouvelles  voyez  la  source'\ 
Bechts  vóór  den  steen  twee  lieden  die  op  het  hooren  der  tijding  zeggen : 
,,Point  de  Ia  Bourse,  point  de  la  Dance.'*  en  „Point  des  sots  pour  la 
France."  Hierboven  drie  engeltjes,  die  even  zooveel  medaillons  vasthouden. 
No.  1  heeft  tot  randschrift:  „Voor  de  Neus  weg."  en  vertoont  een  man, 
met  kroon  op,  die  zwemmend  een  appel  tracht  te  bereiken,  welke  aan 
een  tak  over  't  water  hangt  2.  „In  portu  carere."  (zinspeling  op  Porto 
Carrero?),  met  twee  schepen,  waarvan  het  een  in  het  ander  wordt  over- 
geladen. 3.  ..Naerd  het  heete  Baad."  (sic).  Links  bovenaan  een  lint,  met 
inschrift:  ,,De  durlang  (sic,  voor  eerlang)  Gehoopte,  maer  in  Water  en 
Nacys  (sic)  veranderde  Silver- Vreugde."  Links  onderin  een  lint,  dat  ver 
over  het  midden  der  plaat  reikt,  met  een  uitlegging,  die  een  hollandsche 
wil  zijn,  der  letters  A — M  en  a — e  in  de  plaat  Op  een  a&onderlijke 
strook  dezelfde  verklaring  in  't  hoogduitsch,  maar  vermeerderd  met  die  van 
de  cijfers  1 — 3  der  medaillons  en  met  een  Sregelig  versje,  in  boekdruk,  in 
drie  kolommen,  door  lofwerk  van  elkaar  gescheiden.  Gravure  in-plano, 
.,Pieter  van  Geulen  se." 

Indien  Huilers  opgave  onder  a  goed  is  en  er  dus  bij  hem  in  de 
prent  staat:  ,J>e  eerlang  gehoopte...  Silvervreugde",  dan  is  de  hier 
aanwezige  een  andere  gravure  (duitsche  kopie?  van  zijn  plaat). 

22  Oktober  1702.  Mullkb  (No.  3033*). 

3079.  „Weil  die  vereinigte  Flotte  der  Engel //ü.  Hol- 
lander A?  1702.  auf  denê  Kusten  vo  Cadix  Kreazete, 
muste  die  so  lang  ü.  sehnlich  erwartete  West^-Indianische 
Silber  Flotte  nnter  de'  Französ.  Admiral  Hz.  vo  Chateau- 
regnant  einê  andem  Lauff  nehmë,  ü.  zu  Yigos,  einem 
Seebafen  in  Gallicien,  an  Land  fahren:"  enz. 

Gedeelte  van  een  negentienregelig  inschrift  in  een  cartouche,  die  deel 
uitmaakt  van  een  sierlijk  randwerk  om  de  afbeelding  van  het  nemen  der 
vloot    Links  van  de  cartouche  een  Spanjaard,  treurend  over  *t  verlies  die 


Digitized  by 


Google 


12  ZILVEBTLOOT   BIJ   VIG08 


1702 


getroost  wordt  door  Frankrijk,  naast  hem  afgebeeld  als  een  vrouw  met 
de  koDÜi^kroon  op  't  hoofd,  den  scepter  in  de  hand  en  in  een  met  leliën 
bezaaid  kleed.  Hechts  staat  Merkurius,  aanziende  hoe  een  matroos  kisteo 
(zilver?)  aandraagt  en  een  koopman  bezig  is  ze  te  verzetten.  Bovenin  de 
plaat  is  in  een  tweede  cartouche  een  kaartje  van  Yigos  en  omstreken 
gegraveerd,  aan  weerszijden  daarvan  een  zinnebeeldige  figuur.  Op  het 
schild  van  Bellona.  die  links  zit,  staat  het  boi-stbeeld-,  op  dat  van  Mars, 
rechts  afgebeeld  het  naamcijfer  van  Karel  iii  van  Spanje.  Gravure  in-plano, 
waarin  rechts  van  den  Spanjaard  staat:  „P.  Decker  lun:  del:"  terwijl  er 
onder  is  gegraveerd  „Paulus  Decker  Archit:  Inv:  et  del:  Ornament." 
..lühanu  August  Corvinus  Sculpsit"  met  adres  van  ,,Ieremias  Wolff"\ 
,.Aug.  Vind:'"  De  prent  is  in  den  rechterbeuedenhoek  gemerkt  „6"  en 
maakt  deel  uit  van  de  serie  door  Muller  onder  bovenstaand  uommer 
beschreven,  met  den  titel:  ,,Der  Spanische  Successions  Krieg"  enz.  Daar 
van  deze  serie  alleen  deze  plaat  hier  aanwezig  is,  meende  ik  beter  te  doen 
haar  hier  op  den  datum  der  voorgestelde  gebeurtenis  te  plaatsen. 

23  Oktober  1702.  Niet  bu  Mulleb  (8.  No.  S29S  Ai). 

3080.  „  Wahre  Ahbüd  =  und  Vorsteüung  Des  See  =  Ha- 
vens hey  Yigos  I  Woselhsten  die  Engel  =  und  HoUdndisdie 
Schiff  =  Armada  die  Französisch  =  und  Spannische  ange- 
griffen/  selbige  totaliter  geschlagen  und  die  aUbereit  emge- 
langte  Silber  =  Flotte  mehrentlieils  erobert  haben.  Creschehen 
den  22.  Octobris  1702." 

2iesregclig  opschrift,  in  boekdruk,  boven  een  gezicht  in  vogelvlucht  op 
de  haven,  met  de  fransche  en  spaansche  vloot,  de  stad,  en,,GallicieReg^ 
Pars",  rechts;  de  zee  .,0ceanu3"  met  de  blokkeerende  hoUandsche  en 
engelscho  schepen,  links.  In  den  linkerbenedenhoek  een  a&onderlijk 
kaartje  van  „Gallici©  Pars",  van  .,8^  Jago  di  Compostella"  (bovenaan) 
tot  „P.  de  lima"  onderaan.  Naast  dit  kaartje  zit  een  treurend  Spanjaard. 
Ouder  de  preut  drie  kolommen  tekst  en  ,,Erklftrung  des  Kupffers,'*, 
letters  A — G.  Duitsche  gravure,  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres 
van  „Joh.  Jonathan  Felszeckers  sel.  Erben",  te  Nürnberg. 
22  Oktober  1702.  Müllbr  (No.  3294-*). 

3081.  „Matroos  in  Vreugd." 

Inschrifl  in  dezelfde  plaat,  welke  door  Muller  onder  No.  2866d  beschreven 
wordt.  Dit  is  echter  geen  andere  staat  van  2S66a,  maar  een  kopie  van  de 
origiueele  plaat,  waarvan,  naar  ik  vermoed,  de  hiervoren  onder  No.  2895 
beschrevene  (Muller  No.  2866r),  de  eerste  en  Muller  2866d  een  latere  staat  is. 
Het  vroegere  inschrift  ,,Canailje  'tcanaal  uyt."  is  nog  zeer  goed  te  lezen, 
al  heeft  men  getracht  het  onleesbaar  te  maken  door  er  grasplanten  en 
goudstukken  overheen  te  graveeren.  Links  op  den  achtergrond  heeft  men 
er  het  woord  „Yigo"  bygezet,  om  de  plaat  voor  het  tegenwoordig  doel 


Digitized  by 


Google 


1709  SPOTPBBNTBN   OP   VIGOS  13 

pasklaar  te  maken.  Ooder  de  plaat  een  hollandseh  yerhaal  in  twee-  en 
een  fransch  in  drie  kolommen,  met  opschriften:  ,,Matrood  in  Treugd", 
enz.  en  ,  JBelation  de  la  Victoire  . .  .  .  a  Vigo.",  alles  in  boekdruk.  Gravure 
lang^.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 

23  Oktober  1703.  Mdllbb  (No.  8205  en  S.  No.  3205). 

3082.  „Vygos  Cagados." 

Opschrift  op  een  kist  (de  schatkist?),  waarop  twee  ratten  zitten  bij  de 
openingen,  waarboven  staat:  „voor  de  pagadoor",  „voor  de  financier". 
Links  van  die  kist  zit  een  Spanjaard  met  afgestreken  broek;  rechts  een 
bijna  naakt  Franschman,  die  door  een  „Qrande  Clisterio"  en  „Lavement 
trop  lort"  ieder  een  vloot  ontlasten.  Boven  hen  een  ezel,  die  vijgen 
(zinipeling  op  Yigos)  kwijtraakt  De  ezel  is  beladen  met  een  kist  en  een 
mand  met  geld  en  goud,  waarvan  de  matroos,  die  bij  den  kop  van  den 
ezel  staat,  reeds  een  hoed  vol  en  een  tweede  persoon,  links  van  den  ezel,  zijn 
broekzakken  gevuld  heeft.  Iets  lager  is  een  hollandseh  matroos  bezig  een 
welgevulde  kist,  waarop  men  leest  „N  R.  Por  el  Rey",  open  te  hakken; 
achter  dezen  het  strand,  waarop  een  menigte  kanonnen,  en  de  zee  met  de 
afbeelding  van  den  slag.  Rechts  zakken  en  kisten  met  geld.  Daar  boven 
een  man  op  een  haan  (Frankrijk)  en  een  ander  op  een  haas  (Spanje?); 
achter  hen  8t  Jago.  Onder  de  plaat  een  hollandseh  vers,  in  boekdruk,  in 
twee  kolommen,  met  opschrift:  „Matroosen  victorie.  Opgedraagen  aan  de 
Franse  en  Spaanse  Admiraals."  Gravure  langw.  in-é^,  z.  n.  v.  gr.,  maar 
door  R.  de  Hooghe.  (K).  (Stephens,  Oit.  Brit.  Mus.  No.  1425). 
22  Oktober  1702.  Muller  (No.  329C). 

3083.  „De  ban  en  arrier-ban  in  zee". 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  een  spotprent  op  het  nemen  der  zilver- 
vloot bij  Vigos.  Achter  den  koning  van  Frankrijk,  in  vier  rijen  boven  elkaar, 
verschillende  personen,  evenals  hij,  op  een  zeegedrocht  gezeten.  Links 
op  den  voorgfrond,  onder  een  rotsblok,  de  fransche  en  spaansche  monarchie, 
door  ééne  vrouw  verbeeld,  die  op  een  tabouret  zit.  Aan  de  rots  hangen 
glazen,  een  flesch,  een  mand,  een  anker,  enz.  Links  op  den  achtergrond 
de  baai  van  Vigos;  rechts  o.  a.  een  standbeeld  van  Lodewijk  xiv.  Gra- 
vare  in-plano,  z.  n.  v.  gr.  Onder  de  plaat  een  verklaring  der  cijfers  1—38, 
ia  zes  kolommen,  in  boekdruk,  met  gefingeerd  adres  van  Jan  Vendu, 
tot  Brussel.  (Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1426). 

22  Oktober  1702.  Niet  bij  Muller  (No.  3290). 

DozY  (No.  3290  B). 

3084.  ^^Batavus  ad  Vigos  Fidminans.^^ 

^^Dat  u  de  bliksem  treffe^  ö   VigoSy  die  Euroop, 
Het    Spaansche  süver  uit  haar  ermen  meend  te 

{rukken. 


Digitized  by 


Google 


14  VUÜKWBEK   NA    DB   OVERWINNING   BIJ   VIGOS 


1702 


Sie   daarl   de    vloot  in  brandy  uw  houte  muur 

{aan  stukken; 
Het   silver  prys:  sie  daar  in  duigen  Vrankryks 

{hoopr 

ODderschrift  onder  een  zinneprent  op  den  zeeslag  bij  Vigos.  Op  het  dek  van 
een  schip,  op  den  voorgrond,  staat  een  man  met  uitgetogen  zwaard ;  achter 
hem  ziet  men  de  brandende  vloot.  In  den  rechterbovenhoek  een  kaartje 
van  een  gedeelte  van  Spanje;  in  den  linkef  een  inschrift:  „Classis  h«c 
argentea,  vulcano  tradita  22  Octob.  1702."  Gravure infol., door P.  Schenk. 
Deze  plaat  behoort  bepaald  tot  een  serie  en  is  in  vorm  tamelijk  gelijk 
aan  de  platen  uit  den  Koninklijken  Almanack. 

IS  December  1702.  Muller  (No.  3297). 

3085.  „Afbeeldinge  van  de  viiür  Wercken  door  haar 
Hoog  Moogende  Heeren  Staten  General  der  Vereenigde 
Neederlanden  geordonneert  ter  occasie  der  Heerlicke  suc- 
cessen van  derselver  Wapenen  nevens  die  van  hare  Hooge 
Qeallieerdens  tegens  Vranckr^ck  ende  spange  inden  Jare. 
1702."  —  „Representation",  etc. 

Onderschrift,  met  uitlegging,  in  het  hollandsch  en  fransch,  der  letters 
A — H,  a — e  en  F,  die  echter  in  de  plaat  niet  voorkomen,  onder  de  af- 
beelding van  dit  grootsche  vuurwerk,  dat  te  oordeelen  naar  de  grootte 
der  daar  omheen  a%ebeelde  schepen,  nergens  dan  in  één  der  havensteden 
zou  kunnen  zijn  a%estoken,  maar  waarvan  No.  3092  (zie  lager)  een  juister 
voorstelling  der  onderlinge  verhoudingen  geeft.  Gravure  in-plano,  door 
D.  Marot. 

13  December  1702.  Mulleb  (No.  3298). 

du  feu 

3086.  „Les  hoit  grand  Tableaux  illuminée  d'  Artifice 
Represententles  Gonquéstes:  ramportee  sur  la  France  et 
L*Ëspagne  par  les  Armes  des  Hauts  Alliez  en  1702." 

Eerste  onderschrift,  tevens  algemeene  titel,  van  de  acht,  gegraveerd 
onder  even  zoovele  voorstellingen,  door  Muller  onder  bovenstaand 
nommer  vermeld,  van  overwinningen  a%ebeeld  op  den  tempel  van 
het  vuurwerk,  in  het  vorig  nommer  beschreven  waarvan  er  hier 
slechts  zeven  aanwezig  zijn,  daar  Vigos  ontbreekt  Drie  van  deze  zeven 
hebben  de  volle  breedte  en  een  latijnsch  inschrift  van  vier  regels,  de 
andere  vier  zijn  twee  aan  twee  zoo  breed  als  één  dier  drie  en  hebben 
zes  regels  latijn  bovenin.  ^il 

„Stephani.  insula.  vi.  non.  occioiOGOn*'  —  „Sancti.  Donati.  caatel- 
lum  XIV.  Jun.  cioioooii"  —  „Hulstum.  prid.  non.  sept.  oioiocxni"  — 
„Caesaroverda.    xvi.    kal.    Juloiaiooon"    —    „Venloa.    ix.    kal.   octobr. 


Digitized  by 


Google 


1703  8P0TPRBNT   OP   CONSTANTIJN   VAN   STEERBVBLT  15 

0i3i3ccn*'  —  „Kuremunde.  ipsis.  non.  octobr.  cioiocoii"  —  „Leodium.  x. 
kal.  Novembr.  cioioccii."  Gravures  in-4* ,  door  D.  Marot,  die  eigenlijk 
als  detail-platen  behooren  bij  het  voorgaand  nommer  en  waarvan  hier 
een  gekleurd  en  een  ongekleurd  stel  aanwezig  is. 

13  December  1702.  Muller  (No.  3300). 

3087.  Vuurwerk  op  last  der  Staten  van  Holland  en 
Westvriesland  op  den  Vy  verberg  te  's  Gravenhage  afge- 
stoken ter  viering  van  de  overwinning  bg  Vigos. 

Zeer  uitvoerige  prent    Aan   dit  exemplaar  ontbreekt  onderschrift  en 
uitlegging.  Volgens  Muller  is  de  gravure  naar  J.  Roman,  door  J.  v.  Vianen. 

13  December  1702.  Mullbb  (No.  3325). 

moet  zijn:  a.  Na  Mullbr  (No.  3300). 

3088.  „Glorieuse  representatie  van  den  seer  manhaften, 
en  vroomen  helt,  den  heere  Constantyn  van  Sterrevelt, 
ho(^h  geroemt  admiraal  Voerende  de  Keyserlycke,  Engel- 
sche,  en  Hollantsóhe  Vlagge,  Ridder  vtin  d*  Ordre  van 
Vigos,  Gouverneur  van  't  Eylandt  Candia,  vry  Heer  en 
Pluimgraaf  van  de  Swanendrift,  Heere  van  Donderenburgh, 
ie.  &c.  &c." 

Onderschrift,  met  spotvers  in  vier  kolommen  en  verklaring  der  letters 
A — G   in  de  plaat,   in   boekdruk,   onder  een   spotprent  op  Constantijn 
van  Sterrevelt,  admiraal  van  den  Vijver.  De  plaat  stelt  den  Vijver  voor 
waarin  verscheiden  schepen  liggen,  die  de  vijandelijke  en  hollandsche  vloot 
bij   Vigos  moeten  verbeelden.    Dat  het  vuurwerk  door   Muller   onder 
No.  3397,  (No.  8085  hier  voren)  zoowel  als  dat  onder  No.  3300  (No.  3087  hier 
voren}  beschreven,   wel  degelijk  te  gelijker  tijd  in  den  Vijver  is  opge- 
slagen, waarin  deze  scheepsstrijd  daarin  voorgesteld  werd,  blijkt  uit  deze 
plaat.    Achter  in  den  Vijver  ziet  men  de  beide  vuurwerken,  wel  zeer 
verkleind,   maar  toch  duidelijk  te  onderscheiden.  Rechts  is  Sterrevelt  af- 
gebeeld, die  zeker  door  de  een  of  andere  daad,  aanleiding  gaf  voor  deze 
spotprent    Des  admiraals  „Jacht'\  „ordre  en  Medallien",  „Stafpluym  en 
strick   aen   zyn   deegen",   „Cannon",   „honden"   (waarvan   er  een   zit  te 
kakken),   „Swaanen   en   Eenden",  zijn  alle  door  letters  aangewezen.    In 
deze  prent  vuurt  het  jacht  (B)  van  den  admiraal,  niet,  zooals  Muller  zegt, 
op  één  der   schepen.    Gravure  langw.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.  Zie  voor  Ster- 
reveld  ook  No.  3092  en  No.  3107  hierna. 

1702.  MuLLKB  (No.  3274*). 

moet  zijn:  b.  Na  Muller  (No.  3300). 

3089.     „Praelium  in  Belgio."  —  „Veldslag  in  de  Neder- 
landen." 

Onderschriften   met   6  regelig  latijnsch  vers  door  D.  Hoogstratanus  en 
even  groot  hoUandsch  vers  door  F.  Halma,  gegraveerd,  onder  de  af  heel - 


Digitized  by 


Google 


16  „B80PUS  IN   BÜEOPa'*  1701—1702 

ding  van  een  hevig  ruitergevecht  in  de  nabijheid  eener  kerk,  in  't  midden 

op    de    linkerhelft  der  plaat  afgebeeld.    Oudtgds   gekleurd   exemplaar 

dezer  gravure  in-plano  van  Huchtenburg. 

Hierbij  een  niet  onverdienstelijk  geteekeade  kopie  dezer  plaat  in-plano. 

1702.  MuLLBB  (No,  8017  en  S.  No.  3017). 

moet  zijn:  c.  Na  Mullbb  (No.  3300). 

3090.  „Esopus  in  Europa.  Gedrukt  na  de  Romeinsche 
Copy,  En  worden  verkoft  t'  Amsterdam,  By  Sebastiaan 
Petzold,  op  het  Rokkin,  in  de  drie  Kroonen.  1701/* 

Titel,  in  rood  en  zwart  gedrukt,  waarop  de  eerste  eener  serie  van 
40  zinneprenten,  ieder  voor  zich  zelf,  met  de  hieronder  op  de  nommers 
vermelde  boekdruktitels,  weder  als  titel  dienende  van  een  vlugschrift,  vier 
of  acht  bladzijden  groot.  Alle  staan  in  verband  met  den  staatkundigen 
toestand  van  Europa,  de  meesten  met  den  spaanschen  successie-oorlog. 
Danr  Muller  alleen  de  opschriften,  zonder  de  beteekenis  der  voorstellingen, 
vermeldt,  is  het  niet  overbodig  daaraan  een  kleine  verklaring  toe  te 
voegen,  al  is  de  beteekenis  soms  hoogst  moeilijk  te  geven,  zoodat  ik  die 
van  enkele  jichterwege  laten  moest. 

De  hoofdtitelplnat,  met  bovenstaand  opschrift  boven-  en  adres  onder  de 
prent,  beide  in  boekdruk,  heeft  in  een  ornament  nog  eens  „^Esopus  in 
Europa.";  rechts  daarvan  een  eenhoorn  (Engeland),  leeuw  (Holland)  en  kat 
(de  zuidelijke  Nederlanden);  links  een  tijger  (Frankrijk)  met  het  wapen 
van  Spanje  tusschen  de  voorpooten,  bij  de  lijkkist  van  Karel  ii,  koning 
van  Spanje.  De  overige  dieren  hooren  aan  wat  de  tijger  te  zeggen 
heeft,  en  dit  geldt  de  regeling  der  spaausche  zaken  na  Karel a  dood.  Door 
vleierij  beweegt  hij  ze  tot  toestemming  in  het  eerste  plan,  n.1.  de  verdee- 
ling van  Spanje,  terwijl  hij  ze  daarna  (volgens  den  tekst)  hartelijk  uitlacht 

2.  „De  Toverlantaaren." 

Links  van  de  plaat  staat,  in  de  slaapkamer  van  Karel  ir,  een  jezuïet  met 
een  tooverlantaam,  waarvan  het  beeld  op  den  muur  rechts  afspiegelt. 
Dit  beeld  stelt  een  engel  voor,  die  een  kardinaalshoed  in  de  hand  heeft, 
terwijl  kroon,  scepter  en  keten  van  het  gulden  vlies  (teekens  van  de 
koninklijke  waardigheid  in  Spanje)  op  den  grond  liggen,  met  het  omschrift 
„En  esto  tua  esperan  ca".  Karel  n  ligt  op  den  achtergrond  stervende 
te  bed.  Een  ander  jezuïet  (Porto  Carrero)  staat  er  voor,  met  het  aangezicht 
naar  den  beschouwer  gekeerd  en  de  handen  omhoog  geheven.  Deze 
voorstelling  doelt  op  een*  hier  medegedeeld  verhaal  dat  Porto  Carrero  den 
koning  verschillende  beelden  zou  hebben  vertoond,  waarvan  </t>  het  laatste 
was,  waardoor  het  testament  omtrent  de  troonsopvolging  naar  den  zin 
van  den  kardinaal  opgesteld  werd. 

3.  „De  bezwoorene  schim." 

Midden  in  een  too vercirkel  staat  de  schim  van  Karel  ii,  koning  van  Spanje, 
welke  door  een  tweetal  priesters  (rechts)  bezworen  wordt  Op  den  achter- 


Digitized  by 


Google 


1701— 170»  „B90PÜ8  IN  EUROPA**  17 

grond  (Kbnltar?,  lizücs  een  leiende  monnik  en  twee  soldaten.  Zinneprent 
op  het  lang  yerborgen  honden  yan  den  dood  des  konings. 

4^    «^Hansop  op  de  koord.*" 

Tnsschen  twee  palen  hangt  een  gebroken  koord.  Op  den  grond  Hggen 
een  paar  kermende  apen.  ISen  wilde  heeft  een  vluchtend  man  bij  de  pan- 
den Tan  zijn  kleed,  terwijl  hij  dreigt  hem  te  slaan  met  een  soort  knods 
welke  hij  in  de  rechterhand  heeft.  Rechts  staat  een  tweede  kannibaal, 
die  een  gepinkte  haan  (Frankrijk)  bij  de  pooten  omhoog  houdt  De 
Tlnchtende  man  moet  den  koning  van  Frankrijk  Toorstellen,  die  door  den 
kannibaal  (Spanjaard)  yerrolgd  wordt  omdat  hij  hem  een  aangekleeden  aap 
tot  koning  geren  wilde,  die  de  Spanjaarden  dezelfde  gewoonten  (koord 
dansen)  wou  leeren. 

5.  ^Hikhakken  yan  den  tel."  ,,Gedrukt  yoor  de  Wagenaar,  die  de 
Tel  yerkoft  hadde."  4  blz. 

6.  ,,Hei  geschil,  Tnsschen  de  Fransche  Haan,  en  Lombaardsche  Hennen, 
Beslegt  door  Jnpiter.'*  4  blz. 

De  Haan  (Frankrijk),  in  't  midden  der  plaat  afbeeld,  roept  Jopiter, 
Knks,  boyen  in  de  plaat,  op  de  wolken  gezeten,  om  re^lit  aan,  dat  yoor 
hem  bestaat  in  het  bezit  der  „Lombaardsche  Hennen**  (Lombardije),  als 
tot  de  spaansche  bezittingen  behoorende.  In  stede  yan  aan  dit  yerzoek  te 
yoldoen,  yerhoort  Jupiter  de  bede  der  hennen  om  bescherming  en  zendt 
daartoe  den  arend  (het  keizerrijk),  die  dan  ook  op  de  plaat  verwoed  op 
den  haan  aanvalt 

7.  ..1^^^  tosschen  de  spaansche  ginet  en  fransche  mazet,  door  Mao^nn 
in  Europa.** 

De  plaat  vertoont  links  een  steigerend  paard:  de  spaansche  genet; 
rechts  een  muilezel,  daartnsschen  meer  op  den  achtergrond  een  tweede 
paard  en  een  veldslag.  De  pearden  twisten,  volgens  den  tekst,  over  de 
vraag  of  aan  Spanje  den  voorrang  onder  de  europeesche  staten  toekwam 
of  aan  Frankrijk. 

8.  „De  italiaansche  vos  in  het  geallieerde  tuighuis." 

Ben  vos  zet  zijn  poot  op  een  degfen,  waarbij  een  schild  met  de  letters 
..FERT',  een  helm,  een  landkaart,  enz.  liggen.  De  beteekenis  is  mij  niet 
dniddijk. 

9.  „Rouwklagt  van  de  fransche  Apollo  over  de  verdorde  distelbloem.*' 
Lodewijk  xnr  geknield  bij   een  bezvreken  disteftloem  (Jakobus  n}  en 

een  bloeiende  roos  (Willem  ra,  in  den  tekst  een  Oranjeboom  genoemd). 
Zinneprent  op  den  val  van  Jakobus  u,  het  koningschap  van  Willem  m 
van  Oranje,  den  uitgeputten  staat  van  Frankrijk  en  Lodewijks  begeerte 
naar  de  qwansche  kroon. 

10.  „Saamenspraak  tusschen  Marforio  en  Jacquet  du  Moulin.** 
Links  Jacquet  dn   Moulin  (de  zoon  van  Jakobus  n,  nis  molenaarszoon 

besehoovrd  en  daarom  du  Moulin  genoemd),  rechts  het  beeld  van  Marforio, 


Digitized  by 


Google 


18  ,,E80PU8  IN   EUEOPa"  1701—1702 

xonder  annen,  ie  Rome  sUande,  dat  den  ondergeschoTen  ?  soon  van 
Jakobus  II  zijn  geboorte  Terwijl  en  hem  belacht  over  de  ambten  die  hij 
vergeeft,  als  ware  h\j  werkeiyk  koning.  Op  den  achtergrond  der  plaat 
een  molen. 

11.  „Orafiïchrift  door  Marforio  over  een  der  vaders  van  Jaquet  Bandjt" 
Spotprent  op  den  zoon  van  Jakobus  n  na  den  dood  zy  ns  vaders.  In  't  midden 

een  poort,  waardoor  men  het  Hotel  ^„auz  Invalides."  ziet  Boven  den  boog 
een  zuil,  waarop  „Pollutis  8acr(e)  viola(t)i8  leg^bos  tyrann(i8)  etinfiun  (i)se 
monumen  tum."  Links  weder  de  zoon  van  Jakobus  n,  met  verbroken 
kroon  en  scepter  aan  zyn  voeten;  onder  den  rechterarm  een  bodemlooze 
zak,  waaruit  nog  een  paar  geldstukken  vallen,  met  het  opschrift:  „Macht", 
en  onder  dep  linkerarm  twee  andere,  waarop  „Beloften"  en  „Titels**. 
Rechts  Marforio,  die  hem,  volgens  den  tekst,  eenige  gra&chriften  voor 
zijn  vader  ter  keuze  geeft,  als:  „ün  Sol  Re  Mi  Fa  Sol.  Een  Koning 
alleen  maakte  mj,  dat  ik  Koning  alleen  wierd,  dat  is,  zonder  Volk,  of 
onderdaanen,  en  buyten  myne  Ryken." 

12.  ,,Byeenkomst  der  moogendheden  In  het  Hof  van  den  Leeuw.** 
Rondom  den  leeuw,  die  links  zit,   zQn   eenhoorn   (Engeland),  oli&nt 

(Denemarken),  beer  (Zweden),  twee  arenden  (het  keizerrijk)  en  een  kat 
(Hollanders,  nazaten  der  Katten),  verzameld.  Zij  bespreken  (volgens  den 
tekst)  de  trouweloosheid  van  den  tijger  (Frankrijk),  die  tegen  recht  één 
zijner  nakomelingen  op  den  spaanschen  troon  gezet  heeft.  De  leeuw 
(Willem  III)  stelt  voor  den  tijger,  tegen  Maandag  over  een  week,  voor 
't  gericht  te  dagen. 

13.  „De  Tyger  voor  Themis  vierschaar.*' 

Rechts  Themis;  naast  haar  een  leeuw  (Willem  ni);  vóór  haar  de  Tijger 
(Frankrijk),  een  poot  op  haar  knie  leggende.  Achter  den  tijger  een  arend 
(de  keizer).  Zinneprent  op  Frankrijks  gewetenloos  doordryven  in  de 
spaansche  erfopvolging. 

14.  „Soamenspraak  tusschen  de  wichelstok,  smeltkroes,  en  de  mon- 
sterrol." 

Links  op  den  voorgrond  een  tafel.  Op  de  eene  zichtbare  poot  staat 
„List",  op  de  andere  „Dwangh".  Onder  de  tafel  een  mand  met  „geprot: 
wissel  (s)"  en  een  andere  met  „leege  sacken".  Een  ledige  geldtasch  waarin 
,,ecli  p  sis"  is  gegraveerd;  een'  wichelroede  (waarmede  men  goud  op- 
sporen kon);  een  aroeltkroes;  een  globe  en  een  banderol  liggen  op  de 
tafel;  rechts  staat  een  ledige  geldkist,  waarin  men  „uytgeput"  leest.  Op 
den  achtergrond  links  de  tempel  van  „St.  Reyn  uyt.";  waarbij  drie 
fransche  rnadsheeren  staan,  kenbaar  aan  de  drie  leliën  op  hun  borst 
voor  wie  verscheiden  personen  op  de  kniën  liggen.  Spotprent  op  den 
berooiden  staat  der  fransche  schatkist  en  het  smelten  der  kerksieraden  en 
partikuliere  serviezen. 

15.  ..Saamenspraak  tusschen  het  valies,  de  myter.  en  het  bonnet*' 


Digitized  by 


Google 


1701— 170«  „ES0PU8  IN   EUROPa"  19 

Afbeelding  Tan  een  bigschopsmijter  en  staf,  op  een  trom  liggende,  yerder 
een  valiea,  gevuld  met  ^^caressea  promesses",  de  bonnet  van  een  geestelijke, 
enz.  Rechts,  als  schilderij  de  fabel  Tan  den  tijger,  die  den  ezel  opvreet. 
Daaronder  een  man  te  paard  met  het  onderschrift  „simpelen".  Spotprent 
op  de  geldschaarschte  in  Frankrijk,  en  het  nii  bisschop  d&n  veldheer 
zijn  van  den  bisschop  en  keurvorst  van  Keulen,  Joseph  Clemens  de 
Baviere  (1688 — 17!W)  broeder  van  den  keurvorst  van  Beieren. 

16.  „Maatroozen  Saameiftpraak  te  Port  a  Port,  benevens  de  fabel  van 
de  Kakatoe,  Kuykedief,  en  den  Haan.'* 

Vier  matrozen :  een  Portugees,  een  Franschman,  een  Engelschman  en 
een  Hollander  (de  laatste  zit  rechts  op  den  voorgrond),  redeneeren  over 
den  voorrang  ter  zee.  Tegen  een  steen  de  fabel,  hierboven  genoemd 
in  beeld.  Spotprent  op  den  voorrang,  dien  de  Franschen  zich  wilden  aan- 
matigen op  zee,  vooral  tegenover  Portugal. 

17.  'J)t  napelsche  hengst,  visscher  en  pikeur." 

Rechts  een  paard  aan  een  paal  gebonden,  daarbij  een  visscher  (Mas- 
Aniello);  links  een  spaansch  pikeur.  Op  den  achtergrond  een  steen  met 
een  fiibel  in  beeld,  die  schijnt  te  duiden  op  den  lust  van  Frankrijk 
om  ook  Napels  in  te  palmen. 

18.  ,,De  ongerse  pallasch,  de  boere  caraila,  en  hoerensmeerdooa." 

Op  een  tafel  ligt  een  hongaarsche  sabel  en  staat  een  karaf  en  een 
toiletdooe.  Rechts  hongaarsche  troepen.  De  sabel,  waarvan  het  bloed 
afdruipt,  klaagt  over  zijn  te  spoedige  rust,  door  der  Franschen  vlucht. 
De  smeerdoos,  die  hier  de  fransche  lichtzinnigheid  schijnt  te  vertegenwoor- 
digen, pocht  er  op  dat  zij  veel  meer  personen  heeft  doen  sneven  dan 
eenige  sabel. 

19.  „De  fransche  degen,  de  sleutel,  en  het  bonnet  tot  Luyk." 
Links  op  een   tafiBl   een  degen,  een  sleutel  en  een  bonnet.    De  degen 

bestaat  geheel  uit  Louis  d'or,  zinnebeeldige  voorstelling  van  de  zucht 
van  Frankrijk  om  door  omkoopen  zijn  doel  te  bereiken.  Rechts  op  den 
voorgrond  een  muizenval,  op  den  tweeden  grond  een  vos  aan  een  galg; 
een  bisschop  met  bandelier  en  rozenkrans,  zich  wanhopig  het  hoofd  krabbend, 
en  eenige  roovers,  die  met  stokken  en  messen  gewapend,  over  een  om 
heining  stappen.  Het  binnentrekken  der  zoogenoemde  auxiliaire  bourgon- 
dische  krijgstroepen  in  Luik  schijnt  de  aanleiding  tot  het  maken  van 
deze  plaat  en  tekst  te  zijn  geweest. 

30.  ,.Ptolomeus,  Copemicus  en  Merkuur  op  de  Pamas  over  de  zon  en 
de  waereld." 

Spotprent  op  Lodewijk  xiv,  wiens  hoofd  met  een  aureool  omringd  is, 
Ie  roi  soleil.  a^ebceld  op  krukken  leunend,  staande  in  den  zonnewegen, 
waarvan  het  achterwiel  gebroken  en  de  zitting  als  die  van  een  gemak- 
koffertje ingericht  is,  Mainlenon,  in  wier  kapsel  de  .,8tella  Vespertina" 
(de  avondster),  schittert,   ment   de  paarden   en   rydt   op   de  aarde   aan, 


Digitized  by 


Google 


20  „BSOPÜS  IN   europa"  1701—1702 


waarop  een  leeuw  (Willem  m)  staat,  die  den  poot  in  de  leidsels  van  een 
der  paarden  sliiat,  terwijl  een  adelaar  (de  keizer),  den  tweeden  teugel  met 
den  bek  vast  heeft,  alles  doelende  op  den  tegenstand,  dien  Lodewijk  xiv 
ondervond  en  zijn  kennelijken  teruggang  in  macht. 

21.  „De  Leuterbol  van  Diest,  de  hond,  en  de  pikbroek,  by  den  laatste 
stuyver." 

Zinneprent  op  Lodewijk  xiy  en  de  tirannie  der  Franschen.  Links 
gaat  een  Diestenaar  en  een  jankende  hond  op  de  vlucht,  omdat,  volgens 
den  tekst,  de  Franschen  hoofdgeld  van  de  honden  heffen  en  „de  keur 
uit  der  Boeren  Zoonen,"  eischen  „om  hen  in  hunne  troepen  te  plakken.'* 
Beide  schrikken  bij  'thooren  van  een  schot,  gelost  uit  't  rechts  op  den 
achtergrond  gelegen  Sas  van  Gent;  een  hoUandsch  matroos,  rechts  op 
den  voorgrond,  lacht  hen  daarom  hartelijk  uit.  Links  op  den  achtergrond 
zijn  de  beesten  afgebeeld  over  welke  de  Hollander  spreekt  in  de  &bel 
van  den  tijger,  het  murmeldier,  het  ijzervarken  en  den  eekhoorn,  aan  't  eind 
van  den  tekst  geplaatst,  waarvan  ik  de  beteekenis  niet  vatten  kan. 

22.  „De  italiaansche  waarzegger.  Esopus,  Antonio  Magino,  en  Dirk 
Rembrantz  van  Nierop.'' 

Zinneprent  op  de  tegenspoeden  van  Lodewijk  xrv.  In  't  midden  op  den 
voorgrond  Esopus,  die  glimlachend  wijst  op  den  val  van  Phaëton  (Lode- 
wijk XIV),  rechts  in  de  lucht,  waarnaar  verschillende  sterrekundigen,  met 
hun  instrumenten  gewapend,  staan  te  kijken.  Links,  achter  Esopus,  de 
voorstelling  van  de  fabel  in  den  tekst  opgenomen,  waarin  verschillende 
personen  als  vogels  worden  voorgesteld,  n.l.  Lodewijk  xiv  als  een 
kapuin,  Philips  v  van  Spanje  als  kuikendief,  Jacobus  iii  als  koekoek,  de 
keizer  als  arend.  De  tekst  geeft  dan  meer  nauwkeurig  de  beteekenis  aan, 
door  te  vertellen,  dat  de  kapuin  den  kuikendief  (den  koning)  zette  in  het 
nest  der  indische  ravens  (Spanje)  en  den  koekoek  opschrikte  als  ware  hij 
een  engelsche  haan  (koning  van  Eageland)  wat  echter  door  den  arend 
(den  keizer)  en  de  watervogels  (de  Hollanders)  verijdeld  werd.  Onder  die 
voorstelling  het  chronogram:  „Magno  ApoÉLIne  DeleCto."  dat  volgens 
den  tekst  doelt  op  den  aanvang  van  1702. 

23.  „Het  heydinnetje,  de  miquelet,  en  mooyfraaykiek,  In  de  Pirenëen." 
Zinneprent  op  Savoye.  In  't  midden  de  drie  genoemde  personen,  waar- 
bij  de  ,, mooyfraaykiek"  Savoye  voorstellen  moet  Rechts  op  den  achter- 
grond de  fabel  in  beeld  gebracht,  en  in  den  tekst  verhaald,  v  n  den  oorlog 
tusschen  de  vogels  en  de  andere  dieren. 

24.  „Opera  van  Andromache  te  Milaanen." 

Op  de  verliezen  der  Franschen  in  Italië.  Links  de  jonge  pretendent, 
een  tweede  persoon  naast-  en  een  vrouw  met  fontange  gekapt  vóór 
zich,  die  in  den  tekst  „Scarronie**  genoemd  wordt  en  zegt  dat  ze 
Mevrouw  Scurron  Maintenon  tot  peet  heeft  gehad,  rechts  een  vierde  per- 
soon.  Op  den  achtergrond  ia  Jupiter  (Lodewyk  xiv)  a%ebeeld  uit  den 


Digitized  by 


Google 


1701—1702 


21 


htmeX  Tallende  met  Philips  v  yan  Spanje,  den  pretendent  en  den  hertog 
▼an  Milaan,  allen  personen  die  onder  andere  namen  in  de  opera,  waarvan 
de  titel  spreekt,  voorkomen. 

35.    ,J)e  horlende  kollendans,  op  Tilbum." 

Links  op  den  voorgrond,  binnen  een  toovercirkel,  Hecate  op  een  bok 
en  Nemesis  op  een  bezemsteel  rijdende;  rechts  Warkop  e)i  Tuimelgeest, 
samen  uitwijdend  over  de  goedgezindheid  der  Franschen  voor  beider 
bedoelingen  en  de  eendracht  van  volk  en  vorst  in  Engeland,  die  hun 
daarentegen  van  allen  invloed  in  dat  land  uitsloot.  Op  den  achtergrond 
Tilburn,  de  gewone  gerichtsplaats  van  Londen. 

26.  ,.De  jonge  koekkoek  onder  de  kroonvogels." 

Zinneprent  op  de  verwachte  verwerping  van  den  pretendent  na  den 
dood  zijns  vaders  (1701).  Drie  kroonvogfels  vertreden  een  koekkoek  (den 
pretendent)  en  pikken  hem  dood;  rechts  een  visschersvaartuig,  waarvan  de 
bemanning,  gereed  den  pretendent  aan  wal  te  zetten,  bij  't  zien  van 
't  geen  de  kroonvogels  doen,  den  steven  wel  zou  willen  wenden,  daar  zij, 
met  de  geboorte  van  dezen  molenaarszoon  bekend,  voor  hem  het  ergste 
vreesden,  bij  de  gezindheid,  die  zelfs  de  katholieke  Engelsche  hem 
toedroegen. 

27.  „Nebucadnezars  beeld  Tot  Versailles  ten  toon  gesteld,  om  tot 
Médrid  opgerigt  te  worden.'* 

Op  het  oprichten  van  een  standbeeld  voor  Lodewijk  xiv  en  het  uit- 
roepen van  zijn  kleinzoon  den  hertog  van  Anjou,  tweeden  zoon  van  den 
dauphin,  tot  koning  van  Spanje.  Een  vrouw  en  twee  mannen:  ..Bend- 
vogel"  (naam  der  leden  van  de  schlldersbent  in  Rome)  en  ,.Akademi:it'\ 
zijn  in  gesprek  over  het  beeld  van  Lodewijk  xiv.  dat  onder  een  baldakijn, 
door  vrouwenfigfuren  ondersteund,  rechts  op  den  achtergrond  gezien 
wordt.  In  't  midden  boven  op  den  baldakijn  een  zon  en  in  de  zijde  het 
inschrifl:  ..Creator  regum";  in  den  voet  onder 't  beeld,  waarbij  verscheiden 
personen  geknield  liggen: 

„ad  sonum  tympani. 

adorate  reguli.' 

28.  ..De  hobbel  in  de  wacht,  op  de  haosejagt." 

Over  den  voortgang  der  keizerlijke  wapenen  in  Italië,  't  gevangennemen 
van  Villeroy,  enz.  Op  het  plaatje  zijn  twee  weenende  vrouwen  Périne 
en  Thërèse.  .,Queekelingen  van  Mijntenon',  afgebeeld;  tusschen  beiden 
zit  een  man,  in  den  tekst  „Monsignorin''  genoemd.  De  fabel  van  de  haas 
onder  de  katten  is  in  twee  afdeelingen  afgebeeld  tegen  den  muur  van 
den  ,, refter"  ('t  eetvertrek  in  een  klooster),  waarin  bovengenoemde  perso- 
nen zitten.  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1872,  heeft  blijkbaar  niet  be- 
grepen dat  Monsignor  hier  spottend  Monsignorin  genoemd  wordt. 

29.  ,,Ëurope  nooit  voor  een." 

Zinneprent   op   Frankrijks  zucht  tot  alleenheersching  in  Europa,  door 


Digiti 


zed'by  Google 


22  „B80PÜ8   IN   europa"  1701—1703 

Willem  m  en  den  keizer  verijdeld.  Op  den  voorgrond  der  plaat,  links, 
knipt  een  leeuw  (Willem  iii)  den  tijger  (Frankrijk)  de  nagels  der  voor* 
pooten  af,  terwijl  een  vos  dit  aan  de  achterpooten  doet  en  van  rechts 
nog  twee  leeuwen  ter  hulp  aankomen.  Op  den  tweeden  grond  werpt  de 
tyger,  door  den  arend  (den  keizer)  bedreigd,  de  koppen  van  twee  panters 
(van  Philips  v  en  den  Pretendent?  zijn  medestanders),  buiten  de  om- 
heining, waarachter  hij  staat  Rechts  daarvan  een  zuil,  waarop:  „Sic 
pax  cum  tigribus  esto".  Geheel  op  den  achtergrond  allerlei  dieren  (de 
verschillende  rijken)',  vrolijk  dansend  om  een  paal,  waaraan  vredepalmen 
bevestigd  zijn,  zich  verheugende  over  de  vernedering  van  Frankrijk. 

30.    „Gedwonge  Mars,  gaat  altyd  dwars." 

Zinneprent  op  den  gedwongen  en  niet  betaalden  krijgsdienst  in  Frankrijk. 
Op  den  titel  is  de  fabel  van  den  tijger  en  de  wolven  in  beeld  gebracht, 
die  honden  opvingen  om  ze  te  dwingen  voor  hen  te  rooven,  maar  die 
daarop  door  die  honden  zelf  verscheurd  werden,  zooals  aan  *t  eind  van  den 
tekst  verhaald  wordt. 

81.    „Het  cremoneesche  vreugdevuur." 

Zinneprent  op  de  blaaskakerij  van  Frankrijk,  dat  ondanks  de  verliezen 
in  Italië  nog  hoog  opgaf  van  zijn  overwinningen.  De  fabel  van  den  ezel, 
de  bokken  en  de  hazen,  die  zich  allen  met  leeuwen-,  buffels-  en  katten- 
huiden  onkenbaar  maakten  (de  Franschen),  maar,  door  den  vos  verraden, 
door  den  echten  leeuw,  buffel,  enz.  (de  Geallieerden)  overvallen  en  ver- 
scheurd werden,  zooals  dit  in  den  tekst  verteld  wordt,  is  op  den  titel 
in  beeld  gebracht 

32.  „De  spaansche  carravaan."  t 

De  prent  op  den  titel  stelt,  volgens  den  tekst  voor,  hoe  een  pochend  muil- 
ezeldrijver, door  een  spaansch  edelman  aangenomen  om  diens  bagage  te 
vervoeren,  op  't  enkele  gezicht  van  een  kurassier  van  Z.  Heil.  lijfwacht 
alles  in  den  steek  liet  en  op  de  vlucht  ging.  In  welk  verband  dit  echter 
staat  met  het  overige  gedeelte  van  den  tekst,  waarin  gehandeld  wordt  over 
't  wegzenden  van  den  franschen  hofetoet,  die  de  gemalin  van  Philips  y 
naar  Spanje  vergezelde,  (Zie:  Europische  Mercurius.  XIH.  1  bl.  89). 
over  de  wijze,  waarop  zij  als  't  ware  gekeurd  en  gekleed  werd,  enz. 
heb  ik  niet  begrepen. 

33.  „De  geschooren  hoop." 

De  prent  stelt  een  turksche  jiavenplaats  voor.  In  een  boot,  links  op 
den  voorgrond,  twee  Franschen,  smeekend  de  handen  uitstrekkend  naar 
een  turksch  opperhoofd  die  aan  den  wal  staat.  De  inhoud  van  den  tekst 
is  onbestemd  en  schijnt  te  doelen  op  den  achteruitgang  van  den  zedelijken 
invloed  van  Frankrijk  op  Turkije  en  de  uitwijking  van  enkele  hervorm- 
den naar  dat  land. 

34.  „Europa  in  rouw." 

Zinneprent  op  den  dood  van  Willem  m.  Onder  een  rouwkleed  ligt  een 


Digitized  by 


Google 


1701— 170S  „ESOPÜ8   IN   KÜROPA*'  23 

▼nmw  (Europa)  weenend  en  met  den  rechterelboog  leunend  op  een  urn, 
waarop  een  W,  met  drie  I's  er  tusschen.  Een  gedrocht  uit  den  afgrond 
rechts,  dreigt  haar  met  boeien  en  oorlogsfakkel,  nu  haar  steun  is  gestorven. 
Linka  Jupiter,  op  haar  geroep  toesnellend  tot  hare  hulp.  De  tekst  is  één 
verheerlijking  Tan  dien  grooten  en  goeden  koning  en  een  verzekering  dat 
koningin  Anna  zijn  voetspoor  volgen  zal.  Van  Willem  m  beet  bet  aan 
't  slot:  hij  is  geweest  „de  beukelaar  voor  de  vryheid,  het  schermschild 
van  de  C^odsdienst,  en  een  spiegel  voor  alle  Vorsten,  en  Helden." 

35.  „De  waarheid  boven  al." 

Zinneprent  op  Willem  m.  De  Waarheid  heeft,  als  een  schild,  aan  den 
arm  een  stralende  zon  met  het  dooreengevlochtennaamcijfer„WIir';  links 
daarvan  een  zuil  met  inschrüt:  „Profanis.  stuporem.  piis.  desiderium.  sui. 
reliquit  coelo.  redditus.";  geheel  links  een  urn  en  de  Pamas. 

36.  ,J>e  gefopte  bedrieger." 

Zinneprent  op  de  poging  van  Frankrijk  om  Brunswijk  om  te  koopen. 
Rechts  op  den  achtergrond  is  de  &bel  afgebeeld,  in  deu  tekst  verhaald, 
van  den  leeuw  en  de  paarden,  die  dit  mislukt  omkoopen  in  beeld  brengen 
moet  Drie  personen,  in  den  tekst  genoemd:  „De  Makrol,  de  Smousin, 
en  de  Schreur  k  la  Mode.",  zitten  links  over  deze  zaak  te  spreken,  die, 
als  altijd,  ook  hier  uit  den  tekst  moeilijk  te  verklaren  is. 

87.    „De  ontdekte  eenhoorn." 

Zinneprent  op  de  gedragslijn  die  de  koningin  van  Engeland  tegenover 
Frankrijk  zou  volgen.  Op  de  plaat  is  de  eenhoorn  (Engeland)  voorgesteld 
als  met  de  leeuwen  (de  overige  geallieerden),  den  tijger  (Frankrijk)  en 
allerlei  andere  dieren :  krokodil,  nijlpaard,  neushoorn,  op  de  vlucht  drijvende. 

38.    ..De  groote  ChristoflTel." 

Zinneprent  op  Lodewijk  xiv,  op  den  jongen  engelschen  pretendent 
(Jacobus  m),  door  Lodewijk  als  koning  erkend  en  op  den  hertog 
van  Anjou,  als  Philips  v  koning  van  Spanje.  De  prent  stelt  den 
droom  van  Lodewijk  xiv  voor,  welke  hij  aan  'teind  van  den  tekst  aldus 
verhaalt: 

Ik  was  (droomde  ik)  zoo  groot,  en  grooter  geworden  als  de  heilige 
Christoffel  in  Ndtre  Dame  te  Parys : . . .  in  myn  rechter  hand  had  ik  een 
zwaare  yzere  staf, ...  ik  had  den  Prins  van  Wallis  onder  myn  arm  hangen, 
met  een  opgesneede  stokbeurs,  daar  gestadig  myn  geld  uitviel,  dat  dadelyk 
van  alderlei  vremde  Vogels  wierd  opgfepikt,  waar  by  ik  hoorde  piepen, 
aans  retour.  Ik  droeg  kikhalzende!  en  zwoegende  Duc  d' Anjou  met  alle 
zyne  kroonen  op  myn  nek,  .  .  .  achter  my  zag  ik  al  het  Fransche  volk, 
in  perasen  toe  getrokken  van  Ministers,  en  soldaaten :  het  bloed,  en  merg 
zag  men  met  het  laaste  geld  hen  uit  de  nagels  druypen,  .  .  .  Dagmis, 
die  St  Christoffel  zoo  plaagde,  liet  een  Arend  van  zyn  hand  afvliegen, 
die  klaauwde,  en  pikte  de  juweelen  uit  de  kroonen  van  Anjou :  de  bekeerde 
48000  Christenen   door  St  Christoffel  waaren  myn  Gedragonneerde  Hu- 


Digitized  by 


Google 


24  „BSOPUS   IN  lUBOPA*' 


1701—170» 


genots,  die  nu  Christenen  geworden,  na  myne  Religie,  in  poelen  stonden, . . . 
zekere  gekapte  vos,  met  een  dieve  lantaame  in  zyn  hand,  .  .  .  had  een 
purpere  hoed  met  quasten  op  zyn  zyde  hangen :  ...  en  zeide :  No  flottas, 
ni  Gallionas  para  yos." 

89.    „De  misleide  poesjes." 

Zinneprent  op  Lodew^ks  voortdurend  geldgebrek,  en,  naar  ik  zou  op- 
maken uit  de  aan  het  eind  van  den  tekst  verhaalde  &bel,  die  op  de  prent 
in  beeld  gebracht  is,  ook  op  zijn  schijnvroomheid  en  minnarijen. 

40.    „De  geplukte  tapoeijer." 

Zinneprent  op  de  zucht  naar  alleen heersching  van  Lodewijk  xiv  en  de  ver- 
nedering als  gevolg  daarvan,  vooral  in  verband  met  de  amerikaansche  staten. 
Een  tapoeijer  (de  koning  van  Frankrijk)  wil  een  parkiet  (Portugal  en  z^n 
amerikaansche  bezitÜDgen  ?}  dooden  om  zich  met  diens  vederbos  te  versieren. 
De  vogel  beloofl  hem  drie  goede  raadgevingen,  mits  hij  hem  de  vr^heid 
laat.  De  tapoeijer  neemt  het  aan  en  ontvangt  deze  drie  lessen,  geloof 
't  onmogelijke  niet;  onderneem  het  ondoenlijke  niet  en  denk  dat  ieder 
't  zijne  terug  begeert  De  vogel  wordt  losgelaten,  maar  zegt,  vrij  z^nde: 
ge  hadt  me  moeten  houden,  ik  heb  tien  pond  goud  in  mijn  krop.  De 
tapoeijer  vliegt  onbesuisd  in  de  takken  van  den  boom,  waarin  de  vogel 
zit,  de  boom  breekt  echter  en  de  begeerige  valt  dood.  Dit  laatste  is  op 
de  prent  afgebeeld,  terwijl  al  de  andere  vogels,  met  wier  veeren  de 
tapoeijer  zichzelf  reeds  verrijkt  had,  komen  en  hunne  veeren  terugnemen. 

Dit  is  het  laatste  nommer  dezer  serie  van  gravures  langw.  in-8^,  door 
of  in  de  manier  van  R.  de  Hooghe  van  wien  een  groot  deel  van  den 
tekst  hoogst  waarschijnlijk  ook  is.  Alle  hebben  onder  de  plaat  „Volgens 
de  Romeinse  Copy."  behalve  No.  5  waar:  ,.Na  de  Copy  van  Romen.** 
staat;  bij  de  eerste  twintig  staat  het  jaartal  „1701.",  bij  de  laatste  is  dit 
veranderd  in  „1702." 

Een  andere  druk  van  dit  werk  heeft  tot  titel:  ,.^sopus,  in  Europa. 
Tweeden  druk.  Volgens  de  Romeinse  Copy.  In  's  Gravenhage,  by  Franoois 
Moselagen,  Boekverkoper  in  de  Toorenstraat.  1738."  Onder  elk  der  .af- 
zonderlijke titels  van  de  veertig  stukjes  staat  hier  dit  zelfde  adres,  met  het 
jaartal  1737  onder  No.  1 — 38  en  1738  onder  de  beide  laatsten.  Behalve 
enkele  kleine  afwijkingen  is  de  spelling  der  titels  in  deze  tweede  uitgaaf 
geheel  gelijk  aan  de  eerste,  alleen  zijn  de  titelprenten  in  dezen  druk 
mcerendeels  genommerd.  De  tweede  druk  is  ook  nog  hierin  onderscheiden 
van  den  eersten,  dat  er  op  de  laatste  pagina  van  het  laatste  stukje  boven 
't  ..Register"  slechts  vijf  regels  tekst  zijn  tegen  tien  in  den  eersten  en 
dat  er  hier  ,.Eynde"  staat  voor  „Einde'  in  de  oorspronkelijke  uitgave. 
Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  vermeldt  onder  No.  1345—1377  de  eerste 
drieentwintig  stukjes;  onder  No.  1420 — 1422  de  nommers  84, 35  en  87  van 
dezen  bundel  en  onder  No.  1378—1381  de  hier  onder  No.  36  en  38—40 
beschrevene. 


Digitized  by 


Google 


1703      OBDEMKPLAAT  DSE  YKROYEBINGBN  IN  1702      25 

Ondanks  den  bedachtzamen  raad  van  een  knndig  historicus  mij  er  niet 
aan  te  wagen,  achtte  ik  een  uitvoeriger  vermelding  noodig  dan  door 
Maller  van  deze  serie  prenten  gegeven  is.  Terwijl  ik  aan  hen,  die  mijn 
werk  raadplegen,  meende  verplicht  te  zijn  de  voorstelling  te  omschrijven, 
heb  ik  den  zin  er  ook  van  medegedeeld  voor  zoover  dit  mij  duidelijk 
was;  dat  ik  dit  niet  van  alle  deed,  ligt  aan  de  vaak  in  't  geheel  niet-  te 
ontcijferen  beeldspraak. 
1703.  MuLLBB  (No.  8301). 

3091.  „Conqaesten  yan  hare  Hooge  Geallieerdens 
gewonnen  tegens  Vranckryck  ende  Spanje  inden  lare. 
1702.  —  Conqnestes  des  hauts  Alliez  remporteé  sur  la 
France  et  TËspagne  en  Tanneé  1702.*' 

Opschrift  boven  een  zinneprent  op  de  veroveringen  der  geallieerden. 
Midden  in  de  plaat  de  afbeelding  van  Jozef,  roomsch  koning,  achter 
hem  prins  Lodewijk  van  Baden  e.  a.,  allen  te  paard;  de  vesting  Landau 
rechts  in  't  verschiet;  onder  hen  een  afbeelding  van  Yigos,  met  een 
lint  er  boven,  waarin  een  zeven-regelig  hollandsch  en  een  zes-regelig 
fransch  inschrifl;  aan  iedere  zijde  een  dolfijn  en  naast  elk  van  deze  een  schild, 
waarin  links  het  plan  van  „Luyck",  rechts  dat  van  „Roermond",  beide 
met  linten  er  onder,  waarin  inschriflen.  Geheel  onderaan  een  afbeelding 
van  de  vuurwerken  ter  eere  der  overwinning,  den  13  December  in 
den  Haag  a^estoken.  Uit  deze  afbeelding  blijkt  dat  op  No.  3085 
hier  voren,  slechts  dat  gedeelte  van  het  vuurwerk  is  afgebeeld,  dat  door 
D.  Biarot  ontworpen  en  op  kosten  van  de  Staten-Generaal  opgericht  was. 
Het  andere,  door  de  Staten  van  Holland  bekostigd,  was  links  van  het 
vorige  opgesteld  en  ontworpen  door  P.  Eoomans^  Twijfelt  Muller  er  aan 
of  deze  vuurwerken  wel  in  den  Haag  a%estoken  zijn,  in  't  midden  van  dezf 
afbeelding  scheidt  het  bekende  eilandje  in  den  Vijver  de  beide  vuurwerken, 
zoodat  deze  wel  degelijk  het  tooneel  der  vreugde  blijkt  geweest  te  zyn.  De 
schepen  echter,  die  bij  No.  3085  veel  te  groot  zijn,  zijn  hier  veel  kleiner 
afgebeeld  en  als  by  het  vuurwerk  behoorende,  waar  zij  brandende 
schepen  uit  de  vloot  bij  Vigos  moesten  voorstellen.  Aan  iedere  zijde 
een  hollandsche  en  fransche  verklaring  der  letters  (A — F  links  en  A— H 
rechts),  welke  nu  wel  in  de  voorstelling  voorkomen,  waaruit  mag  opge- 
maakt worden  dat  de  groote  prent  (No.  3085)  later  dan  deze  is  ver- 
vaardigd. Links  boven  de  hoofdvoorstelling  eenige  over  elkaar  geschoven 
schilden,  waarop  ,,Friedelbgen  *  etc,  „  .  .  .  Milan",  ..Cremone  Vileroij 
priaonier  par  Ie  P.  Eguneus"  (sic),  „Landau".  Rechts  „Weert",  „Greven- 
broek",  ..peertetbreij(?)",  „Stevenswe{ert;",  „kijckuijt",  „Venlo",  „Stokem", 
.^Keijsersweert".  In  't  midden  de  Faam  met  twee  bazuinen,  waaraan 
doeken  met  inschriften,  de  oorlogverklaring  en  het  nemen  van  Middelburg 
(in  Vlaanderen)  meldende,  rechts  van  haar  een  engeltje  met  helm  op,  het 
wapen   van   Engeland  in  de  rechter-  en  den  p^lbundel  in  de  linkerhand 


Digitized  by 


Google 


26      PRKNTEN  OP  DE  ÖEBEURTBNISSBN  VAN  1702     1703 


en  zittende  op  den  HoUandschen  leeuw;  links,  twee  engeltjes,  met  keizers- 
kroon en  standaard,  op  den  keizerlijken  adelaar.  In  den  recbterbovenhoek 
nog  twee  engeltjes.  Gravure  in-plano,  door  D.  Marot,  met  adres  van  P. 
Hussou  waar  naast  nog  staat:  „C.  Starrevelt,  Admiraal  van  de  Vyver." 
Zie  ook  No.  3088  hier  voren,  waar,  evenals  bij  No.  3085,  verkeerd  naar 
No.  3092  in  plaats  van  naar  dit  nommer  verwezen  wordt,  en  No.  8107  hierna. 

1703.  MuLLBB  (No.  3302*). 

DozY  (No.  3802c). 

3092.  „DE     CAMPAGNE     DER  BONDGBNOOTBN     van   den   iaabb 
1702." 

Gegraveerd  onderschrift  onder  de  hoofdvoorstelling  dezer  prent,  waarin 
het  veroveren  der  galjoenen  bij  Vig'os  is  afgebeeld.  Op  den  voorgrond 
de  Hollandsche  maagd,  met  p^lbundel,  vrijheidshoed  en  speer,  en  de 
koningin  van  Engeland  in  een  zegekar,  door  twee  zeepaarden  getrok- 
ken en  door  Neptunus  bestuurd;  bovenin,  in  één  medaillon,  de  borst- 
beelden, naar  rechts,  van  „Ludovicus.  xiv.  et  Philippus.  v."  die  in  den 
vroegeren  staat  niet  voorkwamen.  Boven  deze  hoofdvoorstelling,  in 
*t  midden,  in  een  medaillon,  door  twee  Famen  gekroond,  het  borstbeeld 
van  .,Anna  regina  magna  Brittanuia."  Links  van  deze  in  medaillon,  met 
een  keizerskroon  er  boven,  het  borstbeeld  van  „losephus  I.  rom:  et 
hung:  rez.*';  rechts,  met  hertogskroon,  het  borstbeeld  van  „Euge- 
nius  princeps  sabaudise."  Onder  Joseph,  in  drie  medaillons:  „Landauw 
Gew:  10  Sept:",  „Keizersweert"  en  .,Friedlingen" ;  onder  Eugenius: 
„Luzzara".  „Philip'  (van  Spanje)  met  bliksem  in  de  hand,  en  „Cremona". 
Links  van  de  hoofdvoorstelling,  bovenaan,  een  medaillon  met  de  borstr 
beelden,  naar  rechts,  van  „Marlebourg  Athlone  et  Koehoorn."  en  daar- 
onder: „Venlo  Gew:  28.  Sept:",  „Stevensweert  Gew:  2.  Octob:", 
„Roermond  Gew:  7.  Octob:"  en  „Luyk  Gew:  14  Octob:".  Ter  rechter- 
zijde van  de  hoofdvoorstelling,  in  medaillon,  tegen  twee  gekruiste  ankers, 
de  borstbeelden  der  zeehelden :  „Ormond  Rooke  et  Allemonde.",  daaronder 
„Cadix",  „Petite  Guave",  „Terre  neuf."  en  „S^  Domingo.",  terwijl  links 
van  het  onderschrift  nog  is  afgebeeld  „Hulst  Verlaaten"  en  rechts 
„8^  Donaas.  ■  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  maar  naar  P.  Kaarsgieter 
door  D.  de  la  Feuille. 

1703.  Mulleb  (No.  3304). 

3093.  „De    verbondzaal     der   hoogst   yermo       gende 
machten,  tot    recht  en  vree."    —  „t  geseegend  jaer  van 

MDCCn." 

Op-  en  onderschrift  eener  zinneprent  op  de  gebeurtenissen  van  1702. 
Achter  een  ronde  tafel,  in  het  midden  eener  zaal,  staan  Christendom  en 
Vrede  naast  elkaar.  Vóór  hen  „algemeene  Vrijheid"  met  de  weegschaal 
in  de  linkerhand  en  met  de  rechter  omhoog  wijzende  naar  een  wereldbol, 


Digitized  by 


Google 


1703 


ZINNBPRBNT   OP   DB   OBBBURTBNI88BN  VAN    1702  27 


die  aan  een  zijden  draad  onder  een  soort  hemel  hangt.  De  vr^heid  der  natiën 
dient  echter  bewaard,  daarom  herinnert  het  inschrift :  „Wilhelmi  aT8picüs*\ 
aan  de  binnenzijde  Tan  dien  hemel,  aan  het  verbond  in  1701  door 
toedoen  van  Willem  ui,  in  volkomen  eensgezindheid  gesloten,  en  is 
een  zinnebeeld  van  die  eensgezindheid  aan  de  voorzijde  daarvan  aan- 
gebracht. Rondom  de  tafel  zitten :  de  keizer,  die  uit  den  kardinaalshoed  (van 
Porte  Carrero)  'tvalsche  spaansche  testament  haalt;  de  koningin  van  Enge- 
land met  passer  en  scepter  in  de  hand,  en  één  der  leden  van  de  Staten- 
Generaal  met  een  staat  van  oorlog  vóór  zich  en  een  horloge  in  de  hand? 
daar  de  tijd  geen  uitstel  lijdt  Lodewijk  xiv  heeft  het  oorlogszwaard  en 
den  geldbuidel  vóór  zich  liggen  en  keert  zich  toornig  van  de  overigen 
af,  vast  besloten  om  de  spaansche  en  firansche  kronen  onder  één  hoed 
te  brengen,  gelijk  dit  a%ebeeld  is  op  een  schild  in  den  rechterbeneden- 
hoek,  met  het  opschrift  „Male  jvncta."  en  ook  gezegd  wordt  m  de  uitlegging, 
in  *t  firansch  en  in  't  hollandsch,  in  vier  kolommen,  in  boekdruk,  onder  de  plaat 
Wordt  dit  schild  door  de  Waarheid  vastgehouden,  in  den  linkerhoek  is 
de  Dapperheid  afgebeeld  met  den  pilaar  der  Standvastigheid,  gereed  om 
de  Loosheid  tegen  te  gaan.  In  een  schild  bij  deze  geplaatst,  zijn  een 
keizers-  en  koningskroon  a%ebeeld,  waarboven  de  pauselijke  tiaar  en  het 
inschrift  .,Qvorsvm  nesdo".  Rechts  op  den  achtergrond  de  Bondsgodin, 
te  voorschijn  tredende  van  achter  een  gordijn,  waarop  de  slag  bij  Yigos 
is  afgebeeld.  Langs  den  linkerwand  vier  stoelen,  waarop  de  wapens  van 
Savoye,  Mantua,  Keulen  en  Beieren,  Frankrijk's  bondgenooten ;  rechts 
een  gelijk  getal  met  de  wapens  van  Venetië,  Florence,  Modena  en  Por- 
tugal, de  zijde  der  Qeallieerden  toegedaan.  Op  den  rechtermuur,  zinnebeeldig, 
de  verheffing  van  aartshertog  Karel;  aan  de  linkerzijde  de  stroomgoden 
van  Rijn  en  Maas,  twee  piramides  met  afbeeldingen  van  veldslagen  en 
belegeringen,  en  de  portretten  van  „Rex  losephus"  en  „Rex  Frederi- 
(cus)'*.  Naast  Lodewijk  ratten,  knagende  aan  twee  boeken:  „Carga 
de  Mexico''  en  „Carga  de  Peru",  en  aan  een  kist  met  papieren.  Op  de 
voorzijde  van  het  tafelkleed  is  „een  wysen  Heldin"  afgebeeld  tusschen 
de  zinnebeelden  van  schijnvrede  en  oorlog  gezeten.  De  eerste  wijst  zij  af. 
Boven  haar  het  inschrift  „Pace  ficta  bellvm  potivs".  Lager,  in  een 
afumderlijk  lijstwerk:  „Luyk  en  zyne  twee  sterkste  casteelen  veroverd." 
Links  in  de  lucht,  de  Qerdchtigheid  en  de  Overvloed;  rechts  drie  furiön 
op  de  vlucht  gedreven.  (Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  maar  door  R.  de 
Hooghe.    De  uitlegging  op  een  a&onderlijk  vel. 

1703.  MuLLBR  (No.  S305). 

3094.     „Facit  conioncüo  tutos." 

In«chrift  in  een  gebeeldhouwd  cartouche,  midden  in  een  zinneprent  op 
de  gebeurtenissen  van  1703.  Boven  de  cartouche  een  adelaar  met  zwaard 
en  rijksappel   in   de  klauwen,  links  van  dezen  een  eenhoorn  (Engeland)' 


Digitized  by 


Google 


28  VSBSCHILLENDfi   GEBEURTENISSEN  I70S 

rechts  een  leeuw  (Holland).  Daarboven  het  borstbeeld  van  Willem  m, 
naar  links,  in  een  medaillon  tusschen  zware  draperién  geplaatst,  waarom- 
heen een  lint  met  inschrift:  „Etiam  Post  Funera".  Koningin  Anna 
staat  links  van  het  cartouche,  dat  op  een  soort  voetstuk  rust,  waar  vóór 
de  Dapperheid  geknield  ligt,  die  het  monogram  van  den  overleden  vorst 
grift  in  een  medaillon,  omgeven  door  een  slang,  als  het  beeld  der  eeuwig- 
heid. Geheel  links  verslaat  Herkules  Nijd,  Bedrog  en  Vooroordeel. 
Rechts  van  het  altaar  staat  de  Vrijheid  met  vrijheidahoed  en  speer,  waar- 
aan de  pijlbundel,  door  een  lauwerkrans  omgeven,  is  bevestigd.  Terzijde 
van  haar  een  doek  waarop  de  „Helden  Daaden  van  den  Jaare  1702"  zijn 
a^ebeeld.  Bovenaan  de  plattegronden  van  „Keisersweert",  „Landau.**  en 
„Venlo."  naast  elkaar.  Daar  onder,  in  een  ovaal,  het  nemen  der  vloot  bij 
•jVigos."  en  nog  lager  plattegronden  van  „Roermond.",  „Stevenswaert."  en 
„Luyk."  Onder  dit  doek  de  Hollandsche  leeuw  met  zwaardjinden  rechtervoor- 
klauw  en  den  linker  op  een  papier,  waarop:  „Vi  gilanter  Deo  Confiden- 
tes*'.  Boven  het  doek  een  engeltje  (de  Faam),  dat  de  bazuin  blaast  en 
met  de  omlauwerde  zeis  van  den  Tijd  op  Venlo  wijst.  Gravure  langw. 
in-fol.,  naar  en  door  C.  Huyberts.  Onder  de  plaat,  in  boekdruk,  een 
40regelig  vers  van  W.  van  der  Hoeven;  links  daarvan  een  ,, Kort  Begryp 
der  voornaamste  Daaden  van  zyne  Allerdoorluchtigste  Majesteit  William 
'den  III  ®"'  Koning  van  Groot  Britanje.  enz.  tot  aan  zyn  dood.*';  rechts 
., Roemruchtige  Overwinningen,  door  de  Geallieerden  geduurende  het 
Jaar  1703.  op  de  Franschen  en  Spanjaarden  behaald;  eindigende  met 
d'Expeditie  by  Vigos."  Boven  deze  drie  kolommen  het  algemeen  op- 
schrift: „Ter  eeuwige  gedachtenisse  van  het  zeeghaflig  Jaar  1702." 
Onder  dezen  tekst  een  in  rood  en  zwart  gedrukte  „Princelycke  almanach, 
Voor  't  Jaar  1703.",  geplakt  in  de  daarvoor  zeker  opengelaten  ruimte, 
waardoor  nu  plaat,  tekst  en  almanak  op  één  plano  vel  konden  komen. 
Onder  het  vers  het  adres:  „t Amsterdam,  by  Adriaan  Braakman,  Boek- 
verkoper in  de  Beurs-straat,  by  den  Dam.  Anno  1703." 
1703.  Niet  bu  Muller  (No.  3805). 

3095.  „Hef  Huwelijk   Van  Mars  met  de  Vrede  Door  ƒ, 
de  Both  Mcb=,Z=:' 

Inschrift  in  de  titelplaat  van  een  ..staat-spel."  in  1703  te  's  Gravenhage 
bij  E.  Boucquet  uitg-ekomeu.  Rechts  sttiat  Mars,  met  de  linkerhand 
rustend  op  het  wapen  van  Frankrijk,  en,  over  een  offerschaal  heen.  de 
rechterhand  reikende  aan  een  vrouw  met  palmtak  in  de  linkerhand  (de 
Vrede).  Achter  de  offerschaal  een  geestelijke.  Gravure  in-8*.,  door  „V  Hoek'. 

2  Januari  1703.  Mulleb  (No.  3306a  en  b), 

3096.  „Geweldige  opschudding  te  N^megen." 

Onderschrift  onder  de  afbeelding  van  een  gevecht  voor  het  stadhuis 
aldaar,    naar  aanleiding  van   de  magistraataverandering,   welke  op  dien 


Digitized  by 


Google 


1703  TSB80HILLBNDB   OBBSÜRTBNISSIN  29 


dag  plaats  moest  hebben,  waarbij  de  Gemeenslieden  wenschten,  dat  hun 
de  Trije  bestelling  der  eigen  regeering  zou  worden  a%estaan.  Gravure 
langw.  in-4*.,  naar  en  door  R.  Vinkeles,  met  adres  van  F.  Bohn. 

Hierbij  b  dezelfde  plaat  in  proefdruk  vóór  het  onderschrift  en  met  den 
naam  van  den  graveur  gepointilleerd. 

1703.  Muller  (No.  3807). 

3097.  „Gelder  Soo  als  het  tegens  =  woordig,  in  syn 
Werken  Ic^,"  enz. 

Zie:  Ko.  3103  hierna. 
30  Juni  1703.  Mullbb  (No.  3317fl). 

3098.  „Plan  van  de  Batailje  der  Holland  en  Fi*anse 
Armee  Voorgevallen  tussen  Moijsebroeck  Wilmerdonck  en 
Orderen  op  den  30.  lanij.  onder  Commande  van  de  Heer 
Generaal  Obdam.  1703". 

Inschrift  in  een  steen  onder  in  een  situatiekaart  dier  plaatsen  en  om- 
streken. Onder  de  plaat,  in  vier  kolommen,  met  het  algemeen  opschrift: 
.^Battailie  van  Wil  merdonck,  by  Eckeren,"  enz.,  „Annotatie  voor  de 
Plan  Tan  de  Bataillie  van  Wilmerdonck"  enz.,  —  „Remarques  pour  Ie 
Plan  de  la  Bataille  de  Wilmerdonck,"  enz.  welke  in  'tfransch  en  in 
't  boUandsch,  de  verklaring  geeft  der  letters  A — BB  in  de  plaat,  alles  in 

boekdruk.  Qravure  langw.  in-fol.,  naar  d'Yvoy,  dien  Muller  Mr.  kaarten. 

r  ^ 

maker  noemt.   Hier  staat  echter  „Monas    Yvoij    Ca  tier  Maist.(re)  Gene- 

rael   et{c)  et{c)".  wat  toch  zeker  kwartiermeester-generaal  beteekenen  zal 

daar  d'Yvoy  deie  waardigheid  toen  bekleedde.  Met  adres  van  P.  Husson 

te  's  Qravenhage. 

30  Juni  1703:  Muller  (No.  3318). 

3099.  „Plaan  (sic)  van  de  Battalje  der  Hollandtse  en 
Franse  Anneé  voorgevallen  tussen  Moijsebroeck.  Wilmer- 
donck en  Ontere  (sic)  op  den  30.  lunij  1703,  onder  Com- 
mando van  de  Heer  Generaal  Obdam". 

Inschrift  in  een  label  boven  in  een  situatiekaart,  bijna  als  de  vorige. 
Onder  de  plaat,  op  een  afzonderlijke  strook,  in  boekdruk :  „Ezplioatie  van 
de  recontre",  enz.  in  het  hoUandsch  en  „Explication  de  la  rencontre" 
enz.  in  het  fransch,  elk  in  twee  kolommen,  verklaring  gevende  van  de 
letters  A^L  in  de  plaat.  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.  Onder  de  expli- 
catie het  adres  van  N.  Wildt  te  's  Qravenhage. 
1703.  Niet  bij  Muller  (No.  8318). 

310(y.  „Le  diic  de  Baviere  Batu.''  ,^Bas  Jesus 
MaHr 

Inschriften  ter  zijde  en  onder  een  afbeelding  in  cartouche,  die  den 
Keurvorst  als   boeteling   geknield   voorstellen  moet,  maar  zeker  vroeger 


Digitized  by 


Google 


30  KAKEL   m   VAN   8PANJB  -   LIMBUKO   -   OKLDBK  170S 


▼oor  i«t8  anders  diende.  Kroon  en  staf  liggen  naast  hem.  Hij  heeft 
een  geesel  in  de  hand  en  zegt:  „Miserere  Mei".  In  den  rechterbovenhoek 
een  gedeelte  eeaer  stralenkrans  waarin:  „Avr",  daaronder  een  Christus- 
beeld. Onder  de  plaat  een  vers  van  38  regels  in  vlaamsch  dialect,  o.  a. 
zinspelende  op  den  slag  bij  Wilmerdonk,  enz.  Gravure  kl.  in-8*.,  z.  n.  v.  gr., 
met  adres  van  H.  Aertssens  te  Antwerpen. 

ig^  September  1703.  Mullse  (No.  S331). 

3101.  „Veritable  representation  de  TOrdre  du  depart 
de  S.  M.  C.  Charles  III.  Roy  d'Espagae  &c.  parti  d« 
Vienne  Ie  19.  Septembre  1703.'' 

Opschrift  (met  fransche  verklariug  der  cijfers  1 — 11)  boven  de  afbeel- 
ding van  den  reisstoet  ia  zes  rijen  boven  elkander.  Onder  de  plaat,  in 
twee  kolommen,  hetzelfde  opschrift  en  de  verklaring  der  cijfers,  in  't  hol- 
landsch  en  in  'tduitsch  en  twee  Sregelige  verzen  in  dezelfde  talen, 
alles  in  boekdruk.  Gravure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van 
A.  Braakman  en  O.  La  Feuille  te  Amsterdam,  naardeCopietot  Weenen. 

S7  September  1703.  Mullbb  (No.  SSS3). 

3102.  „Situatie  van  Limburgh**. 

Ondersohnfl.  met  verklaring  der  nummers  1 — 6,  in  den  rechterbeneden- 
hoek  eener  plaat,  waarop  een  gezicht  in  vogelvlucht  der  stad  en  van 
hare  omstreken.  Gravure  langw.  inV.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van 
Anna  Beeck  te  'sHage. 

20  April— 7  Oktober  1703.  •      Müllie  (No.  S807). 

moet  zijn:  Na.  Mullkr  (No.  382f). 

3103.  „Gelder  Soo  ala  het  tegen8=woordig,  in  gyn 
Werken  legt,  en  in  gesloten  is,  met  de  Attaques,  door  de 
Troepen,  Van  syn  Koningl  =  Maiest=  Van  Pruissen,  ge- 
commandert  door  syn  Hoog  =  Graafl  =  Ëxell  =  de  Beer 
generael,    Lieut  =  Lotthum.    A9  1703.    20    April.'* 

„De  Bombardering  is  uytgevoerd  op  den  7.  Octob 
volgens  Ordre  van  Hoog  =  gem.  Heer  Generaal,  door  den 
Heer  Schlundt,'*  enz. 

Inschriflen  in  twee  labellen,  links  en  rechts  in  de  bovenhoeken  eener 
situatiekaart  van  Gelder  en  de  omliggende  landen  met  de  belegerings- 
werken.  In  den  rechterbenedcnhoek  een  voetstuk,  waarop  de  „Verklaaring 
der  Getalen  en  Telkens"  (l — 10).  Op  een  afzonderlijke  strook  bovenaan 
twee  afbeeldingen:  „Attaque  de  Hartenfeldt"  en  „Attaque  de  Verth.", 
met  verklaring  der  letters  A — T  en  A—X  onder  iedere  voorstelling. 
Onder  de  groote  plaat,  eveneens  op  een  afzonderlijke  strook,  de  verklaring 
in  het  firansch,  der  letters  a—o  A^H  en  A— H,  in  de  hoofdvoorstelling. 


Digitized  by 


Google 


170S  KOMST   TAN   KARBL   lU   IN   8PANJB  31 

Grmvufc  br.  in-fbl.,  z.  n.   ▼.  gr.    In  den  linkerbenedenhoek  der   groote 
plaat  het  adres  van  D.  van  Bueghem  in  de  Brugstraat  te  Wesel. 

.1708.  MüLLBB  (No.  8825). 

3104.  „Gloriense  representatie  van  .  .  .  Gonstantyn  van 
Sterrerelt,"  enz. 

Zie:  No.  8088  hiervoren. 

7  Maart  1704.  Mullbb  (No.  8828). 

3105.  „Gloriense  Tianding  en  Inhaling  vanzyn  Maies- 
teyt  Carel  de  III.  Koning  van  Spagnie  en  Indien.  Geari- 
yeert  op  den  7  Maart  1704.  tot  Losabon  in  Portugal." 

Inschrift  in  een  doek  in  den  rechterbovenhoek  eener  plaat,  de  vloot  op 
den  voorgrond  en  Lissabon  op  den  achtergrond  vertoonend.  Gravure 
langw.  in-4*..  door  P.  Slujter.  Rechts  bovenaan  gemerkt  „Fol.  201."  üit: 
JEwtopenehe  Mercurius.  Zie  voor  een  anderen  staat  dezer  plaat  Muller 
No.  8750*. 

7  Maart  170i.  Mullbb  (No.  8829). 

3106.  „Op  de  Verbeelding  der  Overkomst  van  den 
grooten  koning  Karel  de  III.  Monarch  van  alle  de  His- 
panien  en  de  Indien.*'  —  „Sur  la  representation  da 
Passage  de  Charles  UI.  roi  des  Espagnes  ft  des  Indes." 

Opschrift,  in  twee  kolommen,  boven  een  S-regelig  hollandsch  vers  van  F. 
de  Kaarsgieter,  een  even  groot  fransch  en  daaronder  de  „Verklaring  der 
Cyfertallen**,  „Bzplication  des  chiffres."  (1 — 14)  ieder  in  twee  kolommen, 
alles  in  boekdruk.  Deze  tekst  is  geplakt  onder-  en  geeft  de  verklaring 
van  een  zinneprent  op  Karel  m  van  Spanje.  Hij  is  in  de  rechterhelft 
der  plaat  ^voorgesteld  in  romeinsch  krijgsgewaad,  met  het  zwaard  in  de 
opgeheven  rechterhand  en  een  schild  in  de  linker.  Minerva  geleidt  hem 
naar  een  gebouw,  dat  achter  hem  verrijst  en  versierd  is  met  de  afbeel- 
dingen van  een  veld-,  een  zeeslag  en  twee  portretten.  In  de  wolken  zitten 
Jupiter,  zijn  bliksems  gereed  houdende  om  zijn  vijanden  te  treffen,  en  Karel  v 
als  Herkules.  Links  twee  zinnebeeldige  vrouwenfigfuren,  bij  een  wereldbol, 
waarvan  het  gedeelte,  waarin  Amerika  ligt,  zichtbaar  is;  de  ééne  die  's  konings 
wereldlijke  onderdanen  voorstelt,  heeft  de  stedekroon  op  het  hoofd  en  biedt 
den  vorst  een  scepter  aan,  welke  bovenaan  een  hand  heeft  waarin  een 
oog  a%ebeeld  is;  de  tweede  vrouw,  zijn  geestelijke  onderdanen  vertegen- 
woordigende, ontsteekt  een  reukoffer.  Een  engeltje  komt  met  de  keten  der 
orde  van  het  Gulden  vlies  naar  hem  toe.  Tusschen  deze  beide  deelen  der 
hoofdvoorstelling  ziet  men  op  den  achtergrond  den  stroomgod  van  de 
Taag  en  een  paar  amerikaansche  onderdanen  van  den  vorst,  te  halver 
lijve,  terwijl  links  op  den  voorgrond  een  paar  afnkaansche  en  ameri- 
kaansche  onderdanen,   zooals  de   uitlegging   zo   noemt,    door   het  water 


Digitized  by 


Google 


82  KOMST   VAN   KAREL   III   IN   SPANJE  1703 


wadende,  een  grooten  hoorn  des  o vervloeds  aan  Neptunus  brengeen.  Rechts 
op  den  voorgprond  twee  leeuwen,  de  Leonsche  en  de  Vlaamsche  leeuw  „die 
hun  Vorst  beschermen".  Tusschen  deze  beide  groepen  van  den  Toorgrond 
de  afbeelding  van  Alcides  den  driehoofdigen  Cacus  -verslaande. 

Door  de  uitlegging  ia  deze  niet  oorspronkelijke  prent  op  Karel  iii  toe- 
passelijk gemankt.  Muller  zegt  dat  ze  eerst  als  zinneprent  voor  Willem  ni 
gediend  heefl,  maar  zelf  beschrijft  hij  de  prent  in  dien  staat  onder  de 
zinneprenten  op  dien  vorst  niet  en  de  geheele  voorstelling  maakt  het 
reeds  onwaarschijnlijk  dat  ze  daarvoor  ooit  zou  hebben  kunnen  dienen. 
Ëen  vroegere  staat,  hier  ook  aanwezig,  heefl  met  den  boven  beschrevene 
de  volgende  verschillen: 

lo.  De  romeinsche  veldheer  heeft  niet  den  kop  van  Karel  iii,  maareen 
ander,  met  sluik  nederhangend  haar,  doch  dat  is  de  kop  van  Willem  ni 
niet,  maar  zeker  die  van  Karel  n  van  Spanje. 

2o.  Achter  de  zinnebeeldige  vrouw,  die  het  reukoffer  ontsteekt,  ziet 
men  een  standaard.  In  beide  staten  der  plaat  is  boven  aan  dien  standaard 
het  naamcijfer  aangebracht  van  een  Carolus,  n.1.  twee  Cs  door  elkander 
gegraveerd;  in  den  hierboven  beschreven  lateren  staat  is  het  romeinsche 
cijfer  II,  dat  oorspronkelijk  achter  die  O's  stond,  in  een  zeer  zwarte  III 
veranderd. 

3o.  Beide  staten  hebben  rechts  onderaan  den  naam  van  Rom.  de  ' 
Hooghe  als  graveur,  maar  de  hierboven  beschrevene  heeft  het  adres 
van  .,Nicolaus  Visser"  te  Amsterdam,  onder  de  voorstelling  van  Alcides 
en  Cacus,  terwijl  in  dezen  vroegeren  staat  het  adres:  „Bruxelle  apud  Johan- 
nem  Leonardi  Bibliopolam."  boven  die  voorstelling  gegraveerd  is;  ondanks 
de  arceering  is  het  slecht  weggeslepen  adres  van  Leonardi  op  de  eerst- 
bcschreven  plaat  nog  zeer  goed  zichtbaar. 

4o.  Er  komen  in  dezen  staat  geen  cijfers  in  de  plaat  voor. 

60.  Bij  de  twee  mannen  met  den  hoorn  des  overvloeds  leest  men  in 
beide  staten  „Asia"  en  „Africa"  terwijl  ze  daarentegen  in  de  verklaring  van 
den  lateren  staat  (zie  boven),  een  Afrikaan  en  Amerikaan  genoemd  worden. 

Dat  de  laatst  vermelde  een  vroegere  staat  is  dan  de  eerst  beschrevene, 
blijkt  uit  een  derde  exemplaar  in  deze  kollektie.  Daarin  is  de  kop  van 
Karel  11  weggeslepen  en  nog  niet  door  dien  van  Karel  m  vervangen. 
Het  adres  van  Leonardi  is  reeds  weggekrabt,  maar  achter  de  gekruiste 
O's  staat  de  romeinsche  II  nog  en  er  zijn  nog  geen  cijfers  in  de  plaat 
gegraveerd. 

Onder  dezen  staat,  leest  men  deze  H.  8.  mededeeling  van  de  Wed. 
Leonardi  aan  Bomeyn  de  Hooghe(?)  „Mijn  Heer  dese  plaat  heeft 
V.E^  voor  mijn  man  Saaliger  göetst,  en  heb  het  Tronetje  door  Pieter  van 
Gunst  laaten  Snijden.  Ik  Twijfèle  niet  of  V.B.d  sal  wel  kunnen  sien  dat  het 
V.E.<i  Werck  is".  De  kop  van  Karel  ni  is  zeker  dat  door  P.  van  Gunst 
gesneden  „Tronetje." 


Digitized  by 


Google 


1704  „ADMIBAAL   VAN    D£N    VUVSR"  33 


34  April  1704.  MuLLBB  (No.  8330). 

3107.  „Representatie,  of  lof  basnyn  op  de  wel  uytge- 
yoerde  daad  van  verschyde  Scherelingers  Geassisteerd  door 
een  detachement  Hantgranadiers  gecommandeert  door  de 
Heer  Luyt.  Mayserd,  door  de  Loffelyke  en  nooyt  volprese 
directie  van  de  manhaften  heer  C^y"  van  Sterrevelt,  Ad- 
miraal van  de  Vyver,  &c.  &c.  &c.  Op  den  24.  April  1704." 

Opachriit  boven  een  spotvers,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  op 
Constantjn  Tan  SterreTeld.  Admiraal  Tan  den  Vijver  te  's  Graven hage, 
beboorende  bij  een  plaat  met  bet  dorp  Scbeveningen  op  den  voorgrond, 
daaracbter  de  zee;  in  het  midden  der  plaat  op  den  achterg'rond,  eenige 
schepen:  dicht  bij  het  strand  een  man.  met  een  zwaard  in  de  hand,  die 
door  het  water  heen  naar  een  schip  toeloopt,  dat  nabij  den  wal  is.  Onder 
de  prent,  in  boekdruk,  de  verklaring"  der  letters  A—G.  Deze  zeer  zeldzame 
plaat  doelt  op  een  minder  bekende  fi^beurtenis,  die  hierop  neerkomt: 
een  fransch  kaper  had  vier  scheveningfsche  vi.sschers  op  rantsoen  gesteld. 
Toen  men  hem  het  geld  wilde  geven  tot  lossing  der  gevangenen,  eischte  de 
Franschman  dat  men  hem  in  goud  zou  betalen.  De  Schoveningers,  hier- 
over verbitterd,  gaven  er  de  's  graven haagsche  overheid  kennia  van  en 
deze  kwam  hun  met  krijgsvolk  te  hulp.  dat  mede  scheep  ging,  achter  den 
kaper  omvoer  en  onder  't  voorwendsel  van  hem  geld  te  brengen,  hem  over- 
rompelde. Sterreveld,  admiraal(=opzichter?)  over  den  Vijver,  schijnt  een 
druktemaker  te  zijn  geweent  die  zir^h  eenige  personen  tegen  gemaakt  had  ; 
deze,  door  zijn  betrekking  verhinderd  om  mede  scheep  te  gaan,  trakteerde, 
volgens  het  vers.  de  uittrekkenden  op  een  borrel.  Nauwelijks  gereed  met  zijn 
werk,  spoedde  hi)  zich  'savouds  naar  't  strand  en  bood  „tien  pont  groot" 
aan  den  persoon  die  hem  met  schuit  of  boot  de  anderen  achterop  wilde 
voeren.  Er  was  echter  niemand  te  vinden  en  nu  liep  hij  (zooals  op 
de  plaat  is  a%-ebeeld)  in  heiligen  ijver  zee  in,  met  uitgetrokken  zwaard. 
Dat  deze  daad  den  spotlust  wakker  maakte,  is  te  begrijpen.  Gravure 
langw.  in-fol-,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  Nossuh  (Husson)  te"sGravenhage. 
(Zie  ook  No.  3088  en  3091). 

Omtrent  den  z.  g.  admiraal  van  den  Vijver  heb  ik  van  geen  der 
personen,  tot  wie  ik  mij  om  inlichtingen  wendde,  iets  naders  kunnen 
vernemen.  Ofschoon  ik  het  er  voor  houd  dat  de  betrekking  van  opzichter 
misschien  spottend  in  admiraal  veranderd  is  door  de  spraakmakende  ge- 
meente, kan  ik  dus,  ondanks  alle  aangewende  moeite,  niets  zekers  mede- 
deelen.  Alleen  dank  ik  aan  Mr.  S.  van  Gijn  te  Dordrecht  de  volgende 
bizonderbeid :  In  een  achttiende-eeuwsch  boekje,  getiteld:  Lyste  van 
rariteiten^  Die  verkocht  wllen  merden  op  den  3*2  van  Bokkem-maand,  in 
den  Jaren  dat  tweemaal  drie  zco  teel  doet  als  driemaal  ttree.  Ten  Huyu 
van  Anna  Folie  .  .  .  Tnede  deel.  Gedrukt  in  Arahien,  midden  op  de 
ZandZee,  in   'tvervalle   Kasteel  van  den   Rasenden  Roeland,  komt  op  bl. 

nr  3 


Digitized  by 


Google 


34  GIBRALTAR  1704 


119  onder  No.  5t09  Toor:  ,,K«n  Copye  Authentijoq  Tan  een  seer  curieuse 
Missive,  geschreven  door  den  onder  Veldheer  van  het  Moordsche  Veeo. 
Juste  Venenski,  aan  sijn  Papa  Gio  Potteminde  Holsky,  Groot  Schatbe- 
waarder van  Katendrecht".  In  dit  dwaze  stuk,  dat  ongeveer  elf  bladzijden 
beslaat,  wordt  op  bl.  125  met  den  slapenden  boer  van  Stolkwijk,  o.  a  ook 
genoemd  „Admiraal  Sterrevelt  seer  diep  in  den  rouw.  zittende  op  eengebakke 
Pekelharing".  De  geheugenis  aan  hem  was  dus  te  dier  tijd  (ik  vennoe<i 
dat  het  boekje  tuaschen  1720  en  1730  gedrukt  is),  nog  niet  verdwenen. 
Ook  andere  plaatsen  in  dit  werkje  schijnen  op  hem  te  doelen. 

L  Augustus  1704-.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  3340). 

3108.     „De  Baay  En  Stadt.  van  Gibralter'\ 

Inschrift  in  een  kaart,  waarop,  bovenaan  in  het  midden,  de  stad  is 
afgebeeld,  in  vogelvlucht  met  de  vloot,  enz.;  links  bovenaan  „2.  Scheepen 
Leggen(d)  Op  Brand  Wagt".  Rechts  omlijst:  „Gedrukt  Tot  Amsterdam 
Bij  Gerard  van  Keulen  Boek  Zeekaard  Verkooper  en  Graadboog  Maker 
aan  Oost  Zijde  Van  De  Nieuwen  Brug  Inde  Gekroonde  Loot^man  Met 
Privilegie  Voor  16  laeren.  door  I  Stevinkhof."  Een  ,,Pertinente  Ver- 
klaring van  de  Stad  en  Bay  vun  Gibralter:  mitsgaaders  de  situatie  van 
dien,  d' Attaque  van  de  Gekombineerde  Vloot,  de  Landing,  desselfs  Militie, 
en  alle  voordere  Dieptens  en  Droogtens.  in  de  zelve  Baay  bekend.  Zo 
als  bevonden]  is  in  't  attaqueeren  der  Stad  OibraUer,  den  1  Augustus 
1704,  en  de  volgende  Daagen,  tot  des  zelfs  Overgpaaf  aan  den  Prins  van 
Hessen  Darmstad,  voor  den  Aarts  Hertog  Karel  den  m  **.,  alsKonmg 
van  Spangien,  etc.  etc.  etc.  Opgegeeven  door  Joannes  Stevinkhof" 
geeft,  op  één  blad,  gr.  infol.  en  met  hetzelfde  adres  van  de  kaart,  een 
verklaring  der  letters  A— Z  en  a — t.  Deze  kaart  is  een  kopie  van  de 
door  Muller  onder  No.  S340,  naar  het  exemplaar  van  Mr.  S.  van  Gijn, 
beschrevene.  De  hier  aanwezige  is  eenigzins  gewijzigd  voor  zoover  het 
de  daarop  afgebeelde  vloot  betreft  en  heeft  in  den  rechterbovenhoek 
't  adres  van  van  Keulen  waar  bij  die  van  Mr.  van  Gijn  vierderlei  voet- 
maat gegraveerd  is,  terwijl  omgekeerd  hier  in  den  rechterbenedenhoek 
de  voetmaat  voorkomt,  waar  daar  het  adres  staat:  „Tot  Amsterdam  by 
loannes  Loots  Boek  Zeekaard  Verkooper  en  Graadboog  Maker  inde 
Nieuwebrugsteeg  inde  longe  Lootsman." 

1  Augustus  1704.  *.    Niet  bu  Muller  (No.  3840). 

3109.  „Meiü  en  seer  Naw  keurig  Corecte  Pian  van 
Gibraltar  met  alle  zyne  Fortificatiens  en  Verbeteringe  en 
de  Nuttigheeden  van  dien  Plaats.  Opgedragen  aen  den 
Ed  Lord  Portmore.  Plan  tres  Exact  de  Gibraltar  et  de 
ses  Forti fications'^  enz. 

Inschrift  in   een  steen   in   den   rechterbenedenhoek   van   de   bovenste 
helft  eener  plaat,   waarop   een  plattegrond  van  Gibraltar,  omgeven  door 


Digitized  by 


Google 


170*  8LAO  BU   HOCHSTBTT  35 

een  geticht  io  vogelvlucht  van  het  omliggende  land,  is  a%ebeeld.  De 
onderste  helft  is  in  driën  verdeeld  en  vertoont  de  „Bay  de  Porto  Bello", 
„Dertroit  de  Gibraltar."  en  .,Lac  de  Cartagene."  Onder  de  plaat,  op  een 
afconderlijke  strook,  in  vier  kolommen,  in  boekdruk:  ,.Explication  Des  Let- 
tres &  Nombres  (A— Z  en  1—7)  de  la  Ville  de  Gibraltar."  „Uitlegging 
.  .  .  Der  Letters.'  enz.  Daaronder,  eveoeens  in  vier  kolommen:  „Nauw, 
keurige  beschryvinsfe  Van  de  Situatie  van  de  Stad  Gibraltar,  Leggende 
in  de  iddela  nd  sche  (sic)  Zee,  aan  het  Koninkryk  Spanjen.'  Deze  uit- 
legging, enz.  heeft  het  adres  van  Andries  en  H.  de  Let  te  Amsterdam. 
Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr. 

18  Augustus  1704.  Müllke  (No.  8342). 

3110-  „Accn^ta.  delineatio.  praelii.  Hochstetensis.*' 
enz.  —  „Elepresentation  Exacte  de  la  famense  Bataille 
de  Hochstet,*'  etc. 

Onderschriften  (met  latijnsche  verklaring  der  letters  AS  en  der 
cijfers  1 — 12,  in  de  plaat  voorkomende)  gegraveerd  in  den  breeden  plaat- 
rand  onder  een  vogelperspectief  van  het  geheele  slagveld.  Links  op  den 
voorgrond  Mnrlborough  en  prins  Eugenius  met  hun  staf,  en  graaf  de^ , 
Tallard  gevangen  zittende  in  de  koets  van  Marlborough.  enz.  Gravure 
in-plano,  door  Huchtenburgh  met  adres  van  G.  Valk.  Bij  dit  exemplaar 
is  een  losse  strook,  waarop  het  latijnsche  onderschrift  en  de  uitlegging 
der  letters  en  cijfers,  in  het  hollandsch  vertaald  en  in  boekdruk,  afgedrukt  is. 

18  Augustus  1704.  ,  Muller  (No.  3343<i). 

3111.  „Zegen  by  Hoogstad,  op  de  Fransen  en  Beyer- 
sen  door  S.  H.  Marlbourg  en  pr.  Eugenius  van  Savoyen 
Terkreegen.  13.  Aug.  1704.'' 

Inschrift  in  een  lint  boven  een  drukke  voorstelling  van  den  slag.  Het 
opschrift  is  in  het  midden  afgebroken  door  de  borstbeelden  van  Marl 
borough  en  Eugenius  van  Savoje,  door  vier  zinnebeeldige  figuren  ge- 
houden. Onder  deze  gravure  in-plano  de  verklaring  der  cijfers  en  letters 
in  de  plaat  voorkomende  (1—24  en  A — Z,  a—z)  en  in  het  midden  een 
opdracht  aan  Anna  koningin  van  Engeland,  door  den  graveur  der  plaat 
R.  de  Hooghe.  Daaronder  het  tijdvers: 

„GaLLos  et  Boftros  MarLborg  TIbl  DeLet  In  Istro." 

13  Augustus  1704.  Müllbb  (No.  3344«). 

3112.  ,,Bloedige  BataHe*'. 

Opschrift  op  een  label  boven  de  afbeelding  van  een  hevig  ruiter- 
gevecht  op  een  zeer  heuvelachtig  terrein.  Rechts  op  den  voorgrond 
liggen,  zeer  in  het  oog  vallend,  een  trompet  en  een  hoefijzer,  iets 
meer  naar  achteren  ander  kriJQ^stuig.  Onder  de  plaat,  iu  drie  kolommen,  in 
boekdnik,  „Afbeelding  van  de  bloedige  Bataille,  en  naauwkeurig  relaas 


Digitized  by 


Google 


36  SLAO   BIJ   HOCHSTBTT  1704 

Wegfens  de  overgroote  en  uitmuntende  victorie.  Door  het  Leger  der  Ge- 
allieerde Mogendheden  aan  den  Donau,  hy  Hochsted,  op  dat  van  Vrank- 
ryk  en  Beyeren  hevogten  den  13  Augusti  ITO*."  en  „Verklaaring  van 
de  Cyfergetallen,"  (1 — 32).  Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Volgens  den 
heer  J.  Ph.  van  der  Keilen  geheel  gevolgd  naar  een  groote  prent  van 
8.  van  der  Meulen. 

13  Augustus  1704.  Muller  (No.  8346). 

3113.  „Bloedige  Batalie  byHoghsted.  Voorgevallen  op 
den  13  Augustus  1704.'' 

Opschrift  in  een  lint  boven  in  de  plaat.  Op  den  voorgrond  een  gevecht ; 
daarachter  de  legerkorpsen  en  rechts  Hochstett,  dan  de  rivier  en  geheel 
op  den  achtergrond  heuvelachtig  terrein.  In  den  rechterbovenhoek  ver- 
klaring der  cijfers  1 — 10.  Onder  de  plaat  drie  kolommen  tekst,  waarvan 
de  laatste  een  uitvoerige  lijst  der  p^evanpfcnen  bevat,  terwijl  boven  de 
eerste  staat:  ,,Afbeelding  Van  de  bloedige  batail Ie,  en  naauwkeurig  relaas 
Wegens  de  overgroote  en  uitmuntende  victorie.  Door  het  Leger  der  Ge- 
allieerde Mogeatheden  aan  den  Donau.  by  Hochsted,  op  dat  van  Vrank- 
ryk  en  Beyeren  bevogten  den  13  Augusti  1704.'\  alles  in  boekdruk 
Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr. 

13  Augustus  1704.  Niet  bij  Muller  (No.  3349) 

3114.  „A  most  Exact  and  Accurate  Plan  of  the  Several 
Attacks  at  the  Famous  Battle  of  Uleinheim  And  of  the 
Incampments  of  both  Armies  Before  8f  after  the  Battle, 
The  whde  Snrvey'd^  upon  the  Spotj  hy  the  Quarter-Master 
General^  Assisted  by  the  Best  English  Ingeneers  and  Cor- 
rected  and  Approved  hy  all  the  Generals.^* 

Opschrift  op  een  monumontalen  steen  (waarop,  tusschen  krijgsattributen, 
een  zinnebeeldige  figuur  met  vreJepalm  en  speer)  in  den  linkerbeneden- 
hoek eener  plaat,  uit  twee  bladen  bestaande  en  met  vier  verschillende 
tafereelen.  De  slagorde  der  beide  legers  is  uitvoerig  afgebeeld  op  het 
linkerblad  der  plaat,  op  één  zesde  na,  in  den  rechterbovenhoek,  dat,  met 
het  geheele  bovenste  derde  deel  van  het  rechterblad  ,.A  Prospect 
of  the  Battle  &  Victory  at  Bleinheim"  vormt,  volkomen  gelijk  aan  het 
onderste  gedeelte  van  de  hierboven  onder  No.  3110  beschreven  plaat 
van  Huchtenburg.  waarvan  het  een  verkleinde  kopie  is.  Het  overige 
van  dit  blad  wordt  ingenomen  door  de  plans  van  „Dona(u)wert"  en 
„Landau"  met  hunne  omstreken.  In  iedere  afdeeling  staat  een  uitvoerige 
verklaring  der  daarin  voorkomende  cijfers  en  letters.  Onder  deze  plaat 
op  twee  vellen,  in  zes  kolommen,  in  boekdruk:  „An  Exact  and  Briei 
Belation  of  the  glorious  campaign  Of  Hisgracethedukeof  Marlborough", 
enz.    Uitvoerige,  gedeeltelijk   gekleurde   gravure   in-plano,   z.    n.  v.  gr., 


Digitized  by 


Google 


170i  SLAG   BU   HOCHSTETT  37 

met  adres  ^an  David  Mortier,  at  the  Sign  of  the  Erasmus's  Head,  aear 
the  Savoy  ia  the  Strand  1705."  te  Londen. 

18  Augufitua  1704.  a.    Niet  bij  Mülleb  (No.  3351). 

II 

3115.  ^^y^Uhergrosse  u:  Ilerri.  Victoria  ivelche  die 
KaysevL  u ;  Hohen  Alliirte  ohnweit  Höchstdtt  wieder  (sic) 
Franckreich  und  Chur^Baijem  mit  Gottes  Hülffe  und 
Beijstand  mhmlichst  erhalten.  ivobey  unten  hemerckety  was 
das  denckivürdigste  so  damit  vorgangen.  den  13.  Aug: 
Ao    1704.'' 

Inschrifl,  met  adres:  „Nümberg  Zu  finden  bey  lohann  Christoph 
Lochner  Buchhaudlern'  ,  in  een  met  wapens,  trofeèn,  enz.  versierd  car- 
touche, boven  de  afbeelding  van  den  slag.  Links  op  den  voorgrond 
prins  Ëugenius  te  paard ;  rechts  een  jammerende  gewonde ;  in  *t  midden 
een  geweer,  degen,  trom  en  vaandel.  Onder  de  plaat  de  verklaring 
der  letters  A—Q.  Gravure  br.  in-fol,  door  Montalègre. 

13  Augustus  1704.  b.    Niet  bij  Mülleb  (No.  3351). 

3116.  yjlmstandlich-accuraie  Vorstdlung  derjenigen 
Preisz  =  würdigen  Victori/^  Welche  .  .  .  beij  Höchstdtt  die 
Hohen  AUiirten/,  .  .  hefochten.** 

„fiïn  Sieg  dem  andern  folgt/  GOtt  vor  die  Seinen 
streitetf'  enz. 

Vijf  regelig  opschrift  en  4  regelig  vers  in  twee  rijen  boven  een  voor- 
stelling vao  dezen  slag.  geheel  anders  van  ordonnantie  dan  de  vorige.  Links 
de  Donau,  waarheen  al  de  opgejaagde  Franschen  vluchten.  Op  den  voor- 
grond links  een  ruitergroep,  waarbij  de  erfprins  van  Cassel.  Onder  de 
plaat  het  verhaal  van  den  slag,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk.  Onderaan 
de  derde  kolom  de  verklaring  der  cijfers  1—10.  Gravure  langw.  in-4"., 
2.  n.  V.  gr.,  met  gefingeerd  adres:  ,,Gedruckt  zu  Trostburg  bey  GottUeb 
Helffer.  An.  1704.' 

13  Augustus  1704.  c.    Niet  bij  Muller  (No.  3351). 

3117.  „A.  SchlacJü  Ordnung  und  aiimarschirung  in 
eUichen  Colonnen.''  enz. 

Afbeelding  van  den  slag  bij  Hochstett  op  geheel  andere  wijze  dan 
de  beide  voorgaande  platen.  Links  onderaan  „Donauwerth",  bovenaan 
„Hocbstffitt".  Op  den  voorgrond,  tot  ongeveer  in  het  midden  der  plaat, 
waar  een  hevig  gevecht  is  afgebeeld,  de  slagorden  der  Geallieerden; 
bovenaan  de  fransche.  In  den  rechterbovenhoek  een  versierd  ovaal, 
waarin  de  uitlegging  der  letters  A — L  in  de  plaat.  Ik  heb  de  eerste 
letter  met  haar  verklaring  als  titel  genomen,  omdat  er  geen  ander 
inscbrift  in  de  plaat  btaat,  hoewel  de  ruimte  voor  een  opschrift  er  wel 
in  TTijgelaten  is.    Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 


Digitized  by 


Google 


38  SLAG   BU   H0CH8TKTT 


1704 


13  Augustus  170i.  Niet  bu  Muller  (No.  3352). 

3118.  „to  Battaille  de  Hoechstedt  Remporte  par  Ie  haute 
AUiez  sur  les  Francais  et  Bavarois  Ie  13  Aout  1704." 

iDbchriH  in  een  rot.sblok  in  den  linkerbovenhoek  eener  situatiekaart 
\an  dezen  veldalag",  waarop  de  legerorden  door  gekleurde  lijnen  zijn  aan- 
gegeven. Op  en  boven  het  rotsblok  eenige  zinnebeeldige  figuren,  als 
b.  V.  boven  in  de  wolken  een  schuilgaande  zon  (Frankrijk);  een  eenhoorn 
(Engeland),  die  een  keur  vorstelijke  muts  (Beieren)  vertreedt;  een  stijgende 
adelaar  (de  keizer);  een  leeuw  (Holland),  welke  een  haan  (Tallard)  ver- 
scheurt, enz.  Gnivure  gr.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  Pierre 
Husson  in  den  Haag,  van  wien  Mr.  Ch.  M.  Dozy  te  Leiden,  nog  een 
andere,  dergelijke,  situatiekaart  beschrijft  onder  No.  3352  A. 

13  Augustus  1704.  Mullee  (No.  3354). 

3119.  „M.  Ie  Marechal  de  Tallard  .  .  .  Il  a  été  fait 
Marêchal  de  France  Ie  14.  de  Janyier  1703,  &  fait  pri- 
sonnier  de  guerre  avec  plus  de  12000  des  siens.  .  .  Ie  13 
d'Aoüt  1704."  etc. 

Onderschrift  met  twee  4-regelige  fransche  versjes,  onder  de  afbeelding 
van  de  Tallard,  met  den  rechterarm  leunende  op  een  tafel,  de  maarschalk- 
staf in  de  hand.  Achter  hem  afbeelding  van  een  veldslag.  Rechts,  op 
den  achtergrond  ..Hoctette"  (sic).  Gravure  kl.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  zeker 
reeds  vroeger  te  zijner  eere  gebruikt. 

13  Augustus  1704.  Mullbb  (8.  No.  3356  A). 

3120.  „La  gloire  des  armees  confederees,  illustree  par 
une  description  blazonnee  De  cxxvui  Drappeaux,  &  de  xxxv 
Etendarts,  deployés ;  pris  des  Francois  &  des  Bavarois . . . 
Portès  en  Triomphe  de  la  Tour  par  la  ville  de  Londres. 
Et  places  dans  la  Salie  de  Westminster.  Ón  y  a  ajoute 
L'Inscription  d*une  Colomne  de  Marbre  Laquelle  doitetre 
erigee  a  Hochstad  .  .  .  Ecrit  en  Latin  par  Mr  Stepney",  etc. 

Inschrift  in  het  midden  eener  plaat,  in  eene  omlijsting  met  zinnebeeldig 
lofwerk;  daarboven  het  portret  in  medaillon  van  koningin  Auna  van  En- 
geland; onderin  de  slag  bij  Hochstett  verkleind  en  meest  gelijkend  op- 
No.  3110  hier  voren. 

Aan  weerszijden  van  dit  middenstuk  zijn  dertien  verschillende  standaar- 
den en  vaandels  (étendarts  et  drapeaux)  afgebeeld,  terwijl  twee  pilaren, 
waarop  de  beelden^  van  Waarheid  en  Gedachtenis  staan  en  waaraan  wapens 
en  wapentrofeen  hangen,  aan  beide  zijden  de  plaat  besluiten.  Onder  de 
plaat,  in  acht  kolommen,  de  namen  der  officieren  die  zich  met  hunne 
regimenten  overgaven,  aanwijzing  der  vlaggen  en  uitlegging  van  de  afbeel- 
ding  van  den   veldslag.    Geheel   onderaan:  „Ce  Dessein  Knluminé,  Est 


Digitized  by 


Google 


1704  ZKËSLAG   BIJ   MALAGA  39 


Tres  Humblement  Dedié  A  Sou  Altesse  Royale  Le  Prince  George  de 
Denemark,  Grand  Amiral  D'Angleterre.  .  .  &c.",,Robt  Spofforth  Sculp". 
Blijkens  deze  opdracht  is  deze  plaat  dus  gemaakt  met  het  bepaalde  doel 
om  gekleurd  te  worden  uitgegeven.  Gravure  in-plano. 

13  Augustus  1704.  Niet  bij  Muller  (No.  3867). 

3121.  „+  Socivm  comitantibvs  armis  tevtonice  tantis  se 
toUit  glo)na  rebm  -f-  Ad  Hoghstat  13  Avg.  1704". 

Oms<;hr;ft  van  de  keerzijde  eener  medaille  ter  eere  van  de  overwinning 
bij  Hot'hatett  door  de  prinsen  Eugeniua  van  Savoye  en  Marlborough. 
Op  de  voorzijde  ziJQ  de  beide  veldheeren  ziunebeeldig  voorgesteld  met 
omschrilt:  ..Vt  sese  tertivs  addatdvxDevs".  Gravure  in- 12*.,  z.  n.  v.  gr.; 
rechts  bovenaan:  ..2©  Deel,  Pag.  390."  en  op  ééue  plaat  gegraveerd 
met  drie  andere  medaillons,  waarvan  twee  doelen  op  dezen  zelfden 
veldslag  en  de  derde  op  de  krijgsgebeurtenissen  in  1706  in  Italië, 
voor  onze  geschiedenis  van  geen  belang  is.  Alle  hebben  rechts  bovenaan 
de  vermelding  van  deel  en  bladzijde,  maken  samen  ééne gravure kl. infol. 
uit  en  behooren  in  een  mij  onbekend  boekje  over  't  leven  van  Eugenius 
Tan  Savoye. 

24  Augustus  1704.  Muller  (No.  3358). 

3122.  „De  franse  vloot  verdelgt  door  de  vereenigde 
engelse  en  staatse*  vlooten  onder  de  Admiralen  Kooke  en 
Callenburg.  Voorgevallen  by  Mallaga,  op  den  24  Augus: 
1704,  tussen  de  Engelse,  Hollandse  en  france  Vlooten." 

Opschrift  alleen  door  het  veranderen  van  namen  en  data  voor  deze 
gebeurtenis  bruikbaar  gemaakt,  maar  overigens,  even  als  de  plaat,  geheel 
gelijk  aan  de  hierboven  onder  No.  2882  beschrevene.  Onder  de  plaat 
een  verhaal  van  den  slag  'en  uitlegging  der  letter»  A — V,  io  vier  kolom- 
men, in  boekdruk.   Qravure  br.  in  fol.,  z.  n.  v.  gr. 

24  Augustus  1704.  Niet  bij  Muller  (No.  3358). 

3123.  „Sie(  hier  de  Fransse  Vlootj  schoon  sterker^  aan- 

{gegrepen 
Van    Rooke    en    CaUenhurg:  soo  schrickelyk  ge- 

(nepen^ 
Door  H  Blixemend  Canon  van  Brit  en  Batavier ; 
Dat  sy  Toxdon  kiest,  en  ons  laet  het  Zee-hestier.^^ 

Inschrifl  in  label  naast  een  kaartje  van  de  plaats,  waar  de  slag  geleverd 
werd,  op  een  doek  boven  een  afbeelding  van  dien  slag.  Onder  de  plaat 
een  hollandsch  en  een  latijnsch  onderschrift  en  de  verklaring  der  cijfers 
1—3,  in  bolde  talen,  in  boekdruk.  Qravure  langw.  in-4®.,  z.  n.  v.  gr. 


Digitized  by 


Google 


40  ZINNEPRENT£N 


1705 


170B.  Muller  (No.  38«B). 

3124.  „Praelteeken,  van  hondert  en  vyffcig  steeden 
aen  den  Donau,  Ryn  en  Moezel  verlost,  door  de  Onver- 
winlyke  Helden,  die  voor  t  groote  verbond  haer  moed,  en 
beleyd  alom  geseegent  sagen.  A.  1704.'* 

iDSchrift  in  een  lint,  links  boven  in  een  zihueprent  op  de  veroveringen 
in  n04f\  aan  de  rechterzijde  hetzelfde  inschrift  in  het  latijn.  In  het 
midden  der  plaat,  bovenaan,  het  borstbeeld  van  ..Anna  Regina",  om- 
geven door  medaillons  met  de  namen  van  veroverde  steden  en  plaatsen. 
Daaronder  de  portretten  van  den  keizer,  de  koningin  van  Spanje  en 
Portugal,  van  Josef  roomsch  koning  en  van  Lodewijk  van  Baden, 
wiens  hand  rust  op  een  plan  der  vesting  Landau.  Lager  de  overwinning 
bij  Schellenberg  en  geheel  onderaan  de  slag  bij  Malaga,  met  2-regelig 
vers  de  verklaring  der  cijfers  1 — 19  en  het  adres  van  P.  Schenk  er 
onder.  Links  van  deze  beide  laatste  voorstel! in f^en  de  Voorzichtigheid 
of  de  Engelsche  maagd,  met  een  afbeelding  in  medaillon  van  „Gibraltar 
gewonnen"  op  den  schoot  en  een  leeuw  naast  zich;  rechts  een  andere 
geharnaste  maagd  (zinnebeeld  der  Geallieerden)  met  kleiner  medaillon, 
waarop  ,. Gibraltar  ontsef',  naast  haar  Tallard  raet  zijn  vintjer  wijzende 
op  een  keteltrom,  waarop  het  voor  tweeerlei  uitleof^in^  vatbare  inschrift: 
„ons  lot  is  geslagen  te  werden."  Boven  beide  maiifrden  verschillende 
vorsten,  zoo  te  paard  als  te  voet.  Gravure  in-plano,  door  P.  Schenk. 

1705.  Niet  bu  Mullbb  (No.  336B). 

3125.  „La  signalée  Victoire  remportée  par  V armee 
navale  de  Sa  Majesté,  sous  Ie  commandement  de  Af.  Ie 
comte  de  Touloxise^  amiral  de  France,  sur  les  flottes 
anglaise  et  hoüandaise^  1704. 

Almanak  met  bovenstaand  inschrift  en  adres  van  J.  Valeyre  te  Parijs. 
De  helft  der  plaat  wordt  ingenomen  door  een  groot  schip,  waarvan  men 
al  de  onderdeelen  ziet;  de  graaf  de  Toulouse  staat  er  op  met  de  kom- 
mandostaf  in  de  hand.  Aldus  vermeld  bij  V.  Champier,  Les  anciens 
almanaehs  illustrés.  Paris  1884*. 

18  Juli  1706.  Niet  bu  Mulleb  (No.  8371). 

3126.  ,^Eigentliche  und  wahrhaffte  Delineation  und 
Beschreibimg  der  durch  Göttliche  Direction  von  dem  Duc 
de  Marlborough^  Ihro  DurchL  Herrn  Erh  =  Prinzeyis  von 
Hessen=Cassel/  samht  andern  tapffern  Helden  ueberstie" 
genen/  und  f  ast  vor  unüberwüyidlich  geschdtzten  Französ. 
und  Chur-Bayris.  Lienien  in  Braband/  wie  dieseibe  HéL^ 
denmüihig  angegriffeii /  erohert/  auch  die  Französ.  und 
Bayris.  Armeen  zerstreuet/  theüs  gefangen/  und  zum  TheU 


Digitized  by 


Google 


1706  ALMANAKKEN  41 

jdmmerlich  massacrirt  worden,  So  geschehen  den  18.  Jülii 
dieses  \70bten  Jahrs.'' 

Geziclit  in  vogelvlucht  van  het  terrein  des  gevechts  en  de  opstelling' 
der  leg-erkorpsen.  Rechts  onderaan  de  Maas;  bovenaan,  bijna  in 't  midden, 
Tillemont.  Gravure  langw.  infol.,  z.  n.  v.  gr.,  met  bovenstaand  opschrift  in 
vijf  regels  en  de  verklaring  der  letters  A — I,  in  twee  kolommen,  in  boek 
druk,  onder  de  plaat.  Daaronder,  op  oen  a£ionderlijk,  doch  aansluitend  vel, 
eveneens  in  twee  kolommen,  een  verhaal  van  dit  gevecht  en  een  ,,Lista 
der  jenigen  Officiers,  welche  man  in  dieser  Action  von  denen  Feinden 
ge&ngen  bekommen/'  Plaat  en  tekst  met  een  fileet  omgeven.  Aan  de 
zijden  der  gravure  nog  een  breederen  rand.  De  keerzijde  van  het  tekst- 
blad heeft  in  't  midden  een  open  ruimte,  ter  weerszijden  en  van  onder 
door  tekst  omgeven  en  met  een  opschrift,  waaruit  blijkt  dat  in  de  ledige 
ruimte  een  afbeelding  van  de  «inneming  van  Ulm,  in  September  1704, 
moest  geplaatst  worden. 

1706.  a.    NiBT  BIJ  Muller  (No.  S379). 

3127.  „La  Levée  du  siège  de  devant  Badajos  assiégée 
par  Varmée  portugaise^  anglaise  et  hollandaise^  forcée  par 
les  troupes  de  France  et  d'Espagne  par  Ie  Maréchal  de  Tessé. 

Almanak  voor  het  jaar  1706,  met  adres  van  F.  en  G.  Landry.  rue. 
St  Jacques  k  St.  Landry.  Vermeld  bij  V.  Champier,  Les  anciens  alma- 
noch»  illmtréi.  Paris  1886,  waar  nog  een  tweede  over  deze  gebeurtenis 
voorkomt. 

1706.  b.   'Niet  bij  Müllkr  {No.  3379). 

3128.  ^^V abondance  de  la  France  triomphante  de  ses 
ennemis.^' 

Inschrift  van  een  almanak  met  adres  van  G.  Jollaiu  te  Parijs,  waarop 
Frankrijk  is  voorgesteld  als  een  man  een  wagen  vervoerende,  waarop 
vaten  geladen  zijn.  Hollanders,  Spanjaarden  en  Savoiers  komen  met  de 
hoed  in  de  hand  naar  hem  toe  en  de  Franschman  zegt: 

Ondanks  zooveel  belagers  van  mijn  glorie,  Overwin  ilf  toch  en  heb  een 
volkomen  victorie. 

De  beschrijving  overgenomen  uit  V.  Champier,  a.  w. 

1706.  c.    Niet  bij  Muller  (No.  337ö) 

3129.  „Le  Temps  passé  ou  Ie  siècle  de  Crésits  désiré 
des  nations.^^ 

Inschrift  van  een  almanak,  met  adres  van  G.  Jollain  te  Parijs,  waarop 
Crcsus  is  afgebeeld  te  midden  zijner  schatten,  in  een  soort  paleis 
door  een  ijzeren  hek  omgeven,  dat  de  volken  belet  deze  schatten  te 
naderen.  Herkules  komt  echter  en  verbreekt  de  afsluiting,  opdat  allen 
bun  deel  er  van  kunnen  bekomen.   De  natiën,  door  Frankrijk  geleid,  be- 


Digitized  by 


Google 


42  BARCELONA  1706 


preven  zich  uaar  't  paleis;  Cresius  zog-t:  Ik  hoor  uw  droeve  kreten, o  Hol- 
lander. Diiitsclier,  Ei»ti-e]><"hmaD.  Savoier.  Spanjaard  en  Vlaming.  Ik  zie 
met  medelijden  hoe  ong-t'lukkig  g-ij  er  uitziet.  Maar  laat  aan  den  Fransch- 
man  de  eer  en  benijd  nooit  zijn  zej^^evierend  voorkomen,  zoo  gij  van  mijn 
gelukkige  eeuw  uw  deel  hebben  wilt.  De  beschrijving  is  uit  V.  Cham- 
pier,  a.  w. 

12  Mei  1706.  Muller  (No.  3380). 

3180.  „Naauwkeurige  afbeelding  en  beschryving  van 
de  vermaarde  stadt  Barcelona,  Benevens  een  kort  verhaal 
van  het  laatste  Beleg  dezer  Vesting  door  de  samengevoegde 
Fransche  en  Spaansche  Krygsmagten." 

Opschrift,  boven  een  plattef^rond  en  protiel^ezicht  van  Barcelona;  boven 
elkander.  Aan  weerszijden  van  den  plattegrond,  die  kleiner  is  dan  het 
profiel,  een  kleinere  voür.^telling,  links  Karel  iii  vertoonende,  wien  door  de 
Gerecht inrheid  het  zwaard  wordt  toegereikt,  terwijl  hij  den  voet  zet  op  den 
Hollaiids(  hen  leeuw,  om  zóó  den  eenhoorn  te  bestijgen,  zinnebeeld  van 
de  hulj)  door  Holland  en  Engeland  hem  verleend,  in  zake  de  troonsop- 
volging in  Spanje.  Rechts  Philippus  v  en  de  fransche  haan,  vluchtende  voor 
een  haas,  die  van  den  schoot  eener  vrouw  springt,  welke  onder  een  troon- 
liemel  een  gordijn  oplicht,  waarop  een  kardinaalshoed  is  afgebeeld,  waar- 
onder ..Fravde"  staat.  Zoowel  met  dezen  hoed,  als  met  de  schilderij 
re'-ht>  dii  uvan.  waarop  Prometeus  is  afgebeeld,  wordt  Porto  Carrero  bedoeld 
terwijl  boven  in  de  lijst  sUmt  .,not  pvbl.'',  zinspeling  op  zijn  bemoeiingen 
in  zake  het  testament  van  Karel  ii.  Aan  weerszijden  dezer  plaat  een  ge- 
dicht, met  opschrift:  ,,Verklauriug  der  twee  zy  tafereelen."  Onder  de 
])Iaat  de  beschrijving  der  stad  eu  van  hare  belegering,  in  twee  kolommen, 
jilles  in  boekdruk.  Gravure  langw.  in-4".,  door  P.  Sluyter,  met  adres  van 
A.  van  Damme,  te  Amsterdam. 

12  Mei  1706.  a.     Nibt  bij  Muller  (No.  3380). 

3131.  ^^Naauwkeurige    afbeelding van   Barcelo- 

na^^^  enz. 

Dezelfde  plaat,  maar  nu  zonder  verzen,  op-  of  onderschrift.  Gravure 
langw.  in-*".,  z.  n.  v.  gr.,  bovenaan  rechts  gemerkt:  „Pag.  230".  Uit: 
'Europeesche  Mercurius*^.  Deze  plaat  komt  ook  voor,  doch  zonder  adres 
van  A.  van  Damme,  in  Kleum  en  beknopte  atlas,  enz.  (Muller  No.  37503 
plaat  68  hierna). 

12  Mei  1706.  b.    Niet  bij  Mulleb  (No.  3380). 

3132.  „f/ef   verlaten  en  ophreeken  der  Franse  Vlooien 
en  Leeger  voor  Barcelona^  op  den  12  May   1706" 

luschrift.  met  de  verklaring  der  letters  a — c,  en  de  woorden:  „loden 
F.    Monny  St."    (namen  van  teekenaar  en  graveur?),  gegraveerd   in  een 


Digitized  by 


Google 


1706  BA&CELONA   -   BAMIIXIES  43 

lint,  boven  de  afbeelding'  der  \loot  op  den  achtergrond,  van  de  stad  in 
t midden  en  het  leger  op  den  voorgrond.  In  den  linkerbovenhoek:  „Son 
E^clips  op  den  12  May  1706."  die  tijdens  het  vluchten  gezien  werd. 
Gravure  langw.  in-4* ,  z.  n.  v.  gr.  Onder  de  plaat,  in  boekdruk,  in  drie 
kolommen:  „Verhaal  van  opbreeken  der  Fransen  voor  Barcelona.*' 

12  Mei  1706.  Muller  (No.  8381). 

3133.  „Plan  de  Ia  Ville  de  Barcelone  et  Chateau  de 
Mout  luy  avec  les  approches  de  T  Armee  de  France  sous 
les  ordres  de  Monsieur  Ie  Mareschall  Comte  de  Tessë 
depuis  Ie  coiuiiiencement  d'Avril  jusqu'au  douxieme  (sic) 
de  May  qu'ils  ont  leve  Ie  si^e  a  minuit,"  etc. 

In:ichrifi  in  een  doek,  omgeven  door  een  wapentrofee,  afgebeeld  in  den 
liukerbovenhoek  eener  kaart,  waarop  rechts  onderaan  de  plattegrond  van 
Barcelona;  links  het  fort,  met  omliggende  werken.  Op  de  afbeelding 
van  het  fort  is  een  tweede,  beweegbaar,  blaadje  geplakt.  Rechts  boven 
den  plaitegroiid,  in  een  soort  van  monumentalen  steen,  de  ,,Kxplication." 
vvan  de  letters  A — Z).  Gekleurde  kaart  in-plano;  rechts  onderin: 
..A.lex.  Forbes,";  onder  de  „Explication" :  „P  V  Cal  Fecit"  en  onder  het 
op:*chrift  het  adres  van  „Anna  Beek  k  la  Haye." 

17<>6.  Nikt  bij  Muller  (No.  3383). 

3134.  ^^France  post-tydinge.   Versaiües  den  56.  Ap)nl,^^ 

Spotsohrift  op  de  verliezen  der  Franschen :  , .Heden  arriveerde  hier  de 
PuHt-rvder  Victoria,  een  Expresse  afgezonden  door  Zijn  Keurvorstelijke 
Mizerabelheyt  van  Beyeren,"  enz.  Boven  htt  opschrift  van  dit  Si\tirieke 
le^erbericht.  de  afbeelding  van  St.  Maarten,  een  btuk  vau  ziju  mantel 
voor  eeu  arme  afsnijdende.  Houtgravure  in  13**..  z.  n.  v.  gr.,  met  den  tekst 
te  zamen  2  blz.  in  fol..  met  adres:  ., Gedrukt  te  Brussel,  na  de  Copie  van 
Parys.  in  de  drie  gekloofde  Leliën.  1706." 

23  Mei  1706.  '  Mullee  (No.  3384^). 

3135.  „Glorieuse  Battalje  b^  Ramelies/*. 

Dit  opschrift  behoort,  volgens  Muller,  onder  dezen  proefdruk  vóór  de 
letter  eener  afbeelding  van  een  hevig  ruitergevecht,  waarboven,  op  eeh 
afhangende  draperie,  een  plan  van  den  geleverden  veldslag  is  gegraveerd. 
Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  maar  door  P.  Schenk.  Muller  beschrijft 
dezen  staat  naar  dit  exemplaar. 

Hierbij:  Müsive  van  den  Heere  prince  en  hertogh  tan  Marlborottffh, 
aen  hoer  hoogh  mog,  TJyt\Leuztn  den  26.  Mey,  1706.  's  Gravenhage  1706.  — 
Miuite  geschreten  aen  haer  hoogh  mag.  door  den  Keer  tan  Auverquercq, 
in  het  Leger  bg  Leuven  den  25.  Mey  1706.  's  Gravenhage  1706.  en  Relaes 
Van  het  geene  den  22.,  23.  en  2*.  deser^  tusschen  het  Geallieerde  Leger,  en 
dat  tan  de    Vyanden  in  Brabant  is  gepasseert,  volgens  de  rapporten  van 


Digitized  by 


Google 


44  SLAO   BU    RAMILLIE8.  1706 


den  Heer  van  Wassenaer.  .  .  .  «i  tan  Mr.  Willem  Fleertman^  uyt  ket 
Leger  hy  Leuven  .  .  .  aen  haer  Hoofjh  Moq.  overjehraght.  'sGravenhagc 
1706.  te  zamen  drie  bladea  in  boekdruk,  br.  in-fol. 

23  Mei  1706.  Muller  (No.  3891a). 

3136.  „Plan  Van  de  Glorieuse  Victorie  bevogten  door 
het    Geallieerde  Leeger,  .  .  .  by  Kamille",  enz. 

„Ordre  der  Battaille  van  het  Geallieerde  Le^er  den 
231"  Mey  1706.'' 

Opschriften  in  een  situaliekaart  en  in  een  voorgtellinpf  der  slagorde 
van  het  leger  bij  Rfimillies.  In  den  rechterbenedenhoek  van  de  kaart 
de  ,,Explir'atie."  der  letters  A— S:  de  fransche  vertiiling  dezer  uitlegging 
is  gegraveerd  onder  in  de  plant.  Onder  de  plaat,  op  een  afzonderlijk  vel, 
het  .,Relaa.s  Van  de  glorieuse  Victorie,"  enz.  ..Relation  De  la  glorieuse 
Victoire,"  etc,  in  vier  kolommen,  in  boekdruk.  Gekleurd  exemplaar eener 
gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  gr.,  evenals  het  relaas  met  adres  van  P.  Rot- 
terdam te  Amsterdam. 

8  Juli  1706.  Muller  (No.  3394). 

3137.  „Plan  Vande  Gelegentheydt  der  Stadt  Oostende, 
door  de  Geallieerde  Troapes,  onder  Commando  van  syn 
Exellentie  den  Veltmarschalck  Heer  van  Ouwerkerk,  Be- 
legert, den  20"  luny  1706.  En  na  acht  dagen  geopende 
Tranche;  en  een  Canonnering  en  Bombardeidng  van  drie 
dagen,  gedwongen  sig  over  te  geeven.  Den  6®  luly 
daar  aan  volgende.'* 

Platten^rond  v:»n  Ostende  raet  omliggead  land,  waarop  de  ordre  de  bataille 
aangebleven  is  en  afbeelling  der  engelsche  vloot,  met  bovenstaand  op- 
schrift in  't  midden  en  hollandsche  en  fransche  uitlegging  der  letters 
(A— S)  en  cijfers  (l — IS)  in  de  beide  hoeken  boven  in  de  plaat.  Aan 
weerszijden  der  plaat  een  strook,  waarop  in  'thoUandsch  en  fransch  een 
verhaal  van  het  beleg.  Gravure  inplano,  z.  n.  v.  gr.,  en  evenals  het  ver- 
haal  met   het  adres  van  P.  Rotterdam  te  Amsterdam. 

8  Juli  1706.  NiBT  BU  Mullbr  (No.  3396.) 

3138.  ^^  Belegering  en  H  Veroveren  van  de  Stercke  Stadt 
en  vermaarde  Zeehaven^  Oostende,     den  8  Ivlg  1706." 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  een  plaat,  blijkbaar  vroeger  reeds  ge- 
bruikt en  voor  dit  doel  pasklaar  gemaakt.  Rechts  bovenin  verklaring  der 
cijfers  1 — 10.  Onder  de  gravure  langw.  in-4®.,  z.  n.  v.  gr»,  drie  kolommen 
tekst,  in  boekdruk,  met  op.schrift  boven  de  eerste  kolom:  „'t Gelukkig 
veroveren  van  de  starke  Vesting  en  vermaarde  Zeehave  Oostende.  Op 
den  8.  July  1706." 


Digitized  by 


Google 


1706  ZINNBPBBNTBN  45 

10  September  1706.  Nnsr  bu  Muller  (No.  3403). 

3139.  „IVrtn." 

€leiicht  in  Togelvlucht  op  de  stad  en  omstreken  met  bovenstaand  in- 
schrift  bofen  in  de  plaat  en  rechts  onderin,  in  vier  rijen,  yerklaringf  der 
cijfers  1 — 86.  Onder  deze  gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  een  ,,Per- 
tinent  relaas  Van  de  schrikkelyke  en  langduurige  beleegering  en  bombar- 
deering Der  oversterke  stad  Turin,  En  't  gelukkig  ontzetten  van  dien, 
Op  den  10.  September  1706.",  in  twee  kolommen  en  daaronder,  op  een 
afiEonderlijke  strook,  een  „Naader  relaas",  in  drie  kolommen,  alles  in  boekdruk 

1706.  Muller  (No.  3407c). 

moet  zijn:  Muller  (No.  3407fl). 

3140.  „Voor  erf-regt.       en  vryheit." 

Origineel  der  door  Muller  onder  a  beschreven  prent,  o.  a.  kenbaar  aan 
het  onderschrift  onder  het  beeld  van  de  Hollandsche  maagd  met  vnj- 
heidahoed,  iu  de  rechterkolom  der  eerepoort.  In  de  door  Muller  als  a 
beschrevene  plaat  staat:  „Holl.  Zeel.  &  VII.",  iu  deze:  ..lïolla:  Seel: 
Ic  Vil",  terwijl  rondom  het  portret  van  Marlboroughdjiér„Marlborough." 
ttaat  en  hier  „Marlbouroug".  Gravure  langw.  infol.,  door  C.  Huyberts 
en  met  zijn  naamcijfer  in  den  linkerbenedenhoek  gegraveerd.  Een  vers 
Tan  44  regels,  tusschen  twee  kolommen  tekst,  van  H.  Graauwhart,  heeft 
hetzelfde  opiechrift  als  in  den  anderen  staat,  alleen  leest  men  hier  „bond- 
genooten"  daar  „bondgenoote".  Met  adres  van  J.  Ratelband  te  Amsterdam. 

1706.      •  Muller  (No.  3407fl). 

moet  zijn:  Muller  (No.  3407^). 

3141.  „'tGeseegend  Jaar  van  mdccvi." 

Opechrift  boven  in  een  eerepoort.  In  het  midden  boven  op  de  poort 
ttaat  de  buste  van  Jozef  i;  op  de  beide  pilaren  die  van  Anna,  koningin 
van  Engeland  links,  het  beeld  van  de  Hollandsche  maagd  met  vrijheids 
hoed  rechts.  Onder  Jozef  i  het  keizerlijke  wapen,  daaronder,  in  medaillons 
de  portretten  van  Marlborough,  prins  Eugenius  en  Ouwerkerk,  met  het 
onderschrift:  „Veni.  *  Vidi.  Vici."  en  tusschen  twee  guirlandes,  links 
de  belegering  van  „Barceloona'\  rechts  van  ,, Turin."  Onderaan  de  slag 
bij  „Raroillis"  en  Qp  een  soort  steenen  voetstuk:  „Stand,  der  leegers. 
voor  de  slag".  Op  den  grond,  vóór  de  eerepoort,  liggen  een  drietal  vlaggen 
en  standaarden.  In  de  zuilen  van  den  boog  staan  de  namen  der  landen  waar 
de  strijd  gevoerd  werd.  In  den  voet  der  zuilen  den  val  van  Phaèton  en 
Cakos  door  Herkules  getroffen.  Links  van  de  poort  de  Faam,  den  roem 
uitbazuinende  van  den  arend  (den  keizer),  den  leeuw  (Holland],  die  op 
„Bar  ier  e."  (in  den  volgenden  staat  .,B  ar  je  re")  rust,  en  van  den  een- 
hoorn (Engeland),  terwijl  de  Dapperheid  zinnebeeldig  is  voorgesteld  door 
een  man  met  een  Herkuleeknods  gewapend.  Rechts  verdedigt  Gerechtig- 


Digitized  by 


Google 


46  ZINNBPRBNTBN  1706 


heid  de  zaak  van  Carolus  iii,  wiens  borstbeeld  bij  haar  staat.  Boven 
haar  de  verduisterde  (franache)  zon ;  onder  haar  de  Fortuin,  vluchtende 
voor  Frankrijk,  Keur-Keulen  en  Beieren,  die  haar  om  hulp  smeeken. 
Onder  de  plaat  een  vers  van  St  reffels.  in  zes  koepletten,  tusschen  twee 
kolommen  tekst  van  H.  Graauwhart,  met  opschrift:  ,,Ter  eeuwiger  ^e- 
dagtenis  der  heerlyke  overwinning-en  Door  de  bondgenoote  op  de  wapenen 
van  Vrankryk.  Onder  den  Zeeg-en  des  Almagligen  behaald:  In  het  Jaar 
1706."  Gravure  lanpfw.  in-fol.,  met  adres  van  P.  Schenk  te  Amsterdam. 
I7OÖ.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  3408). 

3142.     „Op  de  Heldendichten" 

„Hier  rust  Minerva  op  de  nek  der  wan^drochten. 
Als  op  een  zeeg-ekoets.  verriert  met  schild  en  speer. 
Zy  draag-t  d'af beeldingen  der  Helden,  die  om  de  eer. 
En  't  heil  van  't  vaderland  haar  vyanden  bevochten. 
Die  voor  hun  daaden  met  Laurieren  zvn  gekroont. 
Dus  zie,  o  Lelivorst!  hoe  't  kwaad  zyn  meester  loont." 
Opschrift  en  vers  onder  een  zinneprent  op  de  overwinningen  der  bond- 

genooten    in    1706.     Minerva  zit  op  een  schild,  dat  rust  op  den  nek  van 

gevangen    Franschen.     Aan    haar   speer   verscheiden    kronen  en  kransen. 

In   drie   medaillons   rechts   van  haar  de  borstbeelden  van  Marlborough? 

en  twee  anderen.    Gravure   in-8".,   z.   n.   v.  gr.,  door  of  naar  J.  Goeree. 

Uit:  L.  Schermer,  Poezy  bl.  7B. 
In  ditzelfde  werk  komt  op  bl.  143  nog  een  historische  zinneprent  voor, 

met  het  volgende  onderschrift: 

,^0p  de  Cikloop  Herderszang.*^ 
„De  Frausse  Polifeem,  door  hovaardy  verblind, 
Zit  aan  een  rots  geboeit  door  staatzuchts  gulde  keeten, 
Zyn  Haan  word  van  de  Leeuw  en  de  Adelaar  verbeeten, 
Die  stroojen  mot  vermaak  zyn  veeren  in  de  wind. 
O   Landreus  1  dit  's  uw  straf  voor  't  eerloos  trouw  misbruiken, 
Uw  zon  duikt  reeds  in  't  west,  is  't  noch  geen  tyd  van  duiken  ?" 
Zinneprent   op   de    nederlagen    door   Lodewijk    xiv   in    1706  geleden. 

Als    Poliphemus    zit   Lodewijk   aan  een  rots  geklonken,  terwijl  links  de 

leeuw    (Holland),   de   eenhoorn   (Engeland)   en  de  arend  (Oostenrijk)  een 

haan  (Frankrijk)  ver.scheureu.  Gravure  in-8®..  z.  n.  v.  gr.,  (door  J.  Goeree?). 
In   ditzelfde   werk   komt   op  bl.    206  nog  een  plaatje  voor,  waaronder 

een  gedicht  getiteld: 

^^Op  Zanger,  Herderszang.*' 

„De  droeve  Vreeryk  speelt  een  klaaglied  op  zyn  fluit, 
Om  Zangers  dood,  die  elk  verheugde  door  zyn  kweelen, 
Een  Landman  steekt  het  hooft  ter  ruime  stulpdeure  uit, 
In  't  barre  winterweer  om  in  den  rouw  te  deelen, 


Digitized  by 


Google 


1707 


JACHT   VAN    DBN   KONING   VAN   PRUISEN  47 


Een  roaw,  die  Amstelland  gevoelig  drukt  en  krenkt, 
Zo  dikwils  als  het  om  zyn  braven  Zanger  denkt." 
Dit  ia  een  zinneprent  op  „Zanger"  d.  i.  J.  van  Broekhuizen,  ..Kapitein 
En  Fenix  der  Nederlantsche  dichteren."  Het  vers  beschrijft  reeds  een 
gedeelte  der  plnat.  Rechts  bovenin  ziet  men  den  dichter  die  op  den 
Olymp  aankomende,  gekroond  wordt.  Gravure  in-S".,  z.  n.  v.  gr.,  (door 
J.  Goeree?}.  , 

1707-  «.    Niet  bü  Muller  (No.  3419). 

3144.     „£n  tandem  pretiosa  navis  navalU)iis  exit^ 
Ingenio  domini  jure  Superba  sui^ 
dara  micante  aurOy  qualem  non  prisca  ttderunt 
Tempora  non  doctce  composuere  manus:'' 
Eerste  vier  regels  van  een  löregelig  vers  van  „David  Hoogstratanus.", 
in   vier  kolommen  gegraveerd  onder  de  afbeelding,  rechts  op  den  voor- 
grond der  plaat  van  het  jacht,  dat  de  koning  van  Pruisen  te  Amsterdam 
voor  zich   liet   bouwen.    Het  is  voorgesteld  als  liggende  in  't  IJ,  zoodat 
over  de   geheele    breedte   der   plaat,  op  den  achtergrond,  Amsterdam  in 
profiel  gezien  wordt.  De  linkerhelft  van  den  voorgrond  wordt  ingenomen 
door  een  zeer  groot  cartouche,  waarin  een  lO-regelige  latijnsche  opdracht : 
„Frederico   Quarto   Regi  Borussie"  van  ,,Ioan  Luder  a  Wol%ang*^,  den 
graveur  dezer  plaat,  zeer  br.  in-fol. 

1707.  *.    Niet  bij  Muller  (No.  3419). 

.  3145.  ^^Libumica, . . .  quam  Fridericus,  Auguslissimus 
Borussiae  Rex, . . .  ad  exemplar  d  se  probatum  in  Belgio 
aedificariy^  enz. 

Afbeelding  van  hetzelfde  jacht  in  het  vorig  nommer  beschreven,  nu 
liggende  in  de  Spree  te  Berlijn,  voor  het  koninklijk  paleis  dut  op  den 
achtergrond  gezien  wordt.  Het  vijfregelig  latijnsch  onderschrift  vermeldt 
dat  dit  jacht  82  voet  lang  en  23  voet  breed  was,  met  22  koperen  kanonnen 
bewapend  en  van  alle  zeevaartinatrumenten  voorzien,  gebouwd  voor  den 
koning,  om  er  zich  tot  zijn  vermaak  van  te  bedienen  en  onder  den  liefe- 
Ujken  brandenburgfschen  hemel  zich  te  verlustigen  in  't  genot  eener 
nagebootste  zeetocht.  Het  rijke  beeldhouwwerk,  dat  dit  jacht  versiert, 
komt  op  deze  grootere  afbeelding  nog  meer  uit,  dan  in  de  vorige  prent, 
tervinjl  zoowel  het  geheel  gepavoiseerde  tuig  als  de  groote  menigte 
aanzienlijke  personen,  welke  zich  aan  boord  bevinden,  aan  *t  geheel  een 
feestelijk  aanzien  geeft.  Van  verschillende  zijden  brengen  bootjes  nog 
nieuwe  bezoekers  aan.  Gravure  in-plano,  „Aedificavit  et  Pinxit  Madersteg 
Archit  et  Piet.  Reg.",  .,Aeri  incidit  lohann  Georg  Wolffgang  Sculpt. 
Reg,"  Ofschoon  in  den  titel  van  een  auktie-katalogus,  vastgehecht  aan 
deze  plaat,  gezegd  wordt,  dat  de  Sta  ten-Generaal  dit  jacht  aan  den  koning 
van  Pruisen  ten  geschenke  gaven,  heb  ik  daarvan  niets  kunnen  ontdekken; 


Digitized  by 


Google 


48  TBRSCHILLBNDB   GEBBURTENISSBN 


1708 


daar  ook  de  datum  vaa  den  bouw  mij  onbekend  is  gebleken  heb  ik  deze 
prent  en  de  vorige  hier  geplaatst  zonder  ander  motief,  dan  dat  het  jaar 
1707  het  middenjaar  zijner  koninklijke  regeering  is  (1701 — 1713),  mij 
-voorbehoudende  te  eenigertijd  een  juiste  plaatsing  te  kunnen  aangeven. 

11  Juli  1708.  MuLLKR  (8.  No.  3428  A  en  3709  B). 

3145*     „Het  dorp  Heine." 

Inschrift  ib  een  plaat,  waarop  links  een  ruitergevecht  is  afgebeeld; 
meer  op  den  achtergrond  een  stad  door  krijgsvolk  en  krijgstuig  omringd. 
Oude  prent  van  R.  de  Hooghe,  hier  voor  den  slag  bij  Oudenaarde  ge- 
bruikt. Rechts  op  den  achtergrond  duinen,  die  nu,  blijkens  het  inschrift, 
,,de  Schelden"  moeten  verbeelden.  Onder  de  plaat  een  verhaal  van  den 
slag,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk,  met  opschrift:  .,Afbee]dinge 
Weegens  de  Bloedige  Battalje,  op  den  11  July  1708,  tusschen  de  hooge 
Geallieerde,  en  het  Vyandlyke  Leger  der  Fransen,  by  het  Dorp  Heine, 
omtrent  Audenaarde."  Gravure  langw.  kl.  in-4*.  van  R  de  Hooghe. 
wiens  naam  in  de  plaat  veranderd  is  in  .,R.  de  Heigher'*  en  met  het 
adres  in  boekdruk:  ..Rotterdam,  by  Laurens  Gunter,  Boekdrukker, 
Boeken-Kaart-verkoper  op  de  Nieuwe-Markt,  by  de  Prince-kerk." 

22  Augustus— 8  December  1708.  Mullb»  (No.  3436). 

3146.  „Plan  de  la  Ville  et  Citadelle  de  Lille  Assiegée 
par  les  AUiez,  Ie  22e.  d'Aoust  1708." 

Omlijst  inschrift  in  den  linkerbovenhoek  eener  plattegrond  afbeelding 
der  stad  met  de  omstreken.  In  den  rechterbovenhoek  een  kaartje  van 
de  ,.Chatelnie  de  Lille".  Gravure  langw.  in-4*.  z.  n.  v.  gr.  mat  adres 
van  P  (niet  D  zooaU  Muller  heeft)  de  la  Feuille. 

28  September  1708.  Mullbr  (No.  34S8). 

3147.  „Ryssel." 

Inschrift  boven  in  een  plaat,  waarop  men  op  den  achtergrond  een 
profielgezicht  ziet  van  deze  stad.  Links  een  klein  plan  der  citadel;  daar- 
onder eenige  tenten  en  een  boom,  waartan  twee  melkboeren,  met  de 
jukken  om  den  hals,  worden  opgehangen.  (Eenige  lieden  hadden,  als 
melkboeren  verkleed,  kruit  binnen  Rijssel  willen  brengen).  Rechts  op 
den  voorgrond  een  ruiter,  die  een  ander  doorschiet,  zoodat  hij  geheel  uit 
elkaar  springt.  Onder  de  plaat  een  gegraveerd  vers  in  vier  kolommen 
de  eerste  twee  van  12,  de  laatste  twee  van  lé  regels.  Muller  beschrijft 
het  exemplaar  van  Mr  S.  van  Gijn.    Zie  ook  No.  3167. 

1708.  Mullbr  (No.  3442) 

3148.  „Afbeelding  yan  alle  wat  onder  den  Zeegen 
des  AUerhoogsten,  en  door  de  Wapen  der  Hooge  Gealli- 
eerde overwonnen  hebben  tegen  de  Wapen  van  Vrankrjk 


Digitized  by 


Google 


1708—1709  VBRSCHILLENDB   GEBEURTENISSEN  49 


onder   het   Commando  Tan  de  Hertog  yan  Bourgogne  in 
*tlaar  1708." 

Gej^veerd  onderschrift  ia  den  plaatrand  eener  prent,  met  de  portretten 
vmn  Eo^enius,  Marlborough  en  Friso  in  het  midden,  in  medaillons,  om- 
^ven  door  acht  ovalen.  Bovenaan,  van  links  naar  rechts,  z^n  daarin 
afji^beeld:  't  verslaan  der  firansche  vloot  op  de  kusten  van  Schotland, 
13  Jani  1708;  Slaff  bij  Wijnendaal,  12  Okt.  1708;  't  overgaan  van 
Gent,  28  Dec.  1708.  Daaronder,  links  van  de  portretten:  Slag-  bij 
Oudenaarde,  11  Juli  1708;  rechts:  Het  veroveren  van  het  eiland 
..Sarding-e"  19  Aug.  1708.  Onderaan:  Belegering  van  Kijssel,  overgegaan 
23  Oku  1708,  de  citadel  9  Dec.  1708 ;  Ontzet  van  Brussel,  25  Dec.  1708 ; 
De  Franschen  verlaten  Brugge  80  Dec.  1708.  Onder  de  plaat  een  verhaal 
en  Ters,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk.  Gravure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 
Muller  beschrijft  het  exemplaar  van  Mr.  S.  van  Gijn. 

1708.  Niet  bu  Müllbr  (No.  8442). 

3149.  „De  Nieuwe  Nassouxme  Princelykè  schenck-kan ; 
UUgeschonken  op  de  gesondheyd  van  Jan  VVilhdm  FrisOj 
Prince  van  Orange,  en  de  verdere  Veldheeren  Overwinnaren 
Francois  Eugeniiis  de  Soissons^  Prince  van  Savoyen  Jan 
Churchii^  Prins  en  Hertog  van  MaHhouroug  en  de  Graaf 
Hendrik  van  Nassouw^  Heer  van  Outverkerk.^^ 

Opschrift  boven  een  schenkkan  en  glas  in  omtrekteekening,  waarin 
verscheiden  verzen,  geheel  in  boekdruk.  Uit  één  dier  verzen  blijkt  o',  a. 
dat  de  prent  gemaakt  werd  na  de  inneming  van  Gent  in  December  1708. 
In  den  voet  van  het  glas  het  adres  van  „O.  van  fioogenhujzen"  te 
Amsterdam. 

1709.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  3443). 

3150.  ^^Pertinent  verhaal^  van  al  de  ongelukken  dier* 
(»c)  er  in  dese  sterke  Vorst  zyn  voorgevallen^  Als  mede 
een  Lyst  van  de  Dood-Gevroore  Menschen  biunen  (sic) 
onse  Zee-Havens.** 

1  blad  in-fol.  in  boekdruk.  „Gedrukt  na  de  Copy." 
Maart  1709.  b.    Niet  bu  Müllee  (No.  34i3). 

3151.  yjPalm^  en  mirtekrans^  gestrengdt  op  't  Vorstdyk 
Huwdyk  van  zyne  dooduchtigste  hoogheit  Johan  Willem 
Friso^  .  .  .  met  de  doorluchtigste  hooggébore  prinsesse  Maria 
Tjmüa^  gehore  prinsesse  van  Hessenkassd^  enz.  enz.  enz. 
Voltrokken  te  Kassd  den  van  Lentemaandt  1709.  door 
FranQois  Halma.  En  de  hygevoegde  Muzyk  door  Elias 
Bronnenmvüer.*' 

Titel   in   boekdruk,   met  adres  van  F.  Halma  te  Amsterdam,  van  een 
IV  4 


Digitized  by 


Google 


50  SLAO   BU   BEBOEN  1709 

muziekstuk  op  drie  binden  gegraveerd.  Aan  de  keerzijde  vau  de  muziek- 
bladen is  een  gedicht  afgedrukt  ter  eere  van  dit  huwelijk.  Daar  er  geen 
prent  aanwezig  is,  die  op  deze  gebeurtenis  doelt  of  haar  afbeelt,  is  deze 
uiting  van  deelneming  in  de  vreugd  der  vorstelijke  personen,  hier  als 
historieprent  opgenomen,  te  meer  daar  op  den  titel  een  zinnebeeldig  vignet, 
op  de  plaats  van  't  drukkersmerk,  op  dit  huwlijk  doelt.  In  een  schild 
leest  men  „accipe  daqve  Bdem",  daaronder  de  wapens  der  vorstelijke 
personen. 

7  Juli  1709.  Muller  (No.  8444;. 

3152.  „Plan  de  la  Ville,  et  Citadelle,  de  Tournay, 
Assiegée  par  les  Allies,  avec  les  Lignes  de  Circumvala- 
tion,"  etc. 

Opschrift  in  cartouche,  in  den  rechterbovenhoek  van  de  plaat,  waarop 
't  bovenstaande  is  afgebeeld.  Onderaan  rechts  in  een  steen  „Explication. 
des  Lettres"  (1—8)  etc.  Gravure  inplano,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van 
Nicolaas  Visscher  te  Amsterdam. 

29  Juni— 3  September  1709.  Muller  (S.  No.  3445  B). 

3153.  „Triomphe  des  Alliez''. 

Opschrift  boven  in  een  plaat,  waarop  yolgens  het  fransch  enhollandsch 
onderschrift  „de  Belegering  van  Doornik  Door  de  Hoog.  Geallieerden." 
is  afgebeeld  en  wel  speciaal  den  „Uytval  der  Vianden  den  27  Julij",  en 
den  „Tweede(n)  Uytval  den  28  Julij.  1709."  Links  op  den  voorgrond 
Marlborough  en  prins  Ëugenius;  rechts  de  met  veel  volks  bezette  loop- 
graven. Gravure  langw.  gr.  in-fol.,  door  I.  Lamsvelt,  met  adres  van 
P.  Mortier  te  Amsterdam,  door  Muller  naar  dit  exemplaar  vermeld.  Zie 
ook  Na  Muller  No.  3^85  hierna. 

11  September  1709.  Mullke  (No.  344-6). 

3154.  „Het  Land  van  Bergen  in't  Graafschap  Hene- 
gouwe waar  in  men  kan  naa  zien  de  Victorieuse  Bataillie 
der  Geallieerden  tegens  de  Franse  Bevogten  yoorgevallen 
den  11.  September  1709.  met  Privilegie." 

Opschrift  (ook  in  't  fransch)  boven  een  kaart  van  het  land  van  Bergen. 
Gekleurde  gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.  Onderin,  bijna  in  't  midden,  ver- 
klaring der  letters  A— F,  betrekking  hebbende  op  den  slag  van  Malplaquet 

11  September  1709.  Niet  bij  Muller  (No.  3446), 

3155.  „D<j  Victorieuse  Baiaiüie  der  Geallieerden  tegens 
de  Franse  bevogten,  by  de  Stercke  Stad  Bergen,  voorge- 
vaUen.  den  II  Sept:  1709." 

Opschrift  boven  een  situatiekaart  van  Bergen  en  omstreken  met  aan- 
duiding vtn  den  veldslag.  Uiterste  plaatsen:  links  boven*  „Condé",  onder* 


Digitized  by 


Google 


1709  SLAO   BIJ   BBRGEN  51 

aan:  ,.Le  Quenoi".  Rechts  boven-  „Hayre",  onderaan:  „Asveng".  Onder 
de  kaart  een  yerhaal  van  den  slag,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk. 
Grayure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 

11  September  1709.  Muller  (No.  8449). 

3156.  „Complete   victorie,    door   de   geallieerde  op  de 

,      ^  11  Sept:" 

franse  by  Bergen    1709 

Opschrift  (en  verklaring  der  nommers  1 — 25  in  vijf  kolommen)  hovende 
afbeelding  van  een  veldslag,  vroeger  reeds  gebruikt  (zie  No.  2597  en 
2913  hier  voren)  en  nu  door  dit  bovenschrift  hierop  toepasselijk  gemaakt. 
Gravare  br.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.  (maar  van  R.  de  Hooghe),  met  adres  van 
A.  AlUrd  onder  in  de  plaat  Onder  de  plaat,  in  drie  kolommen,  „Dag 
-register  van  al  wat  in  de  Batalje  by  Bergen  1709.  is  voorgevallen"  en 
„Lyst  der  dooden  en  gequesten'*  (van  de  geallieerden).  Daaronder  in 
twee  kolommen:  „Lyst  der  voornaamste  firanse  officieren  zoo  dood  als 
gequetst."  Geheel  onderaan  in  drie  kolommen:  „Nader  lyst  der  dooden 
en  gequetsten  aan  de  zyde  der  geallieerden*',  alles  in  boekdruk.  Dit 
laatste  komt  niet  voor  op  het  exemplaar  in  's  Rijks  Prentenkabinet. 
(H.  d.  G.) 

11  September  1709.  Mulleb  (No.  3i50). 

3157.  „Complete  Victorie,  door  de  Geallieerde  opde 
PrmnBe  by  Bergen  den  11  Sept.  1709." 

Zeer  verkleinde  en  omgekeerde  kopie  der  vorige  plaat,  genomen  naar 
den  reeds  gewijzigden  staat  onder  No.  2597  beschreven  en  reeds 
vroeger,  waarschijnlijk  voor  den  slag  bij  Pultawa  (zie  't  volgend  nommer) 
gebruikt  Leesbaar  is  nog  van  een  vorig  inschrift:  „Afbeelding  van 
de  Yictory  door  (?)  de  Koning  van  Zweedenbevogten  bij"  %  Muller  noemt 
dit  een  „andere  oude  plaat."  Ik  geloof  dit  niet  Zij  is  zoo  volkomen  in 
de  manier  der  18e-eeuwsche  prenten  gegraveerd,  dat  men  ze  niet  voor 
een  oude  behoeft  te  houden.  Onder  de  plaat  een  „Relaas  aangaande  de 
bataille."  en  een  „Ander  relaas.",  beiden  in  vier  kolommen,  in  boekdruk. 
Daaronder  de  uitlegging  der  cijfers  I — 13  in  de  plaat  Gravure  langw. 
kl.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  door  Muller  naar  dit  exemplaar  vermeld. 

8  Oktober  1709.  Nibt  bij  Mullbr  (No.  3456). 

3158.  „Vti€  du  Feu  (ÏArtifice  Que  Son  Excellence 
Monsieur  André  de  Matveof^  Miniatre  d'Etdt^  Gouverneur 
du  Duché  de  larodavie^  et  Ambassadeur  Plenipotentiah*e 
de  Sa  Majesté  Csarienne  Empereur  de  la  Grande  Russie^ 
Prés  Leurs  Hautes  Puissances  Les  Seigneurs  Etdts  Gene- 
raux  des  Provinces  Unies  a  fait  representer  par  ordre  de 
Son  Mditre^  d  la  Haye  Ie  8.»»^  Octobre  1709^  Ie  premier  des 


Digitized  by 


Google 


52  ZINNEPRKNT   OP   DE   GEALLIEERDEN  1709 


trois  jours  de  la  fête^  celehrèe  en  rejouissance  de  la  fameuse 
Victoire^    remportée   sur   Le    Roy    de    Suede  Charles  Xll^ 

nux  environs  de  Poltawa  en  ücraine  le  —,    "'.^, ,  et  de  la 

Prise  du  reste  de  Son  Armee  battue^  au  nomhre  de  16287. 
hommes  aupres  de  Perewoloczna  le  U  du  même  mois  et  an." 

Onderschrift  in  8  reg^els  g-egfraveerd  midden  onder  de  afbeelding^  van 
het  vuurwerk,  bij  boveng-enoemde  gelegenhjeid  afgestoken.  In  den  linker- 
bovenhoek een  afzonderlijke  voorstelling  van  een  huis,  waar  vóór  een 
decoratie,  twee  stroomgoden  voorstellend,  uit  wier  waterkruiken  wijn 
vloeit,  die  door  de  omstanders  opgevangen  wordt,  terwijl  uit  de  ramen 
van  het  huis  daarachter  brooden  en  beschrijvingen  van  het  gevecht 
worden  geworpen.  Aan  iedere  zijde  van  't  onderschrift  twee  kolommen 
verklaring  van  de  letters  A — L  in  de  plaat.  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr. 

1709.  MüLLBR  (No.  3457). 

3159.  „Neerlands  zegen  wagen,  pralende  met  de 
krygslauren  van  't  iaar  1709  tot  1710  Chariotde  triomphe 
des  Païs  Bas,  gami  des  trophées  des  alliez  de  1709,  qui 
serve"*^  de  ioye  en  1710". 

Opschrift  boven   de   voor  dit   doel   veranderde  plaat,  hierboven  onder. 
No.  2558  beschreven  en  nog  vroeger  (zie  Muller  No.  löé?)  voor  Prederik 
Hendrik   reeds  gebruikt.    Op  het  lint,  door  de  beide  engeltjes  boven  in 
de  plaat  vastgehouden,  leest  men  het  volgende  hollandsche  .tijdvers : 
.,zlet  hier  heLD  friso  op  een  zege  koets  gesteLD, 
hll  heeft  het  frans  gestoet  nog  Laatst  temeer  geVeLD.*' 
terwijl  daarboven  in  de  plaat  het  latijnsche  tijdvers  staat: 
„seDe  trIVMphaLI  frisonis  gLorla  Constat". 
In  den  wagen   zit  nu  Johan  Willem  Friso;  de  vier  voorstellingen  op 
de  zuil   rechts  vertoonen   nu   Doornik  veroverd,    S.  Guilain  ingenomen. 
Victorie  bij  Bergen  en  Bergen  veroverd.    In  de  cartouche,  in  't  midden, 
onder  in   de   plaat,   is  in  plaats  der  portretten  van  No.  2558,  een  zestal 
mannen   rondom   een  tafel  afgebeeld,  waar  boven:  „Valse  Vrede    handel 
1709"  en  boven  de  cartouche:  „Faux  Traite  de  Paix  en  1709".    Verder 
zijn  er  nu  cijfers  (1—18)  in  de  plaat  en  is  bij  alle  figuren,  onder  of  boven 
het  oorspronkelijk  bijschrift  in  romeinsche  letter,  nog  een  ander  in  cursief 
toegevoegd;   b.    v.   „Sprs"  ,,Mercatur(p  lihfr(e'"\  „Ivstitia"  ^^Dominant.*' 
enz.  Oravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  A.  Allard  te  Amsterdam. 


Digitized  by 


Google 


LU8TH0P   VAN   MOHCS  53 


„LUSTHOF  VAN  MOMUS". 

Sints  Muller  in  1876/77  de  serién  prenten  beschreef,  welke  den  „Lusthof 
▼an  Homus'  Tormen,  is  er  ten  opzichte  van  de  wording-  van  dit  eigen- 
aardig werk,  voor  zoover  mij  bekend,  niets  nieuws  aan  *t  licht  gekomen. 
Zal  waarschijnlijk  te  eenigertijd  nog  wel  een  grooter  gedeelte  van  den 
sluier  opgelicht  worden,  die  nu  dit  maakwerk  bedekt,  ik  kan,  het  aan- 
vankelijk onderzoek  voortzettend  van  Muller,  den  baanbreker  op  't  ge- 
bied der  nederlandsche  historieprenten,  reeds  nu  enkele  bizonderhe- 
den  mededeelen  welke  aan  hem  onbekend  bleven,  door  de  onderlinge 
vergelijking  der  in  deze  kollektie  aanwezige  prenten  met  die  van  Mr. 
8.  van  Gijn  te  Dordrecht,  van  den  Heer  A.  J.  Nijland  te  Utrecht,  en 
met  twee  verschillende  verzamelingen  van  de  Firma  Frederik  Muller  &  Co. 
(F.  8.  Adama  van  Scheltema  en  A.  Mensing)  te  Amsterdam,  die  mij  alle 
welwillend  ten  gebruike  werden  a%e8taan  en  van  het  exemplaar  van 
's  Rijks  Prentenkabinet,  waar  Dr.  C.  P.  Ho&tede  de  Groot  mij  alle  faciliteit 
tot  vergelijking  verschafte.  £en  opgave  van  *t  getal  der  platen  in 
ieder  der  genoemde  verzamelingen,  is  deels  overbodig,  deels  minder 
geraden,  daar  de  kollektièn  der  HH.  van  Gijn  en  Nijland  nog  steeds 
uitgebreid  kunnen  en  zullen  worden,  zooals  dit  't  geval  was  met  de 
verzameling  van  Stolk,  die  sinta  Mullers  opgave  nog  beduidend  is  toe- 
genomen. 

Daar  Muller  deze  serie  zeer  terloops  behandelt,  terwijl  Stephens  in  den 
Catalogue  of  prints  and  drawinffs  in  the  Bntish  Museum.  Divisiou  I. 
Folitical  and  personal  satires,^  een  gedeelte  dezer  prenten  bizonder  uit> 
voerig  beschreef,  heb  ik,  overtuigd  dat  dit  door  ons  dan  toch  wel  in  de 
eerste  plaats  behoorde  te  geschieden,  de  afwijkingen  in  de  verschillende 
staten  dezer  platen  zóó  uitvoerig  vermeld,  dat  elke  variant,  die  nu  nog 
mocht  gevonden  worden,  naar  ik  hoop,  goed  te  onderscheiden  is. 

Dat  uit  deze  spot  en  zinneprenten  de  volksgeest  van  dien  tijd  spreekt, 
zooals  de  heer  Muller  schrijft,  ben  ik  met  hem  niet  eens  en  ik  geloof  dat 
de  betrekkelijke  zeldzaamheid  eer  toe  te  schrijven  is  aan  te  gering,  dan 
aan  zeer  groot  debiet  Kunstwaarde  hadden  de  platen  niet;  zelfs  voor 
een  tijdgenoot  moeten  de  deels  meer  dan  slechte,  deels  gewrongen 
verzen  onverstaanbaar  of  onaantrekkelijk  zijn  geweest  en  in  de  kol- 
lektieve  uitgave  van  sommige  onderdeelen  eerst,  daarna  van  den  Lusthof 
in  zijn  geheel,  is,  dunkt  mij,  eer  een  poging  te  zien  om  de  onverkochte 
exemplaren  op  te  ruimen,  dan  een  bewijs  dat  zij  in  den  volkssmaak 
vielen.  Dat  misschien  enkele  prenten,  die  ik,  bij  de  beschrijving  van  iedere 
plaat  afzonderlijk,  meende  te  mogen  beschouwen  als  de  oorspronkelijke 
en  die  dus  niet  tot  Allards  werk  behooren,  in  Frankrijk  afnemers  hebben 
gevonden,  wil  ik  niet  betwisten,  maar  dat  als  spekulatie-artikel  't  meeren- 
deel  der  platen  van   den  Lusthof  fiasko  moet  gemaakt  hebben  in  't  zelfs 


Digitized  by 


Google 


54  LUSTHOF   VAN   IfOMÜS 


toen  nog  kunstkeurig  Frankrijk  (men  zie  o.  a.  de  almanakken  uit  dien 
tijd,  door  Champier,  in  lijn  werk:  Les  anciens  almanacks  illustrés.  Paris 
1886  gereproduceerd)  is  wel  zeker;  te  meer  daar  geen  enkele  plaat  (ik 
zonder  er  de  oude.  op  dezen  tijd  toepasselijk  gemaakte  van  uit)  ook  maar 
één  gedachte  geestig  in  beeld  brengt. 

Hoe  de  ..Lusthof  van  Momus"  ontstaan  is  kan  ik  niet  verklaren ;  beeft 
Abraham  AUard  onder  den  drang  der  omstandigheden  behoefte  gehad 
aan  zijn  perbooolijk  gevoelen  uiting  te  geven  tegenover  de  personen, 
die  naar  zijn  meening  een  hoofdrol  speelden  bij  de  gebeurtenissen  in  de 
zuidelijke  Nederlanden  en  in  den  spaanschen  successie-oorlog  in  1701 — 170G. 
zoowel  als  in  den  strijd  tusschen  roomsch-  en  oud-katholieken,  wie 
zal  *t  zeggen  ?  Dit  aesthetisch  op  zulk  een  wijze  te  doen.  dat  hij 
niet  alleen  den  kunstzin  bevredigde,  maar  daaruit  ook  als  handelsman 
winst  trok,  was  voor  hem  een  moeilijke,  ik  zou  bijna  durven  zeggen  een 
onmogelijke  zaak  en  de  ,.,•  •  •  Almanach  beginnende  van  *tjaar  1705" 
geeft  daar,  dunkt  mij,  het  eerst  bevTijs  van.  Alles  (en  dit  geldt  voor 
alle  onderdeelen  van  de  verzameling,  die  wij  als  den  .,Lusthof  van 
Momus'*  kennen)  is,  uit  het  oogpunt  van  kunst,  knoeiwerk,  en  't  zou 
geen  verwondering  behoeven  te  wekken,  indien  een  konkurrent.  door  de 
onbeholpenheid  der  uitvoering,  het  plan  voor  een  dergel  ij  ken  „Almanach** 
ontwierp  in  1706,  en  door  wijdscher  titel  (hij  begint  immers  reeds  bij 
„1701')  trachtte  de  aandacht  op  eigen  uitgaaf  te  vestigen,  want,  men 
vergete  dit  niet.  de  door  Muller,  zeer  ten'onrechte,.,  Almanach  van  1701'* 
genoemde  verzameling  van  achttien  platen,  behoort  bepaald  niet  in  den 
Lusthof.  Is  dit  vermoeden  juist,  dan  heeft  die  meer  kunstlievende  kon- 
kurrent er  echter  geen  pleizier  van  gehad;  Allard  liet  diens  prenten  na- 
maken, voegde  er  een  paar  oude  voorstellingen  bij,  waarvan  hij  de  koper- 
platen bezat;  maakte  die  door  verzen  van  eigen  vinding  pasklaar  op  dezen 
tijd,  liet  die  dichtregels  afdrukken  op  afzonderlijke  blaadjes,  en  zoo  ont- 
stond het  „Byvoegsel"  op  zijn  eigen  almanak.  ...  De  konkurrent  ver- 
dwijnt, zijn  manier  van  uitvoering  was  artistieker,  zijn  verzen  waren 
meerendeels  beter,  toch  moest  hij  't  afleggen  tegen  zijn  mededinger  en 
Abraham  Allard  gaat  voort,  geholpen  door  zijn  broeder  Carel,  wat  er 
daarna  belangrijks  voorvalt  in  prent  te  brengen.  Zoo  krijgen  wij  achter- 
eenvolgens van  hem,  na  't,. Byvoegsel": 

„ROMA  PBRTÜRBATA,"  (den  strijd  tusschen  Cock  en  Codde,  roomsch- 
en  oud-katholieken,  door  Muller  ten  onrechte  vermeld  als  uiot  bij  den 
„Lusthof*  behoorende,  maar  er  toevallig  bijgekomen), 

„De  sTANDVASTiGB  MONARCHYE  Des  DOODS,  En  de  zieltoo- 
OENDE  MARS  in  KUROPA.", 

„HET  PALMHOF  DER  BONDGENOOTEN"  en  de 

„VORSTELYKB  STAATBALANS '. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1705"  55 


MisichieD  ook  nog*  de  zeven  prenten  over  1707  en  de  vier  prenten 
over  „De  zieltogende  Anjousche  Monarchy",  ofschoon  ik  deze  er  nog 
liever  buiten  houden  zou,  daar  zij  niet  opgenomen  zijn  in  één  der  ex«m* 
plarftn  van  de  firma  Frederik  Muller  &  Co.,  dat  niet  ingebonden,  maar 
ia  den  tijd  der  uitgave  ingenaaid  is. 

Of  de  overige  platen,  voorkomende  in  het  door  Muller  beschreven, 
(^bonden  exemplaar,  nu  in  's  Rijks  Prentenkabinet,  ook  deel  van  den 
Lusthof  uitmaken  of  er  slechts  bijgebonden  werden  omdat  zij  van  den- 
zelfden uitgever  zijn,  laat  ik  in' Tmidden,  daar  hier  de  leiddraad  ontbreekt, 
welke  Muller  bij  zijne  beschrijving  der  bovengenoemde  afdeelingen  m.  i. 
niet  genoeg  vooropstelde,  de  verzen  namelijk,  die,  op  een  afzonderlijk 
blad  achter  de  titels  of  tegen  de  keerzijde  daarvan  afgedrukt,  bewijzen 
dat  dit  bepaalde  reeksen  zijn  en  er  niet  meer  dan  de  daar  aangewezen 
platen  tot  die  serièn  behooren. 

O&choon  nu  alleen  die  prenten,  waarbij  een  *  vóór  't  volgnommer 
geplaatst  is,  in  deze  kollektie  aanwezig*  zijn,  meen  ik  ing't  belang  der 
▼erzamelaars  niet  verkeerd  te  doen,  ook  de  niet  aanwezige  meer  uitvoerig 
te  beschrijven,  en  van  de  verzen,  door  Muller  te  zeer  verwaarloosd,  de 
opschriften,  en,  zoo  noodig,  een  of  meer  regels  van  't  gedicht  zelf,  achter 
die  beschrijving  te  doen  volgen. 

De  zoogenoemde  „Almanach  van  1701",  welke  nooit  vóórdien  van  1705 
had  mogen  geplaatst  worden,  al  moet  ook  deze  op  zijn  vroegst  in  1706 
verschenen  zijn.  wijl  de  daarin  voorkomende  platen  alle  betrekking  hebben 
op  dat  jaar  en  wel  meer  bepaald  op  den  val  van  Barcelona  (13  Mei  1706), 
zal  ik,  als  in  tijdsorde  ^AAt  behoorende.  tusschen  den  Almanak  van  1705 
en  het  .,Byvoegser'  van  Allard  invoegen,  omdat,  al  ware  mijn  ver- 
moeden omtrent  de  wording  van  den  „LusthofvanMomus"  ook  onjuist,  de 
zoogenoemde  „Almanach*  Tan  1701"  moet  heeten:  Almanach  van  1706. 

De  algemeene  titel  volgt  hier  letterlijk: 

3160.  „'t  Last-hof  van  Momus,  |  Beplant  met  de  voor- 
naamste Gewassen  van  |  Mars  in  Europa',  |  En  opgepronkt 
met  Staat-kundige  |  zinnebeelden  |  Des  Tegenwoordigen 
Oorlogs,  I  Verrykt  met  cierljke  Historiaale  Steek-dichten, 
ten  getale  van  (...)  |  Door  K.  I.  |  Te  zamen-gesteld  en  in 
't  licfit  uitgegeeven,  \  Tot  Parys,  by  Louis  de  Lis-defleuri, 
in  de  Vallende  Monarch.  |  Met  Privilegie  des  Konings  en 
des  Hertogs  van  Anjou. 


La  cour  de   Momus,   |  et  Ie  |  jardin  de  Mars  en  Eu- 
rope ;  |  Ome  des  emblemes  politiques,  de  TEtat  present  | 
De  Ia  guerre,  [  Expliqué  par  des   Vers  Uistoriques  Sf  Sd- 
tyriques^    au    nombre    de  (...)  |  Par    R.    I.   |  RecueiUi  ^ 
donné   au   public^  |  A    Paris,  chez  Louis  de  Lis-defleuri, 


Digitized  by 


Google 


56  LUSTHOF  VAN  MOMUS :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1705' 


au  Monarque  Tombant.  |  Avec  Privilege  du  Roi  8f  du 
Duc  d'Anjour  (Muller  No.  3037). 

Deze  algemeene  of  verzameltitel  heefl  de  dubbele  breedte  van  al  de 
volgende,  welke  slechts  gewoon  infolio  zijn.  Hierop  volgt  in  één  der  door 
mij  vergeleken  exemplaren  onmiddellijk  Nommer  1  der  hieronder  ver- 
melde prenten,  als  titelplaat  vóur  den  volgenden  geboekdrukten  titel: 

3161.     „Koninglyke  almanach,  |  Beginnende  yan  't  jaar 

1 705, &c.  I  Waar  in  zeer  duidelyk  vertoond  word  |  de 

loop  der  zon  j  des  ongerechtigheids ;  Ofte  |  tooneel  des 
oorlogs  I  in  |  Europa,  |  Behelzende  de  Zinnebeelden 
der  I  VIL.  helde-deugden,  |  &c.  &c.  &c.  |  Gedrukt  tot 
Brussel^  ten  koste  van  de  Compagnie  van  L.  v.  S.  L.  L.  ï. 
P.  G.  M.  D.  I  F.  d.  L.  C.  1.  C.  en  L.  d.  D.  B.  &c.  Met 
Privilegie  des  Konings. 

Almanac  royal,  |  Commen9ant  par  annee  1705 &c.  | 

Oii  est  parfaitement  observé  |  Ie  cours  du  soleil  [  d'in- 
justice;  Ou  |  theatre  de  la  guerre  |  en  |  Ëurope,  |  Qui 
comprend  des  Emblemes  des  |  VII.  vertus  heroiques,  | 
&c.  &c.  &c.  I  Impiïmé  a  Brusseües,  au  depens  de  la  Com- 
pagnie de  L.  V.  S.  L.  L.  T.  F.  G.  M.  D.  |  F.  d.  L. 
C.  1.  C.  &  L.  d.  D.  C.  &c.  Avec  Privilege  du  Roy.'' 
(Muller  No.  3072). 

De  keerzijde  van  dezen  titel  is  niet  bedrukt.  De  beide  andere  blz.  van 
hetzelfde  vel  gewoon  in-fol.  laten  in  den  daarop  voorkomenden  tekst 
geen  twijfel  over  omtrent  het  aantal  platen,  dat  in  dezen  almanak  behoort, 
en  helpen,  meer  dan  iets  anders,  den  beschrijver  in  hare  beteekenis. 
De  tekst  dezer  bladzijden  is  in  twee  kolommen  gedrukt,  bevat  links 
hollandsche,  rechts  fransche  verzen  met  het  algemeene  opschrift:  ,.De 
VII.  helde-deugden."  „Les  VIL  vertus  heroiques."  en  een  afzonderlijk 
opschrift  boven  elk  der  zeven  gedichten,  dat  door  het  daarvoor  geplaatste 
cijfer  korrespondeert  met  de  inschriflen,  die  in  den  eersten  staat  dezer 
zeven  platen  niet  voorkomen,  maar  met  een  volgnommer  achter  of  iets 
lager  dan  elk  fransch  inschrift,  bij  den  lateren  staat,  die  voor  deze  kollektieve 
uitgave  gebruikt  is,  in  de  beide  benedenhoeken  zijn  gegraveerd  en  die 
telkens  als  tekst  boven  de  eerste  beschrijving  van  iedere  prent  zijn  geplaatst, 
terwijl  de  opschriften  der  verzen  achter  iedere  verklaring  volgeu. 

Evenals  bij  Muller  hebben  de  verschillende  staten  van  de  tot  dezen 
almanak  of  tot  het  ,.byvoegser' behoorende  platen  een  afzonderlijk  nommer. 

^316Z.  —  [.,De  liekde'j         „La  charitk"]  [,,r'J.    (Muller  No.  3073). 

„KALKNDARIUM       KEGIL'M       SOLIS       OURSUM      PERFECTE     INDlCA^ö" 


Digi^ized  byLjQOQlC 


LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „ALMANACH  BKGINNBNDB  . . .  1705"  57 


,M   KONINGLYKE    ALMANACH,   dm    LoOP  der   ZON    DÜIDBLYK 
VBETÓNBNd^". 

Den  eersten  staat,  door  Muller  beschreven  onder  No.  3074,  zonder  de 
woorden  tusschen  [  ]  en  zonder  het  cijfer  onder  in  de  plaat,  zag  ik  niet. 

Hier  is  aanwezig  de  latere  staat  (Muller  No.  3073}  met  de  onderschriften 
in  de  beide  benedenhoeken  van  den  breeden  plaatrand  onder  de  voor- 
stelling, die,  bepaald  een  kopie  is  der  eerste  prent  van  den  zoogenoemden 
almanak  van  1701  (zie  No.  3183)  welke  ik,  als  de  oorspronkelijke,  dddr  meer 
uitvoerig  beschreven  heb,  niet  vermoedende  dat,  bij  nadere  beschouwing, 
het  aantal  afwijkingen  in  spelling,  enz.  bij  beide  nog  zoo  groot  zou  zijn. 
Ik  verwijs  voor  de  beschrijving  en  de  verschillen  naar  dèt  nommer;  de 
inschriften,  die  déar  als  tekst  zijn  aangegeven,  heb  ik  hier,  om  't  verband 
dat  er  tusschen  deze  beide  platen  bestaat,  toegevoegd  aan  de  onder- 
schriften van  deze  prent 

Het  opschrift  van  het  vers  achter  den  titel  is: 

„1.    DB  LIEFDE,    1.  De  ZON,  't  Zinnebeeld  van  LOUIS  XIV." 


•3168.  —  [„'toBLOOP'j        [,,LA  foy"]  t„2"].    (Mullcr  No.  3077). 

2*.  Eerste  staat  van  deze  spotprent  op  Louis  van  Baden,  nog 
zonder  bovenstaande  inschriften  onder  in  de  plaat  Zij  stelt  den  her- 
tog voor,  als  „de  Niewe  ridder  van  de  goude  louisen'',  slapend  bij 
een  tafel  zittend,  waarop  zakken  met  Louis  d'or  staan,  doelende 
op  zijn  omkoopen  door  Lodewijk  xiv.  Op  zijn  zetel  staat:  ,,Hy  zit 
bedrukt  van  angst  en  kakt  Terwijl  hem  't  gout  door  zwaarte  ontzakt''; 
daaronder  staat  nog:  „Louis  spreekt  'kheb  veel  gewonnê  mtmi^  strijd 
-zwaard  scherp  v  snee  Dog  meer  door  Frans  vraad,  dies  hou  ik't  in  de 
schee".  Op  zijn  linkerbeen  leest  men:  „Niet  om  het  Been  maar  om  de 
Beurs";  alleen  in  den  linkermouw  van  zijn  jas  drie  nauwelijks  zichtbare 
lischbloemen,  geheel  anders  geplaatst  dan  in  den  volgenden  staat;  om  zijn 
hals  hangt  een  „Louis  dor'';  zijn  rechterelboog,  waarmede  hij  slapend 
't  hoofd  ondersteunt,  rust  op  een  zak,  die  op  een  tafel  ligt,  waarvan  een 
groote  haan  (Frankrijk)  den  voet  vormt;  van  deze  tafel  hangt  een  kleed 
met  lischbloemen  versierd,  waarop  men  leest:  „Louis  dort  pres  d  ses  Louis 
dOr".  Op  de  beide  zakken  die  er  verder  op  tafel  staan,  is  gegraveerd: 
„Nieuwe  Louisen  1705  Nouveaux  Louis  d'Or  de  15  liv."  (de  oude  zijn 
van  20  francs)  en  ,, Valse  Louiso  Faux  Louis  d'Or".  Vóór  den  slapende 
ligt  een  papier,  waarop:  „Mons"^  et  Cousin  Voicy  pr  recompense  de 
votre  servi  ce  10000  pi  stoles  qui  va  lent  present  chaqz  15  liv.  par  ma 
nouveir  or  donnance  etc  Louis".  In  den  linkerbovenhoek  een  schilderij 
met  „Louis  dort"  onder  de  afbeelding  van  twee  tenten.  In  den  rechterboven- 
hoek een  venster,  waarin  een  haan,  die  Frankrijk  moet  voorstellen,  zit 
te  kraaien.    Door  het  venster  ziet  men  een  groot  gebouw,  waarboven 


Digitized  by 


Google 


58  LÜSTUOF  VAN  MOMUS :  „ALMANACH  BEGINNENDE  .  . .  1705' 


staat  ..Hy  krabd  zyn  jj^t,  by  t  Emser  bad. '  Onder  m  de  voorstelling  het 

XC3C46       flHï7    lOlXiaik  ^      ,  ,  .,,«,. 

„Anagr:  onyvis  bblaadkn.  Onder  de  prent,  m  dezelfde  ko- 
perplaat gegraveerd,]  een  12regelig  hoUandsch  vers  in  twee  kolom- 
men: „Dees  Niewe  Ridder  der  strijdhaftige  Louisen'  enz.  boven  in 
den  plaatrand  het  chronogram:  „proDerje  Consortes  stVDet  ah! 
BT  kieDerb  paCtos."  (achter  het]  bankje,  waarop  Louis  zit:  ^jyiVi 
gentius  Pasquinus  fecit")  en  met  het  volledig  inschrift:  ,,Gedediccerd 
aan  de  Keurv :  v  Beyeré  &,  Keule  :  tot  Brussel  by  Louis  Ic  Traitre 
m  Privilegie  v  de  Keurv^^  v  Bei/eren  \  De  cursief  gezette  woorden  ont- 
breken in  den  volgenden  staat. 

Onder  No.  3076  vermeldt  Muller  een  staat,  dien  ik  niet  zag.  geheel 
gelijk  aan  deze,  doch  zonder  de  fransche  verzen  in  den  ondersten  plaatrand. 

Het  opschrift  van  het  yers  achter  den  titel  is: 

„2.  't  GELOOP  van  Louis  de  Kleinb,  zyn  Doop  te  Zwalbarh  voltrek- 
kende.'* (Louis  de  Kleine  is  de  hertog  van  Baden). 


*3164  —  2».  Dezelfde  prent.  Latere  voorstelling.  (Muller  No.  3075). 
Nu  met  de  gegraveerde  inschriften  „'t  geloof",  enz.  onder  in  de  plaat 
en  met  de  volgende  veranderingen  en  bijvoegingen:  Over  het  inschrift 
in  den  zetel  van  Louis  is  nu  een  kruis  met  een  duif  er  in  gegraveerd, 
spottend  het  geld  als  de  Heilige  geest  voor  hem  aanwijzende.  Op  den 
liukermouw  van  'shcrtogs  jas:  drie  zeer  duidelijk  zichtbare  fransche 
lischbloemen.  en  het  inschrift:  „Louis  Ie  Petit  porte  ici,  sur  .son  habit, des 
fleurs  de  Lis  et  dans  son  coeur  point  d'aulres  fleurs". 

Op  den  zak,  waarop  zijn  rechterelboog  rust,  staat  nu:  „Gesnoeydc 
Louisen".  Onder  het  hoUandsche  vers  een  evengroot  fransch:  ,.Le  Qrand 
Turc  autrefois  a  senti  mes  bravades",  met  het  opschrift:  „Louis  Ie  Petit 
dit".  Het  inschrift  onderin  onvolledig  omdat  de  woorden  „'t  Geloof"  en 
„la  foy"  het  noodzakelijk  maakten  dat  er  eerst  een  gedeelte  van  dat 
onderschrift  weggekrabt  werd. 


316B.  —  2'.  Dezelfde  toorstdlvuj ,  doch  andersom.  (Niet  bij  Muller). 
Origineel  der  beide  voorgaande.  Bijna  geheel  zonder  inschriften,  alleen  op 
één  der  zakken  op  tafel  staat:  „Niewe  Lowie  sen.  Nove=  aux  Louis 
d'Or.";  op  de  munt  om  Louis' hals:  ..Louis  dor  '  en  op  het  koffertje,  waarop 
hij  zit:  .jPortitudinis  et  Virtutis  Bellica  proemium."  „Belooninge  van 
Dapperheyd  en  Oorlogs  daden."  In  den  breed  en  plaatrand  onder  de  prent 
niets  dan  ,,LoUIS  d'OR."  „Opgedraagen  aan  alle  Oorlogs  helden  en 
Beminnaars  van  t'  Vaderland  door  temporarius  maturus.'  Boven  het 
gebouw,  dat  men  links  door  't  venster  ziet,  enkel  ,,Emser  Bad."  en  onder 
de  schilderij  rechts  niets.    (Exemplaar  van  den  heer  A.  J.  N ijland). 


*3166.  —  2*.  Dezelfde  koperplaat  van  t  vorig  nommer.  (Muller  No.  3078;. 
Latere   staat   met  veel  bijvoegingen.    Nu  op  den  tweeden  zak  op  tafel: 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „AUtfANACH  BEOINNKNDB  . . .  1705"  59 

,,Vals8  Lowi  sen  Faux  Louis  d'Or".  Op  den  zak  onder  '■  hertog»  linker- 
arm ..ge=8noeide  Louiaen."  Op  het  papier  vóór  den  slapende:  ,.Mon 
Coasdn  Voicy  pr  re  compense  de  Vre  ser  vice  10000  Louis  d'Or  qui 
Talent  presentemt  15  Liv.  la  Piece  pa  mor  (sic)  Or=donnanc.  Louis." 
Naast  dit  papier  geldstukken.  ^sHertogs  geheele  jas  is  bezaaid  met 
lischbloemen,  wier  getal  op  bet  kleed  dat  van  de  tafel  hangt,  ook  vermeer- 
derd is.  In  het  inschrift  op  den  zetel  van  Louis  staat  nu  „Bellice" 
voor  ,.Bellica". 

Onder  de  schilderij  staat  nu  ,,Louis  Dort."  Op  Louis'  zetel  is  tusschen 
de  latijnsche   en   hollandsche   inschriflen   een  kruis  met  duif  gegraveerd 
en  onder  ,,Loui8  d'Or."  in  den  breeden  ondersten  plaatrand,  staat  nu: 
„Amice  ad  quid  venisti. 

Louis  sit  hier  gerust  en  stil, 

Om  dat  hy  niet  weer  vegten  wil 

Veinst  hy  sig  Siek,  gebruykt  de  Baden 

Wjl  hy  met  Goud  is  overladen. 
proDere  Consortes  stVDet  ah!  et  foeDere  paCtos". 


3167.  —  ,.^uis  DOE  AU  soleil".    (Muller  No.  3079). 

Muller  noemt  deze  prent  een  navolging  van  de  hierboven  beschre- 
ven voorstelling.  Ik  geloof  dit  echter  niet.  De  plaat  is  bepaald  ge- 
maakt door  denzelfilen  graveur  van  het  vorig  nommer,  kan  nooit  als 
een  navolging,  wel  als  een  pendant  daarvan  beschouwd  en  mag  dus  niet 
plaat  2  e  genoemd  worden,  maar  staat  geheel  op  zich  zelf.  De  hertog 
van  Baden,  met  het  linkerbeen,  waarop  de  linkerelboog  rust,  over  't  rechter 
geslagen,  is  hier  in  slaap  gevallen  onder  den  invloed  van  de  zon  (Lode- 
wijk  xiv),  die  hem  van  uit  den  rechterbovenhoek  beschijnt  Hier  ziet 
men  den  hertog  van  voren,  een  weinig  naar  rechts  gewend,  zijn  rechterhand 
rust  tegen  twee  der  vier  zakken,  welke  staan  op  de  tafel,  links  in  de 
plaat,  op  welks  afhangend  kleed  een  gevecht  met  de  Turken  is  afgebeeld. 
Op  de  vier  zakken,  waarboven  tegen  den  muur  het  wapen  van  Baden  prijkt, 
staat  van  links  naar  rechts  ,,Ducatd'AlIemagne'\  .,Guine  d  Angle  terre'\ 
,, Doublé  d'Espagne",  „Louis  d'Or".  In  den  linkerbovenhoek  hangen 
zeven  zakken,  met  de  volgende  inschriflen:  „Etape  point  Foumie.", 
.,Droit  Romain.",  „Contribution.",  „Reuenant  bon  du  fourage.",  „Vante 
(sic)  de  Charge.",  „Dom  (sic)  gratuite.",  „Pention  (sic)  de  France.'  Onder 
de  plaat,  behalve  het  onderschrift,  links  een  8-regelig  fransch  vers :  „Tout 
Ie  Crime  qu'on  m'inpose"  enz.  met  het  adres:  „se  Vend  b.  Yienne,  Chez 
Pierre  Bonet"  er  onder  en  een  10-regelig  hollandsch  vers :  „k'Hebtegeus 
d'Ottomans, . . .  Geblixemt,'*  eoz.  er  naast.  Rechts  op  de  plaat  staat  naast 
den  hertog  een  koffer,  terwijl  men  door  het  vQnster  daarboven  een  kasteel 
of  stad  op  een  berg  ziet  en  in  de  rivier  daar  vóór  iemand  aan  't  zwemmen 
of  baden  is. 


Digitized  by 


Google 


60  LUSTHOF  VAN  MOMUS  l  „ALMANACH  BEGINNENDE . . .  1705" 


De  prent  behoort  in  geen  der  bekende  reeksen  en  werd  door  mij  beschreven 
naar  het  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijland.  Stephens,  Cat.  Brit. 
Mus.  vermeldt  onder  No.  1459  een  verkleinde  kopie  dezer  plaat,  behoorende 
iu  Foems  oh  A fairs  of  State.  Vol.  IV.  Suppl.  part  Plate  IV,  welke  reeks 
in  haar  geheel  achter  dezen  „Lusthof"  beschreven  wordt. 


3168.  -—  „Zamenspraak  over  de  |  NIEUWE  RIDDER  van  de  GOUDE 
LOUI9EN,    I   Tussen  Gaarnewys  en  Weet-veel."  (Muller  No.  3080). 

Het  blad,  met  bovenstaand  opschrift*  boven  een  54-regelig  vers,  waar- 
onder nog  een  „TOEGIFT",  enz.  van  vier  regels  en  het  adres:  „Tot 
Brussel,  by  Louis  Ie  Traitre,  en  te  Swalbach,  by  Predrik  Goldsmit  in 
Compagnie.'*,  alles  in  boekdruk,  vond  ik  geplaatst  tegenover  plaat  2  van 
den  Almanak  van  1705,  in  een  der  exemplaren  van  den  „Lusthof  van 
de  firma  Frederik  Muller  &  Co.  Dit  vers,  dat  aanvangt  „Wat  is  het 
voor  een  Held  die  hier  dus  slaapt  en  ronkt?",  is  beter  dan  die,  welke  in 
de  platen  zelf  voorkomen,  geeft  een  zeer  uitvoerige  verklaring  van-  en 
behoort  bij  de  prent  onder  't  vorig  nommer  beschreven. 


*3I0U.  —  [„de  maatigheid"J  [„la  tbmperance"]  [„3"].  (Muller  S. 
No.  3082). 

3'.  Op  de  prent  is  „Louis  Le  Petit"  (Lodewijk  van  Baden)  afgebeeld, 
zittend  ^n  een  tafel,  in  de  linkerhand  heeft  hij  een  goudschaaltje,  waarop 
hij  de  Louis  d'Or  weegt,  welke  hij  van  Lodewijk  xiv  als  verradersloon 
ontfing  en  waarbij  staat  „Wat  leit  er  op  de  Schaal  Is 't  fyn  goud  of  Metaal". 
Op  de  tafel  liggen  verscheiden  geldstukken  en  staat  een  doosje  met  goud- 
gewicht, in  welks  deksel  men  leest  „Is  t  Goud  te  licht  Haal  Frans  gewigt'. 
De  poot  van  deze  tafel  heeft  den  vorm  van  een  arend  onder  wien  staat: 
,,Als  d' Adelaar  de  Leliën  drukt  Mijn  aanslag  met  de  haan  mislukt  Ia 
Brabant  valt  reeds  d  Haan  te  licht  De  Leli  voor  de  Roos  daar  zwicht". 
Op  den  rand  van  den  steek,  die  Louis  onder  den  rechterarm  heeft,  staat: 
„t  Frans  goud  my  van  de  kr\'g  behoed  Ik  groeij  in  Duitse  tegenspoed"; 
zijn  klecding  is  bezaaid  met  fransche  lischbloemen.  achter  zijn  stoel  staat 
een  kruikje  met  „Born  Water",  naast  zijn  zetel  een  ridderkruis,  waarbij 
„Da[perheids  Kidder  Orden",  een  zak  met  „Beste  Louisen  van  Louis  xiu'\ 
waaronder  „Verraaders  Ridder.  Orden"  en  een  bakje  met  „Uitschot 
25  pr  cent  te  licht".  Links  van  'shertogs  hoofd  staat:  „Mij  dekt  een 
Frans  gewaad  'k  zit  op  een  Spaanse  stoel ;  'k  Beoog  met  Vrankrijk  en 
m^  Spanje  'tselve  doel",  en  er  boven:  „Vraagd  men,  wat  doet  gybydo 
Baden?  Mijn  naam  moet  lyken  na  mijn  dsladen".  Achter  zijn  stoel : 
„Fijne  en  valse  juweelekas  Complot  Brieven".  Rechts  van  de  tafel  staat 
Harlekijn  als  .,£ssayeur"  voor  een  tent  met  fransche  lischbloemen  bezaaid 
en  met  inschrift:  „Zend  dese  Tent  na  Maximiliaan  Dat  is  een  vent  dat's 
't  katje  van  de  baan";  terwijl  daaronder,  als  uit  den  mond  van  Harlekijn 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1705"  61 


koiDeiide,  nog  staat:  „Hy  zal  de  Linien  in  Brabant  ras  hermftke  Dan 
weer  na  Bejren  gaan  om  andre  zeven  zaaken''.  Deze  essayeur  heeft  een 
triangel  in  de  hand,  waaraan  allerlei  (fransche}  munten  hangen.  Het  versje 
boven  zijn  hoofd  geefl  daarvan  verklaring:  ,,£en  nieuwe  kluchtige 
practijk  *t  Frans  Goud  verstrekt  mij  voor  Musijk  'T  klinkt  middelmaatig, 
fyn  en  grof  'T  is  Mengelmoes  van  alle  stof  Ik  hou  van  geen  verraadery 
*T  en  waar  'k  een  Koning  was  als  hy'\  Aan  zijn  voeten  staat  een  bakje 
met  ,3iljon"  {a%ekeurde  munten)  en  een  zak  met  „Glase  Louisen  wel 
verguld  Present  van  Madame  de  Maintenon",  terwijl  bij  zijn  voet  staat 
„20  je  wild  wil  ik  mêe'\  Naast  de  tent  ziet  men  op  den  achtergrond  de  bad- 
plaats ^hwalbach''  aan  de  „Aar  il:"  Onderin  deze  geheele  voorstelling 
leest  men  ^^De  riddbb  der  louisbn,  doende  de  rbvu  over  zijne  Troupen" 
(scherpe  hekelbg  van  den  man,  die  liever  Louisen  dan  soldaten  de 
revue  liet  passeeren),  met  het  „Anagramma" : 

„VAVèik  &«&&  m  ïy  liÊ  WA'&'&'h. 

Daaronder,  door  een  lijn  a%escheiden,  in  twee  kolommen,  een  12-rege1ig 
hollandsch  vers  zonder  opschrift  en  nog  lager  een  even  groot  fransch, 
met  opschrift:  „1  Louis,  Prince  de  B  ...  2  Celuy  qui  Epreuve  l'Or". 
Rechts  onder  dit  vers  staat:  „Schwalbach  by  Friderich  Goldsmit  in  de 
gekroonde  Balans.'*  Geheel  bovenin  de  volgende  twee  tijdverzen : 
„üVMos  eCCe  probos  nboat,  et  nego  pboDbre  porro". 
„TOTos  pxnDb,  probos  Cape  nVMos,  etLegb  faLsos". 

Opschrift  van  het  vers  achter  den  titel: 

„3.     MAATIGHSID,   te  zoeken"  (zoek  geraakt)  „in  de  bo ven-genoemde 
Ix>tns,  't  Goud  met  zyn  makker  weegende." 


•3170.  —  8>.  Dezelfde  plaat.  (Muller  No.  3082).  Latere  staat  met  de 
volgende  bijvoegingen:  Boven,  in  't  midden  der  plaat,  is  onder  het 
eerste  tijdvers  een  stralende  halve  zon  gegraveerd,  waarin  men  leest: 
„De  Zon  by  'tLeewe  Teken  Is  van  ons  afgeweeken".  Boven  Harlekijn 
zijn  de  volgende  tweelingrijmen  gekomen:  „Als  een  Klein  Koninkje 
achtte  ik  mijn  geluk  verheven  Wou  my  de  Fransman  'smaands  1000 
Louisen  geeven"  —  „Hebt  gij  wat  goud  om  weg  te  draagen  Mijn 
bochel  kan  *twel  onderschraagen"  —  „Geef  my  't  beloofde  halve  deel 
Want  beide  komt  ons  even  veel'*.  Achter  zijn  rug  is  nu  een  inregel ig 
versje  gegraveerd:  „Een  Pots  wou  ik  Louis  wel  speelen  't  Hek  is  in 
Brabant  van  den  DAM  Dat  ik  het  zou  mij  weinig  scheele  Voor  schijn- 
verraad  Louisë  nam". 

Boven  Louis  van  Baden  staan  links,  onmiddellijk  onder  het  tijdvers. 
vier  tweelingrijmen:  „Ken  straal  des  Fransen  Zons  verwarmd  mij  al  de 
Baden  O!  Goude  Lodewijk  ik  leef  op  uw  genade"—  „Mijn  Ridder  Orden 
legt  hier  onder  myn   verschooven   De  Goude  Ridderschap  gaat  se  alle 


Digitized  by 


Google 


62  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1705' 


ver  te  boven"  —  „'k  Bemin  de  Vorst  wiens  naam  de  Waereld  door  moet 
klink~e  Mijn  Naamgenoot  wiens  Beeld  mg  waar  hg  wil  kan  winke"  — 
„Alschoon  *kverraaden  heb;  'k  bedek  't  met  zulke  streeken  Dat  mij  hier 
d'OfSciers  van  Krijgt  belang  nog  spreekê**.  Tusschen  de  beide  distichen 
„Vraagt  men"  enz.  en  „Mij  dekt"  enz.  is  nog  gegraveerd :  ,/k  Trek  hier  ook 
loon  voor  mijn  verraaden",  terwijl  daarnaast,  boven  „Schwalbach"  staat: 
„Had  zich  de  Beyervorst  uit  Fransekrijggehouwe  Alsik;hij  zouzijnkop 
nu  om  geen  Linien  klouwen".  Op  zijn  rechterbeen  is  een  tweelingrijm 
gegraveerd:  „Dit  valse  Goud  krenkt  Beurs  en  eer  Nu  doet  my  tBeen 
regtsinnig  zeer  *.  Onder  der  meest  zichtbare  achterpoot  van  zijn  stoel 
staat  hier:  „Freq^  Ëmblematicus  fee",  terwijl  links  van  het  bij  den 
eersten   staat   genoemde   anagram   een  tweede   gegraveerd  is:  „Anagr: 


3171.  —  3*.  Dezelfde  plaat  Andere,  nog  latere  staat.  (Muller  No.  3081). 
Nu  mët  de  woorden  die  bij  den  eersten  staat  tusschen  haakjes  geplaatst 
zijn  in  de  beide  benedenhoeken,  bij  het  firansche  het  cijfer  3,  doch  zoo 
gegraveerd  dat  in  deze  plaat  niet,  als  in  No.  3164,  een  deel  van  het 
verzonnen  adres  behoefde  weggeslepen  te  worden.  Boven  het  woord 
„Essayeur"  is  hier  nog  gegraveerd  „Arlequin.",  overigens  geheel  gelijk 
aan  *t  vorig  nommer.  Deze  staat  komt  voor  in  *t  exemplaar  van  Muller, 
nu  op  't  Prentenkabinet.  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1444. 


*3172.  —  3*.  Dezelfde  voorstelling.  Geheel  andere,  veel  betere  gravure. 
(Muller  No.  3083).  Met  evenveel  inschriflen  als  in  No.  3»  (No.  31Ö9 
hier  voren);  alleen  in  sommige  woorden  is  de  spelling  verschillend,  zoo 
staat  hier  op  de  tafel  „Is  fijn  Goud  of  Metaal";  dtór  „Is 't  fijn  goud"  enz. 

't  Adres  is  hier:  „Schwalbach  by  Fredrich  Goldsmit  in  de  ge- 
kroonde Balans".  Boven  de  E  van  „Valser"  in  't  anagram,  hier  geen 
cijfer. 

Muller  vermeldt  (8.  No.  3083  A),  nog  een  staat  waarin  het  inschrifl: 
„De  ridder  der  Louisen,'*  enz.  niet  binnen  maar  onder  de  voorstelling 
geplaatst  is,  ik  zag  dezen  echter  niet. 


3173.  —  „Zamenspraak  over  de  |  RIDDER  der  L0UI8EN,  |  Daar 
hy  de  RBVEU  doet  over  zyne  TROÜPEN.  |  Tussen  gaarnewys  en  wbet 
-VBRL."  (Muller  No.  3084.). 

Opschrifl  boven  een  dergelijk,  nu  60-regelig  vers,  als  het  onder  No.  3168 
beschrevene,  in  één  der  exemplaren  van  Frederik  Muller  &cCo.gfeplaat8t 
tegenover  plaat  3. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1 705"  63 


Omtrent   den   ,,E38ayeur'\   door  Maller  als  Lodewijk  znr  beschouwd, 
stut  in  het  vers: 

„Oaamewys,  Wat  is  'tToor  een,  die  aan  bet  Ooitd  dus  staat  te  klinken'^ 
'tLykt   wel   een   halve  fifek?   [WettvCi    Roer   bem  niet,  of 

(tzou  stinken; 
Een  Jan  Potagie  is 't,  die  speeld  voor  Essayeur 
Om  'iOoud  te  toetsen  \  't  is  by-loo  g^en  lompe  leur: 
D'  Hartog'  Tan  Luxemburg  was  maar  een  prul  by  deze, 
Hy  wou  graag,  had  by  kecb,  een  vorst  ja  koning  wezen. 
Dat  hy  een  bochchel  heeft,  wil  hy  niet  weeten;  maar 
Die  't  hem  verweet  zou  hy  doen  geess'len  openbaar: 
Hy's   's Konings  ^ beste   vrind.    [Oaarnew:)   Kund   gy   zyn 

(naam  niet  noemen? 
Weet-^eel.       Die  staat  my  nu  niet  voor;  maar  door  al  dit  verbloemen 

Bedenk  het  zelf. 

[Qaamew:)  Van  d'Ëssayeur  wild  my  nog  iets  vertellen. 
Weei^eel.       Zyn   spreekwoord   is  blk   't  zyn.    {Oaamen-:)  Ja,   als   hy 

(Rechter  waar. 
Men  wierd  den  aard  van  een  getekende  gewaar. 
Vett-teel.       Hij  wil  zich  in  de  gunst  eens  grooten  KONINGS  Bergen, 
Wou  gaarne  een  kleine  zyn.  [Gaarneto:]  Wel  ja,  die  dwerg 

(der  dwergen!"  enz. 

*8174.  —  („de  HOop"j  [„1'bsperance"]  [„*"].  (Muller  No.  3086). 
4».  De  hertogin  van  Beieren,  wier  kleed  geheel  met  lischbloemen  bezaaid 
is,  zit  weeklagend  op  een  balustrade,  de  rechterarm  geleund  op  een  console, 
waarop  het  gelauwerd  borstbeeld  van  „Louis  Ie  Grand'  staat;  met  de 
linkerhand  wijst  ze  op  een  vluchtenden  haan.  waarbij :  „de  Haan  die 
lastig  tijd  (sic)  aan  't  kakken  laat  vlu  chtende  zijn  veere  zakken."  Aan 
de  voeten  der  vorstin  ligt  een  brief:  „Madame  Les  Alliés  ont  force  les 
Lign.?  en  Brabant  18  luillet  1705  perte  plus  grand  q  la  Bataille  de 
Hogstet  de  170*  Voicy  pour  vous  consoler  SOOOO  Ducats  courant  maxi- 
MiLiKX."  In  den  rechterbovenhoek  een  afzonderlijke  voorstelling:  „Ho.spital 
de  S.  A.  E.  de  Baviere",  zooals  er  onder,  „Gasthuis  v  Keur  Beyeren", 
zooals  er  links  boven  in  de  afbeelding  staat,  waarop  men  drie  ziekbedden 
ziet,  met  het  bovenschrift:  „de  ziekte  spritende  uit  het  quijnen  Is  een 
Schandaal  der  Medicijnen",  rechts  daarvan  het  „Bed  van  Parade"  op  een 
verhevenheid,  in  welker  treden  gegraveerd  is:  ,.Zo  wel  de  Groote  als  de 
kleine  Verkorte  't  leven  zo  ze  quijnen  Geen  Medicijn  geneest  haarquaad 
Als  door  herstelling  in  haar  staat".  Tusschen  deze  voorstelling  en  het 
hoofil  der  vorstin  een  zespuntige  ster  met  bijschrift:  .,Kom  Ster  uit 
't  Oosten  Wild  my  vertroosten";  boven  en  naast  dat  hoofd  en  onder  het 
tijdvers: 


Digitized  by 


Google  ^ 


64  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . .  .  1705" 


,^Ltera  pars  nostrVM  ah!  te,  bt  qnatos  Desero  Lapsos." 

dat  foutief  1605  voor  1705  geefl,  staan  de  Tolgende  verzen,  waarvan  het 

eerste,   blijkens   het  bijschrift:   „Kon:  Lodewijk  spreekt",  den  franschen 

koninpf   in   den   mond   gpelegd   wordt,   terwijl  de  andere  door  de  vorstin 

gezegd  worden:  „De  Britse  Jacobs  Weew  en  zoon  zal  ')t  in  haar  Landen 

Als   u   herstellen;   schoon  ik  moest  mijn  kroon  verpanden".    ,,De  Bader 

Prins   bewaard   als   nog   zijn   korf  met  y'ren   Maar  gy,  o  Man  (als  ik) 

doold  verre  buiten  By'ren".   „Ach'  mogt  ik  trouwen  de  Venetiaanse  Zee 

'kGing  voort  dat  huwlijk  aan,  en  wurp  mij  van  de  ree;  was  maar  mijn 

man  te  vree",   ,,'k  Weet  nergens  plaats,  °°^  in        schuilen  Of  'k  moest 

gaan  in  een  Klooster  pruilen  Maar  dat  belet  m'  helaas  mijn  Man.  't  Een 

pord   m'er  toe,  't  aar  houd  m'er  van'.  „Eens  Konigns  (sic)  Dochter  ach! 

van  't  thans  verwarde  Polen  Moet  verre  van  haar  hof  en  Vaderland  gaan 

dooien",  ^^ijn  paerlen  in  mijn  row  zijn      traanen  aan  mijn  oogë        Die 

d'Oostenrijkse  Ster  eer        als  de  Zon  zal  droogê".  „St  Marcus  Leew, 

leen   mij    uw   vleuglen,  na  de  Zon  Wil  'k  vliegen  of  ik  nog  een  weinig 

op  hem  won".    Elk  tweelingvers  is  door  een  stre^  van  het  voorgaande 

gescheiden.    Tusschen   den  haan  en  het  „Hospital"  de  volgende  verzen: 

„In  zakken  wil  'k  my  kleên  en  zitten  in  der  asse  Wijl  zakken  d'Eedlen 

van   Venetien   wel   passen",  „'k  Heb  onlangs  op  een  nacht  zwaarmoedig 

leggen  droomen.   Voor  Vlaandrens  Linien  doet  me  dit  geweldig  schroo- 

men'*.    „Wat   hoor  ik  Brabant  ach!  uw  Linien  doorgebroken  Die  smaat 

k 
o  Man,  diend  door  uw  zwaard  te  zijn  gewroke".  „De  Haan  maat  't  zijn 

volk   zo   slecht   dat  zijn  stink-ey'ren  Mijn  Zwager  quijnen  doen,  mij  en 

mijn   Man   Keur-Bey'ren".    „De   Haan    de   veelheid  ^y"®*"  Hennê  Door 

ouderdom  niet      kan  bekennen''.  Aan  weerszijden  van  den  poot  van  den 

haan  leest  men  als  letterkeer  van:  „Keurvorst  van  Beyeren"  het  „Anag*. 

ISlIk  S  611  S1314     8910111   S171t7  1910    n 

BEROvvvAN  8TINKBYERRE**  lu  deu  zoom  vau  het 
kleed  der  vorstin:  „Torn  af  de  kant  'kmoet  rouwen  gaan  Dit  doet  my 
't  vals  gekraay  van  d'  Haan",  terwijl  er  om  dien  zoom  nog  staat :  „Ik 
sleep  mijn  kleeren,  De  Haan  zijn  veeren".  Daaronder:  „Anagr:  s  t  a  r  k 

B    1%    Il    f    1    10     k      11    3    10    11    lSl«171tis** 

ONVVBER  NU  IN  bbyre;  rechts  daarvan,  in  verband  met  den 
brief  aan  de  voeten  der  vorstin:  „Zend  Gy  m'o  Lief  tot  troost  8000O 
Ducaten  Mijn  spijt  weegt  meer,  dat  gij  uw  Linien  moest  verldten". 

Onder  de  voorstelling  in  den  zeer  breeden  plaatrand,  in  twee  kolommen, 
oen  12regelig  hollandsch  vers:  „Mijn  Hofstad  'k  heb  helaas,  mijn  Man 
heeft  my  verlaten",  enz.  waarvan  het  opschrift:  „De  beyrin  tn  kaar  nor- 
of  de  KLAAOENDE  KEURVORSTIN  vüti  B ...  te  venetien",  uog  Onderin  de 
voorstelling  staat.  Onder  't hoUandsche,  eveneens  in  twee  kolommen, 
een  even  groot  fransch   vers:    „I'ai  delaissé  ma  Cour!  mon  Epoux  m'a 

quitte",   enz.   met  opschrift :  „complaintes  de  V  blectricr  de  B Be- 

fugiée  a  venise".   Onder  de  linkerkolom,  met  eenige  tusschenruimte,  het 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS  :  ,,ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1 705*'  65 


Tenonnen  adres:  „A  Yenise  chez  Maximilien  Douleur  a  la  Cour  solitaire'*; 
ODder  de  balustrade  rechts:  „Eminentius  Ideis  fee'*.  *tls  goed  dat  de 
maker  met  zich  zelf  zoo  tevreden  was,  daar  hij  dezen  titel  wel  van  g^en 
ander  zou  gekregen  hebben. 

Opschrift  van  het  vers  achter  den  Utel : 

„4.     HOOP,  noch  overig  in  de  Keurvorstin  |  van  bbybren  te  Venetien.'^ 


*8175.  —  4*.  Dezelfde  plaat  Latere  staat.  (Muller  No.  3085).  Nu  met 
de  tusschen  haakjes  geplaatste  inschriflen,  die  in  den  vorigen  staat  nog  niet 
voorkomen;  het  eerste  in  den  linkerbenedenhoek  tusschen  het  fransche  vors 
en  het  adres;  het  andere  in  den  rechterbenedenhoek  roet  het  volg- 
nommer  „4'*  er  onder.  Stephens,  Cat.  Brit,  Mus.  II.  blz.  226/227  ver- 
meldt de  beschrijving  dezer  plaat  voorkomende  in  de  Poems  on  Af  airs 
of  State,  Vol.  IV.  Suppl.  part. 


8176.  —  4*.  Dezelfde  voorstelling.  (Muller  No,  3087).  Andere  gravure, 
met  o.  a.  de  volgende  verschillen:  geen  ster  met  bijschrift  tusschen  het 
hoofd  der  vorstin  en  het  „HospitaV;  boven  haar  hoofd  slechts  vijf  tweeling- 
rijmen  in  plaats  van  zeven;  het  laatste  is  hier:  „Eens  Konings  Dogter' enz. 
zonder  de  fout  in  het  tweede  woord  en  met  een  ,.g"  in  plaats  van  een 
.,ch''  in  't  derde.  Boven  den  haan  (Frankrijk)  slechts  twee  distichen: 
,,Wat  hoor  ik  Braband",  enz.  en  „De  Haan  maakt  'tsyn  volk"  enz. 
Op  't  voetstuk  van  't  borstbeeld  van  Lodewijk,  is  hier  een  lischbloem 
gegraveerd  en  onder  den  linkervoet  der  vorstin,  in  plaats  van:  „Zend 
Gy  m'o  Lief"  enz.  hier  een  4-regelig  fransch  versje:  „Rien  ne  peut  egaler 
mes  maux,  Mes  infbrtunes,  mes  travauz:  Il  sufQt  d'estre  Miserable,  De 
tout  c6té  on  vous  acable.";  de  brief  aan  hare  voeten  liggende  luidt  hier: 
„Madame  je  vous  notifie  que  les  AUiez  ont  forcé  les  Lignes  en  Brabant 
Ie  18  luillet  1705.  Ce  qui  nous  &it  plus  de  tort  que  la  Bataille  de 
Hochstet  de  lannee  passé.  Maximilien".  Beschreven  naar  het  exemplaar 
van  den  heer  A.  J.  Nijland.  Muller  vermeldt  (No.  3088)  nog  een  anderen 
staat  van  deze  prent,  waarin  de  10  versregels  boven  't  hoofd  der  vorstin 
en  't  onderschrift:  „De  Beyrin"  enz.  zijn  weggekrabt ;  dezen  zag  ik  niet. 


*S177.    [„do  dappbrheid"]        [„la  porcb"]  [„6"].    (Muller  No.  3090). 

5*.  De  hertog  van  Beieren  is  hier  a^ebeeld  met  een  degen  in  de  rechter- 
hand met  bijschrift:  „Ik  heb  noch  Franse  moed  myn  vochtel  geen 
Spaans  bloed",  en  onder  't  gevest:  „Zijt  gij  genegen  'kWaag  'tinet 
de  Degen",  in  de  linkerhand  een  pistool,  waarbij  „Of  met  't  Pistool  Een 
kapriool".  Op  den  rand  van  z^jn  hoed :  „De  Haan  nog  Adelaar  mij  Hoed 
Ik  vegt  alleen  met  Leewe  moed";  bij  de  veeren:  ,,De  veeren  van  de 
Haan   Komen  mj  duur  te  staan".    Op   de   kleppen   van  de  jaszakken 

IV  5 


Digitized  by 


Google 


66  LUSTHOF  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BEGINNENDE . . .  1705' 


Btaat,  voor  den  toeschouwer  links:  „Had  ik  vol  goud  mijn  Ta  sse  n", 
rechts:  „K  Wou  op  geen  krijg  Me  er  p  as  se  n";  op  elk  zijoer  kouse- 
banden:  „M'Vaximiliaan)  ,.E"(manuel)  „H"(ertog)  &  „K"{eur vorst)  ,,V''(an) 
,.B"(eieren);  op  iedere  schouderbedekking:  „M"{aximiUaan)  „E"(manuel) 
„K"(eurvorst}  „V"(an)  ,.B"(eieren).  Links  op  de  prent  de  .,Brabandse 
Linien"  „Geforceerd  door  de  Geallieer  dê  18  Julii  1705",  onder  deze 
inschriften  stroomt  de  „Geete  fl:*\  onder  dat  fragment  der  rivier  staat 
„Moeras'*,  nog  lager  de  verschansingen  „Linie",  weer  lager  links  het 
plaatfïje:  ,.0(per  Heilesem",  terwijl  rechts  daarvan  „Mf  d'Alegre"  en  de 
„Graaf  van  Hornes"  tusschen  een  „Hollander"  en  een  „Engels  man"  als 
„Gevange  Generaals''  worden  weggevoerd. 

Rechts  op  de  prent,  aan  de  andere  zijde  van  den  Keurvorst  de  ,.4 
Aug:  1705  door  de  Baron  spar  geforceerde  Vlaamse  Linien",  als  op  een 
doek  geteekend.  met  .,GeDt"  bovenaan  rechts  en  „Brugge"  onderaan 
links,  tusschen  beiden  .,S  Philiipe  Fort"  gelegen  aan  de  „Vaart",  die 
beide  steden  verbindt  en  waarlangs  de  „Linie"  loopt;  de  „Lieve  fl."  ia 
bovenin  nog  aangewezen  en  de  „Leye  fl:*',  waaraan  ^^Dynse"  ligt,  loopt 
van  Gent  omlaag. 

Links  boven  in  de  plaat  het  tijdvers :  „Constratos  MVro  s,  C!onfir- 
TAS  Desero  fossa  s";  daaronder  een  zeer  karakteristiek  4^regelig versje: 
..Verdiend  d'Heer  Caraman  groot  loon  voor  weg  te  trekken.  Tot  wat 
pro  fijt  LOUIS  zal  *t  vegtê  my  verstrekkë  ?  1000  Duc  atê  s  jaars  en 
d'Orden  van  Louys  Shenkt  (sic)  g*hem  voor  't  vlugtë:  loond  mijn 
daiperheid  naar  eys".  Daaronder,  door  een  streep  gescheiden,  in  twee 
regels :  „Een  Engels  Deserteur  heeft  m  'onlangs  komen  wekken  Waar 
door  'k  haar  heb  belet  over  den  Dyl  te  trekken".  Nog  lager,  eveneens 
in  twee  regels:  „Het  sukk'len  aan  de  D  yl  verschafte  my  veel  hoop  Dog 
Vlaand' rens  Linie  B    reuk  mijn  kop  helpt  op  de  loop". 

Rechts,  bovenin  de  plaat,  een  4^regelig  vers:  „tZij  dat  ik  door  verraad 
of  daiperheid  wil  strijd  Tegen  d®  Bondgenoots,  't  mislukt  m'  aan  alle 
zydê  *t  Verraad  in  Beyeren  voorlöde  jaar  gesmeed  Mislukte;  als  laatst, 
waneer  ik  voor  de  Linien  streed".  Door  een  lijn  gescheiden  volgt  daar- 
onder een  distichon:  ,,Het  woord  Augustus  is  vermeerderend  gesijd  Die 
Maand  vermeerd  alree  mijn  smart  mijn  smaad  mijn  spijt".  Eindelijk,  met 
eenige  tusschenruimte,  daar  nog  onder:  „Dees  tweede  Linie  breuk  zal 
mijn  Wijfe  hart  doen  brdkë  Venetien!  help  haar;  want  wij  konnen  ons 
niet  wreekê". 

In  den  breeden  plaatrand  onder  deze  voorstelling,  in  twee  kolommen, 
een  12regelig,  hollandsch  vers:  ,.Ha!  Britse  Generaal  'kwil  m'in  Duel 
gaan  wreeken",  enz.  met  het  opschrift,  dat  nog,  in  de  voorstelling,  bij 
de  voeten  van  den  Keurvorst  staat:  ,.Den  DOLLEN  HARTOO  van  B.  .  . 
OF  de  Dapprrb    LINIE  YBRWEBEDEE    in     brabant".    en    daaronder 

11     SI  It  Ik         ISlOlllSlS 

een  bijna  even  groote  regel  met  „Anngr :  AMy!     a!     aIhaNNS 


Digitized  by 


Google 


Luarraop  van  homus  :  „almanach  bbgüïnendi  . . .  1705"  67 


t>     •    10        SllSh      9     IT     ft     •         1»   S«»S17  7     •    S7    e       1«  10  >•    1  •    1 1  S 1  S  k » ft    S  • 

VAN  BLIXKM8  KOBT  LINI  VISBVVEBBE. 
Onder  'thollandsch  vers  een  even  groot  fransch:  „HaGeneral  Anglois!  en 
Duel  je  Tous  cite**  met  opschrift:  „LB  DUC  de  B  .  .  .  tout  FUBIEUX 
se  vent  Tenger  de  TEchec  re^u  en  BBABANT,  auz  Lignes  forcées",  en, 
met  eenige  tusschenruimte,  onder  de  eerste  kolom  het  verdichte  adres 
^  Tilmont  cbez  Francois  de  Lignes  a  1  Enseigne  d*  Hejlesem". 


♦3178.  —  5>.  Dezelfde  plaat.  Andere  staat.  {Muller  No.  3089).  Met 
f,de  DAPPSftHBm"  links  in  den  benedenhoek  der  plaatrand,  boven  het  adres 
en  ..la  fobcb'\  met  het  cijfer  5  iets  lager,  in  den  rechterbenedenhoek. 

Voor  zoover  ik  heb  kunnen  nagaan  is  er  alleen  verschil  in  het  laatste 
woord  van  den  eersten  regel  rechts  boven  in  de  plaat,  waar  hier  „strijde" 
in  den  vorigen  ,,8trijd''  staat. 

Stephens,  Cat,  Brit.  Mm.  No.  1434  beschrijft  de  verkleinde  kopie  dezer 
prent  voorkomende  in  Poems  on  Afairs  of  State.  Vol.  IV.  Suppl.  part 
Plate  ni. 

Opschrifl  van  het  vers  achter  den  titel: 

,,6.    DAPPEBHEID,  getoond  door   kbub-  bete    ren,  verweerder  der 

BBABAKTSB      LIHIEW.*' 


♦817Ö.  [,,de  voobzichtighbid'T  [.,la  pbudescb"].  [„«"].  (Muller 
No.  3092). 

6>.    De    kolonel    Sar  in   zijn   hemd,   te   paard,   vlucht    naar  rechts; 

tusschen   de  pooten   van   het  paard  ziet  men   op  den   achtergrond  de 

„Vluchtende   graaf    la  mothb'*  eveneens  te  paard,  onder  welks  pooten 

het  „Anagr:  OG!   LAFAART,   HEM!"    Bij   den   kop   van   het 
tl        «7»      kaïio     iiiia 

groote  paard  staat  „Beest  loop  niet  loom  Ik  vier  uw  toom";  bij  zijn 
liukervoorpoot:  „Breng  ik  dit  Paard  behouden  by  Louys  tis  hem  meer 
waard  als  100  maal  mijn  rijs".  Tusschen  de  beide  achterpooten  een 
4-regelig  versje:  „Wie  m*  achterhaalend  zoekt  te  krijgen  Vangt  eerst 
de  lucht  van  Franse  vijgen  Contrarie  van  de  Spaansen  aard  Ruik  s*  aan 
•mijn  poort  en  aan  mQn  paard";  onder  den  staart  een  even  groot:  „Dat 
'k  angstig  in  mijn  broek  sal  schijten  Met  regt  mij  niemand  sal 
verwijten  Met  geele  Leliën  mogt  ik  mijn  hemd  besaayen  van  reuk 
als  eijerë  van  vog'len  die  's  morgens  kraayen".  In  de  rechterhand  heefl 
Sar  een  kommandostaf  met  „de'*  onderin;  daarbij  staat  „Te  vluch- 
ten in  zijn  hemd  Des  zomers  is  niet  vremd"  en  iets  lager:  „Wat 
helpt  het  vrinden  dat  gy  eens  lost  uw  geweer  'k  Mij  liever  al  't  gevaar 
of  strij  meer  voor  mijn  eer".  Rechtstandig  voor  zijn  gezicht  leest  men: 
„Mijn  Stok  van  Commande  Is  waar  van  Contrabande";  vóór  zijn  gelaat: 
„SAR  durft  geen   dajper  vijand   sarren    Maar  vlucht  als  al  de  Franse 


Digitized  by 


Google 


68  LUSTHOF  VAN  M0MÜ8  :  „ALMANACH  BEQINNKNDB . . .  1705' 


narren";   daaronder  een  streep  en  dan:  „Keer  om  mijn  Naam  zo  heet  ik 

RAS  Die  naam  komt  by  mijn  vlucht  te  pas*'.  Bij  den  steek,  die  hem  van 

't  hoofd  is  gevallen,  achter  hem:    „Daar  valt  mijn  hoed  met  zijn   bogten 

'kMis  al  mijn  goed;  och  had  'k  gevochten" ;  bij  de  veeren  op  den  hoed: 

,,Geen   Haane   veeren  passen  mij  Ik  val  niet  aan;  'k  vlugt  eer  ik  strij". 

Iets  lager  onder  den  hoed:  „Ik  ruiter  zonder  zaal  K  heb  kruid  nog  lood 

nog  staal  Nog  spoor  nog  zweep;  *kben  in  de  neep"  — „'T  is  beter  dat  ik 

heb  Pistool   nog  schiet  lood   Als  'tin  mijn  billen;  nu  ben  ik  nog  niet 

dood".    Gelijk  met  het  bovenste  van  Sar's  pruik  staat  links  in  de  plaat: 

„De  stoutheid  der  Hollandse  Granadiers  't  Hart  my  tot  strijd  niet  wekt, 

maar  't  gat  tot  vlucht  vol  viers"  ;  rechts :   „Spars  Contributien  sal  'k  niet 

konnen  betaalen   Voor  Ostagier   wou   ik,  dat  hij  my  maar  liet  haaien". 

Geheel  boven  in  de  plaat  twee  tijdverzen,  links:  „ne  L^Dab  CVrrbrb 

MaLo";   rechts:   „nb  C^Dar  CVrrbrb   Mbns  est";  onder   het  eerste 

tijdvers:  „lamothb"  vlucht;  zijn  volk  hem  volgd  dat  ider 't  ziet  'k  vlucht 

eer  men  't  weet  't  is  best,  dus  schaam  ik  my  ook  niet" ;  onder  het  tweede : 

„Louis  de  vluchters  loond  als  laatst  d'  Heer  Caraman   Uit  Brabants 

Linien:    'k  vlucht  half  naakt   so  ras  ik  kan".   Midden  onder  deze  beide, 

boven  het  hoofd  van  Sar:  „Vermits  S  Bataillons  mij  weinig  kondé  baaten 

de 
Heb  ik    Linie  by  Lovendegem  verlaaten".    In  den  ondersten  plaatrand, 

als  bij  de  vorige,  een  12-regelig  hollandsch  vers:  „Ruim  baan!  k  vlucht 

in  mijn  hemd  'kheb  broek  nog  schoenen  aan',  enz.  met  opschrift:  „Ds 

CoLLONEL    SAR    of   de    voorzichtigste   Franse   Linie   ontwijker   in 

tlaand'bb",   dat  nog   in   de  voorstelling  staat,  met  het  verzonnen  adres 

er  boven:   „a   Gand   chez   C.   Ie   Courier  a   la   Fuite    de  Flandre",  dat 

bij  de  andere  in  den  linkerbenedenhoek  stond.  Onder  het  hollandsch  een 

even  groot  fransch  vers:  „Amis,  n' empeche  pas,  qu'en  chemise  jefuie!" 

met  tweeregelig  opschrift :  „Le  Colonel  SAR  faisant  prudemment  la  Retraite 

hors  des   LIGNES  de  FLANDRE,  lors  que  le  Baron  Spar  les  for?a  le 

4  d'Auoust  (sic)  1705". 

De  oorzaak  en  de  bedoeling  dezer  voorstelling  is  geheel  weergegeven, 
in  dezen  franschen  zin,  die  een  vertaling  is  van  het  hieronder  volgend 
opschrift  van  het  vers  achter  den  titel : 

„6.  VOORZICHTIGHEID  van  de  Coljonel  Sar  in  'tontwyken  der 
Vlaamse  Linien." 


*3180  -—  ö*.  Dezelfde  plaat.  (Muller  No.  3091).  Andere  staat  in  niets 
van  den  vorigen  verschillende  dan  dat  de  tusschen  haakjes  geplaatste 
woorden  bij  't  vorig  nommer,  die  daar  in  de  plaat  nog  niet  voorkomen, 
hier  in  den  linker*  en  rechterbenedenhoek  gegraveerd  zijn;  rechts  met 
het  volgnommer  „6"  er  naast. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BEGINNENDl . . .  1705'*  09 


3181.  UDe  obrechtiohbid"]  [„La  iüsticb"].  [,.7"].  (Muller  No.  3093). 
7.  De  hertog  tbh  Baden  is,  in  't  midden  der  plaat,  staande  afgebeeld, 
met  een  degen  in  de  rechterhand,  met  één  regel  inachrift  aan  weerszijden 
▼an  het  lemmet:  „Kom  ik  wat  laat  in  't  veld,  mijn  zwaard  nu  wel  gewet 
Is  als  de  nikker  op  der  Fransen  bloed  gezet'\  terwijl  bij  hand  en  arm 
staat:  „Dees  Maand  de  wijndruif  schaft;  maar  Toor  de  Rhynse  Bleker 
Stort  ik  van  's  Fransmans  bloed  Wijn-tint,  in  'sKeisers  Beker'.  In  de 
linkerhand  houdt  hij  een  balans,  in  welker  ééne  schaal  een  degen  ligt 
met  een  kroon  er  aan,  waarbij  „Verdien  ik  de  Laurier  Ik  moet  ze  koopen 
deir  (sic)*'.  Op  de  andere  en  lichtste  schaal  staat  een  zak  met  „Louisen". 
Tusschen  de  schalen  door  leest  men:  „Mits  dit  St  aa  1  z  waarder  weegt 
als  't  goud  Als  Opper  Qene  raal  sta  'k  stout".  Achter  hem  is  de  ,Xinib" 
aangegeven  van  „NlDBR  E  LS  AS**,  met  de  „Rhtn  fl",  waaraan 
rechts  „Drusenheim"  en  „StoU  hofen"  liggen,  en  links  P&ffenhofbn,  ter- 
wijl ook  „Neuenburg"  en  „Hageiaw"  nog  aangegeven  zijn.  In  de 
kousenbanden  van  den  hertog  staat  links:  „P"(rin8)  „L"(ouis)  „V"(an) 
,,B"{aden)  en  in  spiegelschrift  „L  v  B";  in  den  rechter  „L  P  V  B"  en 
hetzelfde  nog  eens  in  spiegelschrift;  terwijl  in  den  rand  van  zijn  steek  ge- 
graveerd is:  „In  Duis  Land  vindmê  Lauwerkransë  Maar  eerLoos  goud  by 
't  hoofd  der  Fransen".  Links  boven  in  de  plaat  het  gegpraveerde  tijdvers: 
,^5SB  Meo  qaLLos  DbtbVsos  Cebnere  FA8  est". 

Daaronder  vijf  tweelingrijmen :  „In  Catalonien  zo  'k  mogt  dit  zwaard 
gebruik  en,  'k  Hulp  Karel  op  z^n  Troon ;  'k  verjoeg  het  HAne  ku  ikê''  — 
„Het  laster  zieke  volk  zeid,  dat  ik  heb  verr  aaden,  Maar  't  zij  hoe 
't  wil;  kben  noch  de  zelfde  P  RINS  van  B  ADEN".  —  „Zo  'k  in 
Hongarien  bestree  de  Malco  ntenten  'k  Versloeg  z',  of  dwong  ze  tot  goede 
Accommodementê"  —  „De  Franse  Linie  reeds  by  Hagenaw  gewonnen 
8  Regimenten  op  de  vlucht:  dat's  wel  begonnen"  —  ,.Dit  maakt  mijn 
shé  (sic)  van  't  Frans  verlaagde  Qoud  weer  goed  Dit  is  uw  rechte  loon, 
o  valse  Franse  stoet". 

Rechts  bovenin  de  plaat  staat  ook  een  gegraveerd  chronosticon : 
..pboDere  won  pas,  sbD  DbtrVsos  Cbbnerb  gaLLos';  daaronder, 
om  den  andere,  twee  disticha  en  twee  4^regelige  versjes  door  lijnen 
van  elkaar  gescheiden:  „Waar  'k  by  de  Legers  van  de  Russen  en  de 
Sweeden,  *k  Versloeg  ze  beide,  en  bracht  de  Poolse  Augustus  Vreede" 
—  „Quam  'k  d'Hartog  van  Savoye,  en  ook  Eugeen'  te  hulp;  De  Franse 
Haan  kroop  voor  ons  drïen  in  zijn  schup.  (sic)  Die  nu  in  'tMilanees 
om  scha  TE  DEUM  zing^  En  ik  schiet  salvo  over  't  zelfde,  dat  het 
klinkt"  —  „'k  Heb  op  zijn  Spaans  gevierd  mijn  Zomer-rust-quartieren, 
'k  Zoek  nu  voor  losef,  en  vopr  Karel  krijgs-Laurieren."  —  „Zoek  ik  recht- 
vaardig Qoud,  't  komt  uit  Niew  Spanje  meest  En  Leuren  vind  men  by- 
de  Duitsers,  zo  gevreesd;  'k  Strij  dan  voor  Karel,  den  gerechten  Spaansen 
Koning,    'k  Bescherm    het   Duitse   Rijk,  als  mijn  roemruchte  wooning". 


Digitized  by 


Google 


70  LUSTHOF  VAN  M0MU8  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1701" 

Daaronder  met  het  opschrift:   „Aan  de  Antwerpse  Gourantier, 

over  'tgevegt  in  Italien'*  een  6regelig  yers  in  vijf  regels:  „Qietleugen, 
zegt  gij,  dat  de  Hartog  van  Yendome,  Lang  vechtende  te  voet,  veel 
Duitsers  heeft  gedood  Zijn  eige  Ruiterij  zou  hem  dus  o  verstroomen ; 
Waar  van  een  Generaal  omringd  is  voor  de  nood.  En  zo  hij  was  geweest 
verlêge,  Straks  had  hij  weer  een  paard  g^krêgê".  In  den  breeden  plaa^ 
rand  onderaan,  evenals  bij  de  vorige,  een  12-regelig  hollandsch  vers  in 
twee  kolommen:  „Dat  elementse  Bad  heeft  lang  mj  opgehouwen;"  enz. 
met  het  bovenschrift,  onder  in  de  voorstelling:  .,De  Gróte  balans  h&ker 
des  KEisBR  RYKfl  of  do  Wiskuustige  '^£&^¥^  ^(^(g'SfSM  uit  de 
BADEND  Onder  het  hollandsche  een  even  groot  fransch:  „Ce  Diable 
de  Bain  m'a  trop  long  temps  arrdte;"  enz.  met  opschrift:  „Le  grand 
BALANCEUR  de  L*EicpiRB  OU  Le  sür  ALCHiHisTB  de  swalbach'*,  daaronder, 
in  den  linkerbenedenhoek,  het  eerste,  in  den  rechter  het  tweede  der 
bovenstaande  inachriften  met  het  cijfer  „7",  en  daartusschen  het  adres: 
,,a  Stolhoffe  chez  L.  Doublé  coeur". 

Van  deze  plaat  heb  ik  in  geen  der  exemplaren,  die  mij  ter  vergelijking 
ten  dienste  stonden,   een  anderen  staat  gezien  dan  de  hier  beschrevene. 

Opschrift  van  het  vers  achter  den  titel: 

„7.  OEKECHTIGHEID,  bevonden  in  de  PRINS  LOUIS  van  BADEN, 
weegende  een  zwaard  en  een  Goud-beurs.**    . 

Achter  dit  vers  nog  een  14-regelig,  dat  geen  betrekking  heeft 
op   eenige  prent  en  tot  opschrift  heeft:  „Tot  BESLUIT.     Aan    Koning 

LODEWUK  de  GROOTS." 

Nu  moet  naar  mijne  overtuiging,  volgen,  de  niet  tot  den  „Lusthof" 
behoorende: 

8182.  „Koninglyke  Almanach:  |  Beginnende,  met  den 
aanyang  der  Oorlog,  van  Anno  1701 ... .  |  Waer  in  Duy- 
delyk  |  De  loop  der  zon  der  ongeregtigheid,  |  met  Zyn  | 
£clipsen,  |  of  de  |  Regtvaardige  straf  des  lleemels,  j 
door  I  X(VIII)  Zinne  beelden  in  koopere  plaaten  vertoond 
word;  |  nevens  d'uytlegging  daar  by.  |  door  de  voor- 
naamste meesters  onzer  Eeuw.  |  Gedrukt  |  tot  Parys  inde 
Koninglyke  druckery  van  den  klyne  Louis.  [ 


Almanach  Royal.  |  Commencant  avec  la  Guere  de  Tan 
1701  lusques ....  |  ou  est  Exactement  observé  |  le  Cours 
du  soleil  d'Iniustice ;  |  avec  ses  |  Eclips ;  |  ou  |  la  luste 
Punition  du  Ciel.  |  Üemonstré  dans  X(VIII)  Emblemes.  | 
Gravez  en  taille  doux;  ou  Ton  a  Ajoutté  |  TEclaii-cisse- 
ment  de  Cfaaque  figure  en  Poéesie:  Par  |  les  plus  fameux 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „ALMANACH  BEGINNENDE ...  1701**  71 

maisiares  de  nötre  temp.  |  a  Paris.  Imprimé  a  rimprimerie 
Royal  du  petit  Louis.'* 

Gegradeerde  titel,  waarvan  in  het  exemplaar  uit  de  kollektie  Frederik 
Muller,  (No.  8038a},  nu  op  's  Rijks  prentenkabinet  niet  het  (/eheele  getal 
maar  alleen  de  cijfers  Vlll  van  XVllI  geschreven,  de  X  gegraveerd  is ; 
in  het  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijland  (door  Muller  beschreven 
onder  No.  3038*},  is  dit  getal  XVIII  geheel  gegraveerd. 

Ofschoon  hij  niet  tot  den  ,.Lusthof  van  Momus'  behoort,  is  de  plaatsing 
van  dezen  almanak  hier  gemotiveerd,  ja  m.  i.  noodzakelijk,  omdat  vele 
dezer  prenten  door  Allard  in  het  Bijvoegsel  zijn  nagevolgd. 

♦3188.  —  1.  „Kalendarium  Regium,  SOLIS  CÜR8UM  PERFECTE 
I^DICAIsS''. 

..de  KONINGLYKE  ALMANACH,  den  LOOP  der  ZON  duidelyk  Ver- 
tonende". (Muller  No.  8089). 

Inschriflen  boven  en  onder  de  afbeelding  eener  zon  met  vierentwintig 
stralen.  In  *t  midden  zit  een  man  (Lodewijk  xiv)  met  een  kaars  in  de 
rechterhand  op  een  „Wissel  bank",  met  een  groote  schelp  als  rugleuning 
In  een  halven  cirkel  staat  om  hem  heen:  „Geregtigheyd  dwingt  my  te 
kruypen   -~   myn   Schulp.  Marcel,   denys  en   Genoveef  komt    my 

te  hulp."  en  in  een  tweeden  regel,  daaronder  „waer  dat  ik  gae,  of  waar 
ik  vlie  'kzie   tog  de   slag  van  Ramilie."  (*28  Mei  1706).  Onder  de 

wisselbank  staat  rechts  van  Lodewijk:  ..M  yn  Wisselbank  daar  ik  op 
zit  is  heel  ontbloot  vant  geldig  pit";  onder  *skonings  voet:  „De  zon  is 
nu  aent  ondergaan  Nu  komt  de  Maen  en  Sterren  aen."  De  stralen  der 
zon  zijn  om  den  anderen  recht  of  gebogen ;  bij  de  rechte  staan  de  namen 
der  hemelteekens.  bij  de  gebogene  die  der  maanden,  in  'tlatijn  en  in 
*t  hollandsch,  terwijl  alle  een  volgnommer  hebben.  In  iederen  straal  een 
één-  of  tweeregelig  inschrift,  die  ik  hier  afschrijf,  omdat  ze  allerlei  daden 
van  den  koning  vermelden,  die  zijne  schande  moeten  doen  uitkomen. 

1  ..Koningen   maken  Gewaande  P**.  v.  Walles  tot  Kon.  van  Engell. 
opgewurpë  1701." 

2  ..Koningen  logeren  in  haar  ballingschap  Kon.  lacob  *d  II  van  Eng. 
7  lan.  1689." 

3  ,,Officien  verkopen  met  Valsche  beloften  van  successie  op  Erfge- 
naamen." 

4  ,.Rooven  van  Yijandlijke  Schepe  met  Fransen  passen  versien  1705." 

5  ..Wissel  Bank  van  Wan-credeit  (sic)  1702  &c." 

6  ..Profancere  of  Afgods  beelt  opregten  1699  zyn  Beeld  te  Parys, 
waar  voor  de  onderdanen  haer  moetë  buygen." 

7  „1680  Bloedschand  bedrijven  met  de  Dolfins  Vrouw,  Zuster  v.  K» 
Byren." 

8  .,Val8  Wapen  voeren  3  Leliën  voor  3  Padden  van  A9  495  af  onder 
Ciovus  l^^®  Cristen  Koning." 


Digitized  by 


Google 


72  LUSTHOF  VAN  MOMUS :  „ALMANACH  BKGINNINDE  ...  170 1" 


9  „Bond'breken  Spaanse  moDarchie-verdeling  1700." 

10  .jVerraaden  Out  Brisak  gewonnen  1703." 

11  ,.BeIooven  ^'^^  aan  'dK.  v  Portugaal.  40  schepen  4  geg^even." 

12  „Omkoopen  der  Generaals  1705." 

13  „Vergeeven  Zoon  ?.  K.  Byren  Erfgenaam  van  Spanje." 

14  „Vrouwe-raad  plegen  maintenon." 

15  „Hoereeren  ^^^^  Lavalliere.  &c.  &c." 

16  „Branden  Pfiiltz.  1689  1690  &c." 

17  „Bastaard  den  Echten  ^  *  ^  PT  v.  maine  zoon  van  Montespan  Gen. 
der  Zwitzers." 

18  „Schyn-hylighyt  Sevennes  verdrukt  en  Hongar  =  malcontenten  ge- 
styfd." 

19  „Kerk-schenden  in  Duitsland,  Italië,  &&c." 

20  „Religie  dwingen  Sevennes  1702  &^." 

21  „Overspel  doen.  Montespan  1670." 

22  „moorden,  Bodegraven  &  Swammerdam  1673." 

23  „Geld  verhogen  en  verlagen  ook  stempelen  en  niet  weergevê '. 

24  „Christen  Turk  1688  met  'd  G^.  Turk  aangespannen." 

Behalve  deze  inschriften  staat  aan  iedere  zijde  van  eiken  straal  een  regel 
vnn  een  distichon  in  verband  met  elk  inschrift.  Geheel  boven  in  de  plaat 
een  tijdvers:  „non  stare  pLVs  CoMpos,  properans,  arDente  Leone", daar- 
naast: „Hesperus  occasum  pnedicit  luce  fugatè"  en  er  onder:  „Consumsit 
vires  in  virgine  ssepius  ardens",  onder  het  daarop  volgend  opschrift,  in 
twee  regels:  „Kalendarium"  enz.,  links:  „Vermete  dwingeland  ontbloot 
van  leer  en  reeden  Gij  gaf  ons,  zegt  gij,  maar  nu  bid  gij  zelfs  om  vreede.", 
rechts :  „Hoe  sneed  gij  eertijts  op  dat  gij  ons  gaf  de  vrede,  maer  nu 
krijgt  gij  haer  niet  met  smeken  en  gebede."  Boven  het  onderschrift  op 
dezelfde  wijze  links:  „D'Eenhoom,  'dAarend  ende  onverschrokke  Leeuw, 
Vernielen  Hoevardij,  en  agten  geen  geschreeuw."  rechts:  „O  Zon!  die 
ons  wel  eer  zoo  sterk  scheen  in  'tgezigt:  Gij  zijt  verduijsterd  door 
'd  Eclips ;  weg  is  uw  ligt." 

In  den  breeden  plaatrand,  door  een  lijn  van  de  voorstelling  a^escheiden, 
is,  in  twee  rijen,  dezelfde  lijst  der  fouten  van  Lodewijk  xiv  in  ^tfransch 
gegeven,  welke  ik  hier  boven  heb  meegedeeld,  met  het  opschrift:  „Al- 
manacH  royal  ou  est  remarqué  parfaitement  Le  Cours  du  soleil.",  onderaan 
de  tweede  rij  staat  het  verzonnen  adres  „tot  Parijs  Inde  Koninglijke 
drukkerij  van  den  klijne  Louis." 

Een  vertaling  der  inschriften  van  deze  plaat  komt  voor  bij  Stephens, 
Cat.  Brit.  Mus.  II,  blz.  225/226,  overgenomen  uit  Foems  on  Affairs  of 
State  Vol.  IV.  Suppl.  part. 

Deze  zelfde  voorstelling  komt  ook  voor  in  den  „Koninglyke  almanach. 
Beginnende  van  't  jaar  1705  ....  &«c.",  zie  hier  voren  No.  3164;  welke 
van   beide   kopie   is,   is  moeilijk  te   zeggen:  al  houd  ik  er  deze  laatste 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BBGINNENDE  ...  1701"  78 


Toor.  Behalve  'de  TerBchillen  in  lettergrootte  van  de  beide  inschriften, 
die  als  tekst  hierboTen  staan  en  die  ik  ook  dé&r  als  tekst  gegeven  heb, 
zijn  er  een  menigte  verschillen  die  ik  niet  noodig  acht  alle  te  vermelden, 
de  voornaamste  volgen  echter  hier  onder: 

De  man  die  midden  in  de  zon  op  de  „Wisselkist"  zit  heeft  geen  kaars 
maar  een  scepter  in  de  rechterhand.  Om  zijn  hoofd  staat  nu:  „De  Weew 
van  Over  Zee  Bracht  deze  Schulp  mij  mee  Waar  in  ik  kruip  Met  stuip 
op  stuip'\  Voor  den  toeschouwer  links  van  hem:  „In  Spanje  Flipvreesd 
voor  de  Vloot  Ik  stel  mij  als  een  Kaalis  bloot  Vals  geld  mij  helpt  niet 
uit  de  nood";  rechts:  „Ik  zogt  door  Zwitzerland  de  Vree  Men  wil  m' eerst 
mAkê  meer  gedwee";  aan  dezelfde  zijde,  naast  de  wisselkist :  „Een  Avond- 
stér heeft  zijn  Habijt  Die  hem  zijn  Ondergang  voorzeid.'*  Terzijde  van 
Lodewijks  voet:  „Mijn  onv  ertroude  Wisselbank  zich  zelf  vernietigd 
maakt  mij  krank"  —  „Wanneer  de  zon  in  't  Westen  nederdaald  Elk  een 
in  rust  ten  besten  adem  HAALd'\  Boven  het  eerste  der  hierboven  als  tekst 
vermelde  inschriflen  is  hier  wel  hetzelfde  tijdvers,  maar  geheel  anders 
gegraveerd,  het  staat  er  hier  op  de  volgende  wijze:  „kon  stare  plVs 
CoMfos,  pbopb  bans,  arDbkte  Leone";  rechts  daarvan  „hesperus 
occaaam  pnedicit  luce  fvgatê".  Links  onder  dit  inschrifl  leest  men  ,^y 
Barceloon  de  Zon  Eclips  Mijn  val  voorspeldt  met  Philips",  —  „Marcel, 
Denijs  en  Genoveve  Ach!  kunt  gij  mij  geen  Vrede  gövë"  en  daaronder 
een  verduisterde  zon:  „Eclips:  13  Maij  1706";  rechts:  „De  slag  helaas! 
bij  Ramillies  Mij  baarde  een  doodelijk  verlies".  „Ik  ben  van  Volk,  van 
geld,  ja  raad  Ontbloot;  uit  dwang  ik  Oorlog  haat"  Onder  ., September 
Libra  Augustus  Maagd",  straal  18—15,  staat  hier  „Mijn  StrUlê  glans  word 
nu  geschondê  Door  vele  Sterre  saam-verbondê".  Iets  lager,  ook  in  cirkel- 
vorm, links  „EST  DATÜS  ILLB  DEO," ;  rechtS  „NON  NOVIT  AT  (sic)  IP8E  DATORKM". 

Links  staat  daarbij  nog  een  distichon  en  één  lossen  regel  :  .,Ach! 
Menen  Vrankrijks  Sleutel  quijt  Vendome!  Carraman !  o !  spijt"  —  „'kHeb 
uit  dat  Land  mijns  Lui^ters  helft  gehaald";  rechts  op  dezelfde  wijze: 
„O !  doodsteek  door  't  verlost  Turij  Van  Flips  val  zult  gij  d'  oorzaak 
zijn",  —  ,.tWelk  nu  als  d' avond-ster  mijn  val  bepaald",  zoodat,  gelijk 
uit  het  rijm  blijkt,  de  beide  losse  regels  weder  een  distichon  vormen. 
Tusschen  het  onderschrift:  ,,de  Koninglyke  Almanach,"  enz.  en  de  lijn 
die  den  ondersten  plaatrand  van  de  voorstelling  scheidt,  staat  nog:  „Den 
Adelaar  de  Zon  durft  onder  d'  oogen  kijken  Gelijk  de  Leew,  waar  voor 
hij  moet  gestadig  wijken". 

*diSk  —  2.      „PROPHEETISE  DROOM  Van  de  zoneclips"  —    „PROGNOS- 

tication  de  rECUPSE  du  soleil".    (Muller  No.  3040). 

Inschrifl  rechts  bovenin  de  plaat,  waarop  Lodewijk  xiv  afgebeeld  is, 
zittend  op  een  gebeeldhouwden  stoel,  naar  links  gekeerd,  de  rechterhand 
uitgestrekt  naar  de  Maintenon,  boven  wier  hoofd  staat:  „Nous  Maintenons 
Par  Conseils  bons"   en  die  links  voor  hem  geknield,  hem  een  papier 


Digitized  by 


Google 


74  LUSTHOF  VAN  MüMUS  I  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701" 

aanbiedt,  waarop  alleen  zijn  naam  staat  en  dat,  volgens  Inschriften  en 
verzen,  bestemd  is  om  er  het  vredesbesluit  op  te  schrijven.  Meer  op 
den  voorgrond  links  ligt  ,,Philiipe  Ie  Petit  phi."  (Filips  v)  eveneens 
geknield  en  biedt  hem  een  scepter  aan,  terwijl  zijn  kroon  naast  hem  op 
den  grond  ligt  en  hij  met  de  linkerhand  een  papier  omhoog  houdt, 
waarop  gegraveerd  is:  ,,Request  M.  t.  C.  Grand  pere  Permetez  moi  de 
retourner  en  France,  car  les  Grand,  d'Espague  me  haient  comme  lapeste 
et  ont  deja  proclamé  Charles  pour  leur  Roi.  v.  t.  h.  s.  epf.  Philip  pe/* 
In  den  linkerbovenhoek  is  een  verduisterde  zon  a%ebeeld  met  bijschrift: 
„Eclips  13  May  1706".  Boven  den  steek  van  Lodewijk  staat:  „^unc 
PLURiBUS  impar";  er  vóór:  ,, Louis  Ie  Grand-Pere  Plein  de  misere*'.  Uit 
zijn  mond  komen  de  woorden:  „Paix'  Paix'  Paix'  Pour  Jamais'*,  terwijl 
onder  den  uitgestrekten  arm  het  tijdvers  gegraveerd  is :  „o  soL  DefeCtVs 
MaLa  dat  prsesagla  Regno**.  Rechts  op  den  voorgrond  ligt  het  „Testa- 
ment van  Porto  carero  1700"  op  tvuur;  daarop  doelt  wat  boven 
Lodewijks  knie  staat  ,,Le  Testament^®  jête  au  feu  Qui  me  sert  d'uu 
funeste  jeu'*,  wat  onder  't  vuur  vertaald  is  in :  „Ik  doem  ten  vier  het 
Testament  Dat  my  veroorzaakt  al  'telent".  Tusschen  dit  laatste  en  den 
poot  van  den  stoel,  in  tien  regels:  „28000  Man  Reeds  gehakt  is  in  de 
pan  Myn  gehcele  Konings  huis  Legt  in  't  zand,  ik  ben  confuis  Dolle 
Hartog  Beyervorst  Gy  hebt  na  die  slag  gedorst  Die  ons  meer  als  Hoog*- 
stet  drukt  Wyl  't  nu  over  al  misluckt  Volk,  bagasie,  alles  quyt  Spanje. 
Brabant  welk  een  spyt". 

Ouder  deze   voorstelling   een    gegraveerd,   2é-regelig  hollandsch  vers: 
,,Mijn   lieve  Maintenon  wat  raad  in  deze  nood."  enz.  in  twee  kolommen, 
met  opschrift:    ,,Ö.vMiiN8PRAAK   tussen   Lolis.      Madame  de  Maintenon 
en  piiiLirrUH"  en  daar  onder  een  even  groot  fransch  vers:    „Ha!  Mainte- 
non,  que   faire   en   eet   etat   mauvais."   enz.  met  opschrift  , .Conference 
entre    Loris.      Madame   de   Maintenon   et   puilippe".    De  kopie  dezer 
plaat  komt  als  No.  8  voor  in  't  Bijvoegsel  van  den  Koninklijken  almanak, 
enz.    (zie  Muller  No  3107  hierna).  De  inschriften  zijn,  met  eenig  verschil 
in  spelling,  dezelfde.    Lodewijk  zit  daar  en  face  en  werpt  het  testament 
op   't  vuur.   Boven   het   hoofd   van    Philips  staat  dtór  „Philippe  Ie  Petit 
phi! ',  terwijl  het  bij  't  origineel  naast  zijn  voet  gegraveerd  is.  Déiir  heeft 
het  tijdvers   „Dat'    voor   „dat",  zoodat  het  jaartal  2206  wordt,  in  plaats 
van  1706   en   rechts,  onder   het   fransche  vers,   is  het  adres  gegraveerd : 
,,h  Paris  chez  Mortain  avec  Privilege  du  Roy". 

Een  engelsche  kopie  uit:  Foems  on  Affairs  of  State.  Vol.  IV.  Suppl. 
part.  PI.  V.  is  beschreven  bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1450. 

'3185.  —  3.  „t  Franse  Hoff  in  Allarm."  — y^Toute  la  Cour  de  Frofure 
€H  Allarmc'  (Muller  No.  3041). 

Inschriften  in  de  bovenhoeken  eener  prent,  die  in  voorstelling  geheel 
gelijk  is  aan  de  ouder  nommer  8  hierna  vermelde  gravure.    Tusschen  de 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701"  75 


beide  inschriflen  een  verduisterde  zon  met  onderschrift:  „1706  den  12  Meij 
Son-EcHps,  kreeg  op  desen  dag.  Yranckrijk  voor  Barcelona  een  groote 
Slag."  Lodewijk  xiv  ligt  ten  gevolge  van  deze  nederlaag  bij  Barcelona  in 
zwijm;  scepter  en  papier,  waarop  enkel  de  naam  ..Louis",  liggen  naast 
bem ;  achter  zijn  rechterelboog  een  gescheurde  wereldbol,  waarop 
..Gallia',  bij  een  vuur,  waarin  het  „Testament  van  Porto  carero  1700". 
Hij  rust  tegen  de  borst  van  een  in  de  verklaring  niet  genoemde  vrouw, 
achter  welke  de  „Villeroy"  (2)  en  de  ,,Maintenon  inde  Rouw."  (1)  wan- 
hopig staan.  „Pater  la  chaise"  (7)  ligt,  met  uitgestrekte  handen,  geknield 
vóór  hem.  Meer  op  den  achtergrond  de  keurvorst  van  Beieren  (5), 
Toulouae  (3)  en  anderen,  allen  aangewezen  door  cijfers  (1 — 9),  waarvan  de 
verklaring  gegfraveerd  is  onder  de  beide  inschriften  boven  vermeld.  Geen 
andere  komen  er  verder  in  voor.  In  den  broeden  plaatrand  een  12-regelig 
vers,  in  twee  kolommen :  „Hier  Swijmd  den  Franschen  Dwingeland",  enz. 
en  hetzelfde  chronosticou  van  het  vorig  nummer,  nu  evenwel  foutief, 
evenals  in  de  kopie  der  vorige  prent,  No.  8  van  het  „Byvoegsel": 
„o  soL  DefeCtVs  MaLa  Dat  pr»sagla  Eegno."  (=3206). 
Beschreven  bij  Stephena,  Cat.  Brit,  Mus.  No.  14é9. 

*3186.  —  4.    „Beki-aaglyke  Franse  Audibntib    I    Audibnce  Pitoy- 
ABLB  DE  Louis  L  G".    (Mullcr  No.  304.2). 

Inschrift  in  één  regel  boven  in  een  prent,  waarop  Lodewijk  xiv,  rechts, 
zittend  is  afgebeeld,  terwijl  Villeroy  en  Maximiliaan  van  Beieren,  links, 
met  de  kous  op  den  kop,  geknield  vó<5r  hem  liggen.  Het  aantal  inschriften  is 
in  deze  plaat  zoo  overweldigend  groot,  terwijl  ze  zeer  weinig  zeggen,  dat 
ik  er  slechts  enkele  hier  vermelden  wil  en  voor  't  overige  alleen  aangeef 
waar  ze  geplaatst  zijn.  Boven  den  hoed  en  in  den  rand  ervan,  in  de 
omslagen  zijner  mouwen,  in  den  linkermouw  zelf,  in  de  jaspanden  en  in 
fle  beide  beenen  van  Lodewijk  xrv  staan  1-  of  2-regelige  inschriften 
zoowel  als  bij  lijn  gebroken  scepter,  naast  zijn  rechterarm  en  naast  het 
papier,  dat  hij  met  de  rechterhand  omhoog  houdt  en  waarin  gegraveerd 
is:  „Pardon  Rot  al  A  tout  qui  osent  hasarder  une  seconde  Bataille",  enz. 
Keurbeieren,  links  het  meest  op  den  voorgrond,  heeft  een  tweeregelig 
inschrift  in  de  kous  op  zijn  hoofd  en  twee  bijschriften  met  het  t^dvers: 
,.reDIMo  peCCatagVe  (sic)  nostra"  er  bij.  In  zijn  linkerhand  heeft  hij 
een  papier,  waarop  een  brief  met  opschrift:  „Sire"  en  onderteekend 
,,M.  £.  d.  B."  In  de  rechterhand  heeft  hij  een  gebroken  zwaard,  waarbij 
links  vier  regels;  rechts :  „Epée  cassee  Main  blessee  Coeur  perce";  daar  boven 
nog  drie  regels,  op  de  voeten  van  Lodewijk.  In  den  rechtermouw  in  spiegel- 
pchrifl  ,,BYHTVMaEM."  In  den  rug  van  zijn  jas  zeven  regels  inschrift;  in 
zijn  linkerbeen  twee-;  onder  en  ter  zijde  van  den  linkervoet  telkens  vier-; 
bij  zijn  rechtervoet  twee  regels  bijschrift.  Er  staan  twee  regels  inschrift 
in  de  kous  op  *t  hoofd  van  de  Villeroy,  die,  met  gevouwen  handen  ge- 
knield ligt,   en   bij   wiens  neus  ook   twee  regels  gegraveerd   zijn;  in 


Digitized  by 


Google 


76  LUSTHOF  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701" 

rechtennouw  en  rechteijaBpand,  evenals  onder  en  boven  het  rechterbeen 
tweeregelige  inschriften.  In  den  rechterbenedenhoek  nog  acht  versregels: 
„T  is  nu  de  mode,  geen  loopgravê  meer  te  make"  enz.  terwijl  bovenaan, 
aan  deze  zelfde  zijde,  tusschen  opschrift  en  hoed  nog  een  4-regelig  vers 
staat  en  bij  de  gebroken  ,,Hane  veere'*,  van  den  hoed,  nog  twee-  en 
achter  den  stoel  vijf  regels  staan.  In  rechte  lijn  boven  het  hoofd  van  de 
Villeroy,  vlak  onder  het  bovenvermelde  inschrift,  een  30-regelig  hoUandsch 
vers,  waar  boven  ,,Louis  Klaagd'\  In  den  linkerbovenhoek:  ,,Db  Zon  in 
de  Kreeft"  bij  de  afbeelding  van  een  kreeft,  welks  staart  den  vorm  van 
een  lischbloem  heeft  en  daar  onder,  een  weinig  rechts,  de  afbeelding 
van  dit  hemel  teeken.  Iets  lager  aan  diezelfde  zijde  het  borstbeeld  van 
„rElectr  d'Collogne  banni"  (qui)  ,,pleure  pour  judogne  aussi",  zooals 
er  staat  in  deze  afzonderlijke  afbeelding,  waarboven  twee-  en  waar- 
onder nog  zeven  regels  zijn  gegraveerd.  Daaronder  weder,  dwars  in 
de  plaat,  vier  regels.  In  den  breeden  plaatrand  onder  de  voorstelling 
een  gegraveerd  28regelig  hollandsch  vers  in  twee  kolommen:  „Ha 
daipre  Generaals  was  dat  het  zegenpraalen"  enz.  met  opschrift:  .,kabinkt- 
RAAD  TUSSEN  LOUIS.  KEUR-BEYERBN  EN  DB  m'^  VAN  villeroy"  en  daar- 
onder een  even  groot  fransch:  ..Ha  braves  Generaux,  plütót  Idches  pol- 
trons."  enz.  met  opschrift:  „conseil  de  cabinet  entbb  louis,  le  ducde 

BAVIERB,    ET  Le  M^  DE  VILLEROY". 

Plaat  9  in  het  ..Byvoegsel"  is  een  'omgekeerde  kopie  dezer  prent  {zie 
Muller  No.  8109  hierna).  Behalve  het  verschil,  dat  Lodewijk  dédr  links, 
op  de  boven  beschreven  plaat  rechts  zit,  zoodat  vergissing  onmogelijk  is, 
zijn  er  nog  de  volgende  afwijkingen:  het  tijdvers  heeft  hier  niet,  foutief, 
zooals  in  den  hierboven  beschreven  staat,  een  o  maar  een  q  in 
het  woord  ,.peCCataqVe"  ;  het  opschrift  boven  het  hollandsche  vers 
onder  de  plaat  staat  dddr  boven  de  lijn,  die  voorstelling  en  verzen 
scheidt;  in  't  midden,  naar  rechts,  onder  'tfransche  vers  het  verzonnen 
adres:  ,.by  ^de  Lis  Te  Bitburg  In  de  smekende  Generól.'* 
No.  3043). 

*3187.  —5.  „Dk  Fransche  kn  Spaanrchb  huylebalken."  (Muller 
Gegraveerd  inschrift  boven  in  een  spotprent  op  Lodewijk  xiv  na  de 
ophefSng  van  't  beleg  van  Barcelona  en  het  verjagen  der  Pranschen  uit  de 
brabantsche  liniën.  Een  trompetter  met  een  houten  been  en  lischbloemen 
op  het  doek,  dat  van  de  trompet  afhangt,  welke  hij  in  zijn  rechterhand 
heeft,  toont  met  de  linkerhand  een  lijst  waarop:  „Leuven.  Brussel.  Lier. 
Antwerpen.  Gent  Mechelen.  Brugge.  Vilvorden.  en  al  de  forte  in 
Vlaendere.".  Naast  hem,  rechts  op  de  plaat,  staat  een  trommelslager 
met  een  vreemdsoortig  hoofddeksel,  uitloopend  in  een  lischbloem  en  van 
voren  prijkend  met  een  hanekop.  Op  zijn  borst  heeft  hij  een  papier, 
waarop  staat:  „Barcelona.  Cantara.  Valentia.  Placentia.  Coria  Almaras. 
Ciudad    Rodrigo.   Alicanten.   Zaragozza.   Salamanca."    Van   rechts   komt 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  TAN  MOMUS:  „ALMANACH  BEGINNKNDE. . .  1701"  77 


een  hond  grimmig  op  hen  aan.  Links  op  den  achtergrond  schepen.  In 
den  zeer  breeden  pUatrand  acht  en  twintig  versregels  in  twee  kolommen, 
waarin  ..Tromp :*'{etter}  en  „Tamb:'*(oer}  om  beurten  de  verliezen  opsom- 
men en  dat  aanvangt:  ,,Hoord  vrienden  Hoordt/'  enz. 

Dezelfde  koperplaat  heeft  gediend  als  spotprent  na  het  nemen  der 
Zilvervloot  bij  Yigos.  (Zie  Muller  No.  3242).  De  namen  der  genomen 
schepen,  die  toen  op  het  papier  stonden,  dat  de  trompetter  in  de  hand 
heeft,  zijn  gedeeltelijk  nog  zeer  duidelijk  zichtbaar. 

Een' verkleinde  kopie  komt  voor  in  FoerM  on  Affain  of  State.  Vol.  IV. 
Suppl.  part.  PI.  VI.  en  is  beschreven  bij  Stephens  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1451. 

De  prent  is  nagevolgd  in  No.  12  van  het  „Byvoegsel",  (zie  Muller 
No.  3115  hierna).  De  voorstelling  is  dezelfde,  maar  de  geheele  plaat  is  dddr 
vol  inschriften.  Het  hollandsche  opschrift  is  öu  „De  spaansb  en  franse 
RUYLKBALKEN  Krijgen  se  wat  *tzijn  witte  valkê."  Daar  onder  is  hier  het 
volgende  fransche  gegraveerd  „Les  2  pleubbubs  pour  l'  espaonb  et  la 
FBAïiCB  entretenont  un  même  chant  et  danse*'.  Tusschen  de  hoofden 
der  twee  personen  staat  het  volgend  tijdvers :  „Lbntos  o  !  oaLLos  nos 
BT  DbfLkMVs  Ibbros".  Op  't  papier,  dat  de  trompetter,  wiens  kleed 
geheel  met  lischbloemen  bezaaid  is,  ia  de  hand  heeft,  staat  nu  de  volgende 
lijst  van  verliezen:  .,Filips  Kroon  Scepter  v  Louis  CoUan  v  Maintenon 
Bastert  Ordens  van  Pr.  Wales  en  H.  v  Berwijk  Thoulouses  Vloot 
Thessees  Schepe  Plips  Vrow  Beyrens  en  Keulens  Keur  vorstendomen 
't  Konings  huis  Heel  Brabant  Heel  Vlaand'rê  8cc'\  Aan  zijn  gordel 
hangen,  evenals  op  de  oorspronkelijke  plaat,  drie  zakken;  op  twee  daarvan 
fitaan  dd4r  inschriften:  „Valse  Louisen  boven  op  zijn  fijne*'  en  „Munt 
briefjes".  Op  het  papier,  voor  de  borst  vanden  tamboer,  wiens  trommel  vel 
d^r  gescheurd  en  ééne  trommelstok  gebroken  is,  staat  in  hoofdzaak 
*t zelfde  als  in  het  origineel;  bovenaan  staat  ,,bar<^elona''  op  deze  wijze, 
en  onderaan  is  nog  bijgevoegd:  „2  dage  Barcelona  eer  ontzet  was  Als 
't  van  de  Franse  gewed  was:  Dat  bijzonEclipsis  net  was*'.  Bij  'tgocdo 
been  van  den  trompetter  staat:  „De  manke  Trompetter  Zweet  stankbloed 
en  etter  Of  str...  na  de  letter'*.  Overdwars,  naast  zijn  houten  been,  een 
10-regelig  vers:  „De  Fransman  is  gewend  te blaasen"  enz.  Onderden  tam- 
boer: .,Dee8  dappere  Tamboer  Bekakt  van  angst  de  vloer'.  Vóór  den  hond 
het  tweelingrijm :  „De  hondë  sullen  aan  ons  pissê  Komt  onse  neerlaag 
niet  te  slissê^'.  Rechts  van's  tamboers  hoofd  en  muts  een  16-rege1ig  vers 
met  opschrift:  „De  Tamboer  spreekt  tegen  zijn  maat"  en  beginnende: 
„Marsepin  (zacht)  Marsin  Mars  in  geen  vrindschap  houd"  enz.;  bij  zijn 
been,  onder  den  hond,  een  14-regeIig:  „'t  Is  nu  al  arm  ik  haat  die  snoodo 
Trommelslag"  enz.  In  den  zeer  breeden  plaatrand,  onder  de  voorstelling, 
een  30-regelig  vers  in  twee  kolommen,  waarin,  evenals  in  het  oorspron- 
kelijke, de  trompetter  en  tamboer  om  beurten  aan  't  woord  zijn;  het 
begint:    „Hoort  mannen!  jongens  hoord  ik  blaas  myn  bast  aan  stukken" 


Digitized  by 


Google 


78  LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „ALMANACH  BEGINNENDE . .  .  1701' 


enz.  Onder  het  hollandBche  hetzelfde  vers  in  't  fransch :  ,,HoI^  bourgeois, 
hola,  au  son  de  ma  Trompéte"  enz.  Onder  in  de  Toorstelling"  't  verzonnen 
adres  „Tot  Klaudenstein  by  S.  Camank". 

1388.  —6».  „Triumfen  inde  Vlucht. 

Kastelen  inde  Lucht."  (Muller  No.  3044). 
Een  der  inschrifLen  in  een  spotprent  op  't  verlies  van  Meenen  en  op 
den  hertog  de  Vendöme  uit  Italië  naar  Brabant  gezonden.  Rechts  op  den 
achtergrond  den  toren  van  het  kasteel  Meenen,  op  welks  trans  ,,Carre- 
man",  de  bevelhebber  van  de  plaats,  staat,  die  zijn  pruik  verliest,  waarbij 
men  leest:  „Ik  ben  met  Yeudome  Kaal  daar  af  gekome.",  hij  heeft  een 
gebroken  standaard  „Etandart  de  Mr.  BrouUy'  in  de  linker-  en  een  papier 
in  de  rechterhand,  waa^p:  ,,Capitulation  de  Menin  22  Auoust  (sic) 
17ü6."  Hij  toont  dit  papier  aan  den  hertog  van  „Vendome".  gezeten  in  een 
kar  met  twee  wielen,  waarvan  de  spaken  uit  twee  lischbloemen  gevormd 
zijn,  getrokken  door  twee  hanen,  die  al  loopende,  hun  veeren  ver- 
liezen. Op  'tslikbord  der  kar  staat  „Naer  tGasthuys"  „ft  l'Hospital". 
Vendöme  heeft  een  standaard  in  de  linkerhand  waarop  „Etandart  de 
Phantome'';  links  van  hem  (rechts  voor  den  beschouwer)  staat  een 
brandende  kaars  met  8-regelig  vers,  bovenaan  er  naast:  „Sta  by  Paryse 
Genoveef"  enz.,  terwijl  onderaan,  langs  den  rand  van  den  wagen  „Celle 
(sic)  Chande  lle  est  pour  aos  bons  Saints  admirable  Mais  'sils  nous 
n'aident  jela  donnera  (sic)  au  diable.";  rechts  van  denzelfden  een  standaard 
waarop  men  leest:  „'1  Etandart  d'Crape  aux  (sic  r  crapeaux)  se  retablira 
tot".  „Veni,  vidi,  vinci  menenum".  „Triumfes  sans  perils  Bravent  '1  En- 
nemis".  Boven  op  den  stok  van  dezen  standaard  drie  padden,  (*toude 
wapen  der  fransche  koningen)  geregen  aan  een  pin,  waarop  een  lischbloem 
prijkt.  Op  den  voorgrond  rechts  een  tweewielige  kar,  met  gebroken 
rad  en  boomeu,  waarbij  als  woordspeling  op  den  gouverneur  van 
Meenen  staat:  „Uw  Car  o  Carreman  ontranponeert  't  is  billik  dat 
Louis  't  recompenseert."  Links  daarvan  een  man  met  één  houten  been, 
op  krukken  loopende.  een  jobsbode,  zooals  die  gewoonlijk  afgebeeld 
wordt  als  hinkende  bode,  met  een  papier  in  de  rechterhand,  waarop  : 
.,Couvier  au  roy."  Overdwars  staat  bij  de  boomen,  terwijl  van  de  rechter- 
boom  een  ridderkruis  afhangt,  „myn  Or  dre  van  Louis  Verselle 't  Gulde 
Vlies";  „Voor  myn  zo  braaf  verweeren  mag  Flip  het  my  vereeren.*' 
In  den  broeden  plaatrand  is  onder  de  voorstelling,  in  twee  kolommen, 
een  32regelig  vers  gegraveerd:  „Pots  hondertduysend  slapperment,"  enz. 

In   dezen  staat  (exemplaar  Nijlaud)   zijn   er   geen   arceeringen    in  de 
„Etandart  de  Phantome". 

1389.  —  O».  Dezelfde  voorstelling. 

Andere  staat,  met  arcecringen  in  den  „Etandart  de  Phantome",  in  's  Rijks 
prentenkabinet.  Aan  weerszijden  van  diens  taat  verzen  in  boekdruk ;  links  eeu 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOP  VAN  MOMXJS I  „ ALMANACH  BBGINNBNDK  ...  1701"  79 


hollandsch  in  12  regels:  ,,Vend.[Amé)  Foei  my  Ix)ui8.  moest  ik  Italien 
terlateoT'  enz.  met  opschrift:  „De  eerste  Triomf  van  Mr.  de  TENDOMK 
DS  zjn  wederkomst  uit  italibn,  om  ifEEifSN  te  ontzetten,  en  des  zelfs 
Gouverneur,  de  cabremaks  Baas  te  redden.";  rechts  een  even  groot 
franseh :  ,.Vend.(ome)  Pourquoi  Grand  Louis,  m'avoit  feit  quitter  Mtalie"  enz. 
met  opechrifl:  „Le  Premier  Triomphe  de  Mr.  de  VBNDOME  retourné 
d'rTALiB   pour   faire   lever   le  siege  de   ifEKiN,  &&  secourir  le  Gouverneur 

Mr.  CABRBMAK." 

Deze  beide  staten  beschrijft  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.   No.  1456. 

Een  omgekeerde,  zeer  verkleinde  en  eenigszins  gewijzigde  kopie  dezer 
plaat  komt  voor  in  't  „Byvoegsel"  plaat  19.  (Zie  Muller  No.  3031  hierna). 
D^ULr  luidt  het  inschrift:  „triomfen  in  de  vlucht  kastbblen  in  de 
LUCHT.*'  Het  hoUandsche  vers,  dat,  in  112  regels,  in  boekdruk,  naast  de 
oorspronkelijke  prent  staat,  is  ia  drie  kolommen  boven  de  voorstelling 
gegraveerd,  en  het  fransche  op  dezelfde  wijze  er  onder.  De  inschnften 
zijn,  met  onbeduidende  wijzigingen,  dezelfde  als  in  de  hier  boven  be- 
schrevene; hier  staat  tusschen  den  standaard  van  Venddme  en  het 
kasteel  nog:  „meme  teeel  Gij  lompe  rekel  Liet  m'  in  de  pekel  De  Droes 
u  hekel'*,  en  achter  den  ., Courier  au  ROY'\  die  hier  geen  houten 
been  heeft,  maar  een  hardlooper  is  en  een  wind  laat,  staat  de  niet  on- 
aardige dubbele  woordspeling:  „C'est  un  Vent  d*homme'*  (Vendome). 
Zie  voor  een  andere  navolging  dezer  prent  plaat  46  van  het  Tafei-eel 
dtr  dKOtukeid  hierna. 

1890.  —  7».  „CaSTILIEN  HEBVOEMD.  CaSTILLB  REPOrMÉE." 
De  prent,  waarvan  die  met  bovenstaand  inschrift,  zoowel  als  de  in  het 
JSyvoegseP*  onder  No.  16  vermelde  slechts  kopiën  zijn,  behoort  in  geen 
der  almanakken.  Die  prent  heeft  geen  enkel  inschrift.  alleen  is  in  den 
breeden  plaatrand  onder  de  voorstelling,  in  twee  kolommen,  een  Sflregeh'g 
hoUandsch  vers  gegraveerd. 

De  prent  stelt  den  toren  voor  van  een  kasteel,  zinspeling  op  Oastilien ; 
bovenop  geven  twee  personen,  Frankrijk  en  Beieren,  elkaar  de  hnnd, 
terwijl  hooger  in  't  midden,  tusschen  hen,  de  Opperheerschappij  (de  keizer) 
zetelt,  met  een  scepter  in  iedere  hand  (Keizerrijk  en  Spanje).  Van 
links  komt  de  Fortuin  aanvliegen  met  twee  scepters  in  de  rechterhand, 
en  een  koningskroon  en  lauwerkrans  iu  de  linker.  Daar  het  vers  een 
zeer  volledige  beschrijving  geeft  van  dezen  staat  der  plaat,  kan  ik 
door  dit  af  te  schrijven  verdere  verklaring  achterwege  laten.  Dat  ge- 
dicht luidt: 

„Hier  ziet  gy  d'Opperbeerschappy  De  Dolphyn,  vreedaaam  van  natuur. 
Met  Vrankryk,  aan  wiens  linker  zy  Vervloekt  den  tyd.  en  dag  en  uur, 
Zich  Beyeren  komt  vertoonen.  Dat  Lodewyk,  vol  listen, 

Zy  sluyteu  handen  iu  malkaar.  Om  Spanjens  trotse  Monarchy 


Digitized  by 


Google 


80  LUSTHOF  VAN  M0MU9  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1701" 


Eq  trotsen  't  allergroost  gevaar  Een  Koaingryk  verarmt,  daar  hv 

Om  'swereldts  hoogste  kroonen.  De  schatten  van  gaat  Kwisten. 

Maar  dit  geluk  volgt  niet  zo  haast ;  Het  Schip  van  Staat  is  reedts  te  land : 

Anjou  die  staat  geheel  verbaast,  De   Fransche  glorie  moet  aan  kant, 

Nu  hoog  genoeg  gesteegen, ')  Zoo  zal  de  Vree  herleeven. 

Dat  Duitscher,  Hollander,  en  Brit,  Bourbon  gevoelt  wel,  dat  zjn  magt, 

En  Portugees  hem  uit  't  bezit  Van  dag  tot  dag  byna  verkragt, 

Van  Spanjen  v/Qg  gaan  veegen.  In  't  kort  hem  zal  begeeven. 
Het  kleine  Leertje  't  geen  gy  ziet,        Zo  gaat  het :  die  het  al  begeert, 
Dat  helpt  den  Prins  van  Walles  niet,        By  wisseling  van  kans  wel  keert, 
Hy  mag  'er  wat  nae  kyken.  Dat  men  zich  moet  vernoegen 

Treet  maar  weer  af,  o  Mulders  Zoon,  Met  't  geen  ons  door  't  rechtvaerdig 
Gy  raakt  doch  nimmer  op  den  Troon  (lot 

Van  uw  gewaande  Ryken,  Vergund  is,  of  dat  men  ten  spot 

Zich  na  de  nood  moet  voegen." 

1391.  —  7*.  Dezelfde  voorstelling.     Andere  plaat 

Deze  kopie,  voorkomende  in  den  Almanak  van  1701,  heeft  verscheiden  in- 
schriflen  en  eonige  verschillen  met  het  vorig  nommer.  Op  den  toren  zit 
„Karel  in."  op  den  troon.  In  een  lint,  dat  achter  dien  troon  heenloopt,  staat 
links:  „Castilibn  Oostenryks  gezind.  Hield  eerst  door  dwang  Bourbon 
te  vrind,",  rechts:  „Castille  reformég  Par  Charles  Roy  aumé".  De 
Fortuin  is  in  de  Faam  veranderd  en  de  beide  scepters  in  haar  rechter- 
hand  zijn   hier  vervangen   door   een   trompet,    waaraan  een   doek,    met 

inschrift:    „Fama    Austriaca".    In   de   kanteeling   van    den   toren   staat 

n 
,,CASTILIEN    verlost,   Den    Frasman   tranen   kost."    Boven  het  venster 

in  't  midden  vanden  toren  het  tijdvers:  „CasteLLas  aMbas  Dant  aVstrIae"; 
in  den  onderdorpel  van  dat  venster:  ,.Por  tocarero".  Onder  den  persoon 
in  den  ingang:  „Dauphin".  Bij  den  prins  van  Wales,  die  links  de  kleine 
ladder  opgaat  en  hier  vier  molenwieken  in  den  rug  van  zijn  jas  heeft, 
is  een  tweede  persoon  afeebeeld,  volgens  't  vers  onder  de  voorstel- 
ling „Keur  Keulen",  die  zich  't  hoofd  krabt  en  wien  de  bisschops- 
muts  ontvalt ;  bij  zijn  staf.  die  naast  hem  ligt:  „Wild  gy  syn  vry  van 
straf  Breng   by   de   Paus  u   staf."    Achter   Anjou  (Philips  v),  die 

rechts  den  ladder  afgetrokken  wordt,  met  het  opschrift:  „De  vlugiende 
het  volgend  versje  Anjou."  „Grootvaders  aard  hy  reeds  komt  't  erven 
Met  al  te  roven  of  bederven,  Vlucht  met  de  Kroon  en  kostelykhyt. 
Voorts  wat  hy  kan  aan  stukken  smyt."  Dit  laatste  woord  zal  waarschijnlijk 
„snijdt"  moeten  gelezen  worden;  zie  No.  17  van  dezen  almanak  hierna.  Aan 
den  voet  van  dezen  ladder  vier  personen  in  plaats  van  drie  op  de  vorige 
Bij  den  degen  van  den  een  (11)  staat  ..Het  Barceloons  rapier  Geeft  hem 


Op  de  ladder  rechts. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS!  „ALMANACH  BKOINNBNDB  . . .  1701"  81 


de  doot  steek  hier."  Bij  'tgfeweer  Tan  den  tweeden  {14)  ..Die  dese 
Vnpfel  schiet  10  miljoen  geniet"  Tusschen  No.  13  en  14  leest  men : 
..Bourbon  zogt  spanje  Frans  't  leeren  Dog  't  leerd  hem  't  Spaanse  miserere. 
't  moest  dus  verkeren.",  onder  beider  voeten:  ,.Met  Alcantaars  geweer 
Schiet  hem  van  boven  neer."  Onder  de  onderste  trede  van  den  ladder: 
..Pits  Phlip  een  goede  leer  Om  nooit  te        komen  weer." 

In  het  breede  wit  onder  de  voorstelling,  hier  niet  door  een  lijn  er 
van  a^'escheiden,  met  bovenstaande  opschriften,  links  een  82-regelig 
hollandsch  vers:  ,.i  Monarch  uit  Oostenryk  verheven  op  i  Castielje' enz.; 
rechts  een  even  groot  fransch :  'Monarque  'd  Oriënt  eleve  sur  'Castille"  enz. 

No.  16  in  H  „Byvoegsel"  is  een  kopie  van  de  hier  beschrevene,  doch 
omgekeerd  en  reeds  daaraan  genoeg  herkenbaar.  De  inschriflen,  soms 
eenigzins  verschillend  in  spelling,  zijn  aan  die  van  de  almanakprent  gelijk, 
en  vermeerderd  met  een  4-regelig  versje  onder  den  ..dauphin":  ,.Ku 
t  Franse  Menen  Is  ras  verdwenen  Valt  Dendermonde  Door  donder-mon- 
den'\  en  een  tweede  onder  de  poot  van  de  ladder  links:  „'t Frans Babels 
Hof  bestormd'.  In  de  schouderbedekking  van  den  man  op  deze  ledr: 
..PHILIP  v",  achter  hem  „Anjou"  en  het  versje:  .,De  Vliichtende  Anjou", 
enz.  overdwars.  In  den  onderdrempel  van  't  venster  in  de  poort:  „P  orto 
carrero".  Naast  het  fransche  vers,  ook  overdwars,  hier  het  verzonnen 
adres:  ,,te  T^ipzig  by  P.  Schonk". 

*3192.  —  8'.  ^.Vacanne  au  Trianon  Van  sonnkman.  de  Ko 
ningschepper,  met  sijn  Queekelingen,  Werk-luy,  en  Knie-springsters."  — 
„Alarm  in  't  Spinhuys.''  (Muller  No.  3049). 

Deze  prent  (ook  bij  den  heer  Nijland  en  bij  Mr.  S.  van  Gijn),  is  bepaald 
de  oorspronkelijke  plaat,  en  ten  onrechte  door  Muller  als  f  beschreven.  Op 
den  voorgrond  ligt  Lodewijk  xiv  in  zwijm,  bij  zijn  rechterhand  een  wereld- 
bol. Achter  hem  de  Maintenon  (4).  La  Valliëre  (2).  Monteapan  (3).  Philips  v 
[ó],  Toulouae  (6).  Tessé  (7);  rechts:  op  den  voorgrond  Père  La  Chai-^etO), 
op  den  achtergrond  een  boomstam  en  de  kruin  van  een  boom;  links:  een 
muur  en  zuilen,  't  Eerste  opschrift  staat  links,  't  tweede  rechts  boven 
een  geheel  ander  vers  dan  dat  van  den  volgenden  staat.  Ik  acht  't  vol- 
strekt niet  onwaarschijnlijk  d&{  dit  een  gravure  von  ,.Ph."(ilip)  .,B."(out- 
tats)  iSf  zooals  de  initialen  links  onderin  de  plaat  kunnen  doen  vermoeden 
en  dat  door  Muller  betwijfeld  wordt.  *t  Is  een  vroegere  stant  dan  de  door 
Muller  onder  No.  3048  als  b  besclirevene,  wnnt  van  de  hoornen  en  zuilen, 
welke  men  hier  op  den  achtergrond  ziet.  zijn  ddrtr  nog  slechts  de  sporen 
over.  terwijl  er  links  de  koppen  van  Berwick  en  den  z.  g.  prins  van 
Wallis,  rechts  een  hoofd  van  Toulouse  veel  grooter  dan  het  nauwelijks 
zichtbare,  in  den  hier  beschreven  staat,  voor  in  de  plaats  zijn  gekomen. 

In  den  „Almanak  1701"  behoort  niet  deze  prent  mnnr  de  gewijzigde, 
die  in  het  volgend  nommer  beschreven  wordt. 

nr  6 


Digitized  by 


Google 


82  LUSTHOF  VAN  3I0MUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701* 


3193.  —  8».  „AL-ARM  te  VKRSAILLKS,  Of  Spinhuis  Consistorie,  tot 
vertroosting  van  louis  de  zoN-daar,  de  Koningen  maaker.  met  zyn  Troetel 
kinderen  en  Voeteu-warmsters.'^  (Muller  No.  3048). 

Opschrift  boven  het  hollandsche  vers,  links  van  de  plaat;  rechts 
staat  boven  een  even  groot  fransch  vers:  „Vacarme  au  Trianon//  Ou  Ie 
Nou  vel  Hotel  des  filles  &  fils//  naturels  de  Louis  Ie  soleiller.//  pour  Ie 
consoler  fi  légard  de  son  Mars//  infortuné  en  Europe." 

In  dezen  staat  zijn  op  verschillende  plaatsen  inschriflen  gegraveerd  in 
de  prent;  zoo  b.  v.  bovenin  de  plaat  op  één  regel:  „3  VALSE,  zacht! 
8   FRANSE   KONINGEN /^  in  't  West;  (2  zonder  Treon)  te  zaara  nu  krui- 

/\  L  5.  7. 
pen    in    één   nest."     De    tweede    regel  daaronder:  ,.3  ROYS  en  FRANC  E 
en  DKCADENSk".  Daaronder  volgt,  in  twee  regels:  ..het  niewe  Franse 
noF.  van  VRorwK  en  bastaard  stof  zingt  miserere  in  p\&fLis  van  Lof." 

Nog  lager  't  tijdvers:  .,ohe  post  fata  heC  reprknDerk  non  TVpIo 
arMa."  (1700).  Boven  't  hoofd  van  ..Thoulou.se"  (10):  ..Leeg  volle  kroese 
Dolle  Thoulouse. '  Boven  't  hoofd  van  Philips  v:  (5):  ..Van  West  tot 
Oost  Weer  tuis  om  troost.  K  heb  Spaanse  knevels  aangedaen  En  echter 
wilt  met  ray  niet  gnen."  Boven  No.  „8",  volgens  't  vers  een  ..spinhuys 
Afyezante  wet  rolm(icht.^\  staat  ,.lk  draag  helaas!  de  brieven  Die  'sKo- 
nings  hert  doorgrieven  '  en  in  't  papier,  dat  zij  in  de  linkerhand  heeft, 
leest  men  hier:  ..inalhe(ur)  par  tont  en  Espagne  Pais  Bas  &tc."  Boven 
den  jongen  pretendent  (7)  ,,Voor  my  PrinS  van  Wallis  Nergens  vaste 
stal  is.":  boven  Berwick  {6}:  ..Een  Barre  Wyk  Is  't  Franse  Ryk." 

Naar  deze  plaat  is  de  kopie  gemaakt  voor  No.  10  van  't  ..ByvoegseV*.  De 
inschriften  verschillen  in  spelling.  Ter  onderscheiding  geef  ik  de  volgende 
aan:  ,,DECADENSe"  is  hier  ,,DECAÜKNCb"  ;  de  Bijvoegsel -prent  heeft 
„Malheur"'  voor  ..Malhe(ur)"  enz.  Er  zijn  ook  in.schriften  bijgekomen; 
niet  alleen  staat  in  de  wereldbol  bij  Lodewijks  rechterhand :  ,.Dcs  Waerelds 
kruis  Komt  mij  regtvaardig  tuis",  nu  is  er  onder  bijgegraveerd :  ,.De 
Waereld  mij  verlaat  Waarom  ik  haar  ook  haat".  Bij  de  knieën  van  Lotle- 
wijk.  wiens  jas  hier  met  verduisterde  zonnen  bezaaid  is.  staat:  .,De  Alder 
lesuitiste  Koning'  en  bij  de  linkerhand  van  'skonings  biechtvader,  daar- 
onder, „La  Chaise  poiut  aise".  Bij  de  kruk  van  Tessé  (11)  ,.The83éblesaé  \ 
Op  een  larabriseering  onderde  hand  van  Lavallière  (2)  staat ,. Alteratie  Bed". 

^3194.  —  ^».  Dezelfde  plaat.  Andere  staat.  (Muller  No.  304.7). 

Deze  staat  heefl  dezelfde  opschriften  van  den  vorigen,  't  verschil  is 
alleen  in  den  tekst;  zoo  staan  b.  v.  djtór  de  eerste  twee  letters  van  hot 
woord  ..infortuné'  nog  op  den  voorlaatsten  regel  van  'tfransche  bnveii 
schrift  terwijl  ze  hier  in  den  laatsten  regel  staan. 

^3195.  —  9.  ..Qrnnd  Le  partofjenr  du  moruUy  (Muller  No.  3050). 
Gegraveerd   iuschrift  boven    de   afbeelding   van  een  wereldbol,  welke 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1 701"  83 


„Louis"  XIV.  (rechts)  en  „Philippe",  wien  de  kroon  yan  't  hoofd  valt, 
(links;,  met  een  defekte  zaag  trachten  door  te  zapren;  ..Maintenon" 
zit  boven  op  den  bol  en  bevochtigt  de  zaag  met  haar  water.  Zij  heeft 
een  papier  in  de  linkerhand,  waarop  men  leest:  ,,Barcelone  Turin  Ra- 
melies  Milan  et  menin.  Nous  font  du  Chagrin."  Rechts  komt  een  vleer- 
muis als  ..Expresse'"  aanvliegen  met  een  papier  in  den  bek,  waarop  ,,au 
Roy  de  pire  en  pire.  Hoe  langer  hoe  slegter  tyding,"  In  't  midden  op 
den  voorgrond  een  gedrocht  met  kardinaalshoed  op,  aangewezen  als 
..Ambassadeur  van  Portocarero. ',  terwijl  aan  weerszijden  van  hem  als 
tijdvers  staat:    ..frVstm   tentastls,   ast   non  DeCet  esse  MonarCh»." 

Onder  de  plaat  een  vers,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  met  opschrift : 
..DE  GRooTEN  WAERELD  VERDEELDER.'.';  aan  iedere  zijde  van  de  prent  de 
helft  van  ©en  fransch  vers,  zonder  opschrift:  „Louis,  ne  pouvant  seul 
n»«5ner  au  monile  entier,*  enz.     (Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1S40.) 

Plaat  7  van  het  ..Byvoegsel"  is  een  omgekeerde  slechte  kopie  dezer 
prent,  waarin,  boven  de  voorstelling,  een  vertaling  is  gegraveerd  van  het 
fransche   vers,   dat  aan  weerszijden  in  boekdruk  staat. 

3196.  —  10».  ,.LuDOFRicus '.  (Muller  No.  3052). 
Inschrift  boven  in  een  prent,  een  boer  op  klompen  vertoonend,  die 
roet  een  dorschvlegel  over  den  rechterschouder  en  een  wan  in  de  lin- 
kerhand, naar  ©en  huis  gaat,  waar,  aan  ©en  hooivork,  een  ylag  uithangt 
roet  een  haan  er  in  en  het  inschrift:  ..pour  Ie  gran  cocq".  Achter 
hem  een  jongen  met  een  zeis  over  den  linkerschouder,  die  op  een  koe- 
hoorn  blaast.  Onder  de  voorstelling  is.  in  twee  kolommen,  een  Sregelig 
ven*  gegraveerd,  met  het  opschrift:  „lotery  van  kinkels."  en  be- 
^'inoende:  ..Sta  vast,  of  k  sjeer  ou  voor  ou  bakhuys',  (Muller  schrijft 
, .scheer"  voor  ..sjeer",  ik  vond  dit  echter  in  geen  der  staten).  Aan  iedere 
zijde  van  de  plaat,  in  boekdruk,  de  helft  van  een  hollandsch  vers,  met 
opschrift:  ,,Wapen  kreet  van  Ludofricus,  voor  Philippijn  Angevijn  en 
Madam  Harkin."  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  beschrijft  onder  No.  1460 
dezen  staat  der  prent  als  plaat  51  in  het  daar  aanwezige  exemplaar  van 
het  Tafereel  der  dwaasheid  waarin  de  oorspronkelijke  als  plaat  50  voor- 
komt. Die  eerste  staat  hoeft  een  6-regelig  fransch  versje,  m  plaats  van 
het  Sregelig  hollandsche,  met  opschrift:  ,.Recrvite8  de  Scaramovche'' ; 
dat  versje  luidt: 

,.Au  lieu  de  labourer,  je  remue  la  terre 

Qardez  vous  Princes  et  Osesars 

Pour  cent  battaillons  des  Couars 

Notre  vieux  Cure,  veut  la  guerre. 

Trambles  pour  l'  Equipage,  ecoutes  Ie  tozin, 

Mais  servir  saus  argent,  promet  un  povre  fin." 
Uit   de,    nog  overgebleven,  duitlelijk  zichtbare  sporen  van  dit  fransrhe 
ver>je.  iu  het  hierboven  beschreven  exemplaar  van  den  heer  Nijlaud.  blijkt 


Digitized  by 


Google 


84  LUSTHOP  VAN  MOMÜS :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701' 


dat  dit  een  latere  staat  van  deze  prent  is.  Evenals  nummer  8.  (Vacanne 
nu  Trianon),  is  ook  deze  plaat  zeker  eerst  afizonderlijk  uit^egfeven  en  later 
met  verandering-en  in  den  zoo^enoemden  „almanach  van  1701"  pebruikt. 

3197.  —  10*.  „LuDOFRiCL's".     (Muller  No.  3051). 

In  dezen  .staat,  die  in  den  almanak  behoort,  is  de  voorstellinp:  wel 
dezelfde  als  in  de  vorigpe.  maar  de  tekst,  in  boekdrukjer  omheen,  is  geheel 
veranderd.  In  boekdruk  staat  nu  onder  de  prent,  met  opschrift:  ,,De 
hopman  spreekt.'',  een  2é-regelig  hollandsch  vers:  .,'K  Zie  meerendeels 
verslenst  der  Franssen  Lauwer  kranssen,";  er  hoven:  „De  HOPMAN 
van  de  BOERE-BAN,  of  de  WANkelende  WANdelaar  WANnende  de  WAN- 
schape  PLUIMEN  en  LAURIEREN  der  WANhopende  PRANSE  HOF- 
feCIKREN.  Dïiflr  onder  zijn  de  voornaamste  deviesen  medepfedeeld,  der  9 
(niet  93  zooals  Muller  heeft)  standaarden,  enz.,  door  de  Hollanders  in  Brabant 
veroverd.  Links  staat  nu  een  hollandsch  vers,  met  opschrift :  „BOERE-BAN 
en  ARRIER-BAN,  Wannende  de  Franse  Pluimen  en  Laurieren.";  rechts 
een  fransch:  „Le  RUSTIQUE-BAN  &  ARRIER-BAN,  oü  est  Ie  Vanneur 
des  Plumes  &  Lauriers  des  Nouveaux  Heros  en  France."  Het  adres  onder 
dit  laatste  is:  „.4  Bourdeaux^  chez  hiU  Vannier."  De  prent  komt  met 
dezen  tekst  voor  in  het  exemplaar  van  den  heer  Nijland. 

*3198.  —  10».    Dezelfde  plaat.    Variant.  (N.  b.  M.} 

Het  hier  aanwezig-e  exemplaar  heeft  een  menigte  varianten  met  het 
vorige;  ter  onderscheiding  geef  ik  aan  de  eerste  regel  van  het  vers  in 
boekdruk  onder  de  plaat:  .,'K  zie  merendeels"  enz.  en  't  opschrift  van 
het  hollandsche  vers  links  „BOERE-BAN  EN  ARRIER-BAN,  Wannende 
de  Franse  Pluime '  enz.  Stephens  beschrijft  Cat.  Brit.  Mus.  dezen  staat 
onder  No.  1460  als  plaat  52  v.m  't  Tafereel  der  dwaasheid  aldaar. 

De  prent  is  nagevolgd  in  't  .,By voegsel"  onder  No.  13  en  van  do 
andere  gemakkelijkst  te  onderscheiden  aan  de  veel  grootere  afmetingen 
der  plaat,  en  aan  de  op  den  voorgrond  liggende  „Verdorde  Laurier  van 
vitxeroy",  „Berooide  Pluim  van  de  longe  ïallard",  ..Doodlijke  Laurier 
van  't  KONINGS  huis',  „Beijerse  verdobbelde  praalpluim",  ,,Beyerse 
verslenste  Laurier"  en  „'t  Overschot  van  Berwyks  zwaard  voor  Alcan- 
tara  geschaard' ;  terwijl  de  verzen  onder-  en  de  tekst,  boven  den  vorigen 
staat  in  boekdruk,  hier  in  de  plaat  zijn  gegraveerd. 

Het  inschrift  in  hot  vaandel,  dat  uit  de  herberg  steekt,  is  hier:  „Pour 
le  grand  Coc,  qui  Deviendra  tot  petit",  om  de  afbeelding  van  een  haan. 
Verder  zijn  er  de  volgende  inschriften  bij  gegraveerd;  tusschen  de  wnii 
en  het  rechterbeen  van  den  boer:  „Alarm  bij  de  Boerë  Men  sal  se  n*et 
loerë";  rechts  van  de  wan:  „'k  Doe  door  mijn  wan  Veele  in  de 
ban".  Achter  den  jongen  met  den  hoorn,  staat  overdwars:  „Ik  breng- 
quaad  niews  ik  hoef  niet  luid  te  bielsen  Verslagen  zijn  al  'sKonings 
noble  bflae",   daarnaast,  kleiner  en   eveneens  overdwars:    „So    wij    de 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701"  85 


brandklok  niet  en  luidden  Ons  d'Adel  als  de  duvel  bruide '.  Lan^  ge- 
zicht en  schouder  van  den  boer:  ,,Ik  draag  de  Pluim  van  villerooy 
Vry  lichter  in  de  wan  als  hooy'.  Deze  plaat  komt  in  twee  staten 
voor;  zQJtder  en  mtt  het  No.  13  in  den  rechterbovenhoek.  Het  adres  is 
hier:  ,,-4  Bóurdeaua:  ehez  L.  Ie  Vannier.'" 

*3199.  —  11».  ,.Aparition's  de  Iüpiter".    (Muller   No.  3053). 

Inschrifl  in  een  lint  gegraveerd  boven  de  voorstelling  van  Jupiter,  dio, 
met  aartshertog  Karcl  en  Philips  v  (van  Anjou),  als  pretendenten 
voor  de  spaansche  kroon,  op  de  wolken  verschijnt  aan  de  verbaasde 
Spanjaarden.  Hij  stelt  het  volk  voor  de  vraag  wien  zij  als  koning 
bcgeeren  en  dit  antwoordt,  volgeus  den  tekst,  tot  driemaal  toe,  met 
het  dubbel  chrono.sticou :  ..non  DVCeM  gaLLIse"  (1706)  .,ast  arChl- 
DVCeM. '  {1706).  Onder  de  plaat,  in  boekdruk,  links  een  kolom  holland- 
schen-,  rechts  franschen  tekst,  met  het  opschrift  boven  beide  ,,De  VBR- 
SCHYNIN6B  van  JUPITER  aan  de  SPANJAARDEN."  Onder  den  franschen 
tekst  het  adres:  ^,Sur  la  Copie  de  Jarques  Bartolcmi  ü  Barcelone.  Il  se 
veml  êix  sols  la  piece.'' 

3200.  —  11».    Dezelfde  plaat.    Andere  staat,    (Muller  No.  3034). 
Deze  en  de  vorige  staat  zijn  te  onderkennen  aan  zeer  kleine  verschillen 

in  den  boekdruktekst  onder  de  voorstelling;  ik  geef  daarvan  alleen  aan 
dat  in  het  woord  „Copie"  van  het  adres,  de  C  die  in  den  boven  beschrevenen 
een  romeinsche  was,  in  dezen  een  cursieve  is. 

De  prent  is  zeer  vrij  nagevolgd  in  het  .,Byvoeg8er'  plaat  33.  Is  de 
hierboven  beschrevene  langw.  infol.,  de  voorstelling  is  daar  ^angw.  in-i®. 
Dilar  ligt  „Louis"  voor  ,.Iupiter"  op  de  wolken  geknield.  Links  van  deze 
groep  staat  boven  in  de  plaat:  „louis  bid  iupiter  om  Vrede  in  nood 
Die  hem  (tot  dat  hij  sp.vnie  aanbied)  .verstoot";  daaronder  een  poort 
van  .,Ma  drid''.  In  het  kleed  van  één  der  toeschouwers  staat:  ,,La 
Chaise";  boven  het  hoofd  van  den  meest  rechts  staanden  persoon:  ,.Ber- 
wijk";  links,  onder  een  man  met  een  kardinaalsstaf:  ,,Portocarrero". 
Boven  de  plaat,  in  drie  kolommen,  een  vers  van  120  regels:  .,(1)  Ach! 
Vader  Iupiter!  ik  moet  mijn  nood  u  kldgê",  enz.  met  opschrift:  ,,Orakel 
spraak  van  iupiter  tot  louis  over  'tniewe  oproer  te  Madrid;  om  de 
Vloot  der  Bondgenoté"\  onder  de  voorstelling  een  fransch  gedicht  van  118 
regels:  ,.1  HelasI  Pere  lupin!  ótez  mes  grands  malheurs",  enz.  met  op- 
schrift: .RKPONSE  «f  ORACLE  de  IUPITER  (t  LOULs;  coucemant  la  nomclle 
RKvoLUTiüN  de  MADRID  P^^''  kt  FLOTTE  ALLiEB  cjV',  en  het  volgend  tijd- 
vers aan  het  einde:  .,p.\,CeM  nonne  pet  as  a  IoVe;  oaLLe,  DeoV' 
;i706).  alles  gegraveerd. 

3201.  —  1^.  „LB  Benveksbment  de  la  Monarchie  universelle  Ou 
1'  Hommages  des  Peuples  d'  Espagne  a  Charles  III  a  Madrid  Ie 
21  luin  1706".    (Muller  No.  30B5). 


Digitized  by 


Google 


86  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE.  .  .  1701' 


luHchrift  gegraveerd  in  een  Hat.  aan  de  uiteinden  door  twee  engeltjes 
en  in  't  midden  door  een  Faam  gehouden,  boven  de  afbeelding  van  de 
hulde  der  Spanjaarden  aan  Karel  iii,  die  links,  ongeveer  in  't  midden  der 
plaat,  afgebeeld  is,  den  degen  ontvangende  van  een  vóór  hem  geknield 
Spanjaard.  Aan  weerszijden  van  't  lint  een  medaille:  lipiks  boven  ..La 
"Victoire  de  Ramilli  du  23  May  1706.  met  onischrift:  ..Lu<lovicus 
magn  us.  Anna  maior.";  rechts  boven  .,La  levée  du  Siege  de  Barcelone 
Ie  12  May  1706",  met  omschrift:  ..Percvte  me  ne  dicatur  qvod  a  femina 
interfectvs  sim.  Ivdic  e.  9."  Buiten  den  rand  van  dezen  laatsten  penning 
staat  nog:  „Dominus  Tradidit  eum  in        manus  Foemiuaj.  Jud.  16". 

Onder  de  plaat,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk,  met  het  opschrift : 
De  OMKERINGE  van  de  ALGEMENE  MONARCHIE.",  links  een  holland- 
scho,  rechts  een  fransche  verklaring  der  plaat,  waarvan  de  eerste  eindigt 
met  ..Zyn  Majesteit  Karel  de  III  heeft  by  Procuratie  31.  Jun}',  van 
de  Spanjaarden  de  Huldinge  ontfungen.",  terwijl  hieronder  als  adres  staat 
..A  Londres  chez  Hcnricus  Moors.  &  se  vend  six  sols."  De  fransche  tekst 
eindigt  wel  met  denzelfden  zin.  doch  tusschen  de  lalijnsohe  spreuk  uit 
Judith  XVI  en  dezen  laatsten  zin.  is  in  dezen  staat  een  opsomming  ge- 
plaatst van  de  gemaakte  veroveringen;  dit  begint:  ,.Ce  qui  donnc  Ie 
dernier  coup  de  Pinceau  ft  cetterepre.sentation,"' enz.;  daar  onder  geen  adres. 

Deze  staat  komt.  in  zeer  scherpe  afdrukken,  voor  in  't  exemplaar  van 
den  ..Almanach  1701"  van  's  Rijks  Prentenkabinet  en  in  dat  van  den 
heer  A.  J.  Nijland. 

^3202.  —  12*.  Dezelfde  plaat.    Andere  staat.    (Muller  No.  3055  noot]. 

Deze  staat  is  gelijk  aan  het  exemplaar,  dat  door  Stephens,  Cat.  Brit. 
Mus.  onder  No.  1453  beschreven  wordt.  Achter  den  aangehaalden  tekst 
uit  Judith,  volgt  hier:  ..Cronique  sur  Ie  temps  present.",  waarachter 
dan.  in  twee  kolommen,  achttien  tijdverzen  zijn  afgedrukt.  De  veel  matter 
en  slechter  afdruk  bewijst  duidelijk  dat  dit  een  latere  staat  der  prent  is. 
Het  door  Muller  geopperde  vermoeden,  dat  onder  den  hollandschen  tekst 
eveneens  de  latijnsche  tijdverzen  zouden  afgedrukt  zijn.  blijkt  onjuist. 

De  plaat  komt  zeer  verkleind  voor  in  ..Byvoegsel"  j)laat  25.  Zij  is 
daar  op  de  volgende  wijs  ingedeeld:  tusschen  een  hollandsch  vers  van 
li8  regels,  in  drie  kolommen,  met  op.schrift :  ,. Tweede  o.NDEKWKKriNt;  der 
Afoevalle  sp.^niaarde  aan  k.\rel  lil,  op't aannaderë  der  "Vloot",  aanvan- 
gende ..Ruim  op  il)  lan  hagel  zwicht  voor  (2;  Bondgenootse^kiole' en  een 
fransch  van  114  regels,  dat  begint  met  ..*FuiezI  poltronsfuiez!  Des  Alliez 
*laFlotte'  enz.,  en  tot  opschrift  heeft:  ..Second  iiomm.vgl:  des  espacjnols 
retournez  è  charlk.s  111,  et  Retnate  des  piiimppins'',  dat  door  een  lijn  afge- 
scheiden is  van  het  vers  en  dus  onderin  bij  de  afbeelding  zelve  staat,  is  de 
voorstelling  geplaatst,  die  in  beeld  brengt  wat  in  de  opschriften  aangegeven 
is.  Links  staat  ..cahoix's  UI"  met  zijn  gevolg;  rechts  de  buigende 
Spanjaarden,    lu   't  midden   boven  deze  groep  het  tijdvers:  „non  Lente 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS :  „ALMANACK  BKOINNKNDB  .  ..  1701"  87 


ET«  Maonos  CaroLo  8B  sVbDerk  Iberos  .  Links  daarvan,  door  lijnen 
afgezet,  de  voorzijde  eener  medaille,  met  randschrift:  ..Loui«  om  Vrêo 
biJ's  Vijands  Pallas  Die  haar  voor  eerst  houd  of  ze  mnl  was",  daar  onder 
..Berwijk  vlucht  op't  gerucht  van  de  Vloot".  Rechts  de  keerzijde  der 
medaille,  waarop  een  kasteel  met  omschrift:  ., Philip  valt  van  Castieljen 
af  Tot  Spanjes  Zege,  Vrankrijks  gtraf".  daaronder:  ..Geallieerde  Vloot, 
voor  Spanje  1706".  Tu-sscheu  deze  twee  afbeeldingen  staan  nog  14  regels 
onder  de  scheidingslijn  van  't  hollandsch  vera  en  de  voorstelling. 

Van  deze  prent  zijn  twee  staten,  een  zonder  en  een  mft  het  volg- 
nommer  25  rechts  bovenin. 

3iÜ3.  —  13».  „DE  GROOTE  ECLIPSIS  IN  DE  ZON."  (N.  b.  M) 
Opschrift  boven  een  holland-sche  en  een  frans<'he  verklaring,  alles  iu- 
boekdruk,  van  een  zinneprent  op  't  verlies  van  Barcelona.  In  't  midden 
der  plaat  zit  koningin  Anna  onder  een  troonhemel,  waartegen  het  wapen 
van  Engeland  ia  aangebracht.  Zij  plukt  een  haan  , Frankrijk),  dien  zij 
op  haar  schoot  heeft  Boven  den  troonhemel  staat  de  door  de  maan 
verduisterde  zon,  een  eklips  die  plaats  had  op  den  dag  waarop  't  beleg 
van  Barcelona  opgebroken  werd  en  waarin  een  zinnebeeld  van  den  va! 
van  Lodewijk  iiv.  Ie  rot  soleil.  gezien  werd.  Aan  weerszijden  van  den 
troon  verscheiden  aanzienlijke  personen.  Aan  den  voet  van  den  troon 
ligt  een  distel,  doelende  op  Anna's  afkomst  uit  thuis  Stuart.  In  den 
rechterbovenhoek  [de  tekst  zegt  linker)  is  afzonderlijk  de  sb<j  bij  lliiraillies 
afgebeeld,  terwijl  men  in  den  linker  Lodewijk  xiv  ziet.  op  een  troon 
gezeten,  naast  Madame  de  Maintenon.  In  den  linkerbenedenhoek  het 
verdrijven  der  fransche  vloot  voor  Barcelona.  Deze  staat  beschreef  ik 
naar  een  zeer  scherpe  en  zeker  een  eerste  druk  dezer  plaat,  in  den  almanak 
van  den  heer  A.  J.  Nijland. 

32ÜK  —  13».    Dezelfde  plaat.     Andere  staat.     (Muller  No.  3056). 

Deze  staat  is  een  latere,  veel  zwakker  van  afdruk.  De  tekst  is  van 
beiden  gelijk,  maar  aan  t  opschrift  is  ia  een  tweeden  regel  toegevoegd: 
„Die  zig  den  13.  May  17Ü6,  aan  den  Hemel  heeft  vertoond',  en  onder 
den  tekst  het  adres  ..Sur  la  copie  de  Lond^'es  par  Jean  Mossel  Of- 
schoon dit  reeds  voldoende  tot  onderscheiding  is.  zijn  er  in  den  overigens 
zeer  nauwkeurig  gekopiéerden  tekst  enkele  zeer  kleine  verschillen,  zoo 
staan  bijv.  in  den  13ea  en  14en  regel  v.  b.  van  den  hollandschen  tekst 
in  't  vorig  exemplaar  de  rijmwoorden  .,overkrayen "  en  ..ontdrayen'  ;  dit 
laatste  woord  v&  bij  MuUers  exemplaar  „ontd ragen '  geworden ;  en  in 
den  vijfden  regel  v.  b.  van  den  franschen  tekst  daar  Louis",  hier 
„Louis",  enz. 

Deze  plaat  ia  verkleind  nagevolgd  in  't„ByvoegLel '  plaat  24  en  heeft 
d&iT  de  volgende  inschriflen:  onder  de  vrouw  op  den  troon:  .,an>a 
KEGiiijC''   rechts    vau    bet  wapen  van  Engeland  zit  hier  een  .^Astronomc 


Digitized  by 


Google 


88  LUSTHOF  VAN  MOMUS :  ..ALMANACH  BEGINNENDE.  .  .  1701*' 


Fraticois\  met  een  kijker  turend  naar  de,  hier  veel  meer  dan  in  de 
oorspronkelijke  plaat,  verduisterde  zou,  waaromheen,  van  boven  af  eu 
van  links  naar  rechts,  de  volg^ende  planeelteekens  en  namen  .staan: 
,,Satumu8  V;  „lupiter  %.\  ,,Mars  d*  'i  -?  Venius";  ..^  Mercurius"; 
terwijl  rondom  de  stralen  der  zon  het  tijdvers  staat  ..boLIs  pkeLVnaM 
ah!  hokrenDa  kn  speC'tra  tenebr.k '.  In  lijstwerk,  links  boven  in  deze 
voorstelling  „Maintenon"  en  ..Louis"  op  den  troon,  rechts  van  hen  de 
., Franse  Krijgsraad ',  vóór  hen  geknielde  lieden  een  papier  aanbiedende, 
waarop  „Au  Roy";  links  onderaan,  omlijst,  een  zeeslag,  waar  boven 
„(Jeallieerde  Vloot  En  Espanje '.  Boven  de  personen  aan  weerszijden 
van  den  troon:  ..Govange  Franse  Ofticieren",  zooals  links-,  ..OfHciers 
Frangois  emprisonnez '  zooals  rechts  boven  de  hoofden  staat;  in  den 
rechterbovenhoek  is  nu  echter  de  afzonderlijke  voorstelling  als  het  ..ont- 
zet VAN  Turin'  anngeduid;  de  tekst  bij  de  oorspronkelijke  plaat  noemt 
het  Ramillies.  Boven  de  voorstelling  on  door  een  lijn  er  van  afgescheiden 
een  hollandsoh  vers  van  118  regels:  ..De  Franse  Zon  wel  eer  deed  grote 
wonder  dadê ',  Qwt.  met  opschrift:  ..Naweeue  van  d' ECLIPS  der  FRANSK 
ZON  verduisterd  door  de  BRITSE  MAAN  en  de  VERBONDE  PLANETEN*'; 
onder  de  voorstelling  een  114-regelig  frans  vers:  .,Soleil  Francais 
f^ui  fit  des  artes  maguitiiiues',  enz,  waarvan  boven  de  scheidingslijn  het 
opschrift  staat:  ,.Mauvaises  consequences  de  T  ECLIPSE  du  SOLEIL 
FRANyOIS  obscurci  par  la  LUNE  d' ANGLETERRE  et  les  Planetes 
Allii:z  '. 

Ook  van  deze  plaat  zijn  twee  staten:  zonder  en  niet  nommer  in  den 
rechterbovenhoek.     Al  het  vermelde  is  gegraveerd. 

Stephens.  Cat.  Brit.  Mus.  Xo.  l-l-Sl  beschrijft  een  nog  meer  verkleinde 
kopie,  die  voorkomt  in  de  Foems  on  A  fairs  of  State.  Vol.  IV.  Suppl. 
port,  en  onder  No,  1432  een  duitsche  kopie?.  De  plaab^ing  is  daar 
absoluut  foutief. 

*3205.  —  14».  ..ARRIEKE  BAN."     (Mullcr  No.  3Ü5Ü). 

De  oorspronkelijke  plaat,  door  Muller  onder  No.  3060  foutief  als  plaat 
14<^  beschreven,  ziig  ik  niet.  De  hier  aanwezige  (li^*).  (ook  bij  den  heer 
Nijland).  is  er.  volgens  de  beschrijving  bij  Muller  echter  een  slechts 
weinig  gewijzigde  volgende  staat  van.  Zij  heeft  bovenstaand  inschrift 
in  het  vaandeltje  van  den  keurvorst;  in  het  voetstuk,  waarop  hij  staat 
om  den  balkenden  ezel  te  bestijgen,  zijn  nog  duidelijk  de  sporen 
zichtbaar  van  het  fransche  4  regelige  verfje  dat  in  de  oorspronkelijke 
prent  te  lezen  was.  Het  slotwoord  ..Burlesque"  van  den  eersten  versregel 
is  b.  V.  nog  zrcr  goed  te  zien.  Nu  staat  er  een  Ö-rcgelig  hollandach  vers 
voor  in  de  plaats,  beginnende:  ..Te  paard,  allons.  vive  Ie  Roy!"  enz. 
In  't  geheel  zijn  er,  behalve  het  boven  medegedeelde,  slechts  drie  in- 
s'-hriften  in  dezen  staat  der  plaat,  n.  1.  rechts  hij  drie  mannen  die  tegen 
een  berg  op  gian:    „(Jheyaux  legers',  bij  drie  anderen,  daaronder:   „Ca- 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOHUS  :  „ALMANACH  BKGINNKNDE  . . .  1701"  89 

rabinie  re."  en  links,  aan  weerszijden  "van  den  rechtervoorpoot  van  den 
ezel:  ».Fuae  liers".  Op  het  schild  van  den  keurvorst,  die  met  één  houten 
been  afbeeld  is,  drie  kikkers  met  bijschrift:  „Peur  la  Gloire  des 
vieux  Gaulois".  Aan  iedere  zijde  der  prent  de  helft  van  een  hollandsch 
vers  in  boekdruk:  „Met  Vasteuavonds  Rommelpot.''  enz.  dat  tot  op- 
schrift heeft:  „Het  hof  van  MaGNUS  AnGÜSTVS  Op  Stelten.'  en  tot 
onderschrift:  ,.Sic  transit  Ohria  Mundiy  In  dezen  staat  is  de  prent 
zeker  afzonderlijk  uitgekomen. 

3206.  —  14».    Dezelfde  plaat.     Andere  staat.    (Muller  No.  3058}. 

Deze  staat  komt  voor  in  den  almanak  van  1701,  met  de  volgende  verande- 
ringen: In  den  rechterbovenhoek  is  een  afbeelding  van  de  zoneklips van 
12  Mei  1706  gegraveerd;  de  zon  staat  daar  rechts  en 't  drie-regelig  inschrift 
is:  ..Ban  en  ariër  b.\n7/  te  Water  en  te  Laftd,//  hj  Son  Eclips'\  De  in- 
schriften  zijn  hier  met  drie  vermeerderd,  n.1.  rechts  onder  ..Chevaux  legers" 
met  twee  regels:  „Lichte  Paarden//  Zwaar  van  Waarden.";  links  met 
twee  (4)  regels  boven  den  kop  van  den  ezel :  „'k  Zal  stryen  als  een// 
Alexander//  met  dese  3choorsteen-//veger8  stander."  en  twee  boven  't  hoofd 
van  den  keurvorst:  ,,Ik  kyck  eens  naade  Zeeban//  Of  die  haast  van  de 
ree  kan".  Links  naast  de  prent  een  hollandsch  vers,  in  boekdruk,  met 
opschrift:  .,DE  VERVELDE  BANder-hekr//  Van  beykren,  op  stelten,  rei- 
dende//  als  capitein  van  de  ban  en//  arrier-ban.  van  ll;ide-//wyk  de 
benaaude  angustus.';  rechts  een  fransch  vers.  waar  boven  staat: 
.,L'ELEOTEUR  BANni//  Ou  Ie  capitaine  ueneral  du//  ban  ^carrier 
-BAN,  pour  se  ven-//ger  des  Victoires  emportées  par  les  Al-//  liez  en 
Espa^ne  &j  aux  PalsBas.''  De  verzen  aan  weerszijden  zijn  langer  dan  de 
plaat,  de  opene  ruimte  onder  de  gravure  is  aangevuld  met  het  volgend 
onderschrift  in  boekdruk:  .,vraao  en  antwoord  ra/»  pa squin  ««  marfokio, 
onlanffs  te  romen  aan{jeplükt'\ 

„Marforio.  Quem  vultis  pro  Rege  vestro  CAROLUM  aut  PHILIPPÜM  V 
Dat  is;  Wkn  wild  gylieden  tot  itfven  Konin//  hebben.  KATLEL^/VHlhlV^i 

l  +  NON  DVCeM  oaLLI^;  1706.  )  ^«-   ^^^'    ''''    '^'''  ''-^'^ 

^^^""••i  '  AST   arChIDVCeM.        1706.    i   *'»    ''  ^''''''^'''  '''^^'''  ^' 
\  )   Jaar  tal  1706.  uit. 

+  Niet  de  Franse  H.crtofj\        *  maar   den   Aartshertog ^ 

Onder   het  hollandsche  vers  in  boekdruk,  links  van  de  plaat,  staat  het 

verdichte  adres:  „Tof  Duinkerken  hj  'Emanuel  Bannus.'' 

3207.  —  14».  Dezelfde  plaat    Andere  staat    (Muller  No.  3057). 
Deze  variant  verschilt  alleen  in  't  zetsel  van  de  verzen  aan  weerszijden ; 

ik  geef,  als  't  meest  in  't  oogvallend,  de  opschriften  zooals  ze  hier  ver- 
deeld zijn: 

,.De  VERVKLDK  BANdbr-ueer//  van  BEYBREN,  op  stelten,  reidende 
als//   CAPITBIN   van  de  BAN  en  AR-y^RIEB-BAN  van  LuiDEWYK  de// 


Digitized  by 


Google 


90  LUSTHOF  VAN  MOMUS  I  „ALMANACH  BBGIXNENÜE  ...  1701' 


benaauwde  AnGÜSTÜS."  „l'ELKCTEUR  BAN  ni.//Ou  leCAPlTIANK 
>ic/  OUNBRAL  du//  BAN  fe  ARRI  ER-BAN,  pour  se  ven// ger  des  Victoired 
remportëe.i  par  les//  Alliez  en  Espaf/ne  &  aux  PaisB(u''  Ouder  de  plaat 
staat  hier  „Vraag  en  antwood  (sir)  van  Pasquin  en  Marforio."  enz.  bij  den 
vorigen  , .Vraag"  en  antwoord"  enz.  Ik  beschreef  dezen  stant  naar  het 
exemplaar  uit  's  Rijks  Prentenkabinet.  Stephens.  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1471 
vermeldt  dien  met  ..antwoord'  in  't  onderschrift.  Onder  No.  3061  vermeldt 
Muller  nopr  een  variant  in  de  bibliotheek  te  Gent,  welke  ik  niet  zag. 

»3208.  —  li*.  Dezelfde  voorstelling.  Andere  plaat.    (Muller  No.  3062). 

Tamelijk    nauwkeurige    en    niet    slecht    uitgevoerde    kopie.      Boven 

de    hoofden    der    drie    peiwonen    recht.*^,    onder    wie    ..Chevaux    legers' 

staat,   leest   men    hier   ..Staa        vast   te    br«ij//dat   gaa      ter   naa  toe.' 

Aan    weerszijden    van    het  houten  been  staat:  ,.8aa  spr      iü  op  'tis//  tijt 

nae      Tuirin."     Het    vers:    „Te    paard,    allons,    vive   Ie  Roij;"  vult  hier 

het  goheele  voetstuk,  terwijl  bij  't  vorige  aan  weerszijden  ruimte  open  is. 

Het   verfje   boven   den    ezel    ia  hier  op  de  volgende  wijze  in  regels  ver- 

II 
dceld:  ,,'k  Zal  strijen  aL*j//  een  Alexandcr//  lUet  dese  schoorstee//   vagers 

Stander" '.  De  afzonderlijke  voorstelling  in  den  rechterbovenhoek  is  onge- 
veer dezelfde  als  van  de  .staten  14-*  eu  *;  alle  toonen  duidelijk  dat  de 
maker  do  hiervoren  onder  No.  30S3  beschreven  plaat  (Muller  No.  32U6) 
heeft  gekend;  op  den  voorgrond  toch  zijn  in  dit  klein  bestek  dolfijnen 
en  zeemonsters  afgebeeld,  waarop  Lodewijk  xiv  en  anderen  zitten.  Zoo- 
wel deze  als  die  beide  zijn  gravures  gr.  in-4".  uit  de  school  van  R.  de 
Hooghe.  In  dezen  staat  zijn,  aan  weerszijden  der  plaat  en  er  onder,  geen 
verzen  of  onderschrift  in  boekdruk. 

Plaat  11  van  het  j.Byvoegsel"  is  een  grootere  en  zeer  grove  kopie 
dezer  voorstelling,  met  de  volgende  gegraveerde  inschriften.  Links  bovenin 
,,De  groote  FRANSE  BANd-REKEL  met  de  BANnier  van  BANgheid,  in 
geen  gevaar  lang  bankende";  daarnaast,  in  den  rechterbovenhoek,  ook 
hier  een  voorstelling,  alleen  een  zevental  schepen,  doch  breeder;  de  zon- 
eklips  links;  midden  bovenin  het  2-regelig  inschrift:  ,.BAN  en  ARRIBR 
BAN  in  ZKK  *y  zon  eclips'  en  met  ondei*schrift:  „IVrc  Schepen  koute 
mannen  Zullen  's  Vi/and^  Vloot  vet'B\'snefi\  Bij  de  punt  van  den  degen 
van  den  keurvor.st  van  Beieren,  die  op  de  vroeger  beschrevene  tot  in  de 
afzonderlijke  voorstelling  in  den  rechterbovenhoek  reikte,  maar  daar  deze 
plaat  grooter  is  hier  er  onder  blijft,  staat:  ,,Myn  Philiipy  nsc  zwaard 
Is  duzend  duitê  waard  't  Is  nimm  er  nog  geschaard  Zo  beeft  Anjou 
"t  bewaard  En  my  op  't  laatst  gegeeven  Om  te  stryen  voor  zijn  leven '; 
dïiar  onderzijn  een  struisvogel  en  een  haan  afgebeeld  met  onderschrift:  ,.Decs 
Haan  en  Struis  gepaard,  der  Fransen  aard  afmèlen  Die  minder  kam- 
pen, als  met  Struia-gepluimte  prdlen".  Op  het  schild  van  den  keur- 
vorst leest  men  hier:   „Pour  les  3  faux  Rois        en  France";  inxijnvaan- 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  M0MU8  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701"  91 

(lel:  „BAN  &  ARRIER  BAN  Par  TfiRRB  et  par  Mer"  ;  boven  zijn 
hoofd:  ..Ik  kyk  eens  na  de  Zee  Ban  Of  die  haast  van  de  ree  kan"; 
lan^  den  Taandelstok:  .,'kZal  fitryen  als  een  Alexander  Met  dese  schoor- 
Bteen  xègeTs  Stander';  bij  de  bovenste  veer  van  zijn  muts:  ..Dit  is"  de 
..beste  veer  van  de  Haan  zyn  staart  Die  word  door  mij  in  tyd  van  nood 
bewaart";  bij  de  onderste:  ,.De  snurkers  passen  pówe  veeren  Helaas!  nu 
doet  men  't  ons  verleren".  Onder  het  hoofdinschrift  een  é^reffelig  versje, 
in  drie  regels  gegraveerd:  ,,Ik  BANge  Hopman  moet  nog  soljers  gaan 
verga  ®  Op  die  conditie,  dat  z'  in  't  veld  niet  digt  en  nad'ren  Ik  draag 
zo  lang  het  vaan.  Dat  wijst  de  BANgheid  aan".  Bij  den  rechtervoorpoot 
van  den  ezel:  ..Fuse  liers';  bij  de  onderste  mannen  rechts :  „Carabi- 
niers";  bij  de  bovenste  „Cheveaux  legers  Lichte  Paarden  Zwaar  van 
waarde".  In  het  voetstuk  hier  een  8-regelig  vers:  ,.Ter  ezel;  niet  te 
paard:  wij  komen  tyds  genoeg'  enz.  Onder  de  voorstelling  is  hier  de 
,  vBAArt  en  ANTWOORD  vüH  PASQUiN  «I  MARFORio,"  iu  de  plaat  gegraveerd, 
die  bij  de  vorige  in  boekdruk  er  onder  waren  geplaatst.  Rechts  bovenin 
het  volgnommer  ,.11".  Van  deze  bijvoegsel  prent  is  een  andere  staat,  hier 
mede  aanwezig,  met  dezelfde  verzen,  in  boekdruk,  aan  weerszijden  der 
plaat,  welke  bij  den  staat  lé»  hier  voren  is  geplaatst. 

3209.     —     15».      „CAROLLS    III.    D.     G.     IIISPANIARUM     ET  INDIARÜM   BEX." 

(Muller  No.  3061). 

Opschrift  in  boekdruk  boven  een  vers  van  dertig  regels,  in  twee  kolom- 
men, onder  een  afbeelding  van  Karel  n  ten  voeten  uit,  naar  rechts 
gekeerd,  de  kommandostaf  rustend  op  de  linkerheup;  vóór  hem  een 
Lifel,  waarop  kroon  en  scepter;  achter  hem,  over  den  geheelen  achtergrond, 
ccn  prospekt  van  „Madrid"  met  de  „Mancanares  R. "  er  vóór;  boven 
zijn  hix)fd,  in  boekdruk:  „rItE  TEN  ES  6  sCkPTRA  POTES  GaL- 
LosqVE  DoMaRE.**,  met  zijn  linkervoet  staat  hij  op  het  „Tos- 
ta=m  (en)  t  (v;an  (Po)rto  (C.oirero' .  Links  van  de  plaateen  hollaudïich 
vers  met  opsjchrifl:  ,,OOSTENRYK  Zefjenpt-aalende  aaa  't  Bof  van  SPANJE, 
Of  INTREDE  tan  K^^  KAREL  IU.  tot  M.vDRiD,  d(7t  27  Jwwa  1706.";  rcchts 
ten  fransch  waar  boven  staat  ..l'Entróe  triomphante  dn  ROY  CHARLES 
III.  a  la  Cour  D'  ESPAGNE,  Le  27.  Juin  1706."  Onder  het  SO-regelig 
vers  onder  de  prent,  nog  een  4-regelig.  in  twee  regels  gedrukt,  met 
hot  opschrift:  ..Tot  de  beschimpers  vafi  ons  Klagend  Vrankryk,  Discipels 
van    J.    Nescio.".    Beschreven  naar  het  exemplaar  van  den  heer  Nijland. 

•3210.  —  15».  Dezelfde  plaat.    Andere  steat.     (Muller  No.  3063). 

In  dezen  staat  zijn  de  volgende  verschillen:  Iets  hooger  dan  de 
plants.  waar  bij  den  vorigen  het  tijdvers  staat,  is  het  nu  gegraveerd, 
terwijl  men  het  er  in  boekdruk,  zeer  slordig,  nog  eens  onder  heeft 
gezet;  evenzoo  is  het  met  het  opschrift  van  het  vers  onder  de  plaat, 
waar    men    in    den    ondersten    plaatrand    nog    eens   gegraveerd   heeft: 


Digitized  by 


Google 


92  LUSTHOF  VAN  MOMÜS  :  „ALMANACH  BËGINNKNDË  ...  1701' 


„CAROLUS  UI.  D.  O  HisPANiARUM  KT  iNüiARüM  Ekx."  Ook  de  Op- 
schriften boven  de  verzen  aan  weerszijden  der  plaat  zijn  eenigszins 
verschillend  van  de  eerste,  waarom  ik  ze  hier  ook  afschrijf:  .,OOSTENRYK 
Zftfenpraalmde  aan  't  Hof  tan  SPANJE.  Of  intrede  van  koning  karel  iii. 
tot  MADRID,  den  27  Juny  1706.";  ..VEntrée  triomphante  da  ROY  CHAR- 
LES  III.  a  la  Cour  D'ESPAGNE,  Le  27.  Juin  1706. ' 

Bijvoegsel  No.  18  is  een  kopie  dezer  prent.  De  verzen,  die  in  het 
oorspronkelijke  in  boekdruk  onder  de  p^ravure  staan,  zijn  hier  onder  in 
de  plaat  gegraveerd,  met  het  opschrift:  ..carolus  iii,  d  g  .  hispania- 
RUM  et  iNDiARüM  REx"  en  het  éregelior  versje:  „Tot  de  Beschimpers".  enz. 
onder  de  tweede  kolom.  De  ruimte  tusschen  ..d  o'  en  ..hispaniahuu" 
wordt  ingenomen  door  het  ..Testament  van  roRTO  carkro",  waarop 
de  koning  hier  zijn  rechter-,  in  het  oorspronkelijke  zijn  linkervoet 
zet.  De  tafel  met  kroon  en  scepter  er  op.  staat  achter  den  koning, 
die  met  den  kommandostaf.  welke  hij  in  de  rechterhand  heeft,  op  de 
tiifel  steunt;  rechts  van  hem,  op  den  achtergrond:  ..m.vdrid"  en  de 
„Mancanares  R".  Daaronder  twee  4-regelige  verzen,  met  opschriften: 
„Tot  de  Valse  Spaanse  Notaris"  en  ..Tot  de  Hartog  van  Barwijk''. 
Boven  in  de  plaat  is  een  30  regelig  vers.  in  twee  kolommen:  ..Dit  Hoofd 
Europaas  *  Hoofd  zacht  zinnig  zal  regeeren"  enz.  dat  van  de  voorstelling 
afgescheiden  is  door  het  tijdvers: 

..rIte  tenes  o!  sCeptra  potes  oaLLo-si^Ve  DoMare".  Boven  de 
tiifel,  achter  den  koning,  is  de  geheele  ruimte  met  versregels  gevuld  en 
boven  Madrid  zijn  er  eveneens  nog  achtent^^nntig  gegraveerd,  zoodat  er 
letterlijk  bijna  geen  wit  plekje  in  de  prent  is.  Links  onderin  de  plaat 
het  adres:  .,t' Amsterdam  bij  C.  Allard  op  den  Dam  m.  Priv:".  Aan 
weerszijden  der  plaat  dezelfde  verzen  in  boekdruk,  die  bij  de  oorspron- 
kelijke staan. 

Ook  van  deze  plaiU  zijn  twee  staten  n.1.  zonder  en  mé'^  het  volgnommer 
18  in  den  rechterbovenbovenhoek,  waarvan  die  met  het  nommer  hier  aan- 
wezig is.  Stephens  Cat.  Brit.  Mus.  beschrijft  haar  onder  No.  ll-S*. 

^3211.   -  16».  „UET  KLAAüEND  VRANKRYK."    (Muller  No.  3065). 

Opschrift  boven  een  nollrndsch  vers:  „Helaas!  waar  wil 't  noch  heen ?  ' 
enz.  in  boekdruk,  links  van  een  plaat,  waarop  Madame  de  Maintenon  is 
afgebeeld,  ten  voeten  uit,  van  voren  en  natir  rechts,  in  rouwkleeding, 
met  het  tijdvers  boven  haar  hoofd:  ,,NOS  FERA  BELLa  PREMVnT 
GaLLos  DefENSIO  rara"  en  een  3üregelig  vers,  in  twee  kolom- 
men, onder  de  afbeelding  gegraveerd,  aanvangende:  ..^^^i  niemand  hier 
beschoud  het  uit  end  mjner  \oeienll  Beduid,  dat  niemand  weet  op  welk 
een  voet  ons  Ryk//  Staat  in  dees  wankel  kryg",  enz.  Rechts  van  de 
prent  een  fransch  vers  met  opschrift:  .,LA  FRANCE  lamenta.nt." 
Vergeleken   met   een   paar   andere   exemplaren   van   dezen  zelfden  staat. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDK  ...  1701"  91< 


mant  dat  van  den  heer  Nijland  uit  in  scherpte  van  druk;  toen  ik.  daardoor 
oplettend  geworden,  als  ter  loops  de  teksten  eens  vergeleek,  bleken  deze 
onderling  nog  verschillend;  zoo  staat  er  in  het  exemplaar  hier  aanwezip: 
b,  V.  in  regel  8  van  boven  van  het  hollandsche  vers:  „Philippus  zwerft, 
en  neemt,  nu  hier  dan  daar  zyn  woning,"  terwijl  men  in  dhi  van  den 
heer  Nijland  leest:  ., Philip  nu  zwerft,"  enz.;  in  't  firansrhe  vers.  regel 
5  van  boven,  staat  in  het  exemplaar  van  Stolk:  ,.Tarhant  par  ce  dernir". 
bij  dat  van  den  heer  Nijland:  ,.par  ce  pouvotV]  een  proeve  te  meer,  hoe 
moeilijk  His  het  al  of  niet  bestaan  van  een  variant  te  constnteeren. 
Deze  staat  (ik  laat  in  't  midden  met  welken  tekst],  behoort  zeker  in 
deze  serie. 

Plant  15  in  het  ..Byvoegsel"  is  een  omgekeerde  kopie  van  de  hier 
beschrevene  plaat;  zij  heeft  aan  weerszijden  dezelfde  hollandsche  en  fransche 
verzen  in  boekdruk;  onder  in  de  plaat  dezelfde  gegraveerde,  en  bovenin 
het  tijdvers.  De  geheele  ruimte  rondom  de  figuur  van  mevrouw  de 
Maintenon   is   met   verzen    gevuld,   waarvan    ik   alleen   de  ncht  onderste 

regels   afschrijf:    men    heeft  vol  schrik//  Mons  opgepropt  zeer  dik// 

Met    zestienduizend    krijgers//    Die    alle   haast   als   rijgers//   wel    licht 

8ch van   angst//  En  vreezen  voor  de  vangst//  Ter  vangst  ook  Den- 

dermonde//  fiOO  zijn  gezonde",  omdat  daarin  eenige  tijdsaanwijzing  is. 
Midden  onderin  de  plaat  't  adres:  ..t' Amsterdam  by  C.  Allard;  op  den 
Dam  m.  P". 

Van  deze  plaat  bestaan  twee  staten,  één  zondfr  en  één  «i?/ volgnommer 
15  in  den  rechterbovenhoek.  De  staat  met  cijfer  heeft  ook  wel  links  een 
hollandsch  en  rechts  een  franach  vers,  beide  in  boekdruk,  maar  geheel 
verschillend  van  de  vorige  en  met  andere  opschriften.  Het  hollandsche 
vangt  aan:  ,.0I  Wee!  wat  gaat  ons  aan?  ach  I  Spanje,  Brabant  ach!' enz.: 
het  IVansche:  „Helas!  nouvaux  [sic)  malheurs!  Espagne!  Brabant!  Flandre!" 
enz,  Aan  de  voeten  van  de  Maintenon  liggen  nu  vier  papieren:  ..Trartant, 
van  Partage".  ..Testam^*  1  700",  „Vrede  Request  170fi",  „Munt  Briefjes". 
Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1456. 

3212.  —  16*.  Dezelfde  voorstelling.    Andere  plaat.  (Muller  No.  30GC). 
Omgekeerde   kopie  der  vorige  plaat,  waarin  aan  weerszijden  van  Mad. 

de  Maintenon  en  onder  de  afbeelding  het  hollandsche  vers  is  gegraveerd, 
met  de  lezing:  „Philip  nu  zwerft."  enz.  dat  dadr  in  boekdruk  er  naast 
stiiat.  Onder  het  tijdvers,  met  de  fout  ..paeMVnt '  voor  ,.preMVnt'\ 
staat  hier  het  opschrift  van 't  hollandsche  vers  gegraveerd :  ..hetklaaokkd 

frankryk". 

3213.  —  17.  „De  PAPIRB  KONING  of  de  vluchtende  Hertog  van  An- 
jou."  (Muller  No.  3067). 

Opschrift  boven  *t  hollandsche  vers  in  boekdruk  links  van  de  afbeelding 
van   Philips   v.   die  op  't  punt  van  het  koninklijk  paleis  te  verlaten,  met 


Digitized  by 


Google 


94  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701" 


zijn  depeen  een  schilderij  of  gobelin  aan  flarden  rijt;  in  de  linkerhand 
heeft  hij  de  kroon  en  verschillende  papieren,  waarop  men  leest:  ..Testa- 
ment.", ,.Archiven.",  „manifest.".  Onder  de  plaat,  in  boekdruk,  een 
32regelig  vers  met  het  tijdvers:  „Capto.  frango  Labans  pretIosa  ah! 
Desbro  et  aVLaM.''  tot  opschrift  en  een  öregelig  latijnsch  versje,  in 
twee  rijen,  waarboven:  „In  PhILIPPÜM  HlSPANIiK  REOEM  immkui- 
TUM  &.  EMERiTüM."  Rechts  van  de  prent  een  fninsch  vers:  ,.Le  ROY 
de  PAPIER,  Quittant  In  Cour  d'eSPAGNE.'* 

De  kopie,  No.  17  van  het  „Byvoegsel",  is  veel  kleiner.  De  hollnndsche 
verzen  bij  de  origineele  prent  links  van-  en  onder  de  plant  in  boekdruk, 
zijn  hier,  met  het  opschrift  „De  PAPIERE  KONING  Of  de  VLUCH- 
TENDE HO  tan  ANJOU",  in  drie  kolommen,  onder  in  de  plaat  ^Pi^ra- 
veerd  evennis  rechts  van  de  voorstelling  het  fransche  vers  met  opschrift: 
„Le  ROY  de  PAPIER,  Quittant  Ia  Cour  d'eSPAGNE.".  Boven  het  op- 
schrift van  het  hollandsche-  staat  het  tijdvers:  ..Capto,  franco  Labans 
PRKTlosA  ;  An!  DF.SF.RO  KT  aVLaM'  .  Het  6  regelig  latijnsche  vors  is 
hier  in  drie  maal  twee  regels  met  hetzelfde  op.«!chrift.  dat  dit  versje  in 
de  oors])ronkelijke  prent  heeft,  onder  de  kolommen  vnn 't  hollnndsche  vers 
geplaatst. 

Evennis  vnn  de  andere  is  ook  van  deze  een  stnnt  Touder  en  een  nfft 
volgnommer  17  in  den  rechterbovenhoek. 

*32I4..  —  18».  „CaMBIO   de   MILAN."  (Muller  No.  bOOS;. 

De  oorspronkelijke  prent  zag  ik  niet;  van  deze  is  het  opschrift, 
volgens  Muller  (S.  No.  3068  A):  „Arlequin  serrurier  et  Harpagon  ban- 
quier.",  terwijl  het  vers  begint:  ..Je  fays  dancer"  enz.  De  staat,  die  in 
dezen  almanak  als  plaat  18  behoort  en  die  aan  weerszijden  de  helft  van 
een  holland.sch  vers  heeft,  met  opschrift:  ..HARPAGON  den  Ouden 
Schrok  en  HARLEKYN  Smit.",  is  blijkbaar  de  veranderde  origineele. 
waarop  een  wisselaar  is  afgebeeld  rechts  bij  een  tafel  zittend.  Op  de  tafel 
staat  een  kastje  met  drie  laadjes.  waarop  de  volgende  inschriften:  „Testa- 
ment."; „(.'odicill.'',  ,.Administr"(atie).  De  wLsselaar  Harpagon  (Lodewgk 
XIV)  leunt  met  den  rechterelboog  op  dit  kastje,  terwijl  hij  in  dezelfde 
hand  een  goudschaaltje  heeft,  waarop  hij  de,  vóór  hem  op  tafel  liggende 
geldstukken  weegt;  boven  zijn  hoofd  ,,CAMBI0'  de  MILAN."  Tegen 
de  voorzijde  van  het  tafelkleed  zijn  vijf  medailles,  boven  drie,  onder 
twee,  afgebeeld;  bovenaan,  van  links  naar  rechts,  met  den  Leeuw  (het 
General iteitswa pen),  den  dubbelen  Arend  (het  Keizerrijk)  en  het  Bonr 
gondisch  kruis  (de  zuidelijke  Nederianden);  onderin  met  het  borstbeeld 
van  Lodewijk  xiv  en  dat  van  Philips  v;  onder  de  medailles  in  het  kleed 
,,CAMBIO",  Links  van  de  tafel  staat  Harlekijn  die  een  grooten  sleutel 
beziet,  terwijl  aan  zijn  gordel  een  sleutelring  met  allerlei  loopers  hangt. 
De  sporen  der  vroegere  opschriften  boven  de  fransche  gegraveerde  verzen 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  .  . .  1701"  95 


onder  de  plaat  zijn  nog  duidelijk  genoeg  zichtbaar  om  vast  te  stellen 
dat  dit  niet  hetzelfde  opschrift  „Harlequin  Serurier"  enz.  kan  zijn  van 
de  prent  in  't  volgend  nommer  beschreven,  daar  die  woorden  hier  oor- 
spronkelijk niet  met  een  grooter  hoofdletter  aanvingen  maar,  zooals  nog 
goed  waar  te  nemen  is,  met  een  aanvangsletter  van  volkomen  dezelfde 
grootte  als  de  verdere  gegraveerd  waren.  De  hollandsche  verzen,  onder 
de  plaat  gegraveerd,  hebben  tot  opschrift:  ..Harlequin  gevist"  (links)  en 
„Pagadoor  cortifots."  (rechts)  en  vangen  aan:  „De  Koffers  quyt,  de 
PezOS  hor  .  .  .*'  enz.,  „Och!  Of  de  munt  ryst  Hoog  of  laeg;''  enz. 

Muller,  die  blijkbaar  de  beschrijviug  van  Stephens,  Cat.  Brit.  Mvs. 
No.  14^7  als  leiddraad  nam,  is  in  de  verklaring  dezer  prent  (No.  3008  en 
8.  No.  3068  A)  onjuist;  zoowel  uit  den  haan,  die  boven  op  de  luns  der 
weeg^chaal  zit,  als  uit  het  hoUandsch  vers,  aan  weerszijden  der  prent, 
blijkt  dat  Harpngon  Lodewijk  xiv  en  niet  de  hertog  van  Savoye  is.  Hij 
zegt  o.  a.:  „Hoe!  is  mijn  trotsen  Arm  verkort,"  en  Harlekijn  (door 
Muller  als  Lodewijk  xiv  aangewezen)  antwoordt  hem  o.  a.  „Dat  gy  ge- 
blizemt  valt,  en  ploft  als  Phaëton.  .  .  .  Philippus  Daalders,  en  Louisen, 
Zijn  nu  Biljoen;",  nadat  hij  al  vroeger  gezegd  heeft:  ..Roep  Phlipje  t'huys. 
ej  laat  het  Mantje  niet  vermoorden,''  enz.  Bewijs  genoeg  dunkt  mij. 
Dat  het  een  der  laatste  platen  uit  1706  is,  blijkt  uit  de  zinspeling  in  den 
tweeden  regel  van  het  vers,  waar  men  leest  „Wie  zou  niet  Meknen.'  enz. 
(Meenen  werd  22  Aug.  1706  ingenomen). 

»3215.  —  18».   Dezelfde  voorstelling.   Andere  plaat.  (Muller  No.  3069). 

In  deze  plaat  zijn  de  volgende  verschillen  met  de  voorgaande:  Onder 
de  voorstelling  staan,  in  twee  rijen,  twee  fransche  6-regelige  verzen  met 
de  opschriften:  „Harlequin  Serurier.",  „Harpagon  Banquier.",  het  eerste 
beginnende:  ,.La  fourberie  est  mon  grand  fonts,"  enz.;  het  tweede :  „Gardez 
V0U8  des  reformateurs,"  enz.  met  het  adres:  ,.a  LondresChezPiere  Moxse." 
onder  de  verzen.  De  inschriften  in  de  laadjes  van  het  kastje  op  de  tafel 
zijn  nu:  ,»Testament'',  ..Codicill",  „Admitff  1". 

*3216.  —  18».    Dezelfde  voorstelling.  Andere  plaat  (Muller  No.  3070). 

In  deze  prent,  die  bepaald  niet  in  den  almanak  behoort,  zijn  de  ver- 
arhillen  de  volgende:  De  voorstelling  zelf  is  veel  kleiner  en  al  de  verzen 
dnar  rondomheen  zijn  gegraveerd;  onder  de  plaat  het  hoUandsch  vers, 
dat  bij  No.  3214  aan  weerszijden  in  boekdruk  stond;  overdwars  langs 
de  voorstelling  links,  in  twee  rijen,  het  öregelig  versje:  .JIarlequin 
gevist";  rechts  het  andere:  „Paoadoor  cortifots".  Op  het  kastje, 
op  tafel,  staat:  „Testament",  „Codille.",  „Adminis."  In  de  medaille,  waarin 
bij  de  vorige  plaat  't  portret  van  Lodewijk  xiv  stond,  is  hier  dat  van 
„IifOpo[1)d  Imp''  gegraveerd,  zooals  het  randschrift  in  spiegelschrift  aan- 
wijst, terwijl  rechts  niet  Philips  v  maar  „ludovs  xiv.  fnoo"  is  afgebeeld. 

De  prent  is  nagevolgd  in  plaat  22  van  't  „Byvoegsel".  De  voorstelling 
ifl  daar  dezelfde,  maar  op  de  laadjes  van  't  kistje  staut  nu :  „Fijn  en  vals 


Digitized  by 


Google 


96  LUSTHOF  VAN  MOMUS  .*  „  ALMANACH  BEGINNENDE  ...  1701" 


goud',  ., Fijne  en  valse  luweelen",  „Muntbriefjes".  Onder  de  bovenste 
drie  medailles  staat,  van  links  naar  rechts:  „Geallieerde",  „Keizer",  ..Spanje'" : 
onder  de  onderste  twee:  ,.Marlboroug",  ..Eugfenius".  Het  woord  „Cambio". 
onderin,  is  vervangen  door  een  zon,  die  ondergaat  achter  ,.vrankrijk ", 
zooals  op  den  steen  staat,  waarop  de  linkervoet  van  Lodewijk  rust,  in 
wiens  stoelrug  een  lischbloem,  met  het  naamcijfer  ..L"  aan  iedere  zijde. 
Achter  't  hoofd  van  Harlekijn  staat  ,.Milano".  Boven  de  voorstelling  is 
oen  hollandsch  vers  van  128  regels,  in  drie  kolommen,  gegraveerd,  waarvan 
de  laatste  vierentwintig  boven  de  rugleuning  van  Lodewijks  stoel,  in  de 
voorstelling  staan.  Dit  vers  heefl  als  opschrift:  ,.De  MONARCHALE 
SLEUTEL  DRAGER  of  Post  .scriptum  Bö  v~  TURIN  en  MILANE  Met 
zijn  wanhopige  financier,  te  samen  overlopende  tot  de  Gerechte  moxarchy 
V  oostenryk".  Onder  de  voorstelling  een  fransch  vers  van  IIC  regels, 
eveneens  in  drie  kolommen,  met  opschrift:  ,.Le  Porteur  de  clefsmonar- 
CHALKS  OU  Ie  Courier  du  Post  ScriptUDl  de  tl'rin  et  milan  avec  son 
Financier'*  en  onderaan  het  tijdvers:  „Leprosos  gaLLos,  LoMbarDe, 
fVgastI". 
*3217.  —  19^  „MKTAMORPHOSE  NOUVELLE."  (Muller  No.  3071^). 
Inschrift  in  een  lint,  boven  in  een  plaat,  waarop  een  triomfboog  ia 
afgebeeld,  in  't  midden  van  welks  opening  een  kroon  (de  spaansohe) 
hangt;  de  balustrade,  welke  toegang  geeft  tot  dezen  boog,  wordt  door 
de  StatenGeneraal,  de  koningin  van  Engeland  en  den  koning  van  Por- 
tugal bewaakt  en  gesloten  gehouden  voor  den  hertog  van  Anjou,  die. 
links  op  den  voorgrond,  met  Lodewijk  xiv  in  een  zegekar  daarheen 
getrokken  wordt  door  de  keurvorsten  van  Beieren  en  Keulen,  de  hertogen 
van  Parma  en  Mantua,  prins  Rjigotsky,  enz.,  terwijl  Portocarrero  en  drie 
andere  kardinaals  aan  weerszijden  van  den  wagen  gaan.  Rechts  spelen 
de  prinsen  van  Conty  en  van  Wallis  kaart,  onder  een  verdordenden 
laurierboom,  teeken  van  voorbijgegane  grootheid;  zij  noodigen  den  hertog 
van  Anjou  het  spel  iriet  hen  te  deelen.  Boven  den  triomfboog  vijf 
leeuwerikken,  ,,die  geene  welke  in  't  Keizerlyke  Waapcn  staan,",  van 
welke  er  één  een  lint  in  den  bek  heeft  met  „Bonis  Avibus."  Aan  weers- 
zijden daarvan  een  ovaal  cartouche,  waarop  de  keizer  en  eenige  jezuïeten 
zijn  afgebeeld.  Gravure  langw.  in^".,  z.  n.  v.  gr.  Onder  de  plaat  een 
hollandsche  en  een  fransche  verklaring,  met  de  opschriften:  „De  nieuwe 
herschepping  Door  den  Schilder  aan  een  Liefhebber  verklaard.'  —  „Me- 
tamorphose  nouvelle  Expliquée  h  un  Curieux  par  un  Peintre."  Onder  de 
fransche  verklaring,  rechts:  „A  Londres,  chez  Edouard  Mosse,  derriére 
la  Bourse,  k  20  sols  la  piece  ;  il  se  trouve  aussi  en  Anglois  &  en  Alle- 
mand.". Aan  't  eind  van  den  franschen,  zoowel  als  van  den  hollandschen 
tekst,  staat  hier  het  volgen^  chronostichon : 

„CharLes  k  MaDrIt. 

PhlLIpes  k  Paris."  (1704.;. 


Digitized  by 


Google 


LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „ALMANACH  BEGINNENDE  . . .  1701"  97 


8218.  —  19".  „MBTAM0RPH08E  NOITVELLB."  .,1706'.  (Muller 
No.  S071). 

DezelMe  plaat,  latere  staat  dan  de  in  het  vorifif  nommer  beschrevene, 
met  toevoeging"  van  het  jaartal  1706  aan  het  opschrift.  In  de  beide  bovpn- 
hoeken  zijn  nu  twee  mansbusten,  Demokriet  en  Herakliet  (portretten?) 
fjef^veerd,  terwijl  boven  don  leeuwerik  met  het  lint  in  den  hek,  waarop 
..Bonis  Avibus'\  nu  de  val  van  Phaèton  ia  aff^beeld. 

*3219.  —  19».  ..ALMANACH  POUK  l'aN  DK  'gRACB  1706". 
(N.  b.  M.) 

Bovenstaand  opschrift  staat  mét  roode  letters  in  bookdruk  boven  de- 
zelfde plaat  als  de  voriffe. 

Het  adres  onder  den  tekst  luidt:  „Sur  la  Copie  de  Londres  chez. 
Moxe"  betrekkelijk  zeer  zeldzame  staat,  door  Dozy  No.  3071  B  beschreven. 
Onder  deze  plaat  is,  in  plaats  van  den  verklarenden  tekst,  hier  een  kaart 
afgedrukt  van  het  „Prineipaut^  de  Catalogne  et  Partie  du  Rousaillon' . 
nan  beide  zijden  en  van  onderen  omjfeven  door  de  afbeeldingen  van  13 
vestinffen.  waarvan  links  ,.Perp  ignan*'  de  eerste,  rechts  ..Palamos" 
de  laatste  is.  Twee  j^vures  langw.  in-4o.,  z.  n.  v.  gr. 

In   "t-Byvoegsel",   plaat  21,  komt  de  veel  verkleinde  navolging  dezer 

plaat  voor,   waar   boven  een  hoUandsch  vers  van  104  regels,  in  drie  ko- 

t 
lommen,  met  opschrift:   „De  grootse  iuwbelen   verkoper  van  europa 

tussen   8PAN1E   en   vrankrtk   of  GOüDMBiNBzoeker.    Om  Rgs  geld  te 

vinden  en  Carolflüfle  PaspOOrten  te   koopen  voor  Philip  ter  veiliger 

Weeromrgs  in  Vrankrgk".  Onderaan  't  zelfde  vers  in  'tfransch,  in 

100  regels,  in  drie  kolommen,  met  opschrift:   „Le  plus  grand  VBNDKUR 

de   lOYAÜX   de  1' EÜROPE  ou  le  chercheur  de  mines  d'oR,  en  franck 

afin   de  trouver  d'  aroekt  pour  le  retour  de  son  petit  fils  en  franck 

et  pour  acheter  des  passeports  carolins  pour  rktoubneb  seubement". 

Midden   boven  in   de  plaat  staat  in  'tlint,  dat  de  duif  in  den  bek  heeft: 

,f  Avibus  Pacificis",  daar  boven  de  val  van  Phaëton,  onder  wiens  wagenrad 

een  vallende  duif,  met  bijschrift  „Pacem  quesumus''.    In  de  voorstelling 

links   bovenaan,   waarin   nu,   volgens   't  vers,  niet  de  Keizer  maar  Lode- 

wijk   XIV   voorgesteld   is.   staat  op  de,  aan  den  muur  hangende  zakken: 

„p'"  dompter  les  Camisards",  „Pour  Le  Milanois',  „Pour  Turin",  „Pour 

Barcelone'\  „Pour  Flandre',  ,,Pour  Brabant".    In  de  rechtervoorstelling 

bovenin  waarin,  eveneens  volgens  't  vers,  nu  Karel  m  van  Spanje  is  afgebeeld. 

geen  inachrift    Links,   boven  de  bergen,  naast  den  tempel:  „Pjreneese 

Bergen";  rechts:  „Niewlijks  Gedroomde  franse  ooud  mbinbn".   Rechts, 

op   den   Voorgrond,   „Berw^k"   en   „Orleans'*  by  de  speeltafel,  links  de 

wagen,  getrokken   door   „10  Vendome",  „8  K-   v  Keulen",  „9  Catinat'\ 

„7   K.   V.   Beyeren",   „6  Ragozzi"  en  „B"  een  ongenoemden;  onder  deze 

trekkende  personen  staat  het  tijdvers:  „Argento  sine   Largo   In  patrlaH 

IV  7 


Digitized  by 


Google 


98  LUSTHOF   VAN   MOMU8  *.    „BYVOEGSBL*',    ENZ.  1700 

non  rePIre  LICebIt"  (1700).  In  den  wa^n  zitten  .,1  Louia"  en  ..9  PniT.ir". 
Naast  den  wn^en  loopen..ll  Portocnrrero",  en  drieong-enoerade  kardinnlen. 
door  No.  ..12"  annjifewezen. 

Ook  van  deze  plaat  bestaan  twee  staten,  n.1.  zondei'  en  wet  het  cijfer 
21  reohtft  bovenin,  onder  den  tweeden  rege\  van  het  hoUnndsche  vers. 

Omtrent  de  b^ide  hiervoren  beschreven  almanakken  vindt  men  in 
Brunet,  Manvel  rln  libi-airf.  Paris  1360—05.  I.  blz.  19*— 195  alleen 't  vol 
jfende  vermeld: 

„Almanach  royal  commen^ant  avec  la  g-uerre  de  1701.  Paris,  de  lim- 
primerie  royale  de  Petit-Louis.   iu-fol. 

Ce  recueil  publié  en  Hollande  se  corapose  d'un  frontispice  satirique  et 
de  17  caricatures  contre  Louis  XIV  et  Phiiippe  V.  son  petit-iils.  Ces  gra- 
vures sont  accompag'iiées  de  vers  hollandais.  et  queUjuefois  de  vers  francais: 
pcut-t^tre  ontelles  cté  publices  séparément.  et  en  plus  grand  nombre 
que  n'en  conlient  1  exemplaire  ici  décrit  d'après  Ie  bulletin  (h'  hihilo- 
philf.  4®  série,  page  4-69:  exemplaire  mal  couservé  et  i]ui  .Vest  vend. 
11  fr.  salie  Silvestre,  en  184.1. 

ün  autre  Almanach  du  mème  genre  que  celuici  est  annoncé  sous  lo 
titre  suivant,  dans  un  catalogue  publié  a  Paris  par  Tross.  en  décembre  1850: 

Almanach  royal,  commencant  par  année  1705...  oii  est  parfaitement 
observé  Ie  cours  du  soleil  d*injustice,  ou  théAtre  de  la  guerre  en  Europe. 
qui  comprend  les  emblémes  des  VII  vertus  heroi(|ues.  etc.  Impyimt^  n 
Bi^tTeU^s  (sans  date),  pet.  in  fol.  fig." 

Zie  ook:  V.  Champier.  Les  nnriens  alumnarhs  ilhstrós.    Paris  1S8C. 

8220.  „Byvoegsel  tot  de  koninglyke  almanach,//  ge- 
naamd het//  gulde-jaar//  der  bondgenooten,  1706.//  Of 
waare  voorspooks  uitkomst  van  de//  franse  verduisterde// 
En  ondergaande  zon,//  Voor  de//  triomf-zaAl,//  Nieuwlyks 
geboud  ter  eere  van//  *t  Huis  van  Oostenryk;//  En  ge- 
stoffeerd met  XXV.  deftige// krygs  zinnebeelden,// Wegens 
de  Overwinningen,  behaald  door  de  gemelde//  Bondge- 
noten op  het  Huis  van  Bourbon.//  Zynde  dit  Werk  to 
samen  gesteld  en  in  't  licht  gebracht  door  L.  d.  L.  D. 
tot  Parys,  en//  G.  d.  B.  tot  Brussel,  in  Compagnie." 


„Appendice  de  V  almanac  roial,//  Ou  //  V  annee  victo- 
rieuse//  des  alliez,  de  1700.11  Contre  Ie//  soleil  eclipse' 
&  couchant//  de  France;//  ou  la//  salie  de  triomfes,//  Nou- 
vellement  batie  pour  la//  maison  d'  Autriche;//  &  Ornéc// 
De  XXV.  emblemes  de  Mars,//  Favorable  aux  dits 
Alliez//  Ouvrage  recueilli  &  mis  en  lumiere  par  L.  d.  L. 
D.  a  Paris  &  G.  d.  B.  a  Brusselles,//  en  Compagnie." 
(Muller  No.  3094). 


Digitized  by 


Google 


1706  LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „BYV0BG8El'\    ENZ.  99 

I)e  keerzijde  van  deD  titel  en  de  beide  andere  bladzijden  vnn  dit  vel 
in-fol.  zijn  f^heel  bedrukt  met  verzen,  evenals  bij  den  vorigen  almanak 
in  'thollandsoh  en  in- *t  fransch,  in  twee  kolommen,  naast  elkaar  en  ge- 
nommerd  van  1  tot  25.  Ook  hier  geeft  deze  tekst  beter  dan  iets  anders 
de  beteekenis  der  platen  weer,  die  in  drie  seriën  te  verdeelen  zijn,  naar 
de  hoofdopschriften,  geplaatst  boven  de  Nos.  1,  14  en  21.  Daar  de  eerste 
drie  pinten  dezer  serie  de  dubbele  breedte  der  andere  hebben  en  de  ge- 
heele  hoogte  der  pagina's  mede  innemen,  zoodat  er  noch  ter  zijde,  noch 
van  onderen  verzen  bij  te  plaatsen  waren,  zijn  deze  a&onderlijk  erbij 
gevoegd  in  boekdruk  en  heeft  ieder  van  deze  drie  platen  in  den  .tekst 
achter  den  titel  een  dubbel  nommer  gekregen  n.1.  de  eerste  1  en  2,  de 
tweede  8  en  4,  de  derde  5  en  6.  Op  deze  wijze  hebben  de  verzen  op 
„De  V.  ZINNEN,  en  VERKEERDE  V.  ZiNNBN."  „Les  V. 
SEXS  de  NATURE,  &  les  V  SENS  OppoSEZ.",  die  eigenlijk 
Mccht«<  No.  1—10  moesten  hebben,  nu  No.  1 — 13. 

Om  een  verklaring  van  de  zinnebefldlffe  beteekenis  dor  pinten,  die 
anders  uiterst  moeilijk  zijn  zou,  te  besparen,  schrijf  ik  de  opschriften  der 
hollandsche  verzen  alle  af  en  voeg  er,  waar  dit  tot  tnt-lichtipg  dienen 
kan.  een  enkele  regel  van  het  vers  bij. 

'3221.  —  1.2».  .,Mundu8      vult      decipi".    (Muller  No.  8097). 

Inschrift  in  een  lint,  gegraveerd  boven  in  een  plaat,  die  Diogenes  voor- 
stellen moet.  staande  midden  tus-schen  eeu  zevental  gekken,  drie  links, 
vier  rechts,  welke  hem  uitlachen.  Zijn  lantaren  is  door  ééxi  der  gekken 
in  bezit  genomen.  Uit  zijn  baret  met  veeren  kijkt  een  honden  kop  (den 
hondöchep  Diogenes?)  De  gravure  br.  in-fol.,  naar  P.  Q.(uast)  door  C.  L., 
later  nog  met  veranderd  opschrift,  en  met  het  adres  „CarolusAlIardexcudit 
cum  Privil:  Ord:  Holl:  et  West  fr:''  opgenomen  in  het  „Tafereel  der 
dwaasheid'  (1720).  zie  Muller  No.  8602  hierna,  is  natuurlijk  voor  een  gfansch 
ander  doel  ontworpen.  Veel  betere  en  vroegere  staat,  dan  de  in  het  volgend 
nommer  vermelde,  vóór  het  djUlr  in  de  prent  gegraveerde  fransche  versje. 

Onder  de  prent,  op  't  zelfde  vel,  geheel  in  boekdruk,  een  versjvan  112 
regels  „De  Wysheid  ^^'7i\\%  heeft  ha  ir  aangenaame  streeken,''  enz.  door  .,A : 
Allard."  met  opschrift:  „Het  lot  des  Oorlogs. '  en  tijdvers  „De  MVLta 
PARTB,  ah!  PBO  Lboe  EN  bëLLa  oerentes."  boveu  het  geheele  vers,  en 
onder  de   derde  kolom:  „Tot  Amsterdam,  by  Carel  Allard,  op  den  Dam 

Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel,  heeft  tot  op.schrift: 

„l.  2.  'tGESICHT,  of 't  LOT  des  OORLOOS.' 
en  vangt  aan: 

„De  Laffe  Franschman.  .  . 

Hoopt,  dat  door  zyn  Gezicht  (bij  't  zien  van  zijn  persoon)  een  ider  sta 
verstomd."  enz. 


Digitized  by 


Google 


100  LUSTHOF    VAN    MOMUS !    „BYVOEGSKL",    ENZ.  non 


3222.  —  1-2».  Dezelfde  plaat,  andere  Rtaat.  (Muller  No.  8095  en  3096\ 
Midden  onder  in  de  plaat,  nu,  evenals  't  vers  opeen  afzonderlijk  vel  er*»- 

drukt.  het  volprende  fransohe  versje:  .,Voi(»i  Ie  Guerrier.  objet de millerie/ 
De  la  .«;njTr(.s.se  et  non  pa.s  moins  de  la  folie./  Courafife  feminin  anime  le>; 
lieros./  Et  en  tenips  de  danprer  ne  .se  tieiit  en  repo.s./  I/I^rinal.  que 
voila.  indique  los  misères./  Qui  raême  aux  innocen.s  arrivent  ji  la  pfuerrc. ' 
Tn  den  ondersten  plaatrand.  waar  vroe^r-er  bepaald  iets  anders  stond,  zes 
ver^io^els  in  drie  rijen:  „Din^ifene.s  ontstak  bij  dag-diehtzijn  Lantaren,"  enz. 

3223.  —  3  4*.  „Door  Krvj?  vennoej-de  EuropAs  Vorsten 

"Wild  na  peruste  Vreede  dorsten".    (N.  b.  M.). 

Inschrift  in  dezelfde  plaat,  hier  voren  onder  No.  27G7  als  „Laboumtoire 
dece  Tenips'  be.schreven  en  oorspronkelijk  verschenen  als  ..Den  fransehen 
Alpfeniist."  ;No.  2678  hier  voren),  nu  voor  (\ezen  tijd  pasklaar  pfemaakt 
door  liet  tijd\ers.  o-eij^raveerd  in  de  hoofd voorstellinpf: 

„Pro  ueLLo  paCeM  Defes.^»»  qVaerlte  oentes". 
en  door  de  verzen  in  boekdruk  met  de  op.sch riften:  ,.'T  forneys  des  oorloci-s 
Ofte  't  kryj^s  bolaDf^'  van  Europa.'  —  ,.la  fournaise  de  la  pfuerre.  ou  l"  inte 
rest  militaire  de  1"  europe  '.  welke  in  dezen  staat  met  de  prent  op  één 
vel  zijn  f^^edrukt  en  waarin,  tamelijk  duidelijk  voor  A.  Allard.  die  van 
beide  de  auteur  is,  de  verklaring"  g-ej^even  wordt  der  letters  A— C  en 
dor  cijfers  l — 1(J  in  de  plaat.  Gravure  br.  infol..  z.  n.  v.  g-r.,  maar  door 
R.  «Ie  Hoog-he.  Onder  het  fran.sche  vers  staat  links  het  hollandsche.  rechts 
het  fransche  adres  van  ('.  Allard.  op  den  Dam  te  Amsterdam.  Van  deze 
plaat  met  het  vers.  eigenares  de  lirma  P>ederik  Muller  en  f'o.  ken  ik  g-een 
ander  exem]>laar  dan  dit.  Dat  alles  bij  Allard  maakwerk  was  blijkt 
hier  vooral  ?eer  duidelijk,  daar  in  dit  vers  de  betcekenis  der  prent  hemels- 
breed verschilt  van  die.  welke  gegeven  wordt  in  het  vers  achter  tien 
algemeenen  titel,  waar  alles  op  Lodewijk  xiv  wordt  toeg-epast. 

Het  vers  io  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het  volg'ende  opschrift: 

.3.    4.    De  BLINDHEID  of  'tPORNEYS  des  OORLOOS." 
en  vangt  ann: 

., Louis  zyn  Staatzucht  is  alom  als  ziende  blind;"  enz. 

*3224.  —  3-4-*,  Dezelfde  plaat.  Andere  staat.  (Muller  No.  3099  en  31 0(V 
Plaat  en  verzen  elk  op  een  afzonderlijk  vel.    Alleen  de  plaat  is  hier. 

3225.  —  50*.  ..iiespere,  IVre  oMnes  potes  o'.  DepeLIvcrc  r.aLLos '. 
(Muller  No.  3102  en  3103). 

Tijdvers  onder  in  dezelfde  plaat  welke  onder  No.  2802  hier  voren  als 
..TiU  belle  Constance''  beschreven  is.  doch  door  dit  en  eenige  andei*e  in 
schriften  oj)  dezen  tijd  tocg-epast,  niet,  zooals  Muller  ze^t,  op  't  tweede 
huwelijk  van  I*hilips  van  Anjou  met  Maria  Louise  van  Savoye  maar, 
zooals  zeer  duidelijk  uit  de  verklarende  verzen  blijkt,  op  de  aanvankelijke 


Digitized  by 


Google 


1706  LUSTHOF    VAN    MOMÜS:    „BYV0EGSKL'\    ENZ.  101 

kuinst  van  Philips  v  tot  den  troon  van  Spanje  en  de  daar  op  volgende 
van  Karcl  m,  dus  na  de  inneming  van  Barceloca  12  Mei  1700. 

Onder  de  voorstelling  op  het  zelfde  vel  een  hollundseh  eu  een  fruiit<cli 
vers,  boveu  elkaar,  elk  in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  getiteld:  .,  t  K^ï- 
dwüuge  huwelyk  van  don  Quichot  de  la  Frauce  Ku  SpagnoletUi  infante. 
Mc-Juffer  Spanjolet  veel  dwangs  leid  ;sic)  en  veel  spots  Na 't  Vryeu.  door 
Jeu  Trouw  eens  Fransen  DoutiuiehoU. ',  en  ,,Le  mariage  parcoutrainte  do 
dou-Quichot  de  la  France  ^  Spagnulette  infante,"  Onder  de  derde  kolom 
van  ieder  vers  het  verdichte  adres  van  „George  de  Bakker    te  Brussel. 

Wordt  in  deze  verzen  de  verklarinff  gegeven  der  cijfers  1 — 14  in  de  plaat, 
d<H)r  de  volgende  insohriften  in  <le  prent  worden  nog  enkele  wijzigingen 
verklaard,  welke  in  de  oorspronkelijke  prent  zijn  aangebracht.  Tusschen 
de  beeuen  van  den  met  No.  4t  aangewezen  Don  QuichotnLodewijk  xiv 
staat:  .,Van  zeven  Pylen  is  gewond  Die  breker  van  't  groot  Erf  verbond' 
en  deze  pijlen  {de  zeven  provinciën'^  steken  hem  dan  ook  in  de  linker- 
borst. Op  de  tasch  welke  op  zijn  linkerdij  hangt,  leest  men  ., Valse  Cor- 
respondentie' en  boven  zijn  rochter-enkel  is  een  lischbloem  gegraveerd. 
Madame  de  Mainteaon  ^5).  achter  hem,  heeft  een  papier  in  de  hand, 
waarop  staat  „Vals  testa  ment  van  Portocarero  A°  17U0  \  Onder  het 
me*iaiilon  ;9).  boven  het  hoofd  van  Don  Quichot,  leest  men  .,lveeds 
Barcelone  Wil  Karel  kroonê  ",  terwijl  boven  de  voorstelling,  welke  men 
dnor  het  kozijn  op  den  achtergrond  ziet,  gegraveerd  is:  ., De  valse  Zegen- 
botië  hiukë  Philip  doet  al  zijn  volk  verminken '.  Boven  den  hond.  daar- 
juder:  ,.Gebeeten  van  haar  eige  honden//  Wil  Spanjolette  zijn  ontbonden". 
In  het  boek.  op  den  stoel  geheel  links,  staat  .,Oude  Spaanse  Wetten 
Vemietigd'\  ..Spaanse  Verfran.-ste  Wetten  ITUO' ,  terwijl  in  het  onderste 
gedeelte  van  het  rechterblad  de  overblijfsels  vau  vroeger  inschrift  nog 
duidelijk  zichtbaar  zijn.  In  de  leuniuf^  van  den  .«stoel  zijn  drie  padden  boveu 
e'.kjiar  gegraveerd  en  op  de  strook  papier,  die  van  den  zetel  afhangt, 
leest  men  nu:  „Complot  tussen  de  Kleine  Flip  eu  de  Groote  Louis'. 
lu  het  vaandel,  in  den  linkerbovenhoek,  staat  „Eclips  in  pat '  boven 
een  verduisterde  zon. 

'ó'Zlö.  —  5-6».  Dezelfde  plaat.  Andere  staat.  (Muller  No.  3101). 

De  plaat,  nu  evenals  het  vers,  op  een  afzonderlijk  vel  gedrukt,  heeft 
in  dezen  staat  alleen  aan  iedere  zijde,  een  dikke  zwarte  streep  on  is  van 
b  )Voi.  en  van  onderen  ingekort,  zoodat  het  medaillon  boven  in  den 
j  ".j.attand  te  niet  \oo\)t  en  van  onderen  links  de  voorpoot  van  den  stoel 
-lerhts  gedeeltelijk  gezien  wordt.  Door  de  inkorting  der  plaat  .staat  in 
lezen  ^taat  't  tijdvers  dichter  bij  Spanje's  voeten  [l)  dan  hier.  In  deze 
verzameling  is  alleen  de  prent. 

Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het  volgende  opschrift: 

.5.  6.    tuKHOOa,  of 'tiJedwonge  SPAANS   HUWELYK.'' 


Digitized  by 


Google 


102  LUSTHOF    VAN    MOMUS  .*    „BYVOKGSEL",    K^Z.  1706 


'ó'Z-n.  —  7'.  ..De  FRANSE  en  SPAANSE  WAERELD-ZAAGEKS." 
[Muller  No.  3105). 

Omgekeerde  kopie  van  No.  31U5  hier  voren,  plaat  9  uit  den  zoo<^e- 
noemden  almanak  van  1701.  Zie  voor  de  beschrijving  aldaar.  Boven 
het  fransche  vers.  aan  weerszijden  der  plaat,  in  boekdruk,  als  opschrift: 
,,PHIL1PPES  &  LOUIS  sciENT  Ie  mom^e  ici."  In  één  der  mij  ter  ver- 
gelijking afgestane  exemplaren  van  de  firma  Frederik  Muller  eu  Co. 
komt  deze  Ie  staat  der  plaat  voor,  zonder  het  volgnommer  ..7". 

*3228.  —  7».     Dezelfde  plaat.     Latere  staat.     (Muller  No.  31Ü4}. 

Nu  iHCt  volgnommer.  De  staat  door  Muller  onder  No.  3106  beschreven 
zag  ik  niet.  De  naam  ..Maintenon'.  waarvan  hij  zegt  dat  ze  er  in  die 
kopie  bijgegraveerd  was.  komt  ook  in  deze  en  de  voorgaande  voor. 

Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het  volgende  opschrift: 

.7.  DOOFHEID  of  de  Twee  WAKRELDZAAGBRS." 

*3229.  —  8».  ..PKoriiEETisK  phoom  van  de  zon-eclips".  —  ..rRO<;Nos- 
TiCATiON  de  V  ECMPSE  du  SDLEiL."     (Muller  No.  3108]. 

Slechte  kopie  van  No.  318+  hier  voren,  plaat  2  uit  den  zoogeuoemden 
almanak  van  170L  Ie  staat  zonder  het  volgnommer  .,8"  in  den  rechter- 
bovenhoek. 

*3230.  —  8».  Dezelfde  plaat.    Latere  staat.     (Muller  No.  31u7). 
Nu  met  volgnommer.    Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

,.8.     De  REUK  van  Louis,  kort  na  de  Zon-Eclips." 

3231.  —  9».  „BKKLAAGLYKE    FRANSE    AUDIËNTIE*'. 

,..vri)iENCE  piTOYABLK  PK  Lut  IS  L.  (J.'"  (Muller  No.  3110). 
Deze  plaat,  die  hier  de  inschriften  iu  twee  regels  boven  elkaar  heeft, 
een  niet  veel  slechtere  gravure,  dan  het  origineel,  dat  juist  omgekeerd 
is  en  waar  beide  inschriften  naast  elkaar  staan,  is  een-kopie  van  No.  318Ö 
hier  voren,  plant  4  uit  den  zoogenoemden  almanak  van  1701.  Zie  voor 
de  beschrijving  aldaar.  Ie  stjiat.  Zonder  het  volgnommer  ..9"  in  den 
re<'hterbovenhoek. 

^3232.  —  ü=*.     Dezelfde    plaat,    Latere  sbiat.     (Muller  No.  310Ü). 

Nu  hict  volgnommer.  Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

..9.  De  REUKELOOSHEID  van  Keuk-Beykrkn.  neffens  Villkp.oüi  by 
Louis  ter  Gehoor." 

3233.    —    10».    .3    VALSE,    zacht!    3    kbanse  koningen  a  in  't  West. 

.^1.5.7 
(2  zonder  Troon)  te  zaam  nu  kruipen  in  eén  nest"  —  ,.3  ROYS  en  FRANCE 
En  DECADENCe".  (Muller  No.  3112). 


Digitized  by 


Google 


1706  LUSTHOF    VAN    MOMUS:    „BYVOKöSEL",    ENZ.  103 

Kopie  van  No.  31U2  hier  voren,  platit  8  in  deu  z.  g*.  almauak  vau 
1701.  Ie  «taat  zonder  het  volguommer  ,,10'  in  den  rechterbovenhoek. 
Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  14*8. 

•3-234.  —  10».  Dezelfde  plaat.    Latere  staat    (Muller  No.  3111). 
Nu  hict  volgnommer.   Het  vers  in  boekdruk  achter  deu  titel  heeft  het 
vol^nde  opschrift: 

..10    De   SMAAK,  of  alarm  te  Vkr^aillus." 

,,De  strenJQ^  nsi-Sinaak  van  het  bitter  Krygs  banket. 

Voor  Barcelona 

proefd  Louis  hier  aan  de  brieven 

Van  continnatie,''  enz. 

♦S235.  —  11».  ,,De  f^ote  FAANSE  BANd-REKKL  met  de  BANuier  van 
BANK^eid,  in  geen  gevaar  lang  bankende".  (Muller  No.  3114). 

Navolging  van  No.  3205  hier  voren,  plaat  14  in  den  zoogehoemden 
nlmanak  van  1701.  Ie  staat  zonder  het  volgnommer  ..11'*  in  deu  rech- 
terbovenhoek en  de  verzen  in  boekdruk  aan  weerszijden  der  plaat. 

•3236.  —  11*.  Dezelfde  plaat.  Latere  staat.  (Muller  No.  3113). 
Nu  trtet  volgnommer  en  zomkr  vers.   Het  vers  in  boekdruk  achter  den 
titel  heeft  het  volgende  opschrift: 
.,11     De   SMAAK £L008H EI  D  van  de  Beyerse  Bander-Hebr.' 

3237.  —  12».  „De  SPAANSE  en  FRANSE  HUYLEBALKEN  Krijgen 
j>e  wat      't  zijn  witte  valkê  '.  ^Muller  No.  3116) 

Kopie  van  No.  31S7  hier  voren,  plaat  3  in  den  zoogenoemden  alma- 
nak van  1701.  Ie  staat,  zonder  het  volgnommer  ,,12"  in  den  rechter- 
bovenhoek. 

*3288.  —  12».  Dezelfde  plaat  Latere  staat.  (Muller  No.  Ö115). 
Nu  met  volgnommer.    Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 
.,12     t  GEVOEL  van  de  Huilkbalkkn.' 

3239.  —  13».  .,De  HOPMAN  van  de  BOERE  BAN,  of  de  Wan- 
kelende Wandelaar  wannende  de  wanschape  PLUIMEN  en  LAURIE- 
REN der  wanhoopende  FRANSE   HOFFECIEREN**.  (Muller  No.  3118). 

Kopie  van  No.  3196  hier  voren,  plaat  10  in  den  zoogenoemden  alma- 
uak van  1701.  Ie  staat.  Zonder  het  volgnommer  ,,13"  in  den  rechter- 
bovenhoek. 

•3240.  —  13^  Dezelfde  plaat.  Latere  staat.  (Muller  No.  3117}. 
Nu  met  volgnommer.    Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

,13  'tONGBVOKL  of  de  BOERE-Ii\>.'' 


Digitized  by 


Google 


104  LUSTHOF    VAN    MOHUS :    „BYV0Kü8EL'\    KNZ. 


1706 


De  tweede  afdeelinfif.  die  met  plaat  14  aanvangt,  heeft  tot  algemeeu 
opschrift: 

„De  Vn.  ONDEUGDEN."  „Les  VIL  VICES  MiHtaire«." 

*3241.  —  14'.  ..Aan  JOSEF  de  Oprechte'^  —  .,Aan  LOUIS  de  ZON- 
dif/e  lijn  Bfminnaars'\  ^Muller  No  3121). 

Van  deze  plaat  ken  ik  g^eeu  orifj^ineel.  Links  is  keizer  Jozef,  rechts 
Lüdewijk  XIV  afgebeeltl.  Beide  fij^uren  zijn  omgeven  door  een  menigte,  in 
de  plaat  gegraveerde  verzen.  De  beteekenis  van  de  prent  is  samen  te 
vatten  in  de  beide  tijdverzen.  Bij  den  rechterarm  van  I^dewijk  staat 
„C.KSAE  DIVe  rogo  paOeM",  bij  den  linkerarm  van  Jozef  het  antwoord 
daarop:  „paCeM  i^V-krentI  oaLLü  Dabo '.  De  bevelhebbersstaf  valt 
J^odewijk  uit  de  linkerhand  waarbij:  ..De  Stok  van  Commande  Mij  valt 
uit  de  hande"  lu  de  Nederlnudé".  Bij  zijn  zwaard,  dat  gebroken  onder  de 
linkerzijde  van  zijn  jas  uitkomt,  staat  ,,Miju  Nêerlands-^  -^zwaard  en 
dat  van  Beijerê  Breekt  of  het  was  gemengd  met  eijere'.  Het  eerste 
opschrift  staat  boven  een  SO-regelig  vers  ter  eere  des  keizers;  het  tweede 
boven  een  even  groot  tegen  Lodewijk  xiv.  Tussclien  de  beide  personen  staat 
bij  hunne  voeten  een  ISregelig  vers  met  opschrift:  .De  Geallieerde 
spreeken".  Rechts  van  het  rechterbeen  van  Lodewijk  een  IQregelig  vers 
met  opschrift  ,, Louis  spreekt".  Links  boven  het  hoofd  van  Jozef  staat 
,.sciiKRSSENDE  DROEFHEID",  onder  het  rechterpand  van  Lodewijks  jas: 
..OEVYNSDE  couRAr.K".  tprwijl  verder,  op  alle  ledige  plaatsen,  verzen  ge- 
graveerd zijn.  Rechts  van  't  hollandsche  vers  staat  overdwars  't  verzonnen 
adres:  .,Te  Maastricht  by  L.  KnoUius".  Ie  staat  dezer  plaat  zonder  volg- 
nommer  .,14"  in  den  rechterbovenhoek.  Aan  de  linkerzijde  der  plaat  een 
hollandsch  vers.  in  boekdruk,  met  opschrift:  ..Mondgesprek  tussen 
JOSEF  de  Oprechte  en  LOUIS  de  ZONdige.'  Rechts  een  fransch  vei-s. 
eveneens  in  boekdruk,  waarboven:  „Nouvel  Entretien  de  JOSKPH  Ie 
Juöte  &  LOUIS  Ie  Faux." 

*3i43.  —  14».  Dezelfde  plaat.  Latere  .sUiat.  (Muller  No.  31  lU;. 
Nu  met  volgnommer. 

Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het  volgende  opschrift: 
,.14   De  HOVAARDY,  of  Samenspraak  tussen  Jüsek  en  Louis. ' 
en  vangt  aan: 

..Hier  spot  de  Keizer  met  Louis  zyn  Hovaardt/''  enz. 

De    staat  door  Muller  vermeld  onder  No.  3120  zag  ik  niet, 

3:43.— 15'.  „UITERSTE  KLAGTEN  van  VRANKRYK  li^  IIOUW/* 
—     „COMPLAINTES    EXTRKMB8    de    la     FRANCK    EN    DEUIL." 

{Muller  No.  3121}. 

Verkleind*^  en  »)ragekeerde  voorstelling  van  No.  3211  hier  voren,  plaat 
lU  van  den  zoogenoemden  almanak  van  1701.  Ie  staat  zonder  het  volgnom- 


Digitized  by 


Google 


1706  LUSTHOF    VAN    MOMUS:    „BÏVOEOSKL",    KNZ.  105 

mer   .,15"   in   doQ   rechterbovenbuek   eu    zonder  papieren  aan  de  voeten 
van  de  Main tenen. 

•3244.  —  15».  Dezelfde  plaat.  Latere  sUmt.  (Muller  No.  3ie-2). 

Nu  met  volgnommer  ,.15"  en  de  papieren  aan  de  voeten  van  de  Main- 
tenon. 

Het  vers  in  boekdruk  acbter  den  titel  heeft  het  volgeude  opschrift: 

.,13    De  QIERIGHKID,  of  tKLA.uJKND  Vr.vnkbyk.'* 
eu  van^  aan: 

..'t  Gewaad  der  Frau.se  Maagd  toond  row,  en  iu  hjxar  hart 

Beviad  zich  ongeveinsd  nog  tienmaal  grooter  smart."  enz. 

Muller  No.  3123  zag  ik  niet. 

•32io.  — 16».  „CASTILIEN    HERVORMD"    „CASTILLE    REFüR- 

MÉe".  (Muller  No.  3126). 

Omgekeerde  kopie  van  No.  3190  hier  voren,  plaat  7  van  den  zoo^enocm- 
'len  almanak  van  1701.  Zonder  volgnommer..lrt'  in  don  rechterbovenhoek. 

•3246.  —  16*.  Dezelfde  plaat.  Latere  staat.  (Muller  No.  3125). 

Nu  hiftt  volgnommer.  Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

..16   De  OULSIGHEID,  of  castilien  Hervormd." 
eu  vangt  aan: 

ziet  hier  Vorst  Karel  op  «Jastieljens  Burg  verheven. '  enz. 

*3247.—  17'.  .,De  PAPIERE  KONING  Of  de  VLUCHTENDE  ii^  can 
ANJOü"  —  „Le  ROY  de  PAPIER,  Quittant  la  Cour  d'ESPA(;Ne/* 
Muller  No.  3128). 

Kopie  van  No.  3213  hier  voren,  plaat  17  van  den  zoogenoemden  almanak 
van  1701.  Ie  staat,  zonder  het  volgnommer  .,17"  in  den  rechterbovenhoek. 

•3248.  —  17'.    Dezelfde  plaat.      I.Atere  staat.     (Muller  No.  3127;. 

Nu  met  volgnommer.  Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

.,17    NYD  van  de  Papiere  KONino  van  Spanje." 
eu  begint: 

.  Ziet  hier  Aujou,  door  üi/d  op  levenloose  zaaken 

Ter  vlucht  uit  Spanjes  Hof  zyn  giftig  gal  uitbraaken/'  enz. 

3240.     18».      ..CAROIXS     111,     D     (4     •     UlSPANLiRUM     et    INDIARLM     REX". 

.Muller  No.  313U}. 

Verkleinde  en  omgekeerde  kopie  van  No.  320Ü  hier  voren,  plaut  15  van 
den  zoogenoemden  almanak  van  1701.  Ie  staat  zonder  volgnommer  „18"' 
in  den  rechterbovenhoek. 

'3250.  —  18».    Dezelfde  plaat.   Latere  staat.   (Muller  No.  312Ü). 

Nu  iéiet  volgnommer.  Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 


Digitized  by 


Google 


10(3  LUSTHOF    VAN    MOMUSI    „BYVOKGSKL*\    ENZ.  1706 


-.18    De  GRAMSCHAP,  of  't  Zefirenpraalend  Oostknryk.  ' 

'3-251.  —  lü».    „De  EERSTE   TRIOMF  van  M^  de  VENDOME  /W  zijn 

ictdcrkomat  uit  ITALIEN,  oui  meenkn  te  nutzettct  en  des  zelfs  Goiwa-dCUi' 

(Ie   CAHHliMAN5   BodS   te   TfddPtC'. 

„Le  Preoiiei'  triomphe  de  mï*  de  vünüome  retuunic  ^/italik  poiif 
faire  kter  Ie  Siétje  de  mknin  et  secourit'  Ie  Oottcenieur  m*'  carkeman  '. 
(Muller  No.  3132). 

Verkleinde  en  oing-ekeerde  kopie  vau  No.  3188  hier  voren,  plaat  6  uit 
den  zoojrenoemden  almanak  van  1701.  Ie  staat.  Zonder  volgnommer  „19" 
in  den  rechterbovenhoek. 

*'ó'2ö'2.   -  lU».    DezellUe  plaut.     Latere  staat.     (Muller  No.  3131). 
Nu  /iiet  volfjuommer.     Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
voljifende  opschrift: 

..11)  Het  VENüS-SPEL,  dicht  by  MEKNr.N." 

3-203.  —  20'.  ..Kiew  STIKRE  GEVECHT  van  de  Ho  rau  ORLEANS 
VOO/'  TURIN,  o/' Scher p-Rechter  Der  Vnede-Litvoide  Fmust  OJicioni'. 

,.LK  NOCVEAI  COMBAT  de  TAÜRKAÜX  dn  D^  d' OKhlüA^S  dei  nut 
TL'Ri.N  OU  ie  JlXtK  CRI'el  de  ses  Okkicikrs  Pacifiwuks."  (Muller  No.  3131). 

Het  hollandsche  opschrift  staat,  inet  een  vers  van  122  regels,  in  drie 
kolommen,  gegraveerd,  boven  de  voorstellinpf  dezer  plaat,  terwijl  het 
fransche  boven  een  vers  van  117  regels,  eveneens  in  drie  kolommen, 
gegraveerd  is  onder  deze  spotprent  op  't  verlies  van  Turin  door  de 
Franschen.  Links  in  de  voorstelling  staat  op  den  voorgrond  een  graf- 
monument met  de  inschriften:  „Tombe  de  la  Monarchie  tombante", 
..Grafstede  der  Franse  Officieren  gesneuveld  voor  Turin".  ., Tombes  des 
Officiers  Fraucois  tués  devant  Turin";  boven  deze  tombe  een  stierekop, 
damp  uit  zijne  neusgaten  blazende,  waarboven  ,,Taurino".  Rechts,  even- 
eens op  den  voorgrond,  een  pot  met  dek.sel  on  met  de  inschriften:  .,De 
Dood  is  in  de  Pot'.  ..La  Mort  est  dans  Ie  Pot"  welke  spreuk  in  het 
voetstuk,  waarop  de  pot  staat,  nog  eens  in  'tlatijn  herhaald  is:  ..Mors 
est  in  olla '.  De  hertog  van  Orleans,  die  zijn  hoed  verliest,  loopt  met 
uitgetrokken  zwaard,  achter  een  wagenrad.  op  den  stierekop  aan,  welke, 
als  voorkomende  in  het  wapen  van  Turin.  die  stad  moet  voorstellen. 
Voor  hem  staat  het  tijdvers:  ,.ah  D*^ehL(f/e  hiC  TaXroi,  /<"*  spes  Mrtyc 
/io/i  est  \  Doven  het  hoold  van  den  hertog  de  afbeelding  van  een  ont- 
hoofding, met  onderschrift:  „Lache  Franse  Officierë  voor  Turin",  een 
weinig  rechts  daarvan  een  galg  met  opschrift:  „Praal  Graft  van  de 
Gouv'i  V.  Goito",  terwijl  onder  den  gehangene  staat:  „Tombe  du  Com^: 
de  Goito".  Boven  de  pot  met  deksel  een  weegschaal;  in  de  liokersehaal 
ligt,  met  bijschrift:  „Duitse  Laurier  voor  Turin ',  het  zwaard  van  Eugenius 
met  een  grooteu   lauwerkrans,  deze  schaal  slaat  erg  door;  in  de  rechter- 


Digitized  by 


Google 


1706  LUSTHOF    VAN   MOMÜS:    „BYVOKGSEl",    ENZ.  107 

schaal  ligt  eea  fransch  zwaan!  met  een  kleine,  magere  lauwerkrans  er 
aan,  waarbij  „Franse  Laarier  by  Castiglione".  Deze  prent  is  een  niet 
nagovoljrde.     Zonder  volgnommer  ..20"  in  den  rechterbovenhoek. 

ï^eu  verkleinde  kopie  dezer  plaat  komt  voor  in  Foe^is  o/t  Affalra  of 
^fatf.  Vol.  IV.  Suppl.  part.  Plate  VI  en  wordt  be:jchreven  door  Stepheus. 
Cat.  Brit.  Mus.  No.  1458. 

•3254.  —  20».     Dezelfde  plaat.     Latere  staat.    (Muller  No.  8133.) 
Nu   fiUt  Tolgnommer.    Het   vers    in   boekdruk   achter  den  titel  heeft 
het  volgende  opschrift: 
..20   De  TRAAGHEID  voor  't  belegerde  Tlbin." 

Boven  de  derde  of  laatste  onderafdeeling  dezer  serie,  die  met  plaat 
21  aanvangt,  staat  als  opschrift: 

„DE  IV.  ELEMENTEN."  „Les  IV.  ELEMENS." 

3255.  —  21'.  „D«  f/yootse  lUWKKLEN  VERKÓl'EK  can  EUROPA 
tussen    SPANJE    en    VRANKRYK  qf  GOUD   MKINEzoeker"  enz. 

..Le  piifs  >jra>xd  VENDEUR  df  lOYAUX  de  /' KÜROPE  <?« /t  CUEKCUEUK 
dt  MiNKs  d'OR,  lii  KRANCE  '  cnz.  (Muller  No.  3136). 

Verkleinde  kopie  van  No.  3217  hiervoren,  plaat  19  uit  den  zoogenoem- 
den almanak  van  I7ül.  le  staat  zonder  volguommer  ,.21"  in  den  rechter- 
bovenhoek. 

•3266.  ~  21».    Dezelfde  plaat.     Latere  staat.  (Muller  No.  3135). 

Nu  iiiet  volgnommer.  Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

..21  De  AARDE,  of  de  Groote  Jcweelen  Vekkoopek.  en  Gold 
■MEiNEN  zoeker  in  de  Pyreneese  Bergen." 

3257.  —  22».  „De  MONARCHALE  SLEUTEL  DRAGER  of  PmtscriijtUiH 
^^  V  TURIN  '•'*  MILANE"  enz. 

..Le  Porteur  de  clefs  mon.vkchales  ou  le  Cou/'ief  du  PosiscriptU)H 
de  TURIN  et  Mii.AN  atec  son  Finaticief'\   (Muller  No.  3138). 

Verkleinde  kopie  van  No.  3214  hier  voreu.  plaat  18  uit  den  zooge- 
noemden  almanak  van  1701.  le  staat  zonder  bet  volgnommer  ,,22"  in 
den  rechterbovenhoek. 

•3258.  —  22».    Dezelfde  plaat     Lutere  sUmt.  (Muller  No.  3137). 
Nu  met  volgnommer.    Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
volgende  opschrift: 

,.22    't  WATER,  of  de  Monarchale  Sleuteldbacer." 

3251).  —  23».  ^^Orakel  spraak  tan  IUPITER  tot  LOUIS '>i:er  /  «<V?rf 
OPROER  te  MADRID,  om  de  VlOOt  der  BoHdr/eiwte'\ 

..RKFONSE  (/'  ORACLE  de  luriTfau  u  LOL'i.s,  roiicertmnt  la  nouvelle  uevc- 
LUTioN  de  MADRID  ^^^  la  FLOTTE  ALLIBE  &c '.  (Muller  No.  3140). 


Digitized  by 


Google 


108         LUSTHOF    VAN    MÜMUS :     „R031A    PKRTUHBATa''    17u5— 170Ö 


Verkleinde  eu  gewijzi»2^ile  kopie  vaii  No.  31ÜU  hier  voren,  plaat  11  uit 
*lei»  zoo<rcuoemdeu  alrauuak  van  1701.  Ie  st:uit.  zonder  voli^nommer  ..i'ó  ' 
in  den  recliterbovenhoek. 

♦aeCO.  —  -23».     Dezeltde  plaat.  Latere  sUjut.    (Muller  Nu.  3139;. 
Nu  hirt  volpfnomraer.    Het  vers  in  boek«iruk  aohter  den  titel  heeft  het 
volj^cnde  opsi'hrift: 
..•J3   De  LUCHT,  of  Louis  biddende  JtriTiiK." 

3-201.  —  "24?*.  ..ytf/crfuf'  tnu  <^^' eclips  der  kuansl:  zon  vcrduUtcrd  dnuf 
de  HiüTsK  M.\AN  Ci  de  vehbonpe  plankten  . 

..AfaUVtliiU'S     <'o.tSt'qUr,iC€S     dr     /"  ECLIPSE        du      SÜLKIL     VHA'SroiH  olKytiirri 

par  la  LUNK  d  AXGLETEURK  f/ /có  Planetes  Allikz'.  ^MullerNo.3Ue;. 
Verkleinde    kopie    van    No.  3203  hier   voren,    plaat    13  uit  den  zoo«xe- 
üuemdeu   almanak  van    IT'iL  Ie  stai^t  vóór  het  volf^fnommer  ,/2i-"  in  den 
rerhtorbovenhoek. 

'3*:6-3.  —  24^     Dezelfde  pla:.t.     Latere  staat.     [Muller  No.  3141). 
Nu  oi(t  volpfnommer.     Het  vers  in  boekdruk  achter  den  titel  heeft  het 
vol«.|feude  opsclirift: 

.24  'tV^UUR,  of  Naweene.n  van  de  Zon  Eclips.' 

32Ö3.  —  25'.  „T;cm/^  ONDERWERPING  dey  A/'f/caillr  SPANLVARDË 
OU'I  KAREL  111.  op  ^t  aanuadtrë  der   Vloot  \ 

^^S^cflud  HOMMAGE  dfa  ESPAGNOLS  rtiourdiz  a  CHARLES  lil, 
tt  Retraite      dra  PHILlPPINs'*.  (Muller  No.  3141-). 

Verkleinde  kopie  van  No.  3201  hier  voren,  plaat  12  uit  den  zoogenoeniden 
almanak  van  1/OL  Ie  st-tuit  V(»('»r  het  volf^nommer  ..25'  in  den  rechter- 
bovenhoek. 

^3204.  —  25 ^    Dezelfde  plaat.     Latere  .sUiat.     .Muller  No.  3143]. 
Nu  Htet  vol<^nommer.  Boveu  het  ver.s  in  boekdruk  aehter  den  titel  ^taat: 

.TOT  BESLUIT. '  —  ..CONCLUSION  de  eet  UUVRAGE.'^ 
.25    De  tweede  ONDERWERPING  der  aecevalle  SPANJAARDEN  aan 
KAREL   III." 

32G5.  „Roma  pertiirbata,//  Ofte/  't  beroerde  Romen,  / 
Vertoond  door  xiii  Zinnebeelden,;/  Toegepast  op  de  /  x  ge- 
boden, enz.  y  Door  die  van  *t  Pausdom,  doch  voornaamelijk 
door  de;/  munniken  /  Doorgaans  meest  o  vertreeden,  /  Ook 
klaarlyk  te  zien  in  deze  byge voegde  Historiën  van  /  P. 
Codde,  en  T.  de  Kok;  //  Waar  in  de  Hooguioedigheid  van 
de  Paus,  wegens  zyn  aangemaatigd  Reclit,  op  't  Staats// 
Nederland,  en  zyn  onmacht  om  't  gewaande  recht  uit  te 
voeren,  beneliens  der  weder-  spannigor  Munniken  vlucht, 
cierlijk  voor  oogen  gesteld  worden.  /[Als  mede  't  gevaar 


Digitized  by 


Google 


170S— 1700  LUSTHOF    VAX    MOMI'S:    „KOMA    PERTIHBATa"  109 


van  Clemens,  in  het  afkeuren  van  de  Bisschop  van 
Paderbom,  als  gekoren//  bisschop  van  Munster,  trachtende 
in  des  zelfs  plaats  te  stellen  de  Bisschop  van  Osnabruk. ' 
En  tot  besluit  7  't  gastmaal  der  gelmnne  mu^niken,  ge- 
tract^erd  door  haar  opperste  kok,//]  Zijnde  dit  werk  te 
zamen  gesteld  door  (een)  L.(iefhebber)  F.(an)  J.(ansenius)// 
En  zijn  medehelpers^  ah  Liefhebbers  der  stellingen  van 
Jnnssenius. /'  (Fleuron)//  Gedrukt  tot  Loven,  tenkost^van 
de  Groote  Canipagnie  (stV?),//  met  Privilegie,  mdccvii.'* 
(Muller  No.  3110). 

IV  in  bovenstnanden  titol  tusschen  f ;  g-cplaatste  woorden  komon.  vol- 
gens Muller,  in  den  door  mij  niet  jfezienen  eersten  druk  niet  voor. 

In  <len  tweeden  druk  stflan  nan  de  keerzijde  van  dezen  titel  infol. 
dertien  i-repeli^e  p^edirhtje*.  ter  g-edeeltelijke  verklaring"  van  even  zooveel 
piaton,  waaruit  dit  derde  ondenleel  van  den  ..Lusthof  vnn  Momus"  be- 
staat, n*"  opschriften  on  zon  noodijj  de  versjes  zelf.  vindt  men  bij  elke 
pliint  venneld:  jrezaraenlijk  hebben  zij  'tyolj'-end  alpremeene  opschrift: 
..Nader  Verklaarinjr  der  xiii.  zinnebeelden,  over  de  Historie  van  PKTRTTS 
rOPDE  en  THEODORFS  (fr  KOK.  Toefjepast  op  de  X  GEBODKN, 
'enz.;    Donr   ff>^  ma  het  PAisnoM.  f'n  ir  f  f  ronmahielijk  ffoftr  de  Munnikf.n 

Deze  reeks  heeft,  zooals  beg^rijpelijk  is.  op  bizondere  wijze  de  aandacht 
GT'^t rokken  van  een  gedeelte  van  het  holland.sehe  volk  en  eeni^e  der 
platen  zijn  dan  ook,  in  tepen.stellinff  met  de  andere  series,  «loor  vriend  en 
t**s'en.stan«ler  der  Oud-Roomschen  vermeld,  beschreven  en  beoordeeld. 
Onder  de  laat'iten  is  Louis  Mozzi  een  der  voornaam.««ten.  In  zijn  Histnivf 
({f9.    r^nhttioMS  de  PE^lis^  (TUtrerht.  TL  44.  zef^t  hij  o.  a.  het  volgende: 

,.T1  en  est  peu.  parroi  les  h(^r(Hi(iucs.  si  Von  excepte  Luther  et  .ses  di.s- 
ciples.  qui  aient  eu  recours  aux  almanacbs  et  aux  estampes  pourrépandre 
leurs  erreurs,  et  .sédulre  les  simples.  Il  faut  convenir  cependant  que 
jamais  Luther  ni  aucun  de  ses  disciples  n'ont  feit  quelque  chose  de 
compamble  h  ce  que  les  disciples  de  Jansénius  et  de  Quesnel  imafjintVent 
en  HoUande.  Médailles,  inscriptions.  rimes,  gravures,  teut  fut  mis  en 
uivippe  pour  aigprir  et  pour  soulever  les  esprits  contre  Rome;  la  Hollan<le 
fut  inondée  de  libelles  et  d'écrits  s<^ditieux.  pour  répandre  les  nouvelles 
«loctrines.  et  pour  exciter  la  haine  des  constitutions  r'manées  du  saint 
Sit»f:o.  et  de  la  personne  mt^me  du  vicaire  de  Jésua-Christ." 

Wat  hij  omtrent  enkele  dezer  prenten  mededeelt  valt  voor  een  groot 
deel  samen  met  mijne  beschrijving,  maar  wat  er  karakteristieks  in  is. 
zal  ik  bij  ieder  nommer  afzonderlijk  opgeven. 

*rJ20G.     „EST  bataVo  RoMi*:  skDks  aC  C^.sark,  prkssa". 

(1705).  (Muller  No   3410'). 

Tijdvers  boven  de  middelste  van  drie  medaillons  ter  eere  van  P.  Codde 


Digitized  by 


Google 


110  LUSTHOF   VAN    MüMUS :    „ttOMA   PKRTÜRBATa'*  1705—1706 


en  ter  beschimpinff  van  den  paus  (Cleraens  xi)  en  van  T.  Coek,  den 
pausolijken  nuntius.  Onder  het  tijdvers  staat  de  volgende  ..^ExpUratio 
NiTMMi.  in  honorem  D^'  p.  coddk  si>/a^  ' 

Fitlf/nre  Pontificis  sine  nilp't  offendittn-  AGNrs 

Vevuni  c^LESTi  Fulmine  diseutitur 
Imtitia  'jladio^  et  Ditino  pr^ditm  igne 
Frotef/it  Innocuum  belgiccs.  ecce^  leo". 
Boven  om  de  medaille  heen  staat:  .,Medaub  gemaakt  ter  ekre  van  de 
HEER  PbTRUS  TODDE"  ;  onder  er  omheen:  ,.non  sumit  ait  ponit 
noNORES  arbitrio  ropur.ARis  aur.k".  Binnen  de  medaille  staat  bovenin 
„insontbm  feustra  KERiRE  PARAT.';  in  de  afsnede  ,.MDCCV'".  De 
zinnebeeldige  voorstelling"  vertoont  liilks  op  den  voorg-rond  een  Inm  (de 
kerk)  liggend  op  een  kruis,  terwijl  zijn  rechtervoorpoot  rust  op  een  boek. 
waarop  men  leest:  „Resp',  doelend  op 't  werk  van  Codde,  5<'.<;>o,;AvVï//r,« . .  . 
nd  arriptu'iii  var.  arcus.  tap.  rmtt.  Rome  1701;  rechts  de  hollandsche  leeuw- 
met  den  pijlbundel  in  den  linker-  het  zwaard  in  den  rechterklauw :  en 
op  den  achtergrond  ..S^  An</elo'' ;  uit  de  wolken  komen  van  rechts  blik- 
semstralen omlaag,  die  de  veel  zwakkere  en  kleinere  vernietigen,  welke 
voortkomen  uit  „'t  vaticaan' ,  dat  men  links  op  den  achtergrond  ziet. 
Onder  de  medaille  staan  de  volgende  versregels,  die  evenals  bovenstaande 
latijnsche,  eene  verklaring  van  de  voorstelling  geven : 

,Met  BofMise   Vaticaan  s\jn  bUxehi  sihiet  naar  't  Lam 
Doch  irord  tfrnietif/d  duor  de6  Heinéls  blixeiit-rlahi 
En  Neêrlands    Leew  gesterkt  door   s  EemeU  hgVuj  tier 
Beshei^md  (t  Onnozelheid  door  't  Ztcaard  d^^  Rechts  alhier 

Le  VATiOAN  ROMAiN  fon<lr(»/ndt  sur  V  Aoneaï' 
Vainehient  il  combat  co/ttre  le  feu  celeste 
Le  RELOKiUE  LiON  de  son  bon  Droit  profeste 
Et  de  f  end  Vlnuocent  par  un  ArrH  nouveau' . 

Links  van  deze  medaille  staat  het  spotbeeld  van  (Jlemens  ii,  dat  uit 
twee  verschillende  hoofden  is  samengesteld.  In  de  richting  waarin  de  eere 
penning  op  Codde  bezien  worden  moet,  ziet  men  het  pauselijk  hoofd  met  de 
tiaar.  In  het  zichtbare  gedeelte  van  het  kapje  dat  onder  de  tiaar  uitsteekt 
staat  „Germanos  metuo"  en  de  letters  „CXI  PMOAN"(?)-  In  den  buiten- 
sten rand  van  de  medaille  staat  bovenaan:  „PERVERSUS  PETRUS  OUM 
CACOD/KMONB  IDEM",  onderaan:  „DE  KERK  DOOR  LIST  VER- 
KEERD, ALS  DUIVEL  TRIOMPHEBRd".  Meer  naar  binnen  bovenaan: 
„2)«  faux  Pierre  avec  le  Diable  Cette  Alliance  est  admirable'\  onderaan 
.,AT.BANrs.  NiGRO  MiSTi's  cacod.emone,  canus'.  In  nog  kleiner  cirkel, 
die  bijna  den  geheelen  kop  insluit:  „UNDECIMUS  CLBMKNS  BATA- 
VOS         VULT  GOOIRE   DEMBNd*\   Vlak  voor  's  pausen  gezicht  staat: 


Digitized  by 


Google 


1703— 1706  LUSTHOF    VAX    MOMÜS  :    „ROMA    PERTrRBATA*'  lil 


..GnIluB    excitavit    Petrum    MDCC'.    Van   deze   zijde   pezien   stann   do, 
Tolgvhcle  versregels  onder  de  medaille  f^egraveerd: 

..D»*  le^uiten  dif  'tfjnns  Cfiristenryk  nntfneren; 
Mft  rfr?it  f;  ff  ijk  dit  Hoofd  ook  's  Duivpls  frnprn  ro^-fi.i  : 
Do^h  '  f  Antichristendom  sal  onzen  Staat  n>et  herm: 
Die  eer  hanv  Kei'ken  sfuit.  bij  bitrfjers  en  hy  hoeren 


Men  doenid  ianssenius  hezicaard  zijn  leer  met  z'fken. 

Waar  ran  zijn  Boek  niet  fneUl.  out  hem  r^rht  ziravt  te  '.ih'kf  " 

.^e  chant  dun  coc  phtwertx  n  (sic]  fait  pleur^r  Saint   Pierro. 
Cf  Faux   Pierre  ent  farh-  </uuii  f/ros  COC  f/o'V  sr  taive 


hes  lEsriTF.s  par  totit  trovhlent  la  Ckr'Uieuf^ 
J?/  Oiit  avee  ce  Céhef  la  marqve  du  Diahle 
Mais  Hotre    E^tat^  jai.iais  par  VAntechrist  /orrft. 
Plütnt  de  fei-tnen  levrs    Egltses   fst  rapahlp\ 
Van    deze   zelfde   zijde   de   derde  medaille  beziende,  vertoont  dozo  ok^'w 
roanshoofd  met  kardinaalshoed,  waaromheen  men  in  den  buiten8ten  cirkel 
leest:  .,CONVERSUS    HYPOCRITA    STÜLTUS."    „DIK    RECHT  8CHYN- 
HYLTOllEID   BEZIET    EKN    ZOTSHOOFD    VIND    EN    ANDER8  NIKT.*' 
In  een   tweeflen.  enprereu  cirkel,  staat:  „tournez  ce  ciiAPEAr  pttvpocri 
sik;     CF.    SKR.\    TNE    CAPPK    DK   FOLIE.   Il  naifaf  point  de  Modt\   Qtre  rrUf 
fF  Antt-Codde ;    Et    fnit    h  aai  at  par  fravdp'\  terwijl  in  twfp  rcgfcls 
viH>r  't  o^ezicht  van  dezen  man  «taat: 

„Oesckoore  Kruinen,  gij  zult  ons  niet  sck^ei'en 
Vert      rekt  wij  houwen  't  met  de  Waerelds'  Heei-en\ 
De  versregels  hier  onder  zijn: 

..Dit  Hoofd  de  codde//^  Relif/ie  helpt  terdoemen 
Zijn  eiift  Coddigheid  niet  kunnende  verbloemen 
f  Land  dat  dit  Koofd  ontziet,  kan  op  geen    VrtjJieid  roemen 

UP  de   MUNNIKEN 

Kaalkoppen  zoekt  gij  naar  uw  Kloosters    tgeld  te  toeren 
Uit  HOLLAND?   Volg  de  paus,  en  haal  het  van  de  koetje 
La  Pourpre  reut  óannir  coddk;  car  sa  Doctrine 
De  KOMB  est  condannée,  et  eest  arec  raison 
Car  pour  trnmpei"  Ie  Peuple  il  kait  les  ruses  /ines 
Mais  il  pr^che  ibsus  dun  juste  et  saint  sermon 
N  adore  point  de  Saints  t^teint  l«  Purgatoire 
Et  aime  plus  de  ciirist,  t^ue  r/*  antkchrist  la  glnre'. 
Midden    onderin    de    prent   staat,  van  deze  zijde  gezien,  het  verzonnen 
adres:  ,^.  Antipapa  exc.  Viennof'.     . 


Digitized  by 


Google 


112  LUSTHOF    VAN    MOMUS  :    „HOMA    PBRTURBATa'*  1705  — 1706 


Keert  men  de  plaat  nu  fjreheel  om,  dan  verandert  Cock's  hoofd  in  een 
narrenkop.  waaronder  de  voljfende  verzen: 

..Wech!  Zotskap^  ^V^  W  '«'w/  in  't rrefthamn  Neevland stookt 
Men  band  u  nit:  voor  n  (jetn  s^'howstetn  hier  meer  mokt 
Oeen  Fausselijke  kok  ff/k  spijs  voor  HoUa7ld  kookt 
Zijn  saussen  wnlf/en  door  *t  ni typend i//  lokkend  zoet 
Vei'wekken  //al  en  Hjn  van  nasmaak  puur  ah  rnet\ 

..Va-ten  d'iri  Badin,  Awateitr  dé^qv^relies 
IHnllande  te  bannit.  sors  arec  tous  tes  gens 
Th  tarhe  defnporter  de  re  Fai4  Vartjent 
Pmtr  reuiplir  les  rhftres,  ou  bien  pour  tes  pneelies^'. 
Onder   's  pausen   hoofd,    nu  veranderd  in  een  man.skop  met  bokshorens 
en  ezelsooren.  staat 

„ROMA  betekend  Kracht  VI  7  Grieks,  doek  onse  Staat 

Oeen  Griekse  nf  Roohfse  spraak,  of  wetten  kracht  icil  yêrë 

Spreekt  Nederlands  dat  is  oprerkt  om  '/  rreedlfj  leren 

V'tor  d'  Onderdaan;  en  om  Relujis  uieniand  haat 

Fm  ;rijl  de  KnscR  lr//f  wet  Romek  over  hoop 

Ia  drijf/d  Sint  Peters  Stoel  zo  binden  mij   een  knoop 


Le  mot  ROME  en  rienx  Gi'ec  la  ForcS  sufnifie 
Mais  ni  Grer,  ni  JRomain  nótre  Etat  peut  foreei- 
Ne  pnrlant  tfu  Holland^^^  anorqitels  on  se  conüe 
Laissant  en  paix  rhacnn  a  sa  f 01/  s'attacher 
Fa  puis  que  rEmpereur  au  Pape  aussi  resiste 
Oh  poun'oit  arec  lui.  sans  Pape^  vtre  papiste". 
Hot  op.schrift  van  het  versje  achter  den  titel,  bij  deze  prent  behoorende.  is: 
,.I  ZINNEBEELD,   of  de  Medalie-stukkeu  van  P.   CODDE,  de  PAUS,  En 
des  zelfs  NUNCItJS. 

Het  EERSTE   GEBOD  o  vertreeden,'' 
Deze  ^avure   is  zeer   uitvoerig-   beschreven   door  Stephens,  Cat.  Brit. 
Mm.    No.    1456,   terwijl    ik    nog   het   volgende   mededeelen   kan,  door 
anderen  daaromtrent  in  handschrift  of  druk  gegeven. 

Vooreerst  dank  ik  aan  den  eerw.  heer  J.  A.  van  Beek,  kanunnik 
en  pastoor  der  O.  R.  parochie  van  St.  Laurena,  in  den  Oppert  alhier,  een 
mededeeling  van  den  utrechtschen  pastoor  W.  Kemp.  Het  H.  S.. 
waaraan  het  volgende  ontleend  is,  is  een  uitbreiding  van  diens  Ker- 
kehjke  historie  van  Utreeht  en  bevestigt  —  wat  trouwens  reeds  gedeelte- 
lijk af  te  leiden  was  uit  de  omstandigheid,  dat  A.  AUard,  die  niet 
O.  R.  K.  maar  gereformeerd  was,  deze  platen  uitgaf,  —  dat  ook  de 
niet  Oud-Roomschen  medewerkten  om  den  .strijd  levendig  te  houden  en 
daartoe   niet   altijd   de   meest   uitgezochte  middelen  gebruikten.     Pastoor 


Digitized  by 


Google 


1706—1706    LUSTHOF    VAN   MOMÜS:    „ROMA   PBRTURBATa"  113 


Kemp  schrijft,  in  verband  met  de  middelste  der  drie  Toorstellingen  Tan 
deze  plaat: 

, J)e  oncatholyken  seheenen  ook  deel  te  neemen  aen  de  blijtschap  welke 
de  vrinden  van  Sebastenos  betujgden;  hoe  wel  eenige  te  verre  gingen 
en  verscheide  vuyle  pasquillen  met  verfoeielijke  toepassingen  op  Romen, 
de  Paus,  de  Jesuiten  enz.  uytgaven,  die  d'  onverstandigen  ook  al  ten 
deelen  aen  de  vrinden  van  Sebastenus  toeschreven. 

Een  oncatholjk  man  heeft  zelfs  Medalien  doen  slaen  van  Goud  en  zilver 
op  de  grootte  van  een  Ducaton  WBerbg  deze  uitlegging  gevoegd  werd 

üytiegging  van  deze  Medallie: 

Petrus  Codde 
Aertsbisschop  van  Sebasten. 

Op  den  voorgrond  vertoont  sig  een  Lam  leggende  op  twee  knotsen, 
welke  knoteen  in  het  out  HollaDts  beteekent  Codde:  Sin  spelende  op  de 
naem  van  den  Aerts-Bisschop :  aen  de  eene  zeide  siet  men  in  *t  verschiet 
de  groote  Siut  Pieters  Kerk  van  Romen,  en  daer  nevens  het  Vaticaen 
of  Pauselyk  Palys,  uyt  welk  Palys  voort  komen  blizemstralen  op  het 
Lam:  maer  de  Heemel  die  de  regtvaerdigheid  bemind,  en  over  'tmen- 
schelijk  geslagt,  jaa  over  Pausen  regeert  aengezien  de  Paus  zoowel  fylbaer 
is  als  andere  Menschen,  weerhoud  den  blizem  of  ban  van  den  Paus, 
door  het  nedersenden  van  zijnen  blizem  en  beschermt  alzop  de  onnozele, 
die  op  hem  betrouwen:  voor  het  Lam  ziet  men  een  Leeuw  gewapent 
met  zwaard  en  pylen,  welke  Holland  betekend,  die  in  't  herroepen  van 
den  Aertsbisschop  zyn  Eerwaarde  uyt  de  wrede  klauwen  van  de  quaet 
nemende  Geestlykheid  geret  heeft  met  dit  omschrift 

Insontem  frnstra  ferire  parat,  Dat  is: 

Hy  tragt  te  vergeefs  den  onschuldigen  te  treffen." 

L.  Mozzi,  Histoire  des  révolutions  de  Péi/Use  d' Utrecht.  II.  pag.  7  seq. 
schrijft  over  de  medaille,  waarvan  de  keerzijde  alleen,  zeer  vergroot,  in 
't  midden  is  a%ebeeld,  het  volgende: 

„üne  médaille,  que  Ie  parti  fit  paroitre  dans  Ie  même  temps,  necontri- 
bua  pas  moins  k  relever  Ie  courage  de  Codde;  il  voyoit  par-Iè  que  ses 
amis  étoient  fermement  décidés  k  s'opposer  k  toute  nouvelle  nomination, 
persuadés,  comme  ils  Ie  publièrent  partout,  que  personne  ne  pouvoit  lui 
ètre  préféré  pour  Ie  gouvernement  des  catholiques  de  ces  provinces,  et 
que  sa  déposition  n'étoit  autorisée  par  aucune  sentence  canonique.  (Racine, 
histoire  eccl^  1.  c.  page  116,  117,  etc.  Cette  médaille,  frappée  en  bronze 
et  en  argent,  offroit  d'un  cóté  Ie  portrait  de  Tarchevèque  de  Sébaste,  avec 
cette  inscription  latine:  ticario  apostoUco  (enz.};  et  cette  légende  prise 
d'Horace:  Jfon  êumit  aut  ponit  honores,  arhitrio  popularis  aura:  il  ne 
prend  ni  ne  quitte  les  honneurs  au  gré  du  caprice  de  la  populace. 
L'application  de  ces  vers  étoit  des  plus  injurieuses  au  snint  Siége;  mais 
toute  l'indignité  de  ce  monument  se  montroit  au  rovers  de  la  médaille. 

IV  8 


Digitized  by 


Google 


114  LUSTHOF   VAN   MOMÜSI    „ROMA   PERTüRBATa"  1705— 1706 

L^,  sur  les  armes  du  vicaire  apostolique,  étoit  représenté  un  agneau 
tenant  Ie  pied  appuyé  sur  Ie  livre  des  Eéponses,  indiqué  par  les  Initiales 
Betp.  Ce  liTre  avoit  été  condamné  k  Rome;  et  c'étoit  sans  doute  pour 
contrebalancer  cette  sentence.  qu  on  avoit  représenté  k  cöté  Ie  lion  belgique 
dans  Vattitude  de  Ie  défendre  avec  son  g-laive  et  ses  dards,  emblême  des 
sept  pro^inces  confédérées. . . .  Tout  k  l'entour  se  Hsoit  une  légende 
latine.  exprimant  1'inutilité  des  efforts  de  la  cour  de  Rome  pour  frapper 
rinnocence.  Cétoit  ]k  l'idée  que  la  secte  travailloit  principalement  è 
répandre.  Elle  vouloit  fisiire  considérer  son  chef  comme  une  victime,  immolée 
a  Ia  vengeance  des  Romains;  elle  réproduboit  cette  idéé  sous  toutes  les 
formes,  pour  la  fisiire  prendre  dans  Ie  peuple,  et  une  foule  de  libelles  et 
de  vers  répandus  dans  Ie  public,  n  avoit  pas  d*autre  but." 

Wat  op  bladzijde  20  van  't  zelfde  werk  voorkomt,  omtrent  de  beide 
buitenste  voorstellingen,  verdient  nog  mededeeling: 

„üne  autre  gravure,  faite  en  forme  d'une  médaille  de  grande  dimension, 
et  que  Hoynck  dit  avoir  vue  (Hist.  eccl.  Ultr.  art.  xvii.).  surpassoit  en 
impiété  grossière  tout  ce  que  des  luthériens  ou  des  calvinistes  avoient 
imaginé  dans  ce  genre  de  plus  outrageant  pour  Ie  saint  Siége.  T^  cOté 
droit  représentoit  Ie  buste  du  pape  portant  la  tiare.  La  tête  étoit  dessinéc 
de  telle  sorte,  quen  renversant  la  médaille,  on  voyait  une  tête  de  demon, 
k  oreilles  d*Ane.  Le  revers  montroit  de  la  même  maniere  une  tête  couvcrtc 
du  cbapeau  de  cardinal  ou  affublée  d'un  capuchon  auquel  pendoient  def; 
Ronnettes.  Ces  allusions  burlesques  étoient  ezpliquées  par  des  légendes 
qui  le  disputoient  en  grossièreté  aux  figures  même." 

♦3267.      „De     NIKWE     roomse   kerk  TROPHEE."    (Muller 
No.  8410*). 

Opschrift  boven  de  berijmde  „  Verklaaring  tan  de  nevenstcande  Ft-^ 
guur*^^  die  ik  hier  in  haar  geheel  volgen  laat,  omdat  ze  alle  deelen 
noemt,  waaruit  het  karikatuurportret  van  Clemens  xi  is  samengesteld, 
dat  ernaast  is  a%ebeeld  in  ^en  ovaal,  gevormd  door  een  gefigureerd 
cartouche,  zóó  geteekend  dat  bovenaan  en  onderin  deze  lijst,  door  daarin 
aangebrachte  openingen,  vier  beestefiguren  zich  alsspotbeelden  vertoouen. 
Boven  *8  pausen  spotbeeld  staat: 

„2>i>  Kruis  is  't  beste  Teken        Om  "s Duivels  magt  te  breken 
Door  Hopman  Belsebul  Gesckied  dit  aape  spul\ 

lager: 

„De  Waereld  hooger  staat  als  dees'  geweide  Klok 
't  Is  om  de  CoDDigheid  in  spijt  van  's  Paussen  Kok", 
en  daar  onder  het  tijdvers: 

,,TB  VERBOR,  C«sar;  paCabo  bt  fokDkra  skptbM  ', 
dwars  voor  het  beeld  een  tweede  tijdvers: 

„CLhMens  B8T0,  aLbank  patbr,  bona  fosDbra  skrVa". 


Digitized  by 


Google 


170a— 1706   LUSTHOF   VAN   MOMUS:    „BOMA   PIETÜBBATa"  115 


Door  de  roade  opening,  links  boven  in  het  lijstwerk,  steekt  de  kop  van 
een  wolf  met  bisachopsmijter  op  en  een  schaap  in  den  bek.  Dit  is  een 
klanknabootaende  spot  op  de  bisschoppen,  reeds  in 't  begin  der  zeventiende 
eeuw  gebruikt:  bijtsekaap  voor  bisschop^  wellicht  uit  't  hoogduitsch  naar 
ons  over  gekomen.  By  den  kop  staat  dit  versje: 

,.Dees  Bisschop  is  een  kok,  en  herder  van  zijn  sch&pen 
Braad  haar  als  kok,  vreet  z*  op  als  wolf.  als  al  zijn  Papen". 
Aan  diezelfde  zijde   komt  de  kop  van  het  daar  a^beelde  zwijn,  met 
f«n  baret  op,  door  de  benedenopening;  in  het  ornament  er  achter  leest  men: 
„Der  Papen  soberheid  mag  met  de  varkens  pralen 

Dog  Hollands  Coddig  volk  Haar  wbblde  sal  Bepalen". 
Voor  zijn  snuit,  in  den  onderrand  van  het  groote  medaillon  om  *t  spot- 
beeld    en  boven   een  omgevallen   lantaarn   waarin  een  rookende   hoop 
st . . . .  in  plaats  van  een  brandend  kaarsje  geplaatst  is,  staat  nog: 
„Men  sal  se  met  Nagtslonsjes  zoeken 
Die  Clemens  bullê  wille  vloeken". 
Men  heeft  dit  inschrift  eerst  willen  plaatsen  in  het  krulomament  daar- 
onder, zooals  blijkt  uit  de  woorden  „Men  sa"(l},  die  daar  nog  zichtbaar 
zijn.  Onder  het  geheele  varken  staat  nog  in  één  regel: 

„D^  Faap  rtf«  KersnagU  Mis  toyn  sat  Treft  door  dit  slontje  ('t  hier- 
boven vermelde  lantarentje}  ^t  rechte  pad'*. 

Rechts  bovenaan  k^kt  een  ezel  door  de  opening,  hij  heeft  een  bril 
op  en  een  boek  vóór  zich.  terwijl  in  het  ornament  dit  2-regelig 
versje  staat: 

„Een  Ezel  door  een  Bul  voor  geld  geleerd  gemaakt 
Leest  zijn  getjê;  dat  koks  krauwel  daar  van  braakt". 
Door    de  opening,  aan  dezelfde  zijde  onderaan,  steken  hals  en  kop 
van  een  gans,  met   een  rozenkrans  in  den  bek  en  met  omschrift  in  het 
ornament: 

,.1K  geu»  voH  HoUand  ml  aan  'tBoose  kranke  tellen 
Hoe  lange  jaren  't  nog  de  Fau$  sal  konne  stellen'. 
Ook  hier  is  een  oude  klanknabootsing  oorzaak  van  *t beeld;  de  gans 
werd  reeds  in   't  eind  der  zestiende  eeuw,   met  biykbare  zinspeling  op 
't  engelsche  goose^  als  beeld  voor  den  geus  gebruikt 
Het  vers  dat  's  pausen  spotbeeld  verklaart,  luidt: 
„Wanneer  men  GLBMKNS  tiet  dus  Coddig  opgesmukt 
Denk  met  wat  reden  ky  't  Coddig  Geloof  verdrukt 
1  Zijn  Hollands^  karing  neus  begint  ket  vet  'tontdruipen 
(Zl/ii  karing  braad  kier  niet}  zijn  KOK  vast  keen  moet  sluipen. 
Die  kier  by  't  Vagevuur  zijn  pot  niet  kooken  kan  ; 
't  Word  Cknidig  uitgepist  van  't  volk  in  's  PaUSSen  Ban) 
3  Zijn  mond  de  Mis-kan  maakt  dien  Afgods  dienaar  dronke 
Hg  tfüslgd  ket  alles  in;  voor  't  volk  word  niets  gesekonke 


Digitized  by 


Google 


116  LUSTHOF   VAN   M0MÜ8  :    „ROMA    PERTÜEBATa"  1705— 1706 

8  2yn  oog  de  Meel  god  ziet  een  Lighaam,  daar  7  niet  is 
Hij  maakt  het  door  '^  stem:  fcat  dunkt  w,  is  dnt  MIS? 
4  De  Mis-kelk  komt  daar  hj;  h  .  ..de  Zef/eh  aan  (6)  de  BulVr 
7  Het  Mislf/k  Boek  gehjkt  na  loodse  Tahnuts  p'ullen 
Met  (8)  Peters  Sleutels,  en  (9)  Driedubbele  goudr  Kroon 
10  V  Ciborie  voor  zijn  borst  11  '/Patêne  toor  zyn  koon 

12  Het  toomtuig  aan  zijn  hals  toor  d ezels  om  te  reiden; 

13  De  vissen,  om  zich  in  de  Vasten  te  beleiden 

[Alsehoon  zijn  dis  ook  is  van  lekker  vlees  voorzien) 

Al  heiligheid,  die  hy,  voor  klein  geld^  aan  komt  bïen 

14 
Maar  boven  al  :  zyn  klok  kan  ons  ten  hemel  luyen 

Uitluyen  'tCoddig  volk;  doch  't  kan  haar  weinig  bruyë 

Ben  PATRIARCH  voor  PaUS  de  KBISKR  licht  steld  aan 

Daar  Hollands  roomse  Kbrk  met  regt  kan  onder  staan 

14  Zijn  klok  muts  draagt  ook  nog  (15)  weijquastê  (10)  frasseligtë 

17  De  Pater  noster,  om  'tonnosel  volk  te  stichten 

18  Ave  Maria  «i  —  (19)  Sint  Peter  bid  voor  ons 

(20)  [Licht  lampen  geeft  men  u:  zo  niet  gij  krijgt  de  bons 
21  Sint  Jacobs  schulpen,  en  23  zijn  staven  voor  het  leste 
Duid  'sMunniks  Pelgrimschap  uit  d"  Hollandse  gewestë.'' 
In   den   klokmuts   (de   tiaar)  onder  No.  14  vermeld,  staat,  op  de  wijze 
zooals  de   naam   van  den  maker  in  de  klokken  gegoten  wordt,  als  rand- 
schrift:  „OA   LLUS   MB   FE  ciT  MDCC."    Gallus  staat  hier  natuurlijk  voor 
Theod.  Cock:  Gki11u8=coq=Cock. 
Op  den  onder  de  tiaar  uitstekenden  band  met  kwast  leest  men : 
,*k Zweer  by  mijn  sool,  en  dese  Stool  Mijn  hulp  te  bien  den  Saaer  Pool 
Om's  Kijsers  hart  wat  te  versachten,  Als  d" Hollandse  Vereende  Mach ten'\ 
Onder  deze   berijmde  verklaring  staat,  door  een  lijn  afgescheiden,  een 
15-regelig  vers  met  opschrift:  „Op  de  vii  pauslykb  sacbamentbn" ;  en 
dtór  onder  nog  een  4-regelig:  „Op  Vader  CLBMENS  Xl",  die  ik  hier  niet 
afschrijf,  omdat  ze  te  weinig  met  do  prent  zelf  te  maken  hebben.  Geheel 
onderaan  echter  nog  een   4-regelig  versje,   dat  ik  om  de  woordspeling 
wël  in  zijn  geheel  opneem: 

„Antwoord  op  't  bovenstaande. 

Wat  legt  gy  Clemens  met  uw  BULLEN  hier  te  knoejë 
Wyl  Hollands  voordeel  meest  gelegen  is  in  KOEYEN 
Die  ziet  gy  liever  met  twee  voeten  als  met  vier 
Van  d'  eerste  üw  buidel  groeijd  behalven  uw  plaisier". 
Geheel    onder  aan   deze   kolom   verzen,   die   de  linkerzijde   der   plaat 
vult,    is    het    verzonnen   adres   gegraveerd:    Pius    SectUctlHs  excudit 

FrancofurtV^ 


Digitized  by 


Google 


17*»5— 1706  LUSTHOF    VAN    MOMÜS:    „ROMA    PKBTÜRBATa'*  117 


Het  yers  in  boekdruk  achter  deo  algemeen  en  titel  heeft  tot  opschrid: 

.^   ZCÏ5BBBELD,   of  de   ROOMfiË  KBRK-TROPHEE,    Tertoond   in  het 
Pausltk  bbeld,  Omhangen  met  al  het  Booms  Kerkeijk  Huisraad. 
Het  TW£KDE   OBBOD  overtreeden." 

Het  vers  \angt  aan: 

^De  Koomse  Beeldei^dienêt  men  in  dit  Beeld  bevind,''  enz. 

Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  Ié37  beschrijft  deze  prent  óók  zeer 
uitvoerig.  Onder  No.  2S0O  vermeldt  Muller  een  dergelijken  kop  met 
het  opachnit:  ..Uorgoneum  caput."  De  voorstelling  zelve  is  zeer  oud 
en  waarschijnlijk  genomen  naar  een  duitsche  prent,  reeds  in  1577  uit- 
gekomen met  hetzelfde  opschrift  en  verzen  van  J.  Fischart  ZieGoedeke, 
Qrundrisz  I.  bl.  891.  No.  23  en  24  en  Muller  No.  439,  die  daar  de  ver- 
maling vermeldt  van  het  vers:  .,Ein  seltsames  Meereswunder." 

*3268.      „Door    MUNNIKE-JAOT,      Worrf     BABKL    VERKRACHT." 
(Maller  No.  3410'}. 

Opschrift  boven  het  volgend  24-regelig  vers,  in  drie  kolommen,  gegra- 
veerd midden  boven  in  deze  spotprent  op  Theod.  Cock. 

,,1  Zie!  Neerlands  Leew,  ter  jagt  op  (2)  Babels  Beest 

(Gesterkt  van  (3)  's  Hemels  Wraakbode)  onbevreesd, 

Verdreüt  alhier  (4.4)  al  de  Q^schoore  Kruinen 

Ter  vlucht  op  ezels,  bokken,  zwijnen,  ruinen 

Gelijk  oen  luye,  geile,  gulzige  hoop 

Met  (5}  haare  hoere  kindVen  op  de  loop 

Waar  med  z'  haar  schutiheer  (6)  kok,  vermomd,  beidden 

Die  na  de  vlucht  haar  rey  vee  gaar  zal  brdden 

Zo  hy  niet  eer  geregen  word  aan  \  spit 

Van  7  Hollands  Ridder  dien  hy  strekt  een  wit 

£n  drukt  (S)  de  Pdpen  die  hem  ^lasterschende 

Van  omgekoft  te  zijn  door  Codde's  bende 

Zie  (8  b)  Codde  zelf  van  Rome  weergekeerd 

Word  van  (9)  den  Staat  verwelkomd  en  geëerd 

Zie  voorts  10  haar  schielijk  vluchten  uit  d^  stddo 

Te  water  wijl  z'  als  heeren  haar  verkleden 

Om  niet  als  Munniken  bekend  te  zijn 

11  Hoe  z'ook  de  dorpen  ruimen  by  'tdozyn 

Als  grdte  banjer  heeren  in  karossen 

Zo  moet  men  die  rebellen  't  Land  uitbossen. 


P.S.    2io  'tcoDDig  volk  gaat  trouwen 
Zal  't  wis  ons  KOKJe  rouwen 
Dat  hij  haar  feesten  niet 
Bediend  terwyl  hy  vlied". 


Digitized  by 


Google 


118  LUSTHOF    VAN    MOMUS:    ,,ROMA    PERTUEB ATA "  1705-1706 

Behalve  dit  vers  staat  er  onder  in  de  plaat  alleen  het  volf^ende 
tijdvers: 

,.HOS  HEB08  MonaChor  apprbnde  bataVe  rebeLLks' 
eu  het  verzonnen  adres:  .^etifdirtns  Antisolitarius  excudit  Ront'\ 

Links  op  den  voorgrond  der  plant  ziet  men  Cock  vluchtende  op  het 
zevenhoofdif»'  monster  (de  R.  K.  kerk)  waarvan  drie  koppen  afgeslagen 
zijn  en  dat  vSn  angst  k .  .  t.  Voor  hem  uit  en  achter  hem  verscheidon 
roomsche  geestelijken,  op  bokken  rijdend  en  te  voet.  allen  vluchtend  voor 
Mars?,  die  op  den  HoIIandschen  leeuw  gezeten,  hen  najaagt;  de  pijlbundel 
op  het  schild,  dat  hij  aan  den  linkerarm  heeft,  wordt  saamgehouden  door 
een  lint,  waarin  de  spreuk:  „Concordia  res  parve  cres"(cunt);  in  de 
rechterhand  houdt  hij  een  gevelde  lans.  Eenige  mannen  te  paard,  die  eeu 
vaandel  medevoeren,  waarop  ,.pro  secularibus",  volgen  hem.  terwijl  ook  de 
Wraak,  met  bliksemschichten  in  de  rechterhand,  uit  den  hemel  komt  aan- 
gevlogen om  Cock  te  verjagen.  In  't  midden,  op  den  achtergrond,  ziet 
men  een  zaal  waarin  verscheiden  personen  staan,  van  welke  twee  elkaar 
omhelzen.  Dit  moet  voorstellen,  hoe  Codde  door  de  Staten-Generaal  ont- 
vangen werd.  na  zijn  terugkeer  uit  Rome.  Rechts  zijn  op  den  achtergfrond 
personen  afgebeeld,  die  per  rijtuig  heengaan ;  links  anderen,  die  in  een 
schuit  vertrekken. 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op 
deze  plaat  doelt,  staat: 

,,8  Zinnebeeld,  of,  door  MUNNIKE-JA6T  Word  Bauel  verkracht. 
Het  DERDE   GEBOD  overtreeden." 

Het  versje  vangt  aan: 

,,De  Munnken  zweeren  by  de  Heiligen  haar  naamen, 
Onteeren  's  Hf  eren  ynnm  aldus;*  enz. 

Stephens.  Cnt.  Brit.  Mus.  No.  1438  beschrijft  de  prent  uitvoerig. 

De  voorstelling  is  volkomen  dezelfde  als  die  van  de  spotprent  op  Pater 
Peters,  hier  voren  in  Dl.  III  onder  No.  2797  beschreven ;  waar  toen  Peters 
op  't  zeven  hoofdig  monster  zat  met  het  z.  g.  ondergeschoven  kind  van 
Jakobus  II.  Dat  niet  dit  kind.  (zooals  Muller  meent),  maar  de  volwassen 
man  Theod.  Cock  moet  voorstellen,  blijkt  uit  het  vers.  2iOu  men  op  't  eerste 
gezicht  geneigd  zijn  met  Muller  aan  te  nemen  dat  het  dezelfde,  nu  inge- 
korte, koperplaat  is  van  dat  noramer,  de  menigvuldige  verschillen,  die 
bij  een  nauwkeuriger  vergelijking  op  te  merken  zijn.  maken  het  zeker 
<lnt  dit.  ten  minste  bij  de  hier  aanwezige,  niet  het  geval  is.  Daar  do 
plaat  in  Koma  Perturbata  blijkbaar  een  ingekorte  is,  blijft  de  mogelijk- 
heid bestaan,  dat  men  in  den  tijd  van  Pater  Peters  nog  een  kopie  van 
de  toen  gebruikte  prent  gemaakt  heeft  en  deze  in  't  bezit  gekomen  is  van 
'len  uitgever  van  den  Lusthof  van  Momus.  Ik  heb  deze  kopie  echter 
nooit  gezien. 


Digitized  by 


Google 


1705-1706    LUSTHOF    VAN    MOMÜS :    „UOMA    PKRTÜRBATA*'  119 

*3269.   „ZINNBBKBLDIO   POUETEKT   van  de  K.  w.  H^  THBOOO- 
EUS  de  COc".  {Muller  No.  3410^). 

Opechriit  boven  een  spotprent  op  Theod.  Cock,  met  zinspeling  op 
de  beteekenis  van  zijn  naam  in  'tfransch,  afgebeeld  als  een  kraaienden 
baan,  uit  welks  bek  dan  ook  de  woorden  ,.coG  coc  coquo"  komen.  De 
figuur  van  den  haan  hi  slechts  in  omtrek  aangegeven  en  de  gebeele 
ruimte  gevuld  met  een  vers,  niet.  zooals  Muller  zegt,  tegen  de  aanhangers 
van  Codde,  maar  tegen  Cock.  Links  van  den  haan  staan,  in  de  hier 
gevolgde  orde,  de  volgende  inachriflen  onder  't  opschrift: 
^Wijl  elk  de  Franse  zwier  bemind  En  dat  de  paus  is  Frans  gezind 
De  COC  met  Frans>een  naam  ook  praald  Die  word  in  't  Duits  een  haan 

vertaald 
£en  FRANSMAN  haan  heet  iu  't  Latijn  Dees'  Haauen  trekken  —  dus  een  Ijn 
Waarom  't  ook  wel  komt  dat  dees  vlucht  Uit  Holland  met  veel  reen  beducht 
Dus  blyft  dit  niewe  Drie-gespan  Noch  lang  in  StAten  Neerlands  Ban". 
Dan  *t tijdvers: 

„DBNOTAT    EN    NOMBN   FRANCO  ORE  AH!   OALLVS  ADKURANS". 

Lager  nog: 

De  GEKAPUINDE    HAAN 

ofte 

Der  MUNNIKBN  «i  NONNEN    MORGEN-WEKKEE". 

Eindelijk : 

,.Aan  de  paus 
Paus,  houd  gij  't  met  de  GOCcednen?  Wel  dat  zijn  ketterse  ondcrddtieu*. 

De  haan  verliest  verscheiden  veeren  uit  zijn  staart,  nis  „Roomse  Bnn", 
..Aanroeping  der Heilioen",  .,Mi8doen''.  „Absolutie",  ..De  Vasten". „Biegt", 
..H:  OliseV'  enz.  terwijl  hij  ..Philosophia",  „Poësis",  ..Retorica',  .,Litt6* 
ratura",  ,.Aritmetica"  en  „Grammatica"  k.kt,  waarop  de  vraag  en 
't  antwoord  doelt  onder  zijn  pooten: 

..Kakt  hij  van  angst?  neen  maar  op  ketters  'T  zijn  altegaar  gegeete 
Letters". 

Het  vers  waarmede  het  lichaam  van  den  haan  is  gevuld,  bevat  een 
waarschuwing  om  zich  Cock  niet  op  den  hals  te  halen,  daar  zijn  leer 
dezelfde  is  als  die  van  den  paus.  Een  Coddig  Peter  (Petrus  Codde)  tracht 
hij  te  overwinnen;  hij  is  bizonder  vlug  en  geleerd;  hij  heeft  lang  te 
Leiden  zijn  gemeente  gediend  mnar  moet  nu  ter  wille  van  Codde  zijn 
Vicariaat  laten  varen.  Nu  dit  zoo  is,  raadt  men  hem  aan  zich  te  ge- 
wennen bij  vele  geestelijke  hennen  en  te  maken  dat  zy  geestelijke 
eieren  uitbroeien.  Kwam  paus  Jut  (pausin  Johanna)  nog  eens  voor  den 
dag,  dan  zou  deze  hem  daarom  zeker' prijzen.  De  dichter  besluit  roet 
een  groet  en  den  wensch:  ..Maak  noch  menig  Pauslijk  cocceaan  En 
speel  den  gebraaden  haan". 


Digitized  by 


Google 


120      •     LUSTHOF    VAN   M0MU8 :    „EOMA    PKRTÜRBATa"  1705— 1706 

In   den   rechterbenedenhoek   der   plaat  staat   het  vol^nde  verzonnen 
adres:  „Tot  Emmerik  bij  Dirk  de  Haan  in  de  Boomsa  Kok'*. 

De  bij   Muller  8.   No.   3418  B   beschreven  plaat  is  precies  dezelfde 
als  deze. 

Boven   het  versje  in   boekdruk,    achter  den  algemeenen  titel,  dat  op 
deze  plaat  doelt,  staat: 

^jé  ZiifNBBBBLD,  de  HAAN,  of  *t  Zinnebeeldig  Pourtret  van  T.  de  Kok. 
Het   VIKRDE    QBBOD,  ten  opzichte  van  de  Zondag,  versmaad' . 

Het  versje  begint: 

„Veel  bonte  veeren  heeft  de  Haan,  veel  Heil'ge  Dagen 
Het  Pausdom:''  enz. 

De  plaat  vrordt  bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  beschreven  ouder  No.  1439. 

*3270.      :,ZkBP    Voor   de  IaNSBNISTBN   EN  IBZUITBN,"    (Muller 
No.  8415). 

Opschrift  boven  een  vers  in  twee  kolommen,  gegraveerd  onder  de  voor- 
stelling,  die   ik   als  de  oorspronkelijke  beschouw,  van  de  prent  No.  „5" 
in  „Roma  Perturbata". 
Dat  vers  luidt: 

,,De  *  Aartsbisschop,  wiens  getrouwheid  waakt 

Voor  't  heil  der  Zielen,  tyt  aan  't »  Ziften 
Van  deugd  en  ondeugd,  spijt  die  't  wraakt 

En  weet  het  goed  vant  kwaad  te  schiften, 
Door  't  *  Hemelsch  hulp  en  't  *  Staats  bestier 

Dat  alle  tweedracht  steets  helpt  weeren. 
Daar  >  Coddb,  *  Cok,  hoe  trots  en  fier 
Met  al  zijn  Bende,  kan  vemeêreu, 
Geen  Valsche  •  Bul  noch  Ban  noch  brif, 
Qeen  Kap,  noch  muts  noch  mijter,  baaten. 
Het  zij  aan  '  Rome  leet  of  lief. 

Men  leere  dan  dien  •  Weerhaan  haaten. 
Die  (naar  den  wind  van  heerschzucht  waait 

In  'tVatikaan)  Zich  steeds  wil  wenden, 
En  naar  'tiezuitisch  rot  zich  draait; 

Maar  nu  de  *  Tyd  het  toomt  in  't  schenden 
Van  deugd  en  tucht^  houd  hij  met  een 
In  toom  hun  » **  BijgelovigheOn.*' 
Ofschoon   dit  reeds   een    verklaring  is  der  plaat,  beschrijf  ik  huur  uog 
iet«   nader   om   de   verschillen   met  de   kopie   straks  te  beter  te  kunnen 
aangeven. 

In  den  linkerbovenhoek  der  prent  komt  een  hand  uit  de  wolken 
./t  Hemelsch  Hulp*',  die  aan  drie  koorden  ..De  Zeef'  .,Hooch  Nodich" 
houdt,    welke   geschud   wordt   door  .,Codde  Aartsbisschop  van  Sebaste". 


Digitized  by 


Google 


1705—1706  LUSTHOF    VAN    MOMUS:    „ROMA   PBETURBATa"  121 

die  aan  de  linkerzijde  op  een  toren  staat  en  door  ./t  Staats  bestier',  afge- 
beeld als  een  hand,  waaruit  bij  den  pols  zeven  pijlen  (de  zeven  provinciën) 
steken,  omwonden  met  een  lint  waarop  .,£endrag(t)  Mackt  maght '.  ..Cok 
met  sgn  Benden"  vallen  door  de  gaten  der  zeef  heen.  de  ,.Jansen  isten' 
blijven  er  in.  Cock  heeft  een  papier  in  de  hand,  waarop:  ..D  e  Bul", 
doelend  op  de  „BuUa  Unigenitus".  Een  ander  der  vallenden,  (linksboven 
Cock),  heeft  een  papier  waarop  staat  , .Benige  Cekr:  eten"  (sekreten). 
Midden  boven  in  de  plaat  is  „De  Tjd '  afjgfebeeld,  die  drie  monsters: 
.,Bygelovigheên  of  Twist  gewelt  en  bedrog",  met  ketenen  gebonden, 
voor  zich  uitdrijft.  Ter  rechterzijde,  op  den  voorgrond,  een  toren,  op  welks 
spits  „De  Weerhaan  van  Rome"  (Cock)  staat.  Op  den  achtergrond  „Rome" 
te  midden  van  heuvelen. 

*3271.    „lAKSSBNISTEN  en  MUNNIKBN-ZREP".  (Muller  No.  3410*). 

Kopie   der  vorige  plaat  met  een  geheel  ander  20-regelig  vers,  in  twee 

kolommen  en  met  bovenstaand  op.schrift,  gegraveerd  onder  de  voorstelling. 

Deze  heeft  de  volgende  verschillen  met  de  oorspronkelijke  plaat:  in  den 

rechterbovenhoek  is   het  vierde  gedeelte  eener  zon  afgebeeld,  met  twee 

St  Pieters-sleutels  er  in  en  het  omtichrift: 

„De  Paus  8^  Pieter  bid,  wild  tog  den  hemel  sluiten 

Voor  'tcoDDig  volk  en  houd  de  lanssenisten  buiten'. 

Bij   de   hand,   die   uit  de  wolken  komt.  staat  bier  „*s  Hemels  kracht''; 

de  zeef  hangt   hier   niet  aan  drie  maar  aan  zeven  koorden;  bij  de  beide 

buitenste  staat:    ,.Alzulke  Zeven  moet  men  houwen      Door  zeven  sterke 

Staatse  touwen".  Boven  de  hand  met  den  pijlbundel:  „Voor  zulke Zèveu 

De   Munn'kë  beven";   er  onder:   ..In  'svalaen  Peters  schip  gevaarlijk  is 

r 
te  zeilen  't  Word  in  de  gond  geboord  door  dese  7  peilen'';  bij  de  punten 

der  pijlen:  „Dit  Zeven  bond  De  Munn'ken  wond".  In 't  lint.  dat  de  pijlen 

bijeenhoudt:   „Eendragt  Maakt  macht      Concordia   res  parva    crescuut". 

In   den   rand   van   de  zeef  leest  men  nu :  „Dit  ziften  op  een  niewe  trant 

Behaagd   der   Stóten   Nederland'.    Boven   Codde    leest  men:    „D' Aarts 

bisschop  codde  staat  op  Eng  lenburg  verheven  En  schud  de  Munuiken. 

en  COC  door  's  hemels  zêve". 

By  Codde's  gelaat: 

„d'  Aarts  Bisschop  van  Seba^e 

Beproefd  de  Klooster  gaste." 
Boven  in  den  toren,  waarop  Codde  staat,  leest  men:  „Dus  zal  het  de 
Artsbisschop  Codde  meer  nog  met  de  Paus  verbrodde".  Bij  Cock.  die 
door  de  zeef  valt:  „Alle  gekken  op  een  stokje  Boven  op  ons  Roomse 
cocje'"  en  ter  zijde  van  al  de  vallenden :  „De  lesuiten  (hoe  z'  haar  streken 
kunnen  dekken)  Wanneer  men  haar  dus  zift  haast  komen  uit  te  lekke", 
.,De  naam  van  lesuït  zo  goed  is  als  van  Christen  Dog  nu  verdrijft  men 
haar  en  stijft  de  lanssenisten'.  Op  het  papier  dat  Cock  in  de  hand  heeft, 


Digitized  by 


Google 


122  LUSTHOF    VAN    MOMUS :    „ROMA   PERTURBATa'*  1705—1706 

staat  nu:  .,PausUjke  Bul";  op  dtU  van  den  vallende  Huks:  ..Roomso 
Ban'*,  terwijl  de  vallende  ter  rechterzijde  nu  ook  een  papier  in  de  hand 
heeft,  waarop  .,Coddig'  Mirakel". 

Boven  de  in  de  zeef  ovcrp['cbleveii  ,.Iuusseni.sten'':  ,.De  lansseniaten 
houden  sta  nd  De  Munii'ke  vallen  door  de  mand".  Iets  hoog"er  staat  in 
ccn  regfel  het  tijdver.s: 

,.CN    Ls^^ö   IrrItat    (^p.Tbro    Mon.vCiio.s  DIspkkgkns"  (1705). 

Boven  .,de  Tijd",  hier  iets  la^er  gebraveerd  dan  in  het  oripneel.  een 
lint,  waarin  het  volgend  distichon: 

,.De  Tijd  zift  alles  uit,  als  zijnde  vol  van  lekken 

Shoon  {sir)  self  lek.  stopt  nu  dicht  der  lesuïten  bekken". 

Nu  .staat  bij  elk  van  de  geketende  furiën,  die  hij  voor  zich  uitdrijft, 
een  bijschrift,  n.l.  bij  ,,1C"  „Schijnheiliheid  (sir)  en  Bygeloof' ',  bij  „17" 
„Geweld  en  Twist",  bij  „18"  „Bedrog"  en  „lesuitë  Beursen". 

,,Roma".  dat  in  den  vorigen  staat  als  een  stad  tusschen  heuvels  is 
afgebeeld,  neemt  hier  de  geheele  breedte  der  plaat  in-,  links  ziet  men 
„S'.  Angelo",  rechts  't  .,Vaticano"  en  „S.  Petro"  {de  St.  Pieterskerk), 
waarop  als  windwijzer  een  haan,  bij  wiens  bek  staat  ,.Coc  Coc  Coquo" 
en  waarop  het  tweelingrijm  doelt:  „Staat  dese  Haan  niet  op  S^  Pietcrs 
kerk  te  Romen?  Men  neem  het  of  't  zo  was,  of  voor  de  coc  zijn  dromen". 
Daar  boven,  doelende  op  de  stad:  ,,0!  RoDie  trots  op  zeven  heuvels 
Verstoor  het  zeven  van  de  keuvels".  Op  den  toren,  rechts  op  den  voor- 
grond, (hier  een  ronde  met  drie  transen,  op  de  vorige  plaat  een  vierkante 
zonder  omgangen),  staat  ook  hier  de  ..Roomse  We  erhaan",  nu  komt  uit 
zijn  bek:  ..Coc  Coc  Coquo",  terwijl  er  onder  staat:  „Dees  Haan  quam 
op  een  nagt  te  droo  men  Dat  hij  van  Em'rik  vloog  na  R  omen". 

Vergelijkt  men  met  deze  be.schrijving  wat  in  deel  I  No.  IdV!  noot 
blz.  87  reg.  8  v.  b.  seq.  omtrent  ,,t' Arminiaens  Testament."  gezegd  wordt, 
dan  lijdt  't  geen  twijfel  of  de  maker  van  dein 't  vorig  nommer  beschreven 
plaat  heeft  genoemde  spotprent  als  model  gebruikt,  terwijl  de  maker  van  de 
hier  opvolgende  kopie,  naar  't  schijnt  voor  den  toren  met  den  Haan  er 
op  niet  het  model  genomen  heeft  van  den  links  naast  den  grooten  toren 
sUvanden  kleinereu.  maar  van  den  in  ..t'  Arminiaens  Testament"  aan  de 
rechterzijde  staanden. 

Ouder  de  tweede  kolom  van  het  vers  staat  het  verzonnen  adres:  .,Tot 
Demmerik  by  Pieter  de  Zifter '. 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op  deze 
plaat  doelt,  staat: 

„5    Zinnebeeld,  of  de  JANSSENISTEN  en  MUNNIKEN   ZEEP. 
Het  VYFDE   GEBOD  overtreeden. ' 

Het  versje  vangt  aan: 

„KOK  wordt  hier  uitgezift  met  zyn  weèrspannelingeu, 


Digitized  by 


Google 


1706—1706    LUSTHOF   VAN   MOMUS:    „ROMA   PBRTÜRBATa"  128 


Die  door  de  VaéPreii  vain  het  Staatae  VatUrÜMd, 
Als  oiyfekoorzaam,  zyn  gemaakt  tot  bannelingeD."  enz. 
Zeer  uitvoerig  beachroTen  bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mtu.  No.  14U). 

*3272.      „CODDige    DROOM    vhu   de   SMALLB  en    BRÊDK    WKG". 
(Muller  No.  3410«). 

Inschnft  boven  in  een  plaat,  die  aanschouwelijk  maken  moet  hoe  de 
leer  van  Codde  ten  hemel,  de  roomsche  kerkleer  ter  helle  voert.  Links 
loopt  van  beneden  naar  boven  ..De  SMALLE  WEG*',  uitkomende  in  den 
.jiemkl",  hier  afgebeeld  als  'tvierdedeel  eener  zon  met  stralen  en  met 
het  omschrift: 
de 
„Paus  8^  Peter  heefl  met  slegt  geloof  gebeden 

Dewijl  hij  *tC0DDig  volk  ten  Hemel  in  laat  treden  '. 
Aan  't  begin  van  dezen  weg  leest  men: 

,,Wie  goed  is,  en  goed  schijnt  mag  binne  treeden 
Dog  al  wie  niet  volhard,  valt        na  benede". 
Boven  den  boom.  die  hier  staat,  is  gegraveerd: 
„Een  Boom  word  na  syn  vrugt  geagt 
Zo  ook  het  menschelijk,  geslagt''. 
Een   engel   met  olijftak   en   palm   in   de   hand.   waarbij  ..Vreede '  en 
,,Overwinning'\  geleidt   een   der  wandelaars   op  dit  smalle  pad  naar  de 
poort  die  naar   de   .,Eewigheid '  voert.   Het  tweeregelig  inschrift  boven 
deze  poort:  ..Aan  d'Ligang  van  't  leven  Is  zeer  veel  bedreven'',  wijst  er 
zeker  op  dat  hier  de  weg  van  den  geloovige  aanvangt.  Naast  den  geleid- 
engel  staat  een  tweede  met  een  bazuin  aan  den  mond  en  een  papier  in 
de  hand,  waarop  ..Salus  JSterfia'\ 

Midden   in   de  ruimte,   ter  linkerzijde    van   dezen  weg,  het  volgende 
tijdvers :  , 

,.:«0N  faCILIs,  non  Labga  In  sIDera  se  MIta  terr.e  .   (1705); 
er  onder: 

..De  Weg  is  smal  Men  schow  den  val 
Men  wacht  zijn  bénen  Voor  aanstoot  stenen", 
er  boven: 

,.De  Smalle  Weg  betredn  de  lanssenisteu 
En  voorts  elk  vroom  en  deugdsaam  Christen", 
ter  zijde   van   het  tijdvers   valt  een   met   .,8"   aangewezen  jezuïet  van 
't  smalle  pad;  onder  hem  staat: 

.,Voor  Minderbroi^r  en  lesuwyt 
Dit  Pad  is  al  te  smal  bereid 
Hebt  gij  geen  wij  quast, 
die  het  wjd", 


Digitized  by 


Google 


124  LUSTHOF   VAN    MOMUS  :    „KOMA    PKIITUKBATa"  1705— 1706 


en  boven  hem: 

„Wie  zig  op  t  Vagevuur  verlaat 
De  smalle  Weg  teu  Hemel  haat". 
Iets  hooger  valt  een  ander,  met  den  rozenkrans  in  de  hand ;  boven  hem 
leest  men: 

„Draag  't  Pater  noster  ia  uw  hert 
Op  dat  gij  niet  verstoten  werd' ; 
vlak  naast  dezen  vallende  een  4-regelig  versje: 

„De  lanssenisten  meend  d'  onnoos'le  Roomse  stoet 
Te  gaan  op  *t  Brede  Pad  om  dat  zij  meerder  vryheid 
Toelaaten  daar  de  leek  de  Bybel  leest      met  blijheid 
Zij  zijn  oprecht:  de  Paus  vijnsd  in  zijn  trots  gemoed". 
Dit   versje   doelt  echter  niet  bepaald  op  den  paus.    Nog  twee  versjes^ 
met  den  smallen  weg  in  verband,  staan  rechts  van  den  kerkvorst,  daarin 
heet  het: 

„Wie  zoekt  de  smalle  weg  met  doornen 
Kan  't  aller  eert  (sic)  de  Paus  vertoornen 
Dus  is  hem  'tVagevier 
Van  waarde  niet  een  zier", 
en  hooger: 

„Dewijl  lANssenius  en  ook  de  iA.N8seni8ten 
Genoemd  zijn  na  S^ian  die  was  de  beste  Christen 
Het  zou  wel  wonder  zijn;  zo  zij  den  Hemel  misten 
Dies  wil  S^  Peter  haar  den  doorgang  niet  betwisten 
Mitsdien  z'  ook  dikwils  met  zijn  net  de  menschen  visten*'. 
Aan    't  einde  van   den   weg  ia  de  hemelpoort,  met  ., Petrus  Codde"  er 
voor,    „S    Petrus",  met  de  sleutels  in  de  linkerhand,  bij  wien  men  leest: 
..S.  Petrus  verwelkomt  Petrus  Codde",  staat  op  een  wolk  bij  hem,  terwijl 
links  van  Petrus  Codde  staat: 

„S*-  Peter  spreekt 
Zijt  welkom  Peter  mijn  genand 

Die  dus  de  Poort  des  hemels  vand 
Uw  wandel  was  van  goed  verstand 
'k  Erken  de  Paus  voor  valse  Peter 
Gij,  Codde  zijt  opregt  en  beter". 
Op   de    rechterzijde  der  plaat  loopt   ,,De    BR£ËD£   WKG*'   van  boven 
naar  beneden  eu  deelt  zich  daar  in  tweeen  naar  ,,de  Hel",  die  rechts  ligt  en 
naar  „het  VageVDUr",    dat   de  geheele  ruimte  tusschen  het  smalle  en 
breede  pad  vult  en  tusschen  twee  muren  begrensd  is,  waarop  aan  de  een 
en  de  andere  zijde  de  volgende  regels  staan: 

,,Wie  aanstonds  na  de  Dood  niet  zalig  zijn 
Verlost  geen  Vagevuur  van  Helse  pijn". 


Digitized  by 


Google 


1705— 1706  LUSTHOF    VAN   MOMUS:    „ROMA   PERTÜRBATA 


Zij  die  in  't  vagevuur  zijn  bidden : 

„Albane  Clemens  Ora  pro  nobis". 

Vlak  boven  het  vag-evuur  zijn  de  zeven  heuvels,  waarop  Rome  gebouwd 
ia,  afgebeeld;  op  die  welke  het  meest  links  ligt  stnnt  een  man.  wiens 
doen  blijkt  uit  het  bij  hem  gegraveerd  versje: 

„Die  hier  het  Vagevuur  uitpist 
Dat  is  een  rechte  lanssenist", 
daaronder  staat,  in  verband  met  het  Vagevuur: 
„Dat  KOK 

in  t  Vagevuur  als  wildbraad  leg  te  brftdë 
Denk  op  lanssenius  hoop  Codde  zijn  genade". 
Op  de  vijfde  heuvel  van  links  af  staat  de  ..Paus"  met  bijschrift  achter 
hem: 

..Dien  trotnen  man  op  7  bergen 
Geen  Duivel  uit  de  hel  kan  tergen', 
en  bij  zijn  tiaar: 

..De  Paus  spreekt 
Die  éren  mijn  driedubble  Kroon 
Zielmisse  worden  aangebodn". 
Uit  verschillende   insehriften  blijkt  dat  er  onderling  verband  tusschen 
de  platen   dezer  serie  bestaat,  zóó  b.  v.  uit  het  tweeregelige,  dat  links 
langs  het  bovengedeelte  van  dezen  breeden  weg  staat: 

,,Die  door  de  Z6ef  van  coddo  onlangs  gevalle  zijn 
Gaan  hier  na  't  Vagevuur  of  na  de  Helse  pijn". 
De  gehecle  weg  is  aan  weerszijden  met  bloemen  beplant  en  een  menigte 
menschen,  allen  geestelijken,  betreden  dien  weg,  aan  welks  eene  einde, 
aan  de  helzijde.  een  duivel  en  een  klein  duiveltje,  elk  met  een  haak  ge- 
wapend, staan  om  de  monniken  naar  de  hel  te  trekken,  aan  welks  ingang 
een  poort  is  met  een  haan  er  op,  die  roept  ,,Coc  Coc  Coquo'  terwijl  er 
boven  te  lezen  is: 

,,De  Munn'ken  met  haar  ruime  kldren 
Kunnen  dees  wyde  poort  passeren". 
Jjangs  het  d warspad  naar  die  poort: 

„Het  blosen        der  rosen 
verleid  hier        de  bosen", 
bij  den  dwerg  die  bij  den  duivel  staat : 

..Kon  ik  KOK  binne  krijgë 
'k  Zou  aan  een  spit  hem  rygc'\ 
onder  den  duivel  zelf: 

..KOE  noem  ik  kak;  KAKodemon  in  't  Grieks  ik    heet 
Kom  halve  naamgenoot,  tot  ons  tog  binne  treed" 


Digitized  by 


Google 


126  LUSTHOF    VAN   MOMÜS:    „ROMA   PERTüRBATa"  1705— 1706 


CU  daaronder  nog  dit  versje,  dat  op  duivel  en  dwerg  samen  alaat: 
.,Ik  sta  bier  met  mijn  dwerg 
Elk  op  een  Roomse  berg". 
Acbter  *8 duivels  rug  leest  men: 

„Wie  berwaart  neem  zijn  wijk 
Zakt  in  moeras  en  slijk'\ 
In  de  ruimte  recbts  van  den  breeden  weg  bet  volgend  tijdvers : 

..pernICIeM  sI  appbendIs  habbs  Cernb    ostIa  apert a". 
Daarboven  de  beide  volgende  versjes: 

..Dit  Pad  lijd  na  de  Hel  gewis, 
Of  't  Vagevuur,  indien  't  er  is''. 

..Denkt  imand,  't  Klooster  volk  betreed  het  smille  Pad 
Omdat  zij  uiterlyk  baar  Ordens  naaw  bepAlë 
Haar  listig  hart  is  ruim  om  't  volkje     doen  dwdlë 
(Tot  vulling  van  baar  kist)  sehgnbijlig  nimmer  sat'. 

Onder  't  tijdvers  staan  de  volgende  nog: 

„De  Paus  zijn  Bul  smeit  uit  uw  banden 
Die  zou  in  't  Vagevuur  of  Hel  verbranden''. 

,.Al  wat  spruit  uit  den  bdsen 
Betreed  de  brede  Weg  met  rosen". 

„AI  wie  bier  zoete  rösen  plukt 
Zgn  ziel  met  helse  doomê  drukt". 

Vlak  boven  'tinscbrift:  „de  Hel"  staat  nog: 
,.Alwie  een  Kruis  beeft  in  de  hand 
Door  ^Paussen  gfunst  in  't  Vagevuur  beland". 

Bijna  op  gelijke  hoogte  met  den  paus  staat  op  'tbreede  padde„Kok'\ 

wien  de  bisschopsstaf  ontvalt,  terwijl  hem  met  den  driedubbelen  scepter 

van  den  paus  de  mijter  afgestooten  wordt  Bij  de  voeten  van  den  „Kok" 

stant  nog: 

,.De  Duivel  is  quansuis 

Bang  voor  de  kok  zijn  kruis", 
I 
terwijl   boven   't  hoofd   van   den   paus   nog   dit  4-regelig  versje  staat,  in 

verband  met  Cock  en  zijn  afvallenden  mijter: 

,.PaUS  't  is  uw  schuld  dat  kok 

de  Mijter  valt  van  't  hoofd 

Te  trots  hebt  g'bem  beschermd 

Zijns  Bisdoms  glans  glans  {sir)  verdoofd' : 

nog  twee  anderen  staan  daar  boven : 

„Wat  helpt  nu  't  lézen  der  getijen 
Wild  u  tot  branden  maar  berijen" 


Digitized  by 


Google 


1706—1706   LUSTHOF   TAN   MOMUS:    „ROMA   PERTÜRBATa"  127 


en 

,.ITw  wijquast  blust  niet  't  helse  vüür 
Die  droogt!  dawr  uit  in  'teerste  uur". 

Onder  't  opschrift:  „OODDijJre  DROOM**  enz.,  boven  in  de  plant,  staat  nop: 
vergDêlijkend  : 

„Aan  den  Aanschouwer  -  -  -  Zo  ^j  hier  ergernis  in  vind  Zo  denk, 
wie  droomd  die  is  ontzind". 

Onder  de  geheele  voorstelling"  links  een  12-regelig  hoUandsch  vers  met 
opfchrifl:  .,De  SMALLE  WEO",  rechts  een  even  groot  met  opschrift: 
„De  BRKKDE  "WEG",  waarvan  de  inhoud  een  ri^sumc^  is  van  al  de  hier 
boven  vermelde  afzonderlijke  inschriflen. 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op 
deze  plnat  doelt,  staat 

.,6   Zinnebeeld,  of  DROOM  van  de  SMALLE  en  BRSEDE   WEG. 

Het  ZESDE   GEBOD  o  vertreed  en.' 

Het  vensje  vangt  aan: 

,JSla  dood  de  Ketters,  zeid  het  snoode  Munnken-rot. 
Gy  zult,  ö  Leeken,  daar  den  hemel  door  gewinnen.''  enz. 

De  prent  is  beschreven  bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1441  on  ook 
Mozzi.  a.  w.  II.  48  seq.  laat  deze  plaat  niet  onbesproken. 

Nadat  hij  heeft  medegedeeld,  dat  de  nuntius  van  Keulen  Codde  onwaardig 
verklaard  had  om  in  gewijden  grond  te  rusten,  iets  waar  men  geen  acht  op 
geslagen  heeft,  daar  hij  te  Warmond  wel  degelijk  op  kerkelijk  terrein  be 
graven  werd,  zegt  Mozzi  dat  de  volgelingen  zich  wreekten  over  dezebe- 
leediging.  den  aartsbisschop  in  woorden  aangedaan,  door  zijn  uitvaart  te 
vieren  met  de  uitgave  dezer  prent,  die  dan  in  al  zijn  bizonderheden  be- 
schreven wordt. 

*3273.    j.Een  IAN8SENIST  smeed  met  zijn  kttApen  's  PAUS,  KOKs  Hoofd, 
en  der   KLOOSTER-PaPEN."    (Muller  No.  3410'). 

Opbchrift  boven  een  20-regelig  vers:  ,.Hier  is  wat  niews  te  doen;  hier 
smeed  men  Munn'ke-hoofden",  enz.  in  twee  kolommen,  in  den  linker- 
bovenhoek van  een  lateren  staat  der  plaat  onder  No.  2747  hier  voren 
beschreven,  doch  voor  hot  tegenwoordig  doel  gewijzigd.  Uit  't  hoofd, 
dat  op  het  aanbeeld  ligt  en  nu  d^t  van  Theod.  „KOK  moet  voorstellen, 
komt  een  haan  te  voorschijn,  die  schijnt  te  roepen  „Coc  Coc  Coquo", 
terwijl  naast  't  hoofd  staat:  „Dees  Haan  zal  de  Klooster  Hennen  Rylif/ 
en  tylig  hekentien".  Op  't  blok,  waarop  het  aanbeeld  geplaatst  is,  leest 
men  bij  een  bisschopsm jter :  „KOKs  Mijter  dielijter".  Boven 't  hoofd 
van  deu  smid,  achter  het  aanbeeld:  „CODDige  Smid".  De  beide  kronen, 
die  met  drie  menschenhoofden  in  den  vorigen  staat  rechts  op  den  voor- 
grond lagen,  zijn  hier  vervangen  door  de  tiaar  van  den  „Paus"  en  een 
jezuietenmuts,   welke   geheel   in  den  hoek  ligt,  met  het  bijschrift:  ..Hul* 


Digitized  by 


Google 


128  LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „ROMA   PERTURBATa"  170B-1706 

lauder  wacht  u  dat  geen  Loyoliat  u  meer  in  de  zak  en  pisV' ;  boven 't  hoofd 
links  naast  die  muts  „lesuiet'*,  terwijl  rechts  van  de  tiaar,  in  één  reg-el. 
gegraveerd  is:  ,.CIemens  zachtzinnig  is  gezeid  Smid  maak  hem  zagt  in 
korten  tijd".  Van  den  linkerbenedenhoek  tot  den  rechtervoet  van  den  man. 
die   links  aan  het  aanbeeld  staat,  leest  men  het  volgend  tijdvers: 

,,HEl!  FKRBO  MONACHOS  CAPITOSOS  TRADITO  ET  iGNl"  (1705). 

Dit  tijdvers  staat  boven  negen  versregels  in  twee  rijen,  waarvan  de 
eerste  zeven  ..Aan  T.  de  kok"  gericht  zijn;  de  laatste  twee  .,0p  de 
paus"  doelen.  Om  't  vers  in  den  linkerbovenhoek  zijn  de  hoofden  vsn 
de  beide  personen,  die  in  de  oorspronkelijke  prent  meest  op  den  achter- 
grond staan,  weggeslepeu.  Boven  de  jezuietenmuts  rechts  staat  het  ver- 
dichte adres:  „Tot  Coppenkaven  hy  Fabritius  Capitalis".  Voor  deze  prent 
is  dezelfde  koperplaat  gebruikt,  waarop  de  spotprent  op  pater  Peters 
getrokken  is.  onder  No.  2747  hiervoren  beschreven ;  ze  is  van  onderen  inge- 
kort zoodat  de  plaatrand  met  het  gegraveerd  inschrifl:  ,.Ce  forgeron 
myn  goede  vrind  Fait  sortir  de  la  Teste  een  Kind."  er  hier  afge- 
vallen is. 

Deze  voorstelling,  volgens  den  heer  J.  Ph.  v.  d.  Keilen,  gevolgd  naar  een 
oude  prent  van  K.  Vermander.  is  o.  a.  gekopieerd  in  een  werkje  van  Joau. 
Theod.  de  Brij :  Proscenium  tita  hmnana.  siue  emblematvm  secvlarivm,  ivcrti- 
dissima,  ^  artificiosissima  varietate  Vita  Evmanae  JT  seculi  kuius  depraua  tim 
res,  ac  studia  peruersissima,  versibts  la  ti  nis, //er  manie  is,  Gallici^  If  Beljicis 
ita  adumbrantium^  Vt  instar  albi  amicorvm  Studiosae  inprimis  iuuentHti 
inseruire  possint:  decades  septem.  Weltliche  lustige  newe  Kunststü^kj  der 
jetzigen  Welt  Lauf  fiirbildendej  enz.  Prankfurt  In  Verlegung  Wilhelmi 
Fitzers.  lm  lahr  1627.  kl.  in-4*'.  Dit  werkje,  te  laat  eigendom  geworden 
van  den  heer  van  Stolk,  om  te  worden  opgenomen  bij  de  zinne-  en  zede- 
prenten  van  1600 — 1650,  hoop  ik  in    t  Supplement  nader  te  beschrijven. 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op 
deze  plaat  doelt,  staat: 

,.7    Zinnebeeld,   of  de  HOOFDK-SMID  der  MüNNIKBN  en». 
Het  ZKVBNDB   GEBOD  overtreeden." 

Het  versje  vangt  aan: 


Die  d'  Echtbreuk  minnen,  en  nooit  hoerery  vergeeten. 
Dier  Paapen  Hoofden,  Baas,  versmeed  tot  haar  profyt." 
Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  beschrijft  deze  plaat  onder  No.  Htó. 

*3274.      .,'t  ROOMS   HOLLANDS   RECHT."    (Muller  No.  3410«}. 
Opschrift  boven  een  28-regelig  vers  in  twee  kolommen: 
„Dtf  Munn'ken  zijn  te  licht  als  'top  een  Wegen  gaat 

Wijl  HoUands  Hechts  Balans  nooit  tot  haar  overslaat"  enz. 
ouder  de  voorstelling  van  een  balans  met  schalen,  hangend  aan  een  wolk. 


Digitized  by 


Google 


170&— 1706       LUSTHOF   VAN   MOKUS:    „ROMA   PBETÜRBATa"       129 


waaruit  een  hand  komt,  die  in  den  linkerbovenhoek  der  plaat  schrijft: 
„Ite — Hypocrita  Qeditiosi'' 


„UENB    TEKEL    UPHARSIN 

Dan: 5  •    •    •  25'. 


„Öt;  zij*  geitogtn  en  gij  iijt  te  licht  bevonden 

Paus^  Kok  eii  Klooster  volk  biegt  Is  eer  land  uwe  zonden'. 


Op  de  linkerschaal  staat  een  jezuïet;  bij  hem  een  tiaar,  een  „mi  s  bo  ek", 
(waarop  een  haan  is  afgebeeld,  die  veeren  uit  zijn  staart  verliest  en  „Coc 
Cor  Cofjim''   kraait),  de  sleutels  en  een  wijkwast,  terwijl  aan  de  touwen 
der  schaal   een   ^yAfl  aad''   en   een  ,^Pawlijke  BuV*  hangen.    Bij  den 
jezuïet,  die  een  monstrans  in  de  rechterhand  heeft,  leest  men: 
,J)e  lesuijten 
De  Mart  beschyten". 
Langs  zijn  kleed  is  overdwars  gegraveerd: 

„Eige  Gerechtigheid  houd  gij  daar  op  uu?  hijlf 
Acht  gij  den  hemel  voor  de  Fauslijhe  Aflaad  vijl 9 
Ziet  hier  urn  hoop  gans  ijV\ 
Boven  zijn  hoofd  staat  nog: 

yjjojola  help,  help  S^  FranCtSCUS  om  de  Schaal 
Te  drukken  neêrwaards  help  gy  heilige  altemaal\ 
Bij  den  haan: 

„De  Haane  veeren 
De  Schaal  stofE^ren'*. 

Ofschoon   er  zooveel   op   de  schaal  staat  en  een  monnik,  boven  wiens 
hoofd  men  leest: 

„TOLLUMTX7B  in  altum 

UT  LAPSÜ  GRAVIOBE  RÜANT". 

en  bij  wiens  voeten: 

^fiees  Minderbroer  danst  op  zijn  klompen 
Men  mag  hier  op  zyn  vlijt  niet  stompen"^ 
gegraveerd   is,   medehelpt  deze   schaal   omlaag  te   trekken,   blijft  zij  te 
licht   tegenover  de   andere,   waarb^    „P.    Codde"    staat   en    waarop  oen 
,,b  ybcl  van  Kijser  Karel  v"  en  een  boek  van  „lansenius"  geplaatst  zijn, 
met  den  Hollandschen  leeuw,  die  pijlbundel  en  zwaard  in  de  klauwen  heeft. 

Ter  zijde  van  Codde  leest  men: 

„ïFifw  Codde  een  ketter  als  de  Paus  ml  doen  gelóven 
Hij  quam  het  hoekjen  als  Aarts  Bisschop  niet  te  boven'\ 

Boven  (Jodde  staan  nog  twee  inschriften,  op  de  weegschaal  doelende: 
„Een  ons  Gerechtigheid  weegt  meer  als  10  pond  gunst 
Op  üfeerlands  Eecht-schaal  helpt  gemeld^  noch  geld,  noch  kunsf\ 


Digitized  by 


Google 


130      LUSTHOF   VAN   M0MÜ8 :    „ROMA   PERTüBBATa"       1706—1706 


en 
„lANssKNius  {het  ^d  hoe  't  ml)  zal  't  zwaarste  wégen 
De  Paus  staaj  zwichten-,  want  dé  Staat  heeft  langer  degê 

Van  rechts  wegen'. 

Binnen  langs  de  balans  leest  men: 

„Déf  Mxiniiken  zijn  te  licht     Voor  Holland  Babel  zwirhf\ 

Onder  de  linkerschanl  is  nog  gegraveerd: 
y.Aan  T.  de  coc 

Ontme/ute  Haan,  als  al  uw  vt^en  zyn  gevallen 

Kund  gy  een  Platos  me/isch  geheten  zijn  hy  alle  . 

y.tLicr  f^fyf.j  ^^.  ]i£itnn'ken  stoet  na  d^  hoogte  wel  rerheve:/ 

Dog  zal  als  kaf  voor  wind  zijn  wyd  en  zijd  verdreven"'. 
In  de  open  ruimte  links  onder  in  de  plaat: 

,,NON   NE  COHORS  PAP^  ES  MINOR  ISTjS  PONDBRE   SCRIP  TIS?  '   (1705). 

In  den  rechterbovenhoek,  op  een  afzonderlijk  doek,  zeven  borden  (doelende 
op  de  heuvels,  waarop  Rome  gebouwd  is)  in  elk  van  welke  een  pijl 
steekt;  met  het  opschrift: 

„Dees  7  Bergen  zwichten 
Voor  7  Staatse  Schichten'. 

Daaronder  een  4-regelig  versje: 

„Op  PAUS   CLBMEN8   XI 
Een  sterke  Milo  heeft  zyn  kracht  wel  eer  beproefd 
Hy  spleet  een  boomschors  op  die  weer  is  toegeschoten 
Zijn  hund  geklemd,   in  't  bos  gevangen  bleef  bedroefd 
Zo  bleift  nu  CLRMens  in  do  clem  der  Bondgenoten". 

In  den  rechterbenedenhoek  staat  't  verdichte  adres:  „tot  Waghausen 
by  ^Aufrigtig". 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  nlgemeenen  titel,  dat  op  deze 
plaat  doelt,  leest  men: 

„8  Zinnebeeld,  of 't  ROOMS  HOLLANDS  RECHT,  dooreen  SCHAAL 
verbeeld. 

Het  ACHT8TK   GEBOD  o  vertreeden." 

Het  versje  luidt: 

„De  Munn'ken  trachten  't  geld  uit  Holland  weg  te  steden 
Van  hnare  Leeken,  door  Zielmis  en  snoode  Biegt: 
Op  Hollands  Schaal  die  stoet,  te  licht,  na  d' hoogte  vliegt; 
Zy  zwichten  met  haar  Kok.  en  danssen  zonder  speelen." 
Deze   prent   vermeldt    Stephens,    Cnt.   Bnt.    Mns,  niet  en  wordt  door 
Mozzi  a.  w.  (II.  19)  op  de  volgende  wijze  beschreven: 
„.  .  .  .  en  möme  temps  ils  firent  circuler  dans  Ie  public  diffórentes  gravures, 


Digitized  by 


Google 


1705—1706       LUSTHOF   VAN   MOMÜS:    „ROMA   PBRTÜEBATa"       131 

dont  Ie  dessein  ne  pouvoit  être  avoué  que  par  des  ednemis  déclarés  de 
rE^irUse;  .  .  Il  ne  sera  pas  inutile  d'en  donner  ici  une  légere  esquisse, 
afin  de  faire  voir  h  quels  excèa  l'esprit  d'une  orgueilleuse  présomption 
entmlnc  rcux  qui  sen  laissent  dominer:  L*une  de  ces  gravures  représentoit 
une  bulance,  qu  une  main  tenoit  suspendue.  Dans  l'un  des  bassins  étoient 
confubément  jetés  enbemble  Ie  missel  romain,  un  aspersoir,  la  tiare,  des 
bulles  «t  des  brefs.  ün  dominicain  et  un  jésuite  se  tenoient  suspendus 
aux  cordes  du  bassin,  en  falsant  des  cfforts  pour  Ie  faire  descendre  de 
leur  cOtó.  Dans  l'aulre  bassin  la  bible,  dite  de  Charles  T,  et  Ie  livre  do 
JaiisOuiu:^,  marqué  auz  armes  de  la  Belgique,  entrainoient  la  balance  par 
leur  pbids.  Au  bas  étoit  représenté  Codde  en  habits  pontificaux,  observant 
tr.iniiuiUement  les  efforts  des  deux  religieux,  et  paroissaut  prononcer  ce 
vers  gravé  au  dessous: 

Nonne  cohors  papae  minor  ent  bis  pondere  scriptis!" 

*3275.     „De   rooms   Hollandse    tonoe-slyper."     (Muller 

No.  3410'J. 

„5/y;;  KOK'  Ltrf  en  der  Munn'Am  Tongen  Al  die  niet  hebben  fijn 
gezon<jcn^\ 

Opschrift  boven  een  20-regelig  vers:  ^^Ket  is  geen  kleim  kunst  gude 
Tongen  wel  te  wetten''  enz.,  in  twee  kolomnaen,  rechts  bovenin  de  plaat 
f^graveerd,  die  ik  hier  voren  onder  No.  28H  als  spotprent  op  Jakobus  ii, 
Pater  Peters,  enz.  beschreef.  De  tong  op  't  aanbeeld  moet  nu  natuurlijk 
de  tong  van  Theod.  Cock  verbeelden;  in  die  tong  steken,  in  dezen  staat, 
zeven  pijlen;  dit  is,  volgens  't  vers,  „Om  dat  hy  heeft  den  staat  gelasterd 
mot  zijn  lerf';  werd  zij  eerst  goed  geslepen,  dan  zou  de  paus  daar  gaarne 
duizend  scudi,  ja  meer  voor  geven,  omdat  Cock  dan  zijn, berouw  toonen 
kon  en  „Na  potcamps  dood  weer  als  vicaris  zijn  geëerd",  zoo  spot  de 
dichter  verder.    Bij  de  tong  staat: 

^.Daar  is  geen  guaa  der  qua  ad 
AU  dat  een  Pdpe  tong  durft  lastere  de  StaaV\ 
Onder  in  't  aanbeeld  leest  men  nog: 

„Hj  heeft  tot  lastrë  zich  gezet 
Hy  diend  versmeed  eer  gy  hem  wet". 
Bij   de   beenen   van  den  man  die  den  slijpsteen  draait,  in  hot  tijdvers 
{jegraveord : 
,,Co?#  Vnt/f  reparato  M«L<?  hos     faber  apti,  '[/)qYentes'\  (1705). 
Bij  de  twee  kijvende  vrouwen,  welke  men  door  de  deuropening,  midden 
in  de  prent,  op  den  tweeden  grond,  ziet,  heeft  men  hier  gezet: 
„Decs  hoeren  hebben  tdrok 
Met  keiven  om  de  kok". 
Bij  den  voet  van  't  aanbeeld  staat  't  verdichte  adres:   ^,tot  Tongeren  bg 
I:  la  Langue'\ 


Digitized  by 


Google 


132      LUSTHOF   VAN  MOMUS :    „EOMA   PERTÜRBATa"       1705—1706 

Ook  deze  plaat  is  de  navolging  van  een  oudere  van  K.  Vermnnder  (K.) ; 
zij  komt  verkleind  en  omgekeerd  voor  als  plaat  V  in  't  werkje  von 
Theod.  de  Bray,  bij  plaat  7  (No.  3273  hiervoren)  vermeld. 

Boven  hot  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeencn  titel,  dat  op 
deze  plaat  doelt,  staat: 

„9     ZINNEBEELD  of  de  ROOMS-HOLLANDSE   TONGE-SLYFER. 
Het  NEGENDE   GEBOD  o  vertreeden." 

Het  versje  begint: 

,.Dic  Vals  Qetuif/d  heeft  van  der  Staaten  President,"  enz. 
Stephcns  beschrijft  deze  prent  in  Cat.  Brit.  Mm.  ouder  No.  14^3. 

*327G.    „'t  ROOMSE  RAD  van  AVONTUUR".  (Muller  No.  3*10  »»). 

Opschnft  boven  een  32re<ifelig  vers: 

„1  Heer  codde  heeft  altijd  in  Vree  gewijd  zijn  schApê",  enz.  in  twee 
kolommen  gegraveerd  ouder  de  afbeelding  van  dat  rad. 

De  maker  heeft  zijn  model  voor  deze  plaat  ontleend  aan  ,.t'Radt 
van  Avontveren.",  hiervoren  in  Deel  III  onder  No.  2272  beschreven. 
Alle  figuren  om  dat  rad  hebben  hier  dezelfde  attributen  als  in  't  origi- 
neel; de  personen,  die  hier  afgebeeld  icijn  en  natuurlijk  ook  hun  kostuum, 
zijn  geheel  anders. 

Op  'teerste  uitsteeksel,  links  onderaan,  zit  „Codde"  {!),  in  bisschops- 
gewaad, een  olijftak  in  de  rechterhand,  een  lam  onder  den  linkerarm. 
Overdwars  nna«t  hem  staat: 

„Men  kies'  weer  Codde  wijl  geen  zegen  is  bij  andrö 
Verdraag'  in  Vree  malkandrë". 

Boven  hem  een  „Coddist"  (2),  met  een  hoorn  des  ovcrvloeds,  gevuld 
mot  geld,  in  den  rechterarm  en  een  slang  links.    Boven  den  hoorn: 
„Gij  leek  van  Codde  troud  geen  lesuwijt, 
Indien  gij  wild  dat  Kykdom  u  gedyd". 

No.  „3"  is  een  ,Jesuiet    met  eeu  pauw  oji  den  schoot  en  een  schilderij 
(anrt»olding  van  een  pausV)  in  de  rechterhand.     Bij  hem  staat: 
„Der  lesuiten  hovaardij 
Dingt  als  de  Paus  na  heerschaipij". 

Bovenaan  de  ,,PaUs'*  {4-),  niet  op  een  leeuw  maar  op  het  zeveuhoof 
dig  mon.ster  gezeten,  met  een  scepter  in  do  rechteihaud,  waarvan  <h' 
helft  afgebroken'  wordt  door  den  „IIOLLANDSK(n)  MKKCURHKs", 
die  van  links  komt  aanvliegen,  met  een  papier  wnarop:  ..vki.l  \  >ur  uw- 
halve  staf  of  anders  Holland.s  straf",  met  bijschrift: 

..Ts  (Hemons  nu  niet  zacht  wijl  hy  aan  Ncerlantls  Staat 

De  helft  zijns  Scepters  hoe  on  (ijl  baar  glijen  laat? 
Of  vreesd  hij  ook  haar  haat?" 


Digitized  by 


Google 


1705— 17(M5       LÜSTIÏOP   VAN   MOMUS'.    „ROMA   PERTURBATa"       133 


Rechts  van  Mercurius  staat  nog  geheel  boven  in  de  plaat: 
„Den  STAAT  aan  CLEMENS  door  MERCUÜR 
Zend  VRBBDB  op  't  RAD  van  AVONTUUR*'. 

De   man   met  de   spoor  in  do  hand,  rechts  van  den  paus,  die  bovenop 
'trad  zit  is  hier  een  ..lanssenist"  (5),  met  bijschrifl: 
„De  schand're  lanssenisten 
Om's  Paussen  Zosdienst  twisten". 

De  Twist  (6).  óóa  zitplaats  lager  afgebeeld,  is  hierin jezuietenkleeding, 
roet   blaasbalg  in  de  rechter-  en  komfoor  met  vuur  in  do  liukerhaud;  uit 
de  baret  steken  nu  Medusa-slangen,  waar  boven  men  leest: 
,,De  Twist  blaast  's  Pa"ssen  ooren  vol 
Dog  Hollands  macht  maakt  hem  half  dol' '. 

er  naast  staat  nog: 

„Zij  lagen  op  haar  luimen 
Met  slange  pluimen'. 

N'>:r  la^-er  aan  deze  zijde  een  geharnast  krijgsman  (7)  met  een  schild, 
uMirop  lift  ..Wapen  van  Clemens  xi'  aan  den  rechterarm ;  een  omlaag 
f;»>liMu<leii  bniiulende  fakkel  in  de  linkerhand,  en  een  gebroken  zwaard 
op  zijdo,  waarbij: 

.Jtct  Pauslijk  zwaard  aan  twee 

Don  Staat  hem  dwingt  tot  vree  o!  wee' . 

Onder  den  kriJLT-sman  leest  men: 

„Gij  Pausselijke  Ridder 
Voor  irollaud  beef  en  sidder". 

Op  den  top  van  ecu  heuvel,  die  onder  dit  nul  afgebeeld  is.  en  dus  schijnbaar 
al.s  onder  het  rad,  ligt  ,,KOK.      (S!;  rechte  van  hem  (voorden  toeschouwer) 
een  haan  (co<i),  waarbij :  ,.'t  Is  gedaan  Met  de  Haan';  links  een  boomtronk 
met  een  paar  dorre  takken  en  't  bijschrifl : 
„Uw  Levens  Boom  is  dor 
Uw  Ampt  is  hor". 
Een   inschrifl   iets   lager   links,    in   den  heuvel,  bepaalt  cenig.szins  den 
tijd  waarin  de  prent  vervaardigd  werd: 

„Hr  Potcamps  dood  vol  spijt  beschrij 
Dat  Ampt  gaat  weer  uw  neus  verbij".  (16  December  1705). 
Geheel  onderin  is,  eveneens  zinspelende  op  Cock,  nog  gegraveerd: 
„Wild  gij  zijn  op  dit  Rad  verheven 
Den  Staat  stel'  u  een  Galg  daar  neven". 

In  den  rand  van  'trad  leest  men: 

„Op  't  Roomse  Rad  van  Avon  tuur  Word  uitgeblust  het  Pauslijk 
Tuar:  't     Valt  Vadke  Clemens  zuur. «  ." 


Digitized  by 


Google 


134      LUSTHOF   VAN   MOMÜS :    „ROMA    PBRTURBATa"        1705—1706 

Tusschen  de  speken  van  'trad,  die  in  't  midden  in  een  kleiner  cirkel 
uitloopen,  staat  het  volg-ende  tijdvers: 

..L   ETH  I   PE   BO  R  0M-«  FOB  TVN   A  OB  TEC   TA  DO  LOR  E   ES  T". 

In  den  rand  van  den  kleinen  cirkel: 

.,0p  't  Rad  van  Avontuur  van  Romen  Geen  Munnik  zal  't  te  boven 
komen:  Ook  word  de  Kok  zijn  smout  ontnomê   #  ". 

Binnen   dezen    tweeden   cirkel    ziet   men   de  Fortuin,   stannde   op  een 

bal    iu  de  ,,Tibris        fl:"(umen).  met  ,.Roma"  achter  zich  en  't  bijschrift: 

„Zie  hier  't  Fortuin  van  Rome  blind 

e 
Zij  kangft  d  huik  na  Hollands  wind". 

Geheel    ouder   in    den   benedensten  plaatrand  staat  in  twee  rijen,  door 

een  lijn  van  het  groote  vers  afgescheiden,  nog  't  volgend  4  regelig  versje: 

,.0p    'tOverleiden  van  de  H^  Vicaris  oerardur  potcamp  16  Decemb: 

1705  tot  Leyden  gesturven": 

.,Daar  is  geen  zegen  by  een  andere  Vicans 

Als  Codde,  wech  met  Kok  doch  Potcamp  waard  geëerd 

Was  tot  't  Vicaris-a mpt  niet  gepredestineerd 

Het  leid  geen  weerspraak  dat  door  d'uitkomst  openbaar  is". 

Rechts,   ter  zijde  van  den  heuvel,  't  verdichte  adres:  ..Tot  Radenburg 

bij  Clement  Fortuin". 

Boven    het   versje,   in    boekdruk,    achter   den  algemeenen  titel,  dat  op 

deze  plaat  doelt,  leest  men: 

„10   Zinnebeeld,  of 't  ROOMSE   RAD  van  AVONTUUR. 

Het  TIENDE   QEBOD  o  vertreeden." 

Het  versje  vang^  aan: 

„De  Paus  heeft  laatst  Be//efTd  't  gebied  der  Heeren  Staaten 

Zich  aan  te  maatigen,"  enz. 

8tephen8,  Cat.  Brit.  Mus.  beschrijft  de  prent  onder  No.  1466. 

*3277.  „Coddig  Nacht  Gezicht".  (Muller  No.  34.I6). 

Eenig  inschrift  in  de  plaat  onder  No.  2713  hier  voren  beschreven 
als  ,.De  fi-ansche  Python".  Alleen  ontvalt  hier  een  kruis  aan  de  pooten 
van  den  haan.  die.  met  zinspeling  op  het  fransche  coq.  Cock  moet  voor- 
stellen, terwijl  Apollo  (nu  Codde)  het  monster  reeds  zes  pijlen  in  het 
lichaam  geschoten  heeft  en  de  zevende  juist  van  den  boog  vliegt.  Onder 
de  plaat,  in  vier  kolommen,  in  boekdruk,  een  38regelig  vers:  „Hier 
word    het    Beest    van    Babel    fel    doorschooten,"    enz.    met    opschrift: 

„Byvokgsel  tot  het  BEROERDE  ROMEN,  ofte  STRAF 

wegens  'tOvKRTREEÜEN  van  de  X    GEBODEN  Door  de  MI^NNI- 
KEN   en   't  overige   PAUSDOM -,  zynde  de   \vTceker  DE   NEDER- 

IjANDSE    PHENIX.     VOOKHKRICIIT.     Decs     HAAN     CU   BABELS  BBKST, 

Hier   schoejen   op   één  leest.'     Onder  de  laiitste  kolom  van  het  vers  het 


Digitized  by 


Google 


1705~-170G      LUSTHOF    VAN   M0MU8 1    „KOMA   PBETUEBATa'*      135 


▼erzonnen  adres:  ,,t' Arenaburg,  by  Clement  de  Draak."  Het  volgnummer 
11  staat  hier  overdwars  in  den  rechterhoek  van  den  ondersten  plaatraud. 

3278.      Dezelfde  plaat    Andere  staat.    (N.  b.  M.). 

De  prent  is  dezelfde  gebleven.  Het  vers  is  echter  met  zes  regels  ver- 
lengd, waarvan  er  vier  ingeschoven  zijn  tusschen  den  vierden  en  vijfden 
regel  van  't  oude  ver^  en  twee  aan  het  eind  zijn  bijgevoegd.  Was  het 
slot  onder  den  vorigen  staat: 

..O!  tweede  Babiion.  hovaardig  jRomefi. 

Qy  zult  u  val  nooit  weer  te  boven  komen." 
nu  leest  men: 

„O!  waare  Babels  beest,  trots  hoofd  van  JRonten, 

Qy  zult  u  val  niet  licht  te  boven  komen; 

Ten  zy  gy  staag  den  zin  van  Neerland  doet 

Keur  Paterbom  voor  Munsters  Bisschop  goed." 
Het  adres  is  door  deze  bijvoegingen  moeten  vervallen.  Het  laatste 
gedeelte  van  het  opschrift  boven  't  vers  is  gewijzigd,  zoodat  er  nu  achter: 
„Byvoegsel  ....  de  nederlanse  [sic]  pheuix."  volgt:  „Mede  te  recht 
zich  wreekende  over  de  PAUS,  wegens  zyn  afkeuren  van  de  Biisschop 
van  PADERBORN,  tot  Bisschop  van  munster  verkoren;  en  willende 
in  zyn  plaats  stellen  de  Bisschop  van  ostiabruk."  Deze  staat  is  bij  Mr. 
8.  van  Gijn,  te  Dordrecht 

*3279.      Dezelfde  plaat    Andore  staat.    (Muller  No.  3410  '  »)• 

Veel  flauwer  afdruk.  Een  vijftal  bijgevoegde  inschriften  wijst  aan  op 
welke  manier  deze  plaat  toegepast  is  op  de  roomsche  kcrktwisten.  De 
arend,  met  de  bliksems  in  de  eene  en  den  haan  (coqrCock)  in  de  andere 
klauw,  is  .,Neerlands  Penix".  De  afgrond,  waarin  de  haan  geworpen 
wordt,  is  't  „Vagevuur",  het  monster  is  „Babels  Beest"  en  de  schutter 
„Codde". 

Ook  hier.  evenals  bij  beide  voorgaande,  het  cijfer  11  overdwars  in  den 
rechterhoek  van  den  ondersten  plaatrand.  Het  opschrift  boven  't  vers  is 
gelijk  aan  dat  van  het  vorig  nommer. 

Ondanks  alle  aangewende  pogingen  is  't  mij  niet  gelukt  te  weten  te 
komen  waarom  er  zelfs  van  deze  prent  nog  een  staat  zonder  en  een  met 
de  hier  vermelde  inschriften  is  verschenen.  Is  de  wijziging  van  het  op- 
schrift boven  het  vers  uit  de  tijdsomstandigheden  te  verklaren,  wat  de 
oorzaak  is  dat  in  dit  exemplaar,  boven  hetzelfde  zetsel  van  het  vers,  zooals 
duidelijk  uit  gebroken  letters,  onnauwkeurige  toestelling  enz.  blijkt,  een 
plaat  mèt  inschriften,  en  in  het  vorig  nommer  zonder  deze,  is  afgedrukt, 
begrijp  ik  niet  De  ecuige  oplossing  zou  dunkt  mij  kunnen  zijn: 
Na  het  verschijnen  van  den  eersten  druk  van  „Roma  Perturbata"  is 
de  plaat  in  zijn  eersten  staat  afzonderlijk  uitgegeven  om  bij  dien 
eerbten   druk   gevoegd   te    worden;   de    veranderde   toestanden   maakten 


Digitized  by 


Google 


136      LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „UOMA   PBRTÜRBATa"       1705—1706 

de  wijziging  van  het  vers  noodzakelijk,  maar  ook  in  dezen  staat  verscheeu 
ze  nog  a&onderlijk  en  eerst  bij  't  verschijnen  van  den  tweeden  druk  van 
,,Roma  Perturbata",  met  dertien  platen,  werden  de  inschriften  er  bijgevoegd. 

Boven  het  versje  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op  deze 
plaat  doelt,  leest  men : 

„11  ZINNEBEELD,  of  NEDERLANDSE  PHENIX  straffende  Kok,  en  de 
MüNNiKEN  enz." 

*3280.     „De  ROOMSE  KERKEN- VISITEERDER,  of  ue  RiDDKR 

des    Niewen    OBDENS   van    s^    JüRGENS   MUNNIKEN-Rüg'*.     (Muller 

No.  3410  >»).     % 

Inschrift  onder  de  voorstelling  van  paus  Clemens,  rijdende  op  den  rug 

van  een  op  handen  en  voeten  loopenden  jezuïet  met  ezclsooren ;  lid,  naar 

't  schijnt,   eener  geestelijke  orde  van  St.   George,  die  zich  aan  vele  ver- 

keerdheden   had   schuldig  gemaakt,  o.  a.  aan  't  verduisteren  van  gelden, 

waarom   de   paus,   (dit   wordt   ten   minste   door  de  prent  verondersteld). 

daartegen   maatregelen   nam.    Op    't  kleed   van  den  jezuïet  ziet  men  een 

monogram  ,.SG",  op  dht  van  den  paus  diens  wapen  en  naamcijfor,  een  wij- 

waterbak  en  kwast,  de  St.  Petrus-sleutels,  een  monstrans,  kaarsen,  een  bel 

eu  een  beker.  Met  de  linkerhand  houdt  de  paus  de  teugels,  in  de  rechter  een 

koord  met  knoopen.  Achter  hem  ziet  men  op  den  achtergrond  de  St.  Pieter 

te  Rome  en  onder  meer  gebouwen  één,  waarboven  ,.St George";  daarboven 

zweeft  een  haan  met  basiliskenstaart  .,coc'',  waaronder  dit  Sregeligvcrs: 

d 
„Een  Haan  deed  eertijs  PetrUS  schrijen 

Maar  deze  zal  de  PauS  verblijen 

Van  Keulen  hij  na  Romen  vliegd 

Wijl  't  Munn'kendom  de  Kerk  bedriegt 

Zal  hij  ze  mede  visiteeren 

En  Kerke-diefstal  haar  verleeren    • 
Of  aan  zijn  Basiliscus  staart 
Haar  haakê  na  de  Hel,  van  d'Aard". 
Boven  den  haan  twee  tijdverzen: 

,.iEDlBVs  o!  MonaChos  raptantes  peLLbre  fas  est". 
en 
,.A  CATiiEÜRd  MonaChos  rapIentes  papa  fVoato". 
In    den    rechterbovenhoek   boven   de  tijdverzen  is  op  een  doek  een  af- 
zonderlijke  voorstelling   van  een  met  zes  paarden  bespannen  rijtuig,  daf 
door  een  viertal  mannen  aangehouden  wordt.  Er  boven  staat: 
„A  l'Abbé  de  S^  George 
Ne  coupe  point  la  gorge' , 
er  onder: 

„8t  lurgens  Ordens  Abt  word  hier  gearresteerd. 

Hy  deed  de  Kerk  te  kort,  en  heeft  zijn  beurs  vermcerd '. 


Digitized  by 


Google 


1705—1700       LUSTHOF    VAN   MOMUS :    „ROMA    rKRTÜRBATA**       137 


Boven  en  ter  zijde  van  de  tiaar  op  's  pausen  hoofd  leest  men  : 

„Üe   Groote    BEROERDER   van    ROMEN,   doch   Niewe   straffer  der 

MCXNiKEN,  wegens  't  OVertreeden    der  X  oebode,    als   eertelijk    over 
't  Achtete  Gebod". 
Voor  't  gezicht  van  den  paus: 

„De  Paus  spreekt 
Ik  sta  de  Muiin*keil  met  haar  gordels,  vol  van  knopen 
Haar  Kerkc- diefstal  zij  nu  moeten  dier  beko<)|)cu 
Ik  zal  voortaan  haar  vt)or  iluil-ezels  laate  lopen  . 
Voor   t  gelaat  van  den  jezuïet : 

n 
„Clemes 

spreekt 
D*  Ezel  van  Biliam  die  zei 
Met  reden  „Waarom  slaat  gij  my? 
Gij  twee-beende  Ezel,  vraagt  gij  't  ook 
Het  Vagevuur  in  vlam  en  rook. 
Te  lang  de  vroome  zieltjes  brand. 
Waar  voor  gij  bad  met  onverstand 
En  hebt  het  geld  verboerd,  verteerd. 
De  Kerk  bestolen  en  onteord." 
Door   eeu    lijn    van  de  voorstelling  gescheiden  is  er  onder  in  de  plaat 
een  32  regelig  vers  gegraveerd,  in  twee  kolommen,  aanvangende: 
.,De  grootste  Hoere-voogd  van  't  Roomse  Vaticaan"  enz. 
In    den    rechterbenedenhoek  het  verdicht  adres:  „Tot  Keulen  hy  Dirk 
Vlieg-over". 
Het  vers  in  boekdruk,  achter  den  algemeenon  titel,  heeft  tot  oj)>^:lirit\: 
.,12  ZINNEBEELD,  of  de  KKRKEN-VISITEERENDE   PAUS." 
en  luidt: 
..Gy  straft  de  Munniken  om  diefstal  van  de  Kerk; 
Maar  had  g'  er  voordeel  van,  gelijk  als  van  de  hoereu. 
Gy  zoud  geen  str.  .  .  (gelyk  het  spreekwoord  zeid)  beroeren; 
Want  Staat,  en  Baat-zucht  is  alleen  uw  Heilig  werk. 
Uw  macht  nu  tisifeer^  der  Staaten  haat  wild  schouwen: 
In  'Mu^tster  Paderhorn  zyn  Myter  laat  behouwen. 
Wyl  ook  de  Keizer^  zeer  geneigt  tot  Osnahruk, 
Den  Staat  ontziet,  en  vind  in  haar  al  zyn  geluk." 
De  prent   wordt   door   Stephens,    Cat,    Brit,    Mas.    beschreven  onder 
No.  1468. 

*3281.   „SIC  ITUR  AD  A8TRA,  8CILICET."  (Muller  No.  3410  »»). 

Deze  plaat,  die,  als  de  laatste  prent  in  den  tweeden  druk  van  ,,Roraa 

perturbata' ',  dit  inschrift  onder  in  de  voorstelling  heeft,  is  dezelfde,  welke 


Digitized  by 


Google 


138      LÜSTHOl'   VAN    MOMUS:    „ROMA   PBETÜRBATa"       1705—1706 

Muller  onder  No.  2765  vermeldt,  als  „Het  Lusthuys  van  Pater  Peters", 
nu  door  een  SS-regelig  vers  met  het  opschrift:  ,.Room3  COCceaans 
MüNNIK^^Manl  Of  Hoogtyd  v  't  Beroerde  Roeien'',  in  den  rechter- 
bovenhoek, toepasselijk  gemaakt  op  de  zaak  van  Codde  contra  Rome. 
Dat  vers  vangst  aan: 

,.Ziet  hier  (1)  de  kok  zijn  Leer  en  Leven  net  verbeeld"  enz. 
De  oorspronkelijke  plaat,  hier  ook  aanwezig  en  die  juist  omgekeerd  is, 
heeft  in  den  linkerbenedenhoek  het  inschrift:  „William  Loggan  f:  & 
Oxoniaï.  Anno  1681."  Naar  aanleiding  van  welke  gebeurtenis  deze  plaat 
vervaardigd  is.  kan  ik  niet  zeggen,  wellicht  is  't  slechts  een  spotprent 
op  de  Roomsche  kerk  in  haar  geheel,  waarin  de  zeven  hoofdzonden  zijn 
voorgesteld,  als  alle  door  de  priesters  dezer  kerk  bedreven.  Daar  de 
eeriite  staat  der  kopie  in  de  verzameling  van  Stolk  niet  aanwezig  is  en 
ik  dus  geen  aanleiding  had  de  prent  als  ,,Het  Lusthuys''  enz.  te  beschrijven, 
volgt  die  nadere  omschrijving  hier.  In  een  zaal,  wnarvan  de  achterwand 
met  allerlei  voorstellingen  tegen  de  Roomsohen  bedekt  is,  zitten  rondom 
een  tifel  een  vijftal  geestelijken  in  verschillend  gewaad.  Links  een 
man,  in  jezuietenkleedij,  die  zich  het  masker  van  het  gelaat  geligt  heeft 
['/cveinsdheid),  in  gesprek  met  een  vrouw  [honvaardij)^  wier  hoofd  met 
pauwenvederen  getooid  is,  die  een  zweep  (geen  hengel  zooals  Stephens, 
Cat.  Brit.  Mus.  zegt)  in  de  linkerhand  heeft  en  met  de  rechter  wijst  op 
een  pastei,  welke  midden  op  tafel  staat  met  de  St.  Petrus-sleutels  en  het 
jezuietenteeken:  ..IHS",  en  den  kop  en  staart  van  een  pauw  versierd. 
De  rechtervoet  van  den  jezuïet  rust  op  ..Biblia",  zijn  linkerarm  op  een  zak 
^eld.  Rechts  van  dezen  zit  achter  de  tafel  een  welgedane  dominikauer 
monnik,  wien  de  //uizif/Zicid,  in  de  gedaante  van  een  zeer  dikke  vrouw,  een 
schotel  brengt  met  een  speenvarken  er  op.  Rechts  van  dezen,  eveneens 
achter  de  tafel,  een  bedelmonnik,  met  kap  over  't  hoofd,  wiens  geheele 
aandacht  gevestigd  is  op  het  hoen,  dat  hij  met  citroen  bedruipt.  In  't  mid- 
<len.  op  den  voorgrond,  zit  vóór  de  tafel,  op  een  gebeeldhouwde  tabocret. 
waar  omheen  verscheiden  ledige  flesschen  liggen  en  met  het  inschrift: 
.,sic  curios  simulant",  een  franciskaner  monnik,  die  met  een  groot  glas  in 
de  linker-  en  een  wijukruik  in  de  rechterhand,  zeker  de  onmatitjhcid  in 
drankgebruik  moet  voorstellen,  terwijl  rechts  van  de  tafel  een  vijfde 
persoon  zit,  die  de  bete,  welke  hij  in  de  rechterhand  aan  zijn  vork  heeft, 
vergeet  voor  de  iccllmt^  die  in  de  gedaante  ceuer  naakte  vrouw  zich 
achter  hem  op  een  ledikant  vertoont.  Rechts  op  den  \ooTQToud  //iefi^heid, 
voorgesteld  als  een  oude  vrouw  met  een  doek  over  't  hoofd,  waarop  men 
leest:  ,,omnis  odor  liicri  bonns.",  met  de  linkerarm  leunend  op  een  geld- 
kist en  de  rechterliaud  uitstrekkend  naar  de  geldstukken  die  op  den  grond 
zijn  gevallen  uit  twee  zakken,  met  de  inschriften  ,,purgatorium"  en  „miss»". 
Op  een  papierstrook,  die,  geheel  rechts,  over  de  pauselijke  tiaar  ligt,  leest 
men  „fondati  ons",  j.ijuestis",  „obits",  ..anniversai  res",  „autels",  „privil:". 


Digitized  by 


Google 


1705—1706      LUSTHOF   VAN   M0MU8 :    „ROMA   PERTüRBATa"       139 

..iodalgei)*',  „confrer.",  „troncs",  „congre  gations".  „caDonisa  tions",  ,.ima- 
jifea",  ..mirac  :*'.  Achter  de  geldkist  een  slapende  vrouw  {luiheid).  Links  staat 
de  nijd,  bij  een  geopende  deur,  die.  met  het  venster  er  boven,  de  linker- 
wnnd  uitmaakt  en  waardoor  men  een  processie  {beeldendiefist)  ziet.  Rechts 
tazernij,  die  een  knuppel  in  de  rechterhand  heeft  en  met  de  linker  de 
deur  dichtduwt,  waardoor  een  protestantsch  geestelijke  wil  binnen  komen. 
De  rechterwand  wordt  verder  ingenomen  door  een  schoorsteen;  twee 
hclsche  gedrochten  zijn  bezig  het  vuur  aan  te  blazen,  waardoor  de  wereld 
verteerd  wordt  Boven  den  schoorsteen  is  voorgesteld  hoe  de  jezuïeten 
(hier  alle  met  duivelsklauwen  afgebeeld),  in  China,  onder  den  schijn  van 
het  christendom  te  bevorderen,  op  eigen  voordeel  bedacht  waren.  De 
achterwand  geeft  vier  tafereelen  te  zien,  twee  aan  twee  boven  elkaar, 
in  de  hoogte  gescheiden  door  het  inschrift:  ,,Ipsi  toti  in  peccatis  co 
medunt  peccata  populi  sui."  en  in  de  breedte  door  een  breed  lijstwerk  van 
bloemen,  met  een  medaillon  in  't  midden,  waarin  men  leest  „Omnia  kappa 
tcgif '.  Links  bovenaan  staan  een  kat  en  een  aap,  in  monnikenkleeding 
een  stervende  bij;  de  kat,  die  hem  met  de  linkerhand  het  kruisbeeld 
voorhoudt  om  dit  te  ku.ssen,  neemt  met  de  rechter  de  geldbeurs  weg,  die 
achter  zijn  hoofdkussen  staat;  onderaan  is  St.  Franciskus  a^ebeeld,  predi- 
kend voor  de  visschen.  Rechts  bovenaan  hoort  een  vos  de  biecht  eener 
vrouw,  terwijl  links  van  den  biechtstoel  een  monnik  een  non  streelt; 
onderaan  een  vos,  met  een  gans  op  den  rug,  in  den  preekstoel,  illustratie 
van  het  spreekwoord:  als  de  vos  de  passie  preekt,  boer  pas  op  je  ganzen. 

Gravure  br.  in-fbl.,  door  of  uit  de  school  van  R.  de  Hooghe.  Stephens, 
Cat.  Brit,  Mus.  beschreef  dezen  staat  der  plaat  onder  No.  1118  on 
noemt  het  een  omgekeerde  kopie  der  prent  door  hem,  onder  No.  1117, 
als  ..Het  Lusthuys  van  Pater  Peters"  beschreven. 

Als  de  prent,  welke  in  „Roma  perturbata"  voorkomt,  getrokken  is 
van  de  alleen  iets  ingekorte  koperplaat,  die  voor  „Het  Lusthuys  van 
Pater  Peters"  gediend  heeft,  en  dit  moet  wel  zoo  zijn,  (zie  lager)  dan  is 
*»r  geen  twijfel  aan  dat  die  en  niet  de  door  mij  hier  boven  uitvoerig 
beschrevene  een  kopie  i.s.  Dit  blijkt  vooral  uit  het  onderschrift  onder  de 
twt^  bovenste  voorstellingen  tegen  den  achterwand  der  kamer.  De  graveur 
heeft  gemeend  dat  onder  elke  voorstelling  dezelfde  woorden  behoorden 
als  in  de  oorspronkelijke  plaat,  zoodat  dit  onderschrift  hier  het  achtersto 
\oron  staat  en  men  nu  leest:  ..co  medunt  peccata  populi  sui  ip.si.  toti, 
in.'  peccatis".  Eerst  was  hij  echter  goed  begonnen,  zooals  uit  het  later 
weirgekrabde  ..ip.si"  nog  duitlelijk  te  zien  is. 

Het  adres,  dat  in  de  hier  boven  uitvoerig  beschrevene,  oorspronkelijke, 
plaat,  in  twee  regels  links  onder  in  de  gravure  voorkomt,  is  in  de  kopir» 
rechts  onderin  ge^jraveerd;  door  de  inkorting  welke  de  plaat,  die  in 
.  Koma  perturbata''  voorkomt,  aan  weerszijden  heeft  ondergaan,  bleef  danr 
alleen:    ,,William  Loggan  fee.  et  Ox"  stu^,  daar  dit  nu  geen  beteekenis 


Digitized  by 


Google 


140       LUSTHOF   VAN    MOMUS :    „IIOMA    PERTÜRBATa'*       1705—1706 

meer  had,  heeft  men  daarvan  de  O  veranderd  in  een  groote  niet  kapitale  e, 
alsof  er  .,excudit"  bedoeld  was. 

I$ovon  het  versje,  in  boekdruk,  achter  den  algemeenen  titel,  dat  op 
deze  plaat  doelt,  leest  men: 

,    ,.13  ZiNNEnEELD,  of  de  GEBANNEMü::NIKEN  uit  Holland  p^etracteerd 
door  haar  OPPERSTE   KOK.** 

Het  versje  vangt  aan: 

,,'tGcbanno  Klooster- volk  word  van  haar  Kok  onthakld, 

Als  Opper  Generaal  der  Smnllers,  Beed'laars.  Boeven.'"  eiiz. 

Stephcus.  Cat.  Brit.  Mus.  besohrijlt  de  plaat  onder  No.  1469. 

*3282.     ijRym    regelen^    Op   de  bovenstaande  Print,  of 
afbeeldzd.''  {N.  b.  M.) 

Opschrift  boven  een  hooprst  onbeduidend  vers  van  48  regpols,  in  twee 
kolommen,  onder  het  afbeeldsel  van  de  beide  zijden  eener  medaille  ter 
oere  van  Codde,  waarvan  de  eene  zijde  ook  voorkomt  als  middelste  van 
de  drie,  hierboven  onder  No.  3C0r»  beschreven.  In  de  afsnede  is  hier 
echter  <^een  jaartal,  in  den  rand  ^een  inschrift  en  p^een  woord  op  het 
boek  onder  den  poot  van  het  lam.  De  keerzijde  vertoont  het  portret  van 
P.  Codde,  eveneens  zonder  eenig-  inschrift.  Gravure  lang-w.  in-*".,  z.  n.  v.  g^r. 
of  adres. 

Muller  vermeldt  onder  No.  3413  een  exemplaar  dezer  plaat  met  in- 
schriften  in  de  afsneden. 

*3283.     ^^Ecdesia.  Perversa,  Tenet.  Faciem,  DiaholiJ"  — 
j^Sapientes.  Stvlli.  Aliqvando,''  (N.  b.  M.) 

Deze  latijnsche  randschriften  vullen  de  helft  van  de  cirkels,  die  de 
spotafbceldinf^en  van  den  paus  ((bemens  xi)  en  van  Theod.  Cock  omnrovcn. 
't  Zijn  verjifroote  af  bceldin^ren  van  de  spotpenniug-en  op  dezelfde  personen, 
in  No.  32ÖÖ  hiervoren  beschreven.  Zóó  gezien  staat  onder  den  paus  het 
twcelingrijm: 

„LiOyola's  Vynzery  houd  hy  zoo  hevig  staan 
dat  Hollandt  wel  ontrust,  maer  haest  zal  tegengaan." 
Onder  Cock : 

,,Dat  deez'  vry  raas-d  en  woed  op  Coddens  regte  Leer, 
Werkennen  hier  den  Staat  maer  geen  gemyterd  heer. ' 
De   prent   omkeerend   staat   er  in  randschrift  boven  't  hoofd  met  boks- 
horens:   ,.De    Valsche  Kerck.  Draagt  's  Duyvels  Merk."  en  onder  's  pau- 
sen beeld: 

„Den  Nederlandschen  Staat  zoekt  geen  geweetens  dwang^ 
maer  Vrede  ondert  volk,  dus  blocidt  zy  P'euwen  lang", 
En  schoon  het  Helsch  g-edrogt  haer  zegt  g-eheel  t'  ontrusten 
Zy  lagt  met  Romens  dwang  en  doeld  op  Vredens  lusten." 


Digitized  by 


Google 


1705—1706      LUSTHOF    VAN   MOMÜS :    „ROMA    PERTÜRBATA*'        141 

In   den   rand    van    Cock's   tegenbeeld   staat:    ,.In  Wyson  Srhyn.  \cv\ 
(iecken  syn.'    Onder  de  plaat: 

„Deei'  Sotskap  stookt  de  twist  int  Vrye  Nedorlantlt, 
Dog  werd  door  d'  Overheidt  verjaagd  met  hoon  en  schand. ' 
Gravure   langw.  in-4"..  z.  n.  v.  gr.  Eenigzins  gelijkiMid  op  de  l)0>;rlir  ij- 
ving  door  Muller  gegeven  onder  No.  3413. 

*3284.      Dezelfde    voorstelling   als  nominer  326G  liicr  vortMi.     Au.U'rr 
f^ravure.  {N.  b.  M.} 

Onder   het   medaillon,  dat   op  Codde  doelt  en  waarvan  de  voor^ttMlinj,^ 
omgekeerd  is,  staat  't  volgend   4?-regelig  onderschrift: 

„De  Suyv're  Onnoselheidt,  gedrukt,  gescheurd,  geschonden. 
Word.   doorden   Vryen  Staat,  be.schermd  en  .sUirk  bewaakt, 
Die  in  'apaus  blixem  nooit  iets  kragtiga  beeft  gevonden, 
Als  die  van  boogcriiand  ge.stuyt  word  of  geraakt." 

Onder  't  hoofd  van  den  paus,  hier  rechts,  leest  men: 

., Zoekt  ghy  O  Vader:  aan  den  Staat  een  kock  tegoeven. 
Die  onervaren  is  by    t  spit  of  by  de  pot. 
neen,  roept  hem  aen  u  Ilof.  daar  d"  onderdaauen  leven 
Verblind,  en  sonder  smaak,  hier  houdmen  hem  voor  Sot. 

Links  staal  onder  't  hoofd  van  Cock : 

„Wat  zoekt  't  uytsteekend  hoofd  al  twist  en  loosc  vonden 
Om  Codde,  met  zyn  gift,  te  stoeten  vandc  stoel, 
Wiens. leer  onwrickbaar  staat  op  zuyv're  Deugdens  gronden. 
En  't  volk  in  rust  te  houden  is  zyn  grootste  doel." 

Onder   't  omgekeerde    pausenhoofd   is    t  volgend  4-regelig  versje  gegra- 
veerd: 

,.Laat  dan  den  satan  vry  het  hoofd  hier  tusschen  steeken. 
De  vliezen  zijn  van  'toog,  'tGezigt  is  opgeklaard, 
Wy  zien  nu  naakt  en  klaar  Loyolaas  fyne  streeken, 
En  zyn  'er,  doorde  tyd,  gelukkig  voor  bewaard.' 

Onder   Cock's   hoofd,   dat   uu  door  't  omdraaien  der  prent  rechts  staat, 
is  gt^graveerd: 

„Schoon  dat  den  Sotskop  met  zyn  guychlerij  wil  vroeten 
Op  CoddenS  waere  leer,  men  is  voor  hem  hier  doof. 
Hy  mag  door  'sWacrelds  rond  nae  'tregt  gevoelc  zoeken, 
Maar  hier  in  Hollandt,  triumpheerd  het  waar'  geloof." 

(iravure  langw.  in-4'*.,  z.  n.  v.  gr. 

*3285.  „Tot  groot*  verwondering  van  voel  hier  ter  lande, 
Staan  deese  Weesens  hier.     Wat  meent  gy  tot 

(wiens  schande, 


Digitized  by 


Google 


142       LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „MONARCHYE   DBS   DOODS"       1700 

Van  die  dees'  heeft  gemaakt,  of  daar  'de  zaak  op 

(duyt? 
Zoo    gy    het    weten    wilt,    zoo   leest  dit  Rympjen 

(uit/'   enz.  (Muller  8.  No.  842S  A). 

Eerste  vier  rep^els  van  een  hollandrich  vers  van  40  regels,  in  vier 
kolommen,  in  boekdruk,  boven  en  onder  een  plaat  gedrukt,  dieeeumans- 
en  vrouweuhoofd  vertoont:  keert  mea  de  plaat  om,  dan  wordt  de  manuen- 
kop  een  vrouweuhoofd  en  het  vrouwenhoofd  een  mans^ezicht.  I^i  de 
])laut  btiiat  ouder  iederen  kop  een  tweeregelig  fransch  versje  en  ook  twct* 
repels  hoUandsch  die  echter  niet  rijmen  en  blijkbaar  in  de  oorspronkelijke 
plaat  in  een  andere  taal  voorkwamen  (zie  lager).  Het  gebockdruktc  vers  wil 
deze  plnat  toepasselyk  maken  op  den  bisschop  van  Sebaston  en  de  Oud 
Ilooraschen.  maar  die  toepa.ssing  is  zeer  gewrongen  en  even  ongelukkig  al.s 
het  rijm.  Het  vei*s  is  ggheel  auti-jansenistisch  en  niet,  zooala  Muller  meldt, 
voor  de  helft  jjfo-  en  voor  de  andere  helft  contra.  Gravure  in-é-®.,  met  den  naara 
Pierre  Bonnet  in  de  plaat.  Muller  beschreef  dit  exemplaar,  maar  vermeldt 
in  het  Suppl.  onder  No.  3709  B  een  ander,  geheel  met  deze  beschrijving 
overeenkomend,  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijland. 

Hierbij  de.  naar  ik  vermoed  origineele,  duitsche  prent,  met  geheel 
dezelfde  koppen.  Onder  ieder  der  vier  beelden  een  tweerogelig  fransch 
en  evengroot  duitsch  ver>je,  tiimelijk  dubbelzinnig,  maar  blijkbaar  gediend 
hebbende  voor  de  hoUandsche  inschrifton  in  bovengenoemde  plaat.  Gravure 
z.  n.  V.  gr.,  met  mlres  van  Jos.  Frid.  Leopold.  die,  te  ooideelen  naar  een 
driotid  platen  met  dergelijke  dubbele  koppen,  een  serie  van  dit  soort  van 
gravures  scliijnt  te  hebben  uitgegeven.  —  Ook  is  hier  nog  bijgevoegd: 

Ehfirhm  Historicus,  of  Gfschdithundiij  Koi'thef/vip  der  Molynistf^n 
en  Jansenisten  .  .  .  Ten  dienst  der  Weetfjienjc  tiaam^estelt.  door  R.  Z. 
t'  Amsterdam,  By  Jacob  van  Ro3'en,  .  .  .  1704". 

Tus.schen  titel  en  adres  een  vignet,  waarop  de  zon  is  afgebeeld,  twee 
huizen  beschijnende,  het  een  met  „Vrede",  het  ander  met  „Twist"  ak 
inschrift.  Gravure  in  S^**..  z.  n.  v.  gr.  Daar  't  boekje  zoowel  als  't  vignet 
op  de  toen  heerschende  verscliillen  doelt,  is  het  hier  opgenomen. 

*3286.  „De  standvastige/  monarchye/  Des/ doods,/ En 
de/  zieltoogende/  Mars  in  Europa;/  Tot  vernietiging  der 
betrachte/  vyfde  monarchye  in  't  Christenryk :/  Verbeeld 
door/  VIII.  zinnebeeldige  konst-printen,/  Vertoonende 
de/  oorzaak  des  oorlogs  en  des  doods,/  (waar  by  kortelyk 
beschreeven  worden  de  Opkomst  en  de  Ondergang  der/  vier 
hoofd-monarchyen)/  De  ontydige  minnery  en  dood,/  Vyf 
der  beroemste  Waerelds  Deugden,  aLs/  schoonheid,  krygs 
-dapperheid,  wysheid,/  sterkheid  en  rykdom,/  Ten  Grave 
gedaald;/    En    eindelyk/    De    monarchaale   en  algemeene/ 


Digitized  by 


Google 


1706       LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „MONARCHYE   DES   DOODs"       143 

stryd  t^ns  de  dood./  Alle  door  Nederduitse  Versen,  en 
Latijnse  Epigrammata  verklaard,  en  op  deze/  tyd,  als  ook 
geestelyk  toegepast,/  dooW  Abraham  Allard.  .  .  .  Gedrukt 
tot  Amsterdam,  by  Carel  Allard,  op  den  Dam,  ^  Met  Au- 
vüegie  van  de  E:  G:  M:  H:  Staate^i  van  Holland  en 
Westvriedandr  (Muller  No.  3155). 

De  keerzijde  van  dezen  titel  is  wit,  op  de  derde  bladzijde  is  een 
32reg^elig  vers  afgedrukt,  getiteld:  „Voor-bericht,  tegens  't  Vooroordeel 
Der  dichteren.",  en  met  de  lijst  der  drukfouten  er  onder.  Aan  de  keerzijde 
diuirvan  vindt  meu  den  „Korte(a)  inhoud  Voor  de  Loezers.'  in  een  gedicht 
\an  128  regels,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk. 

Aan  den  tekst  van  het  hier  aanwezig  exemplaar  ontbreekt  bladz.  5—8. 

De  hoofdgedachte  van  al  deze  voorstellingen  is,  dat  Lodcwijk  xiv  door 
den  oorlog  verhinderd  werd  in  de  stichting  van  een  vijfde  wereld- 
heerschnppij.  wanrvan  men  hem  het  opzet  toedichtte.  Deze  serie  is  de 
minstt>eduidendc  van  alle  uit  den  .,Lu8thof ';  zeer  gewrongen  toegepast 
op  al  wat  de  spaansche  sukzessie-oorlog  aangaat  en  met  Lodcwijk  xiv 
als  middelpunt.  Ik  kan  daarom  in  de  beschrijving  van  dit  aehtUl  minder 
uitvoerig  zijn.    Zij  volge  hier: 

•3287.      „Oorzaak    des    OORLOGS  en    des    doods".     (Muller 

No.  315Ö). 

Inschnit  onder  in  een  prent,  Adam  en  Eva  bij  den  boom  met  den  slang 
voorstellende.  Tusschen  beide,  ondenuin,  een  doodshoofd  en  twee  gekruiste 
beenderen.  In  den  bovenrand  der  plaat  is  gegraveerd  ,.k«ck  artis  martis, 
EN  tNOBTis  MORTIS  ORioo" ;  in  den  onderrand  links: 

.^H  -  Z  <^-  ti  -  Cht    ti  de  /^,  nere  ^  avif 

rechts: 

„Anguis  peccatum.  et  Mortem  generavit  in  horto; 

Sanguis  jnstitiam  et  Vitam  reparavit  in  arft." 
Tegenover  deze  prent  een  gedicht  van  twee  blz.  in-folio,  in  boek- 
druk, met  opschrift:  „DE  DOOD  en  den  OORLOG,  Veroorzaakt 
door  de  zoni>e  van  ADAM  en  EVA ;  Tot  altyd-duurend  verlies  van  de 
AARDSE  MONARCHYE.'  ,  mot  adres:  ,, Allard  exc:  c:  Privil:''  onder 
het  rechter  inachrifl  in  den  ondersten  plaatrand  en  het  volgnommer  .,1" 
er  boven.     In  den  rechterbovenhoek  der  plaat:  „Pag:  5". 

*3S88.    „De    ontydigk   minnert   en   de   jeuodiok   staatzuchts   dood. 

Vertoond   door    het   Zinnebeeld    van   de   twee   toevallige   Slaap   genootcn 

CUPIDO  en  de  dood."  {Muller  No.  31B7). 

De  prent  is  dezelfde  als  de  hier  voren  onder  No.  1030  beschrevene  en 
is  een  der  vele  door  Allard  pasklaar  gemaakte  oudere  pronU»u.  Boven- 
staand  onderschrift  staat  midden  onder  de  voorstelling  van  dezen  ouden 


Digitized  by 


Google 


144       LUSTHOF   VAN   MOMUS :    „MONABCHYE   DES   DOODs"        I7i>6 


man  ^Lodewijk  xiv),  die  eeu  jong'e  maagd  (Spauje,  niet  de  MaiotenoQ 
zooals  Muller  zegt,  deze  toch  was  toen  reeds  oud)  omhelst  Links  van 
bovenstaand  onderschrifl  een  4-rej?elig  hollandsch,  rechts  een  even  groot 
latijnsch  vers  van  A.  Allard,  met  het  cijfer  „2"  achter  den  tweeden 
regel.  Boven  het  vermelde  onderschrift,  in  de  plaat:  ..Sumptibus  C. 
Allard  cum  Priv."';  in  den  rechterbovenhoek:  ï-Pag".  7'. 

To^'-onovcr  deze  gravure  br.  in-fol.  een  vers  vau  twee  blz.  in-foL.  in 
bwkdnik.  met  opsi-hrift:  ..De  ONTYDIGK  MINNERYK  Kn  de  JEUGDIGE 
STAATZUCHTS    DOOü/* 

3CS9.     „Dood-praal   van   vknus,  Des  Waerelds  .scnooNiiEiD". 

iMuller  No.  315S  . 

lusthrift  in  een  doek  tegen  de  voorzijde  eener  graftombe,  waarin 
een  geraamte  (vau  Venus).  In  den  boven.*?ten  plaatrand :  „thersitis  ac 
VENEIIIS  KORMAS  MORS  .4^'.stimat  jvjrAS.";  in  den  ondersten  een  disti- 
chon: ., Forma  anima*'',  cr.z,  ondertcekend:  ..A.  Allard'  en  het  cijfer  ..3"; 
in  den  reehterhovenhoek  «Ier  gravure  ..Pag:  9":  in  don  linkerbeneden- 
hoek der  gravure  't  adres  van  Allard. 

Tegenover  deze  prent  een  vers  van  twee  bladzijden  infol., in  boekdruk, 
dat  ook.  alweler  zoer  gedwongen,  op  Lodewijk  xiv  toegepast  wordt. met 
het  opsehria:  ,.Zie  VENUS  praalende  in  het  GRAF:  Zij  bracht  weleer 
Krygfi-Zege  en  straf." 

^82üO.  „Hier  legt  MARS,  's  Waerelds  Krijgs  Daiperheid' .  (Muller 
No.  3159). 

Tnsehrift  in  de  zijde  eener  graftombe,  waarin  een  geraamte  (vim  Mars) 
ligt.  Jn  den  bovensten  plaatrand  is  gegraveerd :  „alphakst  nostborum 
MARS,  Mors  Omega  malorum".  In  den  rechterbovenhoek  der  gravure 
„Pag.  11";  in  den  rechterbenedenhoek  een  drieregelig  latijnsch  iuschrift 
van  A.  Allard:  „Post  Mortem,  o  Martes,"  enz.;  daar  onder  het  adres 
van  Allard;  onder  in  den  rechterplaatrand  „4". 

Tegenover  de  gravure  een  gedicht  van  twee  blz.  in-folio,  in  boekdruk, 
met  het  opschrift:  „MARS,  Doodelyk  voor  de  Aardgenoten,  Legt  Gnif- 
waart  door  de  DOOD  verstoeten." 

'3291.  „PRAALGRAF  VRU  PALLAS,  's  Waerelds  Wijsheid".  (Muller 
No.  3100). 

luschrift  in  de  voorzijde  van  een  graftombe,  waarin  een  geraamte 
^van  Pullas).  In  den  bovensten  plaatrand  is  gegraveerd:  „palladis  ingk 
NiuM  VANUM,  POST  FL'NERA  CONSTAT.";  iu  den  rechterboveuhock  der 
gravure:  „P^M?-  1»^  en  in  den  benedenhoek  aan  dezelfde  zijde,  het  adres 
van  Allanl,  terwijl  in  den  ondersten  phuitnind  een  latijnsch  distichon 
staat  van  A.  Allard:  „Ultro  (*/r)  veile  mori  Sapicnlia;"  enz.,  rechts  daarvan 
het  volgnommer  „5'. 


Digitized  by 


Google 


1706       LUSTHOF   VAN   MOMUS:    „MONABCHTB  DES   DOODS**        145 


Tegfenoyer  deze  gravure  een  gedicht  van  twee  blz.  in-fo1.,  in  boek- 
drok,  met  opschrift:  „Hier  legt  de  WYSHEID  tot  haar  straf,  De  trotse 
PALLAS  in  het  GRAF.*' 

♦329S.      „Hier    legt     HERCULES     *fl  Waerelds    Sterkheid".    (Muller 
No.  3161). 

Inschrift  in  de  zijde  van  een  graftombe,  waarin  een  geraamte  (van 
Herkules).  In  den  bovensten  plaatrand  is  gegraveerd:  „hbrodlis  en 
80RTBH  sTRAViT  MORS  HUNO  QU0Q2  FORTBM.";  in  dou  rechterboveohoek 
der  plaat:  „Pag:  15";  in  den  rechterbenedenhoek  het  adres  van  Allard 
en  in  den  ondersten  plaatrand  een  latijnsch  distichon  van  „A.  A."(llard}: 
„Mors  immortalem  Fortem  facit;"  enz.  en  rechts  daarvan  't  cijfer  „6". 

Tegenover  deze  gravure  een  gedicht  van  twee  blz.  in-fbl.  in  boekdruk, 
met  opschrift:  ,.Ziet  HERCULES  zyn  deugd  en  kracht,  Tot  iders  les, 
in  't  GRAF  gebracht" 

♦SSftS.      „HIER    LBOT     CRS8US    'a  Waerelds     Rykdom".      (Muller 
Na  8162). 

Inschrift  in  de  zijde  van  het  monumentaal  gedeelte  eener  graftombe 
waarin  een  geraamte  (van  Cresus).  In  den  bovensten  plaatrand  is  gegra- 
veerd :  ,,MORS,  PBO  DIVITIIS,  REDDiT  MELIORA  BEATis."  Rechts  boven  in  de 
pUat  staat  „Pag:  17'*,  terwijl  in  den  rechterbenedenhoek  het  adres  van 
Allard  is  gegraveerd  en  in  den  ondersten  plaatrand  een  latijnsch  distichon 
van  A.  Allard:  „Post  Mortem  stabilem  Fortunam,"  enz.  met  het  volg- 
'  Dommer  „7"  rechts  daar  van. 

Tegenover  de  prent  een  gedicht  van  twee  blz.  in-fol.,  in  boekdruk, 
met  opschrift:  „Vorst  CRESUS  dubbeld  leed  de  DOOD  Die  hem  door  Staat 
en  Lighaam  schoot." 

*3294.    „DB  HONARCHAALB  en   ALOUMEENB  DOODE-STREID.*'   (Muller 
No.  8163). 

Inschrift  midden  in  den  ondersten  plaatrand  van  deze  oude  prent,  als 
zoovele  andere,  door  Allard  voor  zijn  doel  pasklaar  gemaakt.  Door  een  poort 
trekken  van  rechts  op  den  voorgrond  menschen  van  allerlei  stand, 
op  den  achtergrond  allerlei  beesten  tegen  den  dood  op,  die,  alleen,  ze 
allen  verslaat,  terwijl  de  Tijd  alle  onderscheidingsteekenen  wegmaait,  al 
steekt  de  Faam  ook  de  bazuin  over  de  uitnemendheid  der  ïnenschen.  In 
den  rechterbovenhoek  der  plaat  staat  „Pag:  10'\  terwijl  de  verklaring 
der  cijfers  1—18,  die  verder  in  deze  gravure,  br.  infol.,  voorkomen,  ge- 
geven wordt  in  het  vers,  in  twee  blz.  in-fol.,  in  boekdruk,  tegenover  de 
plaat,  met  het  opschrift:  „DE  MONARCHAALS  en  aloebceenb  STRYD 
icg&HB  dd  DOOD."  Links  van  bovenstaand  onderschrift  is  een  4-regelig 
hollandach-,  rechts  een  é-regelig  latijnsch  vers  van  A.  Allard  gegraveerd, 
terwyi  het  volgnommer  „8"  in  den  rechterbovenhoek  van  den  ondersten 
IV  10 


Digitized  by 


Google 


146   LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „PALM-HOF  DER  BONDGENOOTEN'*  17O8 

plaatraod  en  het  adres  van  AUard,  ook  rechts,  in  den  benedenhoek  der 
gravure  staat. 

Dat  ia  de  uitlegfiping  Lodewijk  xiv  \7eder  de  hoofdpersoon  is  en  de 
lieden  die  hem  omringen  allen  met  hem  in  verband  gebracht  worden  en 
personen  uit  zijn  omgeving  voorstellen,  is  natuurlijk. 

Zooala  ik  reeds  bij  'tbe^ia  dezer  serie  zeide,  zijn  deze  de  gewron- 
genste  en  meest  onbeduidende  van  alle,  die  tot  den  Lusthof  behooren  en 
heb  ik  daarom  eenvoudig  door  bet  verineldea  der  inschriften  getracht 
de  bezitters  in  staat  te  stellen  verschillen,  indien  zij  bestaan,  te  con- 
stateeren. 

Op  geen  der  gravures,  die  met  uitzondering  van  de  tweede  en  de 
laatste,  alle  gewoon  in  folio  zijn,  komt  de  naam  van  een  graveur  voor. 

3295.  „Het/  palm-hof/  der/  bondgenooten, /  Besproeid 
door  de  verloste  en/ juichende  Schelde,/  In  't  Jaar  1708;/ 
Versnellende  den  loop  des/  Donaws,  en  beroerende  den 
trotsen  Tiber;/  Eindigende  in  een/  dierljke  stryd  om  de 
bette  parel  van  *t  christenryk,/  Ofte  de  waare/  brug  tot 
een  gewenste  vrede./  Vei-toond  door  IX.  Historise  Zinne- 
beelden, gepast  op  de/  Roemruchte  Veldtogt  des  Jaars 
1708./  Te  samen  gesteld  en  in  t  licht  gegeeven^  door  R.J,  Z. 
en  Compagnip.  ;l  tot  Ryssel,  met  Privilegie  enz. 


Histoire  emblematique/  de  la/  campagne  glorieuse/ des/ 
hauts  alliez,/  Ou  Description  Heroique  des/  victoires, 
remporiées  dans  les  Pais-bas  &c.  Par  les  dits  Alliez,  sur 
les  Franfois,  en  1708./  Representée  par  IX  Emblemes  en 
Taille  douce./  Recueilli  8f  mis  en  lumierel  Par  R.  J.  Z.  & 
Compagnie  k  Lille,  avec  Privilege  &c.*'  (Muller  No.  3164). 

Aan  de  keerzijde  van  den  titel  en  evenals  deze  in  boekdruk,  vindt 
men  de  volgende  aanwijzing  der  negen  platen,  waaruit  dit  gedeelte 
bestaat  en  die  het  volgende  algemeene  opschrift  hebben: 

„IX  Uitgeleese  KRYG8BRAVADEN  des  Janrs  1708.' 

*8296.  —  1».  ,.De  X  Zwaarste  Flaajen  Aan  'tEeJendaa./s  EGIPTKN 
voorspeld,  1708'.  (Muiier  No.  3165). 

Inschrift  in  den  kern  eoner  .stoartster  met  negen  stralen  en  een  staart, 
die  reikt  tot  in  den  rerhtei benedenhoek.  In  elk  der  stralen  i.s  een  g-e- 
beurtenis  voorspeld,  die  in  het  jaar  170S  zou  moeten  voorvallen,  maar 
waarvan  er  zoowut  p-eeu  enkele  uitgfekotoen  is.  Wat  in  iedere  straal  in 
'thollandsch  medeg-edecld  wordt,  is  in  'tfransch  tusschen  twee  stralen 
er  naast  g-eplaatst.  terwijl  langs  de  beide  zijden  van  iederen  straal  een 
regel  van  een  tweelingrijm  staat. 

Alle  inschriften   en  Terzen  weer  te  geven,  die  op  dit  blad  Toorkomen, 


Digitized  by 


Google 


nos  LUSTUOP  VAN  MOMÜS!  „PALM-HOF  DBR  BONDGBNOOTKN"    147 


zou  onevenredig'  zijn  aan  de  gering'e  geschiedkundige  waarde  der  prent, 
die  hoofizftkelijk  in  ▼erband  schijnt  Ie  staan  met  don  Eogelschman 
., Bikkerstaf",  over  wion  o.  a.  gesproken  wordt  in  Swift's  Woi'hs  cu 
met  wien  in  verband  staan  de  prenten  door  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus. 
▼ermeld  onder  Nos.  1332  en  HTO,  die  echter  deze  phiat  noch  de  serie, 
waartoe  zij  behoort,  bchijnt  te  hebben  gfekend.  Ik  vermeld  hier  alleen 
wat  ia  de  stralen  der  ster  aangegeven  is  als  te  zulien  geschieden. 

,.r'  „De  Card:  de  'Noailles  Aartsbiss:  v  Parijs  zal  steivea  den 
4  April  1703'. 

,.2"    „Een  Opstand  in  'tDauphiné  7  April". 

„S  *  „Louis  Philippe  Prins  v  Asturien  zoon  van  de  H^  van  Anjou 
zal  sterven  11  April,  oud  18  maande  en  3  da^e". 

„i"  ,,Een  Storm  op  de  Z.  O.  kust  van  Vrankrijk  vernielende  veele 
van  hére  S<"hepen  zelf  in  de  havens  deu  15  April '. 

..B  '  „Louis  de  Dolfyn  zal  sterven  den  7  Mnji  van  de  opstoiping  des 
waters  schielijk  en  pijnlijk,  oud  48  janr  Cm  en  16 1". 

,.«'*  ,.De  Kard:  Portocarrero  zal  .sterven  van  een  bloedgang  den 
20  JuDÜ '. 

„7"  is  de  staart  van  den  komeet;  hierin  staat  de  volgende  voor- 
spelling: 

„De  Koninf^  Lodewyk  de  xiv  zal  sterven  tot  Marly  na  een  week 
ziekte  van  het  Podap^  in  de  maag-  den  29  Julii.  des  avonds  ontrent 
zaa  uuren  in  zijn  70      jaar". 

Hoe  ernstig  deze  voorspel lifs^ren  waren,  kan  men  't  best  zien  aan  uit 
drukkiof^n  als  „Podagra  in  de  ranag"!  (voeteuvel  in  de  mnnj;!!) 

In  dezen  breeden  staart  staat  boven  de  voorspelling: 

.,'.<?  laars  een  en  negentig  is  't  laatnt  zijn  val  gespeld 
Indien  het  nu  word  waar  Euroop  word  licht  herdteld". 

Er  onder: 

„De  maand  van  luni  vals  verbrijden  [sic]  zal  zijn  sterven 
De  pot  te  water  gaat,  tot  dnt  hij  valt  aan  schervon". 

,.8"  ..Mr  de  Chamillard  eerhte  FinanHer  des  Koning-^,  zal  sterven  aan 
een  apoplexie  1  Aug'usti'. 

..9  *  „De  paus  Clemens  xii  zal  sterven  aan  een  heengezwel  den 
11  Septemb'  na  3  weeken  gesucccdeerd  van  een  Keizersgezind  Toskaans 
Kardin:'\ 

„10"  ..Loui.s,  Hff  v  bourgonie  zend  in  't  laatst  v  Sept:  als  Kf?  v 
Vrankrijk  voorstellingen  v  Vrede  door  de  Hi?  v  Mantua  d'uitkorast  werd 
verzwege". 

Dcor  dicht  op  elkaar  volgende  lijnen  tussch  e  u  de  stralen  der  ster  gel  ij  kt 
'tR"eh('el  op  een  cirkel;  in  de  hoeken,  die  deze  boven  in  de  plaat  openlaat. 
l»«st  men:    „COMETE   BMBLKMA -^  TIQz  POLITlQz  <!"»  expliqu 

Phisieura  Sorts  et  les  Morts  des  pbincbs  et  des  grand"  dePRANCK, 


Digitized  by 


Google 


148  LUSTHOF  VAN  MOMOS:  „PALM-HOF  DER  BONDGENOOTBN"  1708 

et  Mervei  les  de  consequence  ou  Prognostication  des  Grands 
Cas,  dans  TEurope,  sur  les  dates  salon  Ie  vieu^  Style  en  1708, 
par  M^  Bickerstaf     Astronome  Anglois". 

Langs  het  linkerbenedenvierdepart  van  dezen  cirkel  staat: 
„Dees  zinnebeeldige  combet  van  vijf  paar  straalen 

Voorspeld  aan  Vrankrijk  zo  veel  doodelijke  qualen". 
Daarnaast,  links,  een  ,.Mole  van  d  jonge  Pel-^^m  lacob  Frang" ;  in  welks 

r  ^ 

wieken  men  leest:   ,.Al  die  heule  Met  dees  Meul    Met  K-EeuleMoge 

speulê".  Bovenop  prijkt  een  haan:  „Qallia,  quid  cum  Wallift?', terwijl  er 

onder  staat:  „Door  de  Scottë  Zal  Hniet  hotten*'.  Rechts  van  den  molen: 

„Dees   Profecij  liet  Bikkerstaf  Door  Staatkunde  of  uit  onkunde  af'\   De 

ruimte  door  de  ster  en  haar  stralen  ingenomen,  wordt  aan  deze  zijde  als 

*tware  afgesloten  door  een  zwaard,  waarbij: 

,.Dit     pronkstaal  zy  van  bloed  bespaard 

'T  is        BO  duizend  guldi  waard;  na  de  nieuwe  zwier 

half  geld  half  papier". 

Onder   dit  zwaard  de  afbeelding  in  omtrek  van  een  man  (Bickerstaff), 

die  naar  de  komeet  ziet  langs  een  hoekmeter,  waarin  men  leest: 

„Mislukt    het  Ik      zal      Schaam  rood      staan 

Ik    waag  myn  kunsts      respect      hier  aan". 

De  geheele  figuur  is  met  verzen  gevuld,  waarin  Patridge's  Almanakken 

genoemd  worden,   waarover  ook  gesproken  wordt  door  Stephens,  zie 

boven.  Rechts  van  Bickerstaff  wordt  de  geheele  ruimte  verder  ingenomen 

door  een  26-regelig  fransch  vers,  met  het  opschrift: 

,.Des  Meditations  sur  r  Oracle  du  Mage 

Qui  predit  de  Grands  Gas  par  son  art  et  courage'*. 
Achter  de  omtrekfiguur  staan  overdwars  nog  twee  4  regelige  hollandsche 
versjes,  met  opschrift: 

„Verkeerd  schots  comPLimenT*'. 
Het  versje,  in  boekdruk,  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  dat  op  deze 
prent  doelt,  heeft  tot  opschrift: 

„1.  De  BNGELSCHE  PR0GN08TICATIB,  of  WblobmbbnT)  VOOESPEL." 
en  begint:    „Dit    Voorspel,   schoon   mislukt,  quam   voort  uit   *8 herten 
grond."  enz. 
8297.  —  1*.  Dezelfde  plaat.    Andere  staat.    (Muller  No.  8166). 

Aan   weerszijden   van   de   plaat  is   nu,   in  boekdruk,  een  gedicht  van 
168    regels,    met    het    opschrift:    ,. zinnebeeldige    komeet,  Wegens  de 
Nieuwe  BNGELSK  PROGNOSTICATIE,   Voor  het  Jaar  1708;  nader  ver- 
klaard, in  een  Samenspraak  tussen  STARNAR  en  WARNAR.'' aanvangende: 
„Wam:  iffevrind,  wat  is  dat  voor  een  schildery  hier  neven? 
Stam :   ui  Zie  toe  en  lees,  het  zal  u  zelf  verklaaring  geven 
Der  nieuwe  Poplecy  (hola)  der  Profecy"  enz. 


Digitized  by 


Google 


1708  LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „PALM-HOP  DBB  BONDGENOOTBN"  149 

Onder  de  rechtsche  kolom  het  Terzonnen  adres:  „Vertaald,  na  deCopy 
Tan  Londen,  tot  Dort  by  Balthaser  Qoris."  De  bier  niet  aanwezige  prent 
is  beschreTen  naar  bet  exemplaar  yan  Mr.  8.  van  Gijn. 

Met  deze  staat  in  nauw  verband  een  andere,  die  niet  tot  den  „Palm- 
hof*  behoort;  zij  heeft  tot  opschrift: 

*3298.  „Predictions  de  Mr.  Is.  Bickerstaf,  Astrol.  Angl.  pour  l'An 
1708."    (Muller  8.  No.  3165  A). 

Daar  zij  ook  in  dezen  atlas  aanwezig-  is  en  zij  door  voorstelling  en 
tekst  het  meest  met  de  hierboven  beschrevene  overeenkomt,  neem  ik 
haar,  in  navolging  van  Muller,  maar  hier  op. 

De  gravure  langw.  kl.  in  4*.,  z.  n.  v.  gr.,  vertoont  in  't  midden  een 
astroloog  met  tulband  op  H  hoofd,  die,  evenals  zijn  kleed,  met  sterren 
bezaaid  is,  terwijl  op  zijn  borst  een  zon  is  afgebeeld;  zijn  rechterhand 
rust  op  een  hemelglobe,  terwijl  hij  in  zijn  linkerhand  een  scepter?  heeft 
op  welks  punt  een  lischbloem  staat,  terwijl  er  een  banier  of  wimpel  aan 
wappert;  rechts  van  hem  een  arend.  Achter  deze  voorstelling  de  zee 
met  schepen.  Een  groot  deel  der  voorzeggingen  hierboven  vermeld, 
wordt  met  vele  andere  in  den  tekst  gevonden,  die  in  boekdruk,  in  twee 
talen  (links  in  't  hoUandsch,  rechts  in  't  frausch),  in  twee  kolommen  onder 
deze  voorstelling  staat.  Muller  vermeldt  een  exemplaar  met  den  tekst 
ia  twee  kolommen,  alleen  in  'tfransch;  dit  zal  echter  wel  een  vergis* 
nng  zijn. 

*3299.  —  2.    ,.LBVETn)iG  MODEL  voH  de  NiEWE  MODESB  KRUIDIGE 

FRAN8E  LUCHTSPRONG  by  RYSSEL".    (Muller  No.  8167). 

Inschrift  boven   in  een  plaat,  in  drie  deelen  verdeeld,  doelende  op  het 

beleg  en   de  inname  van  Rijssel  door  de  Geallieerden,  22  Augustus  tot 

22  Oktober  1708,  waarin  la  Mothe  zijdelings  ook  betrokken  was,  die  op 

plaat  6  van  den  almanak  van  1705  is  afgebeeld  in  zijn  hemd  te  paard 

vluchtend.    Met  terugslag  hierop  stelt  deze  prent  een  Franschman  te 

paard  voor,  die  in  stukken  omhoog  vliegt,  door  't  schot  van  een  Geallieerde 

in  't  hemd  die  hem,  eveneens  te  paard,  vervolgt.    Bij  den  hoed  van  den 

Franschman,  evenals   die  van  den  Geallieerde,  aan  weerszijden  met  een 

o 
tekje   versierd,  staat:   „Nagebotst  Yeldteken",    bij    't  hoofddeksel    van 

den   laatfiten:    „Opregt  Yeldtêkë."   Tusschen  de  paarden  van  deze  twee 

personen  staat  't  volgend  é-regelig  versje: 

„Dri  jaar  geleen  of  ruim  so  lang 

De  Fransman  vlood  int  hemd 

Word  nu  hier  tegens  ruim  so  bang 

Vervolgd  in't  hemd,  heel  vremd''. 
Onder  het  paard   van  den  Geall leerde  het  adres:  „te  Antwerpen  bg 
Erven  van  I.  Peters". 


Digitized  by 


Google 


150  LUSTHOF  VAN  MOMÜS:  ,,PALM-HOF  DER  BONDGENOOTEN"  17( 


'08 


Door  een  lijn  hiervan  afgescheiden  en  door  een  andere  in  tweeën 
gedeeld  ig  hieronder  een  BG-reg-elig  hollandsch  vers  gegraveerd,  in  twee 
kolommen,  aanyangende: 

,.Ziet  hier  wat  niews  Messieurs.  De  helJe  moed  der  Franse 
Doet  haar  als  gochelanrs  een  vreemder  luchtsprong  dansê 
De  heste  Harlequin  of  Oipersprinpbans,  slap 
Van  lede  volg-d  hanr  nooit  laDgs  deze  hemel  trap"  enx. 
Onder  dit  vers.  v.eder  door  een  strrep  afjC^escheiden,  zijn  in  het  onderste 
gedeelte  der  plaat,  door  een  vertikale  lijn  f^escheiden.  twee  voorBtellin^en 
gegraveerd,   links   met   hot   opschrift:  „Melkboerè  komende   in  't  Ge- 
allieerde   Leger,    trachtten   ter  sluik  Buskruid  in  ryssel  te  brengë". 
Op  den  voorpfrond  ziet  me»  hier  ncfi^pn  personen  op  den  mg,  elk  met  een 
juk  met  emmers,  zich  bci^wende  Laar  een  16  tal  zeer  primitief  geteekende 
tenten  op  den  achtcrirrond. 

Rechts  lee.st  men  boven  in  de  voorstelling:  „Eenige  der  TOom: 
Boeren  gchanfrê".  On  den  voor^jTond  is  hier  een  boom  afgebeeld, 
waaraan  twee  boeren  zijn  opcfehancren  die  het  juk  met  emmers  nog  om 
de  sehouders  hebben,  de  beul  op  de  dubbele  ladder  bij  den  boom,  rechts 
een  vijftal  manr.en:  op  don  ar-htergrond  dertien  tenten. 

Onder  deze  voorstellingen  is.  in  drie  kolommen,  een  30-regelig  vers 
gegraveerd,  beginnende:  ..Het  buskruid  aangevoerd  bij  nagt  op  snelle 
rosse  '  enz.  Uit  de  laatste  regels  blijkt:  dat  de  overgave  van  het  kasteel 
nog  niet  had  plaats  gebad.  maar  spoedig  verwacht  werd:  dat  de  platen 
onmiddellijk  na  iedere  gebeurtenis  gemaakt  werden  en  deze  prent  tusschen 
2*3  Oktober  en  8  December  gegraveerd  is. 

De  drie  voorstellingen  van  deze  prent  zijn  bepaald  ontleend  aan  de 
hiervoren  onder  No.  31+7  beschreven  plaat,  die  echter  vrij  wat  artistieker 
uitgevoerd  is  dan  d-'ze.  Het  vers  onder  die  voorstelling  gegraveerd  is 
niet,  zooals  ik  daar  opcfnf  52  maar  slechts  50  regels  groot,  daar  in  do 
beide  laatste  kolommen  niet  14  maar  13  versregels  staan,  is  geheel  anders 
dan  het  hier  vermelde  en  vangt  aan: 

„Ziet  hier  een  tafereel  der  franse  oorlogs  listen, 
Die  staande  het  beleg  van  Ryssel  zyn  gesmeed:"  enz. 
Het   versje   in   boekdruk,    dat   op   deze   plaat   doelt,   aan  de  keerzijde 
van  den  titel,     heeft  tot  op.schrift: 

..2    RYS^ELSE   KRUIDIGE   LUCHTSPRONG,  of  Courage  Misli  kt.  ' 
en  begint: 

..Verwoede  dapperheid  werpt  tegen  twalef  oogen. 

En  toond  dolkoppig   t  spoor  van  stryders  voor  haar  Vorst;"  enz. 

*3300.  —  3'.  ..De  IIYSSELSK   TUIMELAAR".  (Muller  No.  3168). 
In  den   linkerbovenhoek  eener  plaat,  waarop  bovenaan  een  duif,  rechts 


Digitized  by 


Google 


1708  LUSTHOF  VAN  MOMÜS:  „PALM-HOP  DKR  BONDGBNOOTEN"  151 

onderin  een  schutter  is  a%ebeeld,  staat  bovenstaand  inschrift.  Beide  figuren, 
slechts  ia  omtrek  g-egraveerd,  zijn  geheel  gevuld  met  verzen. 

Aan  den  poot  van  de  duif  die,  door  den  schutter  getroffen,  omlaag 
tuimelt,  een  brief,  waarvan  in  het  versje,  rechts  van  den  kop  der  duif, 
*t  volgende  wordt  gezegd: 

„De  Schilder  wenst  te  zijn  verschoond 
Dat  hij  de  duif  zo  groot  vertoond 

Men  ziet  hem  door  een  perspectief 
Op  dat  men  leezen  zou  de  brief 
Gebonden  aan  zijn  eene  poot 
En  onderschept  door  een  sla-dood". 

In  dien  brief  staat  het  volgende  te  lezen  : 

,,Het  is  mij  leet,  dat  de  tijding  onwaar  is  bevondë  De  Hertog  van 
Berwijk  is  bij  de  Hert^  v  Vendorae  tusse  Leuse  en  Graïnont  M*"  de 
Marlbourg  betrekt  'tCamperaent  v  Pont  a  Tressin.  Morgê  passere  wij 
de  Schelde  willende  u  voorzeker  ontzette  De  grote  bömê  zijn  nog  niet 
omver  gehouwe  en  de  waerd  is  niet  t'huis". 

In  den  linkerbenedenhoek  der  plaat,  door  een  streep  van  het  bovenbe- 
schrevene afgescheiden,  een  kleine  voorstel liug;  met  16  regelig  vers,  in  twee 
kolommen  er  boven,  dat  tot  opschrift  heeft:  „Op  het  YEROIFS  VERRAAD 
TBOi  PR:  EÜOEN^  gesmeed'*  en  begint: 

,/t  Gif  quam,  meent  me,  uit  een  fonten  •   •   •   • 
Een'  ouden  baas  van  't  Franse  spel 
Of  van  een  vrou  van  grdte  staat 
Die  ik  om  reen  te  noemë  laat'  enz. 

Onder  de  afbeelding  eveneens  een  16regelifir  vers,  met  opschrift:  „Hier 
word  verraad  vergift  Van  dapperheid  geschift",  beginnende:  „Wat  krijgs 
gebruik  is  dit?  Veldheeren  te  vergeeven"  enz.  Op  't  plaatje  is  „Eugenius" 
afgebeeld  met  het  vergiftigd  papier  in  de  hand;  links  van  hem  „Dopf; 
rechts  een  brakend  persoon,  wien  het  „Vergif  Papier"  uit  de  haud  is 
gevallen,  achter  deze  drie  personen  drie  andere,  terwijl  links,  op  den 
achtergrond,  „Vergif  Spion"  vlucht;  op  den  voorgrond  een  hond  stuip- 
trekkend ligt  met  „Gif  papier"  in  den  bek. 

Het  versje,  in  boekdruk,  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  dat  op  deze 
plaat  doelt,  heeft  tot  opschrift: 

„3  De  RY8SSLSB   TUIMELAAR,  enz. 

of  TWEEDERHANDB  KRYGS-MST." 

en  begint: 

„Onnoosle  Krygslist^  met  een  Tuimelgefst  vermengd, 
Mislukt,  haar  meesters  in  verdriet  en  .schande  brengt, 
't  Is  onvergeevelijk  dus  Vorsten  te  vergeeven,**  enz. 


Digitized  by 


Google 


152  LUSTHOF  VAN  MOMUS!  „PALM-HOF  DEE  BONDGKNOOTEN"  1708 

^3301.   —  8*.  Dezelfüe  plaat    Andere  staat    (Muller  No.  8169). 

Aan  weerszgdeD  yan  dezen  staat  der  plaat,  die  zeker  voor  af- 
zonderlijke uitgave  bestemd  is  geweest  en  door  Muller  onder  No.  3169 
beschreven  wordt,  een  126regelig  vers,  in  boekdruk,  met  het  opschrift: 
„De  RYSSELSE  tuimelaar,  Of  voorspel  van 't  overgaan 
van  die  Stad  aan  de  Geallieerden,  Den  23.  Octoher^  1708.  Eenige  Aat^ 
merkingen  op  de  Belegering^  enz.  enz.'*  Onder  de  tweede  kolom  van  het 
vers  het  adres  ,yTot  Brussel  hy  OEOROE   de   BAKKER." 

Dit  vers,  dat  gunstig  afsteekt  bij  *tmeerendeel  dezer  maakdichten, 
geeft  niet  alleen  een  verklaring  van  de  letters  A  tot  C,  die  in  de  prent 
voorkomen,  maar  stelt  de  verschillende  voorvallen,  die  bij  dit  beleg  plaats 
hadden,  duidelijk  voor  oogen.  Alleen  zij  opgemerkt  dat  in  tijdsorde  deze 
prent  gfaan  moest  vóór  de  vorige. 

♦3302.  —  4'.  „'t  YencUeV'.  (Muller  No.  8171). 

Inschrift  midden  bovenin  een  prent  over  't  verschil  tusschen  Jozef  n  en 
Clemens  11  om  het  bezit  van  Napels  (?)  Oorspronkelijke?  plaat,  waarnaar 
de  volgende  vervaardigd  is,  doch  met  veel  minder  figuren  dan  de  kopie. 
De   keizer  met  hermelijnen  mantel,  scepter  in  de  linkerhand  en  zittend 
op  een  vorstelijken  stoel,  terwijl  de  keizerlijke  arend  met  den  rijksappel 
aan  zija   voeten  ligt,  ontvangt  uit  de  hand  van  een  engel,  die  hem  de 
kroon  op  't  hoofd  zet,  een  zwaard;  links  van  dien  engel  staat: 
„Vat  Zeesar  't  Wraak  s waard  aan. 
En  vald  op  't  Patikaan". 
Hechts   op   den   voorgrond  zit   de  paus  met  tiaar  op  en  in  vol  ornaat, 
de  sleutels  van  St  Petrus  in  de  linker-  en  den  pauselijken  scepter  in  de 
rechterhand,  achter  zijn  stoel  staat  Lodewijk  xrv  met  kroon  en  met  lisch- 
bloemen  bezaaiden  mantel,  op  eenige  zakken  Louisen,  waarvan  een  ge- 
deelte over  den  grond  ligt  uitgestort  Boven  zijn  hoofd  leest  men: 
„Hier  blaasd  Louis  de  Paus  in  't  Oor, 
De  Vreede  breuk,  en  kryg    gehoor.", 
voorgesteld  door  een  blaasbalg  met  lischbloemen  bezaaid,  welke  Lodewijk 
aan  's  pausen  oor  zet 

Op  den  achtergrond  ziet  men  „Eoica"  met  bijschrfil:, 
„Wat  zal  5  Roomen; 
U  overkoomen." 
In  twee   rijen  staan,  in  den  ondersten  plaatrand,  de  volgende  disticha 
gegraveerd,  links: 

„Zie  Keyzer  lozeph,  hoe  hem  dEngel  't  wraak  swaard  zent, 
Dat  hy  zig  wreeken  aan  zyn  Vyand,  Paus  Klcement" 
rechts  leest  men: 

„Klements  door  't  France  Goud  bekoord,  laat  zig  vervoeren, 
't  beroerde  Euroopa,  met  een  nieuwen  kryg  te  ontroeren." 


Digitized  by 


Google 


1708  LUSTHOF  TAN  M0MU9 :  „PALM-HOP  DBB  BONDGBNOOTEN"  153 

GraTure  laogw.  in-fol.,  z.  n.  ▼.  gr.  (door  P.  ▼.  d.  Berge?)    Midden  in 
den  ondersten  plaatrand:  „Gedrukt  tot  Augsbourg,  P.  T." 

♦3303.  —  4>.    „De  PAPAGALLISE  BLAASBALG,  ttHjdeld  door 
J0SEF8  gerechtigheid'.  (Muller  No.  3170). 

Spotprent  op  Clemens  xi  en  Mazimiliaan   van  Beieren,  die  door  den 
paus  wederrechtelijk,  op  raad  van  Frankrijk,  tot  onderkoning  van  Napels 
was  benoemd.    Deze  plaat  is  in  vier  afdeelingen  verdeeld.    De  bovenste, 
met  het  medegedeelde  inschrift,  vertoont  rechts  op  den  voorgrond  den 
keizer   (A),   die  met  den  hermelijnen  mantel  om,  den  scepter  in  de  rech- 
terhand en   de  kroon  op   't  hoofd,  op  een   vorstelijken  zetel  zit  en  de 
linkerhand  uitstrekt  naar  een  lint,  waarop  men  leest  „comachio  is  *t  uwe*' 
en   dat  ligt  in  een  der  schalen  die  de  Gerechtigheid  (C),  als  een  engel 
uit  den  hemel  dalende,  hem  voorhoudt;  onder  de  Gerechtigheid  staat: 
„Schoon  Vader  Clemens  vr      ede  zoekt  te  mdkê 
Wild  echter,  losef,  met  dit  wraak  zwaard  wake", 
doelend   op  het  zwaard,  dat  zij  in  den  rechterarm  houdt  en  dat  met  een 
palmtak   omwonden  is.    Hier  geen  arend  aan  Jozefs  voeten,  maar  achter 
zijn  stoel  een  man  (6),  die  den  wijsvinger  der  linkerhand  waarschuwend 
opheft  en  zegt:  „Wacht  u  Clemens  voor  de  Ketters". 

Aan  de  linkerzijde  zit  de  paus  (2),  met  banbliksem,  pauselijke  drieledige 
scepter  en  gebroken  degen,  op  welks  punt  een  fransche  lischbloem  staat, 
in  de  linkerhand,  terwijl  aan  deze  zelfde  zijde  een  vaandel  geplaatst  is, 
waarin  men  leest  ,,DEy(yri8Sïm9  bj.ercitibvb  Met  Selif/ieu^e Eeirkrachten'\ 
Met  de  rechterhand  reikt  hij  een  degen  toe  aan  een  vóór  hem  geknield 
liggend  man,  die  in  de  linkerhand  een  papier  heeft,  met  het  volgend 
ioschrift:  „iNVEsmuRS  van  napels  voor  Mazimili  liaan  [sic)  van  Beyere, 
gegeYe  door  cleubns  xi";  tusschen  beide  personen  staat: 

„1234 
ROMA 
4132 
ARMO". 
Onder  de  knie  van  Mazimiliaan: 

..Beloofd  gij  aan  de  Paus  o  Mazimiliaan 
Veel  wondren  als  gij  toond  aan  Loodwijk;  't  zal  wel  gaan". 
Tusschen   den    rug  van  denzelfden  en  de  knieën  van  den  keizer  is  een 
16-regelig  vers  gegraveerd: 

„BEYBEÊ   spreekt 
Ik  keer,  mijnHeer  de  rug 
Door  't  Franse  goud  heel  vlug 
'k  Begaf  me  tot  verrddê 
Met  dobbel  zugt  beladë 
Waar  toe  'khad  veel  van  doen 
Om  glorie  en  om  poen 


Digitized  by 


Google 


154  LUSTHOF  VAN  MOMÜS  :  „PALM-HOP  DER  BONDGENOOTEN"  17O8 


Kniel  ik  -voor  Clcmens  neder 

Wiens  liefde  wonder  teder 

Mij  't  Onder  koningsschap 

Van  Napels  bied.  Ik  stap 

Dus  lioger  ala  te  "vori 

Die  alles  liad  verlorê 

De  Investiture  bul 

nul 
Schoon  Korel  ze  acht  Toor 

Mijn  dniperheid  doet  stijgê 

Om  't  Rijk  door  't  zwaard  te  krijgé". 

Onder  de  voeten  "vnn  den  paus  staat: 

,. Steek  uw  zwanrd  weer  in  de  schede 
Potrns  eertijds  paste  vrede". 

BoTcn  don  recliterarm  van  Lodewijk  xiv,  die  achter  den  paus  Btmat, 
leest  mpn  ..Tioc  LUDOVICI  s^iH  "t";  met  de  rochterhapd  houdt  hij  een 
blansba^Pf  vast  waarop  li>'<'lil)loomt^n  ^'o-ravcord  zijn  en  het  inschrift: 

,,Üe  Dr.'ies  heeft  mij  de  hlansb.-'li^  too^^escliikt  Dof?  Josef  voor  ons  bias© 
niet  en  schrikt".  \s  Koniii^rs  reelitervoet  rust  op  {jeldzakken  ;  evenals  op 
de  vorifje  prent  een  rut  btzipf  is  een  poot  te  doorknagen  van  den  stoel 
waarop  de  paus  zit.  knaag-t  hij  hier  aan  's  pausen  mantel.  Onder  de  rat 
en  de  (over  den  vloer  uitfre-storte)  jjeldstiikken :  .,Loui3€n"  en  ,.Scudi'\ 
leest  men: 

..De  hoer  van  Babel  losef  wil  verkrachte 
hij  blijft  oprecht  en  zuiver  van  gedachte". 

Hechts  daalt  boven  den  paus  een  duivel  neder  met  ba^iliskenstaart,  ia 
do  linkerhaad  een  geldbeurs.  die  ..500ÜO  Scudi  aan  goud"  bevat  en  waaruit 
er  enkele  vallen,  in  de  rechter  een  papier,  met  inschrift:  , .manifest  De 
schat  van  Sixtus  komt  Vorst  Piuto  toe  Wiens  mildheid  jegens  Rome  is 
nimmer  moe  PLfxo  sixtl'.s  v  ". 

In  de  afdeeling  onder  deze  voorstelling  zijn  in  twee  rijen  verzen  ge- 
graveerd; links  vier  6-regelige  en  één  4-regelig.  elk  door  een  lijn  afge- 
scheiden, met  het  algemeen  opschrift:  ..Verklaring  der  Cijfer getalen'* 
(1—5];  rechts  mot  den  algemecnen  titel:  ..Verkldring  der  Letters*' 
(A — C),  twee  fi  regelige  en  een  16  regelig  vers. 

De  derde  afdeeling  vertoont  in  't  midden:  „Pauslljke  Soldaten 
ter  Geestelijker  Strijd  gedrild".  Aan  weerszijden  van  de  voorstelling, 
met  bovpi.staand  inschrift.  zestien  versregels,  waarvan  de  eerste  luidt: 
,,Hier  drild  men  'tkrijg.s\olk  int  geloof"  enz.  De  voorstelling  zelfver- 
toont  links  een  pater,  met  kruis  in  de  hand,  in  een  preekstoel,  die  Teel 
van  een  groote  wijwaterbak  heeft.  prediken<l  voor  een  negental  vóór 
hem  stflïuide  .soldaten.  Ouder  aan  weerszijden  der  voorstelling  het  adres: 
„tot  Loven  bij        N.  Medtman". 


Digitized  by 


Google 


170S  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „PALM-HOF  DER  BONDOENOOTEN"  155 


In  de  onderste  afdeelin^,  in  drie  rijen:  „Nader  AANMERKINGEN, 
o^er  het  bovenstaande  PAPAGALLI8B  ZINNEBEELD**,  een  50-regelig 
Ters  aanvang-ende: 

„Dit  Zinnebeeld;  goè  licns  wild  ernstig  eens  beschouwë",  enz. 

Het  vers  ia  boekdruk,  aan  de  keerzijde  van  don  titel,  heeft  tot  op- 
schrifl:  ..4  De  PAPAGALLISE   BLAASBALG,  of  de  Hbilige  Wind  kryg." 

*3304.  —  5.    „PRALENDE  BEYERSE  en  FRANSE  AFTOQT,  van 

Brussel  en  de  Schelde."    (Muner  No.  3172). 

De  prent,  bij  Muller  voorkomende  onder  No.  27553,  ia  het  origineel 
van  (Üli  uit  den  „ralrahof".  welke  bovenstaand  opschrift  heeft.  Daar  dit 
on'tr'ticel  niet  in  de  verzameling"  van  Stolk  is.  beschreef  ik  het  te  dier 
plaHt.^e.  als  spotprent  op  Jakobus  ii,  niet;  om  echter  de  verschillen  tns«?rhen 
beiJe  st:  ten  te  kunnen  aanp^even,  volpfe  hier  nu  eerst  de  beschrijving  der 
oorspronkelijke  prent  naar  een  exon^p^iar  mij  welwillend  daartoe  afgestaan. 

„Arlequin  Forieux  et  Panta^jion  Triumpliant'. 

In  't  midden  op  den  voorgrond  Lodewijk  xiv  met  houten  rechterbeen, 
waartegen  een  papier  hangt  met  „Prodefuac  to  Loiolismo"erop.  Woedend 
wil  hij  zijn  zwaard  gebruiken,  maar  wordt  daarin  verhinderd  door  den 
hertog  van  Saksen?  Achter  dezen  de  keizer  en  de  paus,  die  hem  tot 
kalmte  manen,  daar  hij  hun  macht  te  gering  schat  terwijl  Luxemburg, 
kardinaal  van  Straatsburg,  hem  bezweert  zijn  bijstand  hem  niet  te  ont- 
houden. Links  zit  de  dauphin  op  een  kar  door  twee  padden  getrokken; 
op  zijn  hoed  zit  een  haan  en  geheel  is  hij  de  karikatuur  van  een  krijgs- 
man, terwijl  het  verklarend  vers.  in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  onder 
de  plaat,  hem  snoevend  in  den  mond  legt:  ..Ik  ben  Hardy:  win  Stad 
by  Stad."  Links  van  den  dauphin  vlucht  pater  Peters,  die  het  molenaars- 
kind  onder  zijn  mantel  en  de  vrouw  van  Jakobus  ii  achter  zich  heeft, 
op  een  ezel,  op  welks  kop  een  monstrans  staat,  bij  de  nadering  van 
Willem  III,  wiens  aankom.st  rechts  op  den  achtergrond  gezien  wordt; 
terwijl  do  „Jezuitxe  Ilidder.''  (Jakobus  ii)  achter  derf  dauphin  gezien 
wordt,  aan  't  volk  de  charters  en  rechten  wedergevende,  die  hij  hun 
ontnam,  volgens  't  vers,  dat  er  op  volgen  laat:  ..Hoe  zit  hij  op?"  terwijl 
in  de  ^laat  een  hondje  naast  hem  opzit.  De  gelijkheid  van  gedachte 
in  No.  -2300.  —  2.  ..Het  hondjezitop",  Stephens.  Crt^  .BrtV.  3f«5.  No.  1225. 
en  in  deze  prent,  doen  met  grond  vermoeilen  dat  een  van  beide  een 
kopie  is.  Gravure  br.  in  fol..  met  het  vers  1  bl.  inplano.  z.  n.  v.  gr.,  met 
gefingeerd  adres  in  den  rechterhoek  onler  'tonderhchrift:  ,,a  Anverschez 
C.  C.  Boedats.''  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1316. 

De  kopie  welke  in  den  „Palmhof  behoort,  biedt  met  bovenstaande 
beschrijving  de  volgende  verschillen  aan:  de  vluchtende  pater  Peters  enz., 
links  van  den  dauphin,  zijn  hier  niet  meer  te  zien  maar  vervangen  door 
een   verklarend   68-regelig   vers  roet  bovenstaand  opschrift.    Do  dauphin 


Digitized  by 


Google 


156  LUSTHOF  VAN  MOMÜS:  „PALM-HOF  DER  BONDGBNOOTBN"  17O8 

is  hier  de  keurvorst  van  ^^Bjereii" ;  onder  den  wageo,  naast  de  padden 
staat:  „Beyeren      spreekt 

„De  Fransma  n  gaf  me  wonder  mild 
Twee  Padden    yan  zijn  Wapë-schild 
De  derde    houd  hij,  al  zijn  leve 
Om's  vya  nds  helde  te  vergave". 
Op   bet  doek   aan  den   standaard,  welke   hij   in  de  hand  heeft,  staat: 
„ELECTOB  canto   exulio,   ob   tanta  bavarus  Agmina  quee  servo  gallica; 
rite  abeo  Bruxelld,  Scaldim  dum,  Galle,  repente  relinquis '.  Lodewijk  xiv, 
midden   in  de  plaat  op  den  voorgrond,  is  hier  veranderd  in'„Vendome" ; 
op   't  papier  tegen  't  houten  been  leest  men  ,,Herroepe  Paspoortê  1708". 
De  persoon  die  hem  tegenhoudt  om  zijn  zwaard  te  gebruiken,  is  de  hertog 
van  „BourgODJe".  Willem  iii  op  den  achtergrond  is  hier  „Marlburg'".    In 
de  pilaar  achter  Vendome  leest  men  „Evoö  evan  Pantagion  tnumphan(t). 
Het  opschrift  van  't  vers,  aan  de  keerzijde  van  den  algemeenen  titel,  is : 
„5   Praalende    BBYBRSE   en   FRANSE  Aptoot   van   Brussel   en    de 
SCHELDE ;  of  De  VERBRUSTB  Triomp  der  Franse  Haanen." 

Daar  ik  de  plaat  door  Muller  onder  No.  S173  beschreven  niet  zag. 
moet  ik  het  bij  de  eenvoudige  vermelding  daarvan  hier  laten. 

♦3305.  —  6«.  „t  VERKEER  SPEL  van  BRABANT  en  VLAANDRÉ 
Le  Nouveau  lEU  de  VERQUER  en  BRABANT 
et  FLANDRE".  (Muller  No.  8174). 
'  Opschrift  boven  de  voorstelling  van  twee  personen  tegenover  elkaar 
aan  een  tafel  gezeten  en  bezig  met  het  verkeerspel  (triktrak),  wat  door 
vijf  personen  aangezien  wordt  Vóór  de  tafel  zit  de  keurvorst  van  Beieren, 
op  wiens  rug  is  gegraveerd:  „1  Bavarois'  en  bij  wiens  rechtervoet  staat 
„Beijer",  tegenover  hem  zit  als  tegenspeler  ,, Brusselaar  2";  rechts  van 
de  tafel  een  Engelschman  met  ,,3"  onder-,  „Engelsman"  boven  zijn  hoed, 
en  „Anglois"'  achter  zijn  linkerarm.  Links  van  de  tafel  staat  „4"  de 
„Fransman"  zooals  hem  boven  't  hoofd  staat,  dat  hij  krabt,  terwijl  bij 
de  rechterpand  van  zijn  jas:  „Frangois"  is  gegraveerd.  Tusschen  hem  en 
den  Brusselaar  staat  de  „Hollander  6";  tusschen  den  Brusselaar  en  den  En- 
gelschman de  „H:(omme)  de  Ghtnd  Gente=Daar  7"  en  de  .,Savojer"  „5". 

Aan  weerszijden  van  deze  groep  staat  't  volgend  fransche  inschrift  in 
rijm  gegraveerd,  dat  ik  hier  niet  in  versregels  afschrijf,  omdat  dit  in  de 
prent  zelf  ook  niet  is  geschied. 

„*  Le  Verquer  par  varier  en  Hollandois  s  explique  Ce  jeu  nous  peut 
montrer  la  Guerre  emblematique  Sans  pareille  tous  deux  en  variation  Ce 
que  peut  temoigner  (7}  Flamend  et  BrabanQon  Les  exemples  demiers 
sent  TEscaut  et  (2)  Brusselle  Dont  (1)  Bavarois,  (4)  Francois  et  (3,  5,  6) 
les  Alliez  se  mölent  Aux  premiers  (1,  4)  le  Faux  dé  fait  perdre  tot  le 
jeu   Leurs  ennemis  (2,  3,  5,  6)  remplis  et  de  zéle  et  de  feu    Sont  vain- 


Digitized  by 


Google 


1708  LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „PALM-HOF  DBE  BONDGKNOOTBn"  157 

queurs  oourageux,  o  FranQois  temeraires  Ne  risquez  trop  ees  jeuz,  ni  par 
dés  ni  par  guerres  Ces  deax  sortes  de  jeuz  naturels  au  Teuton  Sont  tous 
jours  hazardeuz  aux  armes  de  Bourbon''. 

lo  den  rechterbenedenhoek  van  deze  voorstelling,  die  twee-vijfden  van 
de  geheele  plaat  inneemt,  staat  't  verdichte  adres:  ,,Te  Breda  by  D. 
Tessers". 

Onder  de  voorstelling,  daarvan  door  een  lijn  afgescheiden  en  in  twee 
kolommen,  waartusschen  ook  een  I\jn,  is  een  68-rege1igvers:  „Dees  print 
vertoond  u  hier  een  zevental  Landshörê*'  enz.  gegraveerd;  weder  lager, 
eveneens  door  lijnen  afgescheiden,  de  afbeelding  van  een  door  zes  paarden 
in  snellen  draf  voortgetrokken  reiskoets,  terwijl  naast  de  paarden  drie 
loopers  draven,  met  het  opschrift:  .,Vertrek  der  Franse  Prinsê,  na  Ver- 
aailles'*  en  het  onderschrift:  ,.Departem^  d^  Princes  de  France  pourVer- 
sailles*'.  Aan  weerszijden  van  deze  kleine  voorstelling  twaalf  (dus  24) 
versregels:  „Prinsen  van  het  Franse  Hof*'  enz.,  terwijl  geheel  onderaan, 
ook  weder  door  een  lijn  gescheiden,  in  twee  rijen,  zes  fransche  dichtregels 
lijn  gegraveerd:  ..Adieu  Princes  adieu  depart  *      de  la  guerre'*  enz. 

In  dezen  staat  behoort  de  prent  in  den  .,Palmhof '\  en  is  bl\jkens  het 
bovengenoemde  (58-regelig  vers,  verschenen  na  de  overgave  van  het  kasteel 
van  Kijssel  en  de  vruchtelooze  belegering  van  Brussel  in  November, 
terwijl  er  op  Gent,  dat  in  December  door  de  Geallieerden  werd  ingeno- 
men, reeds  gedoeld  wordt. 

Het  opschrift  van  't  vers,  aan  de  keerzijde  van  den  algemeenen  titel,  is: 
,.6  VERKBERSPEL   van   BRABANT  en  VLAANDEREN,  of  Vbrkebrde 

FBA198B  KBTOS  ZEGEN." 

Öok  uit  de  laatste  twee  regels  van  dit  vers  is  de  tijd  der  verschijning 
van  deze  prent  op  te  maken. 

Zy  luiden: 

,,De  schelde  en  Brussel  doen,  dat  Ryssels  sterk  Kasteel 
Moet  buigen;  en  daar  by  't  Frans  Vlaandren  haast  geheel." 

*8306.  —  «».  ,/t  Verkeer  SPEL  van  Brabant  en  Vlaanderen.'* 

(Muller  8.  No.  3174). 

Dezelfde  voorstelling  der  vorige  plaat;  andere  gravure.  Bij  de  personen 
rondom  de  tafel  staan  alleen  hollandsche  namen,  terwijl  de  volgorde  ver- 
anderd is:  „1  Beyer.",  ,.2  Brusselaar.",  ,.8  Engelsman.",  „4-  Fransman.", 
f,6  Hollander.",  „6  Savojer.",  ,.7  Gentenaar."  Dat  deze  prent  een  kopie 
is  der  vorige  zou  ik  o.  a.  opmaken  uit  de  fouten,  die  er  in  'tfransche 
vers  zijn  en  die  een  gevolg  moeten  zijn  van  de  onbekendheid  met  de 
taal,  zoodat  de  graveur  slechts  machinaal  gekopieerd  heeft.  Zóó  hier  in 
den  vierden  regel  ,,f^moigner"  voor  „f^moigner** ;  in  den  zevenden  „Ie 
Faux  'd"  voor  „Ie  Faux  dé" ;  in  den  negenden  „vainquers"  voor  „vain- 
queurs".    Ook  in  den  eersten  regel   van   't6regelige  fhmsche  versje  is 


Digitized  by 


Google 


158  LUSTHOF  VAN  MOMUS :  „PALM-HOF  DER  BONDGKNOOTKN"  170S 

kopieerende  een  «ipenaardipfe  fout  gekomen  het  ..ant".  dat  dtór  in  de 
hoo^  8taat,  is  door  een  haakje,  dat  eeniffsziDS  den  vorm  van  een  .js" 
heeft,  biJQ"ehaald  bij  't  eerstö  gedeelte,  de  kopieerder  heefl  dat  voor 
eeu  ..s '  aangezien  en  hier  staat  du  ..depart  snnt '. 

Boven  de  kleine  voorstelling'  onder  in  de  prput,  staat  hier  „Departmt 
d?  Princes  'd  France  pour  Versaille^i. '  in  pla.its  vuu  het  hullandsche  dat 
geheel  weggelaten  is. 

Deze  btaat  der  plaat,  welke  Muller  vermeldt  naar  het  exemplaar  hier 
aanwezig,  wordt  door  Stephens  beschreven  Cat.  Bfit.  Mifs.  No.  1490. 

*3307.    —  7.     „VBLD-HBBEB     KLOK8PY8  op  't  KASTEEL  v  EYS- 
SEL".    (Muller  No.  3175). 

Spotprent  op  telen  van  paardevleesch  en  't  betalen  der  soldij  met 
bronzen  noodmunten  in  'tka.^teel  te  Rijs^el.  met  boveast<\and  iuschrift 
bo\eu  iu  de  plaat,  waarop  een  man  is  afg-ebeeld  bezig  met  een  bijl  een 
paard  aam  stukken  te  slaan,  dat,  liriks  op  den  voorf^rond,  teg'en  een 
vleejohblok  ligt,  waarop  een  aohtervoet  met  bij.schiift:  ..Tot  Frikkedellê 
en  Carb.-)nufide";  rechts  op  den  voorgrond  een  tobbe  gevuld  met  ver- 
schilleiide  stukken  vlecbch.  In  drie  rijen  staan  de  volgende  dichtregels 
ouder  deze  voorstelling: 

,.De  paarde,  kostlijk  voor  de  Franssen, 
üe.^neuveld,  kuiuie  zij  noch  schraussë 

Alschoon   de  vijand  neemt  van  de  ou.se  een  goed  deel  oase. 
Wat  achand  het,  wijl  wij  nu  hier  léren  ete  rosse 
Dier  voodsfl  langer  strekt  als  önig  ander  vlees 
Dus  hebbe  zij  met  recht  voor  hongersnood  meer  vrees". 
Op  den  achtergrond,  rerhts.  zitten  ..Bouflers"  en   „Ridder  Luiembui^' 
bij  eeu  tafel,  waiimp  e-'u  schotel  met  ,, Paarde  Pa.sty",  terwijl  een  knecht 
een  tweeden  schotel  komt  aandragen. 

In   den    linkerbovenhoek  is  de  eene  zijde  van  den  noodmunt  van  ,.20" 
, Stils'  at>ebeeld.  met  het  inschrift :  ..pro  defensione  urbis.  et  patria)  170S." 
Ticchts   daarvan    staat  de  volgende  ..Verklaring  van  't  Koper  Geld  tot 
soMij  op  't  Kasteel"  : 

„Bouflers  zijn  .soljers  op    t  kasteel  geeft  koper  geld 

Dat  hij  in  Rijssel  sloeg  van  oud  kanon,  gesteld 

Op  twintig  stuivers,  tien  en  vijf  om  't  geld  te  ^  rekke 

Van  goud  en  zilver,  en  geen  opstand  te  verwekke 

Bij  wanbetaling  is  't  meer  waard  als  Muntpapier 

Of  goud  of  zilver  geld,  vervalst  naar  's  Fransmans  zwier 

Dits  voor  de  vuist  metaaWen  waanlig  te  bewèrê 

Bij  de  nakoomliiigschap  zelf  honderdë  v  jère 

Mits  tic  eerespreuk  van  dat  het  is  tot  teoeweer 

Van  8TAD  en  taderland  geslagê:  daar  de  Heer 


Digitized  by 


Google 


170S  LUSTHOF  VAN  MOMUS  :  „PALM-HOF  DER  BONDGENOOTEN*'  159 


Boaflers  xijn  Wapo  staat  aan  de  andre  zij ;  tot  blijke 

Dat  hij  't  niet  buitë  nood  zijn  volk  quam  toe  te  reike 

Het  is  dan  KANONijk  geslagê  van  kanon 

Bn  overbodig  naar  de  regel  van  Bourbon". 

In  «len  reciiterbovenhoek  is  een  steen  Bf«>'ebee1(l.  waaraan  het  volgende 

brie^e  hangt:    ..Stenen  uit  Mortieren  f^-eschote  in  t  Kasteel  met  gedrukte 

brieve  der  {sic}  aan.  wegens  de  actiën  bij  Brussel  en  de  S^'helde".  Links 

8  s 

ervan:   „Eugene  jetta  dea  Relatiou  Hors  de  morti  r?;  de  dan  la  Citadolle 

8 

Touchant  les  memorables  actions  Dont  temoignentrEcaut  et  Ia  Brueselle'. 

Het  tweede  derde  gedeelte  der  plaat,  dodr  lijnen  van  de  andere  afge- 
scheiden; geeft  in  een  56-regelig  vers  een  relaas  van  Bouflers  handeling 
kij  Rijssel.  't  Is  in  twee  kolommen  gegraveerd  en  vangt  aan:  ,.(1)  Val 
ann  den  brui  (*iV)  al  die  van  honger  niet  wil  stervê'"  enz. 

Het  onderste  en  kleinste  derdedeel  der  plaat  is  we*ler  door  hori- 
zontale lijnen  in  drieën  gedeeld:  in  de  boveu^jte  daarvan  zijn  twee 
▼oorHlelüngen  naaat  elkaar  gegraveerd.  I.»iuks  zitten  rondom  een  tufel 
de  ..Hertog  v:  Berwijk".  ,.Bv*ijerê",  „B")urg()gne'",  ,J>erri",  „Clmmil- 
lard'\  „Vendorae",  „Wales',  j.Marsf-halk  v  Berwijk",  de  ...Secretaris"  en 
„Bergeijk".  Links  van  de  tafel  leest  men  ,,ParturientMoiltes'\  rechts 
ervan  stJian  een  tamboer  en  een  trompetter,  boven  wier  hoofden : 
„Herroepê  van  Pa.ssen".  Boven  deze  voorstelling:  ,.Het  Üoomiks 
grote  Kr^gsbesluit  Word,  door  des  Hemels  raad  gestuit";  er  onder 
zes  versregels  in  twee  rijen:  ..Het  Doorniks  KrijgMaads  wijs  besluit" 
enz.  In  de  smalle  afdeeling  onder  deze  afbeelding  wordt  het  '  verklaard, 
dat  bij    t  woord  Secretaris  staat: 

ï.^Cecy  est  de  Tournai  Ie  (^onseil  Militaire 

Qui  en  Flandre  et  Brabant  eut  sort*  mauvaii  de  guerre'. 

Boven  in  de  voorstelling  rechts  staat  „Het  g.vrnizocn  trekt  uit  't  Ka.s 
TEEL  van  Utssel".  Op  het  kasteel  een  vlag,  waarin  ..Capitulatie".  On 
derin  ze»  \er>regels  in  twee  rijen:  ..Bouflers.  ;\an  zijn  kaut  afgemat  Ver- 
vaard voor  onze  Batterij?  Liet  eer  mê  schoot,  het  hachje  gÜjê  Op  dat 
hij  met  zou  zijn  gevat  De  Schelde  en  Brussel  kon  't  wat  rekk'  Nu  ziet 
me  na  Douay  hem  trekke''.  In  de  smalle  afdeeling  hieronder  is  gegraveerd : 
,. Bouflers  quitte  de  Lille  et  Ville  et  Ciladelle 
Brave  heros,  ponr  perdre  des  Forteresscs  helles". 

Eindelijk  staan  onderin  a-^ht  ver^reirels  in  twee  rijen:  „(^iie  la  necc^^ite 
aprend  tres  grand  raena;^e'' enz.,  met  het  opschrift:  ,,I)KTiU'K*^  de  VI.\NI)K 
et  Ménage  de  MoNOYES  dans  la  Citadelle  de  lille"  en  ni.  t  liet 
adres  .,a  Anvers  chez  H.  Aarssens'  er  onder. 

Het  opschrift  van  het  vers  aan  de  keerzijlc  van  dt»n  titel  is; 

.,7  YELDHEEUE  KL0K8PYS  op  het  KASTEEL  v  ui  RYSSKL,  of  Zt  i- 
NiOHEiD  door  NOOD. ' 


Digitized  by 


Google 


160  LUSTHOF  VAN  MOMUS:  „PALM-HOP  DBE  BONDGBNOOTBN"  1708 

♦3308.  —  BK  ,;tGBNTiLB  Rommel-Mnayk  ende  Franse  Cha- 
made  van     Vlaanderen.*'  (Muller  No.  8177). 

OfBchoon  de  plaat  in  dezen  staat  niet  in  den  „Palmhof"  behoort,  en 
waarschijnlijk  een  kopie  is,  heb  ik  deze,  als  de  best  uitgeToerde,  'teerst 
beschreven.  De  bovenste  voorstelling  vertoont  links  een  potsierlijk  uit- 
gedost rommelpotspeler,  met  een  vuurtreefl  en  een  gebarsten  blaas, 
waaruit  erten  vallen,  op  zijde,  terwijl  op  zijn  jas  twee  brillen  en  een 
lelie;  op  zijn  rechterbroekspijp  bril,  uil  en  lelie  zijn  a^ebeeld;  rechts  staat 
een  tamboer  in  profiel  gezien,  't  Vers,  tusschen  beiden  in  gegraveerd, 
geeft  de  beschrijving  van  den  eersten  persoon  en  laat  ik  daarom  volgen: 

„A.  Dees  Vent  kan  u  van  't  Volk  van  Gent  een  beeld'nis  geven 

Half  Spaans,  half  Frans,  half  Wijs,  hal/  Sot,  half  Doot,  half  Leven, 

Zijn  kaletijt  verheelt  de  Fransman,  dog  de  kraag 

En  degen,  den  Spanjool  met  zijn  gevest  om  laag. 

De  rommelpot  't  Frans  krijg  musijkspel  zonder  note, 

Wijl  'talles  loopt  in  't  wilt  bij  Lodewijk,  de  grote 

Voorstander,  van  de  vree,  zo  slegs  de  vijand  niet, 

mistrout  nog  wederstreeft  zijn  monarchal  gebeit  {sic), 

Dees  niewe  Gentelman  zo  koddig  inde  veren 

Wiens  een  oog  schrijd  terwijl  het  and're  lagt,  doet  lerê 

Dat  Fransmans  schaa  hem  deerd,  (de)  duijtse  praal  hem  bolt 

Zjn  blaas  met  bene  duijt,  hoe  'talles  hem    ontrolt 

Die  't  met  'd  Franje  {sic)  hout  zijn  rooster      de  victor  -  ie 

Zal  helpe  viere  (voor)  de  Bondgenotens  glorie 

'tZyn  britse  brille  daar  sijn  kleet  mee  is  bestroit 

Welk  kristalijn  hem  beter  past  nu  als  ooijt  {sic)^ 

't  Vertoont  hem  of  zijn  pligt  veraden  is  of  streijen 

Ten  zij  hij  als  een  uijl  het  dagligt  wil  vermeijen 

maar  wank'lend  Overhijt  en  voort  {sic)  goelien  van  Gent 

Die  nu  {sic)  voor  Karel  weer  bekeert,  't  is  uw  bekent 

Dat  Oostenr^k  u  niet  zal  qualijk  doen  tracteren, 

't  Slaagt  u  nu  wel  te  sien  de  Franse  't  retireren 

maar  wie  verraat,  verdient  een  keelbands-dans 

Zegt  wat  's  nu  best  te  wesen  Duijts  of  Frans." 

Tusschen  de   beenen   van  den   man   door  en  achter  hem  ziet  men  de 
tenten  van   „'t Leger       voor       Gent";  iets  meer  naar  voren  en  rechts 
„marlbourgh.",  wien  een  papier  aangeboden  wordt  door  oenige  „Gedepu- 
teerdens  van  Gent.'*,  naast  wie  deze  vier  versregels  staan: 
„'t  Scheen  een  voorspels  versoek. 
Gent  niet  door  't  vier  te  schende, 
Toen  'tzig  ten  beste  wende 
Verkeerden  in  Zegen  haar  Vloek". 


Digitized  by 


Google 


1708  LUSTHOF  VAN  MOMUSI  „PALM-HOF  DER  BONDOBNOOTBN"  161 

Achter  't  hoofd  Tan  den  tamboer  leest  men : 

.,Ik  alaa  de  Chamade, 

met  wijnig  bravade 

Verlaten  wij  Gent, 

Lang*  talmen  in  *tent 

Zou  ons  kr^gs  gevan^n 

Doen  zijn.  die  verlangen 

na  goet  garnizoen 

met  eer  en  fatzoen 

Krijgstuijg  en  plunje 

En  alles,  wat  kunje 
Eysen  meer 
Als  zoo'n  eer." 
Bij  de  beenen: 

„Alarm  na  de  kunst 

Zal  *k  slaan,  so  de  gunst 

Van  mars  ons  begeeft 
'   De  mars  slag  dan  heeft 

Goe  eijgenschap  mee 

De  mars  komt  ter  snee 

Voor  die  niet  graag  staan 

Als  't  gaat  op  een  slaan 

Dat  tuijgt  Gent  en  Brug 

^tmarst  alles  te  rug.'* 
In  de  onderste  afdeeling  is  een  handschoen  in  omtrek  afgebeeld,  geheel 
gevuld  met  verzen,  waarboven  dit  opschrift: 

„OENTiLB  omgekeerde  Mottige  Handschoen." 

Boven  den  duim  staat  „spaans.",  naast  de  vingers  in  opvolgende  orde : 
„Frans.",  ,.Hollands.",  „Engels.'  „Duyts."  Tusschen  den  duim  en  het 
eerste  woord  van  't  opschrift  leest  men  nog  „NB.  gand.  is  in  'tDuj'ts 
Gent  of  Handschoen.  '  Rechts  van  dezen  handschoen  is  in  zes  regels  een 
fransch  vers  gegraveerd,  dat  ik.  om  deze  gravure  van  de  andere  te  onder- 
scheiden, hier  ten  minste  gedeeltelijk  moet  aanhalen  om  door  de  ver- 
schillen in  spelling  het  onderscheid  te  kunnen  doen  uitkomen  tusschen 
beide  prenten.    Het  begint: 

,,CeGand   de   Flandre,   Qui  doit  serendre,   Aux   Allies,  Comme 

aussi  Bruge,   Helas  deluge,  Infortuoe,  Anvers  {sic)  la  France,  mais 

'1  Alliance,  Prend  plusieurs  fois,  Ville  traitresse,  Et  forteresse,  Pour 

Charles  trois'*,  enz. 

De   verzen   in  den  handschoen  loonen  voor  de  beteekenis  der  prent  de 

moeite   van   het  afschrijven    niet,  alleen  z^n  ze  hier  wijder  uiteen,  maar 

ook   met   meer  fouten,   gegraveerd,   een   tamelijk   zeker   bewijs   dat   de 

volgende  plaat  eerst  gemaakt  is. 

IT  11 


Digitized  by 


Google 


162  LUSTHOF  VAN  MOMÜS:  „PALM-HOP  DKB  BONDGENOOTKN"  1708 


*3310.  --  S'.  „'t  GENTiLK  Rommel-Musyk   en   de   Franse 
Ch     amade  van  Vlaandrê". 


„De  GENTiLB         Omgekeerde  MOTTEge      HAND- 

SCHOEN''.    (Muller  No.  3177). 

Dezelfde  Tocrstellinrren  der  vorig-e  prent,  nndere  gravure.  Behalve  aan  de 
opschriften  is  deze  variant  o.  a.  te  herkennen  aan  de  volgende  verschillen . 

De  tamboer  ziet  men  hior  van  vorei;  onder  zijn  voeten  staat  het  ver- 
zonnen adres:    ..t'  Anwerpê  by  Aarssetis". 

De  ,,Gedeputeerdens  van  Gent."  hceten  hier  „Gentse  Gedeputeerde"  ; 
„marlbourgh"  hier  ..Marlburp:". 

Hier  steekt  HJechts  éen  viuüfer  van  den  handschoen  even  boven  de 
scheidingslijn  der  beide  afhopldinpf^u  uit.  terwijl  er  in  de  vorige  plaat 
drie  vingers,  en  dan  veel  venler.  boven  uit  komen. 

Het  franscho  versje  begint : 
„Ce  GAND  de  Flandre  Qui  doit  serendre  Aiix  Aliiés  Comme aussi  Bnige 
Helas  deliige  Infortuné  Envers  la  France  Msiis  rAlliance  Prond  plusieurs 
fois  Ville  traitres'se  Et  forteresse  Pour  Charles  trois". 

Het  opschrift  van  het  vers  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  op  deze 
plaat  doelende  is: 

„8  De  QENTii.E  omgekeerde  MOTTKge  HANDSCHOEN,  en  de  Vlaamse 

CHAMADB   SCHRA^DER  GEKOPT   en   ZACHTJES  WEERGEOEEVEN." 

*33ll.  —  9'.  ,.De  hoon  aan  d' Adelaar  gedaan, 

Wer  l  hier  gewrooken  op  den  haan."  (Muller  No.  3179). 
Inschrift  boven  in  de  pl.mt,  die  zeker  als  origineel  gediend  heefl  van 
plaat  9  uit  den  ..Palmhof'.  De  voorstelling  is  bijna  gelijk  aan  die  der 
beide  volgende,  alleen  ontbreekt  hier  de  pauw.  Men  zie  voor  de  beschrijving 
't  volgend  nommer;  hier  volgen  alleen  de  tweemaal  zes  versregels,  die  be- 
halve de  boven  vermelde,  in  de  plaat  voorkomen.  Links  boven  den  dog  staat 

,,Ziet  hier  den  fransen  haan  in  noot, 

Den  Brit  die  vat  hem  by  een  poot, 

Ontbloot  hem  van  geroofde  veeren, 

'Trampzaalig  dier  is  buyten  staat, 

En  weet  in  noot  geen  and're  raat. 

Als,  zig  met  schreewen  te  verweeren." 
Rechts  leest  men  bij  het  zwaard  van  den  leeuw: 

„De  Leeuw  slagveerdig  om  te  slaan, 

Die  grypt  den  haan  van  vooren  aan, 

En  doet  hem  misre  cordi  zingen, 

Zoo  maakt  men  woeste  dieren  tam, 

En  beeren  mak.  gelyk  een  lam, 

Door  vuur,  en  afgestroopte  klingen." 


Digitized  by 


Google 


170S  LÜSTHOP  VAN  M0MÜ8 :  „PALM-HOF  DER  BONDGBNOOTEN"  163 

I 

In  den  broeden  plaatrand  onder  de  voorstelling  is,  in  drie  kolommen, 
een  gedicht  van  30  regels  gegraveerd,  geheel  afwijkend  van  de  volgende, 
het  vangt  aan: 

„De  fransen  haan  gewoon  de  weereld  t' overkraayen,"  enz. 

Zeer  goede  gravure,  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  in  de  manier  van  P. 
van  den  Berge  en  zeer  waarschijnlijk  door  hem,  daar  het  hierbij  be- 
hoorende  afzonderlijke  vers:  „Een  nieuw  lied"  enz.,  door  Muller  vermeld, 
doch  hier  niet  aanwezig,  het  adres  heeft  van  P.  van  den  Berge  ,.op  de 
Westermarkt" 

♦3312.  -  9'.  „DIERLYKE  STRYD  om  d»  best*  PAREL 

'"'  CHRISTÉRYK".    (Muller  No.  3178). 

In  de  hoogte  is  deze  plaat  in  vieren  gedeeld.  In  het  bovenste  deel, 
in  *t  midden,  de  haan  (Frankrijk),  die  een  parel  (Spanje)  in  den  bek  heeft 
maar  niet  inslikken  kan,  links  aangevallen  door  een  dog  (Engeland), 
rechts  door  een  leeuw  met  zwaard  in  den  klauw  (Holland),  van  boven 
door  een  arend  (Oostenrijk).  In  den  linkerbovenhoek  vliegt  een  pauw:  de 
,.Pau(s)  van  Romen".  Onder  den  pauw  acht  regels  dicht:  „De  Pnaw  di 
met  de  Haan  het  hield  Zogt  d'  Aadlaar  uit  het  nest  te  veuglè".  Onder 
den  dog  zes  regels:  ,.Gelijk  dit  trouwe  dier  de  haan  Zo  vat  de  Brit  de 
Fransman  aan",  enz.  Onder  den  haan  óók  zes  regels:  „Gelijk  een  Parel 
diend  een  Haan  Waar  voor  hij  kiest  een  weinig  graan  Zoo  diend  aan 
Vrankrijk  't  Rijk  van  Spanje  Wijl  hij  het  niet  verzwelgë  kan  Die  brok 
daar  stikt  daar  zwijmd  hij  van  Meu  geef  ze  een  Aad'ler  van  Germanj  e''. 
Aan  weerszijden  van  het  zwaard  van  den  leeuw  eveneens  zes  regels  : 
„Der  dieren  Koning  niet  meer  acht  De  strijdbaarste  aller  vleugelingê 
W^clks  krdjen  eer  tijds  schrik  bijbragt  Doet  hem  ont  wapend  fijnder 
zingê  't  Kleinood,  den  Adelaar  ontvreemd  Hij  hem  hoe  zeer  hij 
schreewd  beneemt".  Rechts  van  den  staart  des  arends:  „Den  Adelaar 
gehoond  Om   wien   de  Strijd  eerst  aanging  Die  'teerst  ook  moedig  aan- 

vin,  Zig  dapper  hier  vertoond  En  helpt  de  Haan  braaf  plukke  Om  hem 
't  Kleinood  te  ontrukkë'.  Onder  de  pooten  van  den  leeuw  staat  het  ver- 
zonnen adres:  ,,Te  Brussel  by  Prix". 

In  de  afdeeling  onder  deze  voorstelling  is  in  twee  rijen,  een  7i-regelig 
vers  gegraveerd : 

„Een  Haan  een  parel  uit  een  mishoop  had  gegrftve 
Waar  voor  hij  kOpê  wou  Europds  0[permagt"  enz. 
Onder  dit  vers  een  kleine  voorstelling,  die,  met  zinspeling  op  den 
naam  Brugge,  een  gebroken  brug  vertoont,  waarop  links  vijf  vluchtende 
„Franse";  rechts  vier  hen  achtervolgende  „Geallieerde"  en  met  het 
bovenschrift:  „Brugge  2  lanuarii  1709  's  nachts  verlate  als  ook  Plassendale 
Leffinge  enz:"  Aan  weerszijden  twaalf  dichtregels,  aanvangende  „De 
Franse  hare  wi^n  versBueoi"  enz. 


Digitized  by 


Google 


164  LUSTHOF  VAN  M0MÜ8  :  „PALM-HOF  DEE  BONDOENOOTBN*'  17O8 

In   de  twaalf  fransche   versregels,   die  onderasn,  zes  aan  zes,  in  twee 

r^en  naast  elkaar  zijn  geg^raveerd,  worden  beide  voorstellingen  kort  en 

zaaklijk  verklaard.  Ik  neem  ze  daarom  bier  over;  de  eerste  zes  luiden: 

„L*  Aigle  et  Ie  Lion  et  ceux  de  leur  Alliance, 

Pour  la  Perle  d'  Europe  en  Combat  tres  sanglant 

CoDtre  Ie  Coc  oiseau  de  Mars  tres  inconstant 

Bien  tdt  reprendront  ce  tresor  pris  par  la  France 

Le  Paon  cepandant  en  peine,  dans  son  nis 

Fuit,  priant  Paix  a  V  Aigle  et  ne  se  fie  auz  lis'\ 

Bij  de  laatste  zes  wordt  door  een  *  aangewezen  dat  zy  bij  de  onderste 

voorstelling  bebooren: 

,,Ce  Pont  donne  un  idéé  de  Bruge  que  V  on  quitte 

autres 
Et  plusieurs  a  lieuz,  munis  par  les  Frangois 

Qulls  font  sauter  en  Tair  ainsi  sauvant  leur  fïiite 

Et  signifiant  par  la,  de  revenir  jamais 

Leurs  frontieres  couvrant  par  des  Lignes  nouvelles 

Offenser  ne  tachant  ils  evitent  querelles". 

Het  opschrifl  van   bet  vers   aan  de  keerzijde  van  den  titel,  dat  op 

deze  plaat  doelt,  is: 

„9    DIKELYKB    8TRYD   om  de  beste   PAREL  van  't  CHRISTENRYK, 

of  De  Bbug  tot  een  goede  vredb." 

3313.  — 9».„DIERLYKB  STEYD  om  de  beste  PABEEL  van  'tCHRIS- 
TBNEYK."     (Muller  S.  No.  3179  A^ 

Deze  plaat  is  veel  beter  gegraveerd,  dan  de  in  den  „Palmbof"  beboorende, 
die  in  bet  vorig  nommer  besebreven  is.  Het  opschrift  staat  in  den 
bovensten  plaatrand  en  is  door  een  lijn  van  de  voorstelling  afgescheiden. 
De  pauw  vliegt  hier  naar  rechts,  van  den  dog  is  slechts  de  helil,  ook 
de  leeuw  is  niet  geheel  zichtbaar.  Links  op  den  achtergrond,  die  in  de 
beide  vorige  platen  zonder  eenige  voorstelling  is,  ziet  men  hier  bet  bom- 
bardement eener  stad,  rechts  schepen.  In  de  veeren,  die  den  hban  ont- 
vallen zijn  en  die  op  de  plaat  van  den  „Palmbof"  niet  zoo  duidelijk  te 
zien  zijn  als  op  No.  3311,  staat  hier  „Lille'\  „Oand'',  „PlassendaV, 
„Brugge"  en  „Leffingen''.  In  de  voorstelling  geen  enkel  vers.  In  de 
afdeeling  daar  onder  vijf  öregelige  verzen,  waarvan  er  drie  boven-  en 
twee  onderstaan.  Deze  venges  zijn  dezelfde,  welke  bij  de  vorige  prent 
in  de  plaat  staan  en  hebben  van  links  naar  rechts  en  van  boven  naar 
onder  de  volgende  opschriften :  „'d  Haan.",  „Paaw.",  „Arend.",  „Hond." 
en  „Leew."  Op  de  gebroken  brug  in  de  kleine  voorstelling  staan  links 
wèl  vijf  ,. Fransen"  maar  rechts  slechts  drie  „Geallieerden.";  het  opschrift 
is  hier:  „Brugge,  des  nagts  verlaaten  als  ook  Plassendal,  Leffingen,  enz. 
d'2  lan.   1709".    Het   vers  aan   weerszijden   daarvan   vangt  aan:    „De 


Digitized  by 


Google 


1710    LUSTHOF    VAN   MOMÜS:    „VORSTKLYKB   STAAT-BALANs"    165 

Franse  haare  wyn  verbrQggeil"  enz.  De  fouten  in  de  fransche  verzen 
deden  er  mij  toe  otergaan  deze  als  kopie  der  vorige  te  beschouwen. 
Hier  staat  b.  v.  ,,Bien  toit"  voor  „bien  tot",  „son nis"  voor 't  reeds  onjuiste 
.,Bon  nis".  Ik  beschreef  deze  prent  naar  het  exemplaar  van  Mr.  S.  van  Gijn. 

33 1 4.  „ Vorstely ke/  staat-balans,/  weegende  den  /  oorlog 
en  yrede  van  Ëaropa/  met  gewigt  en  tegen-wigt  yan 
't  Jaar  1709./  Op  niew  door  het/  groote  bondgespan/ 
Geeykt  in  't  Jaar  1710./  Tot  verhoeding  van  het/  franse 
valse  staaigewigt./  Zynde  een/  zinnebeeldig  vertoog  van  de 
krygslauren/  der  hooge  bondgenooten,  in  de  laatste  veld- 
togt.'  op  de  Fransen  behaald./  Met  eenige  toepassing  op 
den/  oorlog  in  't  Noorden./  In  't  licht  gebracht  door  R.  J, 
Z.  tot  Doornik  met  Octrooy. 

La  majestnense/  balance  d'etat,/  Pésant/  La  gnerre  & 
Ia  paix  d'  Enrope,/  Par  poids  &  contre-poids  de  1'  An 
1709./  Nouvellement  marqaé  par  la/  grande  alliance  en 
1710./  Pour  se  garder  du/  faux  poids  de  la  police  de 
France./  Ou/  representation  emblematique  des  avantages 
heroiques/  remportés  par  les  alliez  sur  les  Francois  dans 
la  demiere  Campagne./  Avec  quelque  rapport  k  la/  guerre 
du  Nord./  Ouvrage^  mis  en  lumiere  par  R.  J.  Z.  8fc.  d 
Toumay  avec  Privilege.^^ 

Tegen  de  keerzijde  van  den  titel  zijn  links  hollandsche,  rechts  fransche 
4-regelige  versjes  gedrukt,  met  het  algemeen  opschrift  boven  de  hol- 
landsche:  „ZEVENDEBHANDE  ZINNEBEELDIG  STAAT-GKWIGT  van 
1709/'  en  boven  de  fransche:  „Poids  POLITiqUE  EMBLEMATIQUE  de 
SEPT  SORTES  pour  l'an,  1709.'.  waarvan  het  eerste  met  een  A  is  ge- 
merkt,  de  overige  de  cijfers  1 — Ö  hebben  en  het  laatste  versje,  waarbij 
geen  uommer  of  letter  staat,  tot  opschrift  heeft  „Besluyt." 

De  opschriften  der  versjes,  bijna  gelijk  aan  de  inschriften  van  de  bij 
ieder  versje  behoorende  prent,  volgen  achter  de  beschrijving  van  elke 
gravure. 

*3315-  —  A<:.  ,,Balan  s  van  oorlog  en  vrede,  1709".  (Muller  No.  S183). 
Opschrift  boven  in  een  lateren  afdruk  der  plaat,  hier  voren  onder 
No.  2519  beschreven  en  door  bovenstaand  inschrift,  en  meer  andere,  voor 
dit  doel  pasklaar  gemaakt  Zoo  staan  nu  onder  de  rechter  en  lichtste 
schaal,  waarvan  de  koorden  gebroken  zijn,  de  keurvorst  van  ,,Beijer", 
„Kok. en  Conaorte"  en  „Keulë".  De  borstbeelden  links  zijn  verandcid 
in  die  van  „Galloway",  „Marlburg".  „Friso",  .,Eug  een*.  Docr  het 
chroDOstioon:  „Lepso  soLe  i^YIes  Malor,    DoLor  esTne  PHlLIipo*\  boven 


Digitized  by 


Google 


1(50     Ll-STHOF    VAN    MOMÜ8 :    „V0R8TKLYKE   STAAT-BALANs"    1710 


de  schaal,  wordt  het  jaartal  1709  p-evormd.  terwijl  in  eeo  holland>ch  en 
in  eeu  fnuisch  uitle^j^end  >ers.  iu  boekdruk,  op  hetzelfde  blad  met  de 
preut  pedrukt  en  boven  elkaar  onder  de  voorstelling-  geplaatst,  de  ver- 
klaring gegeven  wordt  der  Nos.  1  —  52  in  de  plaat  Gravure  br.  in  foL, 
door  K  de  Hooghe,  wiens  naam  wel  uitg-eslepen,  maar  nog  zeer  gfoed 
lee.sbuar  in  in  den  grond  naast  den  vij\er.  in  den  linkerbenedenhoek. 
Onder  de  zinnebeeldige  groep:  ..Krijga  geweld"  en  ..Hongers  nood'  op 
den  voorgrond,  in  het  midden  onderaan,  is  nu  het  adres  ..Te  Lovë  by 
Melman",  en  in  den  rechterbenedenhoek  een  A  gegraveerd. 

Deze  staat  behoort  in  do  ..Vorstelyke  staat  balans '.  Is  het  regel  bij 
de  prenten  van  den  ,, Lusthof"  dat  de  oorspronkelijke  prent  afzonder- 
lijk eerst  verscheen,  om  daarna,  min  of  meer  gewijzigd,  deel  uit  te 
maken  van  dit  werk;  hier  is  dit  blijkbaar  juist  andersom.  Keeds  de  bij- 
voeging ,,t'  Utrecht"  in  het  opschrift  van  het  volgend  norcmer,  wijst 
duidelijk  op  later  tijd  dan  1709,  daar  eerst  in  1712  van  Utrecht  in  ver- 
band met  den  vrede  gesproken  worden  kon.  Bovendien  is  de  naam 
.,Friso  '  déér  uitgeslepen  welke  hier  staat  boven  het  borstbeeld  links, 
dat  met  .,40"  aiuigewezen  is;  dit  bewijst  dat  de  prent  eerst  na  Friso's 
dood  (1711)  iu  dezen  stant  't  licht  zng. 

Het  opschrift  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

.,N*.  A.  De  BALANS  van  OOLROG  {sic)  en  VREDE." 

*3316.  Aö.  ..Wigs  en  TorisBalan  s  van  oorlog  en  vrede,  t'Utrecht". 
(Muller  No.  3181). 

Veel  meer  afgesleten  en  latere  staat  van  dezelfde  plaat,  in  't  vorig 
nommer  be.schreven.  Behalve  door  het  onderling  verschil  in  de  inschriflen 
van  deze  en  de  voorgaande  prent  is  ook  nog  door  de  volgende  veran- 
deringen de  eeue  staat  van  den  anderen  te  onderkennen:  „Kok  en  Con- 
.«torte  '  is  hier  ..Roma  en  Consorte'.  Onder  den  voet  van  den  krijgsman, 
die  de  zwaarste  schaal  vasthoudt,  ligt  in  den  vorigen  staat  niets,  hier 
ceu  j)apier,  waarop:  ..Prulliminariu",  terwijl  boven  diens  hoofd  hier,.Wighs'* 
stnat.  wat  diiar  niet  voorkomt.  Bij  de  rechterschaal  staat  hier  boven  het 
hoofd  van  een  ])er.soon:  ..Torys".  dridr:  ..Bouflers"'.'  Het  hollandsohe  vers 
is  djij'ir  56  in  dezen  stiat  50  regels  groot,  en,  evenals  het  fransche.  dat 
d.iar  slochts  44,  hier  60  regels  telt.  geheel  verschillend  van  het  vorigfe. 
Boven  het  fransche  vers  stnat  dmlr  als  opschrift:  ..Remafques  hlabalance 
politique  de  giierre  &  de  paix  en  1709.",  hier:  ,.La  balance  de  guerro 
&,  de  pidx  des  Wighs  (avec  leurs  Alliez;  &- des  Toris.'  Ook  is  het  vers  hier 
niet  op  éen  blad  met  de  prent,  maar  op  een  afzonderlijke  strook  gedrukt 
en  ouder  de  plaat  geplakt,  (iravurc  br.  infol.,  door  R.  de  Hopghe  ,'zie 
omtrent  den  naam  hierboven)  en  met  adres:  .,Te  Lové  by  Melman'. 

Muller   maakt   onder    No.    3182,    (staat   A^   van    deze  prent),  melding 


Digitized  by 


Google 


1710    LUSTHOF    VAN   MOMUS:    „V0R8TBLYKE   STAAT-BALANs"    167 

van  een  waarschijnlijke  ffissinpr  door  Stephen»,  in  den  Cat.  Brit.  Mus.; 
eene  verg-elijking"  van  deze  prent  met  de  door  hemzelf  onder  No.  2519 
beschreven  ..Balons  "van  Affaires  van  Staet  en  Oorlog^h  in  *t  Christenrijck  ' 
had  hem  volkomen  zekerheid  kunnen  g^ven  omtrent  de  gelijkheid  der 
platen  en  den  maker. 

3317.  —  1*.  —  ,1  Ziet  hier  de  oorlogB  lust  verwonnen  door  de  reeden, 
De  roomse  kerkvoogd  sluyt  god  lanus  Tempel  poort,"  enz.  (Muller  No.  3185). 

Begin  van  een  36-regelig  vers,  in  drie  kolommen,  dat  de  verklaring 
geeft  der  verschillende  personen  in  de  prent  afgebeeld.  Zonder  twijfel 
ia  deze  zeer  goede  prent  het  origineel  van  de  volgende  in  de  „Vorstelyke 
StaatAbalana*'  beboorende. 

De  paus,  met  vredepalm  in  de  rechter-  en  twee  sleutels  in  de  linkerhand, 
ia,  geheel  links  op  de  plaat,  gereed  de  deur  eener  kerk  te  sluiten,  waaruit 
een  paar  booze  geesten  (van  oorlog)  vluchten.  Dit  moet  de  tempel  van 
Janus  voorstellen,  maar  gelijkt  meer  op  een  roomsche  kerk,  daar  boven 
de  deur,  in  een  nis,  de  moedermaagd  met  het  kind  is  afgebeeld. 

Achter  den  paus  de  Vrede  in  de  gedaante  eener  vrouw,  met  een  speer 
in  de  rechter-  en  een  olijftak  en  vredepalm  in  de  linkerhand,  welke  zij 
aan  den  tegenover  haar  staanden  keizer  vnn  Duitschland  aanbiedt.  Aan 
de  speer  hangen  negen  sichilden  met  de  iuschrifteu:  ..Kijser. ',  ..Paus.", 
..Holland.",  „Engeland.",  „Portugaal",  „Spanje.",  „Savoje.",  ..Modena." 
en  „Vrankrijk."  Nog  meer  naar  rechts  ligt  Lodewijk  xiv.  volgens 't  vers 
treurend  omdat  de  Vrede  hem  niet  genegen  is.  Achter  hem  staat  Bedrog 
als  een  engel,  die  een  fiikkel  (vuur)  in  de  eene  hand  draagt  en  in  de 
andere  een  kan  (water).  Geheul  rechts  zit  aartshertog  Karel  als  koning 
van  Spanje  ten  troon  en  wordt  door  eenige  geestelijken  begroet,  welke 
buigend  tegenover  hem  staan  of  geknield  liggen.  Op  den  achtergrond 
eenige  krijgslieden.  Naast  den  troonhemel  ten  6  regelig  vers:  „Hier 
werd  vorst  Karel  nuw  [sic)  erkend.  Voor  spaans  Monarg,  door  Paus 
Klement"  enz.;  onder  de  treden  van  den  troon  een  even  groot  vers: 

„Den  adel  en  de  geestlijkheijd 

Zijn  op  des  Pous  bevel  bereijd 
Om  Karel  als  Spaans  vorst  te  eren, 

Van  buijten  is  het  Oostenrijk, 

Maar  binnen  't  hert  nog  Lodewijk, 
Dog  Breroos  spreuk  was,  't  Kan  verkeeren". 
Gravure   langw.    infol.,  z.  n.  v.  gr.  (door  P.  v.  d.  Berge?)  Beschreven 
naar  het  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijland.    De  door  Muller  in  het 
Suppl.  onder  No.  3187  A  beschreven  prent  zag  ik  niet. 

3318.  —    1*.    ..De  VOORLOOPER  tot  de  Algemene  VREDP:  of  de 
Blyde  JANUARIUS".  (Muller  No.  3ISI\ 

Onderschrift   onder   de   afbeelding    van    ,,ïa^us   tempkl  ",   waarvan  de 


Digitized  by 


Google 


168    LUSTHOF    VA.N    M0MÜ8 :    „VORSTKLYKE   STAAT-BALANs"    1710 


deur  g-esloten  wordt  door  den  ..Paus",  die  in  de  rechterhand  de  vrede- 
palm  heeft  Daarnaast  de  Vrede  met  een  stok.  waaraan  een  negental 
schilden  hangen,  terwijl  zij  de  linkerhand  aan  den  keizer  reikt,  die  in 
^iJH  linkerhand  de  rijksstaf  houdt.  Daarnaast  een  vrouw  (Frankrijk) 
treurend  bij  een  rots,  waarop  een  anker  is  afgebeeld.  Achter  haar  een 
vrouw  met  engel  wiekeu,  een  fakkel  in  de  ééne  en  een  waterkruik  in  de 
andere  hand.  rondom  wier  hoofd  men  leest:  „Celte  Femme  Angeliqueen 
aiant  Ie  coeur  doublé  Par  un  eau  Pacifique  ateint  Ie  feu  et  trouble'.  In 
de  plaat  een  8-regelig  vers  met  opschrift:  „Paix  conclüe  entre  Ie  PAPEet 

r  EMPEREUR   1709". 

Onder  de  plaat  een  groot  vers  in  twee  kolommen  en  daaronder  een 
kleine  afbeelding:  ,,Kon^  kabel  voor  Katolijke  Kon^  erkend  door 
's  Paus  order'.  „Le  Roi  Charles  reconnu  pour  Roi  Catoliqz  par 
Ie  Papo".  Aau  weerszijden  van  dezo  voorstelling  een  vers.  Plaat  en 
tekst  gegraveerd.  Gravure  infol.,  z.  n.  v.  gr.,  rechts  onderaan  gemerkt 
,,1"  en  met  verdicht  adres:  .,Te  Brussel  bij  Fo|pens". 

Het  opschrift  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

„N«.  1.  De  VOORLOOPER  tot  de  VREDE." 

3319.  —  2.  ..De  HARDLOPER  tot  de  VREDE  of  't  Monarchaal 

Nood-lot'*.  (Muller  No.  3186). 

Opschrift  boven  de  grootste  en  bovenste  van  drie  voorstellingen, 
waarop  de  ..Vrede'  ten  troon  zittende  is  afgebeeld  voor  wie  een  vrouw 
geknield  ligt,  terwijl  eeu  man  hard  naar  haar  toe  komt  loopen  met  een 
papier  in  de  hand,  waarop:  ..paix  pour  la  Monarchi  Espagae'.  Rechts 
een  viertal  andere  personen,  waarbij  men  o.  a.  leest:  „Wissels  en  Munt- 
briefjes'',  op  den  slechten  staat  der  fransche  geldmiddelen  doelende.  L? 
twee  kleine  afbeeldingen  daar  onder  stellen  voor:  „'t  Plunderïï  van 
Vleeshalls  enz:  in  de  Franse  Stede"  en  ,.Korenhuisen  in  Vrankrijk 
Opgebrokê  en  ledig  gevondë'.  Onder  deze  voorstellingen  een  hollandsch 
en  daaronder  een  fransch  vers,  elk  in  twee  kolommen;  het  laatste  met 
het  opschrift:  ..Le  grand  FESTINATEUR  pour  la  PAIX  ou  la  NECES- 
SITE  monarchale'*,  waarin  de  verklaring  gegeven  wordt  der  cijfers 
1 — 9,  welke  in  de  afbeeldingen  voorkomen.  Gravure  in-fol.,  1.  n.  v.  gr., 
met  adres:  .,A  Cologne  chez  M.  Beauvais"  en  't  cijfer  ,.3"  in  den  rech- 
terbenedenhoek. 

Het  opschrift  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

„N«.  2.  De  HARDLOOPER  tot  de  VREDE." 

3320.  —  3.   „De  verkeerde  FRANSE  HIPPOMANES  of  Vrugtelose 
KRYGSvertrdger   alias   VALSE   VREDEzoeker'.    (Muller  No.  3187). 

Pe  historie  van  Hippomanes  en  Atalante  hier  toegepast  op  Frankr^k, 


Digitized  by 


Google 


1710    LUSTHOF   VAN   MOMUS:    „V0R8TBLYKB   STAAT-BALANs"    169 

dat .  de  Geallieerden  door  beloften  dacht  te  paaien.  In  een  loopbaan,  door 
hekken  afg'esloten,  terwijl  op  den  g^ood  een  drietal  papieren  ligt  met  de 
inschriflen:  „Ge  eiste  Preliminaria  Preliminaires  Proposéa",  „Brief  in 
Cijfer  Lettre  en  caracteros',  ,.Prsliminaria  afg^lagen  Preliminaires Refu- 
tés*',  loopt  rechts  een  man  met  vrede-tak  in  de  eene  en  papier  waarop: 
,.VREDB  Articulen  bij  provisi  getekend*'  in  de  andere  hand;  „Yleijerij", 
,,Flaterie'\  buiten  het  hek  staande,  reikt  hem  een  lauwerkrans  toe.  Links, 
meer  op  den  achtergrond,  Atalante  (Anna  van  Engeland),  die  de  gouden 
ballen  (orokooping  tot  den  -vrede)  opraapt.  Aan  diezelfde  zijde  staat  buiten 
het  hek  een  vrouw  met  den  pijlbundel  in  de  eene  en  een  bolspiegel 
in  de  andere  hand  (.,Voorzigtigheid*').  Boven  haar  een  lint  met  tijd- 
vers ..Heil  Diro  BcLLl  referet  paCeM  Vnio".  Onder  de  plaat  een 
hollandsch  vers,  lager  een  fransch,  waarboven:  „le  pervers  hippombnb 
FBAN^ois  vainement  retardant  la  campagne*'  ;  nog  lager  twee  kleine 
afbeeldingen,  links  gemerkt  B,  rechts  A,  waaronder  de  verklaring  in 
acht  hollandsche  versregels  in  drie  rijen  en  nog  lager  een  even  groote 
fransche.    Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  onderaan  rechts  gemerkt  ,,3". 

Het  opschrift  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

„N«.  3.  De  Verkeerde  FRANSE  HIPPOMANBs". 

3321.  —  4.   „De  LELlke   LELI  verlost  van  DOORNBN,  en  de  niewe 

Franse  Cabinetraad".  (Muller  No.  3183). 

Opschrift  boven  een  lelie  in  omtrekteekening,  evenals  de  twee  doornen 
daarboven,  geheel  gevuld  met  verzen.  Ter  weerszijden  overdwars  een 
viertal  fransche  6-regelige  verzen  met  het  opschrift  boven  de  eerste,  links 
geplaatste:  „Le  uu  delivré  des  epines  a  Vegard  de  toürnai".  Links, 
onder  in  dit  gedeelte  der  plaat,  de  afbeelding  van  een  20-8tui verstuk, 
slechts  14  stuivers  waard,  „in  Doornik  door  de  Franse  gemunt",  volgens 
't  ft-regelig  fransche  en  het  even  groote  hollandsche  vers  daar  boven; 
geslagen  van  't  servies  van  du  Surville  en  vierkant  gemaakt,  omdat 
ze  door  hun  te  geringe  waarde  aan  zilver  toch  niet  zouden  willen  rollen. 
Daaronder,  met  afzonderlijk  fransch  opschrift:  „Le  Nouveaux  {sic) 
CONBKIL  du  CABINET  de  FEANCB  touchant  TOUBNAl  &".  De  voor- 
stelling is  een  zeer  verkleinde  en  omgekeerde  kopie  der  hoofdgroep  van 
No.  3304,  echter  met  andere  namen  voor  de  afgebeelde  personen.  De  man 
met  de  weegschaal  in  de  hand  is  „Torcy*  (op  de  genoemde  plaat  een 
vrouw).  De  dame,  „de  Baasin'*,  is  de  Maintenon;  de  man  met  het  horloge, 
de  „0[per  Baas'',  Lodewijk  xrv;  de  persoon,  die  zich  afkeert,  met  het 
uitgetrokken  zwaard  vóór  zich  op  tafel,  is  de  „Onderbaas"  bf,  zooals  op 
zijde  van  zijn  stoel  staat,  „Le  Fils  du  Maitre",  de  dauphin ;  de  daarnaast 
zittende  heeft,  in  plaats  van  den  kardinaalshoed,  een  papier  vóór  zich, 
waarop  ^^ouTelles  Preliminaires";  boven z^n hoofd :  „(Bourgogne) ", langs 


Digitized  by 


Google 


170    LUSTHOF   VAN   M0MÜ8 :    „VORSTELYKE   STAAT-BALANs"    1710 


zijn  rechterarm:  ..Slinkse  bedrijvê  Moet  mê  slinks  schrijve".  Links  komen 
„Ravijrnan"  en  ..Beauvilliers"  aanloopen.  Boven  deze  voorstelling  een 
fransch  vers;  op  het  afhangend  bifelkleed  een  hollandsch,  met  opschrift 
„Niewe  franse  cabinetra  ad".  Gravure  infol.,  z.  n.  v.  gr.  Onderaan 
rechts:  ..k  Toumay  chez  L  Surpris";  ,.4"." 

Het  opschrift  aan  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

„N«>.  4.  De  LKLI  van  DOOR  Nen  Verlost." 

3322.  —    5.    ,.DE    TWEEHOOFDIGE    DUBBELZINNIGE   FBANSE   ONTMYNDE 

MYNK  MAKEE  of  VREDIGE  KRYGSMAN  DOOR  NiKke  rs  onder  aards 
VUUR  zig  HELS  verweerd  hebbende".  (Muller  No.  3189:. 

Een  tweehoofdig  persoon,  boven  wiens  eene  hoofd  ..Oorlog  Spaans  hoofd" 
en  naast  het  andere  ,. Vrede  Frans  Hoofd '  sUiat,  wordt  door  een  man 
(de  Bondgeuooten)  die  gereed  is  met  een  zwaard  de  beide  hoofden  ^Spanje 
en  Frankrijk)  te  scheiden,  aan  een  koord  ^a«t  gehouden.  Rechts  een 
persoon  die  een  mijn  doet  ontploffen,  waardoor  twee  lieden  geheel  in 
stukken  in  de  lucht  vliegen.  Daaronder  een  hollandsch  en  een  fransch 
vers,  in  twee  kolommen;  een  chronosticon :  ,.arCe  tornaCI  sVperatö, 
CAPTiE  CopIiE  non  aMIC^  gaLLIC^  Chron:'  en  „Het  kopergki.d 
ikoper  Zielmis)  te  doornik":  de  af  beelding  eener  noodmunt,  waarbij  rechts 
een  achtregelig  fransch  ver.sje.  aan  de  andere  zijde  een  evengroot  hol- 
landsch. Gravure  infol.,  z.  n.  v.  gr.  Rechts  in  de  plaat:  ,,te  Doornik 
by  M     Mijudera",  onderaan  rechts  gemerkt  ..3  '. 

Het  opschrift  aan  de  keei-zijde  van  deü  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

..N«>.  5.  De  ONTMYNDE   MYNEM.\AKER,  in  't  Kasteel  van  Doornik." 

3323.  —   6.   „De   Franse  BP:RGEN   HEBBB  GEBAARD    En    een 
bespotlijk  MUISje  beschaard".  (Muller  No.  3190). 

Opschrift  boven  een  plaat,  waarop  een  berg  is  afgebeeld,  metinschrift: 
..Berö'en  Mous',  waaruit  een  muis  ..Fran.«e  Macht"  komt.  die  door  een 
..Krijgs  man  der  Geallieerde"  met  zijn  zwaard  doorstoken  wordt.  Links 
de  .,Vroedvrow"  de  Maintenon.  en  de  ..Vroedmeester"  de  Villars.  Rechts 
de  ..Vroedmcestcrs  Assistent'  Boutlers.  Onder  de  plaat  een  hollandsch 
en  een  fransch  vers.  elk  in  twee  kolommen.  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 
Rechts  onder  in  de  plaat:  „A  S^  Gilain  chez  L,  Far^eur  de  Lignes". 
Onderaan  rechts  gemerkt  „C". 

Het  opschrift  mm  de  keerzijde  van  den  titel,  boven  het  versje,  hierop 
betrekking  hebbende,  luidt: 

,.N«.  ö.  ..De  FRANSE    BERGFN  hebben  GEBAARD." 

3324.  —   7.    ..De  Quikzilvere  VREDE,    van  GEERTRUIlJlCBERG 
gevlucht  na  vehsailles  '.  (Muller  No.  3101). 

Opschrift   boven   een  zinueprent  over  het  afspringen  der  vredesouder- 


Digitized  by 


Google 


1710 


,,POEMS   ON    AFPAIR8   OP   STATE*'  171 


handelingen  tusschen  Frankrijk  ende  Geallieerden,  beg-onnen  9  Maart  1710 
in  een  jacht  en  voortgezet  te  Geertruidenberg".  (Zie  tot  het  recht  beprrip 
van  deze  en  de  voorgaande  zes  platen.  Arend  rv.  2.  blz  895—903).  Links 
op  de  plaat  ziet  men  een  staatsiekoets,  waaruit  (H)  „Uxelles",  één  der 
beide  fransche  afgevaardigden,  het  hoofd  steekt,  en  waarop  .,de  Vrede" 
staat,  een  berg  afrijden  naar  ..versailles"  ;  links  een  kerktoren  van 
..Geertruy  denberg".  Boven  het  paleis  van  Versailles  een  afzonderlijke 
voorstelling  van  de  „Vrede  Conferentie  in 't  lagt  Geertruidenberg  1710". 
De  vier  gevolmachtijjden  zitten  aan  een  tafel;  „artic:  37"  ligt  op  den 
grond,  rechts  vlucht  de  Vrede.  Onder  de  plaat  een  hollandsch  en  een 
fransch  vers,  elk  in  twee  kolommen,  boven  elkaar.  Gravure  in  fol.,  z.  n.  v.  gr. 
Midden  onderin  de  plaat:  „Te  Geertruidenberg  bij  Lodewjk  Flips'.  Deze 
plaat  is  onderaan  niet  gemerkt. 

Op  de  titelplaat  van  den  „Europische(n)  Merkurius  xx.  stuk.  Eerste 
deel  1709."  is  hetzelfde  rijtuig  afgebeeld,  dat  daar  naar  „Parifi"  rijdt, 
terwijl  de  Vrede  naar  den  hemel  vlucht. 

Muller  (Deel  II.  bl.  26). 

3325.  „Poems  on  Affairs  of  State,  From  1620  tothis 
present  Year  1707....  To  which  is  added,  A  Collection 
of  some  Satyrical  Prints  against  the  French  King,  Elector 
of  Bavaria,  &c.  Curiously  ingraven  on  Copper-Plates. 
Vol.  IV.  London,  Printed  in  the  Year  1707." 

In  dit  vierde  deel  eener  belangrijke  verzameling  politieke  gedichten,  onder 
bovenstaanden  titel  verschenen,  komen  aan  het  slot  de  volgende  prenten  voor : 

I.  ,.De  franse  en  Spaanse  waereld  zaagers."  Verkleinde  kopie  zonder 
op-  of  onderschrift  der  hierboven  onder  No.  3227  vermelde  plaat, 
die  weder  een  omgekeerde  kopie  is  van  No.  3195  hier  voren.  Het 
tijdvers  in  dit  laatste  nommer  komt  ook  hier  voor  op  de  volgende 
wijze:  ,,FrUstra  tentastls.  ast  non  DeCet  esse  Monar  Cho". 
Bij  't  monster  vóór  de  wereldbol  een  papier,  waarop  ,,Portocarero''. 
Links  bovenaan  gemerkt  vi*ag"«  *3*."' 

II.  De  groote  eclipsis  in  de  zon.  Kopie  van  No.  3203  hier  voren.  Het 
plaatje  geeft  in  verkleinden  .vorm  alles  weer  wat  daar  te  zien  is 
en  bovendien  den  man,  welke  met  een  kijker  naar  de  eclips  ziet 
en  voorkomt  op  de  verkleinde  kopie,  welke  als  plaat  24  behoort  in 
het  j.Byvoegsel'.  (Zie  No.  3201  hier  voren).  Rechts  bovenaan: 
..page  436." 

III.  De  dapperheid.  Verkleinde  kopie  van  No.  3178  hier  voren.  De 
hoofdfiguur,  de  hertog  van  Beieren,  is  hier  dezelfde,  nu  echter  zouder 
eenig  bijschrift.  Links  ziet  meu  wel  evenals  op  de  origineele  prent, 
de  brabantsche  linien,  maar  nu  met  de  bijschriAeu:  ,.fr.  Lines  in 
Brabant   forc   't   by  D.  of  Marlbro'   luly.  170B."  en  „D'Alegre"  en 


Digitized  by 


Google 


172  „POEMS   ON    APPAIE8   OP   STATe"  1710 

„C.  Horn*'  hier.  eTonals  diUlr.  tusschen  twee  geleiden  als  gevangen^i 
opgebracht  Rechts  zgo  ook  de  vlaamache  linién  a%ebeeld,  maar 
met  bijschrift:  „Linea  forc  't  by  B.  Spar."  Verder  zijn  er  geen 
inschriften  in  deze  prent.    Rechts  bovenaan:  ,,\»ge  438." 

IV.  Louis  d'or  au  soleil.  Verkleinde  kopie  van  No.  3167  hier  voren. 
Links  bovenin:  ,.p&ge  440." 

V.  Propheetise  Droom  van  de  Zon  Eclips.  Verkleinde  kopie  van 
No.  3Ldlr  hier  voren.  De  prent  is  een  .vrij  nauwkeurige  kopie,  doch 
met  veel  minder  inschriflen.  Bij  de  verduisterde  zon  staat  hier: 
„Eclips.  12  may.  1706."  Bij  't  gezicht  van  Lodewijk  xiv:  ..Pcaco 
Peace  Peace  for  ever."  en  op  't  papier,  dat  Philips  in  de  linkerhand 
heeft:  .^Request  &&c.''  Rechts  bovenin:  ^.V&ge  442.' 

VL  De  Fransche  en  Spaansche  huylebalken.  Verkleinde  kopie  van 
No.  3 187  hier  voren.  Op  de  lijst,  die  de  man  met  het  houten  been 
in  de  hand  heeft,  staat  hier:  „Gaunt  Brussel  Antwer  Bruges". 
Op  het  papier,  dat  de  trommelslager  op  de  borst  heeft,  alleen: 
„Barcelo  na '.  Van  de  verdere  inschriften  uit  het  origineel  komt 
ook  hier  niets  voor.     Links  bovenin:  „Pag.  444." 

VIL  Niew  Stieregevecht  van  de  Hg  van  Orleans  voorTurin.  Verkleinde 
kopie  van  No.  3253  hier  voren.  Voor  zoover  de  inschriften  aangaat, 
geef  ik  de  volgende  verschillen  aan:  In  het  grafmonument  links 
op  den  voorgrond  staat  nu:  „The  Tomb  of  the  french  Officers 
slain  before  Turine.",  en,  tusschen  drie  lischbloemen :  „The  Tomb 
of  üüiversal  Monarchy."  In  de  pot,  rechts  op  den  voorgrond,  staat 
nu  .,Death's  in  the  Pott".  Bijna  in  't  midden  bovenin:  ,.Pag.  446." 
Ik    heb  bij  iedere  preut  slechts  eenige  kenmerken  aangegeven  daar  ik 

een    verdere   beschrijving   onnoodig   achtte,    te  meer  omdat  geen  andere 

druk    dan    deze   van  dit  zevental  bekend  is  en  de  aangegeven  bladzijden 

vergissing  onmogelijk  maken. 
Stephcus,     Cat.   Brit.   Mus.,    vermeldt   dit  zevental  prenten,   doch   in 

eenigszins   andere   volgorde   dan    in   de  Foe*ns^  ouder  de  volgende  nom- 

mers  en  titels: 

I.  No.  1341.  „A  Satire  on  the  Testament  of  Charles  u,  of  Spain." 

II.  „  1431.  „Queen  Anne  eclipsing  Louis  xrv." 

III.  „  1434.  „The  Duke  of  Bavaria  in  a  terrible  Passion." 

IV.  ,,  1451.  „Prince  Louis  of  Baden  asleep." 

V.  „  1460.  „Louis  xrv.  terrified  by  the  Eclipse  of  May  12." 

VI.  „  1459.  „A  Trumpeter  and  a  Drummer." 
VIL  „  1458.  „The  Tomb  of  üniversal  Monarchy." 

De  gravures  zijn  alle  zonder  naam  en  in-8".-,  plaat  II  en  VII  langw. 
in-8^  Aan  de  keerzijde  van  iedere  prent  is  de  beschrijving  der  voorgaande 
gedrukt  BI.  447  geeft  de  verklaring  van  plaat  Vil- en  blz.  448— 52  (slot) 
vermelden  nog  eenige  andere  spotprenten  op  dezen  t^jd. 


Digitized  by 


Google 


1710  LUSTHOF   VAN    MOMÜS:    „A.NJ0Ü8E   MONARCHY"  173 

Deze  niet  a%ebee1de,  kan  men  beschreven  vinden  onder  de  nommers 
S188,  8841,  3174,  3185  en  3213  bier  voren.  (Stepbens,  Cat.  Brit.  Mus, 
No.  IMO,  1458  noot). 

3326.    „De  ZIELTOGENDE  ANJOUSE  MONARCHY". 

Onder  dezen  algemeenen  titel  beschrijfl  Muller  in  No.  3193—8195  van 
zijn  katalog^s  de  vier  volgende  prenten,  welke  ik,  ofschoon  niet  zeker, 
zooala  ik  reeds  zeide,  dat  ze  tot  den  ,.Lu8thof"  behooren,  in  deze  serie 
toch  maar  opneem,  om  daannede  dit  werk  te  besluiten. 

't  Vervolg  van  den  titel  dezer  eerste  plaat  is: 

de 

„Of  De  Spaanse  Melk  Eselin  voedende  Doodstuipige  Tege- 
weer  en  Aftogt  na  Parys 

La  Monarchie  d'ANjou  ago!«isant  ou  I'anesse  laffée  d'EsPAGNs". 
Boven   in  deze  eerste  prent  staat:  „Premier  Têatre  Eerste  Vertoning". 
Zij   «telt  op   den   achtergrond  een  landschap  met  buitenverblijf  voor;  in 
de  verte  ziet  men  over  het  water  een  dorp ;  links,  op  den  tweeden  grond, 
staat   een   vrouw,   aangewezen   als   „3  de  Zieltog  ende  Monarchy",  han- 
denvringend  aan   den  post  eener  deur.    Geheel  op  den   voorgrond   een 
ezelin  (,.2")  welke  door  een  man  met  groeten  vederboedop  eninspaansche 
kleedij,  („Pbilippijn*')  („!*'}  bij  den  bepluimden  kop  wordt  vastgehouden, 
terwijl  rechts  een   tamelijk   elegant  gekleede  vrouw  „Spaanse  Weeuw 
Veuve  BspagnoUe"  op  een  vat  met  „Melk  voor  de  teering"  zittende,  de 
ezelin  melkt  Het  hoUandsche  14-regelig  vers,  in  twee  rijen,  onder  de  voor- 
stelling gegraveerd,  is  tevens  verklaring  der  cijfers  in  de  plaat  en  in  zijn 
woordspelingen  karakteristiek  genoeg  om    t  in  zijn  geheel  over  te  nemen. 
„(l)  De  nARRBn  Goxnen  me  in  mijn  druk  niet  dit  geluk 
Deze  (3)  Eselin  waar  van  ik  quijoings  midd'len  pluk 
'k  Hoef  dus  om  honger  niet  na  varueu  te  verlange 
Dit  dier  kan  me  ook  met  vracht  beladen  en  behangë 
De  KATTE  LOONiE  dio  mij  anders  niet  en  gund 
Als  datje,  Karolijn,  mij  niet  ontdrfljë  kund 
Men  zal  'ter  immers  met  Vendome  niet  bij  late 
Verkoop,  Mijn  Lief  de  goude  en  zilvre  Huis  raads  vntë 
Zo  zal  men  wijl  men  zich  de  onnutte  pracht  ontdoe 
Veel  sameschrdpen  en  gelijk  een  Mellik-koe 
Of  vruchtbftre  Ezelin  den  domme  Spanjaard  melken 
Die  me  aanhangt:  op  dat  mijn  granaat  niet  mag  verwelkê 
Nog  werende  mijn  val  eer  'tBNTiE  zij  de  dood 
Van  mijne  (3)  Monarchy,  zieltogende  in  de  nood". 
Onder   dit   hollaudsche   een   even  groot  fransch  vers  in  drie  rijen,  be- 
ginnende: 

,^I  ma  Bétel  (3)  qu'as  tu  beacoup  {tie)  d'utitité",  enz. 


Digitized  by 


Google 


174  LUSTHOF    VAN    MOMÜS  :    „ANJ0U8K   MONARCHY' 


1710 


Midden  onderin  de  voorstelling-  dezer  gravure  infol.,  z.  n.  v.  gr.,  't  ver- 
zonnen adres:  ,,è  Brusselles  chez  Friecx';  rechts  onderin  gemerkt  „N"  a". 

3327.  „Twêde  Deel  van  de  ZIELTOGENDE  ANJOüSE 
MONARCHY". 

Op  deze  plaat  zit  ..Philippyn"  ..1'  links;  de  ,.Spaanse  müilesel" 
,.2"  rechts,  achter  een  wel  voorziene  ronde  tafel.  De  eerste  biedt,  op  de 
punt  van  een  mes,  den  ezel.  die  de  voorpooten  op  tafel  heeft,  een  stuk 
brood  aan.  Links  staat  voor  een  open  deur  of  venster  de  zieltogende 
monarchie  .,3",  weder  voorgesteld  door  een  vrouw,  nu  aan  een  been 
kluivend. 

't  Vervolg  van  den  titel  dezer  tweede  plaat  is: 

„of  de  Phili[pijiise  slaafsgezinde  Muilesel  gemest  ter  gewisse 
Aftogt  na  Parys'\ 

„SKCONDK      PARTIK      dc     1"  AGOMSANTK     MONARCHIE     d'  ANJOU     aVCC     SOU 

MuLET  engraissé  pour  la  Retraite  vers  Paris". 

Ouder  de  voor.stelling  eeu  10  regelig  verklarend  vers  gegraveerd,  in 
twee  kolommen,  aanvangende:  ,,Ia  mijn  Castilien  bouw  ik  nu  g'eeu  Ca.s- 
teeleu  Als  iu  de  lurht "  enz.,  en  daaronder  een  14regelig  fransch  gedicht, 
in  drie  rijen:  ,.I1  faut  qniter  son  nid  pour  n'etre  emprisonné"  enz. 

Gravure  als  de  vorige,  zonder  adres,  rechts,  onder  de  voorstelling-,  ge- 
merkt :  ,.N".  b". 

3328.  „EZELS  OPERA    vreugde  galmende  over  de  Anjou^e  kreefts- 

wijse  Progressê  of 't  Derde  Deel  zijner  Zieltogen'^e  Monarchy". 

Opschrift  van  een  14t-regelig  vers,  in  twee  kolommen,  onder  de  derde 
voor.stelling  der  zieltogende  Monarchie,  waarop  men  den  ezel:  ..slaafs- 
gezinde Philiipyn"  en  den  ,.Gedwonge  Philijpijn"  („1")  op  den  voorgrond 
tegenover  elkand^  ziet,  dansend  op  de  toonen  eener  fluit  en  het  geluid 
eener  trom,  bespeeld  of  ge.slngen  door  twee  mannen  op  den  tweeden  grond 
links;  rechts  jaagt  Oostenrijk  (..2").  zinnebeeldig  door  een  vrouw  voorge- 
steld, de  zieltogende  Monarchie  (.,3")  op  de  vlucht. 

Het  hollandsche  vers  vangt  aan:  „(1)  Men  zal  een  Opera  van  Ezels 
opgaan  rechte"  enz. 

Onder  het  hollandsche  is  een  even  groot  fransch  gegraveerd,  met 
opschrift : 

,,l'0PERA   des   ANKS   servant   de   iots    pour  les  PRETENDüES  vic- 

ToiREs  d' ANJOü  OU  anie  part»©  de  sa  Monarchie   Agonisante"  ; 

dit  begint:    ..Voici  un  beau  Balet  et  Opera  des  Anes".    Rechts  onder  de 

voorstelling:  ,.N**  c". 

3329.  „De  WANSCHAPE  MONARCHY  of't  Vierde  Deel  van  de 

Zieltogende  Anjou^®  Monarchy''. 

Opschrift  van  een   l^regelig  verklarend  vers,  aanvangende:  „(1)  Wat 


Digitized  by 


Google 


1710  LUSTHOF    VAN   MOMÜS :    „ANJOÜSK   MONARCHY''  175 


r»ad?  helnfls?  wij  zijn  ten  derdemaal  geslage'  enz.,  onder  de  vierde  prent 

der  Anjou'sche  Monarchie.  De  ezel  liprt  hier  te  bed  en  ..Geeflalleaover;" 

wat  hij  ,.fil  te  ras  slokte  in".  ..Philiipijn"  (.,1")  steunt  hem  het  hoofd,  terwijl 

,.Doctor  Financier"  (..2')  zijn  water  beziet.  Rechts  op  den  achtergrond  een 

duivel  gereed  een  slapende  vrouw  beet  te  pakken,  in 't  vei-s  aangeven  als: 

..(4)    De   bóse  Geest 'in  't  end  zal  krijgslubt  helwaart  haalè 

En  met  gedwonge  Vree  zal  dwang  't  gelag  betalë". 

De   tiende   regel  van  het  vers  was  door  den  graveur  overgeslagen  en 

is  nu  in  vijf  korte  regels  naast  de  andere  gegraveerd.  Onder  het  hol landsche 

een   even   groot  fransch  vers,  met  opschrift:  „La  MONSTREUSE  MO- 

c 
NAR(^HIEdANJOU.  ^epartiedesa  MONARHIE  AGONISANTE' . 

3330.    „Niewe  Ridder  Order  der  Vreedzame  LINIEN 

der   FRANSEN   of  BLOEDELOOS   DUËL    bij  't  Vkroveren   der  zelve  door 

deGeall:" 

Opschrift  van  een  26  regelig  vers,  gegraveerd,  zonder  eenige  afscheiding, 
ouder  de  voorstelling,  waarvan  dit  vers  de  verklaring  moet  geven,  't  Is 
een  spotprent  op  de  Villars.  wiens  zin.spreuk  ..Non  plus  ultra"  (het  „Plus 
Oultre'  van  Karel  v)  hier  spottend  wordt  aangevuld  met  ..scilicet  Defen- 
dend«  Linece'  en  voorgesteld  door  de  traditioneele  twee  pilaren  van 
^s  keizers  wapen,  hier  nu  gebroken.  Links  vlucht  de  Villars.  wien  een 
krans,  in  den  vorm  van  een  ve.sting,  om  't  hoofd  ligt,  terwijl  het  fransche 
wapen,  met  een  dwarsbalk  er  over.  hem  aan  een  ketting,  eveneens  in 
vestingvorm.  om  den  hals  hangt.  Het  versje  dat  naast  het  hoofd  van  de 
Villars  staat,  doelt  op  dit  wapen  en  luidt: 

„Mits  gemeenlijk  die  verliezen 
Lodewijk  tot  Riddren  slaat 
Hij        dees  Order  mag  verkisen 
Tot  ons  heldig  Hals  Cieraad". 
Het   hoofd   omwendend   biedt   hij   een   olijf-  en  een  palmtak  zijn  ver- 
volger aan,  die  hem  met  een  degen  tegen  de  kin  stoot. 
Bij  de  uitgestrekte  linkerhand  staat: 

.fQuartier  ou  Paix 
Pour  mon  relais". 
In  de  rechterhand  heeft  hij  een  degen,  welke  hij  echter  als  wandelstok 
gebruikt,   blijkens  het  daarbij  geplaatste:    ..Een  wandeltok   (sic)  is  mijn 
rapier     ik   zoek  de  Vrede  of  roep  quartier!"   Bij  zijn  tot  vluchten  opge- 
heven linkervoet,  waarvan  hij  de  schoen  verliest,  leest  men: 
.,Men  treed  de  schoen  ons  uit  de  voet 
Gelijk  men  trouwens  daaglijks  doet'*. 
Bij  den  rechtervoet:  „MORs  ultW  LINEA  rerum''.   Langs  de  kolom 
rechts  staat: 


Digitized  by 


Google 


176  LUSTHOF   VAN   MOMÜS :    „ANJOUSE    MONARCHY"  1710 

„Held  Hercules  ach  uwe  Zuilê 
Verrast  doen  al  de  Franse  pruile*'. 
Rechts  staat  op  den  achtergrond  een  „Franse  Blaser'*;  overdwars 
leest  men: 

„Sterk  blasen  gaat  wel  uit  den  treuren 
Maar  't  doet  de  Linien  yerscheuren'\ 
Op  't  doek,  dat  Tan  zyn  bazuin  afhangt,  zyn  twee  lischbloemen  gegra- 
veerd  met  het  bijschrift:   „Pour  France  nos  Trompetes  Chantent  tristes 
requdtes". 
De  grond  onder  de  voorstelling  heeft  den  vorm  van  een  vesting. 
Onder  het  hollandsche  vers,  aanvangende:     „Een  streep  of  Linie  loopt 
door  't  krijgs  beleid  der  Fransen",  enz.  staat,  in  twee  kolommen,  een  18-regeIig 
fransch    vers:    „Les  Lignes  des  Fran^is  ne  sont  de  resistance",  enz.  ge- 
graveerd met  het  opschrift:  „Le  Nouvel ORDRE des CHE VALIERS 
des     LIGNES     PaisibleS   de    FRANCE   OU  LE  DÜBL  SANS   SANG 
POUR   LA   possKssiON   des  memes  LIGNEs".    Rechts  onder  dit  vers  het 
verzonnen  adres:  ,  a  Brusselles  chez  Frix".    In  het  hollandsche  vers  was 
door  den  graveur  de  22e  regel  vergeten ;  deze  is  er  nu  rechts  overdwars 
naast  gegraveerd. 


Hiermede  acht  ik,  wat^  tot  den  eigenlijken  „Lusthof"  behoort,  be- 
schreven, 't  Zal,  zoolang  niet  deze  of  gene  door  een  aanwijzing  van 
een  tijdgenoot  meer  licht  komt  ontsteken,  wel  onuitgemaakt  moeten 
blijven,  hoe  de  werkelijke  gn-nfi^  van  zaken  geweest  is,  want  Al lard  heeft 
zoo  van  elke  gelepfenheid  partij  getrokken  om  prenten  uit  te  geven,  dat 
't  voor  ons  niet  meer  zonder  die  hulp  voor  goed  vast  te  stellen  is,  wat 
bijeen  behoort,  wat  niet,  en  tot  den  vrede  van  1713  is  er  nog  telkens  en 
telkens  weder  een  plaat,  die  ons  voor  de  vraag  plaatst  behoort  ze  bij  een 
serie  of  niet,  maar  meer  titels  van  seriën,  met  verzen  aan  de  achter- 
zijde, die  ons  een  zekeren  weg  wijzen,  zijn  mij  in  allen  gevalle  niet 
bekend.  Toch  volgen  voor  ik  den  bij  No.  3159  afgebroken  draad  weder 
opvat  nog  eenige  tientallen  prenten,  welke  aan  Allart's  initiatief  niet 
vreemd  zijn  öf  (zooala  b.  v.  de  Stolkwijksche  boer)  door  Muller  op  twee 
plaatsen   behandeld   en  dus  't  best  hier  samen  gebracht  kunnen  worden. 

Van  harte  meen  ik  't,  als  ik  zeg  dat  't  mij  een  genoegen  z\jn  zal  door 
dezen  doolhof  heen,  weder  den  rechten  weg  te  kunnen  volgen;  al  geloof 
ik,  zooals  ik  reeds  vroeger  zeide,  dat  zoowel  Stephens  als  Mullers  be- 
schrijving deze  nieuwe  katalogizeering  niet  onnoodig  deden  zijn. 


Digitized  by 


Google 


1707  SPOTPRENT   OP   LODEWUK   VAN   BADEN,    ENZ.  177 

*3331.       —     1.     ,,LOmS     GiAT    GLETEN,    DE  BADEN    SCHRBYBN".    — 

„LOUIS  BADIN  MBUBT  de   ChaGRIN".  (Muller  No.  3145). 

Opschrift  boYon  een  109-reg'elig  hollandsch-  en  een  lUO-regelig  fransch 
Ten,  elk  in  drie  kolommen;  het  hollandsche  gegraveerd  boven-,  het 
franscbe  onder  de  afbeelding,  welke  het  volgende  voorstelt:  In  den 
rechterbovenhoek  ligt  „Louis  Badin"  dood  te  bed;  de  „Familie"  (6) staat 
er  achter,  vertegenwoordigd  door  drie  personen  en  een  geestelijke.  Op 
de  zichtbare  zijde  van  het  bed  leest  men:  „Vervoerd  gebalsemd  dood  na 
Baden  zal  hij  voorzeker  niet  verraden*'.  Voor  't  bed  buigt  de  „Biegtvaêr 
confesseur"  (4)  zich  naar  een  man,  die  zakken  geld  aandraagt  (5).  Links 
van  het  schot,  dat  het  ledikant  afscheidt  van  het  overige  deel  der  prent, 
staat  „Gen.  Thongen"  (1)  bij  wiens  voeten  men  leest:  „Thongë  attend 
gain" ;  weder  links  van  dezen  badenschen  generaal  staat  „arlequin  medecin" 
(2)  met  narrenschoenen  aan  en  met  den  rechtervoet  op  een  open  zak  geld ; 
bij  zijn  linkervoet  ligt  een  gebroken  urinaal;  zijn  pantalon,  waaruit  een 
haan  te  voorschijn  komt,  is  met  lischbloemen  bezaaid ;  hij  heeft  een  muts 
met  haneveeren  op  *t  hoofd,  houdt  in  elke  hand  een  geldstuk  omboog 
en  heeft  op  den  rug  een  vaandeltje,  waarop  als  inschrift:  „MedicinsD 
Doctor  Doctorum  cum  Lapide  Philosophorum".  In  den  linkerbovenhoek 
der  plaat  hangt  een  lijst  van  de  „Lyk  statie".  Op  den  achtergrond 
„Rastad"  met  het  „Logement  v.  P.  L  v  Baden",  liggende  aan  den 
,3hjn  Fl."  Op  den  voorgrond  links  vlucht  „Ghamillard  chagrin"  (8). 
Onder  de  eerate  twee  kolommen  van  het  frensche  vera  het  hollandsche 
chronogram : 

„o!  SPION I    BBR8T  PRONK  DEK  HELDEN,  LOOP,  ZOEK  ELISE?SE    VeLDBN", 

terwijl  onder  de  laatste  kolom,  in  twee  regels,  het  volgende  latijnsche  staat: 
„PRODITOE   ANNE  HBROS  iETERNA   PACE   RECVMbIT". 

De  achtentachtigste  regel  van  dit  frensche  vera,  in  de  kolom  vergeten, 
is  er  ter  z^de  naast  gegraveerd. 

De  oorspronkeiyke  plaat,  door  Muller  beschreven  onder  No.  8140, 
zag  ik  niet 

♦3332.  —  2.  „TOONBBL  van  NAPELSE  VERANDERINGEN '. 
(Muller  No.  8148). 

Qegraveerd  opschrift  in  den  bovenrand  eener  prent  met  drie  grootere 
voorstellingen  boven  elkaar  en  in  den  linkerbovenhoek  der  bovenste, 
zoowel  als  der  onderste,  een  kleinere.  In  de  bovenste  afdeeling  („A"),  zijn 
links  de  verheugde  „Napolitaanen  afbeeld,  met  palmtakken,  bazuin,  trom, 
vaandels,  enz.  de  „Keizersen."  tegemoetgaande,  die  van  rechts  aankomen. 
De  voorman  der  Napolitanen  draagt  het  borstbeeld  van  „Kon :  Karel  111", 
in  medaillon,  op  een  staak.  Binnen  het  medaillon  staat  nog:  „Carol:  m 
Bex  Hisp".  Boven  de  linkergroep  een  heuvel  met  een  vlag  er  op,  enz. 
waarboven  „Aankomst  van  Napels". 

!▼  1» 


Digitized  by 


Google 


178  DB  KONINGIN   TAN   SPAN«   TB   BARCKLONA 


1707 


In  de  tweede  afdeeling  (,.B'')  is  men  met  allerlei  vroedschap  bezig  het  beeld 
van  „PbilipptiH  ▼.'*,  dat  midden  in  de  voorstelling  op  een  voetstuk  staat  te 
vernietigen  of  omver  te  halen;  een  viertal  ladders  zijn  tegen  bet  voetstuk 
geplaatst.  Aan  weerszoden  van  het  beeld  de  volgende  dichtregels,  met 
opschrift:  ,,Tot  Philip  d'Aniou": 

f  Jndien  gij  niet  en  sproot  uit KoningUjke- stam 
Men  mogt  u  billik  by  een  Visser  vergelijken 
Die  te  onrecht  Napolis  ras  op  z\jn  horens  nam 
Nu  moet  ge  ook  onverwacht  schoon  niet  zo  doodlijk  wijken'\ 
In   de  onderste   afdeeling  zyn  in  den  linkerbovenhoek  vier  „Geillomi* 
neerde  Huisen,  te   Napels"   afgebeeld,   zooals  er  onder  staat,  terwijl  er 
naast,   onder  het  opschrift:  ,,0p  H  Illumineeren  der  Napelse  Huisen",  de 
volgende  vier  versregels  gegraveerd  zijn: 

„De  blijdschap  die  me  alom  te  Napolis  bevind 
Niet  te  verklAren  is  door  honderd  duizend  lichten 
Men  wierd  eer  ketters  als  Anjous  of  Flips  gezind 
Men  doet  de  duistre  nacht  en  alle  Fransen  zwichtê." 
De  hoofdvoorstelling  {„C")  vertoont  hoe  ..De  metale       Filiü"  wordt 
weggevoerd  op  een  wagen,  midden  in  de  plaat  a^ebeeld  en  hoe,  van  links, 
een  man   komt  aanloopen   met  een   doek,   waarop  ,,Austria  dat  Regem 
justum'*   (Karel   iii),  gevolgd  door  drie  andere  personen.   Links  onder  in 
deze   voorstelling  het  adres:  „Te  Dordrecht  by  B.  Goris".    Rechts,  vlak 
boven   de   hoofdvoorstelling,   onder   letter   „D',  ziet  men  de  „Vlucht  na 
Gaéta"  van  den  „Viceroy". 

Links  van  de  plaat  een  hoUandsch  80-regelig  vers,  met  opschrift: 
„NAPELS  VERLOST,  Neffens  de  BEELD-STORM  OpdeStotuevan 
ANJOü  door  't  Volk  tot  Napels.";  rechts  een  even  groot  fransch  vers, 
waarboven  men  leest:  „NAPLES  EN  LIB8RTE,  Et  la  Statue  du 
Duc  d'ANJOU  brieée  k  Naples." 

Deze  staat  der  plaat  beschrijft  Muller  als  23,  terwgl  hij  onder  No.  S14>7  als 
2a  een  exemplaar  zonder  deze  verzen  aan  weerszijden  vermeldt.  Ik  geloof  niet 
dat  er  in  werkelijkheid  twee  staten  bestaan.  In  de  hier  beschrevene  met  het 
vers  aan  weerszijden  in  boekdruk,  te  zamen  op  één  vel  gedrukt,  staat 
boven  de  voorstelling  der  bovenste  afdeeling  n.  1.  nog  een  „Vervolg  van 
het  Neven  staande  Vers"  gegraveerd,  in  een  kolom  van  vy  f  regels  links 
en  één  van  elf  regels  rechts,  waarop  onder  't  hollandsche  vers  reeds  wordt 
gewezen;  men  leest  daar:  ,.Ziet  de  rest  van  't  vere  in  de  Plaat  hier  nevens." 
Dit  „Vervolg"  komt  ook  voor  in  den  door  Muller  onder  No.  31*7  ver- 
melden staat  zonder  verzen,  't  Is  dus  niets  anders  dan  een  andere  afdruk 
(misschien  een  latere!)  der  zelfde  koperplaat,  zonder  de  verzen  aan 
weerszoden. 

'^'SSSS.  —  8.  „Ter  gelukkiger  iiANCOMST  van  Hare  Majesteit  8LIHA- 


Digitized  by 


Google 


1707 


SLAPBNDB   BOER   TB   STOLWIJK  179 


BBTH  CHRI8TIKA  JULIANA,  Door  Gods  genade  KONINGIN  van 
SPANJE,  De  Doorluchtige  Gemaalin  van  KONING  KAREL  de  HL 
Tot  BARCELONA,  den  28.  July  1708.  hebbende  haar  openbaare  intreede  ge- 
daan den  volgenden  4.  Augusti."  (Muller  No.  3149). 

Opschrift  boven  een  vers  in  drie  kolommen,  in  boekdruk,  waarin  koning 
Karel,  zijn  echtgenoote,  het  volk  van  Barcelona  en  de  vier  grandes  van 
Spanje  sprekende  worden  ingevoerd.  Onder  dit  vers,  eveneens  in  boekdruk, 
en  in  vijf  rijen,  de  „Verklaaring  der  Cyfer-Getallen."  (1 — 12)  en  het 
adres:  „Te  Amsterdam,  bj  Abraham  Allard,  op  den  Dam,  met  Privi- 
legie.*' Dit  alles  staat  onder  den  afdruk  eener  koper{)]aat,  oorspronke- 
lijk verschenen  met  het  onderschrift:  ., Ootmoedige  Opdragt  van  de 
Memorien  van  de  Engelsche  Protestanten,  aan  haare  Hoogheden,  den 
Heere  Prince  en  Mevrouwe  de  Princesse  van  Orangie."  en  vervaardigd 
tijdens  het  aanzoek  der  protestantsche  Engelschen  om  de  hulp  van 
Willem  m  voor  hunne  g^loofsgenooten  in  Engeland,  wat  met  de  troons- 
bestijging van  den  prins  en  zijn  gemalin  in  nauw  verband  stond.  Ik  vermeld 
beide  hier,  daar  deze  oudere  staat  niet  in  de  kollektie  van  Stolk  aanwezig 
V7as  bij  de  beschrijving  der  prenten  betreffende  de  omwenteling  in  Engeland 
(zie  Deel  m  blz.  206—246}.  De  voorstelling  is  verdeeld  in  twee  groepen: 
tinks  en  rechts  op  den  voorgrond  der  plaat,  terwijl  op  den  achtergrond 
de  zee  met  schepen  en  een  daarachter  gelegen  kust  gezien  worden.  In 
den  oorspronkelijken  staat  staan  links  1  ,.Sijn  Kon.  Hoogheijdt'*,  2  zijn 
gemalin,  3  de  graaf  van  Solms,  4  Bentinck,  5  Ouwerkerk,  6  van  Stjrum, 
8  Bumet  Een  uit  de  groep  rechts  biedt  hem  knielend  een  boek  (den 
Bijbel)  aan,  terwijl  die  rechterzijde,  volgens  de  verklaring,  verder  wordt 
ingenomen  door  7  Artus  Herbert,  9  Engelsche  Lords  en  Protestanten  en 
10  HoUnndsche  hulptroepen. 

In  den  hier  behoorenden  staat  zijn  de  genoemde  personen  veranderd  in : 
1  Koning  Karel  m,  2  Koningin  Elizabeth,  S  Don  Bemardo  de  Quiros, 
4  de  hertog  van  Thelesa,  5  de  graaf  van  Stampa  en  6  de  markies  de 
Moles  (3 — 6  vier  Grandes  van  Spanje),  8  Baron  Keilers  terwijl  9  en  10 
't  volk  van  Barcelona  moeten  voorstellen.  In  den  rechterbenedenhoek 
iB  't  wapen  van  Willem  ni,  dat  in  den  oorspronkelijken  stnat  gezien 
wordt,  vervangen  door  d&t  van  Karel  m.  De  persoon,  knielend  voor 
den  vorst,  biedt  hem  nu  geen  boek  aan,  maar,  op  een  schotel,  kroon 
en  scepter.  Deze  prent  is  zoo  afwijkend  van  de  vorige,  dat  ze  naar 
mijn  oordeel,  niet  bepaald  behoort  tot  't  zevental  door  Muller  aÊEonderiyk 
vermeld. 

3334.     De  slapende  boer  te  Stolwgk  bg  Rotterdam  (!) 

Reeds  op  1707,  na  No.  3145  hier  voren,  had  ik  de  prenten  moeten 
vermelden  met  deze  gebeurtenis  in  verband  en  door  Muller  beschreven  onder 
No.  3420 — 84d4  van  zijn  katalogus.  De  vermelding  van  twee  platen  be 


Digitized  by 


Google 


180  SLAPBNDK   BOEE  TB   STOLWIJK  1707 

trekkeiyk  deze  zelfde  gebeurtenis,  maar  op  Allard'sche  wijze  door  verzen 
op  den  oorlog  toegepast,  door  Muller  bij  't  zevental  prenten,  dat  bij  hem 
en  ook  hier  onmiddellgk  achter  den  „Lusthof"  volgt,  heeft  mij  van 
't  spoor  gebracht  en  om  de  belangrijke  serie  prenten  en  pamfletten,  welke 
over  deze  boerenbedriegery  verscheen,  niet  te  veronachtzamen,  heb  ik 
ze  nu  allen  hier  opgenomen. 

11  Januari  1707.  (Muller  No.  84«1). 

„Non  omnibus  dormit;  yigilanti  stertens  naso." 

Onderschrift,  met  22-regelig  verklarend  vers,  onder  de  afbeelding  van 
den  slapenden  boer  van  Stolwijk,  die  in  't  midden  eener  kamer  te  bed 
ligt,  terwyi  drie  doktoren  uit  Rotterdam  met  hem  bezig  zijn ;  volgens  de 
verklaring  in  het  vers  voelt  Walwijk  hem  den  pols,  staat  van  der  Zee 
naast  hem  met  het  horloge  in  de  hand,  terwijl  Snell,  voor  het  bed  ge- 
zeten, zijn  hand  op  't  hart  van  den  slaper  gelegd  heeft  en  nu  schijnt  te 
zeggen,  wat  in  de  zijplank  van  't  bed  is  gegraveerd :  „de  hart  aar  klopt 
'k  voel  de  Rüghrgraat'".  Links  de  schouw,  waaronder  een  vuur  brandt, 
terwijl  men  in  den  boezem  het  volgend  versje  leest: 

„bij  dag  so  schijn  ick  doot 

maar  als  mijn  susje  sliep 

so  vrat  ik  kaas  en  broot 

en  O!  Jeetje  anders  niet". 
By   de   schouw   is,   volgens  de  verklaring,  Dr.  van  der  Voort  met  de 
zuster   van   den   slaper   in   gesprek   over   den  inhoud  van  den  tusschen 
beiden  staanden  „kakstoel". 

Rechts  staat  de  broeder  van  den  slaper  met  drie  andere  toeschou- 
wers; tegen  den  muur  verschillende  inschriften  in  lijsten  alsof  't  schilde- 
rijen ziJD,  alle  in  verband  met  den  persoon  in  't  bed.  Van  links  naar 
rechts  leest  men  „op  de  Hennip  5  stuy?.  te  kort"  —  „kaaütjes  Broot  en 
vlees"  —  „hij  kan  geen  6  Dagen  Leeven. ."  —  „'Kaa8=8trüijfr:gebrade 
Appele  en  peeren"  —  „Groen  Warm^moes"  —  „Boek=weijte  koeken", 
't  Eerste  doelt  op  een  aanmerking  welke  hij  zijn  zuster  maakte  over  een 
uitgeschreven  rekening;  't  andere  op  hetgeen  hij  gegeten  had,  tijdens 
een  zoogenaamd  kort  ontwaken. 

Zooals  't  gewoonlijk  met  zulke  voorvallen  gaat,  waren  er  geloovigen 
aan-  en  bestrijders  van  deze  zaak.  Het  misschien  wel  wat  te  voorbarig 
in  't  licht  gegeven  „Bericht''  van  de  hierboven  genoemde  vier  Rotter- 
dammers bracht  groote  beweging  in  de  gemoederen. 

Gravure  langw.  in-i".,  z.  n.  v.  gr.  Ik  plaats  deze  prent  vooraan,  omdat 
ik  in  de  Missive  Geschrevm  aan  Mker  Vrund,  in  de  lijst  van  geschriften 
hier  onder  als  No.  27  vermeld,  het  volgfende  vond  : 

„'tQuam  soo  ver  dat  de  Berichters  in  Prent  sijn  afmaait  met  hare 
namen  daar  by,  door  de  wyse  en  voo(r)sienige  conduitie  van  de  Heeren 


Digitized  by 


Google 


1707  SLAPBMDB  BOSB  TE   STOLWUK  181 


Lufiiea  en  HeWetius.  De  Heer  Lufbeu  immers  sal  niet  konnen  lochenen 
sijn  Ed.  in  absentie  van  de  Heer  HeWetius,  de  directie  oyer  de  Plaat 
en  Vers  heeft  gehad,  .  .  Ik  denk  immers  niet  dat  die  partyen  sulke 
slechthooMen  sijn  van  te  meeoen,  dat  sy  door  die  Prent  en  dat  vermaerde 
Vers  van  R.  ten  versoeke  van  den  Heer  Lufiieu  opgestelt,  de  Berichters 
hebben  ten  toon  gestelt,  neen  maar  de  geheele  Facultas  Medica  staat 
daar  ten  spot'* 

Wel  zijn  ook  onder  het  meerendeel  der  overige  prenten  de  venen 
gedrukt,  waarin  de  vier  rotterdamsche  doktoren  met  name  genoemd 
worden,  maar  gravure  en  boekdruk  van  de  hier  beschrevene  zijn,  ver* 
geleken  met  de  volgende,  bepaald  de  oorspronkelijke. 

Omtrent  *deze  zaak  berust  in  de  Gemeentebibliotheek  van  Rotterdam 
een  zeer  belangrijke  bundel  spot-  en  schimpdichten,  zoowel  als  oogen- 
schijnlijk getrouwe  verhalen.  Ik  meen  den  bezitters  van  dezen  katalogus 
geen  ondienst  te  doen  met  een  nauwkeurige  opgave  der  titels  van  al 
deze  vlugschriften,  met  bijvoeging  van  enkele  verklarende  aanteekeningen, 
waar  die  noodig  zijn. 

1.  Bericht  en  opmerking  Wegens  de  staat  van  een  buiten-gevvoone,  zo 
genaamde,  slaap-ziekte,  te  Stolwiik  voorgevallen.  28  blz.  in-4*. 

Het  geschrift,  dat  het  verhaal  van  den  slapenden  boer  bevat,  onder- 
teekend door  P.  Walwijk,  K.  van  der  Zee,  H.  Snellen  en  A.  8.  van 
der  Voort,  is  gedateerd  uit  Rotterdam  22  Februari  1707,  heeft  alleen 
een  voorshand^hen  titel  en  op  de  laatste  bladzijde  het  adres:  „Gedrukt 
by  Elias  Yvans,  en  Pieter  vander  Veer,  Boekverkoopers  tot  Rotterdam." 

2.  Brief  van  dèn  Chirurgijn  tot  Stolwijh,  aan  zekeren  Vrind  tot 
Chuda.  Geschreven  den  18  Maart  1707.  1  blad  in-fbl.  aan  ééne  zijde  bedrukt 
In  dnitsche  letter  en  onderteekend  „C.  Geerensteyn.*' 

3.  Copye  Van  •  een  brieft  door  een  rotterdatmch  heer  Geschreven  aan 
zeker  Bro/essor  in  de  Medicynen,  Bakende  de  Swevende  geschillen  over 
den  zoo^enaamden  slapenden  hoer,  Tot  Stoltvgk.    Z.  pi.  o.  j.  18  blz.  in-4^ 

Vlugschrift  met  voorshandschen  titel  alleen.  Op  de  laatste  vier  blz.  is 
een  gedicht  a%edrukt,  met  opschrift:  „Belaglyke  pennestryd  Aan  de 
Maze.  over  den  slapenden  boer  Te  Stol  wyk."  en  met  onderschrift:  „Absit 
a  veritatis  Simplicitate  Malignus  interpres." 

4.  Antwoord  op  een  brief,  door  een  rotterdams  heer  aan  zekerprofessor 
in  de  mediegne  Geschreven.  Bakende  de  Stoevende  geschillen  over  den 
soo-genaamden  slapenden  boer  Tot  Stolwgk,  10  blz.  in-4^.  Alleen  met 
voorshandschen  titel. 

5.  Brief  van  een  Middelburger  aan  Flip  Helleveeg,  8  blz.  in-4^ 
Behalve  den  brief,  gedateerd  uit  den  „Hage  den  14  April  1707."  bevatten 

blz.  5  tot  7:  „Een  nieuw  lied,  Behelsende  de  laatste  woorden,  Mits- 
gaders de  dood  en  uitvaart  van  het  slapende  varken.  Stemme:  De  Sog 
die  kleedde  haar  in  den  Rouw."    Op  bl.  8  vindt  men  een  6-regelig 


Digitized  by 


Google 


182  SLAPENDE    BOER   TE   STOLWIJK 


1707 


verg'e:  ,.0p  het  geraamte  van  het  slapende  varken,  Dat  eerstdaags  staat 
opgezet  te  worden  op  de  Anatomy,  door  Flip  Helleyeeg."  en  ondertee- 
kend: „Discite  justitiam  moniti." 

6.  De  geest  taa  de»  slapenden  boer,  Sprekende  oen  een  tan  de  vier 
slapende  doctoren.  1  bind  infol.  aan  ééne  zijde  bedrukt 

18-regelig  gedicht:  „Schrik  niet  Ik  ben  de  Geest  van  Dirk  den 
Bakker,"  enz. 

7.  De  //eest  van  het  slapende  varken,  Sprekende  tot  den  JExcellenten 
Heer,  Oenophiltts  Volkannius  Schwetserus,  Opper-Lictor  en  Varken-Vilder. 
1  blad  in-fol.  aan  ééne  zijde  bedrukt. 

18  regelig  gedicht:  „Schrik  niet,  ik  ben  de  geest  van  het  Slapende 
Varken,  Heer  Lictor  Helleveeg!" 

8.  Het  ontwaakte  varken  Aan  het  Menniste  tabak-  en  brandewyns 
-Sitf/n,  Stierman  van  het  Menniste  Bootje  alias  Berichterus  Feto-Pypo 
-Folyphilos,  secundus.  1  blad  in-fol.  aan  ééne  zijde  bedrukt. 

18  regelig  gedicht,  met  onderschrift,:  „Loop  malle  Kees  haalt  gekken." 

9.  Aan  Key  Klap-oor,  aliüs  barbier  zonder  scheermes,  politionel  en 
sekretaris  van  het  rotterdamse  triumviraat  der  medicyne,  Prototrayus  Mo- 
rosophvs,  Fantagruel  Leonides,  Oenophilus  Volkannius  Schmetzerus,  Qe- 
pritiliyieerde  Frintanakers,  Foskauimers  en  2s aamschenders  van  alle  eerlyke 
en  kunst  liftende  Doctoren.  4  blz.  in-4.'.  waarvan  2  en  3  bedrukt. 

18  regelig  gedicht  in  ongebonden  rijm,  onderteekend:  „üt  semen- 
tem  feceris,  ita  &  metesj." 

10.  Aan  Oelotopoio-Bonjattophilus ;  —  Aan  Sa/  ha!  he !  1  blad  kl. 
in-fol.  aan  ééne  zijde  bedrukt. 

Twee  gedichtjes.  Het  eerste  van  14  regels  met  onderschrift:  „Pso- 
ralèo-alectruono  polemicus.",  het  tweede  van  8  regels  met  onderschrift: 
„Frauge  miser  calamos!"  De  eindrijmen  van  het  eerste  komen  in 
eenige  der  volgende  met  enkele  wijzigingen  terug. 
IL  Fortem  animum  prastant  rebus  quas  turbiter,  audent.  1  blad  in-4*. 
aan  ééne  zijde  bedrukt. 

14^regelig  vers:  ,,Dat  Rotterdammers  staan  als  Apen," onderteekend: 
.,Aletho3tomus.  Chrysopolitanus.  Poliatromoro-mastix."  Aleth.  Chrys. 
beteekent  Goudsche  mond  der  waarheid. 

12.  Spectatum  admissi  risunt  teneatis  amici.  1  blad  in-é^.  aan  ééne  zijde 
bedrukt. 

lé-regelig   gedicht:    .,Dat  Gouwenaars  te  Stolk  staan  gapen"  onder- 
teekend:   „Herkeio  Parachoros.  =:  Walwijk 
Thalasso  Genetos.  =  van  der  Zee 
Thod  Thachus.  =  Snellen 
Pater-pleto  Speudos.'"  =  van  der  Voort. 
Ditzelfde   vers   volgt    nog  eens  in  H.  S.  van  P.  Burman,  zooals  er,  in 
gelijktijdige   hand,   in   den   linkerbovenhoek   bijgeschreven   is,   doch  in 


Digitized  by 


Google 


1707  8LAPBNDK  BOEB   TB   STOLWIJK  183 

eenigzios  g^ewijzigde  spelling  en  zonder  de  vergriekschte  namen  der  vier 
mannen,  welke  bet  eerste  bericht  onderteekenden  (zie  No.  1  hier  boven). 
Begel  10  is  zeer  gewijzigd;  in  'tH.  8.  staat: 

„Help  Qod!  Wat 's  Rotterdam  yo\  gekken," 
dit   was   den  rotterdamschen   drukker,   naar   't  schijnt,  al  te  kras  en  in 
*t gedrukte  vers  staat  nu: 

„Help  mijn!  wat  zijnder  al  ^eel  Gekken,". 
Op   de  andere   helft,   die   tot  dit  vel  papier  behoort,  is  met  dezelfde 
hand  de  aanleiding  tot  het  versje  en  de  namen  der  doktoren  geschreven. 
13.     Verantwoording  Voor  de  vier  Doctoren  Tegen  der  seher  Lasteraars. 
1  blad  in-fol.  aan  ééne  zijde  bedrukt 

Gedicht  van  veertien  4-regelige  koepletten,  in  twee  kolommen,  zonder 
onderschrift,  aanvangende: 

„Wat  kan  het  Ongeloof  niet  al"  enz. 
Dit  vers  staat  in  geen  verband  met  de  eindrijmen  der  vorige  drie, 
'tTolgfende  echter  wel. 

14u  Aan  Ha!  ha!  he!  Aliès^  knecht,  hoe  zweet  gy !  *  —  Op  de 
onderschryving  ;  Alethostomus^  Chrgsopolitanus,  Foliatro-moro-mastix.  1  blad 
in-fol.  aan  ééne  zijde  bedrukt. 

Het  eerste,  14^regelige,  vers  is  weder  op  de  hiervoren,  onder  No.  10 
vermelde  eindrijmen  en  vangt  aan: 

.,Dat  Rotterdammers  staan,  als  aapen,"  enz. 
terwijl    het  tweede   een  beantwoording  is  van  No.  11.    Het  laatste  is 
onderteekend   „Yirtutis  est,   domare,   quse   cuncti  pavent"  terwijl  het 
sterretje  achter  't  opschrift  van  het  eerste^wijst  op  het  daarnaast  staande: 
,  *  Ziet  Roemer  Yisschers,  Zinnepoppen.'* 

15.  Ter  eer  e  tan  Alethostomus  Chrysopolitanus,  Foliatro-moro-mastiw ; 
Verdeediger  van  den,  loogenaamden,  zlaapenden  (sic)  boer.  1  blad  in-4*. 

Gedicht  van  22  regels,  onderteekend:  „Berichterus  Peto-pypo-poliphilus, 
Secundus."  beginnende:   „Dus  liet  een  Gouwe-nar  zich  hooren:"  enz. 

16.  Kakel-  en  penne-stryd  Van  verscheyde  doktooren,  Bakende  den  Slapen- 
den "Boer  tot  Stolw^k.  1  blad  smal  in-fol. 

Gedicht  van  acht  4-regelige  koepletten,  aanvangende:  ,. Slapen,  ronken, 
snorken,  snuiven,"  enz.,  in  H.  S.,  onderteekend:  ,.G.  (v.)  Spaan." 

17.  A.  M.  Paauw.  Ocerweeging  Op  de  wonderlijke  slaap-ziekte  van 
Dirk  Claesze  Bakker,  Drie-en-dertig  Jarigen  Jongeling,  woonende  tot  Stol- 
wyk  Sijn  öeginzel  genomen  hebbende  op  den  18  Juny  des  Jaars  1706.  £n 
nog  in  deselve  Rust  volherdende  tot  heeden  den  10  Maart  1707.  1  blad 
br.  in-fol.,  aan  ééne  zijde  bedrukt 

Gedicht  van  negen  6-rege1ige  koepletten,  blijkens  den  inhoud  van 
No.  4  hier  voren  door  Mejufrouw  Paauw  gedicht.  Onderaan  't  adres: 
,,Tot  Gouda,  Gedrukt  by  Johannes  Endenburgh,  Stads-  en  Ordinaris 
•Drukker  van  't  Kleyn-Zegel,  op  de  Markt,  in  de  Chronijk,  Anno  1707." 


Digitized  by 


Google 


184  8LAP8NDB   BOEE   TB   STOLWUK  1707 

18.  Ooemteging  Op  tU  tütmderlyke  slaapziekte,  enz.  1  blad  io-fol. 
Het  zelfde  gedicht  als  't  yoorgaande.    Nu  minder  breed  gedrukt  Met 

adres:   „Tot  Oouda,  By  Lucas  Kloppenburg/  Boeckverkooper  in  't  Wijf 
straet,  in  den  Bybel,  1707." 

19.  Ae»  den  Don-Quichotiscken  montter-temmer,  Fkilargyras  Anato- 
mistaster,  Tandeloozen  voorspraak  tan  Frototraguê  Morosopkus.  1  blad  in-4*. 

14-regelig  gedicht  op  de  eindrijmen  yan  No.  10,  beginnende:  „Wat 
is  'teen  wonder  slag  van  Aapen/',  onderteekend  Ronjattophilus. 

20.  •  Aan  Jfodo-teraSy  Sa !  Ha /  Re!  —  Op  de  onderackryving  Post 
multa  virtus  opera  UuMuri  solet.  1  blad  in-fol.  aan  één  zijde  bedrukt. 

Het  eerste  vers  (14  regels)  vangt  met  de  eenigzins  gewijzigde  eind> 
rijmen  van  No.  10  aan:  ^'iZy  van  der  Z(ee),  of 't  slag  van  aapen/' 
enz.,  terwijl  ook  het  tweede  met  kennelijken  terugslag  op  No.  lO'^ 
gedicht  is.  Dat  tweede  vers  is  onderteekend:  „Superi!  rectam in melius 
flectite  mentem  tuque  ö!  domitor  Somne  malorum!*' 

21.  Op  de  ondersckryving  Superi!  rectam  in  melius  /lectite  mentem, g' e. 

I  blad  in-4^. 

8-regelig  vers  op  de  eindrijmen  van  't  voorgaande,  onderteekend: 
„Ridentem  dicere  verum  Quid  vetat?  Ha!  Ha!  He!" 

22.  Missive  geschreven  aan  een  Liefhebber  der  Waarkeyt  aan  een  sijner 
Vrienden  tot  Botterdam,  wegens  den  beruckten  [of  soo  genaamde)  slapenden 
Stobvijksen  Boer,  Te  Rotterdam  . . .  by  Pieter  de  Vries, . .  1707. 4  blz.  in-i». 

23.  Aan  den  weergaeloozen  anatomiscken  Don  Quichot,  Prof.  Satgric, 
ge.  jfc.  ge.  Temmer  tan  ket  gruwzame  Monster  Ha!  Ha!  He!  —  Op 
de  ondersckryving,  Virtutis  est  dcmare,  quae  cuncti  /^atreitM  blad  in-fol.  aan 
één  zijde  bedrukt. 

Het  eerste  gedicht  begint: 

„Hoe!  is  dat  wonder  slag  van  aapen/'  enz.  Beide  hebben  onge- 
veer dezelfde  eindrijmen  als  No.  10  hier  voren. 

24.  Invallende  gedagten  over  De  Pasquillen  tegen  ket  Berigt  van  den 
slapenden  boer.  of  praatjes  vullen  geen  zak.  4  blz.  in-4^  onderteekend: 
„In  Calumnias  non  Tacendum." 

25.  Openhartige  aanspraak  aan  den  stolksen  slaper.  Over  zijn  Verval. 
Te  Rotterdam,  Gedrukt  by  Pieter  de  Vries,  Boekdrukker,  1707. 
8  blz.  in-4".  onderteekend  . J.  B.  G.' 

26.  Herman  Lufneu.  M.  D.  Geneeskundige  aanmerkingen  By  manier 
van  Samenspraak  over  ket  Berigt,  rakende  den  soo  genaamden  slapende 
Stolwijksen  Boer,  opgestelt  Door  vier  Rotterdamse  Doctoren,  Waar  in  de 
ongegrondheid  van  ket  selve,  en  de  ware  aard  van  des  Boers  siekte  aange- 
toont  wordt  door  -f.  Te  Rotterdam,  By  Elias  Yvans  Boekverkooper  1707. 

II  en  42  blz.  in-4». 

27.  Missive  Geschreven  aan  zeker  Vntnd,  concemerende  de  swevende 
geschillen    tusscken    de   Botterdamscke  Doctoren,  over  een  soo^enaamden 


Digitized  by 


Google 


1707 


SLAPENDE   BOER   TB  8T0LWUK  185 


Slapmdem  Boer  tot  Stohvijk.  8  blz.  iii-4^.  waarvan  de  laatate  niet  bedrukt 
Zonder  a&onderlijken  titel. 

28.  Sammspraak,  TutscKeu  sekeeU  Fou  WaUoyh^  Aliat  maagde  schaker, 
en  Jan  BeeAt  uyt.  4  blz.  in-4^.  zonder  a&onderlijken  titel. 

Onderteekend:  „Veritas  odium  parit" 

29.  Een  droevig  Verhaal  van  een  Persoon  wonagtig  tot  StoUvyk  hoe 
hf  van  Qodi  hand  geslagen  en  besogt  is,  met  een  snare  hesoekinge ;  in 
't  Jaar  1706,  en  hoe  dat  hem  Ood  in  eenen  diepen  slaap  heeft  laten  inwik- 
kelen van  32  weien  en  koe  kern  Ood  weder  opgewekt  heeft  en  sprekende 
gemaakt ;  wel  24  mtre  lang;  en  kort  daar  aan  weder  in  eenen  droevigen 
slaap  heeft  nedergeslagen ;  sonder  eenige  tekenen  van  kennis  kragten  of 
gevoelen  te  toonen,  ket  't  welk  breeder  in  dit  Liet  kan  gelesen  of  gesongen 
werden  op  de  Stemme  een  Sekip  dat  sonder  Boer  gaat  sweven.  1  blad  in*fbl. 
aan  éëne  zijde  bedrukt 

Opschrift  boven  een  gedicht  van  zestien  8-rege1ige  koepletten,  in  twee 
kolommen  gedrukt  Onder  *t laatste  koepiet:  ,,Dit  liedje  is  niet  alleen 
van  woord  tot  woord,  maar  zelf  van  letter  tot  letter  gecopieert  uit  het 
eigen  handschrift  van  den  Maker,  die  't  zelve  aldus  heeft  ondertekent: 

Gedaan  door  Jan  van  Brande  Schoolmeester  en  Voorsanger  tot  Stol- 
wijk   in  't  Jaar  1707  op  den  7  van  de  Sprokkel  maant,  Schripzit."  {sic). 

Onderaan  't  adres:  „Te  Rotterdam,  gedrukt  by  Pieter  de  Vries, 
Boekdrukker  in  de  Valkesteeg." 

30.  Apotkekers  muse-vreugd  tot  Botterdam.  Over  de  Keure  en  Ordon- 
nantie ten  reguarde  van  de  Medicinae  doctores,  jfc.  Gepubliceerd  den  31 
December  n&J.  8  blz.  inV.  Zonder  afitonderlijken  titel. 

11  Januari  1707.  Mullbb  (No.  34A2). 

'*'3335.   —  4.    „Onmibus    hand   dormit;  stertitqné  naso 
vigilanti." 

Opschrift  boven  het  zei  file  vers  van  No.  3834  maar  nu  met  veel  kleiner 
letter  gedrukt  Tusschen  het  opschrift  en  de  spreuk:  ,Jt  nova,  non 
tristis,  per  cunctas  fabula  mensas",  staat  hier  nog:  „Hy  slaapt  niet  voor 
alle;  Maar  't  geld  ten  gevalle,  Snurkt  wakker  vynsd  den  slaap;  Houd 
in  de  mouw  den  Aap.",  terwijl  het  onderteekend  is:  „Nil  erit  iilterius, 
quod  nostris  moribus  addat  Posteritas."  Door  een  lijn  er  van  afgescheiden 
zijn  daaronder  afgedrukt  de  onder  No.  11  en  12  vermelde  afzonderlijk 
gedrukte  gedichtjes  en  tusschen  beide  een  14 regelig  vers,  onderteekend: 
„Arbiter  Vigilans."  en  met  opschrift:  „Middel  weg,  tussen  de  tegenstree- 
'  vers  en  Beweerders  der  Slaap  Ziekte."  Onderaan 't  adres :  „Tot  Dordrecht 
by  Balthasar  Goris." 

De  prent  is  een  Allard'sche  kopie  van  het  vorig  nommer,  doch  nu  zijn 
de  volgende  bijschriften  aan  de  opgegevene  toegevoegd:  Bij  Dr.  Wal- 
wyk  staat   ,,Non   pro  miseria  Ejus  arteria";  bij  Dr.  van  der  Zee:  „M. 


Digitized  by 


Google 


186  SLAPENDE   BOER  TE   STOLWIJK  1707 

Doctor  Horologicus"  en  by  zijn  horloge:  „Minutë*'.  Tegen  de  zijde  van 
het  bed,  bij  Dr.  Snell :  „De  hartadr  klopt  o"k  weet  geen  raad  'k  Voel 
door  de  buik  de  rugge  graaf';  bij  zijn  voet  staat  nu  een  emmer 
„Koel  drank',  die  in  de  vorige  niet  stond.  Achter  den  rug  van  Dr.  Van 
der  Voort,  links,  leest  men  „M:  Doctor  Excrementarius'';  bij  zijn  beenen : 
„Die  in  geen  Pis  glas  zijkt  Vergeefs  zijn  Pis  Men  kykt  In  t  bed  of  in 
De  str . . .  nooit  Ware  Pis  men  vond",  't  Versje  in  den  schoorsteenboezem 
is  veranderd  en  luidt  nu: 

„Bij  dag  zo  schijnt  Dirk  dood 

Maar  als  zijn  Zuster  slaapt 

Queld  hem  geen  hongers  nood 

Dog  kaas  en  brood  hij  kaapt". 
Daaronder  op  de  schoorsteen  val : 

„Shafl  [iic)  Dirk  wat  veel  gespook 

Hij  geef  den  Show  [sic]  de  rook". 
De   inschriften  tegen  den  achterwand  zijn  wel  dezelfde  maar  eenigzins 
anders  gespeld;  hier  staat  korrekt:   „Groen  Warmoes".   Bij  den  voorsten 
van   het   viertal   personen   rechts   leest  men:   „Spiritu  Cerebricaret" ;  uit 
het   fleschje  dat  hij  in  de  rechterhand  heeft,  komen,  (blijkens  de  teekens 
op   't  kussen:  „  O  0  ^ '),  vlugzouten  omhoog.    Achter  den  rug  van  den 
broeder  des   slapers,   door   ,.3"   aangewezen,   is  gegraveerd:    ,,70  guldQ 
van  daae  maar  gekrege  De  toeloop  slabbakt  vast  allerwege."  Deze  kopie 
der   vorige   prent   is   in   de   hoogte   ingekort;   het  overig  deel  van   de 
koperplaat  is  ingenomen  door  een  vers  van  103  regels,  waarvan  de  eerste 
vier  nog  staan  in  den  linkerbenedenhoek  der  voorstelling,  en  dat  aanvangt: 
„Wat  duivel  is  het  Dirk,  hoe  leg  je  dus  te  ronkê? 
Zeg,  slaap  je  of  waak  je  of  ben  je  kinds  of  ziek  of  dronkê? 
Maar  of  je  slaapt  of  waakt:  je  beeld  den  Fransman  uit 
Die  schade  uit  onrust,. maar  uit  rust  haald  gróte  buit". 
Waren  alle  inschriften  in  de  plaat  direkt  met  Dirk  Bakker  in  verband, 
door  deze  uitdrukking  en  meer  dergelijke  in  dit  lange  vers,  moet  ze  ook  in 
't  kader  der  prenten  over  den  spaauschen  siikzessie-oorlog  van  Allard  passen 
en  is  zij,  evenals  No.  3337  hierna,  doch  beide  zonder  de  verzen  in  boekdruk 
onderaan,  opgenomen  in  bet  exemplaar  van  den  Lusthof  van  Momus  door 
Muller  beschreven,  bij  wien  zij  onder  de  Nos.  3150  en  3151  voorkomen. 

11  Januari  1707.  Muller  {No.  3434). 

*3336.     „Zie  hier  een  nette  Prent,  in  Ordere  geschakeld, 

Een  Beeld  waar  over  men  in  Nederland  zoo  kakelt. 

Beneffens    eenige    Aanmerkingen  wegens  de  Krakeelen 

ontstaan   om    het  onmatig  en  lankwylig  slapen  van  Dirk 

de  Bakker,  Riet-dekker  in  het  Dorp  Stolwyk." 

Onderschrift,   met  een  7^  regelig  vers,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk, 


Digitized  by 


Google 


1707  SLAPKNDE   BOEE   TB   STOLWMK  187 


aanvangende:  ^Moe  dat  de  Wereld  ouder  word,"  enz.,  onder  en  op  één 
vel  gedrukt  met  een  gravure,  langw.  in-4*.,  waarvan  de  middelste 
voorstelling  den  slapenden  boer  van  Stolwijk  vertoont  op  een  geheel 
andere  wijze  afgebeeld  dan  op  de  vorige  prenten.  Hier  ligt  de  slapende 
links,  in  een  soort  krib,  op  den  voorgrond  is  een  openstaande  deur;  de 
schouw  is  op  den  achtergrond;  bij  de  schouw  zit  de  zuster  van  Bakker; 
rechts  een  bedstede  naast  de  tweede  deur,  die  open  staat,  zoodat 
men  eenige  op  straat  staande  lieden  ziet;  links  naar  't  midden  op 
den  voorgrond  twee  meisjes,  verder  zijn  er  in  de  rechterhelft  nog  vijf 
personen:  een  heer  en  dame,  een  burgervrouw  en  twee  mannen.  Onder 
in  deze  hoofdvoorstelling  der  plaat,  ongeveer  uit  het  midden  beginnende,  leest 
men:  „B.  Van  kempen  Inv:  et  Fecit  Roterodami",  er  rondom  zijn  acht 
versierde  cartouches  aangebracht,  waarin  links:  „Gouda.",  „Stolk  ^  Sluys." 
en  „Stolk."  zijn  a^ebeeld,  en  bovenaan  ,,Rotter  dam',  terwijl  in  de  overige 
vier,  waarvan  er  rechts  drie  staan  en  onder  de  hoofdafbeelding  één,  zinne- 
beeldige voorstellingfen  gegraveerd  zijn.  Rechts  bovenaan  „1"  moet 
volgens  't  vers  de  Nijd  beduiden,  die  als  mist  opkomt  naar  aanleiding 
van  den  twist  over  den  stolkwijkschen  boer;  daaronder,  „2'\  de  „Duivel", 
„Die  nooit  geen  beter  tyd  en  vond,".  Daar  de  hoofdvoorstelling  met  „8" 
genommerd  is,  volgt  rechts  onderaan,  als  „•!>",  de  afbeelding  van  een 
schildwacht,  welke  voor  een  open  poort  wacht  houdt;  in  het  vers  wordt 
aan  deze  voorstelling  een  vermaning  verbonden  tot  waakzaamheid  om 
onzen  „evenmens"  niet  uit  haat  te  vermoorden,  terwijl  onderaan  een 
brilleman,  „5",  moet  dienen  als  middel  tot  aansporing  om  „'t  Bedrog"  te 
zien.  Het  moralizeerende  vers  is  onderteekend  „R.  v.  Z.  A.  Z." 

11  Januari  1707.  Muller  (No.  8428*). 

*3337.  „Nader  Jok  en  Ernst  orer  de  slaapende  boer 
te  Stolwyk,  (Genaamd  Dirk  de  Bakker,  Rietdekker)  raa- 
kende  de  verwarde  disputen  der  Medicyns." 

Opschrift  boven  het  zelfde  vers  der  vorige  plaat,  nu,  met  kleiner  letter, 
in  vier  kolommen  en  in  boekdruk,  geplaatst  onder-  en  gedrukt  op  H  zelfde 
vel  met  een  kopie  der  vorige  prent  van  den  stol  wij  kschen  boer.  Onder 
dit  vers  een  tweede  van  56  regels,  in  drie  kolommen,  eveneens  in  boek- 
druk en  met  opschrift:  „Zinspeelingen  op  de  geneeskundige  aanmerkingen 
enz:  laatst  tot  Rotterdam  gedrukt."  Onderaan  het  verzonnen  ?  adres :  „Tot 
Dordrecht,  by  Balthasar  Goris."  De  hoofdvoorstelling  van  den  slapenden 
boer  is  eenigzins  gewijzigd  terwijl  er  eenige  inschriflen  in  de  plaat  zijn 
aangebracht  Zoo  staat  bij  den  stoel,  links  achter  de  geopende  deur,  hier 
„Kak  stoel".  Ongeveer  op  de  plaats  waar  in  de  vorige  plaat  de  twee 
kinderen  stonden,  zit  nu  een  man  „de  Brder"  op  een  kussen,  met  een 
papier  in  de  hand,  waarop  men  leest:  „Versierd  Verhaal  van  Dirk  Druiloor". 
Bij  den  heer  en  de  dame  rechts  op  den  achtergrond  is  nu  een  tweede  heer, 


Digitized  by 


Google 


188  8LAPEND1   BOKE  TB   STOLWIJK  1707 

die  den  „Schout**  moet  Yocntelleii;  onder  de  beide  anderen  staat:  ..Pola- 
kundi^  Secretaris  en  Vrow**;  dit  bepaald  naar  aanleiding  ^an  een  verhaal 
in  't  werkje  Tan  H.  Lufneu  (zie  No.  28  in  de  lijst  der  TlugschriftenJ 
waarin  Yerhaald  wordt  dat  de  secretaris  van  Stol  wijk,  den  patiënt  den 
pols  voelende,  hem  aansprak  met  de  opmerking  dat  hij  zich  slechts  slapend 
hield.  Bij  de  drie  andere  personen,  rechts,  leest  men:  ,, Schepenen'*.  Bij 
de  vrouw,  op  den  stoel  voor  't  vuur,  staat:  „de  Zuster".  Veel  meer  naar 
rechts  be^nnende  staat  hier,  onder  in  de  hoofdvoorstelling:  ,,B:  van 
Kempen  inv:  Roterodami/*  Ik  vermoed  dat  AUard  de  prent,  met  naam 
van  ontwerper  en  al,  naar  de  voorgaande  heeft  doen  kopieeren.  De 
kleinere  voorstellingen  rondom  de  boofdafbeelding  zijn  nu  niet  in  ver- 
sierde cartouches,  maar  in  liggende  ovalen  gegraveerd.  Ofschoon  dexe 
kleine  afbeeldingeen  reeds  verklaard  zijn  in  het  vers  onder  de  plaat  (zie 
vorig  nommer),  is  door  ö-  of  Sregelige  verzen,  onder  of  ter  zijde  van 
deze  voorstellingen,  nog  een  tweede  verklaring  gegeven.  Taal  en  stijl 
laten,  dunkt  mij.  geen  twijfel  of  't  geheel  komt  uit  de  fabriek  van  Allard 
en  de  prent  is  een  prachtig  bewijs  hoe  alles  hem  diende  en  hoe  snel  hij 
een  oorspronkelijke  prent  tot  een  gfeheel  ander  doel  pasklaar  maakte, 
want  terwijl  de  strijd  over  de  stolwijksche  zaak  nog  niet  eens  beëindigd 
was,  past  hij  de  zinneprentjes,  met  regels  sis  de  volgende,  op  den 
spaanschen  sukzessieoorlog  toe.  Onder  het  ovaal  met  .,1"  genommerd, 
rechts  bovenaan,  staat  b.  v. : 

„De  (1)  Nijd  de  beste  prijs  laatst  won 

Toen  zij  benevelde  Bourbon 

Zgn  Zon  verduisterende  om  zijn  glorie 

Zij  rees  door  de  aarde  uit  de  afgrond  op 

En  gaf  de  Monarch^  den  schop 

Tot  zijne  schandlijke  memorie". 
De  versjes,  met  het  opschrift:  „Stolk  Rotterdam        Haar  luister  nam" 
aan   weerszijden   van   de   afbeelding   dier  stad,   zijn  ook  op  den  oorlog 
toepasselijk  gemaakt  en  luiden: 

„Wie  hoorde  ooit  zulk  profijt  door  'tslApë 

Nog  lust  ons  niet  Dirk  na  te  aapê. 

Ter  Gou  heeft  goud'  er  uitgepuurd, 

Toen  bij  zig  heeft  ter  kijk  verhuurd 

Hier  bijquam  Nijd  en  Twist  verschijnê 

Dees  Oorlog  ook  om  -tgoud  geschied 

Zo  welals  om  het  hoog  gebied 

Der  Wester  Indiaanse  Mijne" 

„Mogt  nu  Erasmus  eens  verrijze! 
En  Rotterdam  haar  Doctors  wijze 
De  weg  ter  Eendragt,  Trow  en  Deugd 
Zij  merkten  aan  hoe  vrije  kunstê, 


Digitized  by 


Google 


1707 


SLAPENDE  BOER  TB   STOLWIJK  189 


Zo  wel  als  Koopmanschap  door  gunste 
Van  Eendragt  houdë  Vrede  en  vreugd 
Na  Vrede  Europils  Volk' ren  haakê. 
Wie  kan  die  buiten  Eendragt  mftké*'. 
Tusschen   den  titel  en  het  eerste  vers  staat  hier  nog:  „Scribere  quid 
prodest,  si   non  curare  yaletis,  O!   Medici,  hunc  morbum?  Vos  quoque 
somnas  habet"  „Waar  toe  disputen,  zo  gy  hem  niet  kond  cureeren?  Gy 
Doctors  droomd  ook  zelf  in  uw  verwaand  verweeren/* 

Daar  onder  volgt  't  gewijzigde  opschrift  van  het  vorige  nommer:  „Ziet 
hier  een  Tafereel,  in  Order  net  geschakeld,*'  enz.    Een  exemplaar  zonder 
de  verzen  in  boekdruk  vermeldt  Muller  als  No.  S^Sa. 
Qravure  lang^.  in-4®.,  z.  n.  v.  gr. 

11  Januari  1707.  Muller  (S.  No.  8423  A). 

3338.  „Pertinente  Afbeelding  van  den  slapenden 
Boer  tot  Stoiw^k,  toe-ge-eygend  en  opgedragen  aan  alle 
Vredelievende  Doktoren." 

Opschrift  boven  een  vers  van  tien  4-regelige  koepletten  door  G.  van 
Spaan  en  met  het  adres  er  onder:  „Te  Rotterdam,  gedrukt  by  Pieter  de 
Vries,  Boekdrukker  woonende  in  de  Valkesteeg,  by  de  nieuwe  Kerk. 
Anno  1707-'\  alles  in  boekdruk,  onder  een  zeer  grove  afbeelding  van  den 
stolwijkschen  slaper.  De  prent  komt  in  voorstelling  het  meest  overeen 
met  de  origineele  (zie  No.  3834  bier  voren),  maar  dan  in  omgekeerde 
orde.  De  schoorsteen  is  hier  rechts;  achter  't  ledikant  staan  nu  een  man 
en  een  Trouw,  op  de  oorspronkelijke  twee  mannen.  Vóór  't  bed  zit  één 
man;  links  er  van  staan  er  vier  en  ééne  vrouw;  geheel  op  den  voorgrond 
drie  zeer  karikatuurachtig  geteekende  mannen  (doktoren?)  Zeer  slechte 
gravure  laogw.  in-4®.,  z.  n.  v.  gr.  Zie  voor  een  ander  vers  van  van  Spaan 
No.  16  der  vlugschriften  bij  No.  3334  hier  voren. 
11  Januari  1707.  Muller  (No.  3420a). 

3339.  „de  Slapende  Stolkse  Boer." 

Opschrift  gegraveerd  boven  de  afbeelding  van  een  zeer  armoedig 
ledikant,  waarin  een  man  ligt  te  slapen ; 't  hoofdeneinde  is  links.  Deze  een- 
voudige voorstelling  is  omgeven  door  een  monumentaal  lijstwerk,  aan 
iedere  zijde  bestaande  uit  een  gecanneleerde  pilaar,  omwonden  met  een 
lint,  waarop  links:  „Waakt  en  bidt  want  gij  weet  geen  Uren";  rechts: 
„Salig  zyn  de  Dooden  die  in  de  Heere  sterve*.  Boven  deze  zuilen 
zijn  rechts  't  Geloof,  links  de  Hoop  als  vrouwen  afgebeeld,  terwijl  aan  iedere 
zijde  van  een  oningevuld  wapenschild  een  treurend  en  een  bazuinblazend 
engeltje  gegraveerd  zijn.  In  de  lijst  onder  deze  voorstelling  staat:  „f  Is 
de  mens  geset  eenmaal  te  sterve  daar  na  t"  oordeel."  Midden  op  den  dorpel 
van  dit  monument  ligt  een  bekkeneel  met  twee  kruislings  geplaatste 
beeodereo,   tegen  den  dorpel  is  onder  den  linkerpilaar  gegraveerd:  ,,by 


Digitized  by 


Google 


190  8LA.PBNDK   BOEE  T%  8T0LWIJK  1707 


lacobus  Robyn",  onder  't  doodshoofd:  ,.t' Amsterdam",  onder  den  rechter- 
pilaar:  „met  Privelegi".  De  Tijd  staat  naast  de  linker-,  de  Dood  naast 
de  rechterkolom. 

Gravure  lang^.  in-4®.,  z.  n.  v.  gr.  Op  't  zelfde  vel  is  onder  de  prent, 
in  boekdruk,  met  groote  letters  en  het  zelfde  opschrift,  het  vers  gedrukt, 
als  No.  12  onder  de  afzonderlijk  gedrukte  stukken  bij  No.  SSSé  hier  voren 
vermeld.  Beschreven  naar  het  exemplaar  in  de  Gemeenteverzameling. 

11  Januari  1707.  Mullbb  (No.  8420*). 

3340.  „de  Slapende  Stolkse  Boer." 

Latere  staat  der  in  't  vorig  nommer  beschreven  prent,  alleen  met  dit 
verschil  dat  er  hier  een  verhaal,  in  boekdruk,  in  twee  kolommen 
onder  de  plaat  is  gedrukt  met  opschrift:  ,. Pertinente  Afbeeldinge,  en 
omstandig  Verhaal  van  Dirk  Klaasz  Bakker,  oud  tusschen  de  32  k  33 
Jaren,  geboren  tot  Stol  wijk,  dewelke  met  een  noytgehoorde  Slaap  is  be- 
vangen.", waaronder  't  adres:  „Te  Rotterdam,  gerdukt  {sic)  by  Pieter  de 
Vries.  Boekdrukker  woonende  in  de  Valkesteeg,  by  de  nieuwe  Kerk, 
Anno  1707."  Ook  deze  staat  vermeld  ik  naar  het  exemplaar  in  de  Ge- 
meenteverzameling van  Rotterdam. 

11  Januari  1707.  Niet  bu  Muller  (No.  8420*). 

3341.  „iEen  Verwonderen swaardig  Oprecht  Verhaal^ 
Van  den  Slapenden  Boer^  tot  Stolck  woonachtigh^  leggende 
tusschen  ter  Gouw  en  Schoonhoven^  Genaamt  Dirck  Claesz^ 
zijnde  een  Rietdecker^  oud  tusschen  de  3  en  34  Jaren^ 
de  welke  van  Pinxteren  af^  tot  den  21  Februari  1707. 
heeft  geslapen^  en  nodi  slaept,  uytgesondert  dat  hy  eens 
op  Nieüwjaers  dag  heeft  wacker  geweest.  Zijnde  hier  een 
Pertinent  Verhaal  van^  hoe  hy  voor  zyn  Slapen^  en  in 
zijn  Slapen  is,  en  wat  men  in  zijn  Slaep  aen  hem  ge- 
daen  heeft,  H  Geen  men  hier  alles  lesen  of  singe  kan^\ 

Onder  een  zeer  gebrekkige  houtsnede,  die  een  ledikant  moet  voorstellen, 
waarin  een  kind  ligt  en  waarachter  een  man  staat,  leest  men  bovenstaand 
opschrift  van  een  vers,  dat  ook  de  geheele  keerzijde  van  het  kl.  folio-vel 
inneemt,  en  onderaan  het  adres  heeft:  ,.Gedrukt  na  de  Copye  van  Gouda, 
by  Willem  Jansz."  De  houtgravure  langw.  in-8".,  z.  n.  v.  gr.,  is  omgeven 
door  slordig  daaromheen  geplaatst^  stukken  van  een  houtsneêrand.  Waar- 
schijnlijk als  straatlied  voor  het  volk  gedrukt,  is  dit  uiteraard  zeker 
een  der  zeldzaamste  stukken  betrekkelnk  den  stolkschen  boer. 

Ik  beschreef  het  iiaar  het  exemplaar  in  de  Gemeenteverzameling  van 
Rotterdam. 

1707.  MüLLBR  (No.  3152). 

*3342.     „Waare  Afbeelding  van  de  wonderbaare  samen- 


Digitized  by 


Google 


1718  VREDE   VAN    UTRECHT  191 

gegroejde  tweeling  van  de  Vrouwelijke  kanne;  geboren 
in  Hongarië  (in  't  dorp  Szony  aan  de  Donaw ;  bg  't  Kas- 
teel Comora  dat  op  't  Eiland  Schnt)  Ao  1701:  en  onlangs 
op  de  Haagse  Kermis  vertoond". 

Hollandsch  inschrift  boven  ia  een  plant,  waarop  deze,  met  de  billen 
aaneengegToeide  meisjes  tweemaal  zijn  afgebeeld;  links  van  voren; rechts 
van  achteren.  De  plaat  is  een  kopie  van  de  hier  voren  onder  No.  3044 
beschrevene.  Onder  het  hollandsche  inschrift  staat  een  fmnsch:  „Vrnye 
Image  de  deux  Jumeaux  femelles.  nées  en  1701  dans  Ie  villnge  de  Seony 
en  Hongrie  sur  Ie  Danube  pres  de  Tlsle  de  Schut,  oü  est  Ie  Chate&u  de 
Comore,  Ces  Jumeaux  ont  etez  exposez  en  public  k  la  foire  de  la  Have 
en  1708'.  Bij  de  hoofden  van  de  afbeelding  links  staat:  ,,Iudiht'*  [sic)  en 
,3elena".  tusschen  de  voeten  der  beide  paren:  „Geboren  A**  1701". 
Onder  de  voorstoUing  en  op  één  koperen  plaat  daarmede  zijn,  in  twee 
kolommen,  hollandsche,  latijnsche  en  frausche  verzen  gegraveerd,  terwijl 
in  een  derde  kolom  het  „VerhaaV*  staat  „van  eenige  uitmuntende,  vaa  de 
volmaaktste  soorten  van  Wanscbepsels  van  vorige  eewen'*.  Boven  't  hol- 
landsche vers,  dat  de  eerste  kolom  geheel  inneemt  en  dat  begint: 

„Ziet  hier  een  wonder  der  natuur,  een  ouvolkomë 

Volmaaktheid;"  enz. 
staat  ala  opschrift:  „Nader  verklaaring  der  Tweelinge;  en  toepassing  op 
den  Oorlog'\  Alleen  door  de  hier  cursief  gezette  woorden  en  de  laatste  twaalf 
regels  van  dit  hollandsche  vers  is  de  prent  in  verband  gebracht  met  den 
oorlog;  het  opschrift  boven  het  12-regelig  latijnsche,  in  de  tweede 
kolom,  is  ,,Descriptio  Qeminarum  Puellarum  A*  1701  in  Hungaria,  prope 
Danub^  natarum";  boven  het  daaronder  geplaatste  fmnsche  24-regelige: 
„Explication  des  iumeaux  femelles  cidessus".  Gravure  br.  iu-fol.,  z.  n.  v.  gr., 
met  adres  in  den  ondersten  plaatrand :  ,.Te  Amsteldam  bij  Allard  op  den 
Dam  m  Privil." 

Deze  plaat  is  door  Muller  onnauwkeurig  op  1707  geplaatst,  daar  't  be- 
zoek aan  de  kermis  te  's  Gravenhage,  volgens  de  H.  S  aanteekening  op 
No.  3044  eerst  in  1708  plaats  had,  en,  blijkens  bovenstaand  inschrift,  deze 
prent  eerst  na  dat  bezoek  is  gemaakt. 

PLATBN   OVKE   DEN   UTRECHTSCHEN   VREDE. 

1718.  MuLLBB  (No.  8198). 

DozY  (No.  81980). 

*3343.     „ScHRiK^ELJaarige   oorlog    en  vreede-krans  t'ü- 
trecht". 

Opschrift  boven  een  plaat,  waarin,  in  't  midden,  een  eeuwigdurende 
almanak  gegraveerd  is.    Rondom   den   almanak  twaalf  afbeeldingen,  de 


Digitized  by 


Google 


192  PLATEN   OVER    DBN    UTRSCHTSCHSN   VREDE  17I8 

'  twaalf  maanden  des  jaars  voorstellende.  Onder  ieder  dezer  afbeeldingen, 
evenals  onder  het  opschrift,  een  6-regelig  versje.  Muller  beschrijft  het 
exemplaar  uit  deze  kollektie.  Dozy  vermeldt  een  dergelijk  exemplaar. 
Bij  beiden  is  echter  het  woord  Schrikkel  anders  gespeld  dan  het  op  deze 
plaat  voorkomt  Gravure  br.  in-fol.,  naar  J.  Luiken. 

1718.  Muller  (No.  8198). 

*3344.  „  Wissel- vallige  oorlog  en  rreede-krans  t' utrecht". 

Overigens  geheel  dezelfde  prent  van  't  vorig  nommer,  alleen  is  hot 
opschrift  in  't  eerste,  woord  gewijzigd. 

1718.  MuLLBR  (No.  3199). 

*3345.  „De  Overzeese  Wetsteen  der  Vredelievende 
Hoofden  t'ütregt  aangeland."  „La  Pierre  d*Outremer, 
Aigoisant  les  Cerveaux  Pacifique  (sic),  arrivés  h  Ute-echt." 

Opschriften  boven  een  hollaodsch  en  een  fransch  uitleggend  vers  en 
verklaring  der  cijfers  (1 — 16)  in  een  zinneprent  op  den  vrede  van  Utrecht, 
waarin  aan  Anna  van  Engeland  kuiperijen  verweten  worden.  In  't  midden 
wordt  een  stapsteen,  door  de  koningin  van  Engeland  gedraaid,  waartegen 
„Francinn"  (Frankrijk)  het  hoofd  van  een  „Tory"  aandrukt,  zoodat  de 
vonken  er  afspatten.  Lodewijk  xrv,  in  een  kleed  met  lischbloemen  be- 
zaaid en  links  op  een  stoel  gezeten,  ziet  het  aan.  Bij  hem  staan  de 
Maintenon,  zijn  biechtvader  (Père  Lachaise)  en  ,.Plippina"  {sic)  (de  vrouw 
van  Philips  v  van  Spanje)  die  rechts  staat.  Onder  Lodewijk  een  menigte 
geldstukken  (zinnebeeld  van  de  omkooperij)  enz.  Links  op  den  achtergrond 
de  pretendent,  met  molentje  in  de  hand.  Gravure  langw.  gr.  in-4o., 
z.  n.  V.  gr.,  met  (verzonnen)  adres  van  Turner  te  Londen,  in  boekdruk, 
onder  't  vers. 

Stephens,  Cat.  Brit,  Mus.  No.  1677  beschrijft,  behalve  bovenstaanden  staat 
dezer  prent,  nogeen  vroegeren,  (duitschen?)metinschrift:  „Den  Hollantsen 
Schluyp  steen.',  door  Muller  wel  vermeld  maar  niet  nader  beschreven. 
Daar  ik  de  prent  nergens  elders  vond,  zij  hier  medegedeeld  dat  diAt  de 
steen  gedraaid  wordt  door  „Porper",  dat  „Madam  Van  Marmel"  de  neus 
van  .,Mr.  Plompenboerg"  tegen  den  steen  drukt.  De  sporen  van  deze 
en  meer  uitgeslepen  namen  zijn  in  den  hier  aanwezigen  staat  nog  zichtbaar. 

1713.  MuLLBR  (No.  8200). 

*3346.     „Het   hof  van    vreede   onder  de  roos,  met  de 
leli  veraoend." 

Dezelfde  plaat  als  No.  274^  hier  voren :  „VEurope  Allarmée  pour  Ie  fils  d'un 
Meunier."  Alleen  is  de  wieg,  die  op  de  tafel  stond,  uitg^eslepen  en  zijn  er 
enkele  inschriften  bijgebracht  of  veranderd.  Ook  is  de  plaat  van  boven  en 
van  onderen  ingekort.  Onder  de  plaat  een  hollandsch  vers,  in  vier  kolommen, 
met  bovenstaand  opschrift  en   een  even  groot  fransch  er  onder,  met  op* 


Digitized  by 


Google 


1713      PLATEN  OYER  DEN  UTRECHTSCHBN  YBEDS      193 

■chrift:  „La  cour  de  paix  solitaire,  entre  les  roses  piquantes  &c  les  lis,**, 
alles  in  boekdruk  en  de  yerklaring  gfevende  der  cijfers  1—21  in  de  prent, 
die  ook  wordt  beschreven  door  Stephens,  Cat.  Brit  Mus.  No.  1580, 
terwijl  hij  onder  No.  1584  een  duitsche  kopie  dezer  plaat  vermeldt. 

1713.  Nikt  bij  Muller  (No.  3200). 

*3347.  „De  vrede  geliefkoosd  en  Verkracht  La  paix 
caioUée  et  forcée'\ 

Opschrift  boven  de  plaat  hierboven  (No.  2769)  beschreven  als  „La 
Feste  des  Trois  Rois,  aux  Invalides."  Ook  deze  plaat  is.  evenals  de  vorige, 
van  boven  en  van  onderen  ingekort,  eenige  inschriflen  zijn  veranderd, 
en  er  is  een  fransch  en  een  hollandsch  vers,  elk  in  twee  kolommen,  in  de 
plaat  onder  het  opschrift  gegraveerd.  In  die  verzen  wonien  de  cijfers  1—12 
verklaard  en  alle  afgebeelde  personen  nu  met  den  vrede  in  verband 
gebracht 

1713.  MuLLBR  (No.  3201  en  8.  No.  8201). 

*3348.  „De  spot  met  d'  oorlog,  door  ontydige  vrede 
makers  gedreeven'*.  —  „r  afront  fait  k  la  guerre  par  les 
pacificateurs  mal  a  propo^'*. 

Deze  prent  is  alleen  door  een  20-regelig  hollandsch  en  een  16regelig 
fransch  vers,  die,  met  bovenstaande  opschriften,  naast  elkander,  onder 
in  de  plaat  zijn  gegraveerd,  zeer  gewrongen  door  Allard  op  de  ge- 
beurtenissen des  tijds  toegepast  Men  vraagt  zich  onwillekeurig  af, 
vraar  haalde  de  man  toch  al  die  oude  koperplaten  van  daan.  Deze  plaat 
stelt  een  bedelaarsfeest  voor,  waar  't  lustig  toegaat;  links  op  den 
voorgrond  een  vijftal,  dat  een  rondedans  uitvoert;  rechts  is  de  tafel  aan- 
gerecht vóór  de  herberg  „DLa8erv(8}  dep"';  op  de  lat,  waar  het  uit- 
hangbord aan  hangt,  zijn  een  paar  woorden  doorgekrabt,  waarvan  nog 
leesbaar:  „Bedelare'.  De  gravure,  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  maar  met 
adres  van  Allard  in  den  rechterbenedenhoek  boven  het  vers,  is  naar  D. 
Vinckeboons  door  P.  Serwouters.  Volgens  Muller,  8.  No.  3201,  is  de 
door  hem  (8.  No.  1118  O)  op  'tjaar  1610  (moet  zijn  1600)  vermelde  prent 
met  onderschrift  „Soo  gewonnen,  aoo  geronnen",  een  vroegere  staat 
van  de  boven  beschrevene. 

1718.  Mulleb  (No.  3202). 

*3349.  „Hedendaags  en  Altydduurend  dool-parket  van 
oorlog  en  vrede."  —  „Le  present  et  perpetuel  labyrinthe 
De  guerre  et  de  paix." 

Opschriften  boven  een  hollandsch  en  een  fransch  uitleggend  vers,  ge- 
drukt binnen  een  ovaal,  waarin  16  zinnebeeldigfe  figuren  in  medaillons 
zijn  afgebeeld,  terwijl  in  de  vier  hoeken  der  plaat  nog  vier  dergelijke 
voorkomen.   Deze   laatste   zijn  genommerd  1—4,  de  andere,  in  het  ovaal, 

IV  13 


Digitized  by 


Google 


194  PLATEN   OYBR   DEN   UTBECHTSOHEN   Y&BDE  17IS 

6—20.  BoTen  en  onder  het  OTaal  is  in  yiermaal  vijf  vereregels  een  tweede, 
door  Muller  niet  vermelde,  uitlegging  der  zinnebeelden  gegeven,  terwijl 
onder  de  beide  bovenste  boekmedaillons  staat:  „'sWaerelds-  -handel  in 
oorlog  en  vrede."  In  den  plaatrand,  doch  onder  den  zwarten  rand,  die  de 
gravure  omgeeft,  zijn  onderaan  nog  tweemaal  drie  versregels  naast  elkaar 
gedrukt,  door  A.  Allard  onderteekend,  die  door  Muller  niet  worden  vermeld. 
'tKomt  mij  voor  dat  de  plaat  oorspronkelijk  niets  anders  bedoeld  heeft 
dan  voor  den  koopman  de  regels  aan  te  geven,  die  hij  in  „*swaerelds 
handel"  te  volgen  heeft;  de  disticha  die  boven  en  onder  iedere  voorstel- 
ling staan,  geven,  achter  elkaar  gelezen,  daartoe  den  leiddraad.  Muller 
beschrgft  dan  ook  een  staat,  (Muller  No.  820S),  waarin  de  woorden  „in 
oorlog  en  vrede*  niet  voorkomen;  ik  zag  deze  echter  niet.  In  den 
hier  beschreven  (lateren)  staat  zijn,  bij  de  verschillende  figuren,  latijnsche 
en  andere  opschriften  aan  de  hollandsche  toegevoegd.  Stellen  de  vier 
boekmedaillons  de  windstreken  voor,  de  minder  zuivere  vredesonderhan- 
delingen leverden  stof  te  over  om  de  zestien  andere  figuren  daarop  toe 
te  passen.  In  het  boek  van  „Brit  annia",  onder  No.  30  afgebeeld,  is 
o.  a.  het  jaartal  „1712"  verminderd  met  „40*'  en  daardoor ,,1672' gevend, 
voor  de  strekking  der  plaat  duidelijk  genoeg.  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr., 
met  adres  van  A.  Allard  te  Amsterdam. 

17IS.  Muller  (No.  3204  en  S.  3204}. 

*3350.  „Leewen  wraak  tegen  de  aapen  aan  de  Malie 
-baan  t'  Utrecht."  —  „Vengeance  des  lions  contre  Les 
singes  pres  Ie  mail  d'  Utrecht*'. 

Opschriften  boven  een  32regelig  hoUandsch-,  en  een  30-regelig  fransch 
vera,  gegraveerd,  onder  een  plaat,  waarop  lioks  een  zestal  leeuwen,  rechts  een 
zevental  apen  zijn  afgebeeld.  Eén  der  leeuwen  heeft  een  vaandel,  waarin 
een  leeuw  en  een  aap.  Eén  der  apen  een  ander  vaandel,  waarin  een  masker, 
lischbloemen  enz.  Op  den  achtergrond,  in  't  midden,  de  „Malie  Baan'*, 
„Ie  Mail",  te  Utrecht.  Liuks  een  boom,  waarin  een  leeuw  zit,  met  een 
papier,  waarop  „Jus  protego  utrumq,".  De  plaat  doelt  op  den  twist  tusschen 
eenige  hollandsche  livereiknechts  en  die  van  den  heer  Menage,  die  door 
den  laatste  hoog  opgenomen  werd.  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  onderaan 
rechts  gemerkt  „d'\  Zie  Muller  No.  2494,  waar  deze  plaat  te  vroeg 
vermeld  is. 

1713.  MuLLBR  (No.  320S). 

3351.  „'t  Verbeter-huis  Der  ïorys,  onder  de  Curevan 
de  Whigse  Doctor".  —  „1'  hópital  des  Torys  insensés 
sous  Ia  Care  D'un  Medecin  deS  Whigs". 

Deze  onderschriften  staan  midden  onder  de  plaat,  waarvan  de  oor- 
spronkelijke  staat   beschreven    is  onder    No.   2763  van  dezen  katalogus. 


Digitized  by 


Google 


1713  PLATEN   OVER   DEN   UTEBCHTSCHBN    VREDE  195 

Er  is  totaal  niets  aan  de  prent  veranderd,  alleen  is  de  beteekenis  der 
fijpiren,  weder  zeer  gewrongen,  op  de  vredesvooruitzichten  toegepast,  zoowel 
door  't  hollandsche  SSregelige  vers,  dat  links  van  bovenstaande  in- 
schriften  gegraveerd  is,  als  door  het  even  groote  fransche,  dat  rechts 
daarvan  is  geplaatst. 
Onder  *t  hollandsche  vers  de  „Tyd  Spreuk" 

„Laat  YreDe  eLk  onser  Leeren 

Dat  VrIIhelD  eens  zaL  keeren".  (1713). 
Onder  't  fransche  het  ,.C  ronicon" 

„AVt  togft  aVt  beLLo 

LIbertas  aLMa  reDIbIs".  (1718). 
Op  't  exemplaar  van  Muller  (nu  in  's  Rijks  Prentenkabinet),  dat  ik  hier 
beschrijf,  zijn  mot  inkt  de  jaartallen,  in  de  medaillons  boven  den  ingang 
op  den   achtergrond,  onleesbaar  gemaakt.    Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr. 
CR.  de  Hooghe). 

1713.  MuLLBR  (No.  3206). 

*3352.  „La  spelonque  da  docteur  Lacheverel  (sic)  en 
habit  de  iesuiie  pour  Renchainer  les  lloiaumes  De  France 
et  d*  Ëpagne  renuncies  recipr ƒ  pour  la  paix".  —  „De  spe- 
lonk van  doctor  Lacheverel  In  lesuwyts  gestel  Hy  smet 
hulp  van  d*  hel,  de  schakelen  Ter  hereeniging  van  't  ge- 
renuncieerde  Vrankryk  en  Spanie". 

Bovenschrift  met  40-regelig  fransch  vers,  in  vier  kolommen  en  onder- 
schrift met  even  groot  hollandsch  vers  in  zes  rijen,  in  een  zinneprent  op 
H.  Sacheverell,  vroeger  zonder  verzen  in  de  plaat,  maar  met  een  groot 
vers  eronder,  op  pater  Peters  gebruikt.  Zie  Muller  No.  2764.  In  't  midden 
der  plaat  Sacheverell,  met  een  kabalistisch  boek  achter-  en  een  ander, 
dat  op  den  rug  van  een  duivel  ligt,  vóór  zich.  Een  andere  duivel  giet 
hem  verstand  in  't  hoofd.  Hij  staat  in  een  laboratorium  en  wijst  met  een 
stok  op  do  verschillende  hemelteekenen,  links  boven  in  de  plaat  afgebe'eld , 
terwijl  onderaan  eenige  jezuïeten  zitten  te  studeeren  en  rechts  een  drie- 
tal bezig  is  ketenen  te  smeden,  wapens  te  wetten,  enz.  Boven  een  oven 
hangt  een  plakaat:  „Verlof  Placaat  tot  Bondverraad  Licence  pour  trahir 
l'Alliance".  Gravure  langw.  in  fol.,  z.  n.  v.  gr. 

1713.  Muller  (No.  3207). 

*3358.  „Dabbel  hoof^  dig  omzien  naar  de  vrede". 
—  „L'aspect  de  la  tête  bi       forme  a  la  paix". 

Op-  en  onderschrift  in  een  plaat,  waarop  een  monument  is  afgebeeld, 
op  welks  voetstuk  een  mensch  met  mannen-  en  vrouwenkop  hoofd  zit 
Aan  de  vrouwelijke  zijde  een  jongske  met  een  mand  met  vruchten  op 
het   hoofd,   waarbij:    .,y rouwe      Vrede  olyf  Paiz  feminine'*.    Boven  het 


Digitized  by 


Google 


196  PLATBN   OTBR   DBN   UTRBCHTSCHKN   YRRDS  17IS 

mannelijk  hoofd :  ,fPaiz  heröiqne  Helden  Laawer  Vrede".  In  een  6-regelig 
hollandich  vers,  rechts  boTen-  en  een  6-reg«lig>  finansch  vers,  rechts  onder 
in  de  plaat,  wordt  de  vrede  door  een  vrouw  (zinspeling  op  de  omkooping 
▼an  koningin  Anna  van  Engeland)  afgekeurd.  Midden  onder  in  de  plaat 
trekkebekkende  duiQes.  Links  maskers,  druiven,  een  beeld,  enz.  Gravure 
langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  A.  Allard  te  Amsterdam. 
Het  exemplaar  ia  de  kollektie  Nijland  heefl  in  gelijktijdig  handschrift 

0.     NiST  BU  MULLBB  {No.  3207). 

1713.  DozT  (No.  8207  A). 

*3354.     ^^Overeenstemmige    vreedsdme    vyf  zinnen,^*  — 

„Zki  symphonie  des  V.  sens  de  nature^  paisiUes.^* 

Onder-  en  opschrift  in  een  zinneprent  op  den  vrede,  naar  de  voor- 
stelling niet  langs  eerlijken  weg  verkregen.  Lbks  zit  een  vrouw  (Anna 
van  Engeland)  met  een  papier  in  de  hand,  waarop:  „Vrede  nooit  so 
wonderiyk  sag  men  u  io  tChristenrijk  Nooit  so  hijmelijk".  Op  een 
bank,  vóór  haar,  ligt  geld  en  staat  een  glaasje,  terwijl  verderop  een  man 
(8taartman=Engelschman?)  zit  met  een  civetkat  op  den  schoot,  die  van 
achteren  „Civet-Reuk"  ontlast,  welke  Anna  juist  in  den  neus  komt 
Geheel  rechts  twee  kinderen,  waarvan  het  achterste  twee  pijpen  in  de 
hand  heeft,  de  een  met  een  zeepbel,  de  ander  met  tabak  en  met  het  bij- 
schrift: ,/k  Draag  vuur  en  water  in  een  hand  Gelijk  men  doet  in 't  vrede 
land**.  Op  den  voorgrond  links  een  ton,  waarop  een  flesch  en  glas. 
Boven  in  de  plaat  een  „VerklAring*'  in  twee-  en  een  „Ezplication*  in 
één  kolem.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  met  de  letters  A(braham) 
A(llard)  midden  onder  in  de  plaat. 

b.    NiBT  BU  Muller  (No.  3207). 
1713.  DozT  (No.  3207  B). 

*3355.     „De    lodyvige   straat    tyding  d%gter*\     —  „Le 
distributeur  prodigieux  des  nouvelles  vagahondes.'^ 

Onder-  en  opschrift  eener  spotprent  op  de,  naar  het  oordeel  des  teekenaars, 
partijdige  courantiers.  Een  persoon,  die  met  de  linkerhand,  dus  verkeerd, 
schrijft,  en  wien  door  een  duivel  de  berichten  ingeblazen  worden,  zit  met 
ontbloot  achterste  over  een  balk  en  ontlast  de  „Onopregte  Antwerpse 
Courant"  en  de  „Mercure  Satiriq'*.  Links  een  dwerg  ofkobold  met  den  oor 
logsfakkel,  die  door  een  sphinx  (koningin  Anna?)  uitgep .  .  t  wordt  Rechts 
een  „Meyboom",  waaromheen  een  lint  geslingerd  is  met:  „Vincendis  lauris 
prtBfert  jam  Majus  olivas".  Links  bovenin  een  ftansch-,  rechts  onderaan 
een  hoUandsch  vers  tegen  de  courantiers  en  vóór  den  vrede.  Gravure 
langw.  in-i".,  z.  n.  v.  gr.  In  den  rechterbenedenhoek  A :  (braham) 
A:(ilard). 


Digitized  by 


Google 


1718  PLATEN   OVKR  DEN   ÜTRBCHTSCHEN   VRBDB  197 

1713.  MuLLBB  (No.  3208). 

*3356.     „De  yrede  Lieyende  waarheid      inhethemd'\ 

—  „La  yerité  pacifiqz  en  chemise". 

Op-  en  onderschrift  in  een  zinneprent  op  den  Trede.  Achter  een  muur: 
..Ia  barrière  pacifique",  staan  drie  personen;  een  engeltje  daalt  neer  om 
één  van  hen  een  krans  op  H hoofd  te  zetten.  Rechts  een  sater:  ,,De 
schyn  vrind  (die)  'slaapkruid  strooid  in  't  koren  Zijn  Yrede  Roos  steekt 
met  baar  doren".  .,Le  mauvais  Ange  Yeut  Paiz  etrange**.  Op  den  voor- 
grond een  tambourijn,  een  herdersfluit,  een  omgevallen  vaas  met  guirlande 
van  eikenloof,  enz.  Rechts  bovenaan  een  8-regeIig  hollandsch-,  links  onderin 
een  even  groot  fransch  vers,  waarin  de  onzuivere  beweegreden  tot  den 
vrede  gegispt  wordt  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  mot  adres  van 
A.  AUard. 

1713.  MüLLBB  (No.  820Ö). 

*3357.     „De   vasten-avond-streid,  Ter  yrede  bygeleit." 

—  „La  careme  et  Ie  cameyal  s'en  vont  au     pacifique  Bal". 

Onder-  en  opschrift  in  een  zinneprent  op  den  vrede.  Boven  in  de  plaat  een 
6-regelige  hollandsche  en  even  groote  fransche  „Verklaaring".  De  Vasten- 
avond (Engeland),  voorgesteld  als  een  vrouw  omhangen  met  allerlei 
wild,  een  braadspit  onder  den  linkerarm,  een  beker  in  de  rechterhand, 
een  braadpan  op  het  hoofd  en  op  een  wijnvat  gezeten,  dat  op  wielen 
staat,  wordt  door  twee  personen  voortgetrokken  naar  de  Vasten  (.,Fran- 
cjntje"  =  Frankrijk),  met  visschen  en  mosselschelpen  omhangen,  zittend 
op  een  teenen  vischben,  die  ook  op  wielen  staat.  Beider  rechterarmen 
zijn  door  een  bloemtak  verbonden.  Qravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  doch 
met  de  letters  ,.I.  C."  in  den  rechterbenedenhoek  en  het  adres  van  A. 
Allard,  boven  het  onderschrift  in  de  plaat. 

1713.  MuLLBR  (No.  3310). 

*3358.     „De  yreed  zaame  kopster,  Enz :"  —  „La      sca- 
rificatrice       pacifique". 

Onder-  en  inschrifl  boven  in  een  kopie  maar  veel  minder  geestig  ge- 
teekend,  van  de  hier  voren  onder  No.  2034  beschrevene  prent  van  Dusart; 
door  de  in  de  plaat  gegraveerde  „Verklaaring"  zeer  gewrongen  en  in  de 
..Kxplication"  iets  duidelijker  toegepast  op  de  geneigdheid  van  Anna  van 
Engeland  om  op  vreedzame  wijze  (door  geld)  den  oorlog  te  beëindigen. 
De  fransche  verklaring  is  gegraveerd  in  een  doek,  bij  wijze  van  vlag 
gebonden  aan  een  bezemsteel,  op  het  origineel  niet  voorkomende,  welke 
naast  de  vrouw  staat,  die  gekopt  wordt  en  wier  kleed  met  lischbloemen, 
rozen  en  distels  bezaaid  is.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres: 
„t*  Amsterdam  bij  A:  Allard  bij  den  Dam"  in  den  linkerbenedenhoek 
boven  het  onderschrift  en  het  c^fer  „O"  rechts  er  onder. 


Digitized  by 


Google 


198       PLATEN  OVBR  DEN  UTRECHT8CHEN  TREDE 


1713 


1713.  Muller  (No.  3211). 

*3359.     „De  staat  en  baat-kundige  wond-meester".  — 
„Le  politique  chirurgien  interesse*'. 

Pendant  der  voorgaande  prent,  en  even  weinig  geestige  kopie  der 
onder  No.  2036  hier  voren  beschrevene  plaat,  met  bovenstaand  onder- 
en inscbrifl;  een  dregelige  „Verkl  aaring''  op  rijm,  in  twee  kolommen, 
rechts-,  een  even  groote  fransche  links  onder  het  inschrift  boven  in 
de  plaat  gegraveerd,  en  een  hollandsch  distichon  met  een  (ransch  er 
onder  in  den  rechterbenedenhoek.  Ook  deze  prent  doelt  op  den  lust 
van  koningin  Anna  om  den  vrede  te  bevorderen,  blijkens  de  verzen, 
welke  de  handenwringende  vrouw,  in  den  mond  gelegd  worden,  die  af- 
gebeela  is,  met  een  roos.  distel  en  lelie  in  haar  mand.  Gravure  langw.  in-4^, 
z.  n.  v.  gr.,  met  het  adres:  „t'Amsterd :  by  A:  Allard  in  de  Beurs 
straat'  in  den  linkerbenedenhoek  boven  het  onderschrift,  en  het  cijfer  ,,10" 
rechtj  er  onder.  De  overige  prenten  van  de  serie,  waartoe  deze  en  de 
vorij^o  plaat,  blijkens  de  volgnommers,  behooren,  zijn  mij  niet  bekend. 
In  golijktijdig  HS.  flUiat  op  de  prent  .,17,V13. 
1713.  Nikt  bij  Mullkr  (No.  3*211). 

*3360.     „Wrts    Tenffel?    Meviter  Hanns!  heisst  das  die 

(Wund  verbinden^ 
ïhr  seyd  Ia  mehr  alê  Gróbl  lasst  ah  mich  gat 

(zu  Sckindeny 

Duitsche  kopie  vnn  de  plnat  van  C.  Dusart,  hier  voren  onder  No.  2035 
bpsohrcvcn.  Muller  vermeldt  ouder  bovenstaand  nommer  de  oorspronkelijke 
phint.  zoodflt  raijn  titel:  ..Heelmeester'  niet  in  cursief  behoorde  gezet  te 
zijn.  Ofschoon  het  origineel  bij  Muller  bepaald  verkeerd  geplaatst  is, 
vermeld  ik  deze  kopie  nu  óók  maar  hier.  daar  ze  mij  te  laat  in  handen  kwam 
om  ze  als  No.  2036  op  te  nemen.  Gravure  in-fol.,  met  ..Corn.  Dusart, 
del"  links.  .loh:  Georg  Hertel,  exc.  A(ugu8ta)  V:(indelicorum}"  rechts 
en  ..No.  337."  midden  onder  de  plaat  In  den  rechterbenedenhoek  boven 
A  V:  nog  een  duitsche  |,.  zeker  als  volgnommer  eener  afzonderlijke  serie. 
1713.  Muller  (No.  3212). 

*336l.     „A  la  modese  aapen  hoofd-wacht  &c."  — „Le 
corps  de  garde  des  singes,  a  la  nouvelle  mode." 

Onderschrift,  opschrift.  6  regelig  „Raadsel"  en  2  regelig  ..Antwoord'  in 
't  hollandsch  en  fransch.  bij  eou  spotprent  op  den  spaanschen  sukzessie  oorlog. 
In  een  wachtlokaal  voor  mililuiren,  waar  apen  de  plaats  van  menschen 
vervallen,  die  kaartspelende  en  rookende  of  op  de  brita  liggende  hun 
tijd  doorbrengen,  wordt  een  kat  tu.sschen  twee  apen  binnen  gebracht 
Raadsel  en  antwoord  beide  zijn  even  onduidelijk,  zoodat  ik  de  rechte 
beteekenis  niet  weet  aan  te  geven;  alleen  doelt  het  fransche  antwoord: 
,,Du    Lion  Iheroique  fierté  S'o^pose  k  l'infidelité."  duidelijk  op  Holland's 


Digitized  by 


Google 


1713  PLATEN   OVER  DEN    UTEBCHTSCHBN   VREDE  199 


afkeer  van  ontrouw  hier  de  omkoopbaarheid  yan  koningin  Anna.  Gravure 
langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  Allard. 

1718.  Muller  (No.  8218). 

*3362.     „Zwarte  vrede  min".  —  „rObscur  amonr  pa- 
cifique". 

.  Danaé  (Anna  van  Engeland)  ligt  bijna  geheel  naakt  te  slapen.  Een  sater 
(de  fransche  gezant),  —  vergezeld  door  „Plutó's  rave"  (de  invloed  van  het 
geld),  hier  afeebeeid  ais  een  arend,  —  staat  gereed  het  kleed,  dat  nog  een 
gedeelte  van  haar  lichaam  dekt,  weg  te  nemen,  (haar  door  een  vrede  uit 
eigenbaat  te  onteeren).  Gravure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  met  boven- 
staande onderschriften,  zes  regels  hollandsch  dicht,  in  drie  rijen  en  even 
zooveel  fransche  versregels  onder  de  plaat.  Oude  gravure  op  den  utrecht- 
schen  vrede  toegepast. 

1713.  Niet  bij  Muller  (No.  3218). 

*3363.     Zwarte  vredemin. 

Dezelfde   plaat   van   't  vorig   nommer,  zonder  eenig  in-  of  onderschrift. 
I>e  sporen  van  enkele  letters  zijn  nog  zichtbaar. 
1713.  Muller  (No.  3214). 

*3364.     „Het  vloeybaar  vrede  goud".  —  „L'or  coulant 
pacifique". 

Op  Danaé  (Anna  van  Engeland),  hier  geheel  naakt  liggende,  daalt 
een  regen  van  geld  en  fransche  lelies  neer.  Pendant  der  vorige  plaat, 
met  bovenstaande  onderschriften,  zes  hollandsche  en  evenveel  fransche 
dichtregels,  waarin  op  de  omkooperij  van  Tallard  wordt  gezinspeeld. 
Gravure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  doch  door  P.  Soutman  naar  Titiaan. 
1718.  Niet  bu  Muller  (No.  8214). 

♦3365.     „De  Vreede  K6C\ 

.,De  simple-waarheid  Naakt  durft  zeggen  wat  hij  wil 
Dat  Maintenon  die  Kol  Vermomd  doet  Anna  stil 
Bij  potten  Vol  Lo wijs  zijn  Vreede  Nectar  smaaken 
Wijl  Holland  in  't  Verschiet  haar  Welstant  wil  bewaaken 
Der  Britten  glori  Vuur  ontbrant  nu  in  de  nacht 
Wier  Maan  de  Franse  zon  in  'tduijster  bijzet  kracht". 
Verklarend   versje   in  gelijktijdig  (18e-eeuwsch)  handschrift  onder  een 
tateren   afdruk,   met   cache,  van  een  zeer  afgesleten  plaat  van  H.  Goudt, 
vroeger 'verschenen  met  latijnsch  vers  van  Janus  Rutgers  en  opdracht  aan 
Soipio  Burghesius.    In  dezen  staat  is  zij,  door  de  zes  dichtregels,  die  de 
prent   voldoende  verklaren,  toegepast  op  de  koningin  van  Engeland,  die, 
naar  de   toenmalige  meening,   zich  door  fransch  goud  tot  den  vrede  had 
laten  omkoopen.  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  —  Hierbij  een  exemplaar  van 
den  vroegeren  staat  met  latijnsch  vers  en  opdracht. 


Digitized  by 


Google 


200  PLATEN   OVKR  DBN   UTRKCHTSCHBN    VREDB  1713 

1718.  Muller  (No.  8316*). 

*3366.     „Vliedende  Hoofise  getrowheid  geharkebuseerd". 
„Fuite  et  massacre  de  la  fidelité  royale". 

Opschrifl  boven  de  eenigszins  gewijzigde  plaat,  hierboven  onder  No.  24^3 
beschreven.  De  man  op  't  paard  is  geheel  veranderd.  Hij  heefl  een 
papier  in  de  hand,  waarop  „Pacem  violant".  Bij  ziju  hoofd  staat:  „Een 
man  'tcieraad  van  moesjes  past  In  wien  verwijfd  trowloosheid  wast." 
Uit  het  pistool,  waarmede  de  dood  vuurt,  komen  goudstukken,  met 
byschrilt:  ,, Vergulde  Vrede".  Het  woord  „Munster '  boven  de  stad,  op 
den  achtergrond,  is  weggeslepen.  Onder  de  hollandsche  en  fransche 
opschriften  staan  telkens  in  vier  rijen  acht  versregels,  waarin  gezinspeeld 
wordt  op  den  door  goud  gekochten  vrede.  Gravure  langw.  infol.,  z.  n.  v.  gr., 
met  adres  van  Allard  onder  de  voorpooten  van  het  paard  van  den  dood. 
In  het  hier  aanwezig  exemplaar  komen  de  woorden  „'t  Is  vergeefs  ge- 
vlucht", die  Muller  vermeldt,  niet  voor. 

1713.  MuLLBR  (No.  8216). 

*3367.  „Natuur  spigel  van  yrede  en  oorlog  ontleend 
van  de  vorst  des  vredes'*.  —  „Miroir  naturel  de  paix  et 
de  guerre,  selon  Ie  prince  de  Ia  paix.  par  A:  Allard*'. 

op-  en  onderschrift  in  den  plaatrand  eener  zinneprent  op  den  vrede, 
met  tien  verschillende  voorstellingen,  in  twee  rijen  boven  elkaar.  Muller 
noemt  ze  bijbelsche  voorstellingen  met  hollandsche  en  fransche  politieke 
bijschriften.  In  iedere  voorstelling  is  echter  zoowel  een  bijbelsche  als  een 
staatkundige  gebeurtenis  of  figuur,  afgebeeld.  Daar  zij  niet  ongelukkig 
gekozen  zijn  volge  hier  een  uitvoeriger  beschrijving  dan  Muller  geeft: 

I.  (Links  bovenaan).  De  verheerlijking  op  den  berg,  waarbij  keizer 
Karel  vi.  Inschrifl :  „De  Waare  Vrede".  .,1'  Essai  de  Paix'. 

II.  Jezus  èen  blinde  ziendemakende,  daarbij  ..Snel  ziende  Vredemaker". 
Inschrifl:  ..Blinde  zyn  't  met  opene  ooge  Die  de  Vrede  niet  ge 
dogen".  Onder  het  hollandsche  staat,  evenals  bij  de  eerste  voor- 
stelling hier  en  bij  alle  volgende,  hetzelfde  inschrifl  ook  in 't  fransch. 

III.  Petrus  na  de  verloochening  weenend  weggaande;  rechts  van  dezen 
de  paus,  eveneens  weenend.  Inschrifl:  ,,Waan  onpartijdig  Ver- 
momd tegestrijdig". 

IV.  Saul  zich  in  zijn  zwaard  stortende.  Hierbij,  links,  een  man  leunende 
op  een  boomtronk,  met  onderschrift:  „Dit's  't  loon  van  die  verlaat 
Zijn  Heer  door  vuil  verraad". 

V.  Job   op  den  mesthoop.    Hierbij  rechts  de  bisschop  van met 

bijschrift:  „Scha  van  tijdlijk  goed  Toetst  een  vroom  gemoed." 

VI.  Ondergang  van  Pharao's  leger  in  de  Koode  Zee.  Rechts  op  den 
voorgrond  Lodewijk  xiv,  .,Geweldenaar",  met  bijschrift:  ,,*tMoet 
in  zig  zelf  vergaan  Wat  tege  Vree  loopt  aan". 


Digitized  by 


Google 


1718  PLATBN   OTER   DEN    ÜTRECHTSCHBN   VREDE  201 

VIL    Judas  zich  verworgende.  Links  een  kardinaal-jezuïet  Portocarrero? 

met  onderschrift:    „Die   onse  leer  acht  vals  Het  dikwils  kost  zyn 

hals'  en  ,.Inqui8itie". 
YIII.  Judith  het  hoofd  van  Holofernes  afslaand.  Rechts :  koninpfin  Anna, 

met  bijschrift:  ,.De  waare  dapperheid  Zoekt  vrede  door  destreid". 

IX.  Jonas  door  de  schepelingen  uitgeworpen.  Rechts  op  den  voorgrond 
een  man  in  een  schelp  op  zee  drijvende.  Bijschrift:  ,,Eigebaat  nu 
vergaat". 

X.  Jezus  de  wolven  van  de  schaapskooi  werende.  Onderschrift:  „De 
goede  Vrede  Herder",  en  met  opschrift  op  een  label,  door  een 
engel  vastgehouden :  „Toen  dese  Herder  wierd  gehore  Wierd 
overal  de  Vree  verkoren*'. 

Behalve  de  inschriften,  is  onder  iedere  voorstelling  een  6-regelig 
hollandsch  en  een]  even  groot  fransch  vers  gegraveerd;  een  kregelig 
latijnsch  naast  het  hollandsche  en  nog  een  2-regelig  fransch  naast  het 
6-regelige.   Gravure  br.  in-fol.,  door  A.  Allard. 

1713.  Muller  (No.  3217—3219). 

♦3368.     „De    III.  Vrede  bevallighedeï^''.  —  „Les  trois 

Charmes  de  1»  Paix**. 

Algemeen  opschrift  in  de  eerste  van  drie  prenten,  Minerva,  Juno  en 
Veuus  voorstellende,  afgebeeld  in  ovale  medaillons.  In  het  bovenge- 
deelte  van  't  overigens  gearceerde  kader,  dat  elk  medaillon  omgeeft, 
wordt  de  voorstelling,  links  in  't  hollandsch,  rechts  in  't  fransch,  telkens  door 
een  6regelig  vers  op  den  utrechtschen  vrede  toegepast.  Boven  in  't 
medaillon,  eveneens  inschriften  in  't  fransch  en  hollandsch,  waarvan  de 
laatste  luiden: 

„Eerste  bevalligheid"  „De  wysheid". 

,.II°®  vrede  bevalligheid '  „Rydom"  [sic). 

„UI^®  vrede  bevalligheid"  „Weelde". 

Het  fransche  opschrift  der  laatste  prent  heeft  niet  „III^'  in  cijfers 
maar.  foutief,  „second"  in  plaats  van  „troisième".  Deze  drie  gravures,  alle 
gr.  in-4>^,  hebben  onderin  't  monogram  van  H.  Goltzius,  ofschoon 't  slechts 
kopiën  zijn,  de  tweede  is  in  den  rechterbenedenhoek  met  een  „2"  ge- 
merkt, terwijl  op  de  derde  prent  het  adres:  „A:  Allard  ezcudit"  gegra- 
veerd is  in  den  ondersten  plaatrand,  die  bij  alle  waarschijnlijk  tot  het 
wegnemen  van  vroegere  onderschriften,  eenvoudig  is  ingekort. 

De  origineelen,  door  Muller  onder  Nos.  3220— 3222  vermeld,  zag  ik  niet 
1713.  MuLLEE  (No.  3223). 

*3369.     „De    niew    gebore    vrede   te  min  besteld".  — 
„La  paix  de  noaveau  nee  recommandée  a  une  nourice". 

Inschriften  boven  in  een  prent ;  het  hollandsche  als  bovenschrift  van  een 
6-regelig  hollandsch   vers  in  twee  rijen  gegraveerd,  het  fransche  boven 


Digitized  by 


Google 


202  PLATKN    OVEE    DEN    UTEKCHTSCHEN    VESDE  1713 


eea  evengroot  fransch,  in  drie  rijen.  Op  de  plaat  is  een  man,  vrouw  en 
kind  afgebeeld;  de  beide  laatsten  zitten  bij  een  monumentalen  steen,  de 
man  ietfi  meer  naar  achteren,  lezende.  Hoe  Allard  alles  er  met  dë  haren 
bijsleepte.  kan  blijken  uit  het  versje,  dat  ik,  om  der  curiositeits  wille,  hier 
afschrijf: 

„I>e  gulde  Vrede  op  niew  geboren 
Word  tederlijk  te  min  besteld 
Om  geen  studeer  brein  te  verstoren 
Wanneer  het  kind  de  pijpen  steld 
't  Welk  vorstlijk  is  wel  op  te  queeken 
Niet  te  doen  zuigen  valse  streeken"*. 
Zeer  opgej^raveerde  gravure,  langw.  in-i*.,  z.  n.  v.  gr.  Of  't  de  Heilige 
familie  moet  voorstellen,  zooals  Muller  zegt,  betwijfel  ik. 
1713.  Muller  (No.  8f24). 

*3370.     „Het  Brandbaar  vreede  victoriehout".  —  „Le 
boutefeu  pour  Les  joyes  de  la  paix". 

Opschriften  (met  twee  Öregelige  verzen,  een  hollandsch  en  een fransch) 

boven    een   ovaal    waarin   de   afbeelding   van    Elias  bij  de  weduwe  van 

Sarepta.  Door  de  verzen  toegepast  op  den  vrede.  Gravure  iofol.,  z.  n.  v.  gr. 

In  oud  H.  S.  onder  de  plaat:  „ITlSj^'r '. 

1713.  Muller  (S.  No.  3224  A). 

3371.  „De  Poppe  Koning,  by  London  Verbrand." 

Zie:  No.  3438  hierna. 

1713.  Muller  (No.  3226). 

3372.  „De    onthoofde  oorlogs    Goliat    om    vrede"  — 
„Le  Goliat  de  la  guerre  decoUé  pour  la  paix". 

Oude  prent  van  Lucas  van  Leiden,  door  bovenstaande  inschriften  en 
zes  hollandsche  en  zes  fransche  versregels  toegepast  op  de  omstandigheden 
van  dezen  tijd.  Rechts  David  met  het  hoofd  van  Goliath  op  een  zwaard; 
links  de  israelietische  maagden  met  muziekinstrumenten,  bladen  muziek, 
enz.  in  de  handen  en  den  lof  vanr David  zingende.  Gravure  infol.  Be- 
schreven naar  het  exemplaar  in  's  Rijks  Prentenkabinet 
1713.  Muller  (No.  3227). 

3373.  „De  straf  voor  hoog  verraad*'.  —  „lustepuni- 
tion  du  Crime  de  maiesté  blessée". 

Op-  en  onderschrift  van  een  6-regelig  hollandsch-  en  een  evengroot 
fransch  vers.  alles  gegraveerd  in  den  ondersten  phiatrand  van  de  af  beeldiug 
der  onthoofding  van  Johannes  den  Dooper;  afdruk  eeuer  veel  oudere 
koperplaat  in-fol.,  voor  dezen  tijd  pasklaar  gemaakt  door  de  verzen. 
Naast  het  fransche  onderschrift  staat:  „  Allardt  excudif'.  Beschreven  naar 
het  exemplaar  van  's  Rijks  Prentenkabinet 


Digitized  by 


Google 


1702—1713  SPOTPRENTEN   OP   LODEWIJK   XIV  203 

1713.  Muller  (No.  3228). 

*3374.     „De  dapperheid  ont*iBgewand  Om  vrede".  — 
„La  vaillance,  desentraile  Peur  la  paix''. 

Opschriften  (met  twee  10  regelige  verzen,  een  fransch  en  een  holInnHsch) 
boven  de  voorstelling  van  den  marteldood  van  8t.  Erasmus.  wien  levend 
de  ingewanden  uit  het  lichaam  gewonden  worden  op  een  windas.  Itali- 
aansche  gravure,  gr.  in-4'.,  alleen  door  het  vers  op  deze  gebeurtenis 
toegepast.  In  den  linkerbenedenhoek  een  dooreenvlochten  P.  en  T.  (P. 
Tempesta). 

SPOTPRENTEN   OP   LODEWIJK   XIV. 

Muller  (No.  8230). 

*S375.     „Le  PiUeur  d'  Eglises". 

Opschrift  boven  een  borstbeeld  van  Lodewijk  xiv,  in  medaillon,  met 
omschrifl:  „Ludovicus  xmi  Dei  flagellum  tvrannus  animarum".  Links 
wordt  het  medaillon  vastgehouden  door  een  jezuïet  met  de  schaal  der 
gerechtigheid;  rechts  door  een  Turk  met  zwaard  en  de  bijschriften 
.rEglisé  {sic)  dessaleé  {sic)  par  son  fils  Aisné."  ,.De  Kerk  geplondert  door 
desselfs  oudste  Soon."  Daaronder,  het  grootste  gedeelte  der  prent  innemend, 
een  afbeelding  van  kerkroof.  Rechts  op  den  achtergrond  een  gebouw 
„Moneta  Nova.''  met  het  fransche  wapen  boven  de  deur,  waarheen  de 
geroofde  kleinoodiën  vervoerd  worden  om  er  nieuwe  munt  van  te  slaan. 
Onder  de  plaat  een  8-regelig  fransch  vers,  in  twee  kolommen,  en  het 
hollandsche  gegraveerde  onderschrift :  „De  Kerk  geplonderd  door  Louis  de 
14.  om  geld  by  een  te  krygen  tot  onderhoud  van  de  verraders  en  Tur- 
ken.'  Gravure  infol..  z.  n.  v.  gr.,  in  de  manier  van  P.  van  den  Berge. 

Muller  (No.  8238). 

♦3376.     „L'  Habit  Vsurpé". 

Opschrift  boven  de  beeltenis  van  Lodewijk  xiv,  ten  voeten  uit,  gezeten 
in  een  leuningstoel.  rechts  van  hem  een  tafel,  waarop  zijn  linkerarm  rust. 
Daar  boven  een  venster,  waardoor  een  man  naar  binnen  ziet,  die  de 
linkerhand  waarschuwend  omhoog  heft,  terwijl  hij  in  de  rechterhand 
een  lantaarn  heeft.  Hij  zegt:  .,11  commence  a  Rendre  gorge."  Het  kleed 
van  Lodewijk  is  geheel  samengesteld  uit  veroverde  steden,  wier  namen, 
met  de  cijfers  1—25,  rechts,  in  drie  kolommen,  onder  de  plaat  staan. 
Op  het  afhangend  tafelkleed  saters,  om  een  vuurwerk  dansende,  in  de 
verklaring,  onder  No.  ,,25",  aangegeven  als  „Son  Conseille.''  Links  onder 
de  plaat  twee  é^regelige  fransche  koepletten.  Alles  gegraveerd.  Gravure 
in-fol..  z.  n.  v.  gr. 


Digitized  by 


Google 


204  SPOTPRENTEN   OP   LODfiWIJK   XIV  1702—1718 

Muller  (No.  3234). 

*3377.     „La  vision  du  marechal  de  Sellon  en  Provence." 

—  „Nacht-vertoog  van  den  smit  van  Sellon  in  Provence." 

Onderschriflea,  met  hollandijche  en  fransche  verzen,  onder  de  voorstelling 
van  een  standbeeld  van  Lodewijk  xiv,  gereed  een  leeuw,  arend  en  luipaard 
onder  zijne  voeten  te  vertreden.  Boven  het  beeld,  bij  welks  voetstuk  twee 
zinnebeeldige  figuren  zitten,  een  engel  met  kroon  in  de  hand;  om  het 
standbeeld  een  hek  met  vier  lantaarns,  die  door  een  duivel  uitgeblazen 
worden.  Links  nadert  een  veldheer  (d'Aubusson?),  rechts  gaat  de  smid 
van  Sellon  weg.    Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr. 

DozT  (No.  3235  A). 

*3378.     „La  Retraite  de   Lovis  xiv  avec  son  Serrail." 

—  „Het   wederkeren    van  Lodewyck    de    xiv.    met   syn 
Hofgesin." 

Op-  en  onderschrift  onder  een  afbeelding  van  Lodewijk  xiv  als  trom- 
melslager. Achter  hem  komen  zijn  maitressen,  etc.  Onder  de  plaat  een 
6  regelig  hollandsch  en  een  even  groot  fransch  vers.  Gravure  in-fol., 
z.  n.  V.  gr.  Exemplaar  uit  de  veiling  Munnicks  van  Cleeff. 

Andere  staat  van  de  door  Muller  onder  No.  S23B  beschreven  prent. 

Muller  {No.  3237). 

3379.  „De  son  in  't  hemelsteeken  van  den  eevenaar." 

Daar  Muller  deze  plaat  onder  het  bijgestelde  nommer  opgenomen  heeft, 
vermeld  ik  haar  hier,  er  echter  aan  toevoegende  dat  dit  volkomen  dezelfde 
plaat  is,  hierboven  ouder  No.  2897  (Muller  No.  2876)  uitvoerig  beschreven. 
Zij  behoort  hier  in  't  geheel  niet. 

MuLLBR  (No.  3239). 

3380.  „Estampe    troauée    Sur   la  porte  du  Palais  da 
Cardinal  Porto-Carrero". 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  eener  spotprent  op  Philips  van 
Spanje,  terwijl  in  den  ondersten  in  vijf  rijen,  een  18-regelig  fransch  vereen 
de  verklaring  der  cijfers  1 — 5,  die  in  de  plaat  voorkomen,  is  gegraveerd. 
Spanje,  rechts  op  de  plaat  voorgesteld  als  een  koe,  wordt  door  „Ie  Pre- 
sident de  Castule."  {sic)  gemolken,  terwijl  .,le  Cardinal  Postocarrero' («tV), 
haar  bij  de  horens  houdt.  Links  zit  Lodewijk  xrv  ten  troon  in  een  tent, 
van  binnen  met  lischbloemen  bezaaid,  en  neemt,  uit  de  handen  van 
zijn  kleinzoon  Philips,  een  emmer  melk  aan,  afkomstig  van  bedoelde 
koe  (Spanje).  Midden  onder  het  vers,  waarin  Spanje  „Beate  Gvilelme" 
(Willem  iii)  aanroept,  leest  men  nog:  .,Regem  habemus  et  volumus 
regem".  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Beschreven  naar  het  exemplaar 
van  den  heer  A.  J.  Nijland. 


Digitized  by 


Google 


1702—1718  SPOTPRENTEN   OP   LODBWIJK   XIV  205 

Mulleb  (No.  3240). 
'*'3881.     „L'allarme  aa  quartier  des  charlatans  OCl  sont 
representées  diyerses  figures  qui  ont  esté  affichées  au  Pa- 
lais  du  Cardinal  Porto-Carrero  h,  Madrid/' 

Onderschrift  (met  een  fransch  en  een  hollandach  verklarend  vers)  in 
boekdruk  onder  een  plaat  een  koe  vooretellende,  door  den  president  van 
Castilië  gemolken.  Het  denkbeeld,  dat  aan  deze  prent  ten  grondslag*  ligt 
is  hetzelfde  als  dat  van  het  vorig  nommer,  de  voorstellingen  verschillen 
echter  onderling.  De  koe,  door  Portocarrero  bij  de  horens  gehouden,  staat 
hier  met  den  kop  naar  rechts-,  op  de  vorige  prent  naar  links  gekeerd; 
Philips,  koning  van  Spanje,  brengt  den  vollen  emmer  aan  Lodewijk  xiv, 
die  hier  niet  in  een  tent  zit,  maar,  midden  in  de  plaat,  staande  afgebeeld 
id.  Links:  Catinat,  met  zijn  arm  in  een  doek,  de  hertog  van  Savoye  met 
zijn  snuifdoos,  Villeroj  op  den  rug  van  Macdonald  „Cremone''  verlatende, 
zooals  op  de  poort  links  staat.  Op  den  achtergrond  .,Chiari"  en  „Carpi". 
Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Onder  de  venten,  in  boekdruk,  het 
verzonnen  adres:  .,Sur  Timprimé  k  Madrid,  chez  Lazzaril." 

Muller  (No.  3241). 

♦3382.     „L*  Amiral  de  France."   -~  „De  France  Admi- 
raal." 

Onderschriften  boven  een  8-regeIig  hoUandsch  en  een  even  groot  fransch 
vers,  onder  een  zinneprent,  die  het  in  zee  vallen  van  Phaëtou  voorstelt, 
met  welken  niet,  zooals  Muller  zegt,  Philips  v,  doch  de  fransche  admiraal 
bedoeld  wordt,  die  een  kompas-roos  in  de  liand  houdt  (Muller  noemt 
dit  een  zon.).  In  de  zee  de  bij  Yigos  verongelukte  vloot. 

De  verzen  voorspellen  dat  de  fransche  koning,  evenals  zijn  admiraal, 
ten  val  zal  komen.  Qravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr. 

Muller  (No.  3244). 
*3383.     „Den    ylaamse    vermakelycken  brille  kraamer, 
Verhaalende   al    het   nieuws    uyt   alle    Lande,   Steede  en 
Koninckrgcken  / ' 

Aan  de  keerzijde  van  het  blad  tekst,  in  boekdruk,  met  dit  op.schrifl,  is  een 
oude  Jood  afgebeeld,  roepende:  „Kyk  uyt,  Brille'*.  Uit  zijn  mouwen  kijken 
drie  narren,  als  uit  venstertjes,  in  de  rechterhand  heeft  hij  een  mand; 
in  de  linker  een  soort  stok,  waarop  een  nar  zit;  op  den  rug  een 
tasch,  eveneens  vol  menschen  met  narrenkappen  op  't  hoofd.  Erboven 
is  een  bril  afgebeeld.  Meer  rechts  een  man  achterover  vallende,  wiens 
narrenkap  hem  van  't  hoofd  glijdt;  een  hond  die  met  een  worst  wegloopt 
en  een  vliegende  vogel.  Oude  houtgravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Onder  den 
tekst,  die  weinig  tot  verklaring  der  plaat  bevat,  staat:  ,,Gedruckt  voor 
de  Lief-hebbers  van  veelderhande  nieuwe  Pottaseri.  1702."  Door  Muller 
Daar  éit  exemplaar  beschreven. 


Digitized  by 


Google 


206  SPOTPRENTEN   OP   LODBWUK   XIV  1702—1718 

MuLLBR  (No.  3246). 

*3384.     „La   desolation  espagnolle".  —  „De  spaanse  de- 
solatie,". 

Opschrifl  boven  het  verhaal  in  boekdruk,  in  het  fransch  en  hoUandsch, 
yan  het  ongenoegen  en  de  samenzweringen  in  Spanje.  Daar  boven  de 
afbeelding  der  gevangenneming  van  den  markies  de  Leganez.  In  't  mid- 
den der  plaat  een  rijtuig  met  verscheiden  ruiters  er  om  heen,  terwijl  twee 
mannen  trachten  den  markies  er  in  te  duwen;  daarachter  een  gebouw 
met  het  spaanscht  wapen  er  boven.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr., 
met  het,  hier  overplakte,  adres:  „Gedrukt  tot  Antwerpen  in  de  Par- 
nassus  Berg." 

Muller  (No.  8247). 

3385.  „France  post-tydinge,  Geschreven  uyt  Versailles 
en  Parys." 

Opschrift  boven  genoemde  berichten,  gedateerd  uit  „Versailles  den  56 
April."  en  uit  ..Parys  den  69.  Meert.",  onder  een  spotprent.  Het  eerste  be- 
richt is  vijflien  dooHoopende  regels  groot;  het  andere  zesentwintig  dubbele 
regels.  In  't  midden  der  plaat  zit  ..de  Koningh."  (Lodewijk  xw)  op  een  troon ; 
van  rechts  brengt  een  bode  hem  een  „Brief  van  Barzelone.",  links,  vóór 
hem,  een  tweede  bode  met  een  „Expresse  uyt  Brabant.";  geheel  links  (niet 
rechts  zooals  Muller  heefi)  drie  toeschouwers,  bij  één  van  welken  staat: 
,.P.  la  Schese",  op  den  achtergrond  de  ,.H.  v.  Boergonje' en  ,. de  Dauphin"; 
rechts  achter  den  troon  twee  weenende  dames.  Spottend  zijn  in  den  tekst 
de  verliezen  van  Lodewijk  in  Brabant  en  dat  van  Barcelona  vermeld. 
Gekleurde  gravure  langw.  in-8".,  z.  n.  v.  gr.  Onder  den  tekst:  „Gedrukt 
te  Brussel,  na  de  Copye  van  Parys.  in  de  drie  gekloofde  Leliën,  1706". 
Beschreven  naar  het  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijtand  te  Utrecht 

MuLLKR  (No.  3248). 

3386.  „France  posttydinge,  Geschreeven  uit  Versailles 
en  Parys." 

opschrift  boven  denzelfden  tekst,  nu  geheel  in  doorloopende  regels 
geplaatst,  links  van  dezelfde  gravure  in  't  vorig  nommer  beschreven. 
Rechts  van  de  plaat  een  even  groote  kolom  telcst  met  bovenschrift:  ..Ita- 
liaansche  post  tyding''.  Onder  de  prent  is  nu  afgedrukt  het  vers,  waarvan 
het  opschrift:  „Pasquin  de  Postryder  in  de  Wieg,  en  Marforio  op  den 
blinden  Ezel;",  reeds  doet  vermoeden,  dat  het  niet  behoort  onder  deze  plaat, 
maar  wel  onder  de  in  't  volgend  nommer  vermelde.  De  geheele  tekst  is 
in  boekdruk.  Beschreven  naar  het  exemplaar  van  den  heer  A.  J.  Nijland 
te  Utrecht. 

DozY  (No.  3249). 

*3387      „Pasquin  de  Post-ryder,  in  de  Wieg,  en  Mar- 


Digitized  by 


Google 


1702—1718  SPOTPRBNTBN   OP   LODKWIJK   XIV  207 


forio    op  den  blinden  Ezel,  Brengende  de  Capitulatie  van 
Dendermonde  na  Verzailles." 

Onderschrift  (met  hollandsch  vers  iu  twee  kolommen),  in  boekdruk,  onder 
een  plaat  wanrop  Pasquin  is  afgebeeld,  liggende  in  een  wieg  op  rollen, 
getrokken  door  een  ezel,  waarop  Marforio  ten  achterste  voren  zit.  Aan 
de  wieg  is  een  kruk  bevestigd,  waaraan  een  vlag  met  halve  manen  en 
liachbloemen.  Gravure  kl.  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Onder  het  vers: 
^.Gedrukt ...  in  de  Gekroonde  Kruk.",  waarachter  in  H.  8.  ,.n06^j\ 
)Muller  beschrijft  onder  No.  32*9  een  staat  dezer  prent  met  een  gedrukt 
jaartal;  Dozj  een  exemplaar  als  dit,  maar  zonder  H.  S.  aanvulling). 

Muller  (No.  3260). 
*3888.     „Plegtelyke  uitvaart   Der  Fransche  monarchy." 

Onderschrift  onder  een  lijkstatie  van  de  vijfde  monarchie  (het  mislukte 
opzet  van  Lodewljk  xrv  om  de  wereldheerschappij  te  verkrijgen).  In  vijf 
rijen  boven  elkaar  is  de  stoet  afgebeeld,  die  zich  naar  een  gebouw,  rechts 
op  den  voorgrond  begeeft.  Onder  de  plaat  een  (verklarende)  tekst,  in 
drie  kotommen,  in  boekdruk.    Gravure  langw.  in•i^,  z.  n.  v.  gr. 

MULLKR  (No.  3251). 

*3389.     „De  Gequetste  Fransche  Beer". 

Inschrift  in  den  ondersten  plaatrand  eener  spotprent  op  Lodewijk  xiv, 
die  afgebeeld  als  een  beer,  belust  op  de  „Honigkorven  vnn  Gerroanje", 
deze  omwerpt,  maar  nu  ook  deerlijk  gestoken  wordt,  zooals  in  het 
verklarend  vers  staat,  dat,  in  drie  kolommen  en  op  een  afzonderlijk 
plaatje  gegraveerd,  onder  de  spotprent,  op  hetzelfde  vel  papier  afgedrukt 
is.  Muller;»  beschrijving  vereischt  nadere  toelichting.  Hij  vermeldt  dut 
bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus,,  onder  No.  1188  een  leer  curieuse  plaat 
wordt  beschreven.  Volgens  de  verbetering,  die  Stephens  echter  self 
ouder  No.  1457  geeft  en  waarbij  hij  zich  over  de  verkeerde  plant<ing 
dezer  prent  verontschuldigt,  zijn  de  nommers  1188  en  1457  SriV.  3fw«.  Ca/, 
precies  dezelfde.  In  verband  met  de  uitvoerige  beschrijving  van  Stephens, 
zij  hier  vermeld,  dat  bij  de  omgeworpen  bijenkorven  links,  een  toren 
staat,  voor  welks  ingang  de  Hollandsche  leeuw  als  wachter  ligt,  terwijl 
op  de  tinne  de  Engelsche  eenhoorn  als  verdediger  staat,  met  een  standaard 
bij  zich,  waarop  men  leest: 

„Brit  Batavier  en  Portugee 

Vrankryka  schrik  en  vrees 

Zyn  nu  tot  hier  Gekoomen." 

Boven  in  de  rechterhelft  der  plaat  een  half  verduisterde  zon ;  zinspeling 

op  Barcelona;  daaronder  de  beer  met  jezuietenmuts  op,  en  een  ring  door 

den  neus,  waaraan  een  koord  vastgemaakt  is,  dat  door  een  hand^it  den 

hemel   wordt   vastgehouden,    terwijl  een  tweede  hand  dreigend  een  stok 


Digitized  by 


Google 


208  SPOTPRENTEN   OP   LODBWUK   XIV  1702—1718 

opheft  om  den   beer  te  doen  dansen.    Op  den  achtergrond:  ^^Meenen'*. 
Gravure  langw.  in-8* ,  z.  n.  v.  gr. 

Muller  (No.  3253). 

*3390.  , ,  Den  Oprechten  Onvervalsten  Italiaenschen  waer 
-segger,  ofte  ProgNosticacie,  op  t  Jaer  ons  Heere'  1702, 
3,  4,  en  5." 

Opschrift  boven  een  zinneprent  op  de  voortduring  van  den  vrede  van  Rijs- 
wijkf  enz.  In  *t  midden  der  plaat  staat  ..Doctor  Pacificvs  vniversalis*'.  Tegen 
zgn  buik  hangt  een  papier  waarop  recepten  tot  continuatie  van  den  vrede.  In 
de  linkerhand  heeft  hij  een  dergelijk  papier  en  een  tak,  waardoor  een  lint 
loopt,  met  het  opschrift:  ,,De  vreede  ge.schonde".  Op  den  achtergrond 
van  het  vertrek,  waarin  hij  staat,  is  een  kast  met  medicijoflesschen  en 
boeken.  Links  is  in  dien  achtergrond  een  soort  venster,  waardoor  een 
jezuïet  en  een  tweetal  andere  personen  zichtbaar  zijn.  Boven  hunne  hoofden 
een  gedeelte  van  den  dierenriem.  Rechts  van  den , , Doctor 'een  tafel,  waarop 
een  opengeslagen  boek  met  „Pax  vobis"  op  het  openliggende  blad.  Op  den 
voorgrond  rechts  een  zandlooper  en  „Sphera  Mundi*';  links  een  „Geogra- 
phi(sche)  globe".  Ouder  in  de  plaat:  „Ruym  op  Hier  Komt  Den  Wjseu 
en  Hoog  Geleerden  DOCTOR.  Doctor  Professor  Mathimaticus  Pasificus 
Universalis  Lunaticus  Met  Syn  Resepten  tot  Continuatie  Van  de  Rijs- 
wijckse  vreeden,*'.  Aan  weerszijden  van  deze  plaat  vier  medaillons,  in 
de  manier  van  graveeren  geheel  verschillend  van  de  hoofdafbeelding  en 
zeker  later  in  de  koperplaat  aangebracht.  Deze  laatste  zijn  alle  in  den  trant  der 
staatkundige  fabelen  van  Hoogstraten  en  hebben  betrekking  op  de  onderlinge 
verhouding  der  staten  van  Europa.  De  voorstellingen  verdienen  geen  af- 
zonderlijke beschrijving.  Hare  beteekenis  is  voldoende  aangegeven  in 
het  vers  onder  de  plaat,  dat  tot  opschrift  heeft:  „Den  Alleen  Opregte 
en  Onvervalste  Italiaanse  docter  en  waarzegger.  Zoo  wel  over  de  Voor- 
ledene als  Toekomende  Jaren  17(H.  5,  6,  7,  en  8.  &c."  Gravure  br.  in-fol., 
z.  n.  V.  gr. 

MuLLBB  (No.  8267). 

♦3391.     „Caimakan  Chevallier  de  I'Ordre  de  S.  Louis." 

Op.schrift  boven  de  afbeelding  van  een  Turk,  gezeten  op  een  hollenden 
ezel,  welks  harnachement  met  lischbloemen  bezaaid  is.  Links  op  den 
voorgrond  een  afteekeuing  der  forten  van  Rijnfeld?  Op  den  achtergrond 
Napels?  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  met  12regelig  hollandsch-  en  even 
groot  fransch  vers  onder  de  plaat  gegraveerd. 

MuLLEE  (No.  8259  Deel  U  blx.  62**). 

*3392.  „Een  frans  tiktakje  op  een  beyersch  verkeer 
-horretje." 

Onderschrift,   met  verklaring  der  letters  A — E,  onder  een  plaatje,  den 


Digiti 


zedby  Google 


170»— 1718  ZINNBPRBNTBN  209 

hertog  van  Marlborough  en  den  maarschalk  de  Tallard  voorstellende,  besig 
met  triktrak  spelen  „om  de  geheele  Pot  van  Europa's  Oppergesag.'* ; 
Louis  van  Baden  zit  er,  een  pijp  rookende  als  toeschouwer  bijf  de  keur- 
vorst van  Beieren  staat  rechts  en  is  links  op  den  achtergrond  nog 
eens  a%ebee1d,  met  xyn  vrouw  voor  een  ledikant  staande.  Gravure 
langw.  in-4*.,  door  P.  Nolpe  en  met  zijn  adres,  afdruk  eener  oude  koper- 
plaat Dit  exemplaar  is  gelijk  aan  dat  in  de  kollektie  Hennin,  door 
Muller  onder  bovenstaand  nommer  vermeld. 

MuLLBR  (No.  8267  Deel  II  b1.  61). 

'*'3398.     ,/t  Spel  van  aensienelgke  Hoeren, 
Is  veel  Tiktakken  en  yerkeeren." 

Onderschrift  met  28-regelig  vers  onder  dezelfde  voprstelling  al«  die 
van  het  vorig  nommer  en  zeker  gelijk  aan  Muller's  beschr^vingopbl.dl 
van  het  2e  deel  van  zijn  werk.  De  personen  rondom  de  tafel  zijn  hier: 
Marlborough,  de  keurvorst  van  Beieren,  Ouwerkerk  en  deVilIeroy.  Late 
afdruk  der  gravure  langw.  in•i^  van  P.  Nolpe. 

Muller  (No.  8200). 

*3894.  „Venez  et  je  vous  feray  voir  la  condamnation 
de  Ia  grande  Prostitu^,"  enz.  —  ,,Komt  herwaarts,  ik  zal 
u  toonen  het  oordeel  der  groote  Hoere,"  enz. 

Madame  de  Maintenon  zit,  met  den  beker  der  ongerechtigheid  in 
de  hand,  op  het  zevenhoofdig  monster,  dat  in  zee  ligt  en  op  welks 
lichaam  .,Blaspheme"  staat.  Boven  haar,  op  den  achtergrond,  een  engel, 
die  een  molensteen  draagt  om  dien  in  de  zee  te  werpen.  Links  twee 
schepen;  rechts  een  stad  (Babiion  =Rome?)  in  brand.  Met  bovenstaand 
en  andere  toepasselijke  inschriflen  boven  in  de  plaat.  Gravure  langw. 
in•4^,  z.  n.  v.  gr.  Door  Muller  beschreven  naar  het  exemplaar  in  de  kollektie 
van  baron  de  Vinck,  Brussel. 

Muller  (No.  8267). 
*3395.     „Le  triomphe  de  Latber'\ 

Om  een  tafel  zitten,  in  de  open  lucht,  een  zestal  personen,  het  verdrag 
'  van  „Altranstad'*  teekenende,  waarbij  de  lutherschen  in  hunne  rechten 
hersteld  werden  door  de  hulp  van  den  koning  van  Zweden,  die,  op- 
gestaan van  zijn  stoel,  met  den  degen  in  de  vuist,  bij  de  tafel  staat. 
Rechts  achter  hem  Luther,  met  het  traktaat  in  de  hand,  uit  een  venster 
ziende,  waarboven  een  zwaan  prijkt.  Links  een  monnik,  die  de  alarm- 
klok luidt  en  een  tweede,  die  ontsteld  uit  een  venster  kykt  Lager 
de  paus  met  (ban)blik8ems  in  de  ééne  en  een  hostiekelk  in  de  andere 
hand.  Op  den  achtergrond  een  tiental  kerken,  die  aan  de  lutherschen 
terug  moesten  worden  gegeven.  Onder  in  de  plaat  twee  medaillons: 
links  biedt  Luther  den   paus  een  bril  aan   om   het  verdrag  te  lezen; 

IV  14 


Digitized  by 


Google 


210  JOHAN   WILLEM   FRISO   TB   LBBUWAEDEN  1710 

rechts  wordt  een  roomsch  geestelijke  uit  de  kerk  gedreven,  omdat  hij 
na  den  middag  de  mis  las.  Gravure  lang^.  in*4^,  z.  n.  v.  gr.  Onder 
de  plaat  bovenstaand  onderschrift,  een  hollandsche  en  een  fransche  ver- 
verklaring en  het  verzonnen  adres:  „A  Breslauw,  chez  Pierre  Banboche, 
k  Venseigne  de  Luther."  Muller  vermeldt  dit  exemplaar. 


1  Januari  1710.  Muller  (No.  3458). 

3396.  „Felix  et  laetus  in  Urbemi  Leovardiam  Adven- 
tüs  .  .  .  loannis  GuUelmi  Frisonis,  .  .  .  una  cuoi . . .  Con- 
joge  Maria  LndoYica,  Hassiae-Cassel/*  etc. 

Onderschrift,  met  een  opdracht  der  plaat  aan  den  landgraaf  van  Hessen- 
Gassel,  gegraveerd  onder  een  zinneprent  op  bovengenoemden  intocht  in 
Leeuwarden.  Johan  Willem  Friso,  (in  romeinsche  kleeding}  en  zijne  gemalin, 
beiden  door  't  goddelijk  oog  bestraald,  staan  op  een  kaart,  die  op  een 
verhevenheid  ligt  uitgespreid,  en  waarop  „Douay'\  ,.Mons",  „Malplaquet,'* 
„Rysser*  en  „S.  Yeoant'  zijn  aangeduid.  Rechts  van  den  prins  ligt  de 
leeuw,  met  oranjetak  en  zwaard,  vóór  een  zuil,  waarin  de  wapens  van 
den  prins  en  zijn  gemalin  en  krijgstrofeën.  zijn  afbeeld.  De  Godsdienst, 
Wijsheid  en  Oprechtheid?  staan  links  van  de  prinses,  terwyl  Herkules, 
met  zijn  knods,  den  Nijd,  de  Geveinsdheid  en  den  Laster  omlaag  in  den 
a^§^nd  stoot.  Links  op  den  achtergrond  ziet  men  door  een  poort  den 
Helikon;  rechts  een  paleis,  waarboven  een  genius,  die  bloemen  strooit 
op  de  maagd  van  Friesland,  terwijl  een  tweede  vrouw  knielend  de  kaart 
verder  ontvouwt.  Boven  den  prins  een  zinnebeeldige  persoon  gereed 
hem  te  kronen.  Links  trekt  een  romeinsche  zegekar,  tusschen  jubelend 
volk,  onder  de  poort  door.  Gravure  zeer  groot  in-plano,  naar  A.Houbraken, 
door  M.  Pool.  De  opdracht  is  onderteekend  door  ,,FranciscuB  Halma'\ 
die  zeker  tevens  de  uitgever  was. 

2  Januari  1710.  Niet  bij  Mullbb  (No.  S458). 

3397.  ^^Fdix  et  laetus  in  ürhem  Leovardiam  Adven^ 
tus*^  enz. 

Dezelfde  plaat  als  de  in  het  vorig  nommer  beschrevene,  nu  zonder  de 
namen  der  vestingen,  dtór  voorkomende  in  de  kaart,  waarop  de  prins  en 
prinses  staan.  Op  den  veel  slechteren  staat  dezer  pluat,  zooals  zij  in 
1784,  met  veranderde  portretten,  voor  Willem  iv  gebruikt  is,  komen  die 
namen  ook  uiet  voor,  maar  ddir  is  de  kaart  bovendien  veel  meer 
onkenbaar  gemaakt.     (Zie  Muller  No.  3747  hierna). 


Digitized  by 


Google 


1710  KOMST  TAN   KARBL   III    IN   SPANJB  211 

Mei  1710.  MuLLBB  (No.  3462). 

3398.  „Douay".  —  „Douay  en  't  fort  d'escarpe  in 
Wals  Ylaandren  op  de  grenzen  van  Hene^uwen  .... 
Belegerd,  door  de  Geallieerde       May  1710. ' 

Opschriften  boven  in  de  twee  afdeelingen  ééner  plaat  De  bovenste 
stelt  het  beleg  voor.  Op  den  achtergrond  de  stad ;  op  den  voorgrond  links 
twee  bevelhebbers  te  paard.  In  't  midden  loopgraven;  rechts  ruiterij.  De 
onderste  vertoont  het  plan  der  stad  en  omstreken.  Links  onder  in  deze 
afdeeling,  in  omlijsting,  de  verklaring  der  cijfers  1—9.  Gravure  br.  in-fol., 
2.  n.  V.  gr.  (door  P.  v.  d.  Berge?)  Muller  beschreef  dit  exemplaar. 
1710.  MüLLBB  (8.  No.  8877*). 

moet  zijn:  Na  Mullbs  (No.  8466). 

3399.  „De  ooster  zon  doorbreekende  door  de  Bourbonse 
neyelen,  bg  de  Praal-ryke  intrede  f  KfiT  Karel  III,  te 
Saragossa  en  Optogt  na  Madrid.'* 

Tweeregelig  opschrift  boven  een  plaat,  waarop  rechts  de  koning  is 
afbeeld  te  paard  zittende.  Het  paard  wordt  door  Erijn;-.<;deugd  bij  den 
teugel  geleid.  Gerechtigheid,  Sterkte,  Vrijheid  en  Eendracht  volgen  hem. 
Zegepraal  met  het  gulden  vlies  en  de  spreuk  ,.Ante  ferit  quam  flamma 
micet'  op  een  schild,  gaat  met  Voorzichtigheid  vóór  hem  uit.  In  de 
wolken:  de  Voorzienigheid;  de  Dankbaarheid  bij  een  altaar;  de  Vrede 
met  palmtakken;  de  Overvloed  met  haar  hoorn  gevuld  met  kronen  en 
scepters,  terwijl  twee  engeltjes  gereed  zijn,  den  vorst  ieder  een  kroon  op 
't  hoofd  te  zetten.  Links  een  juichende  en  buigende  menigte.  Gravure 
langw.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.,  doch  door  G.  Luiken,  welke  naam  in  den 
vroegeren  staat,  door  Muller  onder  No.  3377a  beschreven,  wèl  voorkomt 

Onder  de  plaat,  op  een  afzonderlijk  vel,  een  hollandsch  vers  van 
A.  Allard,  in  drie  kolommen,  met  opschrift:  „Praal-ryke  intreede  van 
Z.  M.  K^.  Karel  lu,  t®  Saragossa,  .  .  .  Neffens  een  Tjd- verhaal  der 
voornaamste  krygs-gevallen  van  Spanje,  van  1701  af  tot  nü  toe.*';  daar- 
onder het  zelfde  vers  en  opschrift,  door  denzelfden  auteur,  in  het  fransch 
en  onderaan  zijn  adres. 

Deze  staat  der  plaat  is  foutief  door  Muller  op  1705  geplaatst,  daar  het  vers 
van  Allard  niet  slechts  loopt  over  gebeurtenissen  van  I70I— 6,  maar  van 
1701 — 10.  De  vroegere  staat  (Muller  No.  3377),  behoort  wèl  op  1705  en 
is  op  dat  jaar  ook  beschreven  bij  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1470 
(niet  No.  1578,  zooals  Muller  opgeeft). 
September  1710.  Mullbb  (No.  8468). 

3400.  „De  Nette  Gróte  Van  de  Goude  Sleutel  Welke 
de  Geyolmagtigden  tot  de  Raat  van  Staten  der  Algemene 
Regering  der  Ooetenrykse  Nederlanden  in  den  Naam  yan 
Syn  Keyserlgke  Majestyd  Karel  de  3^  Koning  Van  Spanjen 


Digitized  by 


Google 


212  KBIZBRSKRONING   TS  FRANKFOET  1711 

Vereerd   Hebben   aan   de  Regering  en  Burgers  der  Stad 
Loven  tot  teken  harer  trouwigheyd". 

Inschrift  in  een  plaat,  waarop  de  genoemde  gouden  sleutel  in  zijn 
ware  grootte  is  afgebeeld.  In  den  sleutel  zelf  het  yolgend  chronogram, 
(hier  herhaald  omdat  er  bij  Muller  slechts  SIC  in  plaats  Tan  1710  is  aan- 
gegeven in  de  kapitalen) : 

,^  CaroLo  tertio  s.  p.  q.  L.  '  In  sIgnVM  f  IDel."  (1710).  Gravure 
in-fol.,  „C:  Van  der  Hem  fecit,". 

Bij  de  komst  van  den  kroonprins  (later  koning  Willem  n)  te  Tervueren, 
in  1816,  verscheen  een  werkje  met  de  afbeelding  van  dezen  sleutel  erin 
(zie  Na  Muller  No.  6092  hierna).  Die  plaat  is  bepaald  een  latere  afdruk 
van  de  oorspronkelyke  afbeelding,  waarvan  de  hier  vermelde  een  hol- 
landsche  (grovere)  kopie  is.  Naast  het  onderste  gedeelte  van  den  sleutel, 
waarvan  de  baard  hier  links,  bij  de  bovenbeschrevene  rechts  is  aangebracht, 
staat  het  volgend  inschrift:  „La  juste  grandeur  de  la  Clef  d'Or .  . . . 
dessiné,  gravé  et  presenté  a  Messieurs  du  Magistrat  et  Bourgeois  de 
ladite  Ville.  par  Jean  Baptiste  Berterham  Ie  6.  Septembre  1710." 

1711.  Niet  bu  Muller  (No.  3472). 

3401.  ^.Conferentie  zaal  te  Frankfort  over  de  verkiesing 
van  de  keiaer  neffens  de  trant  van  de  salving^  krooning^ 
enz;  Ao  1711". 

Inschrift  gegraveerd  bovenin  een  plaat,  waarop  zeven  verflchillende 
tafereelen  zijn  a%ebeeld,  n.l.  bovenaan,  van  links  naar  rechts:  „Salving 
des  Keisers";  „De  Keiser  na  zijn  krooning,  slaat  ridders  en  maakt  edelen 
TEmpereur"  eto. ;  „Krooning  van  de  Keiser".  Onderaan,  links:  „Conferentie 
Zaal  te  Frankfort  over  't  Yei^iezê  van  de  Keiser  1711  Salie  des 
Conferences",  etc.;  rechts:  „Vergadering  der  Keuerlyke  Vrij  Steden 
College  .des  Villes  Impériales";  in  het  midden:  „Vergadering  der  Keur- 
vorsten ®"  *^  Kang  .  Bq^qq  jj^e  laatste  voorstelling  zijn  al  de  vorsten 
nog  eens  afgebeeld  bij  de  „Porte  de  la  Tribune  Imperiale",  „Poort  tot 
de  Keizerlijke  Troon";  door  de  letters  „A—IT'  wordt  aangewezen  naar 
welke  volgorde  zij  tot  de  kroning  kwamen.  De  verklaring  dier  letters 
staat  in  den  lagen  muur  rechts  van  den  ingang  waarin,  op  den  voorgrond 
van  de  „Vergadering  der  Keurvorsten",  „Le  Heraut  d'Armes  qui  proclame 
TEmpereur",  „de  Heraut  van  wapenen  die  de  Keiser  uitroept"  is 
afgebeeld.  De  ruimte  tusschen  de  onderdeelen  is  met  gegraveerde  ver- 
klaringen enz.  gevuld.  Op  een  afzonderlijk  blad  onder  de  plaat,  in  boek- 
druk: bovenstaand  inschrift  in  'tfransch:  „La  salie  des  conferences"  enz. 
als  algemeen  opschrift,  een  „Ezplication  des  Caracteres  roarqués  dans 
la  salie  des  conferences",  enz.,  enz.  in  vier  kolommen  en  daaronder  een 
„Verklaaring  der  Getal-letters",  enz.  in  drie  kolommen.  Gravure  br.  in-fbl. 
door(?)  en  met  adres  van  Abraham  AUard  te  Amsterdam. 


Digitized  by 


Google 


1711  JOHAN   WILLSM   PRISO   VERDRINKT  213 

U  Juli  1711.  Muller  (No.  84730). 

3402.  „Het  verdrenken  van  Johan  Willem  Friso,  Prins 
van  Oranje  en  Nassau  &c.  in  fc'  overvaaren  vande  Moer- 
dyk  den  14?  July.  1711." 

Onderschrift  onder  de  voorstelling  Tan  bovengenoemd  feit  Rechts  de  zin- 
kende veerpont  Links  een  huis.  Gravarelangw.infol.,  door  B.Picart  1739. 

14  Juli  1711.  Mlllee  (No.  3474a  en  *). 

3403.  „Prins  Joan  Willem  Friso  verdrinkt." 

In  't  midden,  een  weinig  naar  rechts,  op  den  voorgrond,  de  kantelende 
veerpont,  links  op  den  achtergrond  de  oever.  Gravure  langw.  in.4*.,  naar 
H.  Kobell  door  R.  Vinkeles.    Van  deze  plaat  zijn  hier  aanwezig! 

a.  De  oorspronkelijke  teekening  van  H.  Kobell.  (N.  b.  M.) 

b.  Een  ona%ewerkte  etsdruk.    (N.  b.  M.) 

e.  Een  proefdruk  vóór  de  letter.  (Muller  No.  3474^). 

d.  Een  gewone  letterdruk  met  bovenstaand  onderschrifi.  (Muller 
No.  84748). 

Nog  twee  andere  afbeeldingen  uit  later  tijd  zijn  hier  bijgevoegd,  n.I. 
een  prentje,  langw.  in-12V  door  S.  Fokke  met  onderschrift:  „Prins  lan 
Willem  Friso  verdrinkt,  in  't  jaar  1711."  en  rechts  bovenaan:  .,B1.  138." 
en  een  ander  in-8^,  naar  J.  Steyn,  door  J.  B.  Tetar  van  Elven,  met 
onderschrift:  ,^oan  Willem  Friso  verdrinkt  aan  den  Moerdijk.";  rechts 
bovenaan:  „PI.  8." 

14  Juli  1711.  *  MüLLKR  (S.  No.  3474  A). 

3404.  Het  verdrinken  van  Joan  Willem  Friso  aan 
den  Moerd^k.  ^ 

Afbeelding  van  dit  voorval.  Links  de  zinkende  pont  Gravure  langw. 
in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Links  bovenaan:  „Twede  Deel.";  rechts:  „Pag:  288." 
Uit:  Brakel,  Leven  van  J.  W.  Friso? 

14  Juli  1711.  Niet  bij  Muller  (8.  No.  3474  A). 

3405.  9^Der  Menschen  Schicksal  ist  offt  gar  sehr  unter- 

(schieden/ 
In  einer  kleinen  See  wird  dieser  jetzt  versenckt ; 
Wenn  jener   auf  dem  Meer  hat  all  gefahr  ver- 

{mieden 
Und    glücldich    tinederkommtl    daj   tvo    er  hin 

{gedenckC 

4-regelig  vers  onder  de  titelprent  van  de  „Hundert  Neun  und  Acht- 
zigste  entrevuë,"  der  Oesprache  In  Dem  Heiche  derer  Todten, . . .  Zni- 
schen  Dem  Bómtschen  Kaï/ser,  Friderico  iii.  Und  Johann  Wilhelm 
Friso, ..,  der  im  Wasser  um^ekommen  ist,  enz.  Op  de  plaat  is  links, 
op  den   voorgrond,  de   keizer,  rechts  J.    W.  Friso  afjgpebeeld,  terwijl  op 


Digitized  by 


Google 


214  STADHUIS  Tl   ÜTEECHT  1711—1712 

den  achtorgrond  «ad  'Bprinaen  lyde  een  schip  Tergaat,  doelende  op  zijn 
TerdrinkeD  aan  den  Moerdijk,  en  links  daarvan  een  schip  rustig  de 
goWen  klieft,  doelend  op ...  ?  Gravure  in-4* ,  z.  n.  v.  gr.  Het  Oetpraek 
verscheen  te  Leipzig  1734. 

17  November  1711.  Nibt  bij  Muller  (No.  3479). 

3406.  ,yThe  march  of  the  Chevalier  de  St.  George: 
Ofy  An  Account  of  the  Mock- Procession  of  Buming  the 
pope  and  the  pretender^  intended  to  he  PerfornCd  on  the 
nth  of  November^  1711.  being  the  Anniversary  of  Queen 
Elizabeth  of  Glorious  Memory,'* 

0(fechrifl  boven  een  gelijksoortige  voorstelling  als  de  bier  voren  onder 
No.  2684  beschrevene.  Het  was  een  spot-processie  door  de  Whig-partij  op 
touw  gezet,  waarin  onder  andere  een  paar  beelden  zooden  voorkomen,  die 
op  St  John  en  Harley,  (de  toenmalige  gunstelingen  der  koningin  Anna 
en  van  de  Torys)  geleken.  Den  avond  vóór  de  processie  zou  plaats  hebben, 
werden  de  beelden  in  beslag  genomen  en  de  optocht  ging  niet  door. 
(Zie:  Arend  iv.  2  hl.  933).  In  drie  rijen  boven  elkaar  is  deze  stoet 
hier  afgebeeld,  zooals  zij  zou  zijn  geweest  Onder  de  plaat  is  in  viji 
kolommen  het  plan  van  dezen  optocht  medegedeeld,  in  de  laatste  twee 
is  de  verklaring  der  letters  (A — Y)  in  de  plaat  gegeven,  onder  het  vol- 
gend opschrift:  ..The  Owners  of  the  Pope,  the  Chevalier  de  St  George, 
fourteen  Cardinals,  and  as  many  Devils,  which  were  taken  out  of  an 
House  in  DruryLane  .  .  .  and  ei^pos'd  to  view  at  the  Cockpit  .  . .  think 
fit  to  acquaint  the  World,  that  their  Inteiition  in  making  them,  was, 
with  those  and  other  Images  (iu  caae  their  Ooods  had  not  been  forcibly 
taken  away)  to  have  form'd  the  following  Procession."  Gravure  smal 
langw.  in-fol..  z.  n.  v.  gr.  of  adres. 

29  Januari  1712.  Mullbb  (No.  3480). 

3407.  ^yloL  Maison  de  Ville  d' Utrecht,  ou  s'assem- 
blent  les  Plenipotentiaires  venas  au  Congres  de  Ia  Paix 
generale."  —  „Stadhuis  van  Utrecht,  alwaar  het  congres 
van  een  generale  Vreden,  door  de  Plenipotentiares  werd 
gehouden.  * 

Onderschrift  onder  de  afbeelding  der  huizen  Hazenberg  en  Lichtenberg 
(het  toenmalig  stadhuis),  van  een  gedeelte  der  Vischmarkt  en  van  de  Dom- 
kerk en  toren.  Gravure  in-plano,  door  I.  Smit  Onder  de  plaat  op  een  a&onder- 
lijk  blad,  in  zes  kolommen,  in  boekdruk,  de  ,. Namen,  Woonplaaatsen  (sic), 
en  Livryen,  van  haare  Ezcellentien,  de  Heeren  plenipotentiarissen,  welke 
haar  laten  vinden  op  het  congres  van  een  Generale  Vreede,  t'Utrecht" 
Dit  blad  tekst  wordt  door  Muller  naar  het  hier  aanwezig  exemplaar 
vermeld. 


Digitized  by 


Google 


17ia— 1713  AKBAS  -  DSNAIN  -  VEBDB  VAN  UTRECHT  215 

1  Maart  1712.  Nibt  bu  Muller  (No.  3i85). 

3408.  ,/t  Hooy  Magazyn  te  Anas  tri  Brand  geschótê 
1712". 

luBchrift  in  een  lint  boven  in  een  plaat,  die  op  den  achtergrond  de  stad 
vertoont,  waar  men  rechts  't  liooimagnzijn  ziet,  met  het  bijschrift: 
„'t  Hooy  Mu^zijn  heel  verteerd''.  Op  den  voorgrond  rechts  loopgraven, 
Uoks  de  ,,Gr:  v:  Albemarle',  „Gr:  Hompes"  {sic),  „Cap:  Gladbeek"  en 
een  deel  van  hun  staf.  Onder  de  plaat  in  boekdruk:  ..Afbeeldingen  nader 
verhaal  Van  het  in  brand  Schieten  van  Het  hooy  magnzyn  van  Arras, 
1  Maart  1712."  Daar  onder,  in  twee  kolommen,  dit  .,nader  verhaal"  en 
de  ,.Lyst  der  generaals  der  geallieerden  die  in  deze  togt  gediend  hebben." 
Onderaan  als  „Toegift":  een  6-regelig  versje  in  drie  rijen.  Deze  plaat  it 
blijkbaar  e^n  verkjeinde  kopie  van  No.  3153  hier  voren,  het  beleg  van 
Doornik  voorstellende,  waarvoor  deze  prent  met  ander  inschrift  misschien 
ook  diende. 

24  Juli  1712.  Muller  (S.  No.  3i88  A). 

3409.  „Plan  De  L'  Entreprise  et  de  L*Attacqae  de 
L'  Armee  Francoise  Commandée  par  Ie  Mar^  De  Villars 
Sur  Ie  Camp  Retranchée  a  Denain  Commandée  par  My- 
lord  Albemarie  Ie  24^:  luillet  1712.  a  La  Haye  Chez  Pierre 
Husson." 

Plan  van  de  plaats  van  het  gevecht.  In  het  midden  onderaan  „Noyelles". 
Links  bovenaan:  .,Moulin  de  Hornain";  rechts:  .,Foutenelle  Abbaye". 
Bovenstaand  opschrift  op  een  steeo  in  de  plaat.  Op  een  afzonderlijk  vel, 
in  drie  kolommen,  in  boekdruk:  „Relation  exacte'*  enz.  Gravure  br.  langw. 
infol,  door  B.  v.  Zijl(velt). 

1718.  MuLLBR  (No.  34^). 

3410.  „Lust-park  yande  yreede,"  enz. 

Zie:  No.  3481  hierna. 
1713.  MuLLBR  (No.  3402). 

3411.  „Zomer- yrede-jong-spel  der  dorpelingê". 

Opschrift  Uoks  boven  in  een  zinneprent  op  den  utrechtschen  vrede. 
De  slechte  plaat  stelt  een  soort  dorpskennis  voor.  In  't  midden  staat  een 
man  met  een  doedelzak  in  de  handen,  maar  met  een  pyp  in  den  mond,  op 
een  ton.  Links  van  dezen  een  man  die  een  vaandel,  waarin  een  7*rege]ig 
frmnsch  vers,  aan  een  bezem  gebonden,  achter  den  straatmuzikant  omhoog 
steekt.  Rechts  o.  a.  nog  een  man  met  een  vlag.  waarin  het  volgende 
hollandsche  vers  is  gegraveerd;  de  bedoeling  dezer,  overigens  zoutelooze, 
prent  blijkt  daaruit  voldoende;  het  luidt: 

,Jbow  kreeg  van  An^  Olyvëtak 

En  gloristander  met  gemak 


Digitized  by 


Google 


216  YBROYSEDB   VAANDELS 


1718 


He«ft  hy  daar  voor  zijn  kuit  geachote 

LaA  daar  yan  giaaen  al  de  Qröté 

Van  groot  ge  WIGT  is  vrede  en  rust 

Het  twist  ge  TORI  welvaart  brusf'. 
Onder  het  opschrift  leest  men  op  een  lint  nog  een  6  regelig  hollandsch 
vers  en   links,   onder  in  de  plaat,   een   evengroot  fransch,  waar  boven: 
„La  Fète  Rustique  de  Ia  Paix'*.  Qravure  in-plano  met  adres  van  (en  door?) 
Abr.  AUard  in  de  Beursstraat  (te  Amsterdam). 

1713.  MuLLKR  (No.  S485). 

3412.  „Les  Drapeaux  Etendarts,  Timbales  etc,  prises 
dans  cette  derniere  Guerre  par  les  Armes  victorieuses  de 
L.  H.  P.  et  qu'on  voit  Sospendns  dans  la  Grande  Sale 
(sic)  de  la  Cour  a  la  Haye.  V  An  mdccxiii."    . 

Opschrift  boven  een  zeer  uitvoerige  plaat  in  4  bladen,  waarop  in  't  midden 
alle  vaandels,  standaards  en  keteltrommen  afgebeeld  zyn,  op  den  vijand 
veroverd.  In  de  zuilen  aan  weerszijden,  van  boven  en  aan  de  zijden 
omgeven  door  een  sierlijk  breed  lijstwerk  met  oorlogsattributen  en  wapens, 
zijn  de  hollandsche  en  fransche  opdrachten  aan  de  StatenGeneraal  en  aan 
de  Staten  van  Holland  van  de  uitgeefeter  ,.Anna  Beek**  gegraveerd  ;  in 
ieder  voetstuk  een  veldslag.  Gravure  in-plano,  naar  (en  door)  H.  Pola, 
wiens  naam  als  teekenaar  staat  in  het  voetstuk  van  de  rechterzuil.  Dit 
is  bepaald  het  origineel  der  beide  volgende. 
1713.  Muller  (No.  Si«4). 

moet  zijn:  Na  Muller  No.  S405). 

3413.  „De  sleutel-reeks  des  vreedes  te  same  gevoegd 
van  het  zeer  groot  getal  van  de  vaandels,  standawlen  en 
ketel-trommen,  in  de  laatste  Oorlog  door  de  Hollanders 
veroverd,  en  in  't  Hof  van  Holland,  ten  praal,  opgehangë : 
in  de  Legers  getekend". 

OpschriH  gegraveerd  boven  de  linkerhelft  eener  plaat,  waarop  in 
dertien  ryen  boven  elkaar,  genoemde  buitgemaakte  voorwerpen  zijn 
afgebeeld.  Van  alle  vaandels,  enz.  zijn  door  de  arceering  de  kleuren 
aangegeven,  terwijl  bij  *tmeerendeel  vermeld  wordt  waar  ze  genomen 
werden  en  tot  welk  regiment  ze  behoorden.  Boven  de  rechter- 
helft staat  't  fransche  opschrift:  ..Theatre  des  trophees  pacifiques  qui 
contient  Le  tres  grand  nombre  des  enseignes  etendars  et  timbales  que 
l|  Holland^^^  ont  pris  dans  la  derniere  Guerre  et  qu*on  a  suspendus  dans 
la  Cour  d*Hollande:  de.ssiné  dt  1^  Arm®^  .  In  den  rechterbenedenhoek 
der  plaat,  binnen  een  smalle  omlijsting,  de  „Verklaring  der  Zinspreuken 
op  de  Vaandels  en  Standers**,  „Opgesteld  door  de  H^  Woudenbg  d.c', 
zooals  links  onder  die  verklaring  staat  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr. 
,,Te  koop  by  AUard.  t' Amsterdam  6  Juli  17IS." 


Digitized  by 


Google 


171S  TSBOTB&DB   TAANDBLS  -  YXniRWJUtK  217 

1718.  Nnrr  bu  MuLLn  (No.  840S). 

3414.  „De  deutei'reeka  des  vreedea^*  enz. 

Dezelfde  plaat  van  't  vorig  nommer,  latere  staat  met  adres  van  „G.  v. 
Keulen"  in  de  plaats  van  dat  Tan  Allard.    Gekleurd  exemplaar. 

14  Juni  1713.  Mullbe  (No.  8497). 

3415.  „Afbeeldingh  Tan  het  Theater  met  zyn  Ornamen- 
ten en  Consti^h  Vuurwerck,  opgericht  door  ordere  van 
haar  Hoog  Mog.  de  .  .  .  Staten  Generaal ...  in  's  Gra- 
yenhage,  in  de  Vyver  voor  de  vergader  plaats  van  haar 
Hoog  Mog. .  afgestooken  op  den  14  lony  1713.  Ter  oc- 
casie van  de  Vreede ...  tot  Uytrecht  geslooten  op  den 
11  April  1713." 

OoderschrÜt  in  het  hollandsch  (en  fransch)  met  uitlegging  der  cijfers 
(1 — 19)  onder  de  afbeelding  van  dit  vuurwerk.  Gravure  naar  H.  Pola 
door  D.  Stoopendaal,  met  adres  van  „Anna  Beeck"  te  *b  Gravenhage. 

14  Juni  1713.  Niet  bij  Mulleb  (No.  3497). 

3416.  j^Afbeeldingh  van  het  Theater''  enz. 

Dezelfde  plaat  van  het  vorig  nommer.  Veel  slechter  afdruk,  met  adres 
van  B.  Mourik,  in  de  Nes,  te  Amsterdam. 

14  Juni  1713.  Muller  (No.  3503). 

moet  zijn:  Na  Muller  (No.  3497). 

3417.  „Afbeelding  van  het  Theater  en  Vuurwerk  op- 
gerigt  inde  Vyver  van  S'  Gravenhage,"  enz. 

Opschrift,  met  uitlegging  der  cijfers  1—19,  ter  zijde  vaif  een  af  beelding 
van  dit  vuurwerk.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Uit:  Europische 
Mercurius.  Bovenaan  in  't  midden  gemerkt:  ,,1713.  II.  Deel."  In  den 
rechterbovenhoek:  „Pag:  159." 

Verkleinde,  van  boven  uitgeschulpte  kopie  van  de  voorgaande  plaat  en 
daarom  onmiddellijk  daar  achter  geplaatst. 

Hierbij  .een  gekleurd  exemplaar  van  een  anderen  staat  derzelfde  plaat; 
-waarin  deel*  en  pegina-cijfer  weggeslepen,  doch  nog  ten  deele  zichtbaar  zijn. 

14  Juni  1713.  Mulleb  (No.  3498). 

3418.  ,/t  Staten  generaals  vrede  vuurwerk,  Afgestoken 
in  den  Haag  14  lunii  1713  Van  véle  fouten  der  vorige 
platë  verbeterd ;  door  A :  Allard  t'  Amst'\  —  „Feu 
d'artifice"  etc. 

Opschrift  (met  uitlegging  der  cijfers  1—20)  boven  de  afbeelding  van 
het  vuurwerk.  Gravure  br.  in-fbl.,  door(?)  en  met  adres  van  A.  Allard 
te  Amsterdam. 


Digitized  by 


Google 


218  VUURWERK    DSR  8TATBN-GBNSRAAL  17IS 


14  Jttoi  1718.  Mullei  (No.  S4M). 

3419.  „Afbeelding  yan  de  Vuur  wercken,  in  den 
Hage  geordoneert,  door  haar  Hoog-Moogende  Heeren 
Staaten  Generaal  der  Yereenigde  Nederlanden  ter  aucasie 
(sic)  Tan  de  Vre  den  met  Vrankryk  geslooten,  den  11 
April  1713  Waar  van  Een  nette  Explicatie  in  het  boecktie 
Tan  de  Beschryvinge  van  deese  vuur  werken  te  leeseis". 
—  „Representation  du  feu  d*  artifice  a  la  Hayeparordre 
de  leurs  Hautes  Puissances  nos  Seigneurs  les  Estats  Ge- 
neraux  des  Provences  (sic)  Unies  a  locasion  (sic)  de  la 
Paix  avec  la  france  Ie  11  d'  Avril  1713,  A  Utr^ht 
Chez  jacob  van  Poolsum/'. 

Onderschriften  onder  de  afbeelding  van  dit  vuurwerk.  Hier  is  in  het 
midden-gedeelte  van  den  tempel  Neptuuus  afgebeeld  in  zijn  zeekoets 
rijdend  en  op  den  voorgrond  een  Triton,  tusschen  twee  waterkasteelen; 
uit  elk  kasteel  spuit  een  waterstraal  omhoog.  Rechts  op  den  achtergrond 
een  schuitje  met  twee  personen  erin,  waarvan  er  één  den  vaai-btok  hunteert. 
Gravure  iuplauo,  2.  n.  v.  gr. 

14  Juni  1713.  MuLLBR  (No.  3500*). 

3420.  „Afbeelding  van  de  Vuur  wercken,  in  den  Hage 
geordoneert,  door  haar  Hoog-Moogende  Heeren  Staaten 
Genei-aal  der  Vereenigde  Nederlanden,  ter  aucatie  (sic) 
van  de  Vreden  met  Vrankryk  geslooten,  den  11  April 
1713."  —  „Representation  du  feu  d' artifice",  etc. 

Onderschr^ten,  zonder  uitlegging,  onder  de  afbeelding  van  bet  vuurwerk. 
Onderaan :  „ce  feu  est  du  dessein  et  direction  de  D.  Marot  Architec  avec 
Privil  des  Ëi^tats  Generauz  de  Holland:  et  W.  F.''  Gravure  langw.  gr. 
in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  (door  D.  Marot?). 

14  Juni  1713.  Muller  (No.  3501ö). 

3421.  „Op  nieuw  öecorrigeert  Vuur  werck  in  s'  Gra- 
venhagen  van  Staaten  Kamer  in  de  Yyver  te  sien",  enz. 
—  „Kepresentation  du  feu  d'artifice",  etc. 

Onderschriften  naast  elkander  gegraveerd  onder  de  afbeelding  van 
het  vuurwerk.  Daaronder,  in  vier  doorloopende  regels,  een  hoUandsche 
verklaring  der  cijfers  (1—13)  en  de  vermelding:  ,,Nota.  W.  Koning  ver- 
zekert dat  der  geen  beter  en  syn,  daar  minder  fouten  in  is  van  al  de 
yuur  werken  die  in  den  Haag  te  sien  syn  geweest,"  enx.  Oravure 
langw.  in-fol.,  door  I.  Keyser,  met  adres  van  W.  Koning  „woont  in  de 
Prinse  straat  naast  de  Koperslager,  staat  dagelyks  in  de  Vrouwe  steeg 
op  het  water,"  te  Amsterdam. 


Digitized  by 


Google 


1713  YTTURWESK   DBR   STATEN   VAN   HOLLAND  219 


14  Juni  171S.  MuLLBB  (No.  8502). 

3422.  „Afbeelding  van  het  Theater  en  Vuurwerk"  enz. 

Zie:  Ko.  3417  hier  voren. 
14  Joni  1713.  Mulleb  (No.  3504^). 

3423.  „Afbeeldingh  Tan  het  Theater  met  syn  orna- 
menten, en  Constigh  Vuurwerck,  opgericht  door  ordere 
van  haar  Ed.  Groot  Mog:  de  Heeren  Staten  van  Holland 
en  West  Vriesland*',  enz. 

Pendant  van  No.  3416  hier  voren,  met  bovenstaand  hollandsch-  en  een 
firansch  onderschrift  en  verklaring  der  cijfers  1—21,  in  twee  kolommen. 
Qravure  in-plano,  naar  H.  Pola  door  D.  Stoopendaal,  met  adres  van  „Anna 
Beeck"  te  'sGravenhage  en  de  namen  van  „P.  v.  Elinckhuysen  en  I. 
van  den  Beeke,  Vuur- Werkers  van  haar  Ed.  Gr:  Mog:''  onderaan. 

1    Juni  1713.  Muller  (No.  8606  en  8.  No.  3606). 

a.    moet  zijn:  Na  Muller  (No.  3604^). 

3424.  „Afbeelding  van  het  Uytmuntende  vuurwerk 
opgerecht  voor  haer  Ed:  Groot  Mogende  de  Heeren 
Staeten  van  Hollant  en  West  Vriesland,  en  aengestoken 
den  14  luni  1713.  Uytrecht  b^  Jacob  van  Poolsum,  Uyt 

1713." 

gegeven  den  20  luny 

„Representation  du  Tres  Excellent  Feu  de  Joije  erigé 
pour  Leurs  Grandes  Puis  Sances  les  Etats  d*  Hollande 
et  West  Prise  et  AUumé  Ie  14.me  de  Juin  1713.  A. 
Utrecht  Chez  jacob  van  Poolsum." 

Hollandsch-  en  fransch  opschrift  boven  de  afbeelding  van  dit  vuurwerk 
der  Staten  van  Holland  ter  gelegenheid  van  den  vrede  van  Utrecht,  zeker 
gekopieerd  naar  de  prent  in  't  vorig  nommer  beschreven.  Aan  de  dooreenge- 
vlochten  H  en  W.  in  't  midden  op  den  voorgrond  en  den  daarachter  staan- 
den,  naar  rechts  gekeerden  en  links  zienden  leeuw  met  het  zwaard  in  den 
rechter-,  de  speer  met  vrijheidshoed  in  den  linkerklauw,  is  dit  vuurwerk 
't  best  te  onderscheiden  van  dat  der  StntenGeneraal.  Onder  de  voorstelling 
zes  kolommen  onderschrift;  n.1. :  twee  links  met  de  hollandsche  en  twee 
rechts  met  de  fransche  verklaring  der  cijfers  1 — 14  en  der  letters  A — D 
in  de  plaat;  in  de  middelste  twee  staan  onderschriften,  één  in 't  hollandsch 
en  één  in  't  fransch,  van  gelijke  strekking  als  bovenstaande  opschriften, 
en  daar  onder  „Na  de  Tekening,  en  onder  het  Bewind,  van  P.  Roman, 
en  P.  Loofs".  Dit  zijn  zeker  de  namen  van  den  teekenaar  van.-  en  den 
opzichter  over  hèt  vuufwerk.  Qravure  inplano,  z.  n.  v.  gr.  maar  naar  en 
door  B.  Picart,  wiens  naam  voorkomt  in  een  vroegeren  staat  bij  Mr.  S. 
vao  Gijn  doch  in  dezen  zichtbaar  is  weggekrabt 


Digitized  by 


Google 


220       YUUBWERKSN  TB  's  GBAVBNHAGE  BN  LEBUWARDBN        1718 

li  Juni  1718.  MuLLBB  (No.  3508). 

b,    moet  z^n:  Na  Mullbb  (No.  d504i6}. 

3425.  „Afbeelding  yan  het  Vuurwerk  in  den  Vyver 
Opgerecht  door  ordre  Tan  de  Ed:  Hoogmogende  Heeren 
Staten  van  Holland/'  enz. 

Pendant  Tan  No.  S417  —  en  verkleinde  kopie  van  nommer  8438  hier 
yoren.  Ter  linkerzijde  der  van  boven  afgeronde  voorstelling  bovenstaand 
inschrift  en  de  verklaring  der  cijfers  1 — 10.  Rechts  verklaring  der  letters 
A — D  en  der  cijfers  11—14.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  Uit: 
Europiscke  Mercuriut  1718.  In  't  midden  bovenaan  gemerkt:  ,P«fir*  302." 
Ook  van  deze  plaat  is  een  gekleurd  exemplaar  aanwezig  van  een  lateren 
staat,  zonder  de  aanwijzing  der  pag. 
14  Juni  1718.  Muller  (No.  350Ö). 

3426.  „Afbeelding  van  het  Theater  met  syn  Omemente 
en  Constig  Viiiir  werk,  op  geregt  door  ordre  van  haar 
Ed:  Mog:  de  Heeren  Staaten  van  Vries  landt,  etc:  etc: 
etc :  in  Leeüwaerden  op  *t  Mark  velt,  af  gestooken  op 
den  14  JunJ  1713.  Ter  occasie  van  de  Vrede  met  Syn 
Alderchristelgksten  Majt  Loilis  de  xiiii  Coning  van  Vranck- 
ryk  etc:  etc:  etc:  tot  tJtregt  geslooten  op  den  11  April 
daer  bevorens". 

Onderschrift,  met  de  verklaring  der  cijfers  1—11,  gegraveerd  onder 
de  linkerhelft  der  afbeelding  van  dit  vuurwerk;  rechts  hetzelfde  in 
*t  fransch.  In  't  midden  der  plaat  een  tempel  met  het  naamcijfer  der 
provincie  (een  gekruiste  F),  bovenin;  daaronder  het  beeld  des  vredes;nog 
lager  bet  wapen  van  Friesland  met  een  vuurspuwenden  leeuw  aan  iedere 
zijde  en  op  een  lint  er  onder:  „Antiqua  yirtute.et-Fide'';  in  het  voetstuk 
is  aan  de  zichtbare  zijde  een  voorstelling  van  den  vrgen  koophandel  ge- 
graveerd, terwyl  op  de  vier  boeken  even  zooveel  zinnebeeldige  vrouwen- 
figuren de  deelen  der  provincie:  Ooster-  en  Westergoo,  Zevenwouden  en 
de  Steden  zijn  aangebracht  Op  ieder  der  vier  hoeken  van  het  hek,  dat 
dezen  tempel  omgeeft,  een  vuur  uitwerpende  piramide,  links  op  den  voor- 
grond met  het  inschrift:  „Victrices.  Lavri.  Tarde.  Ivngvntvr.  Olive.'*, 
rechts  met:  „Conde  Tvas  Bellona  Faces  Paz  Avrea  Coeio  {*ie)  Fvlsit" 
in  het  voetstuk.  Gravure  in-plano,  met  „P:  v:  Gall,  Fecit,*'  links,  „D: 
Marot,  inv:"  rechts  onder  de  voorstelling. 
14  Juni  1713.  Muller  (No.  8511). 

8427.  „Afbeeldingh  van  de  Illuminatien  met  zyn 
Ornamenten,  opgericht  door  order  vande  Edele  Achtbare 
Heere  Regeerders  van  s'  Gravenhage  etc.  etc.  etc.  Vertoont 
ter  zyde  van  het  Stadthuys,  op  den  14  luny  1713."  enz. 

Onderschrift  met  uitlegging  der  c^fers  l-*8  (ook  in  'tfransch),  gegra- 


Digitized  by 


Google 


1718 


VRSDE-VUUEWBEEBN  221 


veerd  onder  een  duidelyke  afbeelding  der  'versieringen  TÓór  bet  stadbuis 
te  *8  Grayenhage.  Boven  de  deur  een  chassinet  met  drie  zinnebeeldige 
Toorstellingen;  in  de  beide  benedenhoeken  kleinere  met  één  voorstelling. 
Boven  het  laagste  gedeelte  van  bet  stadhuis,  een  lint,  gedragen  dooreen 
zeetal  engeltjes,  met  palmen,  kransen  en  bazuinen,  waarop:  „Vreug  de 
tekenna  njt  ge  blaese  op  den  Victorie  Dagh  ter  ockasie  van  de 
Yreede.*'  Gravure  inplano,  naar  (en  door?)  H.  Pola  met  adres  van  Anna 
Beeck  te  's  Gravenhage.  Hierbij  op  één  bladz.  in-folio,  in  boekdruk :  „Per- 
tinente bescbrjvinge  van  alle  de  Vuur- Werken,  Devisen  en  Inacriptien  die 
op  den  14.  lunj  1713.  binnen  's  Gravenhagen  over  de  Vreede  te  sien  sijn 
geweest,  waerdig  om  te  lesen."  „Gedrukt  na  de  Copj  van 's  Gravenhage." 

14  Juni  171S.  Niet  bij  Mullbb  (No.  8511). 

8428.     ^^Afbeeldingh  van  de  lüuminatien**  enz. 

Dezelfde  plaat  van  het  vorig  nommer.  Nu  met  het  adres  van  Bemardus 
Mourik,  te  Amsterdam.  In  dezen  staat  door  Muller  niet  vermeld. 

14  Juni  1718.  Muller  (No.  8512). 

3429.  „Konstig  Schoutoneel  uyt  breiden  {sic)  de 
Vreugde  tekenen  des  Vredes  yant  Hollands  vuur  werk 
te  sien  van  alle  zyden  met  een  goede  Schieking  (sic) 
neyens   een  nette  verklaring  van  al  de  zinnebeelden,  op- 

§eregt  door  order  van  D,  Edele  Groot  Mogende  heere 
taaten  van  Holland  en  West-Friesland"  enz. 

Verzamelplaat  van  het  viertal  vuurwerken  te  's  Gravenhage  en  te 
Leeuwarden  a^estoken.  De  plaat  is  in  .de  hoogte  in  drie  afdeelingen 
verdeeld,  v^aarvan  de  middelste  de  laagste  is.  In  de  bovenste  ziet  men.  in 
het  midden,  den  tempel  van  het  vuurwerk  der  Staten  van  Holland,  met 
bovenstaand  opschrift.  Verkleinde  kopie  van  een  gedeelte  van  No.  8423  hier 
▼oren.  Links  daarvan  wordt  de  ruimte  geheel  ingenomen  door  de  afbeelding 
▼an  de  wapens,  die  in  dien  tempel  aangebracht  vaaren  en  van  onderdeelen  van 
*t  vuurwerk.  Rechts  van  den  tempel  eveneens  fragmenten  van  'tgeheele 
vuurwerk,  maar  tevens  twee  kleinere  kolommen  met  een  ,.Korte  uy  tlegging" 
enx.  en  twee  grootere  met  „Verklaringe  des  geheelen  opstels*',  enz.  Boven 
deze  afdeeling  een  fransch  opschrift:  ,.Decoration  ou  Representation  du 
feu  Dartifice  d  HoUande",  etc. 

In  de  middelste  afdeeling  der  plaat  staat  in  't  midden  het  hoofdgebouw 
van  't  vuurwerk  der  StatenGeneraal.  Links  daarvan  wapens,  eenige  details 
en  een  gedeelte  van  het  hekwerk,  met  het  8-regelig  bovenschrift :  „Heer- 
lyke  Bespigeling  verEEWIGENDE  de  Zinnebeelden  en  Wapens  van  de 
Arke  triomphaal  opgeregt  in  de  Vyver  Door  Haar  Ed:  Ho:  Mo:  Heere 
Staaten  Generaal  der  Verenigde  Nederlanden",  enz.  Rechts  een  gedeelte 
van  het  hekwerk  en  de  emblematische  voorstellingen  der  drie,  in  de 
hoofdaf  beekUng  niet  zichtbare  zyden  van  den  tempel,  met  hetzelfde  opschrift 


Digitized  by 


Google 


222  VRSDB-YUURWBEK    TB   ROTTBBDAM 


1718 


van  de  linkerxijde,  eTeoeeas  ia  drie  regels,  nu  in  'tfransch:    ,.HonoTab1e 

et  Perpetuelle  RepreeenUUon invanté  [sic)  par  Chauteur  {sic)  Ouil.  Ie 

Rov/':  boven  eo  rechts  terzijde  van  de  zinnebeelden  verklarende  tekst 
Hoofdg-ebouw  en  beide  deelen  van  het  hekwerk  zijn  verkleinde  kopiën 
van  No.  Sil6  hier  voren. 

De  onderste  afdeeling  vertoont  links  ,,Vries1and8  Vreede  Yaurwerk 
opgeregt  door  Order  Tan  haar  Eklele  hoogrmogende  Heren  Staaten  van 
Vriesland  tot  Leeuviraarden  op  het  Marktvelt  afgestooken  op  den  14  Iuni'\ 
enz.  Verkleinde  kopie  van  No.  3i^  hier  voren.  Boven  het  vuarwerk  de 
verzamel  wapens  van  „Oo8tergoo'\  „Westergoo'*,  .,8even wolden*'  en  de 
„Steden**,  met  een  lint  onder  ieder  schild,  waarop  de  namen  der  gemeenten; 
onder  de  voorstelling  de  verklaring  der  latijnsche  zinspreuken  in  'tbol- 
landsch  en  fmnsch  en  rechts  er  naast  één  kolom  tekst:   „Verklaring  Tan 

Vrieslands   Vreede   Zeege   Boog" ,Peu  d'Artieice  {sic)  de  Fri6e  fiii 

{sic)  par  Ordre  des  Estat  {sic)  des  {sic)  Province  de  Prise,"  etc. 

Rechts  van  dezen  tekst,  de  „Blyde  Vreugde  tekenen  verbeelden  {sié)  de 
ware  gestaltenis  van  de  Prachtige  Illuminatien  ter  zyde  van  het  Stadt  huys 
te  sien  geweest  opgeregt  door  order  van  de  Edele  Magistraat  van  s  Gra- 
venhagen.'  enz.  Verkleinde  kopie  van  No.  3427  hier  voren.  Ook  aan  de 
rechterzijde  van  deze  afbeelding  één  kolom  tekst:  „Verklaring  der  Illumi- 
natien ....  lojeux  {sic)  Contantement  {sic)  et  Dessein  Repressentant  {sic)  Ie 
Veritable  theatre"  enz.  Gravure  in  plano,  „Getekent  door  Jan  de  Groot* en 
uytgegen  {sic)  door  den  Auteur  Wilhelmus  Koning  tot  Amster.**(dam). 
Tus.<«chen  de  detail teekeningen,  in  de  middelste  afdeeling  links,  vindt  men  de 
volgende  eigenaardige  advertentie  van  den  uitgever  der  plaat:  .,W.  K.(oning] 
Presenteert  onderdaniglyk  sjn  aangeboden  dienst  aan  alle  Heere  Kooplieden 
en  Liefhebbers  Beminnars  en  Voortplanteren  der  Kunsten  en  Speculative 
Wetenschaipen,  dat  by  {sic)  zelf  maakt  en  Verkoopt  alle  soorten  van 
Verlakte  en  andere  Lysten  met  Kaarten.  Printen,  Stede  en  LustHuysen 
daar  in  afgeset  by  *t  Stuk  of  dozyn,  als  yan  de  beste  Auteure  by  een 
gesogte  Lant  én  Zee  Kaarten  afgeset  om  een  goede  Atlas  te  maken  en 
Steede  Boeken  dito.  en  wat  vorders  van  Print  Kunst  in  Duytslant  of 
elders  in  geheel  Hollant  by  een  Winkelier  is.  't  Welk  men  by  hem  ook 
kan  Krygen  voor  een  Oivilen  prys  Nota  Ordeneerd,  Inventeert  en 
Praktiseerd  alle  Zinryke  werken  als  van  Geslagt  Registers  Stam  Bomen 
voor  de  febrikeurs,  Bruylof  Tytels  en  Gedigten,  Conterfytzels,  wapens. 
Coopmans  merken  voors  Hofsteden  Tuynen  na  t*  Lee  ven,  vorders  al  wat 
in  de  teken  pf  print  Kunst  bestaat  alles  na  syn  prys.*' 

14  Juni  1713.  Muller  (No.  8513). 

3430.  „Afbeelding  van  het  Theater  en  Vuurwerek 
opgeregt  in  de  Maese  door  ordre  van  de  EJd.  Mog.  Ueeren 
de    Gecommitteerde   Raeden  ter  Admiraliteyt  resideerende 


Digitized  by 


Google 


1718  „LUST-PAEK   YANDB    VEEBDB,'*    BNZ.  223 


te  Rotterdam,  over  de  Vrede  gesloten  tot  üitregt  in  den 
Jaere  1713." 

Onderschrift  (ook  in  'tfranach)  onder  de  vooretelliogf  van  dit  vuurwerk. 
Ook  hier  een  tempel  in  't  midden  der  plaat,  aan  weerszijden  eindigende 
in  een  ronden  kasteeltoren.  In  't  midden  het  wapen  der  admiraliteit,  twee 
gekruiste  ankers,  waar  vóór  een  leeuw  met  pijlbundel  en  zwaard  en  de 
letter  A  boven  't  geheel.  In  dezen  boog  van  den  tempel  leest  men  boven, 
aan:  „Soli  Deo  gloria'.  Boven  den  boog  een  zuil  met  wereldbol  er  op, 
waarboven  nog  weder  een  vaandel  wappert  met  inschrift:  „Pax.  optima 
rerum.'*  Aan  iedere  zijde  van  dezen  boog  twee  zinnebeeldige  voorstel- 
lingen; de  buitenste  links  met  opschrift:  „Paz",  rechts  met  „Liberta  "(s) ; 
de  andere  links  met  inschrift:  „Imperium  Pelagi'*;  rechts  met  „Audaces 
fortunn  iuvat".  Op  den  nchtergrond,  aan  weerszijden,  geïllumineerde 
schepen.  Gravure  in-plano,  naar  F.  van  Douwe  door  B.  Picart.  Zie  Ro- 
terodamvm  illuêtratum.  IV.  No.  1304. 

11  April— 14  Juni  1713.  Mulleb  (No.  3490  en  S.  No.  3490). 

moet  zijn:  Na  Mullkr  (No  3518). 

3431.  „Lust-park  yande  vreede,  tassen  de  hooge  bond-ge- 
nooten  en  de  Fransen,  geslooten  te  Utrecht  den  11 
April;  en  bevestigd  den  12  Mey  1713.*'  —  „L' Idéé  de 
la  paix  conclue.  entre  Les  hauts  alliés  et  les  F  ran9ois  dans 
la  Ville  d' Utrecht  Ie  11  Avril,  et  ratiBée  Ie  12^^  Mai 
1713". 

Opschriften  boven  een  profielgezicht  op  Utrecht,  dat  het  bovenste 
derde  deel  eener  prent  op  den  vrede  van  Utrecht  inneemt.  In  *t  midden 
der  plaat  een  zinneprent  op  den  Vrede  die,  als  een  zinnebeeldige  figuur 
a%ebeeld,  een  Merkuriusstaf  en  vrijheidshoed  toereikt  aan  een  rechts 
van  haar  knielende  vrouw  (Anna  van  Engeland);  achter  deze  de 
Godsdienst  bij  een  altaar.  Links  Mars  door  Minerva  gebonden;  achter 
hen  een  eerezuil.  Op  het  voetstuk,  waarop  deze  zinnebeeldige  voor- 
stelling staat,  is  de  „Verklaarino  van  't  vreede-Zinne-beeld"  gegraveerd 
in  16  hollandsche  èn  evenveel  fransche  versregels,  in  twee  kolommen 
en  met  een  kleine  emblematische  figuur  aan  iedere  zijde.  Aan  weers- 
zijden van  deze  zinnebeeldige  voorstelling  twee-,  eronder  vier  verschillende 
aibeeldingen  van  vergaderzalen,  enz.  n.1.  links:  „Vergader  Kamer  van  nlle 
de  Hooge  Geallieerde";  daaronder  „Particulier  Engels  Kabinet'.  Rechts: 
,. Vergader-Kamer  vande  Fransche  Afgezanten'';  daaronder  ,,Het  tekenen 
vande    vreede   tusschen   Engeland   Portug:    Pruis:   Savoje   Holland   en 

171  a" 
Vrankr:    11    Apr:  .  Onderaan,    van    links   naar  rechts:    ,. Ratificatie  ofte 

Uitwisseling  van  de  Vreede  Articulen  den  12  Mey  1713'';  ,,Het  andelen 
vande   Vreede   tusschen  Duitsland  en  Vrankryk  den  ";  „'t  Afkondi- 

gen  van   Vreede  in  'sQraaven  Haage  den  22  Mey  1713";  ,.Het  Vreede 


Digitized  by 


Google 


224  TRSDB-YUURWB&K  TE  LONDEN  1718—1714 

Vuar-werk   voor  't  Hof  van   Holland  afgestoken  den   li  Junii   1713'\ 
Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  A.  Allard  te  Amsterdam. 

Dit  is  de  gewijzigde  en  voor  deze  gebeurtenis  pasklaar  gemaakte  prent, 
in  1697  bij  den  vrede  van  Rijswijk  gegraveerd  door  L.  Scherm,  wiens 
naam  in  den  linkerbenedenhoek  der  hoofdafbeelding  is  weggeslepen,  maar 
waarvan  de  sporen  nog  zichtbaar  zijn.  Zie  Muller  No.  2974. 

7  Juli  1713.  a.    Nnrr  bü.  Muller  (No.  3613). 

3432.  „A  Representation  of  the  Roycd  Fire-Wark  per- 
form'd  hy  the  directions  of  Coü.  Hopkey  and  CoU.  Borgard 

on    the    River  of  Thames  hef  ore   WhiteliaU,  y  7'*  of  July 
g 

1713.  being  y  day   appointed  for  a  publiek  Thanksgiving 

for  the  General  Peace.^^ 

Onderschrift  onder  de  afbeelding  van  dit  vuurwerk  te  Londen,  bij  de 
viering  van  den  vrede  van  Utrecht,  a^estoken.  Tusschen  tweemaal  twee 
kolommen,  door  kroonlijsten  verbonden,  waarop  links  „Prudence**  en 
„Temperance'\  rechts  „Fortitude"  en  „lustice**  in  zinnebeeldige  figuren 
prijken,  staat  éen  rijksappel,  met  de  spreuk:  ,,Semper  eadem'*  erboven 
in  een  lint.  Hooger  het  naamcijfer  „A(nna}  R(egina)"  in  een  krans  van 
lauwertakken,  gedekt  door  de  koninklijke  kroon,  waarboven  weder  een 
kleiner  lauwerkrans  door  twee  engeltjes  gedragen.  In  de  voetstukken  der 
drie  hoofdafdeelingen  van  't  vuurwerk:  ,.Iulii  vn",  „Londini",  „MDCCXin". 
Tusschen  de  beide  kolommen  links:  „Victory";  erboven  in  de  kroontyst 
„Anno",  tusschen  die  aan  de  rechterzijde:  „Peace'",  erboven  „Pacis''. 
Links,  op  een  voetstuk,  een  man  met  een  Herkulesknods  en  't  opschrift: 
„Courage";  rechts  één  met  een  zwaard,  waaromheen  zich  een  slang 
kronkelt,  met  't  opschrift:  „Conduct".  't  Geheel  omgaven  door  allerlei 
ontbrandende  zwermers,  enz.  Zeer  zeldzame  engelsche  zwartekunstprent 
in-plano,  door  B.  Lens  en  met  zijn  adres. 

1714.  b.    Niet  bij  Mülleb  (No.  3613). 

3433.  ^,La  piiblication  de  la  paix  entre  la  France^ 
VEspagne^  VAngleterre,  Ie  Portugal^  la  Savoye^  la  HoUande 
et  la  Prussej  qui  a  été  conclue  d  UtrecJit^  Ie  II  amf  1713 
et  puhliée  d  Paris  Ie  lundy^  22^  may  de  la  même  année 
et  les  réjouissances  faites  Ie  jeudy^  2h«  du  dit  moisy 

Inschrift  in   het  bovenste   gedeelte    van  een  „Almanach  pour  l'année 
MDCCXIV',  vermeld  door  V.  Champier,  Les  anciens  almanachs  illustrfy. 
Paris  1880,  waar  nog  drie  andere  op  dezen  vrede  voorkomen. 
26  Juni  1714.  Muller  (No.  3614). 

3434.  „Yreede-galm  tassê  Spanje,  en  Holland  l|  loyes 
de  paix,  entre  L'  Espagne  et  V  Holande." 

Opschrift  boven  een  zinneprent  op  den  vrede  tusschen  Spanje  en  Holland. 


Digitized  by 


Google 


1714  ALGEMEENS   YRSDE  225 

Bij  een  altaar,  waarop  de  wapens  van  Holland  en  Spanje  en  twee  saam- 
f^evoegde  banden  zijn  afg'ebeeld,  zit  een  vrouw  met  Merkuriuestaf  in  de 
hand.  Achter  haar  de  HoUandnche  maagd  met  bloemkrans  om  het  hoofd 
en  guirlande  van  bloemen  over  de  schouders.  In  de  rechterhand  heeft  zij 
de  vrij  heidsstandaard  met  opschrifl:  „Libertas  Batava.",  in  de  linker  een 
vredepalm  en  den  pijlbundel;  achter  haar  de  vlag  der  Vereen igde  Neder- 
landen. In  't  midden  der  plaat  de  Vrede  en  een  duif  met  olijflak,  beide 
uit  den  hemel  dalende.  De  Vrede  strooit  geld,  bloemen  en  vruchten.  Naast 
haar  leest  men:  „De  milde  Vree  Deeld  Schatten  mee*'.  Onder  haar 
ziet  men  twee  trekkebekkende  duiven,  dorschvlegel,  zeis  schop,  enz.  met 
bijschrift  „Vrede  Wapenen".  Onderaan  in  't  midden  het  chronogram: 

,.paCe  reperta  qVIes  Magna  HoLLau  Dis,  Vt  Iberls". 
Meer  naar  links  een  (olijf?)boom,  om  welks  top  een  lint  gestrengeld  is 
met  opschriften:  „Crebro  qu  ©sitas"  en  „Pax  vems  h»c  dat  olivas".  Bij 
den  boom  drie  personen ;  rechts  is  dit  een  vrouw  die  een  gordel  van  wijn- 
glazen om  het  lijf  heeft,  met  het  bijschrift  .,Sek  en  Mee  Vierd  de  Vree" ; 
zij  heeft  een  kaas  in  de  hand.  waarbij:  „Het  krachtigste  aas  Is  Texelse 
kaas*'  en  „Eedle  vrucht  waar  v  an  men  leefd  Twé  mnnl  daags  u  Hol- 
land geeft'' ;  bij  haar  op  den  grond  staan  twee  flesschen.  De  tweede  persoon 
heeft  een  vischnet  in  de  hand  en  danst  op  een  verscheurd  vaandel,  waar- 
op :  „Oorlogs  glori  leg^  ter  neder  Vrede  en  voorspoed  komië  weder". 
De  derde  bluscht  de  oorlogsfakkel  en  heeft  in  do  linkerhand  een  bazuin, 
met  het  bijschrift:  ,.De  Vree  bazuin  Past  Hollands  tuin".  Achter  dezen 
laatsten  een  schip,  met  de  volgende  regels  er  onder:  „Elk  blust  Oorlog  s 
vuur  Vrede  zit  aan  t  stuur".  Qeheol  op  den  achtergrond  links  eon  ge- 
bouw, waar  boven:  ,.Hispanicarum  Mercedum  Promptuarium." 

Onder  de  plaat  een  hollandsch  vers,  in  drie  kolommen,  in  boekdruk, 
met  opschrift:  „Tydige  oly  ven-oogst,  gevoegd  met  de  vreede-galm.  Tussen 
Spanje  en  Holland;  zynde  dezelve  vreede  getroffen  t'ütrecht den  26  Junii, 
1714."  Daaronder  een  dergelijk  fransch  vers  en  opschrift.  Gravure  langw. 
kl.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.;  in  den  linkerbenedenhoek  der  plaat  het  adres  van 
A.  AUard,  die  ook  de  dichter  is  der  beide  verzen  en  zeker  ook  de 
graveur  der  plaat.    Stephens,  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1589. 

1714.  a.    Niet  bij  Muller  (No.  3516). 

3435.  „L'  Eürope  Reunie  par  la  Paix  generale,  Con- 
due  Entre  les  Princes  Chretiens^  En  1714,  et  publiée  d 
Paris  Ier  8*  Novemhre  de  la  même  Année*\ 

Opschrift,  door  lauwertakken  omgeven,  boven  in  een  zinneprent  op  den 
algemeenen  vrede  tusschen  de  verschillende  rijken  in  1713  en  1714 
gesloten,  doch  die  zeker  vroeger  voor  een  andere  gebeurtenis  diende* 
Aan  iedere  zijde  van  dit  opschrift  twee  medaillons  met  zinnebeeldige 
voorstellingen.     Links  een   zon  boven   de   zee   opgaande  met  omschrift 

IV  16 


Digitized  by 


Google 


226  ALOEMEENE    VREDE 


1714 


„Il  nous  eclaire  tous'';  daarnaast  de  duif  met  den  olijftak  boven  de 
ark.  waarboven:  ..Elle  annonce  Ie  calmc."  Rechts  de  regenboog  met 
omschrift:  „Le  ciel  S^appaisera,'*  en  een  omgekeerde  helm,  als  bloempot 
dienende,  waarbij:  „Pour  un  plus  doux  usage."  De  plaat  zelfstelt  een 
rondedans  voor  van  vier  mannen  (Franschman,  Engelschman,  Hollander 
en  Italiaan)  en  van  drie  vrouwen  (een  Spaansche,  een  Duitsche  en  een 
bewoonster  van  Savoie).  Als  op  een  gespannen  doek  zijn  onder  de  voor- 
stelling zes  4^regfelige  fransche  versjes,  naast  elkander,  gegraveerd,  alle 
meer  of  min  op  den  vrede  doelende.  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.,  die 
echter  wellicht  heeft  gestaan  in  het  randwerk  van  bet  onderste  gedeelte 
der  plaat,  dat  hier  ontbreekt.  Bovenste  helft  van  een  almanak,  vermeld 
bij  V.  Champier,  Les  anciens  almanachs  illustrés.  Paris  1886,  op  't  jaar 
1715.  volgens  wien  onderaan  is  afgebeeld :  „La  joyeuse  assemblee  ou 
Baccanale  au  sujet  .de  Ia  Paiz.'*  en  de  plaat  het  adres  heeft  van  H. 
Bon  nart  k  Paris. 

1714.  b.    Niet  bij  Muller  (No.  3516). 

343C.  ^yJan  van  Gyzens  klaagend  Neederlandy  Be- 
zogt  met  Sterfte  onder  het  rund-vee.  En  Stvaare  storm 
tuinden.  Voorgevallen  den  26  en  21ste.  February,  en  den 
6.  en  7de.  Maart,  in  't  Jaar  1714." 

Gedicht  op  een  vel  boekdruk  iuplano,  met  adres  van  J.  v.  Egmont,  te 
Amsterdam  1714.  Zie  ook  Muller  No.  8519. 

1  Oktober  1714.  Mullkr  (No.  3517  en  S.  No.  3517). 

3437.  „Vreede  en  Vreugdens  Taflfreel  verthonende 
de  genoegsame  algemeene  Vreeden  en  de  H eratelling 
van  Groot  Brittanf  door  de  komste  van  zyn  geheiligde 
Majesteyt  George  Lodewyk  op  des  selfs  Throon,  den 
1  Octob:  1714". 

Onderschrift  onder  de  nauwkeurige  kopie,  met  eenige  yerandering, 
(geen  latere  druk  zooals  Muller  in  zijn  Supplement  z^),  der  plaat  hier 
voren  onder  No.  2382  beschreven.  In  de  plaats  der  Faam,  die  op  de 
genoemde  plaat  links  naast  Merkurius  is  afgebeeld,  zijn  hier  vijf  wapens 
aangebracht:  Holland,  Engeland,  Oostenrijk,  Frankrijk  en  Spanje,  en 
daaronder,  opeen  lint:  „De VS  nobis  hsec  otia  fecit*\  Boven  deze  hoofd- 
voorstelling zijn  hier  zeven  (niet  zes  zooals  Muller  heeft)  kleinere  afbeel- 
dingen op  één  rij  nunst  elkaar  gegraveerd.  Zij  stellen  voor:  „1  Aankomst 
aan  den  Leydsendam'",  „2  Vertrek  van  Hei  voet  Sluys.",  ,.3  Aankomst  op 
de  Teems",  .,4  sKoniugs  mildadigheyd  aan  zyn  overvoerders  beweezen", 
,,5  Aankomst  tot  Greenwig",  ,.6  Greenwigs  Vuurwerk',  „7  Maaltyd 
tot  Greenwig".  Midden  boven  in  de  vierde  van  deze  voorstellingen  de 
portretten  vun  George  en  zijn  zoon,- in  medaillon  van  eikenloof.  Daar 
de  hoofdvoorstelling  iets  smaller  is  dan  deze  zeven  kleinere,  is  in  de  opene 


Digitized  by 


Google 


1714  BUITSNLANDSCIIB   0BBKURTBNI8SEN  227 


plaats  rechts  een  berijmde  uitlegging  dier  zeven  tafereelen  gegraveerd. 
Onder  het  onderschrift  der  groote  plaat  een  24-regelig  vers  van  ..lan 
van  Gvsen".  eveneens  gegraveerd,  dat  door  Muller  niet  wordt  vermeld. 
Gravure  br.  in-fo1.,  z.  n.  v.  gr.,  met  adres  van  W.  Koning  te  Amsterdam. 
Hierbij:  Jan  «a«  Gyzem  s  Oravenhaagse  zegepraal  Over  de  bljfde 
Inkomst  tan  zyne  majesteit  Oearge,  enz.  1  vel  boekdruk  in-plano,  met 
adres  van  J.  van  Ëgmont,  Amsterdam,  1714. 

81  Oktober  1714.  Niet  bu  Mullbr  (No.  3517). 

3438.  ^^Zin  verbeddend  tafereeV^  —  ,^op  de  krooning 
Van  zyne  Koningklyke  Majesteit^  George  Lodewyk,  Door  Gods 
genade  Koning  van  Groot  BriUannie^  Vrankryk^  enz. 
Beschermer  des  Geloof s^  enz.  enz.  enz.  Gekroond  den  Sisten 
Octóber  des  Jaars  1714." 

De  eerste  drie  woorden  als  op-,  bet  overige  als  onderschrift  eener 
zinneprent  op  bovengenoemde  kroning.  In  't  midden  zit  George  ten 
troon,  door  Godlijk  Recht  gekroond,  terwijl  een  straal  van  hemelsch 
licht  op  zijn  kroon-  en  een  tweede  op  „wysheid's  aangezicht"  nederdaalt. 
Hij  vertreedt  Omkooping,  Verraad  en  Tweedracht.  Links  van  hem  staat 
Standvastigheid,  die  hem  den  scepter-,  rechts  Voorzichtigheid,  die  hem 
het  roer  van  staat  in  de  hand  geeft.  Op  den  voorgrond  rechts  de  slapende 
Merkurius  (de  Koophandel)  door  Neptunus  en  twee  tritons  wakker  ge- 
maakt Rechts,  onder  en  vóór  een  boog,  zeevaart  en  landbouw,  daarachter 
de  Maagd  van  Albion,  de  deur  van  Janus'  tempel  dicht  houdende,  enz. 
Op  de  pilasters,  aan  weerszijden  dezer  voorstelling,  zes  medaillons,  waarin 
voorstellingen  van  George's  vertrek  uit  Holland;  zijn  aankomst  in 
Engeland,  kroning,  huldiging,  enz.  Gravure  langw.  gr.  in-4*.,  door  I. 
Wandelaar.  Onder  de  plaat  een  vers  van  twaalf  4-regelige  koepletten.  in 
twee  kolommen,  door  P.  Langendijk  en  een  latijnsche  en  engelsche  ver- 
klaring dezer  plaat,  alles  in  boekdruk.  Onderaan  het  adres  van  H.  van 
de  Gaete,  te  Amsterdam. 
1714.  Muller  (S.  No.  8224  A). 

moet  zijn:  Na  Muller  (No.  8617). 

3439.  „De  Poppe  Koning;  bij  London  Verbrand*."  — 
„Statue  bourlesqz  ^^  pretendent  brulée  Pres  de  Londrea, 
ie  jour  de  V  Entree  du  Rji  George". 

Opschriften  boven  een  l4-regelig  hollandsch  vers  en  een  even  groot  fransch, 
elk  in  twee  kolommen,  boven  dezelfde  prent  als  de  in  nommer  3370  hier 
voren  beschrevene,  doch  nu  opgegraveerd  en  met  eenige  figuren  en  in- 
schriften  vermeerderd.  Rechts  op  den  achtergrond  een  man  op  stelten, 
volgens  het  inschrifl  boven  zijn  hoofd:  „Jac:  d' Onge-achtste  Kon^:  v 
Sotland",  (de  pretendent).  Onder  hem  brandt  een  vuur  en  daar  de  drie- 
dubbele engelsche   kroon   hem   niet  geschonken  werd,  liggen  er  op  den 


Digitized  by 


Google 


228  0FFICIEBSLIJ8TKN  -  „EUROPA 's  MOLEN-DANS"   1666—1716 


grond  een  „Netelkroon  Met  rosë  doornê",  een  „Sprot  stro  kroon*'  en  een 
..Molen  Kroo'ï'.  de  laatste  zinspeelt  op  de  bewering  dat  de  pretendent  een 
ondergeschoven  molenaarskiud  was:  door  een  streepje  wordt  bovendien 
nog  verwezen  naar  hetgeen  men  er  onder  leest:  ..geproclameerd  tussê  licht 
en  dronkê".  Het  sterretje,  achter  het  hoUandsche  opschrift,  doelt  op 
de  woorden  ..*  ten  tyde  van  ^Konings  Intree"  inde  prent;  hieruit,  even- 
als uit  het  fransche  opschrift,  blijkt  dat  deze  staat  verschenen  is  na  den 
doc»d  van  koningin  Anna  en  daar  deze  30  Juli  1714  overleed,  behoort  de 
plaat  Na  Muller  No.  3517.  Beschreven  naar  het  exemplaar  van  den 
heer  A.  J.  Nijland  te  Utrecht. 

1666—1715.  Niet  bij  Müllbr  (No.  8518). 

zie  ook:  Mulleb  (No.  2006). 

3440.  „Ly.s(<»,  Van  de  Capitelnen^  LieutenantSj  en  Of' 
ficieren  over  de  CO  Vaendden  Burgers  hmnen  de  Stad 
Amsteldam^  zodanig  als  op  den  28  December  1715.  de 
Vacant  gevallene  plaatsen  gesuppleert  zyn  hy  de  Ed.  Man- 
ha  f  te  Krygs-raad  der  zelver  StedeJ*^ 

Ofschoon  geen  historieprenten,  geven  deze  lijsten,  in  vier  kolommen 
gedrukt,  een  zoo  eigenaardigen  blik  op  de  schutterijen  van  dien  tijd,  dat 
ik  daardoor  de  opneming  in  dezen  katalogus  gerechtvaardigd  achtte.  Van  de 
hier  aanwezige  heeft  de  jongste  bovenstaand  opschrift  en  met  drie  andere, 
van  1675,  1698,  en  1714-,  het  adres  van  Jan  Hieowertsz.  te  Amsterdam; 
de  oudste  van  1666,  vermeldt  slechts  ,.Vier-envijftigh"  vaandelen  en  heeft 
het  adres  van  J.  v.  Ravesteyn  te  Amsterdam.  Vijfbladen  boekdruk,  in  plano. 

1716.  Muller  (No.  8012  en  8809). 

moet  zijn:  Na  Muller  (No.  3518). 

3441.  „Europa  s  Molen-Dans  van  de  5  Zinnen." 

Opschrift  boven  een  plaatje  dat  Muller  onder  de  voorstellingen  uit  het 
volksleven  rangschikt  en  later  (No.  3809)  nog  eens,  met  een  vraagteeken, 
vermeldt  als  op  den  oostenrijkschen  Sukzessie-oorlog  doelende.  Ik  zou 
echter  denken  dat  de  plaat  zoowel  op  den  pretendent  (zoon  van  Jakobus  u) 
als  op  den  spaanschen  Sukzessie  oorlog  betrekking  heeft.  De  jongen,  die, 
met  een  molentje,  in  een  kinderstoel  gezeten,  afgebeeld  is  op  het  vaandel, 
dat  Spanjolette  (Spanje)  omhoog  houdt,  wijst  er  mijns  inziens  wel  op. 

De  plaat  stelt  vier  personen  (twee  mannen  en  twee  vrouwen)  voor,  die 
een  molendans  uitvoeren,  zoodat  zij  kruiselings  elkaar  de  hand  geven. 
Bij  ieder  van  hen  staat  een  nommer.  Rechts,  als  vijfde  persoon,  de 
Liefde,  die  met  een  molen  op  het  hoofd  en  gezeten  op  een  wereldbol, 
op  een  hart  speelt  als  op  een  viool.  Onder  de  plaat  een  6regelig  vers, 
waarvan  de  eerste  vier  regels  twee  aan  twee  onder  elkaar  en  de  laatste 
twee  naast  elkaar  zijn  gegraveerd  en  dat  in  verband  met  de  cijfers  inde 
plaat,  bij  eiken  regel  een  nommer  heeft.  Het  wijst,  dunkt  mij,  duidelijk 


Digitized  by 


Google 


1716 


ILLUMINATIE  229 


aan  dat  Holland,  Eogeland,  Frankrijk  en  Spanje  bier  bedoeld  zijn  en  luidt: 
„1.  De    Batavier   boud  oog  in  'tzyl:    S.  Frans  praatvaar  heeft  wat  lek- 

(kers  vyl." 
2.  Hoor  de   Engelin   fyn    musiceeren:   4.    Wiens   neus  zal   Spanjolette 

(ontbeeren: 
Cupido,  onder  al  't  krioelen,  Speeld  op  elks  bart,  en  baar  gevoelen." 

No.  1  beeft  aan  een  mast  een  zeil,  met  een  oog  en  den  pijlbundel 
erin,  als  een  vaandel  in  de  band,  No.  2  een  gevleugeld  oor,  No.  3  een 
gevleugelde  tong,  No.  4  een  gevleugelde  neus,  zoodat  met  Cupido,  die 
't  bart  (gevoel)  bespeelt,  ook  de  vijf  zintuigen  zinnebeeldig  zijn  voorge- 
steld. Gravure  langw.  inl^'.,  z.  n.  v.  gr. 
Juni  1716.  MuLLKB  (No.  3520). 

3442.  „Vreugden  tempel  ter  eere  van  de  Dierbaare 
en  bleyde  Geboorte  van  den  Jongen  Aertsbertog  en  Prins 
van  Asturien,  op  den  13  April  by  den  Doop  genaamd 
Leopoldus  ....  opgeregt  door  z.  Exeellf  de  Baron  Heems, 
Envojé  V  z :  kyserl|  Mai^  resid?  in  's  Gravenhage,  Ge- 
vierd den  1®  2e  en  3«  Iun=  1716". 

Opsebrift  boven  de  afbeelding  van  bet  huis  van  den  gezant  en  van 
den  daarvoor  opgericbten  tempel,  terwijl  links  de  zijwanden  van  dien 
tempel  en  zijn  plattegrond  afeonderlijk  zijn  afgebeeld.  De  verklaring 
der  cijfers  1—21  en  de  franscbe  vertaling  van  het  opsebrift  staan  mede 
boven  de  plaat,  evenals  bet  adres  van  W.  E.  Koning.  Gravure  in-plano, 
door  J.  B.  Luragbi. 
Juni  1716.  Muller  (No.  3520"). 

3443.  „Vreugde  Tempel,  door  de  Keiserlyke  Ambas- 
sadeur in  S*  Gravenhage  op  geregt  ter  eeren  de  geboorte 
des  Aarts  Hertog  van  Oostenryk." 

Kleinere  voorstelling  der  woning  van  den  ambassadeur  en  den  daar 
vóór  opgericbten  tempel.  De  beide  niet  zichtbare  chassinetten  zijn  hier 
afgebeeld  als  stonden  zij  tegen  de  koetspoort  en  een  naast  gelegen  huis. 
Gravare  langw.  in-*".,  z.  n.  v.  gr.  Uit:  Euiopische  Mercurius  1716. 
Ie  dl.  ,,Pag.  315.",  waar  een  uitvoerige  beschrijving  te  vinden  is  der 
zinnebeelden  van  den  tempel,  volgens  de  cijfers  in  de  plaat. 
20  Juli  1716.  Nikt  du  Muller  (No.  3520"). 

3444.  ^^Jan  van  Gyzens  zeege^       2«?iSf»   Ooer  de  blyde- 
Inkomst  van  den  Overwinnende  rylis-motiarg  George  Lod- 
wyk^ .  ,  .  Koning  van  Groot-Brittayinien^  .  .  .  Naar  het  ten 
onderbrengen    van    zyn    Rebellen.   Gelukkig  gearriveerd  in 
HoUand,  den  20  Jidy,  Ao,   1716." 

•      Gedicht  in  boekdruk,  een  vel  in-plano,  met  adres  van  J.  v.  Kgmont,  te 
Amsterdam  1716. 


Digitized  by 


Google 


232  BEUWFEKST  DER  HERVORMING  -  WATERSNOOD  1717 


den  dienst  van  D:  M:  L:    zaliger  ged:  heeft;  gedaan,  in 
't  Jaar  1517.  den  31  October." 

Opschrift  boven  de  verklaring'  gedrukt  aan  weerszijden  vau  een  zinne- 
prent  op  den  tweehouderdsten  verjaardag  der  hervorming. 

In  een  achthoekig  randwerk  is  Luther  rechts-,  Melanchtou  linka  van 
een  altaar  afgebeeld.  De  linkerhand  vnn  Luther  rust  op  een  bijbel,  open- 
geslagen bij  Rom.  111.  Vóór  hem  een  koflfer  met  aflaatbrieven.  Op  den 
achtergrond  links  de  ..8^  Pieters  Kerck";  daarboven  de  Gerechtigheid 
bliksems  slingerende.  Op  twee  consoles  aan  de  zijden  van  deze  hoofd- 
afbeelding aangebracht,  zit  links  ,.De  Waerheijd'',  rechts:  (de)  „Stant- 
vaatigheyd".  Lager  staan,  links:  „Moses"  en  „Aaron"  met  de  tafelen 
der  wet:  rechts:  ..8.^  Jan  de  Dooper".  met  het  boek  met  zeven  zegelen, 
en  het  Lam.  Bovenaan  prijken  de  borstbeelden  van  ..Johannea  Hus. ' 
links,  en  „Martinus  Luther."  rechts,  ia  medaillons  tusschen  de  beelden 
vau  ., 't  Geloof,  ..De  Hoop"  en  ,.De  Liefde".  Onderaan  zijn,  in  drie 
geornamenteorde  medaillons,  Tetzel  in  zijn  aflaatkraam  (links).  Luther  zijn 
stellingen  aanplakkende  (in  't  midden),  Luther  te  Worms  gedagvaard 
(rechts)  afgebeeld.  Oudtijds  keurig  gekleurd  en  met  goud  afgezet  exem- 
plaar dezer  gravure,  br.  iu-fol..  naar  A.  (de)  Lairesse,  door  A.  v.  d.  Laan 
en  met  adics  van  de  Wed.  N.  Visser  te  Amsterdam.  De  uitlegging  is 
ouderteekend  ,.A:  D.(e)  L:(aire88e?)". 

25  December  1717.  Niet  bij  Muller  (No.  3527). 

3451.  ^^Kurtze  Beschreibung  Der  mit  Thranen  zu  he- 
weinenden  grossen  Wasser  =  FluthJ  welche  Sonnabends 
den  25.  December  1717.  hier  und  dar  in  dem  liolldn- 
dischen/  Bremische^i  und  Hollsteinischen /  8fc,  unbescJireilAi' 
eken  Schaden  erwecket.'* 

Onderschrift  met  twee  kolommen  tekst  en  onder  iedere  kolom  veertien 
versregels,  alles  in  boekdruk,  onder  de  afbeelding  van  een  overstroomd 
land,  met  twee  breuken  in  den  meer  naar  achter  liggenden  dijk.  Hechts 
op  den  voorgrond,  op  een  deur  of  luik,  geeft  een  vrouw  met  een  klein 
kind  bij  zich.  een  zuigeling  aan  één  der  mannen,  die  in  een  schuitje 
hulp  breugen.  Achter  de  schuit  een  gedeelte  van  een  huis  zonder  dak. 
Links  een  dorre  boom,  waarin  twee  mannen,  terwijl  een  derde  er  in  tracht 
te  klimmen.  In  den  linkerbovenhoek  een  afzonderlijke  voorstelling  met 
inschrift:  ,.A.  Der  grosse  durchbruch  on  dem  Damm.  Die  uuter  wasser 
gci^et/te  Gegend  um  die  Stadt  Bremen."  Rechts  een  dergelijke,  doch  met 
het  iuschrift  niet  boven,  maar  midden  in  de  voorsleliing:  „Wasserfluth 
in  dem  pidenburgi.schen  bey  Elsfleth".  Duitsche  gravure,  br.  infol., 
z.  n.  v.  gr.  Ouder  den  tekst  met  fileetrnnd  omzet,  het  adres  van  Gaspar 
Rad  te  Augsburg.  Hierbij:  ,,Relaas*  enz.  (Muller  No.  3527). 


Digitized  by 


Google 


1720  WINDHANDEL  233 


GROOT   TAPKRKBL   DER   DWAASHEID. 

1720. 


3452.  „Het  groote  tafereel  der  dwaasheid,  Vertoonende 
de  opkomst,  voortgang  en  ondergang  der  Actie,  Babbel  en 
Windnegotie,  in  Vrankryk,  Engeland,  en  de  Nederlanden, 
gepleegt  in  den  Jaare  MD(/CXX.  .  .  .  Gedrukt  tot  waar- 
schoawinge  voor  de  Nakomelingen,  in  *t  noodlottige  Jaar, 
voor  veel  Zotte  en  Wyze.  1720/'  (Maller  No.  3535  en 
S.  No.  3535) 

De  uitvoerige  ialbiding',  welke  Muller  deed  voorafgtian  aan  de  beschrij- 
ving van  ,.Het  groote  tafereel  der  dwaasheid"  maakt  *t  noodzakelijk,  dat 
hij,  die  't  na  Muller  nog  eens  beproefl.  nieuwe  gegevens  moet  hebben  voor 
dien  herhaalden  arbeid.  Ik  geloof  dat  ik  het  met  eenig  goed  gevolg  kan 
ondernemen  en  dit  zal  mij  des  te  beter  gelukken,  omdat  ik  het  bezwaar 
hier  even  geldend  vind,  als  toen  ik  het  bij  den  Lusthof  van  Momus 
uitsprak,  dat  n.1.  een  engelsch  werk  van  onze  hollandsche  prenten  een 
uitvoeriger  verklaring  geven  zou  dan  wij  zelf.  Ik  heb  mij  de  moeite  ge- 
trooist  Mullers  beschrijving  te  vergelijken  met  die  van  Stephens,  Cat. 
Brit.  Mus.  No.  1612  tot  1693  en  vond  daarin  aanleiding  te  over  om 
aan  te  vullen,  te  verbeteren  en  mede  te  deelen  wat  Muller,  die  trouwens 
wel  naar  Stephens'  werk  verwijst,  gedeeltelijk  of  in 't  geheel  niet  vermeldt. 
De  volledige  titel  van  den  eersten  druk  van  't  werk  is: 
,.Het  groote//  tafereel//  der  dwaasheid,//  Vertoonende  de  opkomst, 
voortgang  en  ondergang//  der  Actie,  Bubbel  en  "Windnegotie,  in  Vrank- 
ryk.// Engeland,  en  de  Nederlanden,  gepleegt  in  den//  Jaare  MDCCXX.// 
Zynde  een  Verzameling  van  alle  de//  couditien  en  projecten//  Van  de 
opgeregte  Coinpagnien  van  Assurantie,  Navigatie,  Commer-//  cie.  &c.  in 
Nederland,  zo  wel  die  in  gebruik  zyn  gebragt,  als//  die  door  de  H.  Staten 
van  eenige  Provintien  ^yn  verworpen://  Als  meede//  konst-plaaten.// 
comedien  en  gedigten.//  Door  verscheide  Liefhebbers  uytgegeeven,  tot 
beschirapinge  deezer  verfoeijelyke  en  be//  drieglyke  Handel,  waar  door 
in  dit  Jaar.  verscheide  Familien  en  Persoonen  van//  Hooge  en  Lage  stand 
zyn  geruïneerd,  en  in  haar  middelen  verdorven,  en  de//  opregte  Negotie 
gestremt,  zo  in  Vrankryk,  Engeland  als  Nederland.// 


Digitized  by 


Google 


234 


GROOT    TAPKRBKL    DEE   DWAASHEID 


1720 


Zo  lang  den  Qier'ge  Meoscb 

Is  Toorziea  van  geld  en  goed, 

Krygt  den  Bedrieger  tog  zyn  wensch, 

Waut  hem  de  Gierge  en  Onnooz'le  altyd  voed. 

G-p  e\-c)  6-p  6"|"c)  e\-c> 

Gedrukt  lot  waarschouwinge  voor  de  Nakomelingen,  iu  't  noodlottige 
Jaar.//  voor  veel  Zotte  en  Wyze.  1720." 

Van  dit  zeer  bekende  werk  in-fo1.  dat,  blijkens  de  exemplaren,  die  tot 
heden  toe  telkeos  en  telkens  weder  aan  de  markt  komen,  in  grooteu  getale 
gedrukt  en  herdrukt  is,  zijn  mij,  evenals  Muller,  vier  verschillende  staten 
van  den  titel  bekend,  alle  hier  aanwezig  en  te  herkennen  aan  de  volgende 
afwijkingen: 


Ie  uitgave 

2e  uitgave 

3e  uitgave 

4e  uitgave 

4«  reg.  v.b, 

,  ondergang 

ondergang  der 

ondergang  der 
Actie, 

ondergang 

5e       „ 

Vrankryk, 

Vrankryk,  Eoge- 

Vrankryk,  En- 
geland, en 

Vrankryk, 

10e       ,. 

Commer- 

Commercie, 

Commercie.  &c. 

Commer- 

He       ,, 

als 

als  die 

als  die  door  de 

als 

13e       ., 

Als  meede 

als  meede 

als  mede 

Als  meede 

15e       „ 

gedigteu, 

gedigten, 

gedigteu, 

gedigten 

16e       „ 

uitgegeeven 

uitgegeeven 

uitgegeven 

uitgegeeven 

deezer 

deezer 

dezer 

deezer 

18e       , 

gerumeerd, 

geruineerd. 

geruineerd, 

geruineerd, 

22e       „ 

tog 

tog 

tot 

tog 

23e       „ 

Onnooz'le 

Onnooz'le 

OnnozMe 

Onnooz'le 

24«       „ 

Jaar, 

Jaar, 

in 't 

Jaar, 

De  eerste  en  tweede  uitgave  hebben  de  vijf  T-vormige  figuurtjes  naast 
elkander  als  fileet  onder  het  4-regelig  versje;  de  derde  heefl  zes,  vier 
en  drie  eikeltjes,  in  driehoekigen  vorm,  onder  elkaar;  de  vierde,  (eene, 
naar  mijn  meening  zeer  late,  maar  getrouwe  kopie  van  den  titel  der 
eerste  uitgave)  een  ornamentje  uit  één  stuk  en  2  cM.  breed. 

Daar  ik  voor  de  afzonderlijke  stukken  in  boekdruk  menigmaal  te 
verwijzen  zal  hebben  naar  den  tekst,  komt  't  mij  wenschelijker  voor 
dezen  eerst  bij  die  afdeeUng  te  behandelen  en  d^s  op  de  beschrijving 
der  platen  en  bij  prenten  van  dit  merkwaardige  boek  te  doen  volgen. 
Aan  die  plaatbeschrijving  ga  echter  een  en  ander  vooraf,  wrat  door 
tijdgenoot  en  nakomeling  over  deze  zaak  is  geschreven.  Ofschoon  't  mijn 
doel  niet  kan  zijn  en  'ter  de  plaats  niet  voor  is  in  dezen  katalogus  een 
bibliografie  van  dit  onderwerp  te  geven,  mogen,  tot  een  rechte  kennis 
van  de  omstandigheden,  waaronder  al  deze  spotprenten  en  paskwillen 
het  licht  zagen,  wel  eenige  uittreksels  medegedeeld  worden  uit  de  werken 
van   enkele   auteurs,   en   de   eerste   welke  dan  aan  't  woord  komt,  is  de 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFKRSEL   DER    DWAASHEID  235 


maandbladschrijver  bij  uitoemendheid  van  dien  tijd,  die  in  den  Ettropische(H) 
Mercuriuê  XXXIe  Stuk  I  Deel  (bl.  211)  Amsterdam  1720,  voor  'teerst 
spreekt  over  't  deel  dat  Holland  aan  de  algemeene  bubbelkoorts  kreeg 
in  de  maand  April  van  dat  jaar.  Hij  doet  dit  met  de  volgende  weinige, 
maar  veelzeggende,  woorden:  „Men  behoeve  niet  te  denken,  dat  dezen 
Handel  binnen  En^/eland  alleen  bepaald  bleef;  verre  daar  van  daan,  zy 
kwam  ten  eersten  na  Holland  met  een  zeort  van  een  Orcaan  over  vliegen, 
en  speelde  fraay  den  beest  op  de  Amsteldamsche  Beurs,  en  in  \Fraiuche 
koffy-Huys  in  de  Kaherstraat,  waar  door  men  groote  verandering  be- 
speurde in  de  Menage  van  veel  Perzonen,  na  dat  zy  met  deeze  Wind- 
negotie  veel  wonnen,  of  verloren." 

In    dit    eerste    deel    vond   de    uitgever   het   oirbaar   het   portret   van 
Law  op  te  nemen;  de  schrijver  voegt  er  (bl.  239)  bij  dat  hij 't  woord,  dat 
Joseph   Scaliger  op   de    ,,prodigieuse   geleerdheid   van  den  jongen  Heer 
Hugn   de  Oroot  beliefde   toe  te  passen.  .  .  .  ..Monstrum  sine  vitio\  niet 

al  te  nauw  voor  Law  zou  durven  doen  gelden. 

In  i  Sen-m  Dertigste  Stuk.  Tmeede  deel.  (bl.  94.)  wordt  tden  schrijver 
een  beetje  te  erg  met  der  Hollanderen  dwaasheid.  Hij  schrijft:  ,,8ta 
Lezer,  en  ziet  hier  te  gelyk  met  schrik  en  verwondering,  't  geen  uwe 
Voorvaderen  in  deeze  Landen  nooit  gezien  hebben,  en  't  welk  uwe  na- 
komelingen veel  ligt  niet  zullen  zien,  en  naauwlyks  konnen  geloven! 

Het  was  ons  Land  niet  genoeg,  dat  het  t'zedert  eenige  jaaren  zo 
greetig  en  onverzadelyk  de  kwade  Zedens  en  Gewoonten»  van  Vrankryk 
en  Engeland  hadde  ingeslokt.  en  daar  zig  zo  smoorlyk  tot  haar  uyterste 
bederf  op  verslingerd;  o  neen!  te  dezer  tyd  moest  men  nog  verdergaan: 
men  moest  op  't  voorbeeld  van  die  twee  genoemde  Koninkryken  in  hoope 
van  een  ingebeelde  winst,  een  ydele  Windhandel  in  Papieren  begonnen 
te  doen:  men  hadde  naauwlyks  een  stukje  van  de  Fransche  Miêsisipische 
Pastey  geproeft,  en  zyn  mond  aan  een  Hachet  van  de  Eng elsche  Zuid- Zee 
Compagnie  Actiën  gezet,  of  men  was  die  naburige  Volken  nydig,  dat 
men  hoorde  dat  daar  zo  veel  geld  mede  gewonnen  wierd,  zonder  eens 
te  beseffen,  dat  daar  aan  de  eene  kant  gewonnen,  aan  de  andre  ook 
verloren  moest  worden. 

Men  kwam  dan  eerst  voor  den  dag  in  Amsterdam,  die  Koningin  van 
I^ederland,  met  een  Project  van  een  Compagnie  van  Assurantie,  daar 
men  publieke  gedrukte  opstellen  over  al  van  zag  hangen:  maar  de 
Heeren  van  de  Regeering,  ziende  dat  zodanig  een  werk  ten  uiterste 
srhadelyk.  ja  ten  eenemaal  ruineus  voor  de  reéle  Negotie  was,  sloegen 
dit  cordaat  af,  en  stremden  deszelfs  voortgang. 

Dog  wat  gebeurt  er?  konden  deze  Uitvinders  hier  niet  te  regt  raken, 
zo  dagten  zy,  dat  zy  wel  iemand  vinden  zoude,  welken  deze  kost  zoude 
smaken:  zy  vervoegden  zig  na  Rotterdam^  daar  zy  ten  eerste  welkom 
waren,   al  zoude  bet  maar  geweest  hebben  uyt  jalousye  tegens  de  eerst 


Digitized  by 


Google 


236  GROOT   TAFEBBKL   D£E   DWAASHEID 


1720 


gemelde  Stad,  om  (waar  bet  mogeljk)  haar  bier  mede  wat  afbreuk  te 
doen :  en  men  reguleerde  tyd  en  plaats,  om  bet  geld  der  Intekeningen  te 
ontfangen:  ten  dien  einde  zag  men (een)  Project  voorden  dag  komen." 

Hoe  Rotterdam  tot  op  den  buidigen  dag  nog  geen  spijt  beefl  van  zijn 
opgericbte  compagnie  beb  ik  in  bet  Botterdamsch  Jaarboekje.  Zesde  jaar- 
ganrj.  Rotterdam  1899,  tracbten  uiteen  te  zetten  en  voor  'tgeen  de 
Mercuriw  nu  verder  daaromtrent  bevat,  verwijs  ik  naar  dat  opstel. 
Dit  eerste  door  bem  medegedeelde  „project"  werd  gevolgd  door  die  van 
alle  steden,  welke  een  compagnie  opricbtten  en  een  groot  deel  van  dit 
„Stuk"  van  den  Mercurius  ia  er  mede  gevuld. 

Op  biz.  201  seq.  geefl  bij  dan  verder  de  volgende  bescbou wingen  er 
over  ten  beste: 

..Was  nu  dit  fraye  spelletje  door  de  Nederlanden  in  Holland  begonnen, 
het  scbeen  te  dezer  tyd  of  het  zelve  aldaar  ook  moeste  eindigen,  en  de 
vermaarde  Stad  en  Vesting  Woeiden,  gelegen  aan  de  Rhyu,  tusschen 
Leiden  en  Utregt,  was  de  laatste  van  alle,  die  men  een  Compagnie  zag 
uitschryven:  dewelke  genaamt  wierd  een  Compagnie  van  Assurantie, 
Commercie,  en  Beleening:  deze  zoude  bestaan  uit  een  Capitaal  van  zes 
Millioenen  Guldens,  verdeelt  in  6000.  Actiën,  é.  1000.  QuldenS  ieder:  Met 
deze  penningen  zoude  men  by  provisie  aanvangen,  de  Negotie  vnn  Hennip, 
Manufacturen  van  Zeildoek,  't  slaan  van  Kabels  en  Touwwerk,  als  meede 
van  Kaas,  Pannen,  Tichels  &.c.    Alle  te  zamen  zeer  fyne  waren! 

Men  moet  bier  egter  aanmerken,  als  dat  Amsterdam,  Haarlem  en 
Leiden,  bet  opregten  van  eenige  Compagnien,  van  wat  naam  die  ook 
mogten  zyn  geweest,  niet  geduld  hebben. 

Zy  considereerden  aan  de  eene  kant  wel,  dat  dit  zeer  schadelyk  was, 
voor  's  Lands  Welvaard  en  de  Reële  Negotie,  dog  aan  de  audre  kant 
waren  zy  niet  in  staat,  om  den  Handel  daar  in,  onder  zo  veele  vreemde- 
lingen, als  men  voornamentlyk  in  de  eerste  Stad  bevond,  te  konnen 
beletten  of  stuiten. 

Men  zag  te  dezer  tyd  al,  dat  het  met  deze  Actiën  zeer  slegt  stond 
af  te  lopen,  en  met  die  der  kleine  Steden  van  Zuid-  en  Noord  Holland, 
zag  het  'er  reets  zo  jammerlyk  uit,  dat  men  ze  genoegzaam  niet  kwyt 
koude  worden,  al  hadden  de  Eigenaars  zelfs  Geld  willen  toegeven. 

Het  geineene  Volk,  altyd  tot  wat  nieuws  genegen,  had  in  het  eerste 
in  dezen  Handel  wat  smaak,  dewyl  men  zelf  onder  haar  eenige  vond, 
die  met  een  klein  zommetje  van  een  twintig  d  vyf  en  twintijr  Guldens 
beginnende,  daar  een  twee  é  drie  duizent  Guldens  mede  wonnen,  maar 
wanneer  zy  eindeh^k  begonnen  te  zien,  dat  deze  Negotie  zo  nadelig  was 
voor  alle  handwerken,  reële.  Koopmanschappen,  Winkelneringen,  en  alle 
eerlyke  wezentlyke  Kost  winningen,  zo  begon  haar  dit  vry  wat  tegens 
de  borst  te  wezen,  en  in  de  krop  te  steken :  Opgeschote  jongens  en 
volwasscbe   Mansperzonen,   voegden  zig  publiek  tusschen  de  Actionisten 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL   DER    DWAASHEID  237 

in,  kof^ten  en  verkoglen  met  eikanderen,  met  veel  g'ebaarroakingpen, 
quanswijs  ook  Actiën:  aan  Liedtzangfers  en  Straatschreeuwers  was  mede 
peen  gebrek,  die  dnaglyks  met  nieuwe  dennen  en  hekelschriften  de  Pas- 
santen de  ooren  vermoeyden.  yder  zogt  door  een  nieuw  uytgevonde 
Strnatlibe]  of  vreemdtbedagten  Titel,  mede  een  veeg  uyt  de  Pan  te 
krygen,  hier  schreeuwden  'er  een  dat  het  door  de  ooren  gilde:  De 
Roskam  der  Actionisten ;  op  een  andere  plaats  weer  een  ander:  de  Acti- 
onisten  in  de  Rouw.  de  Bankeroetiers  Wafjen  na  Vianen.  Loop  an,  Loop 
(tn,  en  diergelyke  staaltjes  meer. 

Veele  boekwinkels  zagen  'er  door  de  menigvuldige  uytgekomeGedigten 
en  Spotprenten,  die  om  en  aan  de  deuren  woeyen,  uyt.  als  of  ze  een 
schets  van  de  met  wimpels  en  vlaggen  gestoffeerde  Haagse  Hof-Zaal 
wilden  vertoonen.  Zelfs  manqueerde  de  Schouwburg  mede  niet,  haar 
deel  van  deezen  Windthandel  te  trekken,  want  men  vertoonde  te  dezer 
tydt  op  dezelve,  met  een  ongelooflyke  toeloop  tot  veertien  agter  een 
volgende  reyzen,  en  zelfs  op  ongcwoone  dagen  zekere  klugt,  met  de 
naam  van  Quincanpoix  of  de  Windthandel,  werdende  gevolgt  van  nog 
een  andre  frats  nvt  het  Theater  Italien  ontleeudt,  onder  den  tytel  van 
Harlequyn  Actionist,  die  al  mede  met  veel  toejuychingontfangen  wierdt. 

Vervolgens  kwam  het  zo  verre,  dat  te  Amsterdam  des  avonds  voor 
zeker  Coffihuys  in  de  Kal  verstraat,  daar  dezen  Handel  sterk  wierd  ge- 
dreven, en  om  die  reden  gemeenlyk  Quincanpoix  genaamt,  zeer  veel 
gemeen  volk  vergaderden,  aldaar  alle  de  glazen  uytgooyden,  en  de  deur, 
die  toegesloten  was,  om  alle  onheylen  voor  te  komen,  openramden, 
't  welk  nog  verder  gegaan,  en  veel  ligt  kwader  uytslag  hadden  konnen 
gehad  hebben,  by  aldien  de  Justitie,  van  de  Ratel  wagts  verzelt.  daar 
by  tyds  niet  hadden  tusschen  gekomen. 

Ja  de  Ed.  Gr.  Agtb.  Heeren  van  den  Geregte  der  zei  ver  Stadt.  namen 
deze  zaak  en  gepleegde  hostiliteyt  zodanig  ter  herten,  dat  ze  des  Zondags 
daar  aan,  extraordinair  vergaderden,  des  namiddags  om  vier  uuren,  het 
volgende  Placcaat  publiceerden,  en  des  avonds  deeden  affigeeren. 

„Also  myne  Heeren  van  den  Geregte"  enz.  hier  volgt  in  exten.so  de 
onder  de  gedrukte  stukken  hierachter  vermelde  Publicatie,  meteen  tweede, 
welke  daarna  afgekondigd  werd,  verkleind  te  zien  op  de  platen  Muller 
No.  8553  en  3562  als  aangeplakt  aan  het  koffiehuis  Quincanpoix. 

„Te  dezer  tyd"  (zoo  gaat  de  Mercurius  voort)  „deden  de  Heeren  Bur- 
germeesteren dezer  Stad  ook  boven  ontbieden  de  O  verluiden  en  de  voor- 
naamste geswoore  Makelaars,  aan  dewelke,  voor  hun,  en  hunne  mede 
Gilde-broeders  zeer  scherp  en  striktelyk  geinjungeert  wierd,  zig  in  geen- 
derhanden  manieren  direct  of  indirect  met  deze  Wind-Negotie  te  bemoeyen, 
daar  in  eenigen  handel  te  dryven,  of  de  minste  parthye  niet  te  sluiten, 
op  poene,  zo  zulks  aan  den  dag  kwam,  de  zodanige  van  zyn  Maaklaars 
plaats  verstoken   zoude   zijn.    Men   hernieuwde  ook  ten  dien  eynde  een 


Digitized  by 


Google 


238  GROOT   TAFBRBBL   DER   DWAASHEID  1720 

Plakkaat  tegens  de  BeunhozeD;  zvnde  van  dezen  inhoudt.   Mjne  Heeren 
van   den   Geregte   der  Stad  Amsterdam  ondervindende'',  enz. 

„Het  ia  onmoog-lyk  te  beschryven.  hoe  veele  Lieden  van  aanzien,  en 
brave  Koopliedens,  die  met  hunne  zekere  winsten  in  de  wezentlyke 
Neg'otie  niet  te  vreede,  zig  in  deeze  Wind  kraam  hebben  gestoken,  deeri yk 
zyn  geruineert  geworden,  en  daar  veel  ligt  ons  Land.  en  wel  voorna 
mentlyk.de  Amstfrdamze  Beurs,  bedroefde  gevolgen  nog  van  zal  gevoelen. 

Het  een  en  'tandre  hielp  het  onbezuyst  gewoel  een  weynig  aan  't  be- 
daren, en  de  Winden,  die  zulke  verwoestingen  gemaakt  hadden,  aan 
"t  leggen:  doch  om  deeze  gedenkwaardige  beweeging  en  ongehoorde 
schokking  der  Negotie,  aan  de  Nakomeling  te  doen  weten,  en  bekent 
te  maken,  door  welke  een  wyze  voorzorge  de  voortgang  van  dit  quaat 
gestuyt  is,  heed  zeeker  gezelschap  van  Liefhebbers  onder  den  anderen 
ontworpen,  en  ter  groote  van  een  Ducaton  doen  slaan,  eene  Medallie, 
verbeeldende  Mercurins,  door  een  zoort  van  Harpeyen  aangevallen,  mis- 
handelt, en  gekluystert;  welke  gedrogten  van  Bellerophon  op  Pegazns 
gezeten,  op  'tvertoonen  van  zyn  Schild,  waar  op  men  het  Wapen  van 
Amsterdam  ziet.  verjaagt  werden:  in  de  Lugt  vertoond  zig een  benevelde 
Zon,  en  te  gelyk  'de  Zuyde  en  Weste  Winden,  door  welke  de  Kogge 
dier  Stad,  op  de  baaren  gezold  werd-,  rondsom  staat  Hoc  monstra  repello. 
Hier  mede  verdryf  ik  gedrochten.  En  onder  aan  Anno  memorando 
In  't  Gedenkwaardige  Jaar.  Op  d'  andere  zyde.  heeft  men  dit  Op-schrift, 
Posteritati.  mercatvra  ab  ignoto  monstrorvm  genere  provido  consilio 
liberata.  M.D.CO.XX.  Dat  is:  ..Aan  den  Nakomeling.  Den  Koophandel 
van  onbekende  Gedrochten  door  voorzigtigen  Raadt  bevrydt.  M.D.CC.XX. 

En  vermits  wy  de  uytvinding  niet  onaardig,  aan  de  zaak  voldoenendt, 
en  beeter  dan  alle  de  voorgemelde  Spot  printen,  en  een  onnoemlyk  getal 
Schimp-  en  Hekel-d igten.  agten,  deelen  wy  dezelve  aan  de  Lezers  in  de 
bygevoegde  Printverbeeldiug  mede. 

„En  sluyten  met  dees  Print 
't  Gewoel  van  al  dien  windt." 

Ofschoon  de  geschiedschrijver  in  1720  met  het  bovenstaande  reeds  afischeid 
genomen  had  van  ., 't  Gewoel  van  al  dien  windt"  worden  in  het  eerste 
deel  van  den  Mercurius  van  1721.  op  blz.  13—14  nog  enkele  regels  aan 
den  Aktiehandel  gewijd  en  bij  't  herdenken  van  deze  groote  dwaasheid, 
waardoor  ,.de  Pilaren  van  de  Amsterdamsghe  Beurs  nog  t'  sidderen", 
deed  het  hem  goed  dat  „men  deeze  Windhandel  wat  aan  't  bedaren 
komen"  zag,  ,.'tgeene  te  wenscheu  waare,  dat  zo  mag  continueeren". 
In  't  tweede  deel  van  dat  jaar  deelt  de  schrijver  op  bl.  58  met  groote 
ingenomenheid  mede  dat  de  StatenGeneraal  tegen  11  Juni  1721  een 
Dank-,  "Vast-  en  Bededag  uitgeschreven  hadden,  óók  noodig  om  do 
„vermindering  van  neering  en  kostwinuing.  door  die  verfoeijelijke  Actie 
-drift  in   het   voorleden   Jaar   veroorzaakt,"    welke    Biddagsbrief  in  xijn 


Digitized  by 


Google 


1730  GROOT   TAFEREEL    DER    DWAASHEID  239 


geheel  door  hem  wordt  opgenomen  en  hiermede  stapt  de  auteur  van  den 
Mercurhis,  nu  voor  goed,  van  den  windhandel  af. 

Ook  David  van  Hoogstraten  en  Jan  Lo<iewyk  Schuer  hehben  in  het 
eerste  deel  van  het  Groot  algemeen  historisch,  geoffraphisch,  genealogisch 
en  oordeelkundig  woordenboek.  Amsterdam . . .  1783..  gewoonlijk  slechts 
naar  den  eersten  genoemd,  hijna  vier  folio-bladzijden  aan  deze  wind- 
negotie  gewijd.  In  veel  opzichten  blijkbaar  ontleend  aan  den  MercuriuSy 
is  wat  zij  er  over  schreven,  weder  door  J.  Kok  in  zijn  Vaderlandsch 
noordenhoek,  grootendeels  letterlijk,  overgenomen.  Om  niet  in  herhalin- 
gen te  komen,  meen  ik  met  de  vermeMing  van  Hoogstraten^  werk 
te  kunnen  volstaan,  terwijl  ik  uit  Kok.  die  (in  Deel  I.  blz.  205  seq.) 
twintig  bladzijden  aan  den  windhandel  wijdt,  enkele  regels  overneem. 
De  eerste  vier  bladzijden  van  dit  artikel  geven  een  overzicht  van 
't  geen  aktiehandel  is  en  van  de  inheemschheid  van  deze  wijze  van 
koopmanschap.  Daarop  volgt  een  kort  verhaal  van  de  bubbelnegotie  in 
Frankrijk,   waarop   de  gang  van  zaken  in  Nederland  wordt  geschetst  en 

uit   dit   deel    van   zijn  plagiaat  neem  ik  't  volgende  over:  (bl.  221) 

Groot  was  het  ge.schreeuw,  van  nieuwe  uitrustingen  van  Scheepen;  van 
nieuwe  Kommerden ;  van  't  ondekken  •  van  nieuwe  landen ;  het  graven 
van  Graften  en  Kanaalen;  oprichtinge  van  nieuwe  Fabrieken,  enz.  even 
als  of  'er  een  nieuwe  waereld  uit  den  grond  zou  te  voorschijn  komen, 
bezaaid  met  Inwooners,  die  alle  die  nieuwe  Producten  op  'tgreetigst 
zouden  verslinden.  Door  dit  alles  was  de  beweeging  te  Rotterdam  en 
Amsteldam  ongemeen  groot,  bijzonder  in  laatstgenoemde  stad.  De  beurs, 
hoewel  alle  andere  negotie  scheen  verbannen  te  zijn,  was  te  klein;  de 
Actionisten  begaven  zig.  met  hoopen,  naar  den  Dam,  en  verder  in  de 
Kal  verstraat,  die,  in  navolging  van  Parijs,  den  naam  van  Quimquampoix 
kreeg,  en  door  't  gedrang,  bij  nacht  en  dag,  ondoorgangelijk  was;  .  .  . 
Door  de  drift  om  geld  te  winnen,  waren  de  Actionisten  als  dolle  men- 
schen  geworden . . .  Zommige  Actionisten  hielden  Visscherspinken,  die 
niets  deeden  dan  van  Holland  naar  Engeland  heen  en  weder  vaaren,  om 
den  Prijs  der  Actiën  over  te  brengen." 

Zonder  eenige  vermelding  van  bron  neemt  Kok,  tot  slot  voor  zijn 
artikel  bovendien  letterlijk  de  beschrijving  van  den  spotpenning  over, 
waarmede  ook  de  Mercurius  een  zijner  artikelen  over  den  windhandel 
besluit  (Zie  vorige  bladzijde). 

Weer  later  geeft  J.  A.  de  Chalmot.  op  bladzijde  96—101  van  het  eerste 
deel  van  het  Vervolg  op  M.  NoH  Chomel.  Algetneen  huishoudelgk-^ 
natuur-^  zedekundig-  en  konstwoor  den  boek.  Kampen  1786.  in-4°.,  een  tamelijk 
uitvoerig  overzicht  van  den  windhandel,  ook  echter  gedeeltelijk  weder 
ontleend  aan  den  jEluropische[n)  Mercurius,  enz.  Daar  de  schrijver  zei  f  zijne 
bronnen  opgeeft  en  er  ten  opzichte  der  feiten  niets  nieuws  in  deze  blad- 
zijden voorkomt,  moge  de  vermelding  van  den  titel  hier  volstaan. 


Digitized  by 


Google 


240  GROOT   TAPBRBEL   DBE   DWAASHEID 


1720 


Omtrent  de  verdere  lektuur  over  dit  onderwerp  kan  ik.  behalve  bet 
reeds  door  Muller  terecht  geprezen  werk  van  Laspeyres:  OeschUhte 
der  tolksmirthschaftlichr^n  Ansehauunf/en  der  JSiederldnder  und  ihrer  Litte- 
ratur  2ur  Zeit  der  Repuhlik,  en  het  artikel  van  Prof.  S.  Vissering",  ..Het 
groot  tafereel  der  dwaasheid  1720"  in  De  Gids  van  1856.  I.  Öé-S,  ook 
reeds  door  hera  vermeld,  nog  verwijzen  naar  het  degelijk  Spectatoriaal 
geschrift:  De  Koopman  III.  885  en  V.  225,  naar  Sloet's  Tijdsehrift 
voor  Staathuishottdkunde  en  Statistiek  XXI.  23.  terwijl  in  het  Pantheon : 
Tijdschrift  tot  verspreiding  van  nuttifje  kennis  .  .  .  jg.  ISB*.  van  de  hand 
van  Mr.  M.  A.  M.  's  Gravesande  Guicherit,  een  goed  geschreven  artikel 
voorkomt  over  ,.De  fransche  wiudnegotie  •  in  het  begin  der  achttiende 
eeuw.",  waarin  met  een  enkel  woord  over  Holland  gehandeld  wordt  en 
naar  De{vï)  Navorscher,  waaruit  ik,  wat  van  eenig  belang  was.  hier 
trouwens  overnam. 

Ook  in  het  buitenland  is  zeker  veel  verschenen  over  deze  spekulatie- 
koorts,  die  het  N.  W.  en  Westelijk  deel  van  Europa  een  tijd  lang  in 
haar  macht  had.     Ik  vermeld  daarvan  hier: 

Ch.  Mackay,  Memoirs  of  extraordinary  popular  delusions  and  the 
Madness  of  Crowds.  Vol.  I.  London  1852.  in-8*. 

In  dit  hoogst  interessante  werkje  zijn  de  eerste  twee  hoofdstukken  aan 
den  windhandel  gewijd.  Ofschoon  meer  rechtstreeks  doelende  op  dien 
handel  in  Frankrijk  en  Engeland,  is  ons  land  er  niet  in  vergeten,  terwijl 
er  enkele  prenten  uit  het  Tafereel  der  dteaasheid  in  werden  gerepro- 
duceerd. De  opschriften  der  hoofdstukken  zijn :  ,.The  Mississippi  scheme." 
en  „The  South-sea  bubble.'*  terwijl  er  verkleinde  kopiën  in  voorkomen 
van  „Hotel  de  Soissons''  enz.  (N.  b.  M.  No.  3610  hierna)  als  titelplaat; 
op  den  titel:  „The  bubblers'  arms",  een  gedeelte  van  „The  Bnbbers 
Mirour"  Stephens  No.  1620.  Als  vignet  boven  het  eerste  opstel  het 
portret  van  Law  ten  voeten  uit  (Muller  No.  3637),  bl.  26  ,-,Law  as 
Atlas."  (Muller  No.  354^);  bl.  40  ,,Law  in  a  car  drawn  by  cocks." 
(Muller  No.  3581). 

Ofschoon  Muller  het  „Register"  onder  de  bijprenten  opneemt  (Muller 
No.  3610)  geloof  ik  dat  het  beter  op  zijn  plaats  is  aan  't  begin  der  be- 
schrijving van  al  de  daarin  genoemde  prenten  en  laat  ik  het  daaraan  dan 
ook  voorafgaan. 

3463.    „Register   van   alle   de  Printen  die  op  de  Actiehandel  zyn  uytge- 
komen  in  Jaar  1720." 

Inschrift  in  een  lint,  vastgehouden  door  een  uil  met  Neptunusvork  links- 
en een  aap  met  spade  rechts  bovenin  het  randwerk,  dat  de  gegraveerde 
lijst  der  platen  omgeeft.  Dat  randwerk  is  geheel  verschillend  van  de 
later  voor  het  Dwergentooneel  gebruikte  (zie  Muller  No.  3695  hierna). 
De  attributen  hier  aangebracht,  doelen  meereodeels  op  de  artikelen,  die 
de   kompagnien   als   voorwerp   hunner   spekulatie  opgaven.    Zij  hangen 


Digitized  by 


Google 


1790  GROOT  TAFBRBIL  DBR   DWAA8HBID  241 


alleo  amn  een  Imt,  het  eerste  links  bovenaan,  vertoont  een  pak,  waarop 
een  hen,  met  den  atrechtschen  Dom  (niet  een  kippenhok  zooals  Stephens 
opg;eef^  achter  zich.  In  den  rechterbovenhoek  naast  den  Domtoren: 
„Utrecht'*  en  daaronder  nog  eenige  letters,  waarvan  „W  B  V  8"  duidelijk 
zichtbaar  zijn.  Bteeds  omlaag*  gaande  volgen  nu  een  blaasbalg,  drie 
haringen,  een  kal&kop.  een  schild  waarin  „1720",  een  blaas  met  wind 
gevuld  en  een  kool.  Rechts,  ziet  men,  van  boven  naar  beneden,  eerst, 
evenals  links,  een  pak  (aktiën?);  dan  een  blaas  met  wind  gevuld;  een 
hoorn,  een  varkenskop,  een  kan,  glas  en  flesch,  een  blaasbalg  en  een 
bos  wortelen.  In  den  ondersten  rand  is  in  *t  midden  een  mannenkop 
a%ebeeld,  die  twee  pijpen  rookt,  waaruit  een  massa  rook  voortkomt; 
rechts  gaat  een  rat  in  den  val,  links  liggen  een  drietal  kazen.  Dat  *t  geheel 
een  satire  bedoelt  op  den  windhandel,  blijkt  uit  het  meerendeel  dar 
attributen  duidelijk. 
Van  dit  register  zijn  hier  zes  staten  aanwezig: 

ij    Met  vermelding  van  47  platen. 

*       „  „  V    56      ., 

c       „  „  V    66      „ 

d      „  „  „    «7      „ 

<J       n  V  „    74      „ 

J         »>  it  1?      '4       „ 

Voor  al  deze  staten  is  dezelfde  koperplaat  gebruikt  Ligt  voor  de  eerste 
v^f  *t  verschil  vooral  in  het  getal  der  platen,  er  is  ook  nu  en  dan  éen 
der  prenten  van  plaats  verwisseld  en  een  enkele  komt  slechts  in  één  of 
twee  staten  voor.  Het  onderling  verschil  dat  daardoor  in  de  gegraveerde 
registers  ontstond,  is  in  het  volgende  staatje  aangegeven: 

TITEL  DBR  PLAAT.  a  h  C  d  €  f 

Inventeur  der  Windnegotie 29        29        20        29        —        46 

Bombarie  actionist...  twede  Tonneel    —        —        —        —        29        29 
Harlekin  en  Bombarie  in  den  Rouw    46        50        50        50        60        50 
De  Stervende  Bubbel  Heere,  enz.  .    47        46        46        46       —        72 
Bombario    O  dood  . . .   met  Veran- 
dering     —        —        —        —        46        — 

De  Wortel  en  Besse  Poeteljon  ...    —        47        47        47        47        47 

Madame  Lauw —        —       —        —        72        — 

Omtrent  den  staat  /  der  beide  registers  van  74  platen  moet  ik  nog 
mededeelen,  dat  deze  meest  door  mij  gevonden  is  als  laatste  plaat  in  de 
uitgave  van  't  „Groot  tafereel",  met  den  vierden  staat  van  den  titel 
(zie  bl.  234)  er  voor,  een  editie,  die,  in  tegenstelling  met  de  overige,  bepaald 
in  eens  als  boek  uitgekomen  is,  zooals  uit  de  volkomen  gelgkheid  van 
't  papier  en  de  gclfjke  grootte  der  vellen  duidelijk  blijkt. 

In  het  bezit  van  den  heer  van  Dam  van  Noordeloos  to  Rotterdam  was, 
volgens  dient  mededeeling  (Navorscher  XVI L  278)  een  register  waarop 
!▼  16 


Digitized  by 


Google 


242  GROOT   TAFERSBL   DER   DWAASHEID  1720 


slechts  64  platfen  voorkwamen;  Muller  twijfelt  bij  de  ▼ermelding'  van 
deze  variant  echter  aan  't  bestaan  daarvan ;  die  met  65  prenten  zag  hij 
alleen  in  een  exemplaar  van  den  beer  C.  J.  van  Leeuwen  te  Woerden. 

Door  Stephens.  Cat.  Brit.  Mus.  No.  1636  (niet  1637  zooals  Muller 
heeft),  worden  drie  staten  vermeld,  met  47,  65  of  74  platen,  de  laatste 
is  staat  f.  wijt  daarop  de  „Stervende  Bubbelbeer"  als  No.  72  voor- 
komt. 

8464.  —  1.  ,.Kere-titel,  of  Gordijn  voor  het  schouburg  der  actie 
-Tafereelen,  beschildert  met  de  actie-winkel  des  Groenen  en  Dorren  tyds, 
Of  spiegel  des  papieren  waerelds. ' 

Opschrift  boven   vijf  kolommen   in  boekdruk,  waarvan  de  eerste  helft 
wordt   ingenomen   door   een   58regelig   vers,   aanvangende:    „De  Jeugd 
juichte   om   de   blyde  Tyd,"  enz.,  en  waarin  met  den  windhandel  gespot 
wordt  en  de  laatste  helft,  onder  het  aizonderlijk  hoofd:    „Lyst  der  actiën 
in  deeze  winkel  te  koop.",  allerlei  zotte  titels  voor  die  aktién  mededeelen. 
Deze   tekst   staat   onder-   en   geeft  in    het   vers   tevens  de  verklaring 
van   een   gravure   kl.   in-8".,  door  J.  Folkema  naar  A.  Houbraken,  gevat 
in   een  bepaald  voor  dit  prentje  vervaardigd  randwerk  in-fol.,  evenals  dat 
van  No.  3458,  niet  voorkomend  in  't  Dwergentooneel  een  serie  van  prenten, 
hierachter  nader  beschreven,  en  bestaande    uit  lofwerk,  waaraan  verschil- 
lende voorwerpen  zijn  opgehangen  of  toegevoegd,  allen  met  één  of  meer 
bijschriften.  Midden  bovenin  is  een  ossekop  afgebeeld,  met  het  opschrift: 
„Ik  ben  de  Hopman  van  de  dommen 
Doch  won  d    aardoor  van  Vossen  groote  sommen". 
Daaronder  een  kinderhoofd  met  baret  op,  (Stephens  noemt  diteeninon- 
niks-  of  priesterkop),  wind  uitblazende,  met  het  onderschrift: 
„Al  blaas  ik  nog  zo  sterk 
Ik  doe  maar-munniks  werk." 
Onder   de   twee   ooievaarsbekken,   die,  als  deelen  van  't  ornament,  aan 
weerszijden  uit  't  lijstwerk  voortkomen  en  waarvan  de  linksche  een  kikker, 
de  rechtsche  een  adder  pakt,  staat  links: 

„Ik  grjp  vast  aas,  doch  ik  voorspel 

Een  onbeHaagelyk  gequel." 
rechts: 

„De  adder,  die  me  is  aanbevoolen 

Maakt  nog  zo  wat  caprioolen". 

Deze  beide  ooievaars  doelen,  óók  blijkens  de  onderschriften,  op  *sGra- 

venhage,   in  'teerste  door  de  groote  H  in  „onbeHaagelyk";^  in  ^t tweede 

door  de   adder,   die   zooals   men    weet,   in  den  bek  van  den  ooievaar  in 

't  wapen  van  den  Haag  ook  voorkomt 

Links  hangt  aan  de  eerste  krul  van  't  ornamentele  lystwerk  een  kooi, 

waarin  een  vogel,  die  zegt: 

„Bed    riegelyk  lok-aas  br    engt  me  in  de  ysre  vlucht". 


Digitized  by 


Google 


17S0 


GROOT    TAFBREBL   DER   DWAASHEID  243 


Verder  volgen  aan  deze  zijde,  van  boven  naar  beneden,  de  yoorwerpen 
en  bijschriften  zooals  ik  ze  hier  opgeef: 
een   bril:    ,,De  actiën  der  Brillen 

Zyn  voor  al  de  oude  lien  te  nut  om  te  bedillen". 
een  kaas.  waarin  een  mes  gpestoken  is: 
^.Men  snyd        de  kaas  te  dik 
Elk  heeft  er      voor  een  schrik*'.  (Stephers:  shrik). 
vijf  haringen:  „Panharing  50  om  een  stuiver", 
een  trom: 

,,'t  Kalfevel  -van        de  actie  trom 
Maakte  meer  als      haar    burgers  dom*', 
een  dwerg,  met  schepnet  aan  een  langen  stok,  bij  wiens  hoofd: 
..Het  zy  ik  vis  of  niet 
't  Blyft  alles  in  't  verdriet"  ; 
bij  het  net  waarmede  hg  eenige  geldstukken  tracht  op  te  visschen: 
„'t  Geld  van  de  grond  weer  op  te  vissen 
't  Zonk  te  diep,  het  zal  my  missen". 
Dit   net  bereikt  de  onderste  lijn  vnn  't  randwerk.  links  daarvan  liggen 
twee   azen    uit   het    kaartspel,    waarboven    drie   vsrkensstaarten  hangen; 
dwars  daar  langs  staat :  ..Hcnne  kaart,  en  zwyne  staart,  zyn  eve  verm  aart". 
Rechts  hangft  ann  't  bovenste  ornament,  evenals  links,  een  kooi,  nu  ledig 
maar  met  sparregroen  omkranst;  't  bijschrift  is: 

„Wech  is  de  vogel  en  maakt  goede  c      ier  met  zyn  Laur      ier". 
welk   laatste   woord,   „Lauwrier",   nog  eens  staat  onder  de  bladeren  ter 
zijde   van    de  kooi  aangebracht;  daaronder  volgt  een  hoorn,  die  met  het 
bijschrift:  „Je  zelt  'er  van",  den  zin:  „Je  zelt  'er  van  hooren" vormt.  Dit 
is   door   Stephens   of,   wat   waarschijnlijker  is.  door  zijn  helper,  niet  be- 
grepen en  ook  niet  vertaald.  Dat  't  tegelijk  een  woordspeling  op  Hoorns' 
„compag'nie"   was   en   een  geëikte  spreekwijze  in  onze  taal  ontging  hem 
geheel.    Verder  volgen: 
een  rol  varinas-tabak:  „Oprecht  amis    foorts". 
zes  wortels:  „Men  moet  de  wortel  va^  'tquaad  uitroejen 

Of  men  zou  de  heele  kraam  verknoejen". 
drie  goudsche  pijpen:  „Onse        winst  is        Rook", 
een  dwergenfiguur  met  spade,  bij  wiens  hoofd: 

,,Kabouter  mannen  moeten  *tmaaken 
Of  men  zal  nooit  ten  einde  raaken" ; 
(dit  doelt  niet  op  de  aktiehandel  in  't  algemeen,  zooals  Stephens  zegt, 
maar  op  Utrecht  en  zijn  kanaal  naar  zee); 
bij  het  blad  der  schop:  „Ik  schey  uit  graven 
Aan  vaart  en  haven". 
Rechts   van  deze  schop,  die  eveneens  de  onderste  lijn  van  *t  randwerk 
bereikt,  hangt  een  druiventros,  waaronder  men  leest: 


Digitized  by 


Google 


244  OROOT   TAFSBBBL   DER   DWAASHEID  1730 

„De  (Iruiyen  zjn  zuur 
Bt  Fransje  buur". 
Tusschen   schop  en   net   is   in  het  ornament  het  naam  „Cyfer        van 
Law" :  een  dooreeng^vlochten  J  en  L  in  recht-  en  spiegelschrift  aange- 
bracht.  (Stephens  g^eefl  onvolledig,  alleen  „L.  L.*'}.  Opditnaamcljferrust 
een  tobbe,  gevuld  met  „Bubbel        Kreeften"  {een  is  er  reeds  uitgevallen); 
boven  de  tobbe  staat:  „De  kreefte  gang  is  al  't  belang".    Onder  't  naam- 
cyfer  liggen  drie  „Engelse   kaelges   met   Cassia'*   (Stephens  noemt  dit 
vuile   eieren   met  Cassia,  't  zijn  echter  ,Trochisci  Cassis';  rechts  daarvan 
een   rat,   die   naar  een   aktie  loopt,  waarop:  „Botte  kost"  is  gegraveerd, 
(zinspeling  op   Rotterdam).    Links  van  de  tobbe  met  kreeften  zijn  boven 
een  gedeelte  van  't  lofwerk,  door  Stephens  als  biezen  (rushes)  verklaard, 
drie  vliegende  insekten  afgebeeld,  met  opschrift:  „Barrebiesjes" ;  ofschoon 
het  als  dubbele   woordspeling  niet  geheel   te   verwerpen  is,   geloof  ik 
toch   dat   „Barre-biesjes"   hier  eerder  beteekent   „kwade   beestjes"   dan 
„kwade  biezen'";   rechts   ervan,   boven   't  ornament   van    wortel  lof  staat: 
„Dorre   Lof  werk".    In   den   linkerbovenhoek    van   den   rand   zijn   drie 
vliegende  zwaluwen  a%ebeeld,  waarboven:   „Met  't  Lot  te  vreen  zyn  we 
in  de  vrye  lucht";  in  den  rechterbovenhoek  drie  dergelijke  met  opschrift: 
„Lichte  voglen  schraal  van  veeren^ 
Konden  't  lichtst  actioneeren." 
Dit  alles  nu  dient  als  omgeving  van  de  eigenlijke  voorstelling,  die  al 
heet  ze  als  eerste  plaat  in  't  voorgaand  „Register"  ook  „Eeretitel"  eigenlijk 
tot  inschrift  heeft:  „Mors  actionum    ultriz  Qraf  kelder  der  Verongelukte 
Actionisten."  terwijl  er  in  een  lint  boven  staat: 

„Een  schoone  Lofkrans  deese  onse  Actie  Winkel  cierd 
Met  planten,  meubilen  en  veelerly  gediert" 
De  prent,  die  bepaald  reeds  vroeger  zonder  randwerk  gebruikt  werd, 
is  door  inschriften  op  den  windhandel  toepassel^k  gemaakt.  In  een  ver- 
trek, waar  tegen  den  muur  „Actiën  in  Blanco"  hangen,  laat  de  Tijdeen 
jonge  vrouw  in  een  spiegel  zien.  Zij  wyst  hem  op  een  inschrift  in  de 
„Geactioneerde  Waereld  "bol,  die  voor  haar  ligt.  Dat  inschrift  luidt:  „ik 
zie  alles  verkeerd".  Over  dezen  bol  ligt  een  slang,  met  den  staart  in  den 
bek,  waarby: 

„De  "Windverkooper  imiteerd 
Dit  dier  het  geen  zig  zelf  verteerd". 
Bovenaan  leest  men  in  den  wereldbol  nog: 
„De  Zon  ging  vrolyk  op 
Maar  drukt  in  't  "Westen  menigs  kop", 
terwijl  er,  alsof  't  beelden  van  den  dierenriem  waren,  twee  menschenhoof- 
den,  één  van  terzijde  en  één  van  voren  gezien  worden. 

In   den   linkerbovenhoek  staat  als  in  een  tegeltableau:     ,.Dese  Winkel 
word  uit  verkoft.  't  Huis  te  huur  terstond  in  te  vaaren." 


Digitized  by 


Google 


bij 

*  vjuygt". 

»» 

„  „kapirolen". 

?1 

„  „windschap '. 

'1 

„  „beknield". 

1> 

„  „meening". 

" 

„  „bewzzen**. 

Mj 

b  .,Waterzugtige". 

., 

„  „Mopoigo". 

„ 

„  „Met  blik". 

,, 

„  ,.Schoooe  Hooftze". 

1730  OBOOT   TAFKRBEL   DER   DWAA8HBID  245 

Gravure  gr.  in-fol.,  z.  n.  ▼.  gr.  (Muller  No.  8536  en  8.  No.  3586, 
Siephens  No.  1688).    Van  deze  plaat  ken  ik  drie  staten: 

a  met  den  tekat  in  v^f  kolommen,  in  boekdruk. 
*    ïi      »,       »      M  "vier        „  .,       „ 

Onderling  verschillen  deze  beide  o.  a.  in  het  vers: 
Titel:  laatste  woord  bij  a  „waerelds"  bij  b  „warelds*. 
Ie  regel  bij  a  ..juichte" 
11e      „     „    „  „kaprioolen" 
16e      „     .,    ,,  „windschat" 
20e      „     „    ,,  „bekneld" 
60e      „     „    „  „meenig" 
55e      „     „    „  „bewyzen" 
in  de  „Lyst  der  actiën"  enz. 

regel    9  bij  a  „Waterzuchtige' 
„     20   „   „  „Moppige" 
„     32   ,,   .,  „Metrblik" 
,,     37   ,.   V  ^Schoone  Hoofse' 
De  slotzin  van  beide  verschilt  op  de  volgende  wijs: 

a.  ..En  meer  andere  welke  zyo//  verschimmeld,  en  zo  over-//  vloedig 
dat  het  grimmeld^/  die  voetstoots  by  heele  la-//  sten  in  't  Pakhuis  en  in 
de//  Hel  zullen  gevyld  worden." 

b.  „£n  meer  andere  welke  zijn  ver-//  schimmeid,  en  zoo  overvloe//  dig 
dat  het  grimmeld,  die//  voetstoots  by  heele  lasten  in  't//  Pakhuys  en  in 
de  Hel  Sullen//  gevuld  worden." 

c  is  op  een  zeer  zwaar  vel  in-plano  getrokken  en  kon  niet  dan  dubbel 
geslagen  in  het  Tafereel  opgenomen  worden,  evenals  b,  in  den  vierden 
druk,  die  ook  wel  dubbel  gevouwen,  maar  toch  op  kleiner  papier 
gedrukt  is.  De  tekst  is  in  hoofdzaak  aan  b  gelijk  en  ook  in  vier 
kolommen,  maar  heeft  o.  a.  in  regel  16.  20,  50  en  55  de  lezing 
van  fl,  terwijl  in .  regel  1  hier,  afwijkend  van  a  en  b  beide,  vj^JfiTte" 
staat.  In  de  „Lyst  der  acUen"  heeft  regel  37  hier  „Schoone  Hoo&e", 
dus  anders  dan  a  en  b]  de  afbreking  der  regels  aan  't  eind  is  ge- 
lijk aan  b;  alleen  heeft  hier  de  vijfde  regel  „zullen'*  in  plaats  van 
„Sullen". 

3453.    „i)    Heer  Jokan   Lauw   Raadsheer   des   Koninhs  en   Controleur 
Oeneraal  der  Finantien  1720." 

Portret  van  J.  Law  ten  voeten  uit,  naar  links,  staande  in  een  tuin,  met 
uitgestrekten  rechterarm  en  in  de  rechterhand  een  papier  waarop:  „Finantie 
is  mê*  goutmijn";  onder  den  linkerarm  den  steekhoed;  een  handschoen 
los  in  de  linkerhand.  Bovenstaand  onderschrift  is,  met  't  volgend  4-regelig 
vers,  gegraveerd  in  den  ondersten  plaatrand: 

„Difs  Lauw  wiens  Mildehand  heel  Vrankrijk  heeft  verguit: 
Door  baatsucht  Scheut  de  Qodt  en  Menschelijke  Wetten : 


Digitized  by 


Google 


246  QROOT  TAFSRBBL   DER   DWAASHBID 


1730 


Den  Jongen  Vorst  onUast  van  Oud  en  nieuwe  Schuit 

En  d'  Onderdanen  van  haar'  laatste  Pistoletten." 

Onder  het  vers  staat  het  grootendeels  uitgeslepen  adres:  ^Isack?  Hou- 
wens"  .,E"(xc.)„Rott*',  het  is  dus  een  reeda  vroeger  gebruikte  preut. 
Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  (N.  b.  M.  of  S.). 

Ik  beschrijf  dit  portret  uitvoerig,  omdat  het  zoo  niet  de  zeldzaamste, 
dan  toch  zeker  een  bijna  nooit  in  het  .,Qroot  Tafereel"  voorkomende 
prent  is.  In  geen  der  talrijke  exemplaren,  welke  mij  ter  vergelijking 
gegeven  zijn,  vond  ik  dit  portret  dan  in  een  overigens  lang  niet 
kompleet  exemplaar  van  den  eersten  druk,  met  een  aanteekening  in 
H.  S.  op  het  schutblad,  waarvan  ik  den  inhoud  hier  om  der  kunositeits 
wil  mededeel: 

..Dit  Boek  Weegens  de  Dwaasheyd  der  Actie  Handel  in  A*.  1720  is 
Toebehoorende  Aan  Jan  Haagen  Coopman  In  Wijnen  Tot  Amsterdam 
Tgeene  wederom  is  gekoomen  aen  Jacob  van  Lie^velt,  in  Trokkade 
voor  Een  Stuk  Schilderij  door  frans  Hals  verbeeldende  Jantje  van 
Scheveninge". 

S466.  —  2.   „M^f   Jean  Law  con®/    du  roy  en  tous  ces  [sic)  qqv}^^   con- 
troleur gnal  des  finances  en  1720." 

Portret  van  Law  ten  voeten  uit.  naar  links,  staande  in  den  tuin  van 
Versailles?  met  waterwerken,  berceaux  enz.  Hij  heeft  hier  den  steek  onder 
den  rechterarm  en  een  stok  in  de  rechterhand;  op  het  papier,  dat  hij  in 
de  linkerhand  heeft,  leest  men:  ..Dico  Ego  mea  opera  Regi."  Gravure 
in  fol.,  door  L.  Schenk,  met  adres  van  P.  Schenk,  bovenstaand  onder- 
schrift en  een  4-repelig  fransch  vers.  in  twee  rijen:  ..Sous  l'Aiiguste  et 
Sage  Regence"  enz.  gegraveerd  in  den  ondersten  plaatrand.  (Muller 
No.  3637,  Stephens  No.  1«45;. 

3457.  —  3.     ,X>Q  Wind  Koopers  met  Wind  Betaald,  of  de  laaste  zal  blyven 
hangen." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  van  een  prent,  die  een  gezicht  op 
de  Beurs  te  Amsterdam  geeft  en  een  open  plaats  voorstelt,  aan  weers- 
zijden en  van  achteren  omgeven  door  een  zuilengang  met  een  gesloten 
verdieping  er  boven.  De  klok  van  hot  torentje  aan  de  achterzijde,  waarin 
..Quinquenpoix"  staat,  wijst  9  uur  aan.  (niet  kwartier  over  negen  zooals 
Stephens  zegt.  daar  er  slechts  één  wijzer  op  is.  gelijk  dit  oudtijds  steeds 
't  geval  was).  Twee  mannen  hgjiden.  midden  op  't  plein,  een  ..Lyst  van 
de  Wind  Negotie."  omhoog,  waarin  een-entwintig  verschillende  aktien 
genoemd  worden.  De  man  rechts  heeft  een  papier  in  de  hand.  «R-aarop : 
„alle  zoort  van  Wind  negotie  te  koop".  Vóór  dezen  een  tweede  persoon, 
in  de  linkerhand  een  langen  stok.  zooals  de  uitleggers  van  kermistableaux 
gebruikten  en  een  papier  op  de  borst,  waarop:  „Ach!  Achl  Ach!" 
Vóór  deze   drie  staan  twaalf  personen,  van  welke  er  elf  een  pcpier  in 


Digitized  by 


Google 


1730  GROOT   TAF8R1BL   DBB   DWAASHBID  247 


de  haod  hebben  met  de  "volgendeiDschriften.  gelezen  van  links  naar  rechts: 
,,Verdoemd  is  die  wint  negotie",  .,Ik  moet  myn  Winkel  late  vaaren*', 
,.ik  kan  niet  Slaape",  ,Jk  heb  O  voor  myn  Project  gekreegen'\  „wie 
heeft  3  P^.  te  leen.",  ,,Ik  ben  geruine  erd  met  die  I|eg.'\  ,,wie  wilbe- 
derflyk  Projecten  koopen'\  „ik  Leef  nog  op  Hoop  \  „twitte  Wambus  sal 
my  deel  zyn",  ,.Ik  heb  van  daag  lOOOO  gl.  gew.',  „in  't  kort  ryk". 
Onder  de  rechtergalerij  hebben  slechts  twee  personen  een  papier  in  de 
hand;  vooraan  één  met  ioachrift:  ,,wy  blyve  allemaal  hange'\  achteraan 
één  achter  de  vierde  kolom,  met  „Bombarie'*.  Links  onder  de  galerij 
eveneens  nog  eenige  personen  met  papieren,  waarop,  van  voren  naar 
achteren:  .,Stroipe  te  Koop",  ,.ach.  wat  ben  ik  ziek",  „Za  na  Viane", 
,^e  na  t  verb.(eter)  H.{uis)",  ,,4  Pt  of  gy  kr.  niet",  „al  door  Lauw". 
In  de  bovenverdieping  van  de  achterzijde  der  Beurs  zijn  twee  nissen, 
waifrin  links  de  Fortuin,  rechts,  volgens  het  vers,  ,.Eidle  Hoop",  staan; 
beiden  strooien  papieren  uit,  alle  met  ioschriften  voorzien.  Op  die  aan  de 
zijde  der  Fortuin  leest  men  „Kragt",  ,,Schoonhyt",  ,,Kindre",  „Rykdom- 
men",  ..lonkhyt'*,  „Eer ',  „Lang  Leeve ",  „Kroone",  „Scepters",  „Geeond- 
heit",  „leugd"  ;  aan  de  andere  zijde :  „koets",  „Schone  myden",  „Vrouwe", 
„goud",  „Kooper",  „Paarde",  .,Silver",  „Goede  Wyn. ',  „Hofeteeden", 
„Leckemy".  „Zyl  lagten". 

Onder  deze  gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  gr.,  is  een  34-regelig  vers  ge- 
graveerd, in  drie  kolommen,  aanvangende: 

„kom  Hecren,  Wevers,  Boeren.  Snyers; 

kom  Mannen,  Weewenaars  en  Vryers 

die  van  het  Spoor  der  Reede  dwaald,"  enz. 
en  ouderteekend:  .,1:  Bombario." 

De  beide  laatste  regels  van  dit  vers  zijn  een  lo&praak  op  de  amster- 
damsche  regeering  en  luiden: 

„Lang  leeven  dan  de  Burger  Heeren, 

die  zulk  bederf  der  Lande  keeren.'* 
Van  deze  prent  zijn  mij  drie  staten  bekend: 

a.  een  exemplaar  in  'tBritish  Museum,  (Stephens  No.  1023)  met  de 
volgende  „Lyst  van  de  Wind  Negotie"  „1.  Oostindische  Comp.  3  West- 
indische  Comp.  3.  Zuyd  Zee.  4.  Banck.  Vaarten  Graaven  5.  Commercie. 
6.  Navigatie.  7.  Assurantie.  8.  Disconteren.  9.  Scheepsbouw.  10.  Traficq. 
Bodemery  11.  Hout  Negotie  13.  Lombaart  13.  Tollen.  Zand  Banken. 
14.  Pagten.  IB.  Zout  Negotie.  16.  Opregten  der  Koopmanschap.  17. 
Coffy.  18.  Cacaü.  19.  Brandewyn.  20.  Groote  Vissery.  21.  Klyne  Vissery 
en.  nog  veel  andere". 

è.  met  dezelfde  „Lyst",  doch  in  plaats  van  de  O.  en  W.  I.  Compagnien, 
welke  woorden  weggekrabt,  doch  gedeeltelijk  nog  zeer  g^oed  zichtbaar 
zijn,  leest  men  nu:  „1  Draf.  2  Spoeling." 


Digitized  by 


Google 


248  GROOT  TAFBRBBL   DBE  DWAASHBID 


1720 


De  prent  in  dezen  staat  is  dus  enkel  een  variant  van  de  Torige  en 
niet  een  toot  dit  doel  geschikt  gemaakte,  reeds  vroeger  gegraveerde 
plaat,  zooals  Maller  vermoedde.  (Muller  No.  3688). 

c,  geheel  als  h..  doch  onder  het  hoUandsche  een  doitsch  vers.  Ik  zag 
dezen  staat,  evenals  den  onder  a.  beschrevene,  in  geen  der  zeer  talrijke 
exemplaren,  welke  ik  ter  vergelijking  kreeg  en  vond  ook  dezen  alleen 
venneld  door  Stephens,  Cat.  Brit.  Muê.  in  de  noot  van  No.  1623. 

In  deze  verzameling  zijn  drie  exemplaren  der  plaat  aanwezig,  die  alle 
van  den  onder  b.  beschreven  staat  zijn,  en  onderling  alleen  in  scherpte 
van  afdruk  verschillen,  Jterwijl  een  van  deze  de  volle  marges  heeft 
en  daardoor  den  geheelen  plaatrand,  die  bij  het  meerendeel  der  inge- 
bonden exemplaren  teloorging  en  waarin  zeker  later  het  duitsche  vers  is 
gegraveerd. 

Dat  de  onder  a.  beschreven  staat  op  verzoek  der  kamers  van  de  O.  en 
W.  I.  Compagnien  gfekonfiskeerd  is  en  dus  *t  spoedig  verzenden  naar 
Engeland  wellicht  oorzaak  is,  dat  het  vermelde  exemplaar  déér  de 
vernietiging  ontkwam,  ligt  dunkt  mij  wel  eenigzins  voor  de  hand. 

Stephens  beschrijft  onder  No.  1625  en  1626  een  omgekeerde  kopie  van 
deze  plaat:  „The  Bubblers  bubbl'd  or  the  Devil  take  the  Hindmost.' 
,De  bedriegers  bedrogen  of  de  duivel  heefl  't  laatste  woord.'  Deze  gelijkt 
dus  veel  op  plaat  5  (No.  8459},  hierna.  Zou  't  misschien  juist  andersom  en 
de  hollandsche  platen  kopiön  van  deze  engelsche  zijn? 

8468.  —  4.    „Kermis   wind-kraamer  en  grossier "  —  „Le  Monopole  des 
Vents." 

Opschriften  boven  een  30-regelig  hollandsch  vers,  in  drie  kolommen 
en  onderteekend  „Q:  Verwonde"  en  een  20-regelig  firansch  vers,  in  twee 
kolommen,  door  „8.  Civilien",  beide  gegraveerd  onder  een  prent,  die  met 
de  verzen  samen  een  gravure  in-fol.  vormt,  z.  n.  v.  gr.  In  den  bovensten 
plaatrand  staat:  „Wie  redeneeren  wil  is  mis.  Men  vind  de  Lapis  by 
degis.»' 

Op  de  wolken  en  een  zak  met  aktien,  waarin  men  leest  ,iictiens  by 
de  Baal.",  zit  een  man  die  papieren  uitstrooit  met  de  inschriflen :  .,Papiere 
Blaasbalge  te  gfrabbel",  „actiën  vol  passien",  „Quinquampoix"  en  die  een 
windmolen  op  't  hoofd  heeft,  waarbij  „Ik  loop  met"  (molentjes);  hij  wordt 
door  den  wind  omhoog  geblazen,  die  links  tegen  een  verdorden  boom  stuit, 
waarbij  men  leest:  „'t  Word  alles  dor.  £n  't  geld  raakt  hor."  Achter 
den  man  staat  een  tweede  met  een  eindje  kaars  in  de  rechterhand;  boven 
wiens  hoofd: 

„*k  Dagt  eerst  ik  was  het  ventje 
Maar  k  Brand  myn  hand  aan  't  endje". 

Hij  wijst  met  de  linkerhand  op  de  „Uit  vaart  Cedul  op  voorraad.' 
die  rechts  in    de  plaat  gegraveerd   is  en   een  navolging  is  der 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT  TAFEREBL   DER   DWAASHEID  249 


waarop  de  namen  yoorkwamen  der  personen,  die  ter  begrafenis  genoodigd 
werden.  De  volgende  bij  den  windhandel  voorkomende  uitdrukkingen 
staan  hier  in  de  plaats  van  persoonsnamen,  zooais  blijkt  uit  de  laatste 
woorden  der  „cedul". 

„Schryf  maar  in",  „Op  tyd",  „Loos  rysen",  „Loos  daalen",  ..Loose 
Goudbeursen",  „Eerste  termein",  „Raawe  actie",  „Transport",  „Surplus", 
..8ubscriptie'\  „Premie  trekken",  „Premie  geeven",  „Beleening",  „Dubbelde 
interest",  „Ryk  of  dol",  „Leg  af",  „Spa",  ,.Fred:  Hendrik",  „De  andere 
vrinden  gelieven  in  order  te  volgen".  Onder  deze  lijst  staat  een  open 
koffer,  waarin  ratten  zitten;  in  de  zijkant  leest  men  ,.Poejer8  voormuisen 
en  Rotte.  Schieters  en  motten";  links  van  den  koffer  een  eendvogel  (end) 
met  een  pak  (last)  op  den  rug,  als  illustratie  van  het  daaronder  staande 
spreekwoord:  „'t End.  draagd  de  last".  Naast  den  man  op  de  wolke^i 
ziet  men  rechts  een  gedeelte  van  een  derden  persoon;  in  zijn  handen 
heeft  hij  een  blaasbalg,  waaruit  hij  „Heet",  „Lauw"  en  „Koud"  blaast 
naar  een  kat,  die  aan  iederen  poot  een  met  wind  gevulde  blaas  heeft  en 
boven  welke  staat: 

„Word  ik  niet  van  de  wind  verstoeten 
Ik  Val  op  't  Land  nog  op  myn  pooten". 
Op  een  kalen  tak  van  den  dorren  boom  zit  een  aap:  ,,Copy  van  mens- 
seljke  handel  Is  onse  wandel.",  die  door  een  verrekijker  naar  die  kat  ziet 
en  zegt:  „Wie  ziet  nog 't  End".  Qeheel  bovenaan  een  gevleugeld  kopje,  uit 
de  wolken  wind  blazende  tegen  een  vliegenden  vogel  midden  boven  in  de 
plaat  en  tegen  de  kat  vroeger  vermeld.  Onder  den  vogel  nog  'tinschrift: 
„Misbruik  van  al  wat  gy  begint 
Veel  erger  is  als  rook  en  wind." 
Op   den  tweeden  grond,  links  naast  de  „Uit  vaart  Cedul",  is  de  fiabel 
van   de   koe   en   de   pad   in   beeld  gebracht,  waaromtrent  de  laatste  vijf 
regels  van  het  hollandsche  vers  't  volgende  zeggen: 
....  o!  't  was  goet, 
Quam  hier  de  Esopise  verdichting 
Voor  veele  baselaars  tot  stichting; 
De  pad  zich  groot  maakt  by  de  koe; 
Maar  barst  van  wind,  door  blaasen  moe." 
Het  hollandsche  vers  begint: 

„Wind  is  't  begin;  wind  is  het  end; 
Myn  kussen  en  myn  fondement."  enz. 
Het  iransche  dat  veel  beter,  maar  ook  geen  woordel^ke  vertaling  van 
bet  hollandsche  is: 

„Le  Vent  est  mon  tresor,  coussin,  et  fondement. 
Suis  je  maitre  du  Vent.  je  le  suis  de  la  vie."  enz. 
Gravure  infbl.  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3589.  Stephens  No.  1646). 
Van  deze  prent  is  hier  slechts  één  staat  aanwezig.  Er  zijn  er  echter  drie : 


Digitized  by 


Google 


250  GROOT   TAFBBEKL   DEE   DWAASHEID 


1720 


a.  een  staat  vóór  het  fransche  vers.  door  Stephens  vermeld,  terwijl 
Muller  No.  3639*  zijn*  exemplaar  ,.Eenig?"  noemt; 

b.  de  ook  hier  aacArezige  staat,  mèt  het  fransche  vers; 

c.  slechte  kopie,  door  Muller  vermeld,  waar  de  voorstelling  vermeer- 
derd is  met  een  mau  op  den  voorgrond,  bij  wien:  ,,Ik  ben  vaneen  man 
geworden  een  kint"   (Muller  No.  3539<?). 

3469.  —  B.  „De  Windverkopers  of  Windvangers,  die  door  wind,  verliezen 
Geld  en  Goed:  bederven  Vrouw  en  Kind." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  eener  grootendeels  omgekeerde 
eu  zeer  gewijzigde  kopie  der  plaat  onder  No.  33  hiervoren  beschreven. 
De  ..Lyst  van  de  Wind  Negotie"  is  uitgebreid  tot  27  nommers,  n.1.  .,22. 
Annunuiteyten"  {sic)  zeker  voor  Annuiteiten,  „23.  Hesse-karren.",  ,,24. 
Lootereyen.",  .,25.  Oude  Vodde.",  „26.  Ramskoolbroe^'k",  ..27.  Kool." 

Hier  heeft  de  man,  die  links  van  de  „Lyst"  staat,  een  papier  in  de 
hand,  waarop:  „Wie  koopt  myn  'd  Acties".  De  persoon,  die  als  verklaarder 
voor  dezen  staat  heeft  ook  een  papier  op  de  borst,  waarop:  ,,De  acties 
slaan  myn  op  't  hart''. 

Op  den  voorgrond  ziet  men  hier  twaalf  personen,  waarvan  er  elf  een 
papier  in  de  hand  hebben  met  de  volgende  inschriflen,  van  links  naar 
rechts:  „Ryk  door  inbeelding',  ,,Oo8tindien  is  myn  voorland.",  „Tuszen 
hoop  en  vrees,  de  hel  of  't  vagevuur",  „lOOÜOO  gl.  winst  ik  ga  't  myn 
wy f  zeggen",  „Wie  geeft  myn  verlore  geld  weer.",  ,.ó  Acties!  ö  Acties", 
,.Myn  uitvinding  is  verworpen",  .,'k  Heb  myn  vrouws  juwelen  verpand", 
..Ik  zal  nog  dol  worden",  ..De  acties  slaan  my  in  't  hooft".  ,, Myn  winkel 
is  hor ',  .,De  wind  negotie  doet  myn  hoofd  zeer."  Links  staan  onder  de 
galerij  slechts  twee  personen  met  een  papier;  op  'tééne  leest  men: 
.,Hoe  ko  men  wy  van  d'acties  af",  op  het  andere  ..na  Vian;en)".  Boven 
een  deur  achter  in  de  galerij  aan  deze  zijde  en  waarvoor  eenige  dames 
staan,  is  gegraveerd  ,,Windnegotie".  Rechts  nog  vijf  personen  die  samen 
zes  papieren  in  de  hand  houden,  waarop,  van  voren  naar  achteren  ge- 
lezen: „Wie  koopt  myn  bederf ',  „Ik  kryg  de  stuyp",  „Ik  ga  vlug.", 
..Ik  niet  meer",  „Wie  geeft  prem(ie)",  „Ik  kan  niet  slape".  In  de  klok, 
die  hier  3  uur  aanwijst,  staat  .,Quinquenpoix '.  De  F'ortuin,  die  hier, 
evenals  op  plaat  3.  links  staat,  strooit  ook  hier  papieren  uit,  waarop: 
..Inbeelding",  ..Eidelheid'.  ..Klagten",  ,,Droomen",  ,,Bederf",  „Zugten ', 
,,Hoop".  „Berouw ',  ..niet ',  ..Waan",  ..Wind".  Hechts  strooit  Overvloed 
(op  plaat  3  IJdele  Hoop)  , .Winst ',  ..Geluk  '  (een  woord  dat  eerst  op  één 
der  papieren  links  gegraveerd,  maar  daarna  weggekrabd  was),  .,Landen", 
..Glorie",  „Vermaak",  „Schatten",  „Heuwelyken",  ..Aanzien",  „Intrest", 
„8<?heepen". 

Onder  de  plaat  het  volgend  54-regelig  vers,  in  drie  kolommen  gegra- 
veerd, onderteekend  „Bambariol": 

„Gy  die  in  bubbels,  bank  eo  suid, 


Digitized  by 


Google 


17-20  GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  251 

Uw  geld,  verstand  en  tyd  verbruit. 

En  uit  het  ryzen  of  het  daalen 

Van  de  Actiën  een  schat  wilt  haaien, 

Waardoor  gy  u  bedrogen  vindt, 

Of  anderen  bedriegt  met  wind, 

Zie  hier  een  Prent  van  de  Actienarren 

Die  raazend  ondereen  verwarren. 

Pilip  roept,  wonder  in  zyn  schik. 

Wat  geeft  men  nu  voor  Medenblik! 

Dat  heeft  een  treffelyke  haven; 

Het  hoeft  als  Utrecht  niet  te  graaven 

Naar  de  Kems;  hoe  zyt  gy  zo  verwart. 

Dat  gy  niet  meer  bied  als  een  quart? 

loost  roept:  wat  geef  je  nu  voor  Muien 

Dat  zal  de  haven  leeg  doen  kruijen. 

Dan  heeft  men  een  bekwaame  vaart; 

Elke  Actie  is  een  zoopje  waard. 

Smous  Levi  roept  kom  my  je  leeven, 

Ik  stel  te  nemen  of  te  geeven. 

Frans  raast  weg  met  de  Zuid  en  West; 

Want  Wezep  is  het  alderbest. 

Het  kan  geldzuchtige  Actie  dwnazen 

De  uitdeeling  doen  in  Varkens  blaazen. 

Wie  bied'  er,  schreeuwt  een  andre  vent. 

Voor  wortt'lrtcties  acht  percent? 

Ik  heb  een  reiszak  roept  een  ander, 

Vol  bubbelacties  door  malkander. 

Wie  koopt  een  Regiment  drie  vier! 

Betaal  me  maar  vry  met  papier. 

Hier  Zwol,  en  Kampen,  Harrelingeu! 

Gy  kunt  ze  nu  goedkoop  bedingen, 

Tergou.  en  Delft  is  ouwe  kost. 

lan  roept,  och  dit  's  een  slimme  post! 

Licht  zal  ik  al  myn  veeren  Inaten 

Te  Purmerent,  en  op  de  plaaten 

Te  Enkhuizen.  maar  'k  zal  in  Edara 

Licht  winnen  dat  my  Alkmaar  nam. 

lob  roept  de  Maas  door  duizend  listen. 

Brengt  niet  als  rotten  in  myn  kisten! 

Zo  dat  ik  ligt.  o  arme  bloed, 

In  't  korte  naar  Vianen  moet. 

'kWord  do\  en  kan  van  spyt  niet  slaapen. 

Omdat  een  party  windrige  apen 


Digitized  by 


Google 


GROOT   TAPBRKBL    DER    DWAASHKID  172O 


Gaan  zitten  met  hatr  kaale  gat. 

In  mjn  zo  zuur  gewonnen  schat 

Ach  Tiinden  wil  niet  met  my  foppen. 

Dewyl  dat  gy^  aan  d^  Aktie  stroppen 

Van  Meester  La heel  fraai  vergald, 

Met  mv  in  't  kort  ligt  hangen  zult. 

Wanneer  de  groote  Bubbelheeren, 

Voor  geld  ons  kladpapier  vereeren, 

Komt  roept  eer  dat  men  verder  dwaal. 

Dat  Quincampoix  de  duvel  haal!" 
De  prent  wordt  door  Stephens  beschreven.  Over  't  algemeen  zeer  juist 
in  't  overzetten  d^r  bijschriften,  is  zijn  mededeeling  dat  Vianen  een 
..place  for  lunatics"  was,  zooals  men  weet.  onjuist  en  zou  .,free-town" 
beter  vertaling  zijn.  Van  deze  plaat  ken  ik  niet  meer  dan  één  staat. 
(Muiier  No.  3640,  Stephens  No.  1«24}. 

3460.  —  6.  „Nieuwe  en  Nette  Aflekening  van  de  Door  Gravinge  die  er 
staat  te  Gesrhieden  beginnende  van  de  Stadt  Utrecht  tot  aan  Spakenborg  in 
de  Zuyder  Zee  met  des  Zelfs  Afbakinge  &c  Gedrukt  tot  Amsterdam  by  de 
Weil^  loachim  Ottens  op  de  nieuwendyk  in  de  Warelt  kaart'. 

Gegraveerd  inschrift  in  het  bovenste  van  twee  stukken  eener  kaart^ 
dio.  in  de  lengte  aan  elkaar  gezet  een  voorstelling  geven  van  de  vaart, 
welke  men  van  Utrecht  naar  zee  wilde  graven,  om  deze  stad  tot  een 
haven-  en  handelstad  te  maken;  een  plan,  dat  niet  nieuw  was,  daar  de 
zonderling  van  Nimmerdor.  jonkheer  Everard  Meyster  't  reeds  een  halve 
eeuw  vroeger  wilde  beproeven. 

Tusschen  de  beide  deelen  der  kaart  is  een  profielteekening  gegraveerd 
om  de  hoogte  aan  te  geven,  ..die  men  te  doorgraaven  heeft  (had}  eer  men 
met  de  Stadts  Peyl  gelyk  is."  Dat  er  nog  menschen  gevonden  zijn,  die 
dit  plan  uitvoerbaar  achtten,  terwijl  over  een  lengte  van  meer  dan  500 
roeden  een  hoogte  van  10  tot  15  voet  was,  die  doorgraven  moest  worden 
eer  men  'tutrecbtsch  peil  bereikt  had,  is  bijna  onbegrijpelijk.  Ofechoon 
er  echter  nog  met  graven  aangevangen  is,  heeft  men  dit  spoedig  laten 
steken,  maar  getracht  door  geldloterijen,  de  kompagnie  nog  op  de  been 
te  houden,  die  zijn  kantoor  hield  in  't  „Ammonitiehuys"  op  de  Kromme 
Nieuwe  Gracht,  dat  zij  voor  / 12000  van  het  gemeentebestuur  kocht  De 
kompagnie  bezweek  echter  toch  eenige  jaren  later. 

Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Ik  ken  hiervan  maar  één  staat  (Muller 
No.  3541,  niet  vermeld  door  Stephens). 

3461.  —  7.  ,,0p  en  ondergang        der  Actieonisten". 

Gegraveerd  inschrift  in  de  bovenste  lijst  van  een  monument,  dat  op 
den  top  prijkt  met  het  portret  van  J.  Law,  te  halver  lijve,  en  van  voren. 
Het  is  omgeven   door   een  slang   als  lij^t,  en  wordt  vastgehouden  door 


Digitized  by 


Google 


1720 


OKOOT   TAFB&BBL   DER   DWAASHBIB  253 


een  aap,  die  toot  deo  toeechouwer  rechts  daarvan  staat,  met  zijn  poot  op 
Law  w^jst  en  zegt  „Loumaand".  Law  heeft  een  papier  in  de  hand, 
waarop:  ^.miaeisipi'';  links  van  het  portret  is  de  fabel  vnn  de  wolf  en 
't  lam  in  beeld  gebracht. 

Tusschen  de  eene  de  en  andere  helft  van  het  opschrift  is  een  paard  af 
geheeld,  naar  rechts  gekeerd  en  in  't  later  te  noemen  vers:  ..pnardje-scbyt 
•geld"  genoemd. 

In  het  bovendeel  van  het  monument,  is,  zooals  er  in  de  lijst  daaronder 
staat,  „Het  Thuilleriece  Hof"  afgebeeld.  Dat  paleis  ziet  men  in  zijn 
geheel  op  den  achtergrond;  op  't  plein,  er  vóór,  een  koets  met  zes  paarden 
bespannen,  waarin,  volgens  't  vers,  Law  zit.  die  het  volk  tracht  te  ont- 
vluchten, dat  wraakzuchtig  tegen  hem  opkwam.  Op  den  voorgrond  is 
links  een  vrouw  afgebeeld,  weenend  by  het  lijk  van  haar  man,  die  (weder 
volgens  't  vers)  omgekomen  in  't  gedrang,  weggedragen  wordt,  te^^'ijl 
nog  een  tweede  dood  op  den  grond  ligt  met  het  bijschrift:  „Dit  doen 
de  miseisipise  acties."  Tegen  't  onderste  en  breedste  gedeelte  van  't  mo- 
nument hangt,  alsof  'ter  met  twee  spijkers  aan  bevestigd  is,  een  prent 
met  onderschrift:  .,Quinquempoix".  't  Is  niet,  zooals  Sl^phens  vraagt,  een 
gezicht  in  Parijs,  maar  een  topogfrafisch  juiste  afbeelding  van  den  Dam 
en  de  ingang  ran  de  Kal  verstraat;  rechts  ziet  men  nog  één  raam  van* 
't  Stadhuis  (nu  Paleis).  Men  is  op  allerlei  wijze  druk  aan  't  handelen. 
Ongeveer  in  't  midden  op  den  voorgrond  staat  een  vrouw  bij  een  krui- 
wagen, volgens  het  papier  dat  ze  in  de  hand  heeft  roepende:  „Goetkoop 
Hoorense  Wortelen".  Naar  links,  iets  meer  naar  achteren,  staat  't  volk. 
dicht  opeengepakt;  bij  de  voorste  groepen  hebben  sommigen  papieren  in 
de  hand,  met  de  volgende  inschriften:  .,Dit  is  wat  goets  Utrecht",  waarop 
een  tweede  antwoordt:  „Het  is  bedrog",  verder  ,.Het  bederft  de  negotie", 
,4k  bender  een  Heer  by  geworden'',  „alkmaar  Rotterda",  „Rdamer  Knas.", 
„Zuid  Zee".  Rechts  staan  op  den  voorgrond  een  vrouw  en  een  man,  elk 
met  een  papier  in  de  hand;  volgens  de  inschriften  zegt  de  vrouw:  „dat 
bad  ik  niet  gedagt  alle  mael  wint" ;  de  man :  „Ik  verlaat  myn  negotie  ook". 
In  de  ruimten,  die  het  schuins  oploopend  monument  aan  weerszijden 
boven  in  de  plaat  openlaat,  zijn  als  't  ware  twee  schilderijen  opge- 
hangen; links  is  daarop  afgebeeld  de  Zuidzee,  met  een  stukje  kust,  waarop 
eenige  personen,  o.  a.  een  jongske  met  een  papier:  „Zuid  Goud  of 
Wind";  rechts  op  den  achtergrond  der  schilderij  een  prospekt  vnn 
Utrecht,  terwijl  men  op  den  voorgrond  ijverig  aan  't  graven  is  vnn 
*t  kanaal  naar  zee.  Onder  ieder  schilderij  een  m^illon,  links  met  een 
rad  van  avontuur  en  'tinschrift:  ,J)at  gaat  'er  op  en  onder."  terwijl, 
als  nmbool,  dat  er  toch  niets  aan  de  aktiehandelaars  te  veranderen  valt. 
rechts  -het  spreekwoord  „het  is  den  moriaan  gewasschen"  in  beeld  ge- 
bracht is,  met  bovenschrift  „Verloore  arbeid."  Links  zit  Merkurius 
troosteloos  aan   den   voet  van  't  monument  bij  een  pak,  waarop  „Papier 


Digitized  by 


Google 


254  GROOT  TAFEREBL   DKB   DWAASHEID  1720 

en  Wind  te  Koop",  terwijl  rechts,  als  van  achter  't  monument^  twee 
mannen  komen,  de  één  met  gaten  in  zijn  jas  en  een  papier  in  de  hand : 
..Armoed  op  't  End  \  de  ander,  bete^  .gekleed  maar  met  een  boek.  waarop 
..Debet'  iu  den  rechterarm  en  een  papier  in  de  linkerhand,  waarop: 
„Help  Vianen  of  ik  hou  het  met  Fredrik  Hendrik".  In  den  ondersten 
plaatrand  is  een  128  regelig"  vers  gegraveerd  in  zeven  kolommen,  dat. 
wel  wat  langdradig,  de  verklaring  der  prent  geeft.  Gravure  br.  infol.. 
z.  n.  V.  gr.  Ik  ken  geen  anderen  staat.  (Muller  No.  354<3.  Stephens, 
No.  1647,. 

S462.  —  8.  „Aetieuse  papiere  Atlas  naar  de  Mode  met  zyn  Na-sleep; 
oft  Regelspel  des  klynen  Tyds".  —  .,L' Atlas  Actieux  de  Papier  k  la  Mode. 
avec  ses  complices  et  Ie  Jeu  de  Quille  du  petit  Tems.' 

Opschriften  boven  een  24-regelig  hollandsch-  en  even  groot  fransch 
vers,  onderteekend:  ,.8.  Civilien.",  eik  gegraveerd  in  twee  kolommen,  in 
een  schutting  met  een  ingang  in  't  midden,  op  den  voorgroud  eener 
prent,  waarop  negen  personen  van  verschillenden  leeftijd  en  uit  allerlei 
stand  zijn  afgebeeld,  die  elk  een  wereldbol  torschen.  't  Zijn  er  negen 
oradnt  het  een  kegelspel  verbeelden  moet,  waarnaar  de  ..klyne  Tyd".  die 
iils  een  engeltje  met  een  gevleugelden  zandlooper  op  't  hoofd,  in  den 
ingang  op  den  voorgrond  staat,  gereed  ia  den  bal  te  werpen,  die  hij  in 
de  handen  heeft.  Op  den  tweeden  grond  links  staat  eerst  een  boer,  die 
zgu  spade  in  den  grond  heeft  gestoken,  waarbij  een  mol  en  het  bijschrift : 
,,Wie  graaft  met  de  Mol 
Is  blind  of  dol"  ; 
bij  zijn  beenen  staat:  „De  boer  treed  ook  in  tperk  als  doende  t zwaarste 
werk";  dan  volgt,  naar  rechts,  een  livereiknecht,  op  den  rug  gezien,  bij 
v;iens  voeten  men  leest:  .,Ik  koop  myn  Heer  zyn  koets  en  paarde 
En  hy  ryd  nu  te  voet,  op  d'aarde"  (niet  ..garde"  zooals  Stephens  heeft). 
De  derde  persoon  is  Herkules,  wiens  knods  aan  zijne  voeten  ligt,  waar- 
over een  graadmeter,  met  bij.schrift:  .,wie  wil  mee  over  Zee",  en  die 
Law  helpt  den  grootsten  bol  te  dragen.  Tusschen  Law  en  Herkules 
staat  nog  een  knaap,  die  een  kleinen  bol  torscht  en  bij  wien  men  leest: 
„Met  de  Jonge  word  mee  bedong".  Law,  die  in  't  midden  der  plaat  in 
ryk  geborduurde  kleeding  en  met  een  lange  pruik  als  een  zeer  deftig 
heer  is  a%ebeeld,  heeft  als  bijschrift:  ..Ons  Papier  Heelal  Geraakt  ten 
val",  terwijl  bij  zijn  rechtervoet  staat:  ,,L.V.V.  is  60'-  (niet „1580" zooals 
bij  Stephens).  De  lettercijfers  zijn  zeker  aan  zijn  naam  LaW  ontleend, 
welk  verband  echter  60  met  den  windhandel  heeft  kan  ik  niet  verklaren. 
In  de  wereldbol  van  Law  staat,  met  zinspeling  op  zijn  naam  en  ge- 
boorteland: „LAUdo  Britannos';  bij  zijn  linkervoet:  y*k  heb  verband  op 
het  land."  Achter  Law  ziet  men  een  „Schrobster,  of  popster"  naast  hem 
een  jood:  .,Ouwe  Kleere  te  koop",  bij  wiens  linkerbeen  gegraveerd  is: 
„Bik  loofd  nu   met      my  De  schaohery".  In  de  opengelaten  plaats  van 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFBRKBL   DBR   DWAASHEID  255 


dit  bijschrift  staan  de  voeten  van  een  harlekijntje  „Bombario".  die. 
evenals  al  de  anderen,  een  papieren  wereldbol  torscht:  achter  hem:  „Al 
door  ons'.  Geheel  rechts  is  nog*  een  vrouwelijke  Atlas  onder  wier  voeten 
men  leest: 

,.De  klyne  Waereld  draag  ik  by  me 
Maar  de  Actieuse  doet  mj  zwyine". 
Een  f^broken  vaandel  .,Vervalle  CompagCnie)".  waaronder  nog"  „De- 
boursemenV'  staat,  een  zwaard  en  een  degen  liggen  op  den  grond.  Bij 
Herkules'  voeten  loopt  een  hazewindhond,  die  een  „Actie"  in  den  bek 
heeft  en  tusschen  wiens  pooten  staat:  „De  Wind  wint  wind",  (dit  Is  in 
'tengelsch  niet  „Wind  wins  wind",  zooals  Stephens  zegt,  manr  ..the 
grey-hound  wins  wind"),  terwijl  links  van  zijn  kop  en  reohts  van  een 
wegloopenden  haas  gegraveerd  is: 

„Laat  my  de  Haas  ontsnappen 
55o  ik  mag  Acties  haipen''. 
In    den    rechterbovenhoek    is    een   afzonderlijke   voorstelling,   zooals   er 
bovenin   gegraveerd   is  uit  ,,Ovid:  Metam:  Lib.  4":  Herkules  den  draak 
verslagen  hebbende  vluchten  de  verleidsters.   In  den  bovensten  plaatrand, 
met   het   woord    „Atlas"    in    't  midden,    staat  „Verklaaring  van  't  Klyne 

Tafereeltje *t  Veelhoofdig  schrikdier        Eigenbaat  Geveld  zy  voorts 

de  aanloklykheeden  verjaagd,  waar  door  elks  vrye  staat  Goude  aipelen 
plukke  in  't  Hof  van  vreede."  In  de  pilaar  rechts  van  den  ingang  het 
volgende  inschrift:  „Altyd  Negen."  en  de  volgende  cijfers  onder  elkander: 
.,9  18  27  36  4*  54  63  73  81  90  99  108"  waaronder,  door  een  streep  afge- 
scheiden, dan  nog  „163"  volgt.  De  som  der  cijfers  van  elk  getal  is,  behalve 
bij  99,  waar  't  18  is,  steeds  negen.  In  de  pilaar  links  staat  hiervan  de 
tamelijk  duistere  uitlegging:  .,Negen  nooit  van  negen  verkeerd  Hoe  je 
addeerd  of  multipliceerd  Zo  volstrekt  zyn  ook  de  zotten  die  met  9  samen 
rotten".  De  achtergrond  is  met  sterren  bezaaid  en  links  staat  de  halve 
maan,  waarbij  overdwars  in  den  plaatrand  gegraveerd  is:  „By  de  Maan 
kan  't  bestaan**.  Gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  ken  ik 
geen  anderen  staat.  (Muller  No.  354^,  Stephens,  No.  164^}. 

3403.  —  9.  „By  veele  zit  de  kei  in  't  hooft 

Om  dat  men  in  de  wind  geloo.1". 
Inschrift  in  een  draperie  met  franjes  midden  bovenin  een  gravure,  die 
zeker  vroeger  diende  tot  een  ander  doel,  maar  nu  door  de  bijschriflen  op 
den  windhandel  toegepast  is.  't  Geheel  is  een  illustratie  van  het  spreek- 
woord: „de  kei  in  't  hoofd  hebben",  d.  i.  malende  zijn.  Geheel  links  staat 
een  man  met  beide  beenen  in  een  bierkan.  met  inschrift:  „Het  is  nu 
Even  veel  wat  men  doet.",  een  groote  kei  steekt  uit  zijn  voorhoofd;  op 
zijn  hoofd  staat  een  bierkan;  hij  heeft  een  wandelstok  in  de  rechterhand, 
achter   uit  i^n  broek  steekt  een  pgp;  hooger  zgn  nog  twee  andere  aan- 


Digitized  by 


Google 


256  O&OOT   TAFSBBBL   DER  DWAABHKID 


1720 


gebracht;  Tan  de  p\)p,  die  l^j  in  den  mond  heeft,  hangt  een  papier  af 
waiirop  men  leest:  „Het  is  zo  Lau  en  heet  wagt  uw  voor  het  branden". 
Boveu  zijn  hoofd  het  volgende  Sregelig  vers,  dat  in  de  laatste  vier  regels 
verklaart  waarom  hij  overal  met  pijpen  is  bestoken. 

„Ziet  dog  hoe  rank  zyn  al  myn  leden. 
Zo  ben  ik  van  de  Kei  gesneden, 
*k  Heb  niet  als  alles  maar  gebrek, 
En  sta  gelyk  een  malle  gek; 
Dat  ik  nu  sta  myn  Pyp  te  smoken, 
Van  alle  kanten  uit  gestoken, 
Wil  zeggen  hoe  van  't  Zuider  nest 
Men  niet  nlvS  rook  en  wagt  op  't  lest." 
Van   links   naar  rechts  volg-t  nu,  op  den  voorgrond,  een  man,  die  met 
een   band   om  't  hoofd,  waarin  „Desen  acties  doen  myn  de  dood'  en  een 
tweede   om    't  lijf,   met   insohrifl:    „Wat   zyn  ik  *er  vast  in  geraakt."  in 
een  operatiestoel  vastgebonden  is  en  in  't  voorhoofd  gesneden  wordt  door 
een   man   met  de  kous  op  den  kop.    In  de  kous,  waarop  een  vaandeltje 
steekt:  „Sy  komme  nog  alle  met  de  kous  op  't  hooft  'thuis".   Onder  den 
stoel  een  pot  met  &ecalien  en  't  onderschrift : 

„De  dood  angst  is  dat  hem  bekruipt, 
Wyl  d' Acties  hem  met  stank  afilruipt" 
Een   weinig  schuins  daarboven  wordt  op  dezelfde  wijze  een  man  van 
de  kei  gesneden,  die  hier  met  een  riem  met  gesp  aan  den  stoel  vast  ge- 
bonden  is   en   in   de   rechterhand   een  bierpot,  in  de  linker  een  potlepel 
heeft,  terwijl  men  in  de  muts  van  den  of>erateur,  waarop  een  mortier  en 
stamper  geplaatst  zijn,  leest:  „Het  komt  van  de  wind".  Ook  onder  dezen 
stoel  staat  een  pot;  links  er  naast  het  volgend  4-regelig  versje: 
„Al  ben  ik  niet  regt  by  myn  zin  nen, 
Tis  egter  tyd  om  Geld  te  winnen, 
Al  wie  dien  handel  maar  begind, 
Krygt  't  Hooft  vol  rook  en  ydel  wind." 
Hechts  van  deze  voorstelling  zit,  in  een  stoel,  met  een  uil  op  de  leuning, 
eeu   derde   patiënt,   in   wiens   hoofddoek  waaruit  een  varkenspoot  steekt, 
staat:  „het  siet  'er  slegt  uit."  Boven  zijn  hoofd  leest  men: 
„Wat  moet  men  nu  al  smerten  lyden, 
Dit  {sic)  zig  zyn  gekheit  uit  laat  snyden, 
Zo  is  't  niet  vreemt  dat  jong  en  oud, 
Meest  al  de  Kei  in  't  hooft  behoud." 
Onder  deze   laatste  en  dus  bijna  in  't  midden  op  den  voorgrond,  staat 
een  nar  van  een  stilletje  op,  zich  de  posteriores  vegende  met  een  papier, 
waarop:  ,.Hier  zyn  de  acties  goet  toe."    Links  van  dezen  : 
„Die  zo  zyn  acties  Kei  doet  dalen. 
Behoeft  geen  Dokter  by  te  balen, 


Digitized  by 


Google 


1720  GBOOT   TAPBRKEL   DEK   DWAASHEID  257 

Terwyl  een  ander,  die  daar  't  schort 
Elendiff  om  g«ha"vent  wordt". 
Geheel  rechts  zit  alweder  een  man  in  een  operatiestoel ;  aan  zijn  linker- 
hand  ontvalt  den  hoed,  waarin   een  mes  steekt;  met  de  rechter-  duwt  hij 
een   man   van   zich   af,   die   een    muts,  met  mes  er  in,  op  *t  hoofd  heeft; 
rechts   terzijde   is   een  oude  vrouw  heziff  hem  met  een  nijptang*  den  kei 
uit   het  hoofd   te  trekken,  waar  naar  een  oud  man.  achter  haar,  belang-- 
stellend  ziet.    Bij  den  linkervoet  van  den  patiënt  staat: 
„Ik  gryp  myn  EakMaar  by  zyn  kaken, 
Terwyl  ik  nu  niet  kwyt  kan  raken 
Myn  actie  Kei,  die  *tgantsche  hooft, 
Van  al  haar  Huisraat  heefl  berooft, 
Kom  plaast  {sic)  my  nu  by  al  de  g-ekken, 
Haalt  meesters  die  dit  kwaat  uit  trekken." 
Onder  den   stoel  en  de  oude  vrouw  staat  in  twee  kolommen  en  in  14 
reg«ls  het  antwoord  van  het  oudje,  luidend: 

„Krankhooft  hondje  toch  wat  stil, 
Gy  ziet  dat  ik  jou  helpen  wil. 
Maar  al  zag*  ik  uit  Hondert  oogen, 
Zo  is  't  nog  niet  in  myn  vermogen 
Om  dit  generaal  gebrek 
Zo  onbesonnen.  Dol.  en  Gek. 
Te  heelen ;  'k  heb  nogtans  door  wandelt 
De  werelt  en  altoos  gehandelt 

In  zulk:  waar  meê  men  't  Geld  verbruit. 
Althans  voor  my  ik  scheid  er  uit. 
En  raade  nu  die  sdort  van  gekken, 
Om  naar  vianen  heen  te  trekken, 
Daar  menig  bange  ziel  in  woont. 
En  het  verlies  om  niet  verschoont." 
Tnsschen   dezen  patiënt  en  dien  met  den  uil  op  den  stoel,  zit  of  liever 
ligt   in  een  mand  een  man,  die  met  een  blaasbalg  een  vuur  aanblaast  in 
een   pot,  met  het  inschrift:  „brandje  niet'*,  waarin  eenige  brandijzers  ter 
gloeiing  liggen,  en  waaronder  men  leest: 

„Ik  maak  myn  Eisers  gloeyent  heet, 
Maar  elk  die  Wag  te  zich  voor  leet. 
Maar  slaat  gy  willens  uwe  handen 
Hier  aan,  zo  lag  ik  om  je  branden". 
Op   zijn   hoofd   heeft   hij   een   tulpenpot,   waarin:   ,.sy  sullen  haar  nog 
branden".    Vlak   achter   den   laatstgenoemden  patiënt  in  den  stoel,  twee 
mannen  waarvan  de  één  op  des  anderen  rug  gezeten,  een  muts  op 't  hoofd 
heeft,   waaruit  de   azen  van  het  kaartspel  steken  met  het  inschrift:    ,,ik 
speel    mee",  terwijl  de  ander  met  zijn  muts  naar  den  uil  slaat,  zeggende : 
IT  17 


Digitized  by 


Google 


258  GROOT   TAVEBBBL   DBB   DWAASHEID  1720 

„Ha  Ha  al  myn  Acties  yerlangen 
Is  staag,  om  eens  den  Uil  te  vangen.'* 
Links  bovenin,  gedeeltelijk  onder  het  opschrift  hier  boven  aangegeven ,^ 
een   man   zijn   aktiebrakende   vrouw  ondersteunende,  terwijl  een^  dwerg- 
dokter,  links  van  beiden,  haar  urine  beziet.    In  'smans  muts:  „het  stinkt 
als  de  Pest",  terwijl  rechts  van  zijn  hoofd  staat: 

„Ei  Heerschop  ziet  myn  Wyff  doch  aan, 
Zj  kan  door  zwakheit  naauwlyk  staan, 
En  doet  staag  niet  als  Acties  braken 
Hoe  zal  ik  nu  aan  'tKosje  raken?" 
De  dwergdokter,  met  ,.geen  Raad"  in  zijn  breedgeranden  hoed.  antwoordt: 
„Hier  in  dit  Land  is  veel  te  kyken, 
Maar  waar  zal  ik  het  by  gelyken, 
Als  by  een  kwaal  voor  tagtig  Jaar 
Die  in  de  Stadt  van  Haarlem  waar. 
En  daar  men  voor  een  bloem  dorst  geven. 
Wel  Duisent  Pond:  wie  heeft  zyn  leven 
Gehoort?  ook  zulk  een  gek  getier 
Als  elk  nu  doet  met  Wind  papier? 
Ik  Dokter  sta  te  speculeeren. 
Wat  best  dient  om  dees  kwaal  te  weeren." 
Meer  naar  rechts,  onder  de  andere  helft  van  't  hoofd-inschrift  der  prent, 
ligt  een   man  rcet  hane veeren  op  de  muts,  een  papier  in  de  uitgestrekte 
rechterhand,  waarop:  .,Ik  schiet  'er  het  hagje  nog  by  in*  en  met  ontbloot 
achterste  voorover  op  den  grond.  Boven  hem: 

..Hier  trekt  de  Dokter  on  verstoort, 
d*acties  uit  lan  gat  zyn  Poort." 
Die  dokter  is  een  gebochelde  dwerg  in  wiens  rug  ,,Bnmbario"  staat; 
fleze  trekt  hem  met  een  tang  een  kei  uit  het  achterste.  Geheel  rechts 
is  een  monnik  afgebeeld,  die  ten  achterste  voren  op  een  op  elbogen 
en  knieën  ligp^ende  non  gezeten,  met  een  vossestaart  aan  een  stok  ge- 
bonden haar  ontbloote  posteriores  kastijdt,  waaruit  een  papier  steekt  met : 
„Och  houd  dog  op".  In  de  vossestaart:  .,Munnikse  Acties";  in  den 
hoofddoek  der'non:  ,,'tls  nu  te  laat";  onder  haar: 

.,Au  my  roept  droogftart  onder  'tschryen, 
Moet  ik  hier  om  zo  bitter  lyen. 
Had  ik  dien  handel  nooit  gedaan 
't  Zou  beter  met  myn  saken  staan.' 
Boven  deze  voorstelling  staat  nog: 

..Hier  lykt'er  een  geheel  t'  onvreden. 

Om  al  de  schadens  laast  (sic)  geleden, 

Beveelt  zyn  Makker  t'  onder  gaan 

Om  hem  die  parten  uit  te  slaan." 


Digitized  by 


Google 


nio 


GROOT   TAFBBEKL   DBR   DWAASHEID  259 


Deze  voorstelling  doelt  oorspronkelijk  op  Broer  Oomelis  Adriaensz., 
peter  te  Brugge  en  komt  ook  voor,  doch  in  andere  gravure,  in  Papekost 
opgedist  in  geuim-schotelen,  met  het  onderschrift :  ,.In  spijt  van  brieven  en 
pasquillen  Sla  ik  mijn  devotarigen  op  de  billen". 

Gade  kopergravure  br.  in-fol,  z.  n.  v.  gr.,  waarvan  ik  vermoed  dat  zij 
ook   als   spotprent  op   den   tulpeohandel   gediend  heeft.    De  sporen  van 
vroegere   inschriflen   zijn   hier  en  daar  nog  duidelijk  zichtbaar.    (Muller 
No.  8544,  N.  b.  8.). 
3464.  —  10.  „Quinqu        anpoix.' 

Inschrift  in  een  draperie  met  franjes  onderaan,  midaen  bovenin  een 
plaat,  waarvan  de  hoofdVoorstelling  in  gefigureerd  randwerk  geplaatst, 
een  kijkje  geeft  in  *t  fransche  koffiehuin  in  de  Kalverstraat  te  Am- 
sterdam, dat  het  centrum  der  aktiehnndelaren  was  en  daarom  Quin- 
qaampoix  genoemd  werd  naar  de  straat  in  Parijs,  die  denzelfden  naam 
had  en  ook  het  brandpunt  van  Law's  spekulnties  was.  De  voorpui  is 
gedeeltelijk  weggenomen,  zoodat  men  in  de  gelagkamer  ziet,  waarin  een 
reverbère  brandt  met  kaarsen  er  omheen.  Midden  boven  de  opening  het 
hoofd  van  „Lauw'*,  zoobIs  er  onder  staat.  Tusschen  dit  hoofd  en  't  opschrift 
is  een  harlekijn  afgebeeld  aan  wiens  narrenkap  ezelsooren  en  vleugels  zijn 
aangebracht,  om  zijn  hals  hangt  een  mandje  met  molentjes  en  in  de 
rechterhand  beeft  hij  een  zotskolf;  hij  wordt  geflankeerd  door  twee 
bellenblazende  apen.  Ook  in  de  straat  voor  't  huis  is 't.  evenals  daarbinnen, 
vol  menschen.  Midden  onder  deze  voorstelling  is  een  narrenwapen  afgebeeld, 
waarin  een  papier  (aktie)  met  een  molen  aan  iedere  zijde  en  één  er  onder ; 
'thelmteeken  is  een  narrenkop  geflankeerd  door  twee  molentjes;  op  de 
narrenkap  zit  een  rat,  terwijl  er  twee  „Laseres  Klaipen"  uitsteken,  met 
een  papier  er  tusschen,  waarop  de  aangchnalde  woorden  gegraveerd  zijn. 
Onder  dit  wapen  en  gedeeltelijk  links  daarvan,  een  lint  met  inschrift:  „tous 
eux  qui  veine  iseis  sont  ataques  de  la  malades  de  perdrelesprei'' d.  i. 

tous  eeuz  qui  viennent  ici  sont  attaques  de  la  maladie  de  perdre  Tesprit. 
In  de  opengebleven  ruimte  aan  weerszijden  van  de  hoofdvoorstelling  is 
links  nog  het  volgende  gegraveerd:  Geheel  bovenaan,  naast  boven- 
staand inschrift,  in  een  papier:  „Condisie  van  Wesep  negosie  &&  compani 
van''  (varkens,  zooals  zeker  wel  begrepen  moet  worden  uit  het  daaronder 
afgebeelde  varken).  Iets  lager,  meer  ter  zijde,  werpt  zich  een  wanhopig 
aktionist  van  een  rots  in  zee;  volgens  't40-regelig  vers,  dat  in  vier 
rijen  onder  de  prent  is  gegraveerd:  „Om  zyn  verloren  schat  en  geld, 
Weer  uit  de  Zuidzó  op  te  duiken".  Tegen  die  rots  ligt  een  papier, 
waarop  men  boven  de  afbeelding  van  eenige  horens:  „Condissie  van 
Hore*'  leest;  daaronder  een  kat  door  ratten  besprongen  met  onderschrift: 
„De  Ratten  eten  de  Kat".  Op  een  afzonderlijk  papier  ziet  men,  weer 
lager,  een  üilebord  met  de  cijfere  1—22.  Dit  spel  bedekt  gedeeltelijk  de 
masten  van  een  schip  in  zee,  met  bijschrift:  „Waar  naa  toe'  „ik  syl 


Digitized  by 


Google 


260  OEOOT   TAYBRBIL   DU  DWAA^SID  17») 

BÊM,  da  Mlsiflipe'*.  Aan  't  Btnnd  zit  „Pdlas  geboeH'*  t«n  een  iw&reo  «teeiL, 
ioeengedokeB  te  kijken  naar  een  globe,  die  met  den  stoel  omhoog*  staat 
(„De  Wereld ...  het  ouders  t*  boven/'  zooals  in  het  ren  staat,  dat 
foutief  op  de  plaats  der  pontjes. „niet'  voor  .^t"  heeft).  Rechfa  is.  op 
gelyke  lijn  met  het  inschrift.  een  papier,  waarop  bovenaan:  .,Cosdis3ie 
▼an  Mayde"  en  onderaan:  „Ik  fiibriqner  sonder  geldt  en  sonder  spoul"; 
rechts  daarnaast  is  op  een  kleiner  papier  een  bakermat  a%ebee1d,  waarin 
een  vrouw,  die  een  kind  bakert;  de  zuigeling  zegt:  „Ik  vrord  in  de 
Actie  gebakert".  Merkurius,  die  daar  boven  komt  aanvliegen,  beeft 
Utrecht  tot  doel;  hierop  wordt  gewezen  door  een  papier:  „Condissie  van 
üjtrecht'.  boven  de  afbeelding  van  een  gravend  mfn,  bij  wiens  spade 
staat:  ,Jk  graaf  altyt  sonder  ent",  terwijl  achter  hem  een  toren  te  zien 
ia,  die  den  Domtoren  moet  voorstellen  doch  er  weinig  op  gelijkt  Deie 
toren  zou  vuurbaken  worden  voor  de  schepen,  die  uit  de  Zuiderzee  naar 
Utrecht  varen  zouden  door  het  te  graven  kanaal.  Bakermat  en  graver 
worden  in  't  ven  op  éet«  w^ze  bijeengebracht: 

^Merkuur  vligt  {sic}  in  het  narre  kleed 
Vast  naar  de  gravers  en  de  krui  jers. 
Daar  men  der  een  leid  in  de  luyers,'. 

Ter  zijde  van  de  bakermat  valt  Ikarus  omlaag,  v^ns  vlerken  zijn  los- 
gesmoltan  door  de  zon,  in  den  rechterbovenhoek;  onder  hem  een  aktie met 
,jaarlinge  Asseuransi  op  mosselen"  en  daaronder  een  moaselnun  met 
kmivragen.  Weer  lager  een  ledige  open  kist,  vraarin  ratten  huishondeo; 
in  den  deksel:  „In  plaas  van  geldt  Rottekentels'*  (woordspeling  cp 
Rotterdam).  Onderaan  rechts  van  het  narrenvrapen:  „De  Deugt  getreet 
door  de  njt";  rechts  van  deze  voorstelling  „Phajeton"(«f>)  met  zijn  wagen 
uit  de  lucht  vallende. 

Het  vers  vang^  aan:  „Dus  ziet  gy  Quinquenpoiz  verbeeld, 
Vol  Actienarren'*  enz. 

Chravnre  br.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ia  mij  slechts  één  slaat 
bekend.  (Muller  No.  3646,  Stepbens  No.  lOM). 

84tf6.  —  II.   „De  Kennis-kraam,  van  de  Aetie-knaapen,  Sdiaft  vreugde, 
en  droefheid,  onder  'tKaapen." 

Inschrift  in  den  boTensten  plaatrand  van  een  spotprent  op  den  windhandel 
waarvan  de  hoofdvoorstelling  een  groote  wagen  is,  getrokken  door  twee 
padden  en  gemend  door  Bedrog,  een  vrquw  met  vijf  borsten,  wier  kleed 
met  vischhaken  is  bezaaid,  wier  hoo£i  niet  begroeid  is  met  haar,  maar  met 
slangen,  waarop  een  muizenval  staat  en  die  een  slang  als  zweep  in  de  hand 
heeft.  Op  haar  schoot  heeft  ze  links  een  dubbel  hoofdige  sfinx.  Achter  hasr  zit 
.,Bombario.'',  wiens  naam  boven  een  ratteval  staat  in  het  vaandel,  dat  hij  aan 
een  stok,  met  een  molentje  er  aan,  omhoogsteekt.  Onder  de  val,  waarvoor 
een  rat  zit,  „Ziet  toe '.  Tegen  de  voorzQ^  van  het  kistje  dat  hij  op  óen 


Digitized  by 


Google 


1790  QAOOT   TAfBREEL  D£B   DWAASHEID  261 


achoot  heeft  en  waaruit  papieren  haogen  met  „40000**,  „30000*'  en  ,2000" 
er  in,  is  gegraveerd:  „Byl^^om  bj  de  last'';  in  het  kistje  staan  pakjes 
papieren  op  écn  van  welke  men  leest:  „acties  edain*'.  Achter  Bombarie 
staat  de  duivel,  die  met  een  blaasbalg  Harlekijn  wind  in  het  ontbloote 
achterste  blaast,  welke  door  .dezen  weder  uitgebraakt  wordt  in  een  menigte 
akties,  waarnaar  de  dicht  opeengedrongen  menigte,  links  op  de  plaat,  begeerig 
de  handen  uitstrekt.  De  volgende  namen  komen  op  deze  papieren  voor: 
„Harlinge**,  „Zwol",  „Wesep',  „Schiedam",  „Gouda", „Edam", „Campen", 
j^nkhuisen",  „De  West",  „Commerci',  „Munnikendam",  ,,Rotterdam", 
„Utrecht'',  „Naarden",  „Alkmaar",  „Medenblik",  ., Delft",  „muien",  „De 
Zuid",  „Missi^ppiwEenige  personen  tusschen  deze  menigte  links  hebben 
papieren  in  blankQ  in  de  hand;  geheel  op  den  voorgrond  is  er  een,  die 
iD  vertwijfelinif  een  papier  toont,  waarop  „100000  al  quit".  Naast  hem 
rijdt  een  jongen  met  een  kruiwagen  net  stroppen,  een  vrouw  biedt  den 
wanhopigen  man  er  een  aan.  Links  op  den  tweeden  grond  een  gebouw, 
(het  Fransche  Koffiehuis  in  de  Kalverstraat  te  Amsterdam),  waaruit  ter 
zijde  een  vlag  hangt,  met  de  afbeelding  van  den  duivel,  binnen  een  om- 
heining (deo  Hollandschen  tuin)  onkruid  zaaiende  tusschen  de  tarwe,  met 
bei  bovenaohrift:  „Quincampoix."  en  het  onderschrift:  ,Jn  de  onkruid 
Zeeyer".  Vóór  op  den  stok  hangen  drie  kransen  met  narrekappen  eraan. 
In  de  zichtbare  i^de  van  den  wagen  zijn  de  wapens  van  een  elftal 
steden  gegraveerd,  n.1.  (van  links  naar  rechts  en  van  boven  naar  onder 
gezien)  van  Edam,  Purmerend,  Hoorn,  Enkhuizen,  Utrecht,  Monnikendam, 
Kampen,  Wee«p,  Naarden,  Muiden,  Medemblik,  terwijl  daar  boven  de 
hoofden  uitkomen  van  vier  mannen,  elk  een  papier  in  de  hand  houdend 
waarop,  van  links  naar  rechts:  „Wy  doen  me",  „De  Comp  is  vol",  „Lul- 
lekkerla:"(nd),  „Sant  kruyers",  (dit  laatste  doelt  op  Utrecht  en  is  niet, 
zooals  Stephens  heeft,  de  naam  van  hen  die  iemand  zand  in  de  oogen 
werpen);  bij  de  voeten  van  Bombario  zit  neg  een  vijfde  man  die  een 
ledige  geldbeurs  aan  het  volk  laat  zien.  De  wagen  rijdt  naar  rechte  op 
een  poort  aan,  waaraan  boven  den  doorgang  de  wapens  van  Haarlem, 
Amsterdam  en  Leiden  hangen;  er  onder:  „Sic  Itur  ad  Astra".  Een 
wachter,  die  in  de  poort  staat,  met  bisechopsmijter  op,  waarin  de  drie 
kruisen  van  't  amsterdamache  wapen,  wil  den  wagen,  volgens 't  vers,  naar 
buiten  drijven,  met  alle  windhandelaars,  die  nu  zich  bevinden  in  de  ruimte, 
begrensd  door  een  muur  tusschen  het  koffiehuis  Quiuquempoix  en  laatst- 
genoemde poort  en  die  ook  achter  den  wagen  vol  volk  staat.  In  't  midden 
op  den  voorgrond  staat  een  man,  wiens  paruik  afvalt  en  met  een  papier  in 
de  hand,  waarop :  „Het  is  verkogt",  die  door  een  hollandsch  zeeman,  rechts 
van  hem,  wordt  aangevallen;  meer  naar  rechts  een  kwakzalver  met  een 
kistje  dat  hem  om  den  hals  hangt  en  waarin  verscheiden  fleschjes  „Voor 
Siekheid"  en  „Voor  Dolheid"  staan.  Naast  dezen,  weder  rechts,  een  man 
toaschen   de  hoornen   van  een  draagstoel,  waaruit  aan  de  voorzijde  een 


Digitized  by 


Google 


262  GROOT   TAPEEBEL   DER   DWAASHEID  1720 


hoofd  steekt,  zeggende:  ,.]la  't  Lazarushuis".  Naast  den  ingang,  geheel 
rechts,  staat  een  omroeper  met  een  trom  en  in  de  linkerhand  een  label, 
waarop:  „Hoort  mijn  Heere,  hoort,  die  ryk  wil  worden  vau  Luisen, 
koopt  Acties."  De  woordspeling:  „Luisen"  voor  „Louiseu"  is  bij  Stephens 
niet  vermeld.  Een  weinig  links  van  de  poort,  achter  den  muur,  ziet  men 
een  kwakzalversteut  met  insehiift  „acties  te  koop ',  waarop  een  menigte 
met  stokken  gewapend  en  mot  steenen  werpend  volk  aanvalt;  daarachter 
verscheiden  rijtuigen  in  vliej;;:ende  vaart;  nog  hooger  een  kring  van 
dansende  mannen  en  vrouwen.  Op  den  achtergrond  water  met  schepen 
en  meer  naar  links  de  stad  Utrecht  met  den  Domtoren;  op  de  zandvlakte 
daar  vóór  is  men  druk  bezig  met  het  graven  van  het  kanaal  naar  zee. 
Een  weinig  achter  den  Harlekijn  op  den  wagen  ziet  men  het  Waagge- 
bouw  te  Amsterdam,  midden  tusschen  het  groen.  Op  de  wolken  zit 
Jupiter;  Merkurius  komt  uaar  hem  toe  gevlogen,  terwijl  de  oppergod 
zijn  bliksems  omlaag  zendt  en  Phiietou  uit  den  hemel  valt.  Onder  de 
plaat  is  met  het  opschrift:  „Verklaaring  op  de  Print  door  Phil adel phus.", 
een  74-regelig  vers,  in  vier  kolommen  gegraveerd,  aanvangende:  „Bedrog 
dat  zich  aanminnig  toond"  enz.  Philadelphus  is  de  schuilnaam  van  G.  Tysens; 
of  hij  echter  dit  vers  maakte  betwijfel  ik,  daarbij  't  beter  deed.  Misschien 
heeft  men  op  den  goeden  klank  van  zijn  naam,  zijn  pseudoniem  misbruikt 
Gravure  gr.  info!.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  SS+Ö,  Stephens  No.  1650). 

Van  deze  prent  bestaan,  voor  zoover  mij  bekend,  drie  staten: 

a  de  boven  beschrevene; 

b  een  latere,  slechte  afdruk  met  de  cijfers  1—14  in  de  plaat.  Of  ér  een 
afzonderlijke  verklaring  der  cijfers  bij  dezen  staat  behoort,  weet  ik  niet. 

c  dezelfde  plaat,  met  duitschc  verzen,  vermeld  door  Stephens. 

34^6.  —  13.  „Arlequyn  Actionist". 

Spotprent  op  den  windhandel  met  bovenstaand  inschriil  in  een  lint, 
vastgehouden  door  een  vliegenden  uil,  van  achteren  uitblazende  ,,de 
Compagnie  is  vol"  en  ..de  leste  sal  't  gelag  betaalen".  Da+  lint  is 
geplaatst  tusschen  allerlei  voorwerpen,  die  op  den  windhandel  doelen 
of  op  de  plaatsen  waar  zij  gedreven  werd.  Van  links  af  beginnende 
is  dit  een  varkenskop  (Weesp).  daar  onder  een  bos  wortelen  ^HoomJ.  een 
paar  flesschen,  twee  pukken,  met  het  wapen  van  Utrecht  op  't  bovenste, 
drie  haringen  (Enkhuizen).  een  afhangende  hoorn  (wapen  van  Hoorn), 
vier  goudsche  pijpen  aan  weerszijden  van  een  masker  Gouda):  dan 
bovenstaand  inschrift  waarnatist  rechts  een  ossekop,  een  zeis.  een  doe- 
delzak, een  kaas  en  eenige  onduidelijk  geteekende  voorwerpen,  twee 
ratten  (Rotterdam),  eenige  blazen  met  wind  gevuld  en  een  masker. 
Deze  vreemdsoortige  guirlande  hangt  tegen  een  opengeschoven  toonecl- 
gordijn,  dat  links  wordt  opgehouden  door  .,Scarmoes''  zooals  hij  in 
't  vers,   dat   onder   de   latere   staten    voorkomt,   genoemd   wordt,   achter 


Digitized  by 


Google 


1720  OROer   TAFEREEL    DER   DWAASHEID  263 

wiens  rechterbeen  men  leest:  „Een  Zot  maakt  meer  2k>tten";  rechts 
staat  Harlekijn  erbij,  die  een  bouten  zwaard  in  den  gordel  heeft,  waarop 
„Bambario".  Achter  het  gordijn  ziet  men  een  krioelende  menigte,  met 
den  ingang  van  de  Kalverstraat  en  een  gedeelte  van  het  tegenwoordig 
Zeemanshuis  alff  achtergrond.  Het  koffiehuis,  waar  in  hoofdzaak  de  wind- 
handel gedreven  werd,  is  aangfe wezen  door  .,Quincampoiz"  boven  de 
onderpui.  In  de  luifel  van  'thoekhuis  links  staat:  „Acties  in  HGros* 
terwijl  er  een  vlaggetje  uitsteekt,  naar  de  zijde  der  Kalverstraat.  met 
..Kool  te  Koop*'.  Alle  personen  houden  akties  in  de  hand  en  't  geheel  geeft 
een  levendig  beeld  van  de  koortsige  gejaagdheid  der  bubbelhandelaars.  Door 
letters  worden  de  akties  der  verschillende  steden  aangeduid:  ..H"(oom), 
..W'leesp),  „M"{uiden?),  ..E"(dam}.  ..D"(elft?}.  ..Z"(wol).  .,P"(urmerend), 
,,ü'{trecht}.  enz.  Vlak  achter  'trechtergordijn  een  stapel  pakken  papier, 
wier  inschriften:  ., Engelse  Narre  kappen",  „Pransche  Narre  kappen"  en 
..Duitsche  Narre  kappen"  doelen  op  't  bekende  watermerk.  Bovenop  staan 
drie  mannen,  terwijl  een  vierde,  gehurkt  en  met  de  ontbloote  posteriores  naar 
de  menigte  gekeerd,  het  geld,  dat  twee  der  drie  mannen  hem  door  een 
trechter  in  den  mond  gieten,  als  ,,Laauw"  akties  kwijtraakt.  De  derde  der 
staande  personen  leest  aan  het  volk  een  ..Project"  voor.  Vóór  't  gordijn, 
aan  dezelfde  zijde,  staat  een  papegaaienkooi.  waarin  ..Merkurius  gevangen" 
zit,  en  met  opgeheven  handen  smeekt:  „Ach!  Ver  lost  me".  Onder  in 
de  kooi  staat:  ..Bederf  voor  Vrouw  en  kinderen '.  Een  man,  die  achter 
Bombario  staat,  blaast  met  een  blaasbalg  Merkurius  win^l  in  't  hoofd. 
Achter  de  kooi  ligt  een  man  op  de  knieën;  hij  wijst  met  de  rechterhand, 
waarbij:  „Wie  wil  winnen"  gegraveerd  is,  op  tooverbekers,  kaarten, 
dobbel  steen  en.  enz.,  die  vóór  hem  op  den  grond  liggen ;  tegenover 
hem  zit  een  aap  bij  eenige  zakken  geld  van  welke  er  een  open  ge- 
gaan is,  op  een  anderen  leest  men:  ,.ik  heb  de  poen",  en  op  de  aktie, 
die  de  aap  in  de  hand  heeft:  ..Nul".  Op  den  tweeden  grond  staan 
twee  mannen,  voorover  gebukt  om  geld  op  te  rapen,  met  de  ontbloote 
posteriores  naar  elkander  gekeerd,  waaruit  zij  „Z:"(uid)  .,Z"(ee)  en  „Mis- 
sisippi"  akties  ontlasten;  vlak  achter  deze  beide,  rechts,  een  man  met  een 
papier,  waarop:  „al  Wint";  links  een  tweede,  eveneens  met  een  papier, 
waarop:  „Geit  toe";  bij  dezen  liggen  nog  twee  papieren  op  den  grond, 
waarop:  ,,A"(ctie),  .,R" (otterdam?)  en  ,.Via  ne".  Ook  staan  er  iets 
verderop  nog  twee  met  labellen,  waarop:  ..Bedroch"  en  ..Ach  my". 
Gravure  gr.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3547,  Stephens  No.  1651). 

Van  deze  geestige,  goed  gedachte  en  goed  geteekende  plaat,  zijn  hier 
vijf  verschillende  staten  aanwezig: 

a.  De  hierboven  beschrevene.  Titelplaat  der  afzonderlijke  uitgave 
van  het  blijspel  van  P.  Langendijk.  dat  ook  in  den  tekst  van  het  „Groot 
Tafereel"  is  opgenomen.  (Muller  No.  3547c). 

b.  Dezelfde  plaat.   De   voorwerpen  aan  weerszijden  van  den  titel  zijn 


Digitized  by 


Google 


264  OEOOT   TAFSEESL   DSB   DWAASHEID  1720 


door  arceeiing  hier  geheel  gew^zigd:  de  varkeoskop  is  blaasbalg  geworden, 
de  flesschea  en  de  pakken  met  het  utrechlsche  wapen  zijn  in  blazen 
veranderd,  de  haringen  in  wortels;  de  hoorn  is  gearceerd  maar  nog 
\ duidelijk  zichtbaar;  over  het  masker  en  de  pijpen  ia  wel  heen  gearceerd, 
maar  't  is  moeilijk  uit  te  maken  wat  zy  nu  voorstellen  moeten;  de 
ossekop  is  in  een  kool  veranderd;  zeis  en  doedelzak  hebben  een  onzekeren 
vorm  gekregen;  de  ratten  zijn  rapen  geworden  en  blazen  en  masker  aan 
t  eind  veel  zwaarder  gearceerd.    (Muller,  No.  S547a}. 

c.  Dezelfde  plaat  Voorwerpen  naast  den  titel  als  ö.  Ku  boven  de 
plaat,  in  boekdruk,  „Uitlegginge//  der//  tjtelplaat//  voor//  Arlequyn 
actionist.'*  Er  ouder,  eveueeus  in  boekdruk,  een  vers  van  ze^  5regelige 
koepletten,  in  drie  kolommen,  beginnende:  .,Ziet  hoe  dat  deeze  Actie- 
baazen''  enz.    (Muller  No.  3647^}. 

d.  Dezelfde  staat  als  c,  veel  latere  afdruk.  Opschrift  en  vers  uit  ander 
lettertype,  herkenbaar  aan  „der"  en  „voor"  in  't  opschrift  dat  bij  c  zuiver 
onder  elkaar:  ^  hier  op  dezewyze:  flftr"  o^der  elkander  staat  In 
't  laatste  koepiet.  Ie  regel,  hier  ,^ebouwen*'  voor  ,.gebrouwen'\  (N.  b.  M.). 

e.  Alleen  „Arlequyn  actiouist'\  in  boekdruk  boven  de  plaat;  in 
'tv^fde  koepiet,  regel  1,  „tehatten**  in  plaats  van  „schatten"' en  in  den 
laatsten  regel  van  't  vers;  „kou  ten  heet*.'*  voor  „kout  en  heet'.''  (N.  b.  M.}. 

Bovendien  is  hier  nog  een  omgekeerde  fransche  kopie  dezer  prent 
Gravure  in  omtrek  uit  deze  eeuw,  in-i*.,  z.  n.  v.  gr.  Bechts  bovenaan 
gemerkt  „PI  15  £''.  Alle  inschriften  z\in  hier  meer  of  minder  juist  over- 
gezet in  't  firanach.    (N.  b.  M.). 

Over  't  algemeen  is  de  verklaring  der  hollandsche  inaohriften.  ook  van 
deze  prent,  by  Stephens  zeer  goed;  alleen  is  't  niet  de  Rue  Quincampoix 
te  Pargs,  zooals  hg  meent,  maar  de  Kalverstraat  te  Amaterdam  die  op 
den  achtergrond  a^ebeeld  is;  Vianen  wordt  ook  hier  door  hem  weer 
een  stad  voor  krankzinnigen  genoemd,  terwijl  'teen  vrijplaats  was  voor 
personen,  die  aan  de  vervolging  voor  schuld  wilden  ontkomen. 

UQl.  —  13.  „Uytslag  der  Wind  Negoüe." 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  een  spotprent  op  den  windhandel.  Onder 
de  voorstelling,  samen  in  zes  kolommen,  een  7^regelig  vers  dat  de  ver- 
klariug  geeft  der  cijfers  1 — 23  in  de  plaat  en  een  lOregelige  „Toegift" 
Xauks  zit  de  direkteur  van  één  der  bubbe]kompagnien(l)  op  een  leunstoel, 
welke  op  een  wolk  staat;  met  de  linkerhand  deelt  hij  „Acties  op  Voordeel" 
uit;  met  de  rechter  heeft  hij  een  hoorn  des  overvloeds  vast,  waaruit 
„Overvloed  van  Kool'  valt  Achter  den  direkteur  staat  een  hollandsche 
boer  (2),  die  een  papier  vertoont,  waarop  „Hoornse  Wortelen*'.  Op  den 
voorgrond  links  ..Bombario'  (3);  hij  heeft  een  bakje  voor  'tlijf^  met  zijn 
naam  in  de  voorzijde,  de  inktflesch,  die  hem  aan  een  lint  om  den  hals 
hangt,  in  de   linkerhand  en  laat  zgn  bult  als  lessenaar  gebruiken  door 


Digitized  by 


Google 


17£0 


GBOOT   TAFË|l£J6L   DKR   i>WAA8HSU>  265 


dsa  achter  hem  staaaden  wiadhandekar,  die  van  een  tweeden  akties  op 
,,de  West*'  scbynt  te  koopen.  Tusschen  en  achter  beide  laatsten  staat  een 
nar  (é),  die  op  een  lepel  een  geheele  koets  heeft,  welke  h^j  wil  ..inawel- 
gen"  volgeus  *tvers.  Iets  meer  rechts  zit  een  „mislokt  Student"'  (5),  die 
uit  een  pot  huizen  schept,  maar  't  zijn  kaartenhuizen.  Voor  den  direkteur 
staan  tien  personen,  van  welke  een  viertal  in  't  vers  wordt  aangeduid. 
Een  „Heere  knegt'  (6)  vroeger  Heer.  vertoont  een  papier,  waarop  „Op 
de  Zujd";  een  niet  in  't  vers  aangewezene  heeft  een  papier  in  de  hand, 
waarop  „de  Polis';  een  „Smous"  (7)  ontvalt  pruik  en  hoed  door  de  haast, 
waarmede  hii  akties  „Van  de  Bahama"  aanbiedt;  iets  achter  dezen  een 
„lufTrouw"  (8),  die  „Liever  Wortelen  als  Roapen"  heeft;  nog  meer  naar 
't  midden  wordt  een  „Boer"  (9)  door  een  heer  tot  windhandel  aan- 
gespoord, maar  hij  heeft,  volgens  't  vers,  liever  „beesten ...  als  papier." 
Vóór  den  boer  een  jongen  met  een  marsje  op  den  rug,  waarop:  „Over- 
vloed van  Brile."  en  een  papier  met  „10000"  in  de  hand.  Rechts  op  den 
voorgrond  een  man  (10},  disparaat  over  zyn  verliezen,  uit  wiens  mond  een 
rookwolk  opstijgt,  waarin  een  papier,  met  inschrift:  „Ik  ben  n^gfeslooft, 
met  de  kous  op  't  hooft".  Geheel  rechts  zit  een  heer  (13)  op  een  ledige 
kist,  met  opeDgevallen  deksel,  waarin  men  leest: 

„'k  dagt  dees  Kist  vol  geldt  te  krygen, 

De  uytkomst  zyn  maar  Paarde  vjgen.'* 

Voor  de  kist  ligt  nog-  een  tweede  papier,  met: 
.jWie  troost  my  in  myn  droefheyt, 
myn  kist  is  leeg  5  wee  wat  spyt." 

De  mistroostige  man,  wiens  hoed  vóór  hem  op  den  grond  ligt,  leunt 
met  den  linkerarm  op  een  op  tafel  liggende  plaat,  waarop  Phaëton 
uit  de  lucht  vallend  is  afgebeeld.  Op  een  andere  kist  zit  een  heer  (11) 
met  den  rug  naar  den  beschouwer,  die  door  een  verrekijker  den  arbeid 
gadeslaat  der  gravers  aan  'tutrechtsch  kanaal  (21),  welke  links  op  den 
achtergrond  druk  bezig  zijn.  Achter  de  tafel  staat  een  dame,  die  volgens 
't  papier  dat  zij  in  de  handen  heeft,  haar  man  (13)  die  weenend  tegenover 
haar  staat,  troostend  toespreekt:  ,.lliyu  Lief  zyt  wel  gemoet,  Denkt  wat 
gy  «nog  Erve  moet."  Rechts  op  den  tweeden  grond  ziet  men  het  „Dol- 
huys''  (14),  waarin  reeds  een  ,  jiegotieerder  in  wind"  is  opgesloten,  terwijl 
er  twee  naar  den  bewaarder  komen  met  de  vraag:  „Wy  soeke  Logys".  Iets 
hooger,  aan  deze  zelfde  z\jde,  trekken  twee  mannen  (16)  naar  „Viaanen" 
dat  op  den  achtergrond  gezien  wordt,  terwgl  „Het  hinkend  Paard"  (16), 
volgens  het  vers,  achteraankomt.  Op  het  dak  van  't  Dolhuis  zit  een  jongen 
(17}  wiens  vliegertouw .  breekt  door  al  te  groeten  wind,  terwijl  een  molen 
(18)  door  dezelfde  oorzaak  door  de  vang  loopt.  Tusschen  den  molen  en 
de  reeds  genoemde  utrechtsche  gravers  is  een  karos  (19)  afbeeld,  waarbg 
een  „Gront  brief"  ligt,  terw^l  rechte  daarvan  een  ruiter  staat, a^eete^eq 


Digitized  by 


Google 


2o6  GROOT   TAFEREEL    DER    DWAASHEID  172O 


van  zijn  paanlje,  dat  .  jjfelt  '«cheyd''.  Onder  dit  paard  ziet  men  een  varken- 
drijver  (20)  .,Vnn  Wee^p.'":  links  naast  het  lint.  ..Staan'"  twee  mannen 
(•22)  ., 't  samen  in  de  \\xgt  te  schermen/',  rechts  van  't  lint,  in  de  lucht, 
een  kasteel  (23)  als 

'teynde  van  de  klugt. 

Men  bouwt  Kasteelea  in  de  lugt." 
De  ..Toeffifl"  is  een  verheerlijking-  van  Amsterdam  en  begfint: 
..ö  Amsterdam  beroemd  door  'tloffelyk  regfeeren, 
Der  wyse  mag-istraat  en  agtbre  Borger  Heeren, 
Gelukkig  magtige  en  moeder  Stad  aan  het  Y. 
Dat  gy  niet  mee  vervalt  tot  deese  gekkemy."  enz. 
Gravure  br.  infol.    z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ken  ik  maar  één  staat 
(Muller  No.  3548,  Stephena  No.  16BÏ.). 

3468.  —  14.  .,Quincampoix  in  Duigen.'' 

Inschrifl   in    den  boven.sten  plautnind  van  een  spotprent  op  den  wind- 
handel. Het  14-regelig  vers  van  .,Philadelphus"  (G.  Tysens),  aanvangende: 

..Law  die  vry  warm  vry  heet  van  kruin, 

Het  volk  leid  dapper  om  den  tuin, 

Moet  Ambachtslien  niet  tergen'  enz., 
dat  in  twee  kolommen  onder  de  plaat  is  gegraveerd,  zou  doen  vermoeden 
dat  het  op  parijsche  toestanden  doelt,  te  meer  daar  links  op  den  achter- 
grond de  Tuilerien  gezien  wordt,  ik  geloof  echter  dat  de  teekenaar  een 
afbeelding  heeft  willen  geven  van  het  koffiehuis  in  de  Kalveri^traat.  dat 
men  te  dier  tijd  ..Quincampoix '  had  genoemd.  De  geheele  voorstelling 
geeft  een  bijna  onbeschrijfelijk  tooueel  van  verwarring  te  zien.  De  tweede 
grond  op  de  rechterhelft  der  plaat  wordt  ingenomen  door  het  bedoelde 
huis,  dat  als  een  kermiskraam  afgebeeld  is,  in  de  hoogte  gebouwd  en 
met  een  plankier  er  voor;  aan  de  linkerzijde  hangt  een  vaandel  waarop: 
,.Het  Spul  is  uyt".  De  ruiten  worden  met  stee nen  ingeworpen,  de  planken 
er  aan  de  zichtbare  zijde  met  haken  uitgetrokken;  alles  vecht,  zoowel 
binnen  als  buitenshuis.  Links  giet  een  vrouw  uit  het  venster  een  pot  water 
ledig;  rechts  schopt  een  zeeman  een  tafel  om,  waardoor  ketel,  kan, 
pijpen,  enz.  op  't  omlaag  staande  volk  vallen.  ,.Bomba'(rio)  ligt.  door 
mannen  en  vrouwen  geslagen  en  getrapt,  voor  op  'ttooneel  en  werpt 
akties  van  ..100',  ..lOüO'  en  ..2000"  onder  't  volk,  dat  links  daarvan 
Merkurius  op  een  schild  omhoog  houdt.  Deze  beefl  in  de  rechterhand 
een  speer  met  vrijheidshoed  waaraan  een  vaandeltje:  „Voor  't  gemeen", 
terwijl  de  wapens  van  Haarlem.  Arasterdam  en  Leiden  om  zijn  middel 
hangen.  Rechts  ligt  een  bijna  ontkleed  man  (Knight)  op  den  grond,  om- 
ringd door  „Zuyf'zeeakties;  van  welke  kompagnie  hij  bestuurder  was, 
het  om  hem  heenstaande  volk  heft  o.  a.  zijn  met  rozen  bezaaide  jas- 
„tot   buyt"   omhoog.     Een  weinig  naar  links,  bijna  in  't  midden  op    den 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAPBEKBL    ÜBR   DWAASHEID  267 


voorgrond,  wordt  een  persoon  (volgens  Stephens  de  regent  van  Frankrijk 
maar,  naar  ik  geloof,  Law,  daar  de  schotsche  harp  op  den  broek  wijzen 
kan  op  Law  s  geboorteland  en  de  lelies  op  de  fransche  bescherming), 
op  wiens  borst  men  leest:  „Ik  salt  niet  weer  doen",  door  een  woedende 
menigte  van  zijn  kleed  beroofd,  en,  onder  het  omhoogsteken  van  een 
papier,  waarop  .,81aa  doodt",  met  allerlei  voorwerpen:  hamer,  stoel,  stok, 
ztiug,  boor.  wafelijzer,  kolf,  enz.  gedreigd.  Op  den  grond  liggen  aan  zijn 
voeten  .,Mi88ippe."  {sic)  en  .,Missippi'  [sic]  aandeelen.  Geheel  links  rijdt 
een  koets  met  vier  paarden,  waar  de  bedreigde  persoon  blijkbaar  uitge- 
stapt is.  tegen  de  menigte  in. 

Links  in  de  wolken  een  leeuw  (de  Hollandsche),  die  den  rechterklauw 
op  de  wapens  der  drie  nietgeaktioneerde  steden  houdt,  onder  wiens 
achterpoot  een  papier  ligt  met:  ..Hier  van  duun  '  en  die  met  het  zwaard, 
dat  hij  in  den  linkerklauw  heeft,  een  dog  [Engeland),  met  ..do  Zuyt" 
in  zijn  poot,  een  gekroonde  haan  (Frankrijk),  die  een  „missippi"  [sic) 
aktie  vast  heeft,  en  verscheidene  vogels  verja:igt,  die  waardelooze  akties, 
door  een  O  aangewezen,  in  den  bek  hebben.  Van  deze  plaat  is  mij  clechts 
eén  staat  bekend.  (Muller  No.  3540,  Stephens  No.  1653). 
3469.  —  13.  ..De  ROTTEge  BLAAS-balg,  en  de  Geest  van  ERASMÜ8 

zwervende   uit  zyn  Geboorte  Stad  naar  de  DRIE  OngeACTIOiieerde  Vry- 

steden  van  H§".  (Holland). 

Opschrift  boven  een  gegraveerd  62regelig  vers,  in  vier  kolommen,  dat 
de  verklaring  geeft  der  cijfers  1 — 13.  voorkomende  in  >ieze  spotprent  op 
den  windhandel  te  Rotterdam.  Voor  een  zuil,  waarteger.  de  w- j^ns  der  zoo- 
genoemd niet-geaktioueerde  steden  Amsterdam,  Haarlem  en  Leidei)  h.  n^^ea, 
welke  door  een  engeltje  (de  Faam)  gekroond  worden,  nen.e -^  Merliurius 
(4),  die  op  die  wapens  wijst  en  Erasmus  (3),  in  pelgrimskleed,  afticheid  \an 
elkaar,  daar  de  laatste,  met  rei.szak,  waarop:  .,Goe  rys"  in  de  rechter-  en 
wandelstaf  en  kruik  in  de  linkerhand,  zijn  geboortestad  verlaat  uit  schaamte 
over  haar  dwaasheid.  Terzijde  van  het  engeltje:  „Hoe  quader  naam  de  nyd 
verkrygt  Hoe  meer  de  Faam  der  wysen  «tygt.'  Een  welgesteld  Rotter- 
dammer (2).  die  rechts  op  de  plaat  op  een  moUeval  zit.  om  daar  blinde 
gravers  (zinspeling  op  Utrecht)  mede  te  vangen,  vertreedt  het  recht,  daar 
hij  zijn  voet  op  de  schaal  der  gerechtigheid  heeften  strooit,  door  de  inblazin- 
gen van  Bedrog  (1)  gedreven,  allerlei  akties  uit,  die  de  volgende  inschriften 
hebben:  ..Rottege  Actie",  ^AVy  zyn  met  de  Rotte  Maas",  ..Verlaat  ons 
niet  Mercuur",  „Narre  schat",  ,, Eerste  Bedervers",  „Veegerje  P^  mee", 
,, Hopman  der  Windschutters'.  Vóór  dezen  man  zit  een  aap,  met  boven- 
schrift: „'t  Was  ons  Bedryf";  onder  hem:  „'k  Wil  de  schande  Van  den 
Lande  Slechs  verbranden".  De  aap  blaast  een  vuur  aan  en  werpt  daar 
twee  strooken  papier  in,  waarop  men  leest:  „Wind  blaast  vuur  aan  En 
moet  er  door  vergaan  't  Lyt  in  «de  as".  Links  staan  twee  mannen  (5  en  0) 
bij   een   kist  gevuld  met  kool  en  blaasbalgen;  de  een  heeft  vier  sleutels 


Digitized  by 


Google 


268  QBOOT   lAïfiUUL   J>BB  DWAASHHID  IJSO 

in  d«  roohUrkaod,  de  Ander  trekt  xich  in  vertwijfrUng  de  pruik  af. 
Tegen  de  kiat  staat  een  epade,  waaria  gegraveerd  ia:  „Een  goude  eekop 
Voor  die  *t eerst  vat  op';  daar  omheen  ledige  geldzakken,  waar  onder: 
,,De  drommel  in  specie''.  Rechts  vaa  die  zakken: 

„Daar  ia  al  veel  gegeeg^n  {iic) 

Maar  waar  ia  't  geld  gebleeven". 

„De  zakken  moeten  nog  eens  vol 

Dan  grnaven  wy  als  dol." 

Van  een  hoog-e  rots  storten  zich  twee  „Gentelmans"  (7)  omlaag,  terwijl 

hun  schip  (8),  dat  door  vleugels  (en  dus  door  wind)  voortbewogen  wordt, 

zonder  lading  ,,8nel  weerom"  komt.     In  de  (Zuid)zee  ligt  een  man  (9)  op 

*tpuut   van   verdrinken,  hoog  boven  hem  verduistert  de  (Zuider)zon  (10). 

Rechts  van  de  zuil,  boven  Erabmus,  een  tweede  schip  met  vleugels  (11), 

doch  ook  zonder  lading,  waaronder: 

„'k  Vlieg  ras  naar  de  Zuid 

Eer  't  heel  is  verbruid". 

Iets   lager  en  meer  rechts  een  vleermuis  (12).  volgens  't  vers  de  West- 

indische  kompagnie.    In  den  rechterbovenhoek  een  ooievaar  (13)  met  een 

paling  in  den  bek,  en  met  het  onderschrift: 

..Ik  heb  by't  H^:  (Hof)  wel  eer  voorapelt 

Een  doodiyk  oproer  en  geweld". 

In  den  bovensten  plaatrand  is  gegraveerd :  „De  Eklips  der  Zuider  Zon 

doet  veele  in   't  duister   zitten  Veroorzaakt  door  de  onpolitike  Maan  der 

n 
Br "   (Britten).   Onder   't hollaudsche    vers  een  89regelig  verklarend 

h-ansch   vers.   in  drie  kolommen,  met  het  opschrift:  „L'actieux  souflet,  et 

Ie   geuie   d'Erasme,  (juitant  la  Vil  Ie,  oü  il  naquet  {sic)  pour  aller  voir  les 

trois  villes  non-Actionées  d'  Hollande".  Gnivure  in-fol,  z.  n,  v.  gr.  (Muller 

No.  3550,  Stephens  No.  1654-).  Van  deze  prent  zijn  mij  twee  staten  bekend  : 

a  de  hierboven  beschrevene. 

b  Geheel  als  de  vorige;  het  laatste  woord  ,,op"  in  'tiuschrift  in  de 
schop  links,  dat  in  den  vorigen  staat  bijna  onleesbaar  achter  aan  den 
tweeden  regel  stond,  is  hier  afisonderiijk  op  een  derden  reg^l  gegniveerd ; 
in  het  eerste  tweelingvers  rechts  van  de  ledige  zakken  staat  hier  ,.ge- 
geeveu",  in  den  vorigen:  ..gegeegen",  en  in  't  opschrift  van  'tfransche 
vers  hier:  .,uaquit"  in  de  vorige  ., naquet". 

Zie  voor  de  rotterdamsche  kompagnie  mijn  opstel  in  het  Botterdamich 
Jaarboekje.  Zesde  jaar ganrj.  Rotterdam  1899. 

3^70.  —  16.  „De  Regte  Afbeelding  der  Wind  Negotie  Gehouden  in 
de  straat  van  Quiuquempoix  tot  Farys." 

Opschrift   boven   een   52-regelig   vers,   in   drie   kolommen,  gegraveerd 
onder    een    spotprent    op    den    windhandel.     Het    opschrift    wordt    in* 
tweeen  gedeeld   door  een  cartouche,   waarin:   „Eue  Quin  quempoix  en 


Digitized  by 


Google 


1780  GROOT  TAFBRB«L   DBR   DWAASHEID  269 


l'Année  17t^*'.    Bötoh  in  de  cartouche  een  pi^kroond  maflker,  aan  iedere* 
x^e  een   hoorn  des  oTenrIoeds;   uit  beide  Tallen  munten  en  papieren. 
Op  de  papieren  links  leest  men:  „action  etc'*,  „porte",  „accep,*' 

ITit  de  eerste  verdieping  van  een  huis,  links  op  den  achtergrond  der  plaat, 
ziet  „Law"  op  de  in  de  straat  verzamelde  menigte  neer;  bg  hem  hangt,  aan 
een  in  den  muur  bevestigd  ijzer,  de  „Actie  klok."  Aan  een  over  de  straat 
gespannen  koord  ziet  men,  ongeveer  op  't  midden,  de  „Missisippi  Lan- 
taarn.'' zonder  licht;  rechts  aan  't  einde  drie  stroppen :  onder  den  eerste,  van 
links  af:  ,,Hier  syn  Stroppe",  onder  den  derde:  .,Wie  Koopt  Stroppen.'" 
Onder  dezen  laatste  buigt  zich  een  man  uit  een  openslaand  venster,  grypend 
naar  een  vallend  papier,  waarop  „Dat  ten  gevallen."  Tegen  den  muur  onder 
den  man :  „Nuw  moet  ik  voort  Want  d' Actie  Ontvalt  myn".  In  de  luifel 
van  het  huis  daar  naast:  „Wat  Denkt  gij  van  die  Actie";  in  't  venster 
daaronder,  kennelgk  doelend  op  den  uithangenden  sleutel,  ,,ik  Sluijt  en 
Onf  luijt'.  In  den  rechterbenedenhoek  der  prent  staat  een  afsonderlijk  groepje 
vechtende  personen,  waarbij  een  hellebardier,  in  wiens  jas  .,Eom  na  de 
Cachot ',  wat  hy  blijkbaar  tegen  den  man  zegt  op  wiens  rug  men  leest 
„Og  wat  vallen  my  die  Accie  8 waar  etc"  en  die.  aan  ean  jongen  achter 
den  politieman,  een  pakje  geeft,  dat  hij  gerold  heeft.  In  de  jas  van  den 
man,  die  den  zakkeroUer  met  een  stok  dreigt:  ,.Weg  Akkeist".  Achter  den 
laatste,  die  door  een  hond  in  't  been  gebeten  wordt,  valt  er  een  voorover, 
in  wiens  mouw  staat:  „Wat  doen  ik  hier".  In  het  kleed  van  weder  een 
ander,  en  die,  achter  den  hellebardier.  zich  de  haren  uit  het  hoofd  trekt, 
leest  men:  „ik  weet  geen  Raad".  Op  de  trom  van  den  omroeper, 
tUR.<{chen  deze  groep  en  de  menigte  links:  „Wie  koop  in  de  Bank"; 
links  van  dezen  staat  „Bombario",  wiens  bult  als  lessenaar  dienst  doet. 
Een  zevental  personen  op  den  voorgrond  in  de  linkerhelft  der  plaat, 
hebben  papieren  op  mantel,  jas  of  japon,  waarin,  van  links  naar  rechts, 
de  volgende  inschriften:  , .Project  van  Missisippi",  ..Remcdi  Voor  de 
Accion:",  „8y  dring  mijn  dood",  „Madam  kan  gij  U  Actie  houw",  „Dat 
Sweer  ik  tJ  bij  mijne  Trouw.",  „o  Actie  ik  moet  na  de  Galei",  „Koop 
maar  Acties",  .,ik  bid  om  Tlytkomst";  naast  den  persoon,  die  't  papier 
met  het  laatste  inschrift  en  een  rozekrans  in  de  hand  heeft,  staat  een  man, 
die  zijn  schoenen  laat  poetsen;  onder  dezen: 

.,Die  met  syn  Actie  is  verlegen 
I^aat  met  haast  Sijn  Schoene  Yeegen", 
tervT^jl  in  den  linkerbenedenhoek  onder  een  zittend  man,  weinig  in  't  oog 
loopend  staat:  „Notaris  int  Donker".  Gravure  br.  in*fol.,  naar  en  door  A. 
Humblot,  met  adres  van  G.  Duchange  te  Parijs,  pasklaar  gemaakt  voor 
'thollandsch  publiek  door  de  hollandsche  inschriften  en  het  vers  onder 
de  plaat,  dat  aanvangt:  ..Waar  eertijds  't  Grieks  Atheen'  vermaard"  enz. 
(Muller  No.  8551<r,  Stephens  No.  1655).  Van  deze  prent  is  mij  maar 
een  ilaat  bekend;  Muller  vermeldt  echter  onder  No.  8551&  de  oorspron- 


Digitized  by 


Google 


270  GROOT  TAPBRBBL   DBB   DWAASHEID  1720 


kelijke  fransche  prent,  zonder  inschriflen  of  verzen.  Ook  is  hier  nog*  ann- 
wezi|^  een  uitnemende  duitsche  kopie,  die  ik  als  variant  laat  volf^n 
onder  afzonderlijk  nommer. 

8471.  —  16«.  „Abbildung"  des  auf  der  Strase  Qvincampoix  in  Pa- 
ris entstandenen  so  berübmten  Actiën  =  Handels.' 

Onderschrift,  met  duiUchen  tekst  in  proza  van  54  regels,  g-e^j^veerd 
m  twee  kolommen  onder  dezelfde  voorstelling',  maar  in  andere  gravure, 
van  de  voorgaande  plaat.  In  't  midden,  tusschen  de  beide  kolommen  tekst, 
het  borstbeeld  van  ,.I.  Law."  van  voren,  naar  rechts,  op  voetstuk,  in 
ovaal,  waarachter  Geveinsdheid  staat  met  twee  aangezichten,  in  de  rechter- 
hand een  hoorn  des  overvloeds  met  g-eld  en  rozekransen  en  een  masker 
vasthoudend,  met  de  linker  een  dergelijken  hoorn,  waaruit  aktien  vallen. 
Links  van  het  voetstuk  een  koopman  met  de  linkerhand  daaraan  ge- 
ketend, rechts  een  wanhopig  berooid  koopman  die  zich,  op  den  grond 
liggend,  doorsteekt;  achter  dezen  een  vrouw.  Onder  den  naam  van  I^aw, 
in  't  voetstuk :  ,.Irus  et  est  subito  qui  modo  Croesus  erat."  Gravure  br. 
in  fol.,  z.  n.  v.  gr..  ..Excudit  C.  Weigel  nach  den  Parisischen  Original." 

(N.  b.  M..  Stephens  No.  1656). 

3472.  —  17.  „Bombario.  o  dood!  Te  schendig  in  de  nood." 

Opschrifl  in  den  bovensten  plaatrand  eener  spotprent  op  den  windhandel 
^  Hoorn.  De  plant  vertoont  twee  voorstellingen  naast  elkaar;  links  een 
zaal.  in  't  14-regelig  vers.  dat  in  twee  kolommen  midden  onder  de  voor- 
stelling is  gegraveerd,  „'t  Hoorensche  Paleis  Royal,''  genoemd,  waarin 
de  boeren,  die  rustig  bijeen  „Een  lekker  weesops  spekje.  met  Een 
Hoorens  pimpeltje,''  gebruikten,  door  lieden  met  Midasooren  en  bokspootcn 
aangegrepen  worden,  In  't  midden,  een  weinig  nanr  rechts,  op  den  voorgrond, 
heeft  de  Dood  Bombario  (de  verpersoonlijkte  windhandel?^  vast.  De  bak. 
met  het  inschrift:  „Bombar  io",  is  hem  van  den  hals  gevallen  en  al  de 
papieren,  die  er  in  waren  liggen  op  den  grond  Men  leest  er  de  volgende  in- 
schriften  in :  ,,00",  .,00''.  „00' .  ,,Wie  topt  nog',  ,00",  ,.gelt  sugt"  (niet,  zooals 
Stephens  heeft:  ,,money  seeking"  maar  ..covetousness").  ,.'tis  tog  miss'', 
,.naa  Viane",  ,.nog  meer  wint'*.  ..ti.sbedrog",  ..Voor  Armoet",  ..Tot 
bederf",  „00",  ..Voor  rys  geit"  (Stephens  vertaalt:  „for  a  rise  in  money" 
maar  't  moet  zijn:  ..for  travelling-money''  i.  e.  naar  Vianen),  .,Wie  wil 
nog  wat";  blijkens  een  papier  onder  zijn  voeten  klaagt  Bombario  ,.Ag 
meedemakkers  help  noü  ook". 

Achter  Bombario  wordt  een  deftig  gekleed  heer,  in  't  vérs  als  den 
„Directeur'  aangewezen,  gegrepen  door  twee  saters  met  speeren  in 
de  hand;  volgens  het  papier  dat  onder  hem  ligt.  zegt  hij:  .,Ik  bad 
het  nooyt  zoo  gedagt",  doch  in  't  vers  heet  het,  dat  bij  roept:  ..loop, 
loop",  wat  in  verband  met  de  beide  volgende  regels,  mij  doet  vermoeden 
dat  er  iets  voorgevallen  is  met  den  direkteur  dier  hoomsche  kompagnie. 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFER88L   DER   DWAASHEID  271 

Bij  den  eenen  bokspoot  ligt  een  papier,  waarop:  „Wj  sellen  uw  wat 
aars  leeren*'.  Geheel  naar  links  vlucht  een  boer,  ook  aangevat  door  één 
dier  bokspooten;  op  een  papier  bij  zijn  voeten  staat:  „Ag  myn";  daarbij 
ligt  een  vaatje,  waarop:  ..qwg";  een  tweede  boer  achter  den  eer^tge- 
noemden  zegt  ,.0  spyt*'.  In  den  linkerhoek  op  den  voorgrond  staat  een 
geheel  met  zakken  gevulde  kist:  „Overvloet  van  Goud  *,  waar  naast  nog 
meer  zakken  liggen,  't  Is  een  algemeen  gevecht  in  deze  zaal.  Op  den 
achtergrond  ziet  men  door  een  poort  „Vianen",  een  wagen  vol  wind- 
handelaars, naar  die  vrijstad  trekkende,  twee  vechtende  mannen,  rechts 
een  man,  die  zich  opgehangen  heeft  voor  een  in  aanbouw  zijnd  huis,  als 
beeld  der  wanhoop  omdat  hij  'thuis  niet  voltooien  kon?,  enz. 

Op  het  rechtergedeelte  der  plaat,  met  een  gevleugelden  zandlooper 
onder  den  linkervoet,  de  Tijd.  die  een  gordijn  wegtrekt,  waardoor  een 
zaal  zichtbaar  wordt,  waarin  de  Gerechtigheid  ten  troon  zit  onder  een 
guirlande  van  bloemen,  met  de  wapens  der  drie  niet-geaktioneerde  steden 
er  tusschen:  Amsterdam  in  *t midden:  Leiden  rechts  en  Haarlem  links. 
Links  van  den  troon  staat  de  Hollandsche  maagd  met  speer  en  vrijheids- 
hoed  bij  het  altaar  met  boek;  rechts  de  Waarheid.  Vóór  den  troon  staat 
de  handelsgod.  die,  volgens  'tinschrift  in  de  onderste  treden  ..Merkurius 
klagten'*,  komt  inbrengen  tegen  het  tenietgaan  van  den  eerlijken  handel 
door  de  windnegotie.  Aan  deze  zijde,  op  den  voorgrond,  een  dwerg  met 
papier  in  de  linkerhand,  waarop:  „Wie  zal  hy  nouw  vragen  om  raaf'; 
in  de  rechterhand  heeft  hij  een  net.  waaruit  geldstukkeu  vallen. 

Links  van  het  vers  onder  de  hoofdafbeelding  is,  in  achthoekige  om- 
lijsting, met  narrenkap  op,  en  een  blaas  met  erten  gevuld,  aan  een  stok 
hl  de  hand  houdend,  Demokriet  afgebeeld  bij  een  wereldbol,  waarop 
men  „Missisipi".  „West"  en  „Zuyt'  leest;  bovenuit  steekt  t hoofd  van 
Law.  Achter  ..Deraclite"  zooals  hier  foutief  voor  „Democrite"  onder  in 
de  omlijsting  staat,  ligt  een  wiel  of  hoepel  met  stok. 

Rechts  van  het  vers  is  een  dergelijke  voorstelling,  die  ..Heraclite" 
vertoont,  weenend  bij  een  wereldbol,  waarop  zijn  linkerarm  rust.  Hij 
staat  met  zijn  linkervoet  op  een  , .Groot  boek"  en  .,K.(as)  boek''.  Nnast 
hem  ligt  een  gebroken  molentje,  vóór  hem  een  gebroken  hoepel  met  stok 
(niet.  zooals  Stephens  zegt,  een  gebroken  ring).  Het  vers  vangt  aan:  .,De 
Boertjes  knappen  al  temaal,''  enz. 

Gravure  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  35B2,  Stephens  No.  1658).  Van 
deze  prent  zijn  mij  drie  staten  bekend : 

a  de  boven  beschrevene;  (Muller  No.  3662a). 

b  geheel   als   de   vorige,   alleen  is  in  de  kleine  voorstelling  links  van 
het  vers  „Deraclite'*  veranderd  in  ..Democrite",   (N.  b.  M.): 
e  dezelfde  plaat,  zeer  veranderd: 

Het  inschrift  luidt  nu:  „Bombario,  o  dood,  Gy  waart  geen  vrind  van 
Law  toen  gy  Paus  Clemens  schoot." 


Digitized  by 


Google 


272  GROOT   TAPBRBKL   DBK   DWAASHEID  1720 

R^edfl  uit  deze  wyzigin^  bUJIrt  de  geheel  yeranderde  bestemming  der 
prent  Ook  't  veni  onder  de  voorstellinff  is  door  een  veel  pfrooter  tct- 
vang^n.  Dit  he^d  tot  opfw»hrift:  ,.  t  Cachot  van  Ml  Kni^,  Znidzee 
Actie  Knssier,  en  de  Roomse  Schilderj*  en  Medali." 

Het  linkergedeelte  der  plaat  is  in  het  43reg«lig  vers  geheel  op  éezen 
benirhten  kassier  der  Southsea  company  toegepast.  Deze. in besrhuldigiiig 
gesteld,  vluchtte  naar  Belgié.  werd  daar  gevat  doch  terwijl  men  over 
zijn  uitlevving  onderhandelde,  kocht  hij  zijn  cipier  om  en  vluchtte  naar 
Parijs.  In  17i8  kreeg  hy  van  de  engelsche  regeering  toestemming  naar 
zijn  land  terug  te  keeren. 
Het  vers  begint: 

„Is 't  Meester  Knigt  of  is  hy  't  niet? 

Die  gr  hier  arresteeren  ziet;"  enz. 
De  persoon  in  den  vorigen  staat  als  een  ..Directeur"  aangegeven,  moet 
nu   Knight  voorstellen,  die.  hoewel  hij  hier,  volgens  't  begin  van  't  vers, 
gearresteerd   wordt,   toch   reeds,   blijkens  het  vervolg  daarvan,  uit  Ant- 
werpen gevlucht  was: 

, die  fVn  man  looft  braaf  duiten. 

En  vuld  ook  zyn  Cipier  de  kap, 

Doet  Braband  gulde  rekenschap. 

En  laat  slechs  de  goede  Englen  fluiten:*'. 
..Yianen",  dat  men  door  de  poort  links  op  den  achtergrond  zag,  is 
veranderd  in  een  „Vryplaats".  Alle  inschriflen  zijn  aan  deze  zijde  der 
plaat  overigens,  evenals  de  gehcele  voorstelling,  bijna  dezelfde  gebleven, 
alleen  staat  nu  onder  den  arrestant:  „M*]  Knigt",  terwijl  er  hier  eenige 
geldstukken  uit  zijn  zak  vallen  en  onder  hem  liggen,  die  in  den  vorigen 
staat  niet  voorkomen.  De  rechterzijde  der  plaat  is  echter  geheel  veranderd. 
Met  het  onderschrift:    „Roomse  Schildery"   is   nu  het  praalbed  af- 

gebeeld van  den  op  8  Maart  1731  gestorven  paus  „Clemens  XF'.    Vóór 
het  bed  staat  .,Law"  bij  wiens  voeten  men  leest: 
„Uit  myne  keel  ik  kak 
Veneetse  Theriak"; 
(dit  is  niet  zooals  Stephens  zegt:  ,,Venetian  Trade"  maar  „Venetian  Treacle" 
an  universal  medecine) ;  er  liggen  ook  nog  eenige  voorwerpen  die  hf  aan 
windmolentjes    hf   aan    troffel   en   schop   doen   denken.    Bij    Law  staat 
de    ,, Pretendent",   wien   pruik   en  hoed    van    't  hoofd    vallen;   elk  heeft 
een   touw  in  de  hand,  waarmede  zij  de  ,,Malmolen  van  Law  en  de  Pre- 
tendent"   in   beweging  brengen,  die  boven  op  den  hemel  van  't  praalbed 
staat  en  zoowel  zinspeling  zijn  zal  op  't  belang  dat  beiden  bij  den  wind- 
handel   hadden,    als    op   de   molenaarsle^enden   omtrent   den   zoon   van 
Jakobus   II    vroeger   uitgestrooid.     Achter   't  ledikant   staat    ..Alberoni". 
boven  wiens  hoofd  men  in  een  lint  leest:  „Constitutie  in  de  rouw.";  ook 
hem  valt  de  (kardinaals}hoed  van  't  hoofd.    Door  een  koord;  dat  over  het 


Digitized  by 


Google 


1730  GROOT   TAFEREKL    DER    DWAASHEID  273 


bt»d  heenloopt,  zijn  deze  drie  personen  aan  elknnder  verbonden.  Niet 
onduidelijk  schijnt  hieruit  te  blijken,  dat  er  te  dier  tijd  waren,  die 
meenden,  dat  er  verband  bestond  tussrhen  Clemens  XI  en  bovenbeen  oera- 
den. Op  den  heraol  van  't  ledikant  staat  een  van  vreugrde  kraaiende 
haan  (Frankrijk),  een  arend  roet  een  vaandeltje  in  den  bek,  waarop 
..SPQR"  en  de  enfifelfiche  leeuw,  wiens  eene  klauw  op  een  wapenschild 
rust.  terwijl  hij  in  de  nndere  een  zak  met  peld  heeft.  Bij  't  hoofdeinde 
van  het  pmiilbed  lippt  een  ..Conclavist''.  wien  door  een  kardinaal,  die  met 
eenii^e  kolle^^-at;  links  vnn  't  bed  staat,  de  sleutels  van  Petrus  reeds 
pen-even  zij;i  en  de  tinnr  wordt  annpfeboden.  Onder  de  voeten  van  den 
kanliuaal:  ..Nominatie  Cardinaalen".  Boven  de  post  van  den  deurinfrang"^ 
waaruit  deze  ^ee.stelijken  komen,  han^ft  het  borstbeeld  van  kardinaal 
Conti,  die  den  8en  Mei  1721  paus  werd  onder  den  naam  ..Inuocentius  XIII", 
.  welke  naam  onder  in  het  medaillon  stnnt.  dat  dit  portret  ompreefl.  Achter 
het  portret  ziet  men  een  eiinfel,  volprens  't  vors  .,Si  Michüel".  die  den 
duivel  verjpnpft.  Boven  't  medaillon  een  duif  met  een  vredes-tak  in  den 
bek.  Op  het  papier,  dat  de  dwerg",  rechts  op  den  voorgrond,  in  de  hand 
heeft,  staat  nu:  „Wie  zal  knigt  (Knight)  nouw  vragen  o;n  raat".  Deze 
dwerg"  wordt  in  het  vers  „Frans  zwartkap"  genoemd. 

De  voorstellingen  aan  weerszijden  van  't  vers  zijn  veranderd;  links 
alleen  door  't  wegkrabben  van  't  woord  ..Democrite"  onder  de  voorstelling 
en  't  daarvoor  in  de  pinats  bovenin  gegraveerde  ..Pretendent  Pretendents 
z<K>n"  (James  Fraiuis  Edward  Stuart)  boven  in  de  lijst,  die  de  voorstelling 
omgeeft;  terwijl  links  boven  den  hoepel  een  graftombe  bijgegraveerd  ia 
roet  de  inschriften :  ..Hier  is  begraven  de  eeniggebooren  met  zyn  vader."  — 
„Hir  sepuUiis  cst  UniTeiiitus  cum  Patre  suo.'",  zins})eling  op  den  dood  van 
Clemens  en  daarmede  van  zijn  bul  .,Unigenitus''.  die  hij  in  1713  deed  uitgaiui. 
De  voorstelling  rechts  is  geheel  veranderd;  in  een  cirkel,  die  bovenaan  tot 
in  de  achtkante  lijst  komt  en  onderaan  daar  ver  overheen  steekt  en  den 
plantrand  raakt,  is  een  rad  van  avontuur  afgebeeld.  ,.Paus  Inuocentius" 
zit  bovenop  en  slingert  zijn  bliksems  naar  de  „Constitutie.",  terwijl  hij  in 
de  rechterhand  een  geesel  heeft,  waarmede  hij  links  „Law"  treft,  die 
omlaag  vallend,  hoed.  pruik,  aktie  en  blazen,  met  wind  govuW.  verliest. 
Rcht-s  biedt  de  „Pretendent'',  met  een  molentje  op  't  hoofd  en  met  molen- 
wieken aan  nig  en  linkervoet,  den  paus  een  „Req."(uest)  aan.  De  linker- 
voet rust  op  den  bisschops-staf,  welke  Alberoni.  die  onder  het  rad  ligt, 
in  de  hand  heeft. 

Gravure  br.  in  fol.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3553A,  Stephens  No.  1709). 

3473.  —  18.  ..Monument  con.sacré  a  la  posterité  en  memoire  de  la  folie 
incroyable  de  la  XX.  année  du  XVIII.  siècle.  Ter  eeuwigcr  gedagtenisse 
der  dwaasheid  van  het  XX.  jaar  der  XVIII.  eeuw. ' 

Inachrift  in  den  boven.sten  plaatrand  eener  uitnemend  uitgevoerde  spot- 
prent op  den  windhandel.   De  hoofdvoorstelling  der  plaat,  die  van  rechts 
XT  18 


Digitized  by 


Google 


274  OROOT   TAFEREEL    DfR    DWAASHEID  173O 


af  onp^eveer  twee  derden  der  plaat  inneemt,  is  ..Fortuna",  wier  gevleu- 
gelde liukervo 't  htaat  op  het  achterste  nid  van  haren  wagen,  bestuurd 
door  de  „Zotheid",  qaet  een  narreLkup  op  't  hoofd,  waurop  een  haWemaan 
prijkt  iu  de  linkerhand  eca  zotskolf  en  in  de  rechter  de  teugels  van  het 
zestal  zinnebeeldige  peroonen.  dat  den  wagen  trekt  De  Zotheid  is  zeer  mo- 
dieus gekleed  en  heeft  „een  brede  baleine  rok  aan".  ..nieuwe  zothoid  vaude 
heedeudangsche  tyd,"  zooalü  gezegd  wordt  in  de  16  regelige  hoUandscbe 
verklaring  in  proza,  rechts  onder  de  plaat  gegraveerd;  daar  deze  rok 
opwipt,  ziet  men  ook  haar  buitengewoon  hooge  hakken. 

De  „Mer  du  Sud ',  is  afgebeeld  als  een  jonge  vrouw  met  één  ge- 
zwachteld been  en  met  een  pleister  op  het  andere,  in  de  rechterhand 
een  scheepsroer,  waarover  een  lint  hangt  met  genoemd  inschrift  en 
over  haar  rechterschouder  een  net  met  een  menigte  visschen  er  aan- 
Zij  maakt  met  een  oud  man,  bijna  naakt  en  met  het  linkerbeen  ia  een 
houten  stelt,  die  een  vederkroon  op  't  hoofd  heeft  in  welks  rand  „Misis- 
sip*  (pi),  staat  het  eerste  en  voorste  span  uit,  dat  den  wogen  trekt  Een  man 
met  een  veder  door  den  wang  gestoken  en  drie  veere»  op  den  hoofdband, 
waarin  „We.^l"  htiiat,  als  aanwijzing  der  W.  I.  Compagnie,  vormt  het 
tweede  span  met  een  vrouw,  in  wier  gordel  ..Banque"  is  gegraveerd 
en  die  een  papier  in  de  hand  heeft, 'waarop:  ..Prime  pour  la  banque  a 
300.';  zij  vertreedt  een  slang  die  haar  in  den  voet  bijt:  het  achterste  span 
bestaat  uit  een  jonge  vrouw  met  een  lint  om  't  hoofd,  waarin  ,,assuran"ice}, 
en  een  man  met  zeer  lange  knevels  en  een  vreemdsoor tigen  hoed  op, 
door  Stephens  foutief  beschreven  als  een  hoed  met  molentje  er  voor; 
't  is  een  hoofddeksel  als  waarmede  de  missionarissen  der  jezuïeten  ge- 
woonlijk  in  dien  tijd  en  vroeger  zijn  afgebeeld;  in  zijn  gordel  staat 
(Compagnie)  ,,de8  Indes'. 

Achter  de  Zotheid  zitten  een  haan  en  een  leeuw  (Frankrijk  en  Engeland) 
en  meer^naar  achteren  de  leeuw  met  den  pijlbundel  (Holland).  In  de 
velling  van  het  voorste  rad  van  den  wagen  leest  men:  „Compagnie  de 
commerce  &c  d'as"(surauce)  terwijl  in  de  speken  de  namen  staan  der 
,.ge-actioneerde"  steden:  „Rotterdam.",  „Gouda.",  ,. Delft".  ,.Moniken- 
dam.",  ^Hoom.",  „La  Haye.",  (Alkm)..aar"',  (Enkhuiz)..en."?,  „Edam.", 
,,Doit'\  Een  man,  tusschen  wiens  jaspanden  een  vossestaart  uitsteekt 
(voJgens  de  verklaring  een  der  ,.opblaazers  van  deeze  rook  negotie"), 
helpt  mede  den  wagen  in  beweging  brengen  door  het  omdraaien  van 
het  wiel.  dat  den  „oprechten  koophandel"  overrijdt,  welke  kermend  op 
den  grond  ligt  met  „lournal.",  „Grand  livre".  ,,Memorial."  en  „Livre 
Brouilon  ■  en  een  pak  koopwaren,  gemerkt  „Q.  M.    n"  2",  bij  zich. 

De  gracielijke  figuur  der  Fortuin  is  als  tware  in  een  lichte  wolk 
gehuld;  zij  strooit  met  beide  handen  akties  voor  de  menigte  uit  allerlei 
stand  en  ge^utcht,  die  zich  aan  alle  zijden  om  den  wagen  verdringt.  Die 
akties   hebbeu   de   volgende  inschriflen:  „Comp.  des  Indes",  ^.Le  West", 


Digitized  by 


Google 


1730  GBOOT  TAFBESBL   DBB  DWAASHBID  275 


,,  Prime  sur  Ie  Sud".  ,.Aaeur(an)ce",  ,.1e  8ud",  „la  Uoque*\  „Contraetsdu 

Sud.'\  ,.Prime  de  cacau.",  „S*?®  SouscriptioD.",  ,.2e  Bousc/*,  „Prime  de 
cacau",   „Ie   MississipL*',   ,^8mir."  en  „8ud.  1?   Souacription  8?   Souac." 

Verborgen  in  een  donkere  wolk,  terz^de  \an  de  licbte,  blaast  een  duivel 
zeepbellen  daar  tusachen;  bovendien  regent  bet  zotskappen,  slangen, 
vliegende  draken  enz.  waarb^  de  volgende  inschriften:  „fievres",  „Trans- 
ports  au  cerveau",  „dettes",  „Ocasion  manquée",  „Proces  jnaomnies*", 
„jnnimiües",  „Deeespoir  Regrete",  „Maladies",  „Esperance",  „Folies", 
„tristesse",  „Banqueroutes",  ,.joye  immoderóe",  „Consiencc",  „Meurtrés". 
De  wagen  r^jdt  af  van  het  koffiehuis  „Quinquenpoix."  in  de  Ealverstraat, 
waarin  nog  verscheiden  handelaars  staan,  doch  waar,  tegen  de  deurposten, 
de  beide  plakaten  reeds  aangeplakt  z\jn,  door  de  regeering  van  Amster- 
dam uitgevaardigd  daags  na  de  relletjes,  die  er  op  den  6den  Oktober  1720 
plaats  hadden. 

Geheel  rechts,  op  den  tweeden  grond,  ziet  men  o.  a.  twee  mannen  in 
gesprek;  één  van  hen  heeft  een  papier  in  de  hand  met  „Bombario.**  er 
op.  Meer  op  den  voorgrond  ligt  een  man  op  de  knieën,  die  wanhopend 
een  aktie  verscheurt,  waarin  „Prime  sur  Ie  cacau",  terwijl  een  oude 
jood,  die  een  steen  met  het  inschrift  „Trans  port"  als  schryilafel 
gebruikt,  met  een  jong^mensch  in  onderhandeling  is  en  een  derde  per- 
soon geld  op  den  steen  uittelt  Schuins  boven  deze  groep  ziet  men  een 
papier,  waarop  „Prime  de  la  Banq".  Rechts  van  dezen  steen  ligt  een 
kleinere,  er  vóór  eenige  gebakken  steenen,  waarvan  die,  welke  't  meest 
naar  links  ligt,  gebroken  is.  Geheel  in  den  rechterbenedenhoek  twee 
ratten,  van  welke  er  een  aan  een  „Assuranc"(ie}-aktie  zit  te  knabbelen. 
Ongeveer  in  *t  midden  der  prent,  op  den  voorgrond,  zijn  twee  mannen  aan 
het  vechten ;  b\j  hen  op  den  grond :  „Contracts  sur  la  banq." 

Voor  den  wagen  der  Fortuin  uit  vliegt  de  Faam  naar  een  gebouw 
met  drie  ingangen;  boven  alle  is  het  wapen  van  Amsterdam  gegraveerd. 
By  den  middelsten,  die  toegang  gfeeft  tot  „t'gekken-huis",  staat  er  nog 
„anno."  „166£"  onder  het  wapen,  en  links,  bQ  den  ingang  tot  „Vzieken- 
huis":  „A*.  MDCC";  boven  den  rechteringang :  „arm-huis";  voor  eiken 
ingang  staat  reeds  een  menigte  volks. 

De  linkerzijde  der  prent  vertoont  op  den  tweeden-  en  den  voorgrond  een 
a&onderiyke  groep.  Tusschen  het  volk,  dat  zich  om  hem  verdringt,  staat 
op  een  verhevenheid,  een  man,  die  het  „eerste  project  om  een  Comp.  binnen 
Amsterdam  op  te  rechten"  uitdeelt,  zooals  de  verklaHng  onder  de  plaat 
zegt;  hy  heeft  dan  ook  papieren  met  „pour  Amsterda"  in  de  rechter-  en 
„Projet  van  assurantL  voor  Amst"  in  de  linkerhand,  terwijl  een  „Projet 
d'Ass.  pour  Amsterd"  onder  *tvoIk  valt  Meest  rechts  in  deze  groep 
ziet  men  twee  lieden  elkaar  iets  influisterend,  waarvan  een  jonge  zakken* 
roller  gebruik  maakt  om  b^  één  van  hen  zijn  slag  te  slaan. 

In  den  linkerbenedenhoek  staat  een  tafel  waarvan  slechts  twee  pooten 


Digitized  by 


Google 


276  omooT  tafbEbkl  der  dwaasheid  17^ 

xiehtbaar  iQd;  rechti  daanran'  zit  een  heer  op  een  eenigziiu  arfauiss 
steanden  matten  stoel,  terwQl  z^n  linkerbeeii  'nózig  op  een  tweeden  ligt 
eo  de  Knkerhand,  die  een  wandelstok  met  linten  vast  heeft  op  de  leaning 
rast  Een  heer  achter  de  taüsl  spreekt  hem  aan;  achter  den  laatste  o.  a. 
MO  jongen  met  een  „toYer1ant"(aarn). 

De  lynen.  die  de  ▼oorstelling  Tan  den  tekst  scheiden,  worden  in 
*t  middea  Tenrangen  door  twee  linten  aan  weerszijden  van  een  krans.  links 
nit  distels,  rechts  nit  bloemen  bestaande,  waarin  een  ,,dubbeld  Hoofii. 
het  een"  (rechts)  vjong  en  schoon,  met  roozen  vercierd.  verbeeld  de  schooce 
schyn  des  windhandels,  de  andere"  (lii^ks)  „oud,  en  a%emat  van  droef- 
heid, vertoond  het  einde  of  gevolg  met  het  latjns  devis.  dat  beteekent 
Schyn  bedriegt."  Het  inschrifi  der  linten,  van  links  naar  rechts  gelezen, 
is:    ,3.   Picart  fecit  1720.      Desinit  in  luctum  species  fonnooa 

•upernè  Hor.  Art  Poet'*  Boven  de  hollandsche  verklaring,  rechts  onder 
de  plaat,  staat  in  twee  rQen: 

„Wat  volk  wat  eeuw  zal  dit  bedryf  geloven 

Nu  gierigheit  de  wysheit  heeft  verblindt 
Door  zotte  hoop,  gebouwt  op  rook  en  windt, 
Daar  menig  ziet  zyn  geldt  en  rust  verstoven. 

Wyk,  bobbelspel:  de  wyze  Raadt  aan  'tY 
Bedwingt  den  loop  van  deze  razemj." 
links    onder  de  voorstelling  staat  de  firansche   verklaring  met    het 
volgend  d-regeüg  versje,  ook  in  twee  rijen,  er  boven: 

„Qui  Ie  croira?  qui  Teut  jamais  pensé? 
Qu'en  un  siècle  si  sage  un  Sistème*  insensé 

F^  du  Commeroe  un  leu  de  Ia  Fortune? 
Et  que  ce  leu  pemicieuz 
Ensoroelant  leunes  &  vieux 
Remplft  tous  les  Pays  d*une  yvresse  commune?^ 
De  ontwerp-teekening  van  Picart  berust  in  's  Rijks  Prentenkabinet  en 
is  omgekeerd   en   eenigszins  afwijkend  in  ordonnantie.    De  man  met  de 
beenen  op  den  stoel  is  hier  rechts  afbeeld,  de  jood  bij  den  steen  echter 
niet  links,  maar  naar  't  midden,  daarentegen  de  vechtende  mannen  aan  de 
linkerzijde.    In   de  teekening  zijn  geen   inschriften,  dan   alleen   bij  de 
personen  die  den  wagen  der  Fortuin  voorttrekken.  De  teekening  is  SS  cM- 
breed  en   21.5  cM.  hoog;  de  oorspronkelijke  gravure  S7.4>  cM.  breed  en 
met   het   onderschrift   278    cM.    hoog;   de  kopie   heeft  86.6  cM.  breedte 
en  27.4  cM.  hoogte.  (Muller  No.  S558,  Stephens  No.  1627). 
Tan  de  prent  zijn  mij  zes  staten  bekend: 

«,  de  hierboven  beschrevene:  ik  zag  dezen  alleen  in  's  Rijks  Ptenten- 
kabtnet.  De  wanhopige  man,  die  rechts  terzijde  van  den  steen  gekDiekl 
ligt,  is  óéÉT  m  't  geheel  niet  gearceerd,  e^nrnin  aTs  het  papier  dat  hij 
verscheurt  en  vraarop  dus  „Prime  sur  Ie  cacan"  zéér  duidelijk  leesbaar  is. 


Digitized  by 


Google 


1720  OROOT   TAFEREEL   DER    DWAAgHEID  277 

b  geheel  als  a;  alleen  zijn  de  wanhopige  man  en  het  papier  in  z^n 
haud  gearceerd. 

Van  dezen  staat  is  in  's  Rijks  Preatenkabinet  een  exemplaar  op  chineesch 
papier,  iets  wat  voor  dien  tijd  buitengewoon  mag  genoemd  worden ;  daar  het 
gebruik,  om  exemplaren  op  dit  papier  te  trekken,  van  veel  later  tijd  dateert 

Er  kan  van  deze  plaat  ook  nog  een  zeer  bizondere  afdruk  bestaan, 
dien  ik  niet  ken,  maar  waarop  ik  toch  hier  de  aandacht  vestigen  wil. 
In  de  levensbeschrijving  achter  de  Impotture*  innocentes  wordt  n.1.  ver- 
hauld  dat  Picart  eens  uit  Indië  een  partijtje  gekleurd  zijdepapier  kreeg, 
aan  eene  zijde  bestreken  met  een  zeer  dunne  pdte  van  verschillende 
kleur.  Hierop  drukte  hij  zijn  koperplaten  af  en  daar  *t  papier  bizonder 
glad  was,  waren  de  prenten  zoo  prachtig  als  teekeningen.  Vier  stellen 
van  zijn  geheele  werk  (en  dus  ook  zeker  deze  prent)  zyn  er,  volg^ens 
genoemde  beschrijving,  op  dit  papier  getrokken;  één  stel  kwam  in  het 
bezit  van  een  Engelschman,  terwijl  C.  Kramm  in  zijn  boek:  De  levens 
en  werken  der  kollandscke  en  tlaamsche  Autist  schilders  i.  v.  Picart,  mede- 
deelt  een  plakboek  te  bezitten  met  verscheidene  dezer  platen  op  papier 
soye.  Alle  pogingen,  die  Picart  aanwendde  om  van^ditzelfde  papier  nog 
meer  te  krijgen,  mislukten  ;  zoodat  het  bij  deze  proeve  is  gebleven. ') 
Daar  de  ïmpostures  tamelijk  zeldzaam  zijn,  achtte  ik  deze  mededeel  ing 
hier  niet  misplaatst.  Een  afdruk  op  dit  papier  vuu  een  bijbelprent  en  een 
bij  vergissing?  op  de  keerzijde  van  zulk  een  vel  gedrukt  portret  van  den 
hertog  van  Tarouca,  eigendom  van  den  heer  C.  van  Ommeren,  zijn  de 
eenige  exemplaren  die  ik  zag. 

c—f  de  hierna  op  blz.  396—298  als  plaat  27  I— lY  beschrevene. 

Er  bestaat  van  deze  prent  een  zeer  bedriegelijke  kopie  in  vier  staten, 
waarvan  b  Qn  d  onder  No.  27  (b1.  299  hierna)  vermeld  worden.  Het 
grootste  verschil  ligt  in  de  afmetingen  der  plaat  en  alleen  door  een 
nauwkeurige  vergelijking  zijn  eenigzins  in  't  oogvallende  afwijkingen 
-  vast  te  stellen  tusschen  een  bepaalden  staat  van  de  oorspronkel^ke  plaat 
en  haar  kopie,  vooral  omdat  beide,  voluit  den  naam  van  B.  Picart  als 
graveur  hebben;  bij  elkaar  gezien  wint  de  oorspronkelijke  het  echter 
verre  in  geestige  en  fijne  afwerking.  Muller  heeft 't  later  ontdekt  en  maakt 
er  eerst  in  zijn  Supplementdeel.  en  dan  nog  onnauwkeurig,  melding  van. 

De  kopie  a  verschilt  in  't  volgende  met  de  oorspronkelijke  prent: 

Zij  is,  den  plaatrand  er  onder  begrepen,  ongeveer  8  mM.  smaller  en 
4  mM.  lager. 

In  plaats  van  „Livre  Brouïlon",  zooals  in  het  origineel  op  een  der 
boeken  staat  heeft  hier  het  woord  „Brouilon"  geen  trema. 


1)  De  heer  J.  Philip  van  der  Keilen  deelde  mij  mede  dat  hy  in  z\jn 
jeugd  verscheiden  prenten  van  Picait  zag  op  dit  papier  gedrukt  Dit 
neemt  niet  weg  dat  ze  nu  bijna  niet  te  vinden  z^jn. 


Digitized  by 


Google 


278  GROOT  TAFEREEL   DER   DWAASHEID  1720 

Op  den  brief,  die  (mder  het  „memoriar'  ligt,  is  dier  duidelijk  een  E 
en  een  B  te  onderscheiden;  in  deze  kopie  stnnn  geen  leesbare  letters. 

De  fransche  verklaring^  onder  de  plaat  heeft  hier,  in  den  vierden  regel 
van  boven  af:  ..cèlle  d'  Assurance,"  in  de  oorspronkelijke  prent  „oelle" 
zonder  accent. 

De  wanhopige  man  rechts  en  het  papier  dat  hij  verscheurt,  tamelijk 
zwaar  gearceerd,  als  in  b  van  het  origineel. 

Meerdere  verschillen  kan  ik  niet  vinden.  Wel  is  in  de  kopie  de  vorm 
der  letters  iets  meer  liggend,  maar  dit  is  alleen  bij  onderlinge  vergelij- 
king te  zien. 

Omtrent  staat  e  der  kopie  moet  ik  iets  uitvoeriger  zijn,  omdat  de 
koperplaat  daarvoor  ten  tweeden  mnle  male  moest  veranderd  worden. 
Toen  n.1.  stant  e  [d.  i.  Plaat  27']  van  do  origineele  gravure  verscheen,  werd 
ook  de  kopie  (Plaat  27.  kopie  b,  zie  bl.  299  hierna)  op  dezelfde  wijze 
veranderd  "). 

De  uitgever  van  de  kollektieve  vierde  editie  bezat  bepaald  slechts 
deze  veranderde  koperplaat  toen  hij  met  het  drukken  van  die  uitgave 
begon  en  daar  de  prent  ..met  de  bekende  tronien'  »)  de  eerste  was,  die 
hij  uoodig  had.  liet  hij  (zoo  stel  ik  't  mij  voor)  de  dominés  in  de  groep 
links  op  de  pluat  »)  wed<'r  op  hunne  oude  plants  terug  brengen; 
dit  is  duidelijk  te  zien  aan  de  zwarte  plekken  bij  hunne  figuren  en 
aan  de  manier  waarop  de  steek  van  één  der  predikanten  gegraveerd  is. 
In  plaats  van  den  steen  links  *)  kwam,  evenals  op  de  origineele  plaat 
d  en  ^  en  op  den  eersten  dtaat  der  kopie,  een  tafeltje,  maar  men  vond 
het  minder  noodig  de  weenende  dame  op  den  voorgrond  links  •}  weder 
te  vervangen  door  den  dandy. 

c  is  dus  de  late.  uitgave  van  de  tweemaal  veranderde  koperplaat  der 
kopie. 

Plaat  27  „met  de  veranderingen*',  behoorde  echter  evenzeer  in  deze 
kollektieve    uitgaaf,  en.  (ook  dit  is  voldoende  aan  te  wijzen),  de  dominés 


1)  Deze  staat  der  prent  komt  ook  voor  tegenover  bl.  90  in  het  Eerste 
(éénig)  deel  van  de  Oesrhied^nissen  der  Vereenigde  Nederlanden,  Sedert 
den  aantanfj  des  Jaars  1714  tot  aan  den  Dood  tan  zyne  Doorluchtiffe 
Hoogheid  den  Heere  Prinse  tan  Oranje  en  Nassau,  Er  f  stadhouder  der 
Unie,   in    den    Jaare    1751 Om    tot   een    tertohj    te  dienen  op  de 

geschiedenissen  der  Vereeni'/de  Nederlanden  tan  den  heere  Jean  Ie  Clerc, 
beschreeven  door  Pieter  Ie  Clercq.  't  Amsteldam.  By  Dirk  Onder  de  Linden, 
Bybel  en  Boekverkooper  in  de  Kal  verstraat.  1753.  in-fol.  Op  blz.  80—90 
van  dit  deel  vindt  men  een  uitvoerig  verhaal  van  den  aktiehandel. 

2)  Dit  is  de  hier  boven  beschreven  oorspronkelijke  plaat.  Zie  voor  de 
beteekenis  der  aangehaalde  woorden  blz.  297. 

S)  Zie  plaat  %1\ 


Digitized  by 


Google 


17'20 


OBOOT  TAPBREEL   DER   DWAASHEID  278* 


werden  weder  Yervangen  door  den  heer  en  de  dame  van  den  tweeden 
staat  (No.  27  kopie  b).  la  't  kleed  der  dame  zijn  b.  v.  de  knoopen  yan 
de  ja»  des  predikants  en  zijn  bef  DOg  zichtbaar,  waarvan  in  staat  b  der 
kopie  niets  te  vinden  is.  De  tafel  is  weder  veranderd  in  een  steen  met 
verzen  (zie  bl.  398  hierna),  die  echter  bij  vergelijking-,  in  de  manier  van 
graveeren  weder  verschillen. 

Deze  staat  is  dan  ook,  om  zijn  veranderingen,  als  kopie  d  vermeld 
achter  plaat  27.  De  dtór  aangegeven  verandering  van  „Pays"  in  „esprite" 
is  echter  foutief. 

Van  het  origineel  bestaan  nog  de  volgende  omgekeerde  kopien : 

L  Bij  G.  Hirth,  KulturffeschichtUches  Bilderbuch.  Leipzig  en  München. 
z.  j.,  komt  in  Band  VI  onder  No.  3029  een  reproduktie  dezer  prent  voor, 
die  meest  gelijkt  op  een  omgekeerde  kopie  van  a,  doch  met  verscheiden 
verschillen. 

Slechts  een  gedeelte  van  het  bovenschrift  en  dat  nog  wel  verminkt  tot: 
,,M07fUMBi«i  OONSAORE  K  LA  Po''  is  op  de  reproduktie  overgekomen,  wat 
de  reden  daarvan  is,  begrijp  ik  niet;  wellicht  gebruikte  men  een  beschadigd 
exemplaar,  waaraan  een  gedeelte  van  den  bovensten  plaatrand  ontbrak. 

.,B.  Picart  invenit'  ia  hier  links  onder  de  voorstelling  gegraveerd,  in 
plaats  van  in  het  lint  midden  onder  de  plaat,  dat  hier  geheel  ledig  is, 
daar  ook  de  spreuk  uit  Horatius  er  niet  in  voorkomt 

Van  de  zes  fransche  versregels,  links  van  het  medaillon,  staan  er  nu 
aan  iedere  zijde  drie;  't hollandsche  vers  is  weggelaten. 

Onderaan  alleen  de  fransche  tekst  over  de  geheele  breedte  der  prent. 

In  de  plaat  zelf:  geen  „Quinquenpoix''  boven  de  deur  van  't  koffie- 
huis. Bij  hen  die  den  wagen  der  Fortuin  trekken:  geen  inschrift  in 
't  lint  van  ,.mer  du  sud";  geen  lischbloem  als  klaveren  aas  in  de  kaart 
van  ,.Mis8i8si"(ppi) ;  een  wit  papier  in  de  rechterhand  van  „Ba nque" ;  geen 
..Pet(it)8  patez '  in  het  bakje  van  den  man,  die  onder  den  rechtervoet  der 
Faam  bij  een  lantaarn  staat;  geen  paddenstoelen  en  geen  4-regelig versje 
daaronder;  enz. 

Kechts  onder  de  voorstelling  is  de  onderste  helft  van  een  graveursnaam 
te  zien;  daaruit  moet  ,.D.  Herrliberger"  gelezen  worden;  achter  dien 
naam  volgt:  .,8culpsit  1731."  *) 

II.     Eveneens  omgekeerde  kopie,  met  het  tweeregelig  bovenschrift: 

,.Missi8ipi  ou//  Monument  consacré  a  la  posterité  en  memoire  de  la 
folie  incroyable  de  la  xi.  année  du  xviii.  siècle." 

Dit  is  hoogst  waarschijnlijk  dezelfde  koperplaat,  welke  voor  het  origineel 


1)  Den  heer  J.  Philip  van  der  Keilen  dank  ik  de  mededeeling  dat 
D.  Herrliberger  (een  Zwitser)  een  bekwaam  leerling  van  B.  Picart  was 
en  dus  in  staat  een  kopie  te  leveren,  welke  niet  al  te  veel  van  de 
origineele  prent  verschilde. 


Digitized  by 


Google 


278*^  OtOOT   TAYBRIIL   DBE   DWAASHSID 


720 


dar  Toorg*<^nd«  reproduktie  gftbruikt  werd.  Hei  fraBiche  veraje  ttaathi» 
weder  in  xijn  fifeheel  liukg  ooder  de  vooretelling;  rechts,  in  twee  rijen, 
bet  volgend  6-regelig  duitsch  versje: 

,.8elbt.  was  man  siht  ist  kaum  zu  glauben, 
Begierde  macht  die  Klugheit  blind, 
Und  baut  auf  Sand,  ja  rauch  and  vrind, 
Laat  sich  des  Qelts,  der  mh,  beraaben, 
Vergebne  Hoffaung,  eitels  harren 
macht  alt  und  juug  zu  gleichen  Narre!" 
Door  een   dikke  streep  geilheiden  ia  de  fransche  verklaring  der  prent 
nu   weder   links-,   en  dezelRie   tekst   in   'tduitsch   rechts  ouder  de  voor* 
Ktelling   gegraveerd.     Boven    beide  teksten,    iu  één  doorloopenden  regel: 
..Missiaipi   oder    imerwHhrendes   gedachtnus,   der  unglaub=  lichen 

narrheit  vom  xx.  iahr  des  xviii.  iahrhunderts." 

De  uamen  van  ontwerper  en  graveur,  in  de  vorige  plaat  aan  beide 
lijden  onder  de  voontelling.  zijn  hier  verdwenen;  iu  *t  Hnt,  aan  weerszijden 
van  het  medaillon,  stAat  nu,  op  de  plaats  waar  in  de  oorspronkelijke  hol- 
landsche  prent  .,B-  Pioart  fecit"  gegraveerd  was:  ..D.  Herrliberger  fedt. 
174d/'  en  verder  de  spreuk  uit  Horatius. 

De  in.schrifVen,  die  op  de  vorige  plaat  ontbraken,  zijn  hier  alle  ingevuld 
en  ouder  de  paddenstoelen  staat  de  volgende  4-regelige  slechie  vertaling 
van  het  hollandache  versje  uit  de  oorspronkelijke  prent: 

„Der  Pobel  ist  achnell  gleich  dem  Schwam  erschinen, 
In  kurtser  Eeit  gfekomen  und  verschwinen, 
Bez&hm  dein  Lust  uad  drifft, 
Sie  steken  voller  gift'* 
Het  pak  koopwaren  onder  den  wagen,  in  de  oorspronkelijke  prent  gs- 
merkt  ..Q.  M.    n^  2.',  heeft  in  de  vorige  ,.S.  O.  n^  2.*' ;  van  dit  inschrift 
is  in  dezen  staat  de  O  zichtbaar  veranderd  in  een  Q. 

Wat  de  reden  kan  geweest  zijn  dat  deze  prent,  die  op  het  jaar  1720 
ook  wordt  vermeld  in  W.  Drugulin*s  RUtorUeker  Bilderatloê.  Lage^ 
Katalog.  Vierte  Abtheilung.  Lpz.  1807  (No.  3688),  in  1742  nog  eens  op 
deze  wijze  het  licht  zag,  kan  ik  niet  verklaren. 

Eindelijk  komt  er,  volgens  Stephens,  een  kopie  voor  in  één  der  uitgaven 
van  Madame  de  Sévigoé.  Lettres.  Tomé  XII.  1®  Partie. 

Behalve  deze  beide  omgekeerde  kopiön  bestaat  er  ook  een  engelsche,  welke 
ik  echter,  als  geheel  op  Engeland  toepasselijk  gemaakt,  hier  slechts 
vermeld.  (Zie  de  beschrijving  bg  Stephens,  Cat.  Brit.  Mm.  No.  1699). 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT    TAFRRKEL    DER    DWAASHEID  279 


347*.  —  19.    ..De  Waereld  is  een  .speel  Toneel, 

Elk  speeld  zyn  Rol  en  kryg^t  zyn  deel. 

I.  Vondel.' 

Spotprent  op  den  windhandel  met  bovenstnnnd  gfegraveerd  inschrift 
aan  weerszijden  van  een  soort  troonhemel.  |?evormd  door  dat  ö^edeelte 
vnn  een  ^rdglobe.  waarin  de  ..Missi'^ip'  (piK  ..Zuyd"  en  ,.We.st'  lifirgen. . 
De  /landlooper  van  den  Tijd  is  er  midden  op  g-eplaatst.  Links  djiarnaisït 
een  engeltje  met  narrenkap.  een  volle  g-eldzak  in  de  rechter-,  een  molentje 
in  de  linkerhand  ;  het  werpt  een  menigte  akties  vnn  allerlei  waarde  naar 
beneden,  waar  ze  door  den  dnivel  in  een  net  opgevangen  worden.  Rechts 
een  engeltje  weenend,  omdat  de  zinnebeelden  van  geloof,  hoop  en  liefde 
naar  beneden  vallen,  waar  ze  echter  door  een  engel  in  een  doek  wonlen 
verzameld.  Beide  laatste  figuren  zitten  op  het  doek.  .dat  van  den  troon- 
hemel afhangt  en  eigenlijk  een  tooneelgordijn  verbeelden  moet.  De  Tijd. 
die  't  gordijn  opent,  staat  rechts  op  de  trappen  van  'ttooneel.  waarop 
het  volgende  voorgesteld  wordt: 

Links  komt,  voorafgegaan  door  den  duivel  en  gevolgd  door  een  aantal 
windhandelaars,  de  dauphin  het  tooneel  op,  met  een  mantel  om.  geheel 
bezaaid  met  slangen,  waartusschen  een  rattenval  is  afgebeeld.  Hij  zit 
op  den  rug  van  Bombano,  en  wordt  geleid  naar  den  raad  der  goden, 
die  op  den  achtergrond  afgebeeld  is  in  wolken,  voor  den  ingang 
van  een  tempel,  waarboven  het  wapen  van  Amsterdam  staat,  door 
de  Faam  met  een  lauwerkrans  versierd,  omdat  deze  stad.  evenmin 
als  Leiden  en  Haarlem,  een  korapagnie  oprichtte.  In  dien  godenraad 
treden  rechts  Merkurius  en  links  Themis  als  beschuldigers  op  van  de 
bubbelheeren.  die  door  Jupiter  irejaagd  worden  naar  den  „Tartarus"  en 
,,Cerbrus  Vuursmoel'.  zooals  't3fregelig  vers  van  ..Philadelphus  "  zegt, 
dat,  met  het  opschrift:  ..Cnstiirat  ridendo  mores.',  in  twee  kolommen 
onder  deze  hoofdvoorstelling  staat.  Ond«T  aan  de  trappen  van  't  tooneel 
geeft  een  zinnebeeldige  groep  nog  het  volgende  te  zien:  In  't  midden 
de  Waarheid  met  een  vlammend  lemmet  in  de  linkerhand,  die  ..'t  Bedrog 
in  den  handel"  zijn  grijns  afneemt;  uit  den  omgevallen  bak.  dien  de  laatste 
om  de  schouders  heeft,  komen  allerlei  papieren,  waarop:  ,.Tk  niet  meer", 
,.Ik  heb  gedaan".  Rechts  van  't  Bedrog  ligt  de  Nijd  ..vertrcen',  zooals 
't  vers  zegt;  naast  hnar  een  wereldbol,  waarvan  Mis.^i,sippi  bovenop  ligt  en 
die  rust  op  den  rug  van  een  e^nd:  ,  De  wereld  op  't  end"),  Law  die  er 
in  zit  en  tracht  zich  er  uit  te  werken,  heeft  een  papier  in  de  hand  waarop: 
„hoe  kom  ik  hier  uit."  Achter  de  wereldbol  twee  kinderen,  't  één  bellen 
blazende,  't  ander  met  een  rattenval  bij  zich  en  alzoo  zinspelende  op  wind 
en  bedrog.  Links  zit  Standvastigheid  met  het  wapen  van  Leiden  bij  zich, 
terwijl  de  Rede  achter  haar  .staat,  bij  wie  een  engeltje  dat  het  wapen 
van  Haarlem  omhoog  houdt.  Geheel  links  Minerva  met  de  hand  op  een 
bijenkorf  waarbij   een    baal    goederen,    een  rol  tabak,  een  tak  en  de  staf 


Digitized  by 


Google 


280  OKOOT    TAFKRKEL    1>ER    DWAASHEID  172O 


van  Merkurius.  ais  beeld  dat  de  handel  weder  herleefde.  Aan  iedere  zijde 
van  deze  hoofdvoorstelling  is  een  breed  plint,  elk  met  drie  voorstellingen 
er  in  en  nog  één  er  boven  en  é*Mi  er  onder. 

De  beide  boveu^te  en  de  beide  oi.der^te  vooihtellingeu  zijn  in  geJii^u- 
ret'nio  li'rgcnde  ovaion  en  mnken  een  geheel  uit.  Het  eer&to  links 
bovenaan  \oi  toont  t  vertrek  vun  een  schip  naar  de  Mit-sisippi.  met  het 
onderofhriit: 

..Na  Mishisippi  Mannen  braaf. 

Het  zy  als  vry  gezel  of  Slaaf." 
Kerhts  bovenaan  is  afgebeeld  hoe  men  het  beloofde  land  nadert :  aan  de 
klist    twee   inlanders,  met  een  papier,  waarop:  ..hier  valt  niet  te  vegen". 
Onder  deze  voorstelling: 

.  Kik  pas.  Z')  dra  hy  maar  aan  land 

Geraakt,  op    t  plukken  van  de  plant." 
Liuk«   onderaan    zijn    de    g'Uidzoekers   geland    en    gelasten   uu  aan  de 
inlanders,  die  hun  van  ulles  brengen: 

..Haal  aan.  jouw  naakte  dieven  breng, 

My  \oonleel  of  ik  speel  béheng." 
Hechts   on<leraan    bezien    zij    recht   voldaan    de  schatten,  die  men  hun 
bracht  en  zeggen: 

..("acttu,  en  Suiker,  en  rood  Goud 

tls  alles  goed.  myn  woord  vertrout." 
De  berijmde  onderschriften  zijn  alle,  evenals  bij  de  overige  nog  te  ver- 
melden voorstellingen,  op  een  draperie  onder  de  afbeelding  gegraveerd. 

De  zes  teilen  de  plinten  geplaatste  afbeeldingen,  in  ingebogen  acht- 
hoekig lijstwerk,  staan  elk  op  zich  zelf  en  stellen  allen  vergaderingen  van 
aktinnisten  voor.  Links  bovenin  heeft  een  der  aanzittenden,  die  een  globe 
als  zetel  lieeft  en  wien  de  duivel  met  een  blaasbalg  in  't  oor  blanst.  een 
papier  in  de  hand.  waarop:  „mi^sisippi  KKKJOO",  terwijl  bij  hem  op 
den  grond  twee  papieren  liggen;  op  't  één  staat  ..mi.ssisipi  1000"  op 
't  zichtbare  gedeelte  van  't  andere  „lÜüO".  Op  de  ruggen  der  stoelen 
Iransche  lischbloemen;  dit  doelt  dus  op  den  frauschen  windhandel.  Het 
onderschrift  is: 

„Hier  smeed  men  de  Concepten  vast 

Om  Goud  te  zoeken  by  de  Inst. ' 
Hechts    bovenin    hangen    tegen    <len    muur  twee  aktien :  ..Suyt  StHH) '. 
..Suyt    1000*,    terwijl     tegen    den    rug  der  bank  waarop  de  aanwezigen 
zitten,    rozen    zijn  afgebeeld;  dit  staat  dus  met  de  engelsche  bubblecom- 
pagnieu  in  verband.    Er  onder  lee.>t  men: 

..Om  aardsche  schat  daar  elk  na  tracht 

Wort  alles  op    t  Tapyt  gebrngt." 
In  de  middelste  voorstelling  links  ziet  men  in  één  der  stoelen  eenW; 
tegen  den  muur  papieren  met  ..west  18Ü00'\  terwijl  een  der  personen  aan 


Digitized  by 


Google 


17^ 


GROOT    TAPEKBKL    DKB    DWAASHEID  281 


tafel  een  papier  vertoont  met  .,we8t  1000".  Het  twee-regelig  versje  luidt: 
..Ia  Heeren  in  America 
^H  't  altijd  Winst  en  nimmer  schaa**. 
De  onderste  links  is  de  eerste  voorstelling,  die  direkt  met  den  holland- 
K'hon    windhandel    in  verband   staat.    De  teekeiiing  der  koatumes  is  zeer 
karakteristiek    holl mtls'-hj    bij   alle  is  trouwens  goed  rekening  gehouden 
met  de  laudsgebruiken.   Hier   haii^t  tegen  den  muur  een  papier,  waarop 
„enkHuisen";  een  matroos  staat  met  een  haring  in  de  hand  voor  de  tafel. 
Onder  de  voorstelling: 

„Hei  sellement  de  Compeny, 
Brengt  ons  die  schoone  kluiten  bij". 
De  middelste  voorstelling  rechts  doelt  op  Utrecht.  Niet  alleen  ziet  men 
door  een  raam  op  den  achtergrond  den  utrechtschen  Domtoren,  en 
meer  naar  voren  een  drietal  gravers,  maar  tegen  den  lessenaar,  waarachter 
een  der  aanwezigen  zit  te  .schrijven,  is  't  utrechtsche  wapen  aangebracht ; 
tegen  den  muur  hangen  papieren,  op  't  bovenste  staat:  ,,Uytreg  10000". 
Het  mi.Htroobtig  onderschrift  luidt: 

„'t  is  mis,  en  't  werk  is  niet  zoo  ligt 
Te  doen.  zegt  Jerfaas.  voor  het  Sticht". 
In  de  derde  en  laatste  rechts  hangen  akties  tegen  den  muur,  waarin: 
„Swol  100  g".  't  Schijnt  deze  kompagnie  goed  te  gaan,  want  links  staat 
een  kist  boordevol  met  zakken  geld,  terwijl  er  reeds  een  menigte  naast- 
liggen  en  op  den  achtergrond  een  groot  aantal  personen  nog  zakken 
komen  aandragen.  De  vergaderde  heeren  maken  er  ondertusschcn  goede 
sier  van,  zooals  ook  't  versje  zegt: 

„Sleep  aan  den  bruy.  hol  over  bol 
Zo  leefd  men  lustig  binnen  Zwol." 
De   aanvang    van    het   vers   doet  vermoeden  dat  van  denzelfden  maker 
ree<is  een  viertal  platen  over  den  franschen  windhandel  verschenen  waren, 
het  begint: 

„Heer  Arlequin,  op  't  Fraiisch  Toneel, 
Vertoond  ons,  hoe  het  Vyfde  deel 
Van  't  Actiespel,  een  treurstof  teeld 
Voor  hem.  die  de  eerste  hoofdrol  speeld."  enz 
Ook  deze  plaat  is  door  Stephens  zeer  minutieus  en  over 't  algemeen  nauw- 
keurig  uitgelegd;    hij   heeft  echter  de  voorstellingen  in  ovale  cartouches 
niet  als  een  afzonderlijke  serie  beschouwd.  Van  deze  prent  is  mij  slechts 
één    staat   bekend.    Gravure    in-plano,    z.    n.   v.   gr.     (Muller   No.   3554, 
Stephens  No.  1659). 

8*75.  —  20.     ,.De  Verslagen  actionist  in  de  stoel  met  rinkels,  overreeden 
geweest  van  'tgeLAUWerd  paard  van  Troje". 

Gegraveerd    öp.schrift   boven  een  44-regelig  vers,  in  vier  kolommen,  de 
verklaring  gevende  der  cijfers  1—12  in  de  plaat.  In 't  midden  der  prent  zit 


Digitized  by 


Google 


282  GROOT    TAFEREEL   DER    DWAASHEID  1720 


een  aktienar  iu  een  kinderstoel  (1)  zeepbel 'en  blazende;  hij  heeft  een  narrenkap 
op  't  hoofd  waarop  een  ..grypvogel"  [zucht  naar  winst),  die  hem  in  den 
schedel  pikt.  Achter  hem  een  trofee  vau  vlaggen;  op  één  die  uitwaait, 
leest  men :  ..Compagnie  van  de  geraakte  van  de  Molen  door  Bobbels  Ca- 
priolen". Hg  wordt  in  't  vers  sprekend  ingevoerd  en  deelt  mede  dat 
't  „GeLAUWerd  Paard  van  TROJEN  ,  dat  gpuden  bergen  waard  geacht 
werd.  hem  had  overreden.  Dit  paard,  met  lauwerkrans  om  den  kop  (12), 
staat  iu  den  linkerbovenhoek  op  een  berg,  Liuks  van  den  man  in  den 
kinderstoel  staat  zijn  vrouw  weenende;  zij  zegt: 

..'k  Verknies  me  ach  my  elendig  wyf 
De  kleeren  vallen  my  van  'tlyf'. 
Iets  lager  en  een  weinig  links  's  mans  kinderen;  bij  wie  staat: 
..Door  vaders  malle  koop  dat  de  aktien  hoog  reesen 
Eu  nu  maar  wind  zyn.  zyn  wy  droeviger  als  weesen". 
Ouder  den  stoel  leest  men : 

./k  Was  togtig  als  een  Actie  kaler 
noch  Bobbel  ik  met  wind  en  water". 

Üjdor  dit  onderschrift  is  een  kat  afgebeeld,  die  akties  o^itlast: 
„Muskus         (.^ivet 
papier         kActie. 
De  zoete  reuk  heeft  veel  gekost 
En  meeiiigs  beurs  gelost 
't  Profyt  vlied  nu  te  post". 
Een    weinig   rechts    van    de    kat,    is  een  kuiken  zonder  kop  afgebeeld, 
waarnaast  men  leest: 

„Dit  actie  kuiken  zonder  hoofd 
Is  wis  van  bryn  beroofd". 
In    den    rechterbenedenhoek  vlucht  een  man  ..CapiUmo  di  Arcodia'*"  ,3) 
op  een  gevleugelden  ezel.  die  van  achteren  wind  ontlast,  waarin: 
„Zulke     wind 
Men  'tmee.ste  vind'", 
en  bij  welken  ter  rechterzijde  gegraveerd  is: 

.,De  nood  zet  traagheid  vleuglen  by 
Om  niet  te  komen  in  de  ly  "; 
de  man  heeft  een  anp  vast  (zinspeling  op  't  gezegde  den  aap  beet  =  het 
geld    binnen    hebbeu'',  wien   door  een  ander  man  wind  in  den  bek  wordt 
geblazen,  terwijl  hij  zegt: 

„Vreet  wind 

Kak  splint 

of  papier  en  int."; 

de  aap  ontlast  dien  wind  als  geld  en  akties,  op  één  van  welke:  „al 
winst". 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFËREKL   DER    DWAASHEID  283 


Op  den  grond  ligt  een  man  met  open  mond,  die  dit  geld  opvangt;  bij 
zijn  hoofd  is  gegraveerd: 

„Hier  valt  wat  van  de  aap 
Wie  lust  die  gaap". 
Rechts   van    den   molen   staat   de  Nijd  (J?),  die,  ziende  hoe  de  anderen 
v3)  met  den  aap  gaan  ati'ijken.  zich  't  slangenhaar  uittrekt  en  zegt: 
,,De  nyd  en  malle  koop 
My  werpen  over  hoop"  . 
Links  staan,  onder  den  berg  met  het  gelauwerd  paard,  twee  mannen  (5), 
in   't  vers    „Jan   Crediet"    en    „Louw   Debet"  genoemd;  de  eerste  dreigt 
den   laatste   met   een   mes   en    wil    hem    den    hals   afsnijden,   de  laatste 
ontdoet  zich  van  diia  en  pruik  om  hem  Jaartoe  de  gelegenheid  te  geven, 
daar   hij    't  anders   zelf  doen   zou.    Dit   Is  met  de  volgende  regels  in  de 
plaat  aangegeven: 

„Ik  sny  u  hals  af  of  betaal  myn  poen 
Brui  toe  dan  hoef  ik  't  niet  my  zelf  te  doen". 
Het  versje  is  door  Stephens  verkeerd  vertaald  alnof  de  tweede  nog  geen 
zin  had  van  kant  te  worden  gemaakt.  Schuin  daar  boven,  naabt  den 
berg,  is  Arlekijn  en  Colombine  ^6)  afgebeeld,  de  eerste  heeft  een  vlag 
in  de  hand,  waarin:  „8.  P.  Q.  R.  Romynse  onfylbaare  Compagnie'. 
Onder  beide  staat: 

„Colombyntje  zal  de  actiepot  stooken 
Daar  arlequyn  zyn  worst  in  zal  kooken '. 
Dit  is  een  illustratie  van  't  geen  het  vers  zegt: 
„De  nuttigste  actie  is  de  Min." 
en   dus    geheel    buiten   den   eigenlijken    windhandel;   iets   dat   in   deze 
platen  weinig  voorkomt. 

Rechts   van   dit   paar   valt   een  aktiehaudelaar  (7)  naar  beneden,  wien 
als   een   anderen    Ikarus   de  vlerken  afgesmolten  zijn  door  de  Zuiderzon. 
Hij  verliest  een  vijftal  veeren  uit  zijn  vlerken,  waarbij: 
„Dees  pennen  zul  len    best    be    schryven 
Wat  Hoogvlieg  a  ctie  kan  bedryven", 
terwijl  op  twee  papieren  die  hem  uit  de  handen  zijn  geschoten  te  lezen  is: 
„Is  'truineus,  't  Is  actieus"  en 
..Ik  andre  Icaar  Val  'k  weet  niet  waar". 
Rechts  van  den  molen  laat  een  Hansworst  ^8)  een  vlieger  op,  die  echter 
omlaag  duikelt,  daar  hij  zijn  staart  verliest.  Onder  den  staart  is  gegraveerd : 
„Myn  vlieger  valt  de  staart  van  't  gat 
'k  Verzuip  me  uit  spyt  in  't  Zuider-nat". 
Naast   Hansworst   zit,   omringd  door  verscheiden  kleine  vogels  die  op 
hem  aanvallen,  een  uil  (9)  op  een  kruk  en  zegt  zeer  wijsgeerig: 
„Der  acties  uitkomst  zal  doen  leeren 
De  vrucht  van  't  klampen  zonder  redeeren"  {tic). 


Digitized  by 


Google 


284  GROOT   TAFERKBL    DER    DWAASHEID  1720 


Iets   lag«r   komt  haaatipc  de  ,.Verreesen  Diogenes"  (10)  aanloopen  met 
een  brandeude  lantaren.     Ouder  hem  leest  men: 

„Myn  Geest  quam  met  een  slons-licht  by  de  Zuider  Zon 
Da<ir  'k  ffeen  g^oe  actiën  van  Menssen  vinden  kon. ' 
In  welk  verband  tot  Diop^enes  de  bij  hem  afgebeelde  papegfaai.  kat  en 
hond  stiian  vat  ik  niet.   Ook  de  bijschriften  begrijp  ik  niet.     Zij  luiden: 
Bij  den  pi.pegaai: 

,. Buiten  ons  drien 
Bestaan  "geen  compagnien".      * 
Bij  den  hond: 

„Die  nu  fidel  als  ik  kan  wesen 
Heeft  duisendmaal  meer  glorie  als  voor  desen". 
Bij  de  kat: 

..Zend  gy  de  kat  naar  Engeland 

Komt  hy  weeiom  hy  zeid  maaw.  op  zyn  oude  trant". 
Links    onderin    een    man,  die  een  mortier  (II)  afschiet,  waaruit  de  vol 
gendi»    pjijiieren    komen:    ..Middag    actie".    , avond  Actie",  ..achter  uit", 
..Loo    pend    vuur',    ..Hy    springt".    ..Berg  je    gat",    ..Die   bang  is  moet 
schilderen".     Onder  den  man  staat: 

..De  Bom  barst  uit 
In  'tW.  en  Zuid". 
Iets   ter    zijde    van    den    mortier    staat    een    kompas  (12),  waarbij,  om 
begrijpelijke    redenen,    slechts    de    twee    windstreken   ,.Zuid"    en  West' 
aangegeven  zijn.  Naast  't  kompas  ligt  een  man,  wnens  hoed  afgevallen  is, 
voorover  ter  aarde;  op  hem  j^laan  de  twee  regels  onder  't  kompas: 
..By  't  Barsten  van  de  bom 
Twee  streeken  van  't  Compas  my  maaken  doof  en  stom". 
Op  twee  papieren,  die  daarbij  liggen,  staat:  ..noch  uit  stel  van  Leeven" 
en  ..noord  of  Oost  zyt  on.se  troost'. 

Boven    Ikarus    vliegt,   in    de    stralen    van   de  zon,  een  vleermuis,  met 
een  papier  in  den  bek,  waarop  .,Wegwyser  naar  Vianen". 
Boven  en  onder  de  vleermuis  de  volgende  versregels : 
..Alschoon  het  zonlicht  my  verblind 
De  weg  ik  echter  blindling  vind". 

„Ook  gtUit  het  er  zo  grof 
Dat  ik  tby  donker  niet  kan  of'. 
Op    doeken    die    van  den  bovensten  plaatrand  afhangen,  zijn  nog  drie 
afzonderlijke  kleine  voorstellingen  gegraveerd. 

De   middelste  stelt  twee  vi^^schers  voor  hun  net  aan  wal  trekkend;  op 
den  voorgrond  liggen  eenige  kabeljauwen  en  kreeften.  Het  inschrift  noemt 
dit  de  ,, Ridderlijke  kabbeljaawen  en  Kreefte  bobbelvang  Steelwys," 
Ridder   is   bier   de   vertaling   van    het   woord   knight,  terwijl  „Steel" 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL   DER    DWAASHEID  285 


hier  dezelfle  be teekenis   heeft  als  dief,  doelend  op  den  nanm  en  de  han- 
delingen van  den  Kngelschman  Knight  als  kassier  der  SouthSeaCompcny. 
Op    het  linkerdoek    zijn    twee   schepen    afgebeeld,  die  vergaan  op  een 
onstuimige  zee;  boven  in  de  voorstelling  ..De  VerZuip   Zee". 
Boven  de  schepen:  ..Nunquam  justior  unde  fuit". 
In  de  franje  onderaan,  op  één  regel,  't  volgende  tweerëgelig  versje: 
..'t  Onbekende  zuid 
Zend  naar  Pluto  buit'. 
In    het   rechterdoek  is  een  hoUandsche  papiermolen  met  waterrad  afge- 
beeld;   op  den  voorgrond  een  kleine  en  groote  nar,  elk  met  een  zotskolf. 
Er   boven  leest  men:  ,,SpeelkaartenPapier  fabryk  van  Schotse  Walse  en 
andere  Narre  kappen". 

Het  vers  onder  de  prent  vangt  aan: 

..1  Helaas!  de  Zuid!  de  Zuid!  de  Zuid 
Myn  bryn,  myn  schat,  myn  eer  verbruid!"  enz. 
60  geeft  de  verklaring  der  cijfers  1  —  12  in  de  plaat  voorkomende. 
De  laatste  twee  regels  luiden: 

..Dit  zinnespel.  zo.  rouw  als  klucht 
VerdwjTit  (gelyk  't  staat),  in  de  Lucht"; 
de   geheele   plaat   is   dan  ook    van  boven  tot  onderen  met  wolken  bezet, 
waarin  de  verschillende  voorstellingen  stann. 

Gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3555.  Stephens  No.  ICOO). 
Ofschoon    mij    van    deze  hollandsche  prent  slechts  één  staat  bekend  is, 
acht  ik  de  mededeeling  van  het  volgende  noodig: 

Onder    No.    1622    vermeldt    Stephens   een    omgekeerde    kopie   dezer 
plaat,   met  het  opschrift:  ..The  Bubbler'sKingdora  in  the  Aireal -World." 
waarin   ééne   groep    gewijzigd    is,    n.    1.  de  hond.  kat  en  papegaai  vóór 
Diogenes,    waarvoor,    volgens    Stephens,    eenige    teleurgestelde  windhan- 
delaren in  de  plaats  zijn  gekomen.     In  een  noot  vermeldt  de  bes^'hrijver 
dat   op    de    ..scrolls '    waarop    de    titel   en  onderstaande  verzen  staan  ook 
zijn  afgebeeld:  schepen,  die  in  de  Zuidzee  vergaan;  kabeljauw  en  kreefl- 
visscherijen ;    een    speelkaartenmolen     {sic)    en    andere  onderwerpen.     De 
verzen    zijn    te    karakteristiek    en  staan  te  veel  met  onzen  windhandel  in 
verband    om   ze    hier    niet  op  te  nemen:  volgens  hunnen  inhoud  behoort 
deze  kopie  bepaald  in  een  verzameling  nedcrlandsche  historieprenten : 
„Here  you  may  sce  the  Dutch.  like  us. 
Qrow  wondrous  Rich  in  Nubibus, 
By  Bubbles,  whims  and  Devil's-dreams, 
That  plung'd  'em  into  vilo  extreams, 
Till  thoy  bec^me  as  Mad  as  we, 
That  drown'd  our  Senses  in  South  Sea; 
Strange  Emblems  here  are  to  be  seen, 
But  who  cao  teil  wbat  'tis  they  meao, 


Digitized  by 


Google 


280  GROOT   TAFERERL   DER    DWAASHEID  17£0 


Here  6rst  n  Windmill,  next  a  Woman, 
A  Hen-peckd  Cuckold.  these  are  rommon'*. 

..But  what  the  Sculptor  hints  thereby. 
The  Reader  kuows  as  well  jf^  I; 
But,  pray  believe  the  Project  jrood. 
Tho.  hnrdly  to  be  understond, 
For  'tirt  a  muxira  i:i  this  Lnnd. 
T'admire.  what  len^t  we  understind. 
Or  else.  of  late,  the  common  cry 
Had  never  rai^'d  Sonth-Sea  so  high; 
However,  we  .\n*  pleasd  to  see 
The  Dutch  ensnar'd.  as  well  as  we."' 
Van  deze  kopie  is.  x^'g-eus  Stephens.  uocr  weder  een  kopie  in  Pennant's 
S()h/r  Arrnunt  of  Lo.ftfnn.  Part  XII.  No.  13'32. 

S+TO.    -  21.     ..De  Zuidié  rompagfnie  door  wind  in  top  flferezen 

Beklaa:;*  nu  haar  verlies  met  een  bekommerd  wezen". 

Insf'hrift.  boven  de  Ijoofilvonrstellin^  in  lip'p^end  ovaal,  eener  spotprent 
op  den  windhandel.  In  't  midden  i5?  de  Zuidzee-korapag-nie  voorgesteld 
door  een  vrouw,  die  raistroostigr  op  een  soort  divan  ligt.  met  denrechter- 
elboog  steunende  op  een  ti.fel.  waarvan  een  papier  afhangt  met  inschrifl: 
..Ik  moet  me  na  Vianen.  neen.  neen,  ik  bedekt  my  met  het  sch  ilt 
van    Fred:  Hen  l".     Op    tafel    ligt   nog    een    tweede   papier  met: 

,.'t  Raakt  al  weg'.  Voor  de  tafel  zit  een  kind  met  een  papier  in  de 
hand.  waarop  men  leest:  ..'t  Is  niet  als  verlies  dat  men  hoort".  Op  den 
grom!  liggen  een  drietal  boeken,  waarvan  er  een.  onder  de  voeten  van 
het  kind.  tot  inschrift  heeft:  ..Osse.  Koej  Varkens  Assurantie  Huisen 
Scheepen  tuinen".  Op  den  omslag  vpn  het  tweede,  dat  ona"e(»pend  rechts 
daarnaast  ligt.  staat  ..(^omerce  Boek" ;  in  het  ..Debet  Boek  van  W.  en 
Zuid",  geheel  rechts,  vindt  men  de  volgende  posten: 
,. Verloren  /  19000:     Zuid  Zee  /  700:  ' 

Actie.s      /  15000:     /BOO: 

f  10000:     /300: 

f    4050:      /  240:". 

(De  laatste  ]i0.st  /  4050  is  bij  Stephens  f  1050). 

De  hoofdfiguur  leunt  tegen  een  h-^lf  weggeschoven  gordijn,  waardoor 
de  ,,Biblioteek  van  een  bedroefde  Actionist"  gedeeltelijk  zichtbaar  ge- 
worden is.  Rechts  staat  de  Faam.  die  eerst  den  roem  der  Zuidzee  uit- 
blies, maar  nu  de  winderige  aktie  ..bjizen"  benauwd  maakt,  waar  ze 
uitbazuint  dat  /  1000  slechts  honderd  waard  is.  Vleierij  is  afgebeeld  als 
een  kind  dat  een  Kölusharp  bespeelt  om  door  ..eid  Ie  hoop"  hun  gemoed 
tot  bedaren  te  brengen.  Ren  naakt  jongske.  zinnebeeld  van  den  treurigea 
toestand  der  kompagnie  zit,  evenals  het  vorige  rechts  van  de  Faam,  met 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL    DER    DWAASHEID  287 


een  papier  in  de  hand:  ..Zuidzé '.  te  turen  naar  de  schepen  op  den  achter- 
grond, die  uit  die  Zuidzee  ledig*  wederkomen. 

Bovenstaande  verklarii.pf  der  hoofdafbeeidin^  ia  predeeltelijk  ontleend 
aan  het  ÖÖ-regelig"  vers.  dat  in  drie  ko'omraen  —  g"e|^raveerd  op  een  af- 
zonderlijke koperplaat,  langw.  in-fol.  en  ongeveer  even  groot  als  die 
der  prent  —  onder  deze  is  r.fgedrukt. 

In  de  vier  hoekeu  door  't  ovaal  opengelaten  zijn  een  gelijk  getal 
afzonderlijke  voorstellingen  gegraveerd.  Links  bovenaan  zit  een  man,  met 
ontbloote  posteriores.  gehurkt  op  een  .soort  kwakzalversthealer,  hij  eet 
uit  een  vollen  zak,  die  voor  hem  staat,  geld.  dat  hij  als  ..aoticK'"  weder 
ontla.st.  Op  den  grond,  om  de  .stellaadje.  staat  een  vat  haring  en  liggen 
wortelen,  knollen,  een  kans  en  een  kool;  artikelen  waar  de  windhandel 
van  verschillende  steden  op  was  gebaseerd.  Rechts  bovenaan  een  man 
met  een  kruiwagen  niet  mosselen,  waarmede,  volgens  "tvera,  den  wind- 
handel van  Harlingen  bedoeld  wordt,  terwijl  met  de  vrouw,  die  een 
mand  met  geplukte  eendvogels  aan  den  rechterarm  heeft,  de  zwolsche 
bubbel  wordt  voorgesteld.  In  de  lucht  ziet  men  een  vliegeuden  eendvogel 
met  een  pak  tusschen  de  vlerken  gebonden;  aanschouwelijke  voorstelling 
van  het  spreekwoord:  t  end  dras'gt  den  last.  Links  onderaan  zijn  de 
utrechts'^he  vaartgravers  afgebeeld  met  een  gedeelte  der  stad  op  den 
achtergrond.  Rechts  onderaan  een  jood  met  een  zestal  varkens  (Weesp) 
in  onderhandeling  met  een  vrouw,  die  hem  volgens  't  vers,  voor  elk 
varken  een  snoek  aanbiedt. 

Het  vers  onder  de  plaat  vangt  aan: 

„De  bange  Zuidzé  Compagnie, 

Met  't  Vrouwebeeldyen  aangewózon."  enz. 

Gravure  langw.  in  foi;,  z.  n.  v.  gr.,  voor  zoover  de  hoofdafbeelding 
betreft  zeker  reeds  vroeger  gebruikt  als  voorstelling  der  Muziek,  nu  door 
de  inschriften  op  den  windhandel  toegepast,  terwijl  de  vier  kleine  af  beel- 
dingen, in  de  hoeken,  er  voor  dit  doel  zijn  bijgegraveerd.  Van  deze 
plaat  is  mij  slechts  één  staat  bekend.  (Muller  No.  3556,  St^pheus  No.  1Ö30). 
3477.  —  22.  „De  grOte  Vergaderplaats  der  Windverkópers  van  t Jaar 
Ao  1720." 

Inschrift,  gegraveerd  boven  de  hoofdvoorstelling  eener  spotprent  op  den 
windhandel,  waarop  het  koffiehuis  in  de  Kalverstraat?  van  binnen  is  afge- 
beeld. Rechts  üp  den  achtergrond  is  't  het  levendigst.  Sommigen  der 
lieden,  die  daar  staan,  hebben  papieren  in  de  hand,  waarop  men  leest: 
„Wie  bieder",  ..niemant  wil  kopen.''.  ..Uitreg  voor",  ,.Vian  agter", 
„Purmerent  O'',  ,,tis  mis".  Iets  meer  naar  voren  zitten  eenige  personen 
aan  een  tafel,  waarop  twee  papieren,  met  ,,t'  is  kool",  „Pover".  Geheel  vooraan 
rechts  weder  drie  mannen  bij  een  tafel  gezeten,  waarvan  de  een  zegt :  „Ik  voel 
't  wel."  en  de  links  zittende,  volgens  't  papier  dat  bij  hem  ligt,  antwoordt: 
„Ik   zal    't  ook    wel  voelen."    Links  op  den  voorgrond  zit  een  vrouw  op 


Digitized  by 


Google 


288  GROOT   TAFEREEL   DBR   DWAASHEID  17*20 


een  bank  met  een  grcote  trommel  op  himr  schoot,  wanrbij.  op  een 
papier,  , .moppen  voor  je  Geld.":  één  van  het  drietal  mannen,  dat  \6ót 
haar  staat,  heeft  een  papier  in  de  li;.i;d.  wanroj)  ..Ik  mop  om  de  moppe '. 
Naast  dit  drietal,  naar  rechts,  is,  volg-ens  het  Sörefrelip'  ver.*',  dat  in  vier 
kolommen  onder  in  de  plaat  is  gejrraveerd.  een  Waal  affrebeeld  met  een 
bak  voor  't  lijf  en  een  mand  aan  den  arm.  pfebakjes  aanbiedend,  maar 
die  niemand  wil,  ofschoon  ze  ..beter  als  Acties.'  zijn.  Een  kleine  SMvojnanl 
met  de  tooverlantar.rn  op  den  rup*  en  een  papier,  waarop  „'t  is  Tover- 
agtig-.",  in  de  hand  8taat  bij  den  Waal.  Nog-  meer  rechts  biedt  een 
hollandsche  boer  ..Engelse  Bokken."  {sir)  aan.  Links  op  den  achtergrond 
is  't  rustiger;  daar  zilteu.  ora  een  tafel.  eeni;jfo  bezadigde  mannen  kalm  kofrie 
te  drinken,  hun  verstrekt  door  de  ho.spita.  die  links  bij  de  koffiekan  MnuL 

Aan  iedere  zijde  van  deze  groote  voorstelling  zijn  twee  kleinere  boven 
elkaar,  met  een  onderschrift  en  6-regelig  vers,  gegraveerd  onder  elke 
afbeelding.  Links  bovenaan  de  ,, Bloei  tyd  der  Actioni.sten. ':  verscheiden 
personen  met  papieren  in  de  hand.  waarop:  ..Voordel"  [sir):  „Schatten.". 
,,Geen  verlies)",  ,.al  winst",  ,.10000  Gul.  Winst',  ..t' is  deftig",  ..Wat 
geluk".  ,.Puyk  negoti".  „Op  krukke  om  Winst".  .Het  vers  vangt  aan: 
,,Ha  loffelyke  Koopmanschap!" 

Onderaan  links:  „Verval  der  Actionisten."  Tegen  den  muur  van  een 
huis  staat  een  ladder,  waarop  een  man,  terwijl  een  ander  er  van  boven 
afvalt,  met  een  papier  in  de  hand.  waarop:  ..Ik  ben  omhals."  Aan  iedere 
zijde  op  den  voorgrond  staan  vier  bedrukt  kijkende  mannen;  van  elk 
viertal  hebben  er  twee  papieren  in  de  hand.  links  met  de  inschriften: 
.,had  Ik  niet  mê  gedaan."  en  „'t is  alles"  nul.  (dit  laatste  woord  wordt 
door  20  nullen,  in  vier  rijen  van  vijf  boven  elkaar,  in  beeld  gebracht),  ook 
ligt  hier  nog  een  papier  op  den  grond,  waarop:  ..'t is  ged:an."  Op  de 
papieren  der  twee  mannen  rechts  staat:  ,.Foei  die  negotie."  en  „Wat 
verlies,"    Het  vers  begint:  ,,Wy  léren  hier  by  de  Actie-leer."  enz. 

De  voorstelling  rechts  bovenaan  vertoont  de  ..üittogt  der  Actiouisten." 
Links  op  den  voorgrond  de  geruïneerde  windhandelaars  gereed  om  met 
een  bootje  nanr  een  der  schepen  gebracht  te  worden,  die  men  op  den 
achtergrond  ziet;  rechts  reikt  een  zeeraan  hun,  als  ten  afscheid,  een  beker 
toe.  Op  den  grond  twee  papieren,  met:  ..Laaste  uitvlugt."  en  ..Geluk  op 
Reis".  Het  versje,  dat  de  beteekenis  goed  weergoeft.  neem  ik  geheel  over: 
„Heeft  ons  de  Zuid  van  geld  ontbloot, 

Oost-injen  zal  't  ons  weder  geven. 
Al  zyn  wy  Arm,  wy  zyn  niet  dood. 

Wy  hopen  op  een  beter  léven. 
Schoon  dat  de  hoop  op  winst  en  buit. 
Ons  naakt  en  kaal  jaagt  't  Zégat  uit." 

Onderaan  rechts:  ,. Herstelling  der  zuivere  negotie."  Pallas  aan  een 
weefgetouw;   achter   haar   een   man    met   een    papier   in  de  liokerhaod, 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFBRBBL   DBR   DWAA8HBID  289 


waarop:  „H^ratelling** ;  op  dea  achterf^Dd  schepen ;  links,  op  den  tweeden 
grond,  een  zuil,  waartegen,  zeer  gebrekkig  geteekend,  de  wapens  der  drie 
ongeaktioneerde  steden,  zooals  Amsterdam,  Leiden  en  Haarlem  genoemd 
werden.  Daar  *t  versje  't  best  de  beteekenis  weergeeft,  schrgf  ik  ook  dit 
in  zyn  geheel  af: 

„Als  de  Actie  kraam  eens  weer  van  kant 

Geraakt  is,  zal  de  Handel  bloejen. 
En  *tvry  gevogte  Nederland 

In  volle  weelde  en  voorspoed  groejen, 
Wjl  Pallas  kunst  en  Weef  getouw, 
Een  pylaar  strekt  van  *t  Staatsgebouw.** 

Goede  gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3557,  Stephens  No.  1661). 

Van  deze  plaat  zijn  mij  twee  staten  bekend,  die  beide  hier  aanwezig  zijn : 

a  de  hier  boven  beschrevene. 

d.  In  den  bovensten  plaatrand  staat  de  vertaling  in  Hduitsch.van  het 
inschrift  in  de  hoofdafbeelding  der  plaat:  „Der  grosse  Versammel-platz 
der  Wind-verkftuiler.  A.  1720." 

Op  een  afzonderiyke  koperplaat,  onder  de  prent  afgedrukt,  zijn  vier 
kolommen  duitschen  tekst  gegraveerd.  In  de  eerste  kolom  vindt  men 
de  vertaling  van  alle  inschriflen,  zoowel  der  hoofdvoorstelling  als  der 
kleinere,  die  daarvoor  hier  genommerd  zijn  van  l— 81;  in  de  tweede 
die  van  de  verzen  onder  de  kleine  voorstellingen,  in  de  derde  en  vierde 
van  het  groote  vers.  Onder  'tmeerendeel  der  exemplaren  met  duitsch 
en  hollandsch  bovenschrift  ontbreekt  echter  de  afdruk  van  dezen  duitschen 
tekst;  alleen  in  één  exemplaar  van  het  ,.Groote  Tafereel"  op  's  Rijks 
Prentenkabinet  en  in  een  ander  van  de  Universiteitsbibliotheek  te  Utrecht 
zag  ik  de  kompleete  prent;  het  hier  aanwezig  exemplaar  mist  ook  deze 
vertaling. 
S478.  —  88.    „De  Inbeelding;  Heersseres  van't  Rookverkopera-gild, 

Maald  Missisippi  hier.  't  geen  Vraokryks  schat  verspild." 

Deze  prent  is  op  dezelfde  wijze  ingedeeld  als  haar  pendant:  plaat  21 
hier  voren.  In  *t liggend  ovaal  zit  de  Schilderkunst  (alias:  Inbeelding), 
naar  links  gekeerd  op  een  stoel,  vóór  den  schildersezel,  waarop  zij,  in  een 
ovaal  paneel,  een  schip  heeft  geschilderd  met  drie  lischbloemen  in  't  zeil, 
dat  naar  een  stad  vaart,  waarboven  „Missisippi"  staat  Naast  't  pa- 
neel de  spiegel  van  de  Waarheid,  die,  als  een  naakt  kind,  met  het 
„actie  boek  van  Missisippi"  op  de  knie,  op  een  omgevallen  open  kist 
lit,  waarin  drie  ratten  en  de  inschriflen:  ,.Desu  late  Boel"  en  „Goet 
voor  Botte".  'tJongske,  dat  achter  den  schildersezel  verf  staat  te  vrijven, 
wordt  als  de  vertegenwoordiger  van  Woerdens  windhandel  die  tichel- 
staenen  tot  voorwerp  had,  aangeduid  in  't66-regelig  vers,  dat  ook  hier, 
evenals  bij  het  pendant,  in  drie  kolommen,  op  een  afzonderlijke  koperplaat 
gegraveerd,   onder  de  even  groote   prentverbeelding  a^edrukt  is.    Uit 

XT  19 


Digitized  by 


Google 


290  OROOT   TAFBRBBL   DEK   DWAASHEID  17?0 

dexe  ffewronf^D  Terandmng  van  een Terfmjyer ineen ticbeWormerblljlEt 
dunkt  mij,  al  zeer  sterk  dat  deze  plaat  oorspronkelijk  een  andere  beteekenis 
hftd.  Aan  de  voeten  van  dat  knaapje  ligt  een  stapel  papieren,  waarop 
„TifTfirl  acties  Rotte^  acties  acties  in  pypen  Suiker  acties'*.  Kecht.<> 
achter  de  Schilderkunst  een  kind  zeepbellen  blazend,  waarnaar  een  tweede 
kijkt  dat  meer  naar  achter  zit:  een  derde  leunt  op  een  pak  ..acties  bv 
de  Riem"  waarop  men  nojf  leest:  „Pakt  de  acties  weg-  want  over 
honderd  J^re  zal  ment  niet  Gelóven**.  Tefren  den  achtergrond  hangt  een 
schildery,  waarin  rechts  onderaan  .,Rubbens"  (?)  Van  de  voorstellingen  in 
de  vier  hoeken  vertoont  de  links  bovenaan  geplaatste  twee  mannen,  die 
aan  een  tafel  gezeten  een  pijp  rooken,  onder  hen:  ,.Wy  leve  gerust": 
bij  hen  op  den  voorgrond  een  mand  met  pijpen  en  meer  op  den  achter- 
grond een  man.  die  één  van  de  op  een  vierkante  tafel  liggende  pijpen 
stopt:  het  inschrifl:  ..Gouwse  pype"  duidt  op  de  stad  wier  windhandel 
hierin  bespot  wordt.  Rechts  bovenaan  is  't  Berbice  waarop  't  gemunt  is. 
Op  een  stuk  geheel  dor  land  staat,  op  een  schildpad,  een  Indiaan,  met 
een  veel  te  groote  gevlochten  kroon,  waarin  vijf  vlaggetjes  steken,  op 
't  hoofd  en  een  pijp  in  den  mond,  waarbij :  „al  Rook'\  Bij  den  achtergrond 
leest  men  ..Klater  goud  mynen".  Links  onderaan  moet  Rotterdam  't  ont- 
gelden. Boven  een  hoog  huis  waarvan  men  slechts  een  klein  gedeelte 
ziet,  staat:  f,Gek  huis  der  Rotte*'  en  boven  de  af  beelding  van  een  gedeelte 
der  Beurs:  ..actie  Beurs".  Op  den  voorgrond  ligt  een  „Vlotschuit  geleden 
met  alderhande  acties'*  aan  den  wal.  Op  de  grootere  pakken  staat:  ..Rot- 
terd"(am).  ..ter Gouw*',  ..muide  Dort", ,. Middel?",  ,.Utrecht",  ..Steen:  (wijkl 
Zwol*';  op  de  kleinere:  „Enchu:",  ,. alkmaar**,  ,, Hoorn",  ..Edam".  Bij  de 
schuit  twee  mannen,  elk  met  een  papier  in  de  hand;  op  'teene  staat 
„goet  koop",  op  't  andere:  „Koop  wat";  onder  den  arm  heeft  elk  een  pak 
aktiea.  Rechts  Mideraan  Law  te  paard,  die  't  oproerig  volk  tmcht  tevreden 
te  stellen  met  akties,  die  hij  met  kwistige  hand  rondstrooit.  terwijl  hij 
zegt:  „Dit  is  voor  'tGelt".  Het  paard  raakt  een  massa ,. gemengeld"  geld 
kwijt;  volgens  't  vers,  dat  aanvangt:  „De  inbeelding  maald  hier  schoon 
van  schvn  Het  Missisippi"  enz.,  wordt  hiermede  geld  van  slechte  alliage 
bedoeld.  Gravure  langw.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.  Ik  ken  slechts  één  staat  van 
deze  prent.  (Muller  No.  3558,  Stephens  No.  1657). 

3i7Ö.  —  24.  .,Law,  als  een  tweede  DonQuichot,  op  Sanches  Oraaawtje 
xit  ten  spot." 

In  't  midden  dezer  plaat  zit  Law  deftig  gekleed  en  met  een  vlag  aan 
een  stok  in  de  hand,  op  een  ezel  met  eenige  zakken  geld  om  den 
hals,  terwijl  „Bom  bari-  oos  Geld  kist",  welke  met  dit  in.<ïchrift 
en  't  jaartal  „1780"  vó<5r  I^aw  aan  den  ezel  hangt,  eveneens  vol  is.  Op 
de  vlnggestuk  prijkt  een  zotskolf  en  in  het  vaandel  leest  men  .,Ik  koom 
ik  koom  Dulcinia".  Eenige  lieden,  waaronder  ook  de  kasteleines,  trekken 


Digitized  by 


Google 


1720  OROOT   TAFBREEL    DKE   DWAASHEID  291 


den  ezel  met  touwen,  die  door  den  nng  van  zijn  halsband  ^r^token  zijn, 
naar  't  koffiehuis  „Quinquenpoix",  dat  links  op  de  plant  gedeeltelijk  te 
zien  is.  Twee  dezer  lieden  hebben  papieren  in  de  hand,  waarop:  „haal 
binnen''  en  ,.Qe\i  te  winnen  '.  Op  den  voorgrond,  aan  deze  zelfde  zijde,  ligt 
alles  wat  op  deu  werkelijken  koophandel  betrekking  heeft,  als  vuilnis  op  de 
straat:  de  Merkuriusstaf,  het  ..Grootboek" '.  .,Obligatie",  pakken  koopwaar, 
enz.  Een  duivel  spuit  den  ezel  geld  in  den  bek,  terwijl  een  tweede,  achter 
Law  gezeten,  den  staart  omhoog  houdt  van  het  beest,  dat  het  geld  kwijt 
raakt,  omgezet  in  akties,  opgevangen  door  een  menigte,  welke  zich  ver- 
dringt om  daarvoor  zakjes  geld  in  de  plaats  te  geven,  daai  toe  aangezet  door 
een  derden  duivel  boven  hen.  met  narrenkap  op  en  met  een  geesel  in 
de  eene  hand  en  een  papier  in  de  andere,  waarop:  .i>raaf  myn  kinders*'. 
Op  de  ontlaste  aktien  leest  men:  „Enkh",  ..Hoor".  ,.100",  „1000",  ,,Prim'\ 
„Med.",  „West",  ..2000".  enz.  Bombario,  wiens  kleed  geheel  met  visch- 
haken  bezaaid  is,  rijdt  op  een  padde,  als  een  andere  Sancho  Panza  en 
reikt  een  vollen  buidel  toe  aan  Law,  zijn  Don  Quichot.  Op  den  achter- 
grond de  ,,Zuyd  Zee",  met  eenige  schepen;  op  één  der  vlaggen  van 
het  schip,  dat  het  meest  links  ligt,  leest  men  ..misi-ippi".  Onder  de 
plaat  een  12-regelig  vers  in  drie  rijen,  aanvangende :  ., Dulcinea  en 't  Actie 
Roth,"  enz.  Gravure  gr.  langw.  in-4°..  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  ken 
ik  slechts  één  staat.  (Muller  No.  3559.  Stephens  No.  1662). 
8480.  —  25.  „Stri'd  tuszen  de  Smullende  Bubbel  Heeren,  en  de  aan- 
fitaande  Armoede." 

Oude  koperplaat,  door  de  inschriften  op  den  aktiehandel  toegepast. 
Oorspronkelijk  verbeeldt  het  een  strijd  tusschen  den  vastenavond  en  de 
vasten.  Links  een  vat  op  wielen,  met  een  kraan  aan  de  voorzijde  en 
het  inschrift:  „Actie  Soopjes  te  Ko  op."  Op  dit  vat  zit  een  man  met 
een  ,,  Vetpot"  als  hoofddeksel  en  een  paar  wafels  als  oorkleppen.  Om  den 
hals  heeft  hij  aan  een  koord  geregen  wafels  en  pannekoeken,  waarin: 
,,al  tyd  Veniam";  om  't  middel,  eveneens  aan  een  koord,  eendvogels,  een 
haas,  waarin:  „dit  's  onze  vangst",  en  een  schenkkan.  Met  de  linker- 
hand houdt  hij  een  beker  omhoog  met  inschrift:  „Dit  hebben  Wy  daar 
van".  Onder  deu  arm  heeft  hij  een  braadspit  bij  wijze  van  lans,  waaraan 
een  ham  en  een  geplukte  eendvogel  steken,  terwijl  voor  op  de  punt  een 
wijnglas  hangt.  Deze  hoofdfiguur,  in  de  oorspronkelijke  plaat  de  Vasten- 
avond, rijdt  in  tegen  de  Vasten,  de  tweede  hoofdfiguur,  die,  op  een  yischben 
op  wielen  gezeten,  van  rechts  aankomt.  Het  vat  wordt  voortgetrokken 
door  vier  personen :  twee  kinderen  op  den  achtergrond  en  een  man  en 
jongen  op  den  voorgrond.  De  man  heeft  een  keten  van  worsten  over  den 
schouder,  waaraan  van  onderen  maskers  hangen,  en  dreigt  te  slaan  met 
een  kakebeen?  dat  hij  in  de  rechterhand  houdt.  In  't  gevolg  van  deu 
„bolle(u)  Smullebroêr",  zooa||  de  man  op  't  vat  genoemd  wordt  in  het 
80-regelig  vers,  dat,  in  vgf  kolommen,  op  een  afitonderlyke  plaat  gegraveerd 


Digitized  by 


Google 


292  OEOOT  TAVBSBSL   DBS    DWAASHEID 


1720 


•B  onder  da  TOontoUing  aigednikt  is,  ziet  men  links  op  den  TOorgroDd 
een  TTtmw,  \^'ie  vogels  om  't  lyf  hangen  en  die  met  beide  handen  eea 
„Wafel  Ejzer  voor  de  nieaw  gebakke  acties"  omhoog  houdt  als  om  er 
mede  te  slaan.  Aan  den  band  yan  haar  voorschoot  zijn  wafels  geregen, 
waarin:  „Assuransie'*  en  „Verpanding'';  ook  hangt  er  een  tang  aan. 
Iets  naar  achteren  en  links  ziet  men  een  vrouw,  die  met  de  rechterhand 
een  mand  met  eieren  omhoog  houdt  en  brakend,  volgens  het  inschriftop 
haar  borst,  zegt:  „Al  de  actie  drank  maakt  mj  kwaljk".  Nog  meer 
naar  links  en  naar  achter  heft  een  man  een  bezem  in  de  hoogte,  vraamit 
een  kaars  steekt  en  waaraan  een  bierkruik  hangt.  In  den  bezem  leest 
men:  „Ons  kaarsje  brand  noch';  aan  den  bezemsteel  is  een  schort  ge- 
bonden, met  het*  volgend  inschrift:  ,.yiva  de  Compagnie!  die  ons  doet 
vrolyk  leven,  Schoon  Armoede  ons  op  't  end  den  doodsteek  dreigt  te 
geven."  Vóór  laatstgenoemden  man  gaan  nog  drie  personen  uit  van 
welke  er  één  een  dwarsfluit  bespeelt,  de  tweede  een  viool  in  de  hoogte 
steekt  en  de  derde  een  speen  varken  boven  t  hoofd  draagt  in  een  schotel. 
waarin:  „Weesper  Venezoen".  Bij  de  trekkende  kinderen  is  nog  een  man 
aijgfebeeld  met  uarrenkap  op  't  hoofö,  een  driepootstoel  onder  den  rechterarm 
en  een  potlepel  in  de  linkerhand.  De  Vasten,  hier  als  ..Armoede''  aan- 
geduid, zit  op  een  vischmand  op  rollen;  zij  heeft  een  vergiett^t  op 
H hoofd  en  twee  snoeren:  één  van  sponzen  en  één  van  schel pjes  om  den 
hals,  terwijl  alleriei  visch,  aan  een  touw  geregen,  langs  haar  kleed  hangt 
Met  beide  handen  heft  ze  in  stroo  gepakte  „Harde  bokkens  drie  om  een 
oortje"  in  de  hoogte,  blijkbaar  om  er  haar  tegenstander  mede  te  treffen. 
Ook  om  haar  armen  heeft  ze  sponzen  waarvan  krakelingen  afhangen. 
Achter  haar,  op  den  voorgrond,  een  man  met  een  sjerp  van  aangeregen  visch 
en  een  oude  slof  er  aan  als  bergplaats  voor  *t  visch-aas,  om  't  lijf;  op  H  hoofd 
een  visschersmuts  en  in  de  beide  handen  een  schepnet,  waarmede  hij  dreigt 
te  slaan;  de  vrouw,  die  achter  dezen  man  aankomt,  is  omhangen  met 
krakelingen,  pannekoeken,  schelpen,  sponzen  enz.  terwijl  een  schuimspaan 
in  haar  gordel  steekt,  waaraan  rechts  een  stroopkan?  hangt.  Zij  heft  een 
vuurtreeft  als  verweermiddel  op  en  houdt  een  braadvork  in  de  rechterhand. 
Op  den  achtergrond  ziet  men  nog  een  viertal  personen,  allen  met  omhoog 
geheven  voorwerpen.  Die  't  dichtst  achter  de  Armoede  staat  heeft  een 
stokvisch  in  de  hand,  waarop:  ,Jloch  noojt  zo  beleeft";  de  tweede,  met 
een  ^zeren  pot  op  't  hoofd,  draagt  een  stok  met  haringen  of  gerookte  bok- 
kings;  de  derde  een  hengelroe  met  tuig;  de  vierde  op  een  stok  een  kaars 
met  inschrift:  „Dese  kaars  zalze  wel  dóvë",  terwijl  men  boven  de  vuur- 
treeft nog  een  hand  en  arm  ziet  met  een  geesel  en  een  tweede  hand,  welke 
een  stok  vasthoudt,  waaraan,  volgens  't  vers,  een  „Zegenet"  bevestigd  is, 
dat  in  de  plaat  de  „Qróte  Fuik  der  Bubbel  Compagnies"  genoemd  wordt 
Latere  door  inschriften  veranderde  stait  van  Muller  No.  3153,  die  daar 
het  adres  Tan  A.  Allard  heeft. 


Digitized  by 


Google 


1720 


OEOOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  293 


Links  onderin  de  plaat  is  nogf  duidelijk  te  lezen:  „Le  CARNAVAL**; 
ook  in  den  ondersten  plaatrand  z^n,  tuaschen  bet  tegenwoordig  on- 
derschrift door,  nog  eenige  letters  van  een  vroeger  twee-regelig?  inschrift 
te  zien. 

Het  -vers  vangt  aan :  „Een  bolle  Smulle-broêr  gezeten  Op  Bochus 
eertroon,"  enz.  Gravure  gr.  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  maar  door  8.  k 
Bolswerd;  met  het  vers  samen  één  blad  in-plano.  Er  komt  slechts  één 
staat  van  deze  prent  in  het  ,,Groote  Tafereel'*  voor.  (Muller  No.  S660a 
en  8.  No.  3660.  N.  b.  Stephens).  (Zie  ook  No.  3357  hier  voren). 
3481.  —  26'.  „Bombario  Actionist  en  de  Qeedt  van  Esopus.** 

Inschrift  onder  in  de  eerste  van  vier  platen,  die  6f  op  één  vel  gedrukt 
6f  elk  aÊconderl^k,  te  zamen  als  No.  26  voorkomen  in  het  hier  be- 
schreven werk. 

De  prent  stelt  „Pan"  voor,  met  een  schilderij  in  cartouche-vormige  l\)St 
voor  't  lijf,  zoodat  alleen  zijn  kop  en  bokspooten  zichtbaar  zijn.  Op  't  ge- 
hoornde  hoofd   draagt   hij   een   wan,  waarin  een  zestal  dwergfiguren  zit 
dat,  blijkens  het  vers,  in  de  beide  bovenhoeken  gegraveerd, 
„Alhier  de  wanstal  zinryk  duid 
Der  sno-gedrochelyke  [sic]  actionisten'*. 
Tusachen  de  korte  horens  een  windmolentje. 

Aan  weerszijden  van  zijn  gezicht  staat  in  de  lijst  „Oorblasera  Baas*', 
omgeven  door  een  guirlande  van  blazen  gedeeltelijk  meteoren  er  in,  terwijl 
links  daarvan  zijn  fluit,  rechts  een  posthoorn  hangt.  Pan  blaast  't  vuur  aan, 
in  't  vers  een  „Lawe  vonk"  genoemd,  dat  smeult  in  een  pot,  op  den  achter- 
grond der  schilderij  op  een  monumentaal  voetstuk  geplaatst ;  links  er  voor 
Esopus  (2)  met  een  papegaai  op  de  rechterhand,  een  verrek^ker?  in  de 
linker  en  met  een  vos  naast  zich;  rechts  Bombario  (1)  die  z^jn  bult  leent 
tot  lessenaar'aan  den  achter  hem  staanden  koopman,  in 't  vers:  „Wysneus" 
genoemd;  hij  houdt  met  de  linkerhand  het  inktfleschje  omhoog  en  roert 
met  een  spatel  die  hij  in  de  rechterhand  heeft,  in  de  potjes  van  z^n 
kwakzalversmarsje  dat  hem  voor  't  lijf  hangt;  aan  zijn  voeten  zit  een 
aap.    In  het  monument  op  den  achtergrond  staat: 

„Het  Na-geslacht  zal  dit  voor  Fab'len  houwen, 
En  tot  Esopus  eer,  een  Graf  naald  bouwen". 
Het  vers,  dat  aanvangt : 

„1  Bombario  treed  in  gesprek 
Met  broer  2  Esopus  Geest  zy  kalle 
Hoe  Wysneus  'tzeekre  gaat  vermallen 
En  maakt  zig  om  gis-rydom  {sic)  gek"  enz., 
verwijst  in  de  laatste  regels  naar 

„  . . .  *t  zinnebeeld  het  tweede  in  rang 
t  Begint  zyn  spel  met  Kalverzang.** 
en  doelt  op  de  volgende  prent. 


Digitized  by 


Google 


294  GROOT   TAPBRKBL    DRR    DWAASHRID  1720 


Onder  in  de  lijst  der  schilderij  staat  het  jaartal  .,17  30"  en  rechts 
naa«t  de  lijst  het  volgnommer  ..1". 

De  plaat  is  later  in  randwerk  gebruikt  nis  titel  van  de  tweede  hol- 
landsohe  uit||fave  van  't  Dwei^entooneel.  aan  't  eind  van  de  beschrijving 
van  ..Het  Groote  Tafereel"  afzonderlijk  vermeld. 

26*.  „Actieuse  Nachtwind-Zanger  met  zyn  Tover  Slons'. 

Opschrift    boven   de    tweede    plaat    van    het   viertal,    dat   als    No.    26 
in  dit  werk  bijeen  behoort,  't  Is  de  afbeelding  van  een  dwerg,  naar  rechts 
gaande,  met  een  haneveer  op  den  ronden  hoed,  waarbij: 
,.Van  de  Haane 
Quam  't  van  daane''. 
doelend   op   't  overwaaien    van    den    windhandel   uit   Frankrijk   naar  ons 
land.    In  de  linkerhand  heefl  hij  een  stok,  waarop  een  molentje;  met  de 
rechter   houdt   hij    een  zeel  vast,  van  de  too verlantaarn,  die  hem  op  den 
rug  hangt.    Zijn  mond  is  zeer  wijd  geopeud  en  daarbij  staat  als  uitroep: 
„ó  de  Tover  Lantaarn".    Ouder  de  afbeelding  is  een  24-regelig  gedicht 
gegraveerd  in  twee  rijen,  beginnende: 

„'t  Windluchtig  bulken,  blaasen,  guupen, 
Zyn  tanden  braaf  te  laaten  zien, 
niet  licht  toebeiteu  moet  geschien 
By  al  de  schotse  Windbuil-napen."  enz 
Hechte  in  't  midden  gemerkt  ..2'. 

Deze,  zoowel  als  de  beide  volgende  afbeeldingen,  en  de  vier  waaruit 
plaat  29  bestaat,  zijn  latere  staten  van  de  prenten  2  tot  8,  uit  de  eerste 
hollandsche  uitgave  van  het  ..Dwergeutooned''.  't  Zijn  niets  zeggende 
plaatjes,  op  den  windhandel  toepasselijk  gemaakt  door  onbeteekenende 
bijvoegsels,  tboven-insihrift  en  de  zeer  slechte  en  onbegrijpelijke  verzen, 
die  in  de  plaats  gekomen  zijn  van  de  4-regelige  verï<jes  in  'tduitsch.  in 
'tfransch  en  in  't  hollandsch,  ouder  den  oorspronkelijken  staat.  Ik  zal 
voor  de  overige  dan  eok  enkel  het  opschrift,  een  eenvoudige  beschrijving 
van  de  afbeelding  en  de  eerste  regels  van  't  vers  opnemen,  zonder  nadere 
poging  om  de  gedwongen  beteekeuis  aan  te  geven. 

26*.  „Natuur  Actie-doctor  of  klapachtig  Bobbel  Meester". 

Een  dwerg  met  toga  en  baret,  lange  grijze  haren,  een  bril  op  den 
neus  en  in  de  rechterhand  een  stok  met  haakknop.  staat  naar  rechts 
gekeerd  met  een  vogel  op  den  wijsvinger  van  do  linkerhand.  Bij  die 
hand  een  papier,  waarop:  ..(teen  negen  mannetje  crediet  Voor  al  die  doen 
in  't  Windse-niet".  Onder  het  papier  door  ziet  men  op  den  achtergrond 
een  dwerg  met  ronden  hoed  op.  die  aan  een  bedelend  mau  en  vrouw 
een  aalmoes  geeft. 

Het  vers  begint: 

.,'k  Heb  niet  veel  muts  op  dese  bol:'*  enz. 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFüHKKL   DBE   DWAA8HBID  295 


Papier  en  vogel  zijn  de  eenige  zaken,  die  er  in  dezen  staat  der  plaat 
en  yoor  dit  doel  bijgegraveerd  werden.  Rechts  bij  't  papier  gemerkt  „3". 

'26*.  ,.Directrice  der  Venralle  Actie-Regimenten;  en  byzonderlyk  van 
Natuurlyke  La  we  Actiën". 
£en  oude  vrouw,  met  een  hondje  onder  den  arm.  staat  naar  links;  haar 
rechterhand,    waarin   zij   een   papier   heeft,   rust   op   een   tafel.    Op   het 
papier  leest  men: 

),Wie  zou  mj  actiën  schroomen 
De  Reekning  maakt  zich  zelf  voor  al  die  by  my  komen". 
Achter  haar,  op  den  achtergrond,  hangt  aan  een  driepoot  een  pot  over 
't  vuur,  met  onderschrift: 

„Daar  is  een  pot  te  vuur 
Die  menig  staan  zal  duur '. 
Rechts,  bij  den  linke^elboog  der  vrouw,  het  volgnommer  „4 '. 
Het  vers  begint: 

„Vrow  Directrice,  in  't  los  gewaad, 
Daar  ge  in  uw  jeugd  uw  rol  mee  speelde, 
En  actieus  de  LieQes  streelde  , 
Nu  wint  gy  door  uw  bobbel  praat;"  enz. 
In  ilen  oorspronkelijken  staat  heeft  de  vrouw  eeu  brandewijnskom  in  de 
rechterhand  en  ziet  men  achter  baar,  op  den  achtergrobd,  een  andere  vrouw 
geknield  bij  een  nest  jonge  honden,  terwijl  een  man  meteen  kaars  bijlicht. 
Vier  gravures  in-8».  (Muller  No.  3561.  N.  b.  S.). 
In  den  eersten  druk  van  *t  Dwergentooneel  hebben  de  plaatjes  de  namen 
van  de  volgende  graveurs:  1  van  P.  van  Buysen.  2  en  3  van  Joost  van 
Sasse,   terwijl    van   plaat   4  de  graveur  niet  is  aangegeven.     In  eén  der 
randwerken  van  den  tweeden  druk  van  dat  werk  komt  de  eerste  voorstel- 
ling nog  eens  zeer  verkleind  voor. 
Van  deze  vier  afbeeldingen  zijn  mij  drie  stellen  bekend: 
a  het  hier  boven  beschrevene,  te  zamen  op  één  vel  gedrukt; 
h    „     „        .,  „  ,  elke   voorstelling    aÊEonderlijk    op    een 

blaadje  in-4^  getrokken; 

c  het  hier  boven  beschrevene,  doch  de  vierde  prent  vervangen 
door  ,,Le  toume  dös  charme  et  Tamie  sans  soubson  {sic)  Stro-jonkerus 
Aart- in-rang  Breedmiddelia  Ruggesprong',  een  man  en  een  vrouw, 
(dwergen),  die,  met  den  rug  naar  elkander  gekeerd,  samen  dansen,  terwijl 
haar  linkerhand  zijn  rechterhuud  vasthoudt.  Onveranderde  prent  uit  het 
.,4e  Deel"  van  't  Dwergentooneel  dut  uit  zes  platen  bestaat,  waarvan  deze 
No.  ,,4 '  is.  Hier  zijn  de  4^regelige  versjes  (een  duitsch,  een  fransch  en 
een  hollandsch)  met  het  opschrift:  ..Der  Haasenhaft  u=  Schuss-erfifihme 
Lienz  Sauzahn  lager  als  andrez  [sic)  Brautfuhrez."  (Wr),  niet,  als  bij  de 
andere,  door    één  hollandsch   vers  vervangen.    Om  welke  oorzaak  deze 


Digitized  by 


Google 


296  GROOT   TAFKREKL    DER    DWAASHEID  17^ 


vierde   prent  in   pItaU  van  da  TToei^re  gekomen  is,  heb  ik  niet  kunnen 
ontdekken.  Gravure  in-8*.  ,X  C.  F;olkema).  d.  et  fee" 

Er  bestaat  van  de  vier  plaatjes,  onder  a  beschreven,  een  kopie,  waar 
de  vier  voorstellingen  op  één  kuperplaat  gegraveerd  zijn ;  ik  geef  hier 
enkele  verschillen  aan  ter  onderscheiding. 

In  plaat  ,.r'  heeft  hier  de  .^Oorblasers  Baas"^  geen  molentje  op 
het  hoofd,  maar  in  plaats  daarvan  een  lis  over  een  spijker  greslagen,  die 
in  de  wan  zit. 

Bij  plaat  „2"  zijn  de  bloemen,  tegen  den  zijkant  van  de  tooverlantanra 
gegraveerd,  bier  kompleet  en  kleiner,  terwijl  men  by  de  vorige  zien 
knn  dat  er  van  boven  en  van  onderen  gedeelten  der  bloemen  zijn  weg- 
gevallen door  het  kleiner  maken  van  de  lantaarn. 

In  plaat  ..3  '  kan  ik  geen  ander  verschil  aangeven  dan  dat  de  ruimte 
tu8^M*hen  de  voorstelling  en  het  vers  bier  volkomen  wit  is,  terwijl  in  de 
vorige  nog  zeer  duidelijk  de  sporen  zichtbaar  zijn  van  een  uitgeslepen  ver& 
Uit  verschil  geldt  ook  voor  plaat  i  en  4,  de  laatste  is  ook  nog  te  her- 
kennen aan  de  pok  op  den  neus  der  vrouw,  die  in  deze  kopie  niet  ge- 
vonden wordt;  het  onderschrift,  onder  den  te  vuur  hangenden  pot.  blijft 
hier  op  eenigen  afstand  van  de  zwarte  lijn,  die  de  gpravure  omgeeft, 
terwijl  het  die  in  de  oorspronkelijke  prent  raakt. 

Indien  men  de  plaat  in  zijn  geheel  gelaten  heeft  is  deze  kopie  gemak- 
kelijk te  herkennen,  daar  men  niet,  als  bij  de  origineele,  de  figuren  in 
een  richting  boven  elkaar  geplaatst,  maar  ze  twee  aan  twee  met  de 
hoofden  naar  elkaar  toe  gegraveerd  heeft. 

Deze  kopie  komt  voor  in  de  laatste  uitgave  van  *t  Tafereel,  met  de  op 
uniform  papier  gedrukte  platen. 

3tö3.  —  27.  „Monument  consacré  k  la  posterité"  enz. 

Derde  staat  der  hier  voren  als  plaat  18a  uitvoerig  beschreven  oorspron- 
kelijke prent,  met  de  volgende  veranderingen: 

Op  het  papier,  dat  de  man  in  de  hand  heeft,  die  rechts  voor  „Bombario' 
geknield  ligt,  is:  „Prime  sur  Ie  cacau"  wel  duidelijk  leesbaar  maar  het 
papier  is  gearceerd.  De  persoon,  die  bij  den  steen  rechts  op  den  voorgrond 
geknield  ligt,  is  van  een  jood,  met  hoed  op,  veranderd  in  een  heer 
met  pruik  en  blootbhoofds.  Op  dien  steen  staat  nu:  „Procuration  pour 
Hoorn  ^."  In  plaats  van  den  gebroken  gebakken  steen,  meest  links 
van  den  grooten,  nu  een  pak  papieren,  met  ,,Procuration.'*;  een  tweede 
dat  er  bij  ligt,  heeft  hetzelfde  inschrift. 

In  de  ruimte  tusschen  de  groep  links  en  hen,  die  Fortuna's  wagen  trek- 
ken en  de  beide  vechtenden  rechts,  zijn  een  menigte  paddestoelen  uit  den 
grond  opgeschoten,  waarbij  de  namen  staan  van  de  volgende  steden,  die 
een  kompagnie  opgericht  hadden:  ,,den  BrieL'\  „Weesop.'*,  „Emden.'\ 
„Middelburg/*,  „Campen.",  „Zutphen.'\  „Zwol.",  „ter  Veer.",  „Vlissin- 
„Harlingen.",  „YlaardiDgen." 


Digitized  by 


Google 


17£Ü  GROOT   TAF£REBL   DB£   DWAASHEID  297 

Onder  de  paddenstoelen  is  't  volgende  4-regeIig  versje  gegraveerd: 
„De  Bubbels  ras  als  t'Duivels  broodt  verscheeneo, 
In  korten  tydt  gekomen  en  verdweenen 
Betoom  uw 'lust  en  drift; 
Zy  steeken  vol  vergift." 
In  de  groep  links  zijn  de  volgende  veranderingen  gekomen.  Voor  den 
man    met  hoed   op   en  -den   naast   hem   staande  zonder  hoed,  beide  met 
beffen,   rechts   van   den  jongen  met  de  tooverlantaam,  is  een  welgedaan 
heer  met  grooteu  paruik  op  en  blootshoofds  en  een  even  welgedane  dame 
met  kapuchou.  in  de  plaats  gekomen.  Hierbij  dient  de  volgende  toelichting: 
In    't  gegraveerd  register  wordt  plaat  18  genoemd  „Ter  Eeuwiger  ge- 
dagtenis   der   Dwaasheid   van   het  XX.  Jaar  der  XVIII.  Eeuw,";  plaat 
27   „Ter  Eeuwiger  gedagtenis   &&,   met    verandering."   In  't  register  in 
boekdruk,   hl.   32,   van   het   tweede   gedeelte    van  den  tekst,  worden  ze 
met  eenig  verschil  in  spelling,  zouder  eenige  bijvoeging,  op  dezelfde  wijze 
aangeduid.  Op  bl.  36  van  het  derde  gedeelte,  de  verzen  op  den  windhandel 
bevattende,  wordt  alleen  plaat  18  (hier  genommerd  19)  genoemd.  De  titel 
luidt  daar:   „Ter  eeuwige  gedagtenis  der  dwaasheyt  van  het  XX.  laar 
der  XVIII  eeuw  met  bekende  Tronien." 

Er  bestond  dus  een  oorspronkelijke  prent,  die  later  gewijzigd  werd 
en  dit,  naar  zich  vermoeden  laat  uit  den  laatsten  boekdruktitel,  hoogst 
waarschijnlijk  om  de  „bekende  Tronien"  te  doen  verdwenen. 

Nu  ontving  ik  van  den  heer  B.  W.  P.  de  Vries,  te  Amsterdam,  ter 
vergelijking,  een  band,  waarin  slechts  een  klein  gedeelte  der  platen 
bijeengebonden  is.  Daarin  heeft  een  tijdgenoot,  met  fraaie  hand  maar  in 
treurig  rijm,  een  versje  voor  iedere  plaat  gevoegd.  De  hier  beschreven 
veranderde  prent  noemt  onze  dichter:  „de  Print  van  Picart,  Sonder 
dominees",  waaruit  dus  mag  opgemaakt  worden  dat  de  mannen,  die  in 
tegenstelling  met  de  anderen  in  plaat  18  beffen  om  hebben,  predikanten 
moeten  voorstellen  en  blijft  er  dunkt  mij  weinig  twijfel  over  dat  de 
„bekende  Tronien"  waarvan  hier  boven  gesproken  wordt,  „dominees" 
„Tronien"  zijn,  al  is  't  mogelijk  dat  ook  de  jongeman  links  op  den 
voorgrond  op  den  stoel  zittende,  en  de  jood,  die  rechts  by  den  steen 
geknield  ligt,  bekende  tronien  hadden.  De  oorspronkelijke  plaat  geeft 
ondubbelzinnig  blijk  hoe  in  alle  standen  de  aktie  koorts  woedde,  zoodat 
het  zelfs  mogelijk  geacht  werd  dat  predikanten  er  aan  zouden  lijden; 
heeft  dit  sommigen  geërgerd  en  zijn  zij  daarom  door  bovengenoemde 
heer  en  dame  vervangen?  Als  proeve  van  de  kracht  van  bovenvermelde 
poëzie,  geef  ik  hier  enkele  regels  van  't  vers: 

„De  dominees  die  sijn  hier  niet  te  vinden 
Of  souwden  sy  wel  Acties  Binden. 
Met  een  Bantie  aan  Malkander, 
daar  den  Ben  Bedriegt  den  Ander. 


Digitized  by 


Google 


298  QROOT    TAFEREEL   DER    DWAASHEID  1720 


Neen  ik  heb  andere  Gedaghten, 
dat  het  Volck  haar  sal  verwaghten. 
Op  Predikstoel  of  in  de  Kerck 
Eu  leeren  haar  van  Heijlig  werck.'  enz. 
—  In  de  plnaU  van  het  tafeltje.  links  op  den  voorgrond,  is  bier  een  steen 
gekomen  met  de  volgende  inschriften: 

„Quaud  on  est  jeune  &  belle,  &r  qu*on  a  la  {sic)  malheur 
D'avoir  perdu  son  bien  dans  un  jeu  si  funeste, 
Gare  qu'un  Billet  au  Porteur 
Ne  fiifise  encore  perdre  Ie  reste! 
>— ^ 
Schrei,  Pillis,  niet  om't  geldt: 
Uw  schoonheit  is  behouwen. 
Gy  wort,  wilt  gy,  herstelt. 
Of  baart  die  gunst  mistrouwen  V 
't  Is  recht :  verliest  gy  d'  eer, 
Zy  komt,  helaas!  nooit  weer." 
Deze  verzen  slaan  op  de  deftig  gekleede  jonge  dame.  die  in  plaats  van 
den  jongen    man    met    wandelstok,    mistroostig  met  den  zakdoek  aan  de 
oogen,   naast  den    steen  in  een  leunstoel  zit  en  met  den  rechterelboog  op 
de  leuning  steunt.  Een  oud  heer,  met  allongeparuik,  maakt  haar  het  hof 
CU  legt  haar.  in  de  plaatw  van  het  waardelooze  , .Contract  du  Suda /"ICMX).*' 
dat  zij  in  de  linkerhand  heefl,  een  ., Billet  au  porteur  de  ƒ50000."  inden 
schoot.  De  man  achter  de  tafel  is  nu  in  gesprek  met  een  heer  met  steek 
op.  die  ruggelings  van  de  jonge  dame  zit  en  een  papier  in  de  hand  heeft, 
wajirop:  „Contract  de  500  ^^  Sterl." 

In   den   laatsten   regel    van    'tfransche   versje  links  onder  de  voorstel- 
ling,  boven   de   fransche   verklaring,   is  het  woord   ..Pays"  veranderd  in 
„esprits'.     (Muller  No.  3562.  Stephens  No.  1628?) 
Van  deze  veranderde  origineele  plaat  zijn  mij  vier  varianten  bekend: 

I  de  hier  boven  beschrevene. 

II  dezelfde  prent,  zonder  het  versje  onder  de  paddenstoelen,  dat  blijkens 
s€€r  moeilijk  te  vinden  overblijfsels  daarvan,  weggekrabt  is. 

III  geheel  als  II.  alleen  staat  nu  in  den  rechterbovenhoek  ..Tom.  2, 
Pag.  332.'  In  dezen  vorm  behoort  de  plaat,  zooals  nu  wijlen  de  heer  J.  P. 
J.  W.  Korndorffer  indertijd  aan  den  heer  Muller  mededeelde,  in  (Piossens.) 
Mémoires  de  la  Ré^/enre  du  Duc  d'Orléans.  La  Haye  1729,  kl.  in-S'. 

IV  geheel  als  III,  nu  is  in  den  rechterbenedeuhoek,  onder  de  hol- 
landscho  verklaring,  gegraveerd:  ..N<i  IX.",  terwijl  rechts  bovenaan 
de  aanwijzing  van  deelnommer  en  pagina  weggekrabt  is,  doch  zóó  dat 
zij  nog  zeer  goed  is  te  onderscheiden.  Voor  welk  werk  deze  variant 
gebruikt  is,  heb  ik  niet  kunnen  ontdekken.  Bij  den  heer  A.  J.  Nyiand, 
te  Utrecht. 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFEREEL   DER    DWAASHEID  209 


Tan  de  vier  kopién  der  origineele  plaat,  waarvan  a  en  ^  onder  No.  18 
beschreven  zijn  {zie  No.  18  hier  voren)  behooren  de  staten  b  en  d  hier. 

b  is  geheel  veranderd  naar  het  origineel  hier  boven  als  S7  beschreven, 
alleen  is  het  woord  „Pays"  in  den  laatsten  regel  van  het  fransche  versje 
links  onder  de  voorstelling,  hier  blijven  staan. 

d  is  oogenschijnlijk  geheel  aan  b  gelijk  maar  in  werkelijkheid  de 
weder  in  denzelfden  toestand  teruggebrachte  koperplaat,  nadat  die  eerst 
zóó  veranderd  was,  als  bij  No.  18  is  aangegeven;  alleen  is  .,Pay8".  in 
het  fransche  versje,  nu  veranderd  in  ,.esprit8". 

3tó3.  —  28.    „Schyn  bedriegt.' 

Opschrift  boven  een  50-regelig  vers,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk, 
onderteekend  ,,Philadelphu8.",  het  pseudoniem  van  G.  Tijsens,  en  aan- 
vangende : 

.,Prince88e  Quincampoiz,  gelyk 

Een  kermis-pop,  zit  hier  te  pryk  \  enz. 

Boven  dit  vers  is  een  gravure  in-4".  afgedrukt,  die  oorspronkelijk  diende 
als  titelplaat  voor  het  tweede  deel  van:  Quincampoix.  Sombario,  of  Bos- 
kam  Voor  de  dolle  cutionisten.  Landtiezaiuj.  Door  PhiladelphM.  Sileni 
Alribiadis.  Ticedt  deel.  Dat  de  prent  in  dit  werkje  behoort  blijkt  uit  de 
cartouche,  door -twee  roskammen  geflankeerd,  die  deel  uitmaakt  van 
't  lofwerk  boven  de  voorstelling;  daarin  staat:  .,Roskam  Sub  Rosa  2®.  Deel". 
Ofechoon  nu  de  drie  deeltjes  van  dit  werl<je  van  G.  Tijsens,  als  tekst 
behooren  bij  de  gedrukte  stukken  en  zij  daar  dan  ook  als  zoodanig  zullen 
worden  vermeld,  geloof  ik  toch  hier  een  uitzondering  op  den  regel  te 
moeten  maken  en  de  beschrijving  van  die  titelprent,  al  is  die  niet  aU 
zoodanifj  opgenomen  in  't„Groote  Tafereel",  te  moeten  laten  voorafgaan 
aan   de   vermelding  van  den  vorm,  waarin  ze  in  dit  werk  wèl  voorkomt. 

Te  meer  word  ik  daar  toe  gebracht,  omdat  de  auteur  der  drie  Roskam- 
men (hij  stelt  zich  in  het  ..voorbericht"  van  dit  tweede  deel  nog  voor 
hem  vijfmaal  te  doen  verschijnen,  maar  verder  dan  tot  den  derde 
is  't  niet  gekomen)  in  genoemd  voorbericht  zelf  de  verklaring  geeft  der 
prent  en  dit  doet  op  een  wijze,  die  ik  hem  niet  verbeteren  kan. 

Nadat  de  dichter  eerst  verteld  heeft,  dat  hij  met  vreugd  den  goeden 
ontvangst  van  zijn  hekelverzen  zag,  maar  dat  het  hem  ..aan  de  andere 
kant  moeide  dat  hy  zyne  Gedichten  zo  havenloos,  en  met  gerabraakte 
tytelnaamen,  door  de  baatzuchtigheid  van  een  rechtschaapen  Liedjes- 
drukker, op  den  Dam,  aan  de  Beurs  en  door  de  heele  Stad  moest  hooren 
kraayen.",  ;zie  omtrent  één  der  nadrukken  de  beschrijving  der  gedrukte 
stukken  hierna),  geefl  hij  de  uitlegging  der  prent  op  de  volgende  wijze : 

..De  Vrouw,  die  men  in  deeze  Print,  voor  de  tweede  Roskam,  in  haaren 
rykelyken  staatie  Tabbaart,  met  blaauwbloempjes  geborduurt,  ten  Throon 
ziet  zitten,  is  de  Princesse  Quincampoix,  of  de  Actiehandel,  zy  gebied 
haaren  dienaar   Bombarie  of  het  Bedrog,  zo  net,  in  zyn  kleed  met  Vis- 


Digitized  by 


Google 


300  GROOT   TAl'BRKEL    DBR   DWAA8HKID  1720 


hoeken  bemaald,  te  voorschyo  gebragt,  den  op^blaazen  Babbelh&ndel 
sterk  uit  te  blaazen,  terwyl  de  Geldzucht  op  haar  eene  knie  ter  neder 
geboo^n,  reikhalxende  met  opene  armen  de  niettige  Bubbels  aanbid,  en 
na  zich  wil  haaien,  doch  zj  bemerkt  niet  dat  Armoede  in  het  gescbeorde 
kleed  haar  reeds  by  de  slippen  van  den  met  ducatonnen  geborduurde 
Tabbert  heeft,  en  het  Actiejacht  van  weelde  in  het  verschiet,  reets  is  aan 
't  zinken. 

De  Tekenaar  heeft  aan  wederzyde  niet  onaardig  een  Boer  te  voorschyn 
gebragt  ieder  met  zyn  zinnebeeld;  aan  de  eene  kant  ziet  men  den  Kinkel 
door   de   Fortuin   der    Asdurantiebubbela  van  zyn  boetegewaad  ontdoen, 
daar   hy   al    zuipende   de  Spaa  met  de  voet  schopt,  en  in  het  kleed  van 
een    wildweyigen    Actionist   word  gestooken,  terwijl  de  Actiekaars  noch 
helder  staat  te  branden.  Aan  de  andere  zyde  word  hem  door  zyne  eigene 
dwaasheid  het  Heeren  kleed  weer  van  bet  plompe  lichgaam  a^scheurd, 
de   boeremuU  word  hem  opgezet,  en  hy  vat,  doch  tegen  zyn  zin  de  Spa 
weer  in  de  vuii^t.  om  zyn  brood  te  zoeken.  De  Actiekaars  gaat  uit  in  de 
pyp,   en    laat  op  't  laast  niet  dan  een  stinkende,  en  doodelyke  damp  na.'' 
Tot  zoover  de  beschrijving.     Daar  de  dichter  in  een  gedeelte  van  zijn 
vers,  omtrent  verscheiden  hier  beschreven  prenten  aardige  bizonderheden 
mededeelt,  acht  ik  't  niet  ongepast,  die  regels  hier  te  doen  volgen;  blijkt 
er  ook   uit   dat   hij   niet  hoog  wegliep  met  de  vervaardigers  der  platen, 
hij  keurt  't  verschijnen  goed,  omdat  ze  alle  medehelpen  tot  bespottingen 
verfoeiing  van  de  aktiepest.     Zie  hier  wat  hij  er  over  zingt: 
., 't  Canaille  neusd  het  al,  en  zingt  vast  op  de  bruggen. 
In  't  schoon  gezelschap  van  steenslypers.  rolders,  pluggen, 
Met  onbescbaamden  toon  de  val  van  't  Actiegild, 
Wat  lepel  Ukken  ken  is  gulletjes,  en  mild, 
In  't  koopen,  print  by  print  indien  men  maar  ten  minste 
Ken  beeldje,  't  uwer  spot,  daar  in  bemerkt.  Wat  winste 
De  Boekwurm  daar  by  heeft,  dat  weet  de  Boekwurm  best. 
Gy  konstige  etsers,  knoey,  al  voort  van  de  Actie  pest: 
'tZy  niet  genoeg  een  beurs,  zo  weergaloos  te  schetsen, 
En  op  die  schooue  beurs,  wat  ratelwachten  te  etsen. 
Of  Vullisbeeren,  na  de  grootse  trekken,  van 
De  Nieuwejaars  print,  van  de  Wacht  of  Karreman. 
Neen  Vrouw  Justitia  heeft  u  een  geest  geschonken, 
Om  ieder  met  een  brief  doen  op  de  borst  te  pronken.  *) 
Die  wel  gemaakte  kat,  met  blaazen  aan  zyn  pens, 
Of  pooten,  is  het  werk  niet  van  een  enkel  Mensch ; 
Daar  Meester  Law,  zo  trots  op  wolken,  t'zaam  geronnen 
Tot  kussens,  zit  ten  toon;  't  is  ongemeen  verzonnen, 


1)  Zie  No.  S  en  6  van  het  „Qroote  Tafereel". 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFBRBBL   DER   DWAASHEID  301 

En  Hwerk  bljve  eeuwig  goed,  en  van  oen  grootsche  naam. 

Nadien  't  ten  spot  verstrekt,  der  Kermis  aotiekraam.  *) 

Maar  boven  al  verhefl  myn  Zangheldin  de  kassen 

Van  uw  vernuft,  Ö  geest  vol  vinding!  die  Atlasssen, 

Op  kegelspelsche  wys,  voor  't  nageslacht,  zo  raar 

Ten  toon  steld,  wyl  het  kind  des  tyds,  zelf  zonder  gar 

Te  roepen,  toebruid  met  een  sneeuwbal  op  de  beenen: 

't  Is  drommels  slim,  en  treft  geen  klyntje  voor  de  scheenen 

Van  de  Actienegotiant,  dat  zweer  ik.  ja  gewis.  *) 

Qj  meent  het  wel  d  Maats,  die  'tteek'nen  eigen  is, 

Zo  lang  gy  snaaks  van  geest,  en  overvlug  van  zinnen. 

Ons  't  Koffyhuis  vertoond  de  Quincampoix  van  binnen :  ') 

Ha!  dat 's  na  'tleeven.  en  ten  eeuwig  duurbre  spyt 

Van  u  6  Actiemaats,  jd  spyt  voor  die  't  benyt. 

Een  ander,  meede  Cfmag.  wat  snaay  te  profiteeren, 

Neemt  oude  plaaten.  geeft  de  beeltjes  nieuwe  kleeren, 

En  plnatat  elk  Actie  kwant  de  kei  vlak  in  de  bol. '') 

Het  raakt  dan,  of  't  is  mis.  of  scheef,  't  Loopt  nu  te  hol 

Met  printjes  maaken.  ja  het  is  zo  veer  gekoomen, 

Dat  al  wat  de  Acties  doemt,  voor  koek  werd  aangenomen. 

Dus  word  Madame  Quincampoix  gevierd,  bemind, 

Om  haare  Koopmanschap,  bestaande  uit  laaufce  wind.  •) 

Zo  word  Bombario,  dien  bochgel  aangebeéden: 

De  field  word  op  een  kar  als  PoesJeneL  gereeden 

In  'tmooy  gezelschap  van  de  droes,  met  al  't  gesnor 

Der  bubbelmaatjes  naar  Sint  Rocus.  *)  Zangnimf,  por 

De  geesten,  die  de  naald  in  't  etsen  met  een  gracie 

Zo  groots  regeeren,  om  geen  verdere  temtacie. 

Voor  de  opgesmukte,  doch  verblufte  Quincampoix. 

Mevrouw  Pecunia,  maakt  arme  duivels  zo 

Vervoerd  tot  haare  min,  dat  Tekenaars,  Poëten, 

En  Liedjeszangers,  staag  weer  andre  kwakken  weeten 

Te  brengen  voor  den  dag;  elk  doet  verbaast  zyn  best, 

Deez  heeft  het  op  de  Zuid,  een  ander  op  de  West, 

Een  ander  ken  het  in  zyn  harssens  niet  verdraagen, 

Dat  heel  Noord  Holland  ons,  met  gaauwe  Boere  slaagen, 


1}  Zie  No.  4  a.  w. 
2)  Zie  No.  8  a.  w. 
8)  Zie  No.  10  a.  w. 

4)  Zie  No.  9  a.  w. 

5)  De  onder  dit  nommer  beschreven  prent 
8)  Zie  No.  II  a.  w. 


Digitized  by 


Google 


302  GROOT    TAFKRKKL    DER    DWAASHEID 


1721* 


Zo  fyntjea  pierde,  en  veel  van  't  Amsterdamsche  splint. 
Wi«t  in  te  slokken,  voor  verrotte  Kool.  en  Wind. 
Oy  jonpfe  Vi^'ers.  die  myn  Zan|(  met  opeue  ooren. 
Kn  tot^g-enej^entheid  dus  verre  wel  mogt  hooreu. 
TerwA'1  het  brandend  vuur.  nadien  het  reeds  word  koud. 
En  't  harde  regenen,  u  noch  wnt  binnen  houd ; 
Wy  willen  u  deez  tyd  niet  langer  lastig  vallen. 
Met  van  de  niettigheid  der  AHien,  en    t  kallen. 
Het  schreeuwen  hui.s  aan  huiu.  het  bulken  en  rumoer. 
Voor  Heeren.  Kooplien.  voor  den  Burgeer  en  den  B^er 
Der  Straatpoeten.  en  der  Heili^es  verzinners 
Te  zingen,  laat  het  school  der  etseren,  verwinners. 
En  zyn.  en  blyven.  zo  van  de  Actievinders,  als 
.  Vnn  de  Actiekoopers,  die  braaf  liegen  door  hun  hals. 
Wen  held  Bombnrio.  deez   en  die  regte  gekken. 
Mei  Actieloopjes,  en  met  blaazeu  ken  betrekken. 
liont  Boot  en  Meester  in  het  etsen  doen  hun  best. 
't  Is  alles  wel.  zo  lang  zy  de  Acties  als  de  pest 
Verbannen,  laat  de  konst  op  krukken  gaan.  of  hinken : 
Of  laat  een  Fransrhe  f/eest.  in  teekenkunde,  blinken  '] 
Bff  winder  hnhen.  ah  de  Mort/enttar  in  ff  lans. 
By  klt/nde}'  Starren  pi'onkf.  aan  's  Hemels  hooqen  trans. 
Noch  roemd  myn  Zangeres  en  deez.  en  die:  het  knoeyen 
Is  rontom  kant.  en  fris  door  't  Actiën  verfoeyen. 

Nu  zweeft  vriend  Damons  fluit, 
Zyn  Actiezang  was  uit. 
Dus  verre,  wyl  hy  aan  de  knaapen, 
Belooven  moest,  eer  elk  g'ing  slaapen, 
By  nader  tyd,  voor  hen  weer  rustig  aan  te  vangen, 
Zyn  Missisippi.  ook  zyn  West.  en  Zuiderzangen.'' 
Het   plaatje   is   een  gravure  kl.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  en  als  titelprent  bij 
Muller  niet  vermeld.    De  prent  verscheen  dus  in  twee  vormen: 

I  als  titelprent,  hier  boven  beschreven. 

II  de  plaat  met  het  vers.  zooals  ze  als  plaat  28  in  't  ,,Groote  Tafereel' 
voorkomt.  Van  deze  laatste  ken  ik  vier  verschillende  staten  van  den 
letterdruk.  Het  volgende  staatje  geeft  de  verschillen  aan  in  het  vers 
van  ..Philadelphus.' 

a.  De  lijn  die  de  beide  deelen  van  't  vers  scheidt  staat  in  a  onder  de 
achteruitstekende  punt  der  E  van  ,.be"  in  .,bedriegt"  en  is  boven  de 
vierde  regel,  van  onder  af,  gebroken. 


1)  Zie  No.  18  en  27  a.  w. 


Digitized  by 


Google 


1720 


GBOOT   TAFEREEL    DER    DWAASHEID 


3oa 


Bij  h  staat  de  lijn  midden  onder  de  E  van  ..be". 

Bij  c  stnat  de  lijn  midden  onder  de  D  van  ..bed". 

Bij  d  staat  de  lijn  tusschen  de  B  en  E  van  ..be". 

a  bc 

Reg".  2  v.b.  link.«*:  kermis  pop        kermis  pop        Kermis-pop 


Kermispop 


9 

Actieknoeijers  Actieknoeijer 

8  Actieknoeijers  Actieknoeijers 

12 

folio. 

folio. 

Folio.  • 

Folio. 

15 

besjyp. 

bej?ryp. 

beprryp. 

Begryp, 

16 

bobbels . . . 

bobbels . . . 

bobbels . . . 

bobels .  . . 

schot  zepyp. 

schotze  pyp 

.    schotze  pyp 

.     schotze  pyp. 

19 

geldzucht 

Geldzucht 

Geldzucht 

Geldzucht 

20 

in 

in 

in 

iu  {sic) 

23 

,.         ducakons 

ducatons 

ducatons 

ducatons 

2v 

.b.  rechts:  fifrypze 

prryptze 

Ifryptze 

farryptze 

13 

pry.  wat 

jry,  wat 

py  wat 

gr  wat 

14 

fjreld-aanbid- 

peld-aanbid- 

f^eld-aanbid- 

g'eld  aanbid 

den. 

den. 

den. 

den. 

18 

,.         houd 

houd 

houd 

hond  {sir) 

20 

Plutus . . . 

Plutoos . . . 

Plutoos .  . . 

Plutoos .  . . 

schoot. 

schoot. 

.schoot. 

sehoot  {sir) 

Scbynbedrie^ft. 

Even  voor  het  afdrukken  van  dit  vel  vond  ik  nog-  twee  varianten.  De 
eerste,  nu  mede  in  deze  verzameling:  aanwezig:,  heeft  in  de  eerste  kolom 
repfel  12  v.  b.  ,,regtschapen".  de  andere  alle  ..rechtschapen" ;  in  de  tweede 
kolom,  regel  8  v.  b.  ,.TT  kinders"  de  andere  ,.üw  kinders". 

De  tweede  variant  komt  voor  in  het  exemplaar  van  Prof.  Moltzer,  in 
de  Universiteitsbibliotheek  te  Utrecht,  dat  in  de  eerste  kolom,  regeel  16 
V.  b.:  ., Schotze  pyp"  en  in  reg-el  29  ..gfeldzucht  heeft." 

3484.  —  29.  „2  ,    Tooneel  van  de  Geest  van  Esopus." 

Onder  dezen  titel  komt  het  tweede  viertal  dwergfiguren  alleen  voor 
op  de  beide  registers  met  74  platen  (zie  bl.  241  hier  voren),  't  Zijn  de 
geheel  onveranderde  voorstellingen  van  plaat  4  tot  8  uit  het  ,.Dwergen- 
tooneel'\  maar  met  10-  of  8-regelige  hollandsche  verzen  in  plaats  van  de 
4-regelige  duitsche,  fransche  en  hollandsche  rijmpjes,  in  den  eersten 
staat     De  platen  stellen  't  volgende  voor: 

29».  „Verhens  Beker  van  Pi-dne  of  Vianen." 

Opschrift  boven  een  dwerg,  blootshoofds,  in  kamerjapon,  met  een  groote 
bokaal  in  de  rechterhand.  Links  op  den  achtergrond  een  man  aan  den 
maaltijd,  door  een  achter  de  tafel  staand  persoon  bediend ;  rechts  een  mannetje 
met  breedgeranden  hoed  en  langen  afhangenden  mantel.  Rechts  onder 
bovenstaand  opschrift  is  in  drie  regels  de  hier  boven  geplaatste  algemeene 
titel  gegraveerd  en  diióronder  de  niet  in  vervulling  gekomen  belofte: 


Digitized  by 


Google 


304  QEOOT   TAPSEBKL   DSR   DWAASHBID  1720 

„Aanschouwer,  zal  'tu,  niet  Tenreelen^ 
Verwacht  bier  van  no^  meer  tooneelen/' 
Het  vers  onder  de  voorstellinif  vanf^  aan: 

..Geen  beter  middel  als  dit  hooglands  Nectar-TOgt'\  enz. 

29*.    „Rector  ma^ificus  van  de  Ongeactioneerde  Litteratuur." 
Een   deftig  gekleede    dwerg   met   kanten  bef  en  groote  paniik  staat 

naar  rechts  gewend,  met  den  hoed  in  de  hand.  Links  op  den  achtergrood 

een  dwerg  en  een  hond. 

H^  vers  onder  de  plaat  vangt  aan: 

„Wat  eew  is  't  nu;  helpt  ook  bazuinen  of  oreereu?"  enz. 

39*.    „Ontsprongen  rondom  bedekte  Blaaskaak'". 

Een  dwerg  met  vederhoed  op  't  hoofd,  zeer  lang  haar.  grooten  dej^nstok 
in  de  rechter-  en  harten-aas-kaart  in  de  linkerhand,  heeft  aan  zijn  gordel 
een  groote  tasch.  in  't  vers  een  ..diefsak''  genoemd.  Rechts  op  den  achter- 
grond een  ruiter;  links  een  drietal  mannen  bij  een  stadsmuur.  Het  vers 
vangt  aan: 

„Qeen  beter  dek-tuig.  als  het  geen  natuur  ons  geeft;"  enz. 

29*.    „Contrarolleur  van  de  Gelukkige  en  rampzalige  Lapis 

-zoekers.'' 

Een  dwerg  met  vreemd  geranden  hoed,  mantel  en  bef,  rol  papier  in 
den  broekzak  en  papier  in  de  rechterhand,  dat  hg  aandachtig  lee:^t. 
Links  op  den  achtergrond  een  kijvend  paar  bij  een  advokaat:  rechts  een 
dwerg  op  den  rug  gezien.    Het  vers  begint: 

„Men  eyst  miljoenen  van  elk  schatiyk  actionist".  enz. 

De  prenten  zijn,  alle  aan  de  rechterzijde  in  de  plaat,  genommenl 
van  6  tot  8. 

Vier  gravures  in-8*.  No.  5  en  8  zijn  van  Joost  van  Sasse,  6  en  7  van 
J.  van  Buysen  de  Vader.  (Muller  No.  3564,  N.  b.  S.;. 

Men  zie  voor  de  verschillende  staten,  zoowel  als  voor  de  kopie,  de 
opgave  bij  plaat  26.    (No.  8481  hier  voren). 

3485.  —  30.  „De  vervallen  Actionisten,  hersteld,  door  den  Triompbeerden 
{sir)  Arlequin." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  van  een  spotprent  op  den  wind- 
handel. Op  den  achtergrond  links  ziet  men  .,Viaanen",  waarheen  een 
paar  wagens  met  aktionisten  rijden;  meer  naar  't  midden  een  kasteel, 
in  het  overige  gedeelte  een  heuvelachtig  landschap.  Dit  alles  wordt  van 
het  drukke  tafereel  op  den  voor-  en  tweeden  grond  gescheiden  door  de 
rivier  ,,De  Lek'\  Rechts  op  den  tweeden  gerond  een  zegewagen  met 
vier  paarden  naast  elkander  bespannen,  die  door  Pallas  gemend  worden. 
Harlekijn  zit  op  den  wagen  en  strooit  handen  vol  schgnbare  akties  uit, 
waarvan    een   gedeelte   reeds   in    't  bezit  van   enkele  personen   is;   een 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  305 


menigte  lieden,  die  elkander  achter  den  wa|]fen  verdringen,  trachten 
zich  Tan  de  rest  meester  te  maken,  't  Zijn  echter,  volgens  de  in- 
schriften  en  ook  volgens  't20-regelig  vers,  dat  in  vier  rijen  onder  de 
plaat  is  gegraveerd,  geen  akties,  maar  ,,werk  patenten".  Allen,  die  er 
reeds  een  vermeesterd  hehhen,  houden  het.  met  een  uitdrukking  van 
teleurstelling  op  *t gelaat,  omhoog;  van  links  naar  rechts  leest  men  hier- 
op: ., Mosselen",  ,.Tuyn  man",  ,,Sold(aat)  op  Inde",  .,Geuten  schoon", 
„Kruyer",  ,,S6hoorsteen  veegfer)",  „Mosselen".  Op  die,  welke  Harlekijn 
met  de  rechterhand  uitstrooit,  staat,  van  boven  naar  beneden :  .,Basschander", 
..Heye(nr,  ..Uyeu  en  Kool",  „Oud  yser".  ,.Kuyllen"(burjr\  „na  Via."(nen), 
„Engelse  sprot".  „Kar  man".  „Turf  drager",  „Hitte  gebra"  («V  =  Heete 
gebraaien).  Uit  zijn  linkerhand  vallen:  ,.0p  kar"(?)  en  „Liet  sang"{er) 
terwijl  hij  nog  in  die  hand  heeft:  ., Schoen  lapper".  Op  den  voorgrond 
liggen  rechts  drie  pakken  koopmansgoederen  en  twee  vaten,  waarbij 
Merkurius  staat,  met  zijn  staf  vooruitwijzend ;  in  't  midden  rijdt  een  man 
nog  eenige  pakken  daarheen,  op  een  kruiwagen,  waaronder  .,Altyd  winst' 
is  gegraveerd.  Achter  den  kruier  volgen  een  paar  lieden  met  stok  of  hooivork, 
waaraan  een  korenschoof.  over  den  schouder;  in  hun  nftijheid  liggen 
op  den  grond  een  paar  akties  van  ,.Zwol",  ..Wesep"  en  „medenbr'(ik) ; 
nog  meer  naar  links,  achter  deze,  een  Savoiaard  met  „Toverlantere" ; 
geheel  links  een  drietal  kooplieden  hij  een  pak,  waarop  de  hoed  van 
een  hunner  en  eenige  rijen  uitgeteld  geld  liggen,  met  bovenschrift: 
„Akkordeer".  Het  vers  vangt  nan:  .,A1  den  bruy  is  'tin  't  rumoer,"  enz. 
Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Ik  ken  van  deze  prent  maar  eenen  staat. 
(Muller  No.  8565.  N.  b.  8.) 
3486.  —  81.  ,.De  Verwarde  Actionisten  Torenbouw  tot  Babel." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  van  een  spotprent  op  den  wind- 
handel. Onder  de  voorstelling  is  een  60-regelig  vers,  in  vier  rijen,  gegraveerd, 
de  verklaring  gevende  der  cijfers  1 — 12  in  de  plaat  Links  op  den 
voorgrond  zit  Law  (1)  aan  een  tafel;  naast  hem  staat  een  man  een 
zak  geld  uittellende,  een  derde  kijkt  er  naar.  Iets  meer  naar  achteren 
en  rechts  een  koopman  (3)  met  een  mand  vol  akties ;  een  vijftal  personen 
komt  naar  hem  toe  om  uit  te  zoeken,  de  voorste  twee  hebben  er  elk 
één  in  de  hand,  waarop:  „hoop  op  de  West"  en  ,.op  hoop":  op  de  in  de 
mand  liggende  staat  nog:  „Koop  al",  „Voordeel",  „van  100  op  1000'', 
,,Puik",  „Zuidzé";  onder  des  koopmans  linkerarm  hangt  er  een  van  de 
mand  af,  die  de  kooplustigen  niet  zien  kunnen,  met  het  inschrift: 
„van  1000  op  100".  Zij  droomen  allen  van  de  Fortuin  (4),  die  dan  ook 
geblinddoekt  met  een  stokbeurs  in  de  rechter-  en  een  vaas  in  de  linker- 
hand, boven  hunne  hoofden  is  afgebeeld  in  een  wolk;  achter  haar  een 
sperwer,  die  een  duif  opeet.  Aan  deze  zelfde  zijde,  geheel  links,  stort 
zich  een  wanhopig  aktionist  (10)  uit  een  venster.  De  voorgrond  ter  rechter- 
zijde wordt  ingenomen   door  een   Ëngelschman,  die  op  een  tafeltje,  dat 

IT  20 


Digitized  by 


Google 


306  GROOT   TAFKRSBL   DB&    DWAASHEID  17341 


een  fornuis  moet  verbeelden  en  waaronder  dan  ook  een  vaur  brandt, 
allerlei  cakeft  ...Keakse"  staat  er  in  't  vers)  bakt.  Zes  liggen  er  te  bakken  en 
in  deze  leest  men  „Rook".  „Wind".  ..Malle  acties ",  „Engelsse  acties", 
„Beurs  Zuivering".  ..Purgeer  acties'.  Met  zijn  rechterhand  reikt  de  En 
gel.schman  een  gereed  zijnde  cake.  waarop  ..Geef  aan'  aan  een  man.  die 
er  reeds  een  heeft  met  'tinschrift:  .,100000  gl:  in  myn  maag":  de  mee^ 
rechts  staande  kr\)gt  die  welke  de  bakkende  man  in  zijn  linkerhnnd  heeft 
en  waarop  men  leest:  ..Schok  in".  Achter  den  Engelschman  staan  r.o;r 
xi}{  andere  personen  in  deze  groep,  van  welke  er  twee  bezig  zijn  elk 
zulk  een  chke  op  te  eten;  op  de  eene  staat:  .Jk  eet  met  lust*  op  de 
andere:  ..ze  zullen  my  op  breken".  Vlak  voor  de  tafel  lig^^n  twee 
mannen  (2)  dood  op  den  grond,  volgens  't  vers  door  't  dringen  en  trappen : 
by  deze  zitten  er  links  twee.  rechts  één,  die  allen  achterlast  hebben:  bij 
de  achterste  links  stfiat  een  derde  persicon,  die  „Acü^  om  een  duii 
verkoopt  en  er  éen  aan  een  der  achterlast  hebbenden  geeft,  waarop  men 
leest:  „Nog  ergens  goed  voor".  Boven  deze  groep  vallen  de  ,.eid  Ie  Hoop  ' 
(9;  en  een  engeltje,  dat  zeepbellen  blaast,  samen  uit  de  lucht. 

Op  den  tweeden  grond,  in  't  midden  der  plaat,  tracht  een  „Projecteur 
van  Wind"  (11}  „Hollands  Maagd"  (1£)  een  narrenkap  op  te  zetten.  Pit 
zou  ook  gelukt  zijn: 

„ zo  't  Spaar 

De  Ryn,  en  Y-stroom  met  elkaAr 
Niet  déze  rézemy  beletten." 
't  Grootste   deel   der   windhandelaars   was   reeds   even  verbaasd  als  de 
bouwers  van   Babels   toren,   zegft  't  vers  verder,  en  op  deze  wijze  worJt 
die  toren,   v.olke   men   rechts  op   den   achtergrond  ziet,  bij  de  voorstel- 
ling te  pas  gebracht 

In  't  midden,  boven  in  de  plaat,  is  nog  een  a£eonderlijke  groep  afje^ 
beeld.  Bedrog  (5)  zit,  sierlijk  gekleed,  op  de  wolken  als  op  haar  troon, 
met  een  mombakkes  in  de  rechter-,  een  dubbel  hart  in  de  linkerhand: 
een  drietal  narren  (6)  met  bel  en  zotskolf.  liggen  geknield  vóór  haar. 
Dapperheid  (7).  door  Wijsheid  (8)  aangespoord,  trekt  van  achteren  haar 
kleed  weg,  waardoor  haar  „Drakestaart"  en  ..Hydra's  poten"  zichtbaar 
worden.  Boven  deze  groep  staat,  in  een  breed  label,  liet  volgend  6-regelig 
vers,  in  twee  rijen: 

„Bedrog  bragt  veele  Gekken  voort 

Dog  toen  men  onder  't  uitgestrekte 

En  sierlyk  kleed  zyn  aard  ontdekte 

Wierd  ieder  die  door  schyn  bekoord 

Zig  vond  misleid  wel  haast  geneezen 

Daar  Schande  en  Armoö  stond  te  vrezen". 
Gravure  br.  in-fol..  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  is  mij  .slecht*?  één  staat 
bekend.    (Muller  No.  8566,  Stephens  No.  1672}. 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT  TAFEREEL   DBR   DWAASHEID  307 

8487.   —  33.  „De  Viaantsche  Tol-Poort  voor  d'  Actionisten  komende  uyt 
alle  Steeden/* 

Inschrift  in  een  label  midden  bovenin  een  spotprent  op  den  windhandel. 
Een  poort  die  slechts  van  terzijde  gezien  wordt,  met  het  wapen  van 
Vianen  bovenaan  en  het  volg-end  6-regelig  vers  in  't  voetstuk : 

„Die  binnentreed. 

En  niet  vergeed, 

Zjn  beurs  te  veeg^n 

Die  is  myn  vrind, 

Van  myn  bemind, 

'kLaat  niet  verleegen", 
verdeelt  de  prent  in  twee  afdeelingen.  In  de  linker-  en  grootste  helft 
zit,  links  op  den  tw^eeden  grond.  Law  „Souereine  Derecteur"  ten  troon, 
onder  een  als  tent  uitgespannen  doek  en  op  een  verhevenheid  van  drie 
treden;  hij  is  omgeven  door  een  viertal  gedrochten,  elk  met  een  papier 
in  de  hand,  waarop:  ..List  der  Derecteurs",  .Jiegotie  by  nagt",  „Schyn 
be  drigt",  ..bederve  acties",  ,.kwade  acties''.  Hij  heeft  een  deftig^n  pruik 
op  't  hoofd  en  een  prachtige  jas  aan ;  in  plaats  van  voeten  heeft  hij  klauwen 
en  zijn  naakte  beenen  zijn  slechts  schonken ;  er  kruipen  slangen  onder 
zijn  klauwen,  ook  heeft  hij  er  een  in  de  rechterhand.  Ook  de  handen  met 
lange  nagels,  zooals  die  aan  de  uitgestrekte  linkerhand  goed  te  zien 
zijn,  gelijken  zeer  op  klauwen.  Naast  zijn  zetel  zit  aan  weerszijden 
eeu  grifBoen;  zijn  geheel  is  't  beeld  van  „Schyn  bedriegt".  Op  den 
voorgrond  aan  dezelfde  zijde  zit  koning  Midas,  achter  een  tafel,  waarop 
zes  zakken  liggen  met  de  inschriften:  ..1000',  ..10000",  „100000*,  ,.200000", 
..20000"  en  ,.10000".  Rechts  van  hem  drie  personen:  een  ligt  er  voorover; 
op  zijn  hoofd  rust  de  hoed  van  den  tweede  die  geknield  daarin  de  ..ge- 
mengde speesie"  {=  geld  van  slechte  alliage)  ontvangt,  zooals  in  den  rand 
van  den  hoed  gegraveerd  is;  de  derde,  die  achteraan  staat,  houdt  de  rechter- 
hand uitgestrekt  voor  zijn  aandeel  van  't  geld.  Voor  de  trappen  van  den 
troon  ligt  een  heer  geknield ;  hooger  op,  ziet  men.  bij  een  groepje]  aktio- 
nisten,  een  tweede  persoon  met  bokspooten  in  plaats  van  beenen  en  lange 
nagels  aan  de  vingers;  hij  heeft  een  papier:  „1000  acties"  in  de  rechter- 
hand en  met  de  linker  geeft  hg  een  papier  waarop:  ..ni-^  naar  Vianen" 
aan  een  derde.  Midden  op  den  voorgrond,  bij  de  poort.  Wanhoop  en 
Armoede,  gevolgd  door  de  dansende  ,,suster  Sotzkap"  zooals  deze  figuur 
genoemd  wordt  en  het  ÖO-regelig  vers  dat' in  drie  kolommen  en  op  een 
afzonderlijke  koperplaat  gegraveerd,  onder  deze  voorstelling  afgedrukt  is. 
Wanhoop  heeft  een  papier  in  de  hand,  waarop:  ..Wan  hoop  spreekt 
door  onwetentheit".  In  't  midden  ziet  men  op  den  tweeden  grond  water, 
dat  zich  naar  de  rechterzijde  van  de  poort  tot  bijna  op  den  voorgrond 
uitstrekt.  Een  drietal  schuitjes  vaart  naar  rechts,  waarbij:  .,Vaart  na 
Vianen";  boven  het  grootste  staat:  „Vrolyk  en  lustig".  Op  den  achtergrond 


Digitized  by 


Google 


308  O&OOT  TA?ERSSL   DER   DWAASHKID  1720 


een  koets  met  twee  paarden  gevolgd  door  een  ruiter,  achter  wien  men 
leeet:  „te  Post",  meer  rechte  een  paar,  dat  naar  Vianen  wandelt,  met 
by schrift:  ,,8choon  plysier'*.  Het  gedeelte  der  plaat  aan  de  rechterzijde 
der  poort  moet  Vianen  voorstellen  en  is  daarvoor  pasklaar  gemaakt  door 
de   inschriften. 

Aan  de  poort  staat  een  schildwacht,  die  „Waar  daa  r"  (voor  werda) 
roept.  Een  man  met  mantel  om,  naast  den  schildwacht,  wordt  door  een 
ander,  die  met  een  vrouw  iets  meer  naar  voren  staat,  begroet  met  de 
vraag:    „Welkom,   heb  je   geld";  de  eerste  antwoordt:  „Ia  onder 

my  mantel*',  links  onder  dien  mantel  hangt  dan  ook  een  papier,  met 
,.500  gl."  er  op.  Rechts  zitten  en  staan  eenige  lieden  voor  een  tafel,  één  vmn 
hen  beeft  een  beker  ,  .actie  Wyn"  in  de  hand.  Onder  deze  groep  leest 
men:  „Op  de  g^esontheyt  van  de  aankomende  broederschap"'.  Op  het 
uithangbord  staat :  „Vemagt  Plaats  of  beijers  der  act  ioniste'*.  Langfs 
de  bocht  die  *t  water  hier  vormt,  staan  huizen  met  een  poort  aan  't  einde, 
waarin  nu  „Hof  Poort"  gegraveerd  is;  één  der  huizen  is  door  het  in- 
schrift:  tot  ,4Urm  huis"  verheven. 

Het  langdradige,  niets  beteekenende  vers  vangt  aan: 
„Hier  zieje  klaar  voor  d*  Actionisten  Vianens  Tolpoort  afgebeelt*',  enz. 

Omtrent  de  gravure  lang^.  in-fbl.,  z.  n.  v.  gr.,  maar  gedeeltelijk  van 
J.  Luiken,  moet  ik  't  volgende  nog  mededeelen: 

In  Edward  Brown,  Ifaukeurige  en  Qedenhmaardiffe  JSieysen  .  .  .  Door 
Nêderhnd  enz.  Amst.  1632,  vindt  men  tegenover  bl.  58  een  afdruk  van 
de  rechterhelft  dezer  koperplaat  tot  aan  den  muur  bij  den  schildwacht 
met  het  onderschrift:  „de  Kooperen  Halsbandt  tot  S;  Gewer.'*  (Goar): 
deze  voorstelling  is  onveranderd  gebleven  en  alleen  door  de  inschrifUn 
toegepast  op  den  windhandel;  het  oorspronkelijke  onderschrift  is  weg- 
gekrabt  doch  nog  eenigzins  leesbaar;  op  't  linkergedeelte  der  koperplaat 
dat  niet  aan  het  vorige  is  vastgehecht,  zooals  Muller  inkorrekt  onder 
No.  3568  van  het  Suppl.  zegt,  maar  daarmede  een  geheel  maakt,  was 
vroeger  „de  Strüdel  Stroom  jnden  Donaüw'*  gegraveerd;  de  afdruk  hiervan 
vindt  men  tegenover  bl.  86  van  Brown*s  werk;  de  figuren  zijn  van  dit 
gedeelte  echter  zoo  goed  weggeslepen  dat  alleen  door  het  onderschrift 
waarvan  nog  iets  zichtbaar  bleef,  te  constateeren  is,  wat  er  vroeger  op 
a%ebeeld  was.  Van  deze  plaat  is  mij  slechts  één  staat  bekend.  (Muller 
No.   8567,  S.  No.  8567  en  S.  No.  8568.  N.  b.  8.) 

8488.  —  38.  „Gedenk-boog,  ter  begraafplaats  der  uitgeteerde  Actionis- 
ten."  —  „Are  memorial  dressé  au  lieu  de  l'enterrement  des  Actionistes 
consumés." 

Spotprent  op  den  windhandel  met  bovenstaande  inschriften  in  de  kroon- 
lijst van  een  monumentalen  boog  met  één  voorstelling  aan  iedere  zijde 
van   den   doorgang  en  een  drietal  afbeeldingen  boven  de  lijst  Tegen  de 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAPEREEL   DEB    DWAASHEID  309 

lambrizeering  onder  de  middelste  van  deze  laatste  drie,  in  medaillon,  het 
portret  van  Law,  te  halver  lijve,  van  voren ;  in  de  rechterhand  heeft  hy 
een  hengel,  die  buiten  het  medaillon  uitsteekt,  en  waaraan  een  visch 
hangt,  blijkbaar  gevangen  in  den  driepoot,  die  links  naast  de  lambrizeering 
staat  en  v^aarin  nog  andere  zwemmen.  In  de  driepoot  rechts  liggen  een 
blaasbalg  en  een  met  wind  gevulde  blaas  terwijl  er  rook  uit  opstijgt: 
een  beeld  dat  alles  van  dezen  handel  in  rook  vergaat.  Onder  't  portret 
's  mans  wapen:  een  naar  rechts  gekeerd  paardje  sch  .tgeld.  Verschillende 
zinnebeeldige  voorwerpen  en  personen  omgeven  de  grootere  voorstellingen. 
In  de  afbeelding  links  van  dit  portretziet  men  drie  heereuhuizen,  waarvan 
twee  met  bordes;  vóór  elk  huis  staat  een  ezelin,  van  welke  de  voorste 
gemolken  wordt  Boven  in  de  poortvormige  lijst,  die  dit  tafereel  omgeeft, 
leest  men  „Esels  melk  voor  de  sieke  Actionisten." ;  onder  de  voor- 
stelling: „du  lait  'd  Aneste  (sic)  bon  pour  les  Acüonistes  malade."  Links 
van  dit  tafereel  blaast  een  kind  met  een  blaasbalg  een  vuurtje  van 
akties  aan.  Op  de  lijst  van  dit  gedeelte  der  plaat  staat  een  rijks- 
appel; links  daarvan  (evenals  rechts  boven  de  rechtervoorstelling),  een 
pot  met  talpen,  waaronder:  „Tulpe  Tyd,"  dat  rechts,  in  'tfransch 
vertaald,  luidt:  „Tems  des  Tulipes",  met  terugslag  op  den  wind- 
handel in  deze  bloemen  in  1637.  In  de  middelste  voorstelling  boven 
het  portret  zit  rechts  Merkurius,  wien  Minerva  de  narrenkap  der 
windnegotie  van  't  hoofd  neemt;  hij  reikt  een  papier  toe  aan  eenige 
kooplieden,  die  voor  hem  staan  of  geknield  liggen  en  achter  wie 
men  de  Eokin-zijde  van  de  amsterdamsche  Beurs  ziet;  op  dit  papier 
staat:  „Gaat  na  de  Beurs  ik  zal  u  bystant  doen.'*  als  antwoord  op  de 
papieren  die  zij  hem  brengen,  en  waarop  gegraveerd  is:  „Genade  God 
merkuü"(r),  „Ëlendig  zyn  wy  verlyt"  en  „Door  Geit  zugt".  Aan  Mei* 
kuurs  voeten  ligt  nog  een  papier: 

„De  Kalver  Straat 
Dee  u  het  quaat" 
Aan  weerszijden  van  een  ledige  lei  of  spiegel  boven  deze,  van  boven 
ronde,  .voorstelling,  is  een  hoorn  des  overvloeds  a%ebeeld,  waaruit  links 
een  vredestak  en  papieren  vallen  met  de  inschriften:  „Ik  wil  myn 
boe  ken  zuyveren.'*,  „Arbeit  zal  't  kosten.",  „Ik  zal  de  Tyd  beter  beste- 
den.", „Bleyf  in  Vrede";  rechts  komen  er  uit  den  hoorn  kronen,  een 
scepter,  een  huis  en  ook  eenige  papieren,  waarop:  „Blaas  aan  stukke" 
(doelend  op  'tjongske,  dat  naast  den  hoorn  staat  met  een  blaas,  waaruit 
de  wind  wegstroomt),  „De  Over  vloet  is  te  veel.",  „Dat  doet  Vallen', 
„Vervlogen".  Naast  den  hoorn  links  staat  ook  een  jongske  met  een  vogel- 
kooi waarin  één  vogel,  dit  is,  volgens  *t60-regelig  vers,  dat  met  een 
„Grafechrift"  van  vier  regels,  in  vier  kolommen  onder  de  linkerzijde  der 
plaat  is  gegraveerd,  t  beeld  „Dat  het  eene  Vogeltje  in  de  kouw  Meer 
is,  dan  zes  die  héne  vliegen,". 


Digitized  by 


Google 


310  QROOT   TAPSREfiL   DKR   DWAASHEID  1720 

Met  de  afbeelding'  rechts  van  't  portret  is  een  bespotting  yan  de 
Utrechtache  en  de  Westindische  kompagnieu  bedoeld:  twee  schepen  drijven 
op  wolken  ..door  het  nieuw  Kanaal,  Waar  bv  de  Inbeelding  reet^ii  aan 
't  bouwen,  Stigt  Huis  by  Huis,  vol  pragt  en  praal,' ;  vóór  't  vóórslö  ischip 
drijft  een  man  op  eeu  bos  biezen  (Berbice).  Boven  de  voorstelling  leest 
men:  ..Het  Nieuwe  Kanaal.",  er  onder:  „Le  Canal  nouveau.",  in 't  mid- 
den  er  boven  staat  een  kool;  rechts  zit  een  engeltje  zeepbellen  bl&zecde. 

Links  van  den  doorgang  is  in  den  „Gedenk-boog"  een  plein  afgeWeld, 
(volgens  't  vers  te  Parijs),  waarop  men  verscheiden  koetsen  ziet,  die  alle 
door  de  geleden  verliezen  van  de  hand  moeten  worden  gedaan.  Hier 
boven:  .,Goet  koop  Koetsen  en  Paarden.",  terwijl  onderin  is  gegraveerd: 
..Des  Carostes  {sic)  et  des  Chevaux  é.  bon  marche.";  links  op  den  voor- 
grond een  zittend  man,  met  een  papier  in  de  hand.  waarop:  „'tZyn  ook 
de  mjne". 

Rechts  van  den  doorgang  is  „De  kranke  Actionist.",  „L'Actioniste 
malade."  afjgfebeeld ;  hy  zit  bg  den  haard  en  wordt  door  een  geneesheer 
aan  den  rechterarm  gelaten;  vrouw  en  kinderen  staan  treurend  op  den 
voorgrond,  terwijl  de  knecht,  op  den  achtergrond,  aan  twee  heeren,  die 
hem  vragen:  „Is  u  Heer  tuis",  antwoordt  ,Jieen". 

Achter  het  geopend  hek,  ter  linkerzijde,  dat  de  ruimte  tusschen  den 
plaatrand  en  den  „Gedenk  boog '  inneemt,  en  op  welks  stijlen  molentjes 
staan,  eeu  begrafenisstoet;  het  papier  in  de  hand  van  den  aanspreker 
wijst  genoeg  aan,  wat  de  kwaal  van  den  overledene  was;  er  staat  op: 
„na  de  Zuit  Zee  K."(erk),  met  kennelijken  terugslag  op  den  stereotie- 
pen   zin    in   de   amsterdamsche  begrafenisbriefjes:    „om   te   volgen    naar 

de kerk'',   waar   dan    hier   Zuit   Zee   Kerk   voor   Zuiderkerk  komt 

Achter  een  dergelijk  hek,  rechts,  ziet  men  Law's  koets,  kenbaar  aanzija 
nmimcijfer,  aangehouden;  wanhopige  aktionisten;  een  man,  die  zich  uit 
't  raam  werpt,  enz.  Onder  den  doorgang,  met  een  ijzeren  hek  afgesloten, 
waar  achter  ook  allerlei  windhandelaars,  een  kwakzalvers- theater  tö" 
aanprijzing  der  akties.  enz.  gezien  worden,  is  een  graf  gedolven,  bestemd 
voor  den  doode  wiens  lijkstatie  liuks  achter  't  hek  is  afgebeeld.  «Bij  het 
graf  staat  een  man  die  er  een  mand  papieren  in  uitstort;  dit  wordt  in 
het  vers  op  de  volgende  wijze  verteld: 

„  . . . .  eeu  longman,  tot  een  blyk 

Dat  hy  [=  de  overledene]  sturf  om  zyne  Actie  zeken. 
Stort  uit  zyn  mand  al  voor  en  naar 
Toebak,  en  Pypen,  Hennekaarten,  *) 


1)  Mr.  S.  Muller  Fz„  rijks-  en  gemeente-archivaris  te  Utrecht,  schrijft 
mij  omtrent  deze  „Hennekaarten"  het  volgende: 
Het  verheuo;-t  mij,  dat  ik  u  toevallig  goed  kan  helpen.  In  ons  museum 


Digitized  by 


Google 


1720 


OKOOT   TAPE&KEL   DER   DWAASHEID  311 


Ben  ^te  Géper,  dog  heel  raar, 

Een  Elalfókop,  Spek,  en  Varkenstaarten. 
Met  Wortels,  Kool  en  Rotte  val, 
Die  zo  veel  ouwe  Botte  kraakte";  enz. 

Al  de  genoemde  voorwerpen  zijn  a%ebeeld  op  de  papieren,  die  uit  de 
omgekeerde  mand  vallen,  terwijl  op  twee  andere  nog  staat  „alles  onder' \ 
„in  tGraf".  Een  menigte  lijkbedienaars  bedelven  deze  papieren.  Voor 
den  ingang  staat  de  baar,  tegen  den  linkerpost  de  roef,  terwijl  een  vrouw, 
links,  'tlijkkleed  medeneemt.  Rechts  van  de  baar  twee  aansprekers, 
één  met  kruk.  met  een  zandlooper  in  de  linkerhand  evenals  de  tweede; 
deze  heeft  in  de  rechterhand  een  papier,  waarop  „Dat  is  net  van  pas 
gekomen."  Achter  hem  een  kind  met  rouwmantel  om  en  weenend;  de 
rij  der  personen,  die  als  volgers  van  't  lijk  te  beschouwen  zijn,  strekt 
zich  verder  uit  tot  achter  't  hek,  waar  één  der  laatsten  een  papier  in  de 
hand  heeft,  met  inschrift:  ,Jk  gaame".  Drie  van  de  zes  personen, 't  meest 
op  den  voorgrond,  van  welke  de  eerste  een  kat  in  zijn  zak  heeft  en  „Bam> 
bario"  de  laatste  is,  hebben  een  papier  in  de  hand,  waarop  men  leest :  „Hy 
is  aan  Wint  gestorve",  „Het  wa(s)  myn  beste  Vrient"  en  „Al  myn  bedrog 
is  uyt.'  Bombarie  heeft  een  langen  lamfer  aan  zijn  muts  en  is  omhangen 
met  windblazen,  ook  heeft  hij  er  een  in  de  rechterhand.  Achter  hem 
volgt  een  man,  die  een  dergelijke  blaas  aan  een  stok  in  de  linkerhand 
houdt  en  in  de  rechter  een  papier,  met  „Hier  is  nog  wind".  Aan  den 
rechterstijl  van  het  hek  staat  een  jood  met  een  papier,  waarop  „Wat 
statie";  geheel  rechts  op  den  voorgrond  een  man  met  breedgeranden 
hoed  op  en  zeer  groeten  bril  op  den  neus ;  volgens  een  papier  zegt  hij 
„'kzie  myn  blind.'*;  bij  hem  een  vrouw  in  't  hemd,  eveneens  met  een 
papier,  waarop  .,Door  alde  Bubbels  ben  ik  int  hemt." 

Links  ziet  men  op  den  voorgrond  ook  nog  eenige  personen,  van  welke 
er  twee  ieder  een  papier  in  de  hand  hebben,  met  de  volgende  inschriften : 
„Al  myn  Geit  is  wegh.",  „Ik  scheur  myn  Actie."  Bijna  geheel  in  den 
hoek  een  man  met  een  kijkkast,  een  jongen  staat  er  voor ;  hierbij :  „d 
long  ze  kyke  maar  rek  uit,  Dat's  miHsiijiipi  en  dat  is  de  Zuid";  terzijde 
van  de  kast  een  tweede  jongen,  die  zegt:  ,.Ik  moet  ook  Eyken". 

In   den  bovenhoek  der  prent   is  links  de   volgende   „Lees  Zeel  der 


berust  een  omslag  van  een  kaartspel,  door  mij  gered  uit  dQ  papieren  van 
een  boedel  van  1701.  Het  vertoont  eene  hen  bij  een  hoogen  toren  met 
opschrift  Utrecht'^  daarbij  de  wapens  van  de  stad  en  provincie  Utrecht 
eu  de  naam  Wi/nant  tan  Sombeeck.  Op  de  keerzijde  leest  men  het  vol- 
gende: ,,Dese  Fi/ne  Catrten  lüordên  geniaekt  hj  Wynandt  van  Sombeek 
in  de  Lynmarckt  in  de  Swarte  Hen  tot  Utrechte  Naar  ik  verneem,  is 
de  naam  hêunekanrten  hier  bij  overlevering  nog  wel  bekend.  De  oorsprong 
van  den  naam  schgnt  door  het  bovenstaande  volkomen  verklaard. 


Digitized  by 


Google 


312  OBOOT   TAFSREKL   DBR   DWAASUKID  I7.>u 


f^^oede  bekende."  i^^egraveerd:  ,,de  Heer  Zuid  2iee.",  ..de  Heer  Misid- 
sippi",  ..d'Hr  Wortel."  , Hoorn),  ,.d' Hf  Kalvius."  cDelft),  .,d' Hr  Vet  Os.** 
..d'  Hr  Bambario.**,  ..d*  Hr  Borstel."  .Weesp),  „d'  H^  Rotteval."  iRotter- 
dam),  ,.d'Hr  Brandewijn."  (Schiedam],  ^.d*  Hr  Windbuil.".  ,.d'HrPypea 
Süon."  (Gouda),  .,d'  Hr  Zandplaat. '  (Enkhuizen).  .,d*  H**.  Panharing-."  (Me- 
demblik?),  ,.d' Hr  Weghgraver."  ^Utrecht).  .,d' ffi  Spinneweb.",  ..d'Hr 
Iloük  uit',  „d'  H^  Koolstronk.",  ,.d'  H^  Fulppe'  (Naarden),  „de  verdere 
Vrienden  gelieven  het  Lyk  in  een  goede  Actie  te  volgen.";  dezelfde 
lijfit  staat  rechts  bovenaan  in  het  frausch.  Het  vers.  in  vier  rijen,  \\n 
fransch  proza  ovei^fezet,  rechts  onder  de  plaat  gegraveerd),  vangt  aan: 
,4)e  Narrekap,  die  God  Merkuur 

Door  Wind  negotie  heeft  gedrógen, 
Rukt  PalLiS  hier  ter  goeder  uur 
Hem  weer  van  't  hoofd,"  enz. 

Het  „Grafschrift."  dat  daar  onder  volgt,  luidt: 

,,Hier  leid  Menheer  de  Bubbelaar, 

Wiens  hoop  op  Wind  was  wrak  en  mis. 
Waar  op  hy  uitgeteerd  en  naar, 
Alleen  door  Wind  gestorven  is." 

Ook  dit  grafschrift  is  in  fransch  kreupelrijm  met  de  fo\it  ,,Iu  git* 
voor    .,Ci   git",  aan  't  eind  der  vierde  kolom  franschen  tekst  gegraveerd. 

Gravure  in-plano.  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ken  ik  slechts  één  staat 
(Muller  No.  3568,  Stephens  No.  1678). 
3489.  —  34.    „Spiegel  der  Reden  voor  de  Wanhopende  Actionisten". 

Inschrift  in  den  ondersten  plaatrand  eener  zinneprent  op  den  geèindig- 
deu  windhandel.  Op  den  voorgrond  een  wanhopend  aktionist  gereed  zich 
't  lemmet  in  de  borst  te  stoeten;  tusschen  zijn  rechterarm  en  de  wereld^ 
waarop  de  elboog  rust,  ligt  zijn  eigen  hart  bekneld.  De  Reden,  een 
man,  die  links  met  den  spiegel  in  de  rechterhand  naast  hem  zit  heft 
waarschuwend  de  linkerwijsvinger  tegen  hem  op;  „'t Geweld  en  Wan- 
hoop* liggen  onder  zijn  voeten  vertreden.  ,.Hoogmoed'\  voorgesteld  als 
een  vorstin  met  kroon  en  scepter,  vlucht  met  .,Bygeloof"  en  „Dartelheid", 
twee  geblinddoekte  vrouwenfiguren,  en  met  „Geldzugt",  die  een  beurs 
in  de  linkerhand  en  de  rechterhand  voor  't  gelaat  heeft,  om  den  glans  te 
weren,  die  uitstraalt  van  het  „Diamanten-schild  vol  glans.'  dat  de  Voor- 
zichtigheid omhoog  houdt.  In  dat  schild  staat  een  ,.Y"  in  een  lichtkrans; 
„Wyl  die  vermaarde  Koopstroom  nooit  Zig  liet  aan  Bubbel  ketens  binden". 
De  wind,  die  over  de  hoofden  der  vluchtenden  tegen  dat  schild  verbeeldt 
to  blazen,  stuit  er  op  af.  Rechts  op  den  achtergrond  vluchten  de  „Wind- 
genóten,"  (aktiehandelaars)  voor  de  bliksems,  die  op  hen  nederschieten. 
Rechts  bovenin  zit  de  „Waarheid'  op  de  wolken,  gereed  om  ,,Heel  vrolyk 
op  het  aardry k  neer"  te  dalen. 

Het  88-rege1ig   vers,  in  boekdruk,   waaraan  ik  de  geheele  verklaring 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID 


813 


der   prent  ontleende,   is  aan  weerszijden  (aan  iederen  kant  30  ref^els)  en 
onder  de  voorstelling  geplaatst  en  vangt  aan: 

„De  Windnegotie  raakt  aan  'td^len, 
De  Bubbels  kwynen  om  't  verlies,"  enz. 
Gravure   iu-8°.,   door  J.   Schijnvoet,  wiens  naam  weggekrabt,  maar  in 
den   linkerbenedenhoek  der  plaat  nog  even  leesbaar  is.    De  prent  diende 
oorspronkelijk   als  titelprent   voor  een   werkje  in-8*.,  dat  ik  vroeger  wel 
zag.  maar  waarvan  ik  mij  den  titel  niet  meer  herinner.  (Muller  No.  S669, 
ötephens  No.  1674). 
Van  deze  plaat  zgn  m^  vijf  verschillende  letterdrukken  bekend. 
Ie  kol.  a  b  c  d 

2e  reg.  v.  b.  Bubbels  Bubbels  Bubbels  Bubels 

4e      ,,         ooit  ooit  ooyt  ooyt 

5e      „         eind'lyk  uit  ge-  eind'lyk  uit  ge-  eyndUijk  uyt     eynd*lijk  uyt 

waaid.  waaid.  gewaayd.  gewaayd. 

6e      ..         Kook-uegotie      Rook  negotie     Rook  negotie     Rook  negotie 
8e      .,         Dewyl...draaid,  Dewyl...draaid,  Dewijl...draayd,Dewijl...draayd, 
9e      ,,         ontbloten^  ontbloten,  ontbloten,  ontbloten, 

lUe      „         Wyl  Wyl  Wijl  Wijl 

12e      .,         dreigt ...  stoten ;  dreigt.,  stoten ;  dreygt...  stoten ;  dreygt . . .  staten 
13c      „         uit  zyn  gezicht  uit  zyn  gezicht  uyt  zijn  gezigt  uyt  zijn  gezigt 
te  lézen,  te  lézen,  te  lezen,  te  lezen, 


I4e  „ 

16e  „ 

18e  „ 

20e  „ 

2e  kol. 

Ie  reg.  V. 

4e  „ 

5e  „ 

9e  ., 

lüe  „ 

He  „ 

12e  „ 

16e  „ 

16e  ,, 

17e  „ 

20e  „ 

21e  „ 

22e  „ 

23e  „ 

25e  „ 


eigen 
zyn 

moog'Iyk 
Windbuil 


eigen 
zyn 

moog'lyk 
Windbuil 


eygen 
zijn 

moog'lijk 
Windbuyl 


eygen 
zijn 

moog'lijk 
Windbuyl 


b.  uiteind  uiteind  uyteynd  uyteynd 

schatkist  schatkist  Schatkist  Schatkist 

brein  brein  breyn  breyn 

heilloos  heilloos  heylloos  heylloos 

eigen  eigen  eygen  eygen 

aardryk . . .  myn  aardryk . . .  myn  aardrijk . . .  mijn  aardrijk . . .  mijn 

Windnegotie  Windnegotie  Windnegotie  Windnegotie 

Alyn . . .  eind  Myn . . .  eind  Mijn . . .  eynd  Mijn  . . .  eynd 

Rookverkopers  Rookverkopers  Rookverkopers  Rookverkoopers 

geld  geld  Geld  Geld 

Dartelheid,  Dartelheid,  Dartelheyd,  Dartelheid, 
beigeblinddoektbeigeblinddoektbei geblinddoekt  bei  geblindoekt 

en  verleid,         en  verleid,        en  verleyd,         en  verleid, 

doelden  doelden  doelden  doelde 

Geldzugt  Geldzucht  Geldzugt  Geldzugt 

hére  hare  hère  hto 


Digitized  by 


Google 


314 

GEOOT   TAPKKKKL   DKR 

DWAASHKID 

1720 

2e  kol. 

a 

b 

c 

d 

26e  re^.  v. 

b.  snode 

snode 

snode 

snbde 

27e      „ 

ze^epn^len. 

ze^epnilen. 

zepfeprólen. 

zegenprólen. 

28e      „ 

besluit. 

besluit. 

besluyt. 

besluyt. 

2üe      ., 

p^estuit. 

jfestuit. 

ffestuyt. 

gestuyt. 

30e      „ 

stralen. 

stralen, 

stralen, 

stralen : 

3e  kol. 

Ie  reff.  v. 

b.  uit...Di.iinanteu 

-  uit...Diamauten 

uyt...  Diamanten 

L  uyt...Diamanten 

2e      „ 

hiire 

hare 

hóre 

hAre 

3e       „ 

pfedóg'en. 

fCedogreu, 

S^edó^en. 

gedogen, 

-ki      .. 

krans 

kraus. 

krans. 

krans, 

5e      ., 

stnilen, 

stralen, 

stnilen. 

strAlen. 

6e      ., 

Diamauten- 

Diamanten- 

Diamanten- 

Diamante- 

7e     ., 

zyn 

zyn 

zijn 

zijn 

be       „ 

ceuwij^lyk 

ceuwif^lyk 

eeuwiji^lijk 

eeuwiglyk 

üe      ., 

Wyl  die  . . . 

Wyl  dien  . . . 

Wijl  dien  . . . 

Wijl  dien  . . . 

uooit 

uooit                  nooj't                  nooyt 

12e      „ 

tyd  . . .  zyn  ver- 

tyd . . .  zyu  ver- 

tijd.. .  zijn  ver- 

tijd  ...  zijn  ver- 

Mtrooid ; 

htrooi»! ; 

strooyd ; 

strooyd ; 

13e      ., 

Zyu  vrybeid 

Zyn  vrvheid 

Zijn  vryheyd 

Zijn  vryheyd 

wierd 

wierd 

wierd 

wier 

14<i 

. .  zyn die 

. .  zyn  . . .,    die 

. . .  zijn die 

. .  zijn  .  . .,  die 

die  pest 

de  pest 

de  pest 

de  Pest 

15e       „ 

(iemeue  best. 

Gemeeue  best, 

Gemeeue  best. 

Gemeeue  best. 

lüe       ., 

kwum 

qnam 

kwam 

kwam 

lUe       ,, 

hemel 

hemel 

Hemel 

Hemel 

2()e       „ 

Waarheid 

Waarheid 

Waarheyd 

Waarheyd 

23o       ., 

vrolyk...  aird- 

vrolyk...  aard- 

vrolijk  . . .  Aard-  vrolijk . . .  Aard- 

ryk 

ryk 

rijk 

rijk 

2-kï       ., 

Bubbelwiiuleii 

Bubbelwiuden 

Bubbel-winden 

Bubbel-winden 

zwifrten. 

swi^-ten. 

zwigten. 

zwigten. 

23e       ., 

Zuid: 

Zuid! 

Zuyd! 

Zuyd! 

26e       „ 

Horeu  I 

Horen ! 

Horen! 

Horen ! 

27e      „ 

smoren. 

smoren. 

smoren. 

smoren, 

28e      .. 

Actiekraam .  . . 

Actiekraam . . , 

.  Actie-kraam... 

Actie-kraam . . . 

eind'lyk  uit. 

eind'lyk  uit. 

eynd'lijkuyt    eynd'lijk   uyt. 

Ik  vond  in  het  exemplaar  van  den  heer  Nijland  nog  een  variant,  zij 
gelijkt  't  meest  op  a  hierboven  en  is  't  best  te  herkennen  aan  „gestujt" 
in  regel  29  vau  de  tweede-  en  aan  ,, Bubbel-winden  swigten'  in  regel  24 
van  de  derde  kolom. 

In  het  exemplaar  van  het  ,.(iroóte  Tafereel"  op  de  Universiteits- 
bibliotheek te  Amsterdam,  komt  dit  prentje  bovendien  voor  zouder 
tekst,   geplakt   in    het    randwerk   van    plaat   8    van   het  eerste  deel  van 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFKRKBL   DBE   DWAASHEID  315 


't  Dwergentooneel.   Muller  venneldt  zulk  een  staat  als  aanwezig  te  Gent 
Ook   is   dezelfde   prent,   zonder   verzen,  soms  geplakt  in  het  randwerk 
\an  de  maand  Mei,  Dwergentooneel.  3e  deel. 

3490.  —  35.     „De  malle  Actionisten  naar  Vianen  of  't  Peperland". 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  de  omlijsting  van  een  spotprent  op  4en 
windhandel,  met  30-regelig  gedicht,  ir»  drie  kolommen,  er  onder.  Links 
op  den  achtergrond  de  Muiderpoort  aau  de  buitenzijde.  Uit  die  poort 
ia  een  wagen  gekomen,  be.stemd  verschillende  lieden  naar  „Kuilenburg" 
of  „Viauen"  te  brengen,  welke  beide  vrijplaatsen  in  't  midden  en  rechts 
op  den  achtergrond  liggen.  In  den  overhuifden  wagen,  die  de  hoofdfiguur 
dezer  prent  is,  zitten  vijf  personen,  een  zesde  klimt  er  ter  zijde-  en  een 
zevende,  die  zeepbellen  blaabt,  van  achteren  in.  Boven  op  de  huif  zit 
achteraan  een  aap,  met  een  geldzak  in  den  rechter  en  een  doek  aan 
een  stok  in  den  linkerpoot;  in  den  doek  staat: 

,,Zie  zo,  Zie  zo, 

Bombario 

is  Apery 

in  folio". 
De  wagen  wordt  getrokken  door  vier  paarden,  door  Bombario  gemend, 
welke  met  een  narrenkap  op  't  hoofd,  vóór  in  den  wagen  zit.  Op  tvan- 
dehandsche  paard  van  het  voorste  span  zit  een  sater  met  een  bazuin,  in  den 
vorm  eener  slang,  aan  den  mond;  een  man  te  paard  reut  vóór  het  span 
uit,  naar  Vianen.  Op  den  weg  daarheen  rijdt  nog  een  man  op  een  ezel 
en  loopen  enkele  voetgangers;  op  dien  naar  Kuilenburg  ziet  men  slechts 
een  enkelen  wandelaar  en  een  paar  anderen,  die  in  't  water  gevallen  zijn. 
Naast  de  paarden,  op  den  voorgrond,  verscheidene  kooplui ;  geheel  rechts 
vooraan  een  oude-kleerkooper  bezig  een  jas  te  taxeeren ;  een  pruik  en  een 
zak  geld  liggen  bij  hem  op  den  grond. 

Op  de  hoogte  van  't  vandehandsche  achterste  paard,  wordt  een  koopman 
voortgeduwd  door  den  duivel,  die  zich.  door  jas  en  allonge-pruik,  heeft 
trachten  te  vermommen;  een  bultenaar  blaast  met  een  blaasbalg  wind  onder 
's  koopmans  jas.  Bijna  in  't  midden  op  den  voorgrond  staan  twee  mannen 
en  een  jongske.  dat  een  ledigen  geldzak  ophoudt;  links  van  deze  een 
jood  op  knikken  met  een  papier  in  de  linkerhand,  waarop :  ,,Zwol/ 10000 
voor  'tpassagie  geld."  Geheel  links,  onder  een  tentje,  waarin  men  leest: 
,,Actioniste  hantstarking  te  koop",  zit  een  heer  op  een  ton  met  een  glaasje 
.,brendy",  zooals  't  vers  zegt,  in  de  hand;  .,Colombine"  staat  met  een 
zeeman,  die  zijn  pijp  aansteekt  en  een  drietal  pratende  en  drinkende  man- 
nen, naast  hem,  bij  een  tafeltje.  Tusschen  de  Muiderpoort  en  den  wagen 
nog  eenige  personen,  die  mede  willen;  o.  a.  een  man  wiens  vrouw  hem 
tracht  tegen  te  houden;  een  weinig  rechts  van  deze  de  „viaansche" 
omroeper.  (Zie  Muller  No.  3641  hierna). 
Het  Ters  vangt  aan:  „Indien  't  dan  langer  niet  wil  lakken,"  enz. 


Digitized  by 


Google 


31Ö  GROOT  TAFKABBL   OSB   0WAA8HSID  1730 


Gravure  br.  infol.,  z.  il  v.  gr.  Mij  is  van  deze  plaat  slechts  één  staat 
bekend.  (Muller  No.  3570,  waar  ook  de  zeer  goede  origineele  teekening 
vermeld  wordt.     X.  b.  8.). 

Ö491.  —  3<l.  ..De  opgehulde  Actionistea  in  hun  eer  en  aan  zienge3teld'\ 

luHohrifl  boven  in  een  zinneprent  op  den  windhandel.  Op  een  tooneel 
ziet  men  de  ..Zuid  zé  ( 'ompa^^nie'*  als  een  zinnebeeldige  vroawenfig'aur, 
met  de  rechterhand  rustend  op  eeu  scheepsroer,  gezeten  onder  een  troon- 
hemel met  afhangende  draperie,  terwijl  ..Ligt  geloof',  voorgesteld  als 
een  kind,  op  haar  linkerknie  zit.  met  een  vogeltje  op  de  rechterhand,  en 
den  keten  vasthoudende,  waarmede  ..Geldzugt"  geboeid  is,  die  zich  voedt 
met  het  geld  dat  vóór  haar  ligt  en  daarvoor  in  de  plaats  papieren 
uitgeeft  waarnaar  de  drie  mannen,  welke  men  te  hal  verlij  ve  op  den 
voorgrond  ziet.  gretig  de  handen  uittrekken.  Op  'ttooneel  liggen  pa- 
pieren met  de  volgende  iuschriften.  van  links  naar  rechts:  „Vlissingen", 
„Voor  Dort  en  Delft".  ..Schieda'',  ..Voor  utrecht".  ,,Voor  al  wat  wil", 
..Alkmaar";  ..(lelJzuct"  heeft  er  nog  drie  in  de  hand,  waarop:  ,,Woerde", 
..Voor  niuideu",  „Voor  Wesep'.  De  op  den  voorgrond  meeet  links  staande 
per.^uu.  in  boereuklee<iij,  tevens  de  eenige  die  men  van  voren  ziet,  houdt 
in  do  rechlerh:iad  een  papier:  „Voor  Eïdam",  in  de  linker-:  „Voor 
Hooreu';  naa«t  hem  Htmit  een  heer,  met  zak-pruik  en  steekhoed  op,  en 
in  de  rechterhand  een  papier:  ..Voor  Rotterdam" ;  de  zeeman  rechts 
strekt  de  rechterhand  naar  de  papieren  uit  en  heeft  in  de  linkerhand 
eeu  kool,  waarin :  ,.Dit  is  kool". 

Aan  den  linkerhoek  van  'ttooneel.  op  den  voorgrond,  zit  ..Verwarring", 
die.  met  een  blan.sbalg.  .,den  wind  vast  aan'  blaast  .,Met  zyne  grove 
Zate  rs- poten,'. 

Links  daalt  de  Fortuin  in  een  wolk  neder,  gereed  het  hoofd  der  Zuidzee- 
kompagnie,  dat  met  een  schip  getooid  is.  met  een  doornenkrans  te  kronen; 
uit  haar  rechterhand  vallen  papieren  omlaag  met  de  volgende  inschriften : 
..Voor  Eigenbaat",  „Voor  Geld  zugt ",  ..Voor  Hovaardy",  „Voor  zaamen 
zwering",  ..Voor  Bedrog",  „Voor  Woekerars",  ,,Voor  groot  en  klein", 
..Voor  Wind";  terwijl  zü  „de  Zuid"  nog  in  haar  hand  heeft. 

Onder  de  Fortuin  staat  „Heer  Hooghart",  een  door  den  windhandel  rijk 
geworden  man.  die  nu,  in  prachtige  kleeding,  verachtelijk  neerziet 
op  de  armoedige  plunje,  welke  links  op  den  grond  ligt  Rechts  is 
eeu  dergelijk  persoon  „Trotshart"  afgebeeld,  die  met  minachting  zijn 
vroegere  eenvoudige  vrienden  terugwijst.  Links  ziet  men,  door  een  poort 
op  den  achtergrond,  een  rijk  geworden  aktiehandelaar  langs  een  huis 
rijden,  dat  hij  bouwen  laat,  terwijl  een  man  bezig  is  met  graven,  om  een 
buitenplaats  aan  te  leggen,  waar  de  rijk  gewordene: 
„Om  op  den  veen 'gen  amstel  grond 

In  't  schaduwend  groen  der  lustprieélen, 
By  't  ryzen  Tan  den  morgenstond, 


Digitized  by 


Google 


17S0  GROOT   TAFBREEL   DBR  DWAASHEID  317 

Zyne  ooren  dooft  muzyk  te  strelen 
Van  't  pluimgfediert*,"  enz. 
Vóór  deze  poort  ziet  men  twee  minder  gelukkigen  wegvlieden;  de 
voorste  met  een  papier,  waarop  ..Isel  Stein",  de  achterste  met  één,  waarop 
,,Vianê".  Stephens  meent  dat  één  van  deze  twee  de  heer  Knight.  kassier 
der  Zuidzee-kompagnie  is;  bovenstaande  verklaring,  uit  bet  vers  genomen, 
wijst  de  onjuistheid  van  Stephens  verklaring  aan,  zooals  uit  de  ge- 
noemde plaateen  IJselstein  en  Vianen  trouwens  duidelijk  blijkt. 

Onder  de  voorstelling  is,  in  vier  kolommen,  een  96-regelig  geestig  vers 
gegraveerd,  waaraan  ik  de  verklaring  van  het  meerendeel  der  figuren 
ontleende  en  dat  aanvangt: 

.,Daar  ieder  scherst  en  lagt  en  spot 

En  scheld  op  de  Actie-handelden 
Meen  ik  uit  deer  nis  van  hun  lot 

Het  tegendeel  eens  te  verkMren;"  enz. 
Gravure   in-fol..   z.   n.    v.  gr.    Van  deze  prent  is  mij  slechts  één  staat 
bekend.  (Muller  No.  S571,  Stephens  No.  1631). 

3i92.  —  87.  „Waare  afbeelding  van  den  vermaarden  Heer  Quinquenpoix." 
Spotprent  op  John  Law.  Opschrift  van  een  40regelig  vers,  gegraveerd 
in  de  linker-  en  rechterzijde  eener  koperplaat  langw.  in-fol.  Het  vers 
vangt  aan:  ,.Kom  uit,  kom  uit;  het  regent  nu  dukaten.",  en  geeft  de 
verklaring  van  het  prentje,  dat  op  een  afzonderlijk  gegraveerd,  koper- 
plaatje  in-8*.,  tusschen  de  beide  kolommen  poëzie  a^edrukt  is  en  't  vol- 
gende voorstelt: 

Uit  een  „Brouwketel",  die  in  't  midden  der  plaat  staat,  verrijst,  in 
medaillon,  het  borstbeeld  van  Quinquenpoix.  nnnr  rechte,  met  een  stok- 
beurs  in  de  linkerhand.  Het  gelaat  is  hier  't  zelfde  als  in  den  hierna 
onder  b  beschreven  staat,  de  bef  en  het  tot  boven  gesloten  kanunniks- 
kleed  zijn  echter  vervangen  door  een  los  afhangende  das  en  een  open 
jas  met  drie  knoopen.  De  Zotheid,  rechte  naast  en  boven  dit  medaillon, 
kroont  hem  met  een  kroon  van  hulstblnderen  en  pauweveeren,  in  welks 
rand  staat:  .,M»D'CCXX",  waaronder  nog  duidelijke  sporen  zichtbaar 
zijn  van  het  vroeger  inschrift  der  oorspronkelijke  prent  (zie  lager).  Over 
den  linkerarm  der  Zotheid  hangt  een  lint,  waarin:  „Voor  wys  en  zot. 
Voor  elk  ten  spot."  Boven  de  kroon  een  lint.  links  door  een  raaf.  rechte 
door  een  uil  vastgehouden  en  waarin :  .,of  stront  of  koning."  Tegen  den 
wand  op  den  achtergrond  een  koekenpan  en  een  rooster,  links  drie  schotels. 

Rechte  op  den  voorgrond  werpt  de  dienaar  van  Quinquenpoix  ,,dub- 
bloenen"  in  den  ketel,  die  er  aan  de  andere  zijde  als  akties  weder  uit- 
komen. Links  zit,  volgens  't  vers,  een  „duiveltje"  naast  den  ketel  en 
stookt  het  vuur  met  de  akties,  die  reeds  op  den  grond  liggen  en 
alle  tot  inschrift  hebben  „Munt  briefes*'  of  „Bank  briefes",  één  uitge- 
xonderd  waarop:    „France    staat  Briefjes".    Op   de  andere,   die  nog  uit 


Digitized  by 


Google 


318  GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  1730 


den  ket«l  vallen.  Rtaat  van  links  naar  rechts  en  van  boven  naar  onder 
..Zuid  Zee.",  ..AH*<urancie  &r. '.  „a  1000  .",  ..de  Prance  Oostindin 
(^ompujf."'.  ..Koninjr  Bankbriefjes',  „Missisipi." 

Rerhts,  preheel  op  den  voorp^ond.  een  ..iwelg-balg  op  zrn  verken.  Be- 
rooit '  en  met  een  papier  in  iedere  hand;  in  de  rechter  met  inschrift: 
„'k  Ben  kaal  en  naakt  Door  't  spel  i^eraakt";  in  de  linker  met:  „Mvn 
lieve  zorh.  Keer  naar  den  troch." 

Liuks  op  den  voorfl^-ond  staat  een  ..Satir"  met  den  Hnkerbokspoot  op 
een  stapel  papieren,  waarop  men  leest:  „Prem  ie  van  de  Zuid".  ,.van 
de  Bank".  ..van  Cacau";  op  zijn  re<"hteninn  zit,  volgens 't  vers,  een 
s*chorpioen ;  rechts  van  hem.  iets  meer  naar  achter,  staat  ..Hovaardv*'  met  een 
ova^il  Kohildorij.  waarin  de  val  van  Ikarus  is  a^^ebeeld.  in  de  rechterhand, 
(ieheel  op  den  achterirrond  links  Dioj^ene?*  met  een  brandende  lantaarn  in 
de  linkor-  en  een  papier,  waarop  „ominem  quero."  in  de  rechterhand. 
Achter  hem  de  kop  van  een  bnlkenden  ezel;  rechts  van  hem  de  Razernij 
die  een  slang"  den  kop  afbijten  wil.  Achter  Quinquenpoix's  dienaar 
rerht.-^  de  ..wanhoop'  met  toorts  in  de  linker-  en  dolk  in  de  rechterhand: 
j?ehcel  op  den  achtergrond  een  vrouw  met  een  brandende  stroowiek  in 
de  rechter-  en  een  papier,  waarop:  ,.Quinquenpooi  Vreufi^t  van  strooi.' in 
de  linkerhand. 

Beide  gravures  z.  u.  v.  gr.  (Muller  No.  SB72,  Stephens  No.  1612^. 

Van  de  voorstelling  in-8*.  zijn  mij  vier  staten  bekend: 

a.  De  oorspronkelijke,  die  zeker  als  titelprent  diende  voor  een  mij  tot 
nu  too  onbekend  g-ebleven  werkje  ter  bestrijding  van  M.  Jean  Chrysostome 
Bruslé  de  Montpleincharap.  kanunnik  van  Brussel  en  hofprediker  van 
keizer  Knrel  VI  en  waarin  de  volgende  verschillen  voorkomen  met  de 
hier  boven  beschreven,  voor  den  windhandel  veranderde  plaat: 

In  't  lint  bovenin  staat :  ..I^oquebar  in  conspectu  reg"um.",  zinspeling- 
op  den  hofprediker. 

In  het  lint  dat  de  Zotheid  over  den  arm  heeft:  „La  CoUronne  De 
Mnltre  lean  BrüsLè."  De  hoofdletters  vormen  samen  het  jaar  1712  en  deze 
letters  staan  in  dezelfde  volgorde:  ,.L.C.U.D.M.1.I.U.L."  in  den  rand  van 
de  kroon,  waarin  bij  den  veranderden  staat  „M»D»CCXX"  is  gegraveerd. 

In  den  rook.  die  hier  alleen  links  met  een  kleine  wolk  uit  den  brouw- 
ketel opstijgt,  is  in  een  lint  g-egraveerd:  ..Sicut  odor  agri  pleni".  Het 
portret  boven  den  brouwketel  zal  in  dezen  staat,  waar  't  geheel  verschilt 
van  dj\t  in  den  volgenden,  den  hofprediker  Bruslé  moeten  voorstellen. 
Het  is  echter  volgens  den  heer  J.  Philip  van  der  Keilen  in  't  geheel  niet 
onwaarschijnlijk  dnt  er  nog"  een  vroegere  staat  is  dan  de  hier  beschrevene, 
voor  zoover  het  't  portret  aang^uit.  De  hier  afgebeelde  persoon  heeft  inde 
rechterhand,  in  den  boven  beschreven  staat  onzichtbaar,  een  braadspit 
en  in  de  linker  een  ommande  flesch.  De  pakken,  waarop  de  rechtervoet 
van  den  sater  staat,  hebbeu  van  boven  naar  onder  de  volgende  inschriften : 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFBREBL   DER   DWAASHEID  319 


„Diable  bossu",  „Festin  nupital"  {sic)  en  ..Recueil  de  prefaces  MS.";  in 
de  snede  van  het  daarachter  weg'g'ezakte  boek  is  g-ef^raveerd :  ..Gil.  Lion."; 
de  rechterhand  van  het  duiveltje,  dat  het  vuur  stookt,  rust  op  een  book. 
waarop  staat  „Lucian",  ,.B.  Hum.";  op  de  snede  van  een  ander  dat  meer 
naar  voren  ligt:  ..Reuversement". 

['t  Is  hoogst  waarschijnlijk  dat  het  werkje,  waarvoor  dit  plaatje  diende, 
verscheen  naar  aanleiding  van  ,.Le  festin  nuptial"  door  Brualé  in  1700 
uitgegeven  en  dat  bestond  uit  fabels  van  Esopus,  Fedrus  en  Pilpai,  waar 
tusschen  hij  enkele  van  eigen  vinding  gevoegd  had.  Aan  het  eind  van 
dit  werkje  komen  aanmerkingen  voor  die  hem.  volgens  de  Bio/jraiïe 
universfïle  in  onzen  tijd  verscheiden  processen  zouden  hebben  bezorgd.']] 

De  kreeft  op  den  rechterarm  van  den  sater  is  hier  nog  zonder  staart 
met  weerhaak. 

In  plaats  van  den  val  van  Ikarus  hierboven  is  in  het  ovaal  als  wapen- 
figuur,  een  eikentak  afgebeeld,  met  gekroonden  kliramenden  leeuw  bovenin 
in  en  met  de  inschriflen:  ..Loquebar"  etc.  en  ..Sicut  odor'  enz.  als  rand- 
schrift er  omheen. 

De  jongen  op  het  varken  heeft  in  de  rechterhand  een  schotel  met  een 
gebraden  kip  er  op.  in  de  linker  een  ommande  flesch. 

Diogenes  houdt  in  de  linkerhand  een  geldzak;  met  den  rechterarm 
omvat  hij  den  kop  van  een  wolf. 

De  vrouw  rechts  op  den  achtergrond  heeft  maskers  in  plaats  van  een 
papier  in  de  linkerhand. 

In    den   ondersten    plaatrand    het   volgende   4-regelig    versje,  in  twee 
rijen,  waarvan  nog  enkele  sporen  in  den  eerst  beschreven  stant  over  zijn: 
,.Lecteur  ne  perdez  aucun  trnit 
De  ce  Pröcheur  grand  Parasite: 
Chaque  Embleme  en  est  un  Portrait, 
Son  Tribunal  est  la  Marmite". 

h.  Geheel  dezelfde  voorstelling,  alleen  is  't  gelaat  van  den  man  boven 
den  brouwketel  geheel  veranderd,  veel  minder  zoetsappig  en  met  di«^pc 
voren  doorgroefd.  Overigens  is  er  geen  verschil,  dan  dat  hier  linksonder 
de  voorstelling  staat:  ,,(iuil:*Du  Vivier  fe:" 

Beide  staten  zag  ik  in  's  Rijks  Prentenkabinet  en  liggen  daar  bij 't  werk 
van  B.  Picart  (Portefeuille  286c.);  om  welke  reden  ze  daar  ingevoegd  zijn. 
is  niet  op  te  maken  uit  de  lijst  van  Picart  s  werken  achter  de  Impostnres 
innocentes  en  moet  ik  dus  ook  in  't  midden  laten. 

c  de  onder  dit  nommer  eerst  beschrevene. 

d.  Dezelfde  voorstelling;  de  koperplaat  langw.  in-fol.,  waarin  nu  fransche 


1)  Even  vóór  het  afdrukken  van  dit  vel  vond  ik  deze  laatste  gegevens ; 
vind  ik  er  meer,  dan  zal  ik  die  bij  de  behandeling  van  het  tekstgedeelte 
in  deel  Y  van  dezen  katalogus  mededeelen. 


Digitized  by 


Google 


»320  GROOT  TAPBRKBL   DBR   DWAASHEID  1720 


▼enen  g«f^Teerd  sijn,  is  br«eder  en  hoof^r.  daar  dit  vers,  dat  tot  opttefarift 
heefl:  „Veritable  Portrait  du  tres  fameux  Sei|n>CQr  messire  Quinquenpoix.' . 
twintiflf  Ttge\B  grooter  is  dan  't  hollandsche.  In  de  kleine  plaat  staan  nc 
bij  de  hollandncbe  insohriften  nummers  (1 — 6).  waarvan  de  verta^inir 
ffegraveerd  is  in  de  ruimte,  die  in  de  groote  koperplaat  door  't  lan^re 
vers  ond«»r  de  voorst*»!  1  ing"  in-8*.  open  bleef. 

„n^  1.  aut  (V.sar  aut  nihil,  Tout  ou  Rien."  is  de  vertaling"  van  het 
insohrift:  „of  stront  of  koning",  in  het  lint  bovenin  de  voorstelling.  ..Aut 
Cosnr  aut  nihil."  is  ook  gegraveerd  rechts  van  het  hoofd  van  Quinqueupoïx, 
in  het  medaillon  boven  den  brouwketel. 

..2.  Je  dois  ma  Couronne  a  la  folie  [sir]  publique. '  is  de  vertaling-  van 
het  insrhrift  in  't  lint  over  den  arm  der  2i0theid. 

,.3.  I^  joye  des  Actions  a  passé  comme  un  feu  de  Paille."  i.s  de 
vertaling  van  het  hollandsche  inschrifl  in  het  papier  der  vrouw  met  de 
brandende  stroowisch. 

..4.  J'ai  fait  fortune  par  la  hausse  des  Actions."  is  niet  de  vertaling 
van  het  hollandsche  inschrifl:  „'k  Ben  kaal  en  naakt  Door 't  spel  geraakt." 
waarbij  dit  cijfer  staat  in  't  papier,  door  den  naakten  jongen  op  't  varken 
met  de  rechtorliand  vai^tgehouden.  maar  dit  wordt  wël  vertaald  door: 

,.5.  Et  j'ai  tnut  perdu  par  la  baisse."  Dit  cijfer  staat  echter  achter 
..Myn  lieve  zoch  '.  Het  hollandsche  inschrifl  bij  ..5"  is  dus  niet  vertanld. 

..6.  Chaudiere  des  Actions."  is  de  vertaling  van  ..Brouwketel". 

Volgens  Stephen.s  komt  deze  staat  der  prent  ook  voor  in  Lrftrf^s  ^*- 
Madaui^  df  Sfvif/né  iUustraUd.  Tomé  XII..  Ie.  Partie.  No.  203. 

Ook  vermeldt  Stophons  nog  een  staat,  waarin  alle  hollandsche  inschriflen 
wegge.slepen  en  door  fransche  vervangen  zijn.  Deze  staat  heefl  in  den 
rechterbovenhoek  ..N.  IX'"  en  behoort  dus  zeker  in  een  mij  onbekende 
serie  of  werk. 

Van  dit  origineel  ken  ik  een  kopie  van  staat  b  met  de  volgende 
verschillen: 

De  gravure  in-8*.  is  eenige  millimeters  hooger  en  breeder  dan  de 
oorspronkelijke. 

In  het  lint  boven  in  de  voorstelling  geen  sporen  van  vroeger  inschrifl. 

In  den  rand  van  de  vederkroon,  die  de  Zotheid  in  de  hand  heeft 
zijn  geen  overblijfsels  van  een  vroeger  chronogram  te  zien  en  staat  nu 
..I.M.D.CCXX.L". 

Op   het  papier  in  de  hand  van  de  vrouw  met  de  stroowisch  staat  hier 

'que^pMi"  °P  *^^^®  "^y"  *^^«°  ®^^^^-  '^^  ^®  °^"P'*<*"^®"J^^q^n^i.'" 
In   den    origineelen  staat  heefl  Quinquenpoix  drie  knoopen  aan  ae  jas. 

in  deze  kopie  slechts  twee. 

De   cijfers   in   de   voorstelling   zijn   grooter    dan   in   het  origineel  en 

hebben,  daar  er  hier  geen  fransrhf  verzen  om  de  prent  heen  zijn  gedrukt. 

geen  reden  van  bestaan. 


Digitized  by 


Google 


1720  OBOOT   TAFKREBL   DBB   DWAASHEID  321 

Ook  beschrijft  Stephens  (No.  161S),  nog  een  omgekeerde  kopie  van  den 
staat  met  de  fransche  inschriflen  doch  met  vele  verschillen;  zoo  is 't  jaartal 
in  de  kroon  „M:D:CCXX.";  in  't  label  over  den  arm  der  2^theid  staat 
hier:  „2,  Je  suis  Ie  joüet  du  Sage  et  du  fou.",  waar  men  in  den  vorigen 
las:  ,^e  dois  ma  Couronne  a  la  folie  publique."  Ofschoon  deze  fransche 
inschriften  natuurlek  geen  fransche  verklaring  meer  behoefden,  is,  met  het 
fransche  vers  aan  weerszoden  der  plaat,  onder  de  voorstelling  de  onder  é^ 
hiervoren  gegeven  vertaling  der  hollandsche  inschriflen  der  prent  nog  eens 
herhaald. 

8408.  —  88.  „Des  Waerelds  doen  en  dooien,  Is  maar  een  Kallemoolen.'* 
Inschrifi  boven  in  een  spotprent  op  den  windhandel.  De  hoofdvoorstelling 
ii  een  mallemolen  uit  dien  tyd ;  't  draaiend  gedeelte  bestaat  uit  vier  dwars- 
balken met  vier  schuitjes,  die  aan  kettingen  daarvan  afhangen.  Het  meest 
zichtbare  bootje  heeft  op  den  voorsteven  een  hanekop  (Frankryk),  terw^l 
achterop  een  vlaggetje  staat  met  ,.mi88i8ippi*'f  in  alle  schuitjes  bevinden 
zich  twee  of  meer  aktiehandelaars.  De  molen  wordt  in  beweging  gebracht 
door  een  paard,  waarop  de  duivel  als  rijder  zit  Op  de  zes  vaste  stijlen  van 
den  molen  staan  een  gelgk  getal  zinnebeeldige  figuren,  die  aktien  omlaag 
werpen,  waarnaar  alle  personen  grijpen  die  in  den  molen  ronddraaien. 
Links  ziet  men  het  eerst  een  hollandschen  boer  (onze  eigen  windhandel) 
die  nog  enkele  papieren  in  de  hand  heeft,  op  één  van  welke  „Hoorn  O'*, 
staat,  tervir\fl  men  op  de  papieren  die  hij  uitstrooit,  leest:  „0'\  „0'\ 
„Bdam",  „O",  „O",  „Bnkhuise",  „Medenblik",  „Alkmaar  O",  „Purmeren(d) 
O",  „Hoorn  O'*,  „0'\  „0'\  „Edam  O".  Op  de  beide  stijlen,  die  naar 
rechts  volgen  en  *t  meest  op  den  voorgrond  staan,  zijn  de  ,,Zu7t**  en  de 
„Mis8i."(8ippi)  voorgesteld  door  twee  amerikaansche  inboorlingen ;  de  eerste 
met  een  scheepsroer  waarin  *t  aangehaalde  woord  staat,  in  de  linkerhand, 
terwyi  het  by  den  laatste  in  de  diadeem  gegraveerd  is,  die  hij  op 
*t hoofd  draagt;  beiden  strooien  met  de  rechterhand  akties,  de  eerste  met 
cyferinschriften,  a^ewisseld  door  „Zuyd'\  „Zuid**,  „Bank**,  enz.,  welke 
gretig  opgevangen  worden  door  twee  mannen  staande  in  het  schuitje 
met  een  doggenkop  (Engeland)  voorop  en  een  vlaggetje  achterop,  waarin 
„Zuid";  de  laatste  werpt  eveneens  papieren  met  cijfers  omlaag  waar- 
tuaschen  andere  met  „missi  10000'*,  ,.mis  100**,  „Missis  10000'*;  deze 
worden  opvangen  door  een  zittende  dame  en  twee  heeren,  die  in  het 
Tolgende  schuitje  staan  en  begeerig  de  handen  naar  deze  akties  uit- 
strekken. Op  den  meest  rechts  staanden  paal  een  Westindiaan,  met 
een  boog  in  de  rechter-  en  papieren,  vtraarop  een  nul,  in  de  linker- 
hand, terwgl  ook  deze  verscheidene  akties  uitstrooit  met  cijfers,  waar- 
toaschen  andere  met  „West",  „West  1000".  By  de  pogingen  om 
deze  te  grijpen,  valt  er  een  heer  uit  het  schuitje,  dat  achterop  een 
Tiandeltje  heeft  met  „Wast"  er  in.    De  beide  figuren  op  de  achterste 


Digitized  by 


Google 


322  OROOT   TAPERBRL   DBR   DWAASHBID  1790 


pijlen  ziet  men  op  den  nipr  en  rijn  niet  te  onderscheiden,  doch  ook 
rij  strooien  waardelooze  papieren  uit  In  't  yierde  schuitje  rit  eeo 
Trouw  en  staan  twee  mannen,  Tan  welke  er  een  het  hollandseh  xee- 
manskoetuum  draagt;  achter  op  het  schuitje  een  yaandeltje  met  ,,Bah- 
bels*';  de  penonen  in  dit  schuitje  schgnen  gereed  de  akties  op  te  Tangen, 
die   de  hollandsche  boer  uitstrooit 

De  molen  is  omgeTen  door  hekwerk  met  een  incrsng  links.  waarboTen 
het  naamcijfer  Tan  Law  in  een  gekroond  wapenschild  geplaatst  is;  boTen 
iederen  poet  prijkt  een  kariatide  en  vóór  Hwapwo  rit  een  aap,  die  een 
narrenkap  op  *t  hoofd  zet  van  den  juist  binnengetreden  sollicitant  toot 
den  draaimolen,  die  met  de  linkerhand  een  papier:  ..Op  de  Zuid**  in  de 
hoogte  houdt. 

De  wiodhandel  is  voorgesteld  als  ware  't  een  weispel ;  .^Bomhario**  alt 
de  vinker  verscholen  achter  een  dmperie.  waarboven  een  vaandel  met 
de  afbeelding  van  een  ledigen  geldzak  (?)  er  in.  heeft  de  touwen  in  de 
hand  van  'tslagnet  dat  vóór  den  ingang  is  aangebracht  en  trekt  het  toe 
achter  den  man,  die  binnengegfaan  is  langs  ..7>e(n)  Weg  des  Terderfs*', 
geheel  bezaaid  met  vischhaken  en  aan  welks  ingang  Law  rit  op  een 
brandkist  zóó  vol,  dat  er  reeds  een  paar  zakken  vóór  gezet  rijn.  Bij 
Bombario  staat  een  gekroonde?  vrouw,  die  in  't82-regclig  vers,  in  vier 
kolommen  onder  de  voorstelling  gegraveerd.  ..rijn  moer."  genoemd  wordt; 
naast  hem  ziet  men  op  den  grond  een  tuitkan.  een  ketel  te  vuur.  koflSe- 
kommen,  eenige  pnpieren  met  de  volgende  inschriften:  „8  Stuy  een  kop 
koJB".  ,.0p  de  Tabac",  ..Acii  op  de  Coffi",  ..2  Stuy  van  een  kamer**, 
enz.  Blijkens  een  papier  bij  Bombario.  zegt  deze  by  *t  toetrekke)  van 
het  slagnet:  ..Al  weer  een*'. 

Achter  Law  staat  de  Dwaasheid,  afgebeeld  als  een  ttouw  met  narrenkap 
op;  rechts  van  hem  ziet  men  een  aantal  deftig  gekleede  sollicitanten, 
onder  welke  er  één  is  met  een  papier:  ..Op  de  Zuit*';  allen  hebben  wèl- 
voorziene  buidels  in  de  hand  of  onder  den  arm  en  wenscben  toegelaten 
te  worden  tot  den  draaimolen ;  achter  hen  volgt  een  kruier  met  een 
kruiwagen  vol  zakken  gel  ds.  Van  rechts  komt  verder  nog  een  groote 
menigte  menschen  aanzetten;  enkelen  onder  hen  hebben  papieren  in  de 
hand,  met  de  volgende  inschriilen:  ,,0'*,  ..O",  „Wie  ƒ1000  per  Cent", 
„Zuid  O",  ,.Zuyt  1000000  gew  oh*',  „O".  „90  Percent".  ,.0",  terwijl  op 
den  voorgrond  een  jood  onder  den  voet  raakt,  bij  wiens  voeten  een  papier 
ligt:  „100000  op  de  Wes'*(t):  de  voorste  van  hen.  die  rich  den  hals  wil 
afsnijden  en  onder  den  rechtervoet  een  papier  Iieefl  met:  .,op  de  Zu*'(id), 
wordt  teruggewezen  door  eeu  lieer,  die  van  de  andere  rijde  afkomt 
Aan  dezen  zelfden  kant  is  de  uitgang  en  allen,  die  den  mallemolen  ver- 
laten, spoeden  zich  naar  een  schuitje,  op  den  tweeden  grond,  met  een 
Tlag:  „Peperlaiidia"  aan  't  roer.  waarbij  een  man  staat,  met  scheepsroeper 
aan  den  mond.    Een  grooter  schip,  iets  hooger  op,  is  blijkbaar  bestemd 


Digitized  by 


Google 


1730  GROOT   TAPFJRBBL   DEB   DWAASHBID  323 


om  de  passapfiers  uit  de  schuit  over  te  nemen;  in  de  vlaggen  zijn  apen 
of  dergelijke  dieren  a%ebee1d.  De  achtergrond  is  ver«ler  bergachtig, 
terwijl  links  „Viaanen"  ligt,  waarlteen  een  tweetal  koetsen  rijden. 

Midden  boven  op  den  molen  staat  ,,Fortuna*\  die  slangen,  stroppen  en 
Dtrrenkappen  uitstrooit. 

Het  vers,  onderteekend:  ,.Philadelphus.*\  (G.  Tijsens?)  vangt  aan: 
,,De  Waereld  loopt  als  in  een  soes;**  enz. 

Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  is  mij  slechts  één  staat 
bekend.  (Muller  No.  8673,  Stephens  No.  1675). 

8494.  —  89.    „Het  hobbelend  Actiescheepje  van  Madame  Compagnie  en 
Monsieur  Bubbels". 

Inschrifl  in  een  lint  boven  in  een  kleine  zinnebeeldige  prent  een  scheepje 
voorstelleude,  dat  aanzeilt  op  een  haven  met  een  vuurbaak  op  den  voor- 
grond rechts.  Achter  op  het  soheepje  ziju  een  man  en  vrouw  in  gesprek ; 
voorop  staat  (volgens  'tvei*8)  Kupido,  die  een  monster  wegstoot,  dat  op 
H  schip  aanvalt.  Boven  deze  voorstelling  twee  ineengelegde  handen,  die 
aan  weerszijden  uit  eenig  oruamentwerk  komen ;  van  onderen  twee  Tritons, 
die  water  uit  hun  kinkhorens  opblazen  en  elk  een  Nejtt'musvork  in  de 
hand  hebbeu,  hunne  stanrten  liggen  ineengestrengeld  onder  den  kop  van 
een  dolfijn.  Ouder  de  geheele  afbeelding  Is  gegraveerd: 
,,Het  Actiescheepjeu,  omgeslingerd  op  de  beren 
Zal  zo  lanof  Bubb'len,  tot  het  zal  ten  afgrond  véren.'* 

Het  plaatje  behoort,  evenals  de  prenten  42.  44-,  45  en  49  van  het  „Ta- 
fereel" oorspronkelijk  in  K.  Sweerts,  Mengehangen  en  Zinnebeelden.  Amst 
1697.  in-8*.  Ik  heb.  ondanks  alle  pogingen,  tot  nog  toe  van  dit  werkje 
geen  exemplaar  kunnen  te  zien  krijgen.  De  prent  was  daar  in  den 
linkerbovenhoek  gemerkt:  ,.Pag.  82.*';  dit  is  in  dezen  staat  weggekrabd, 
doch  nog  flauw  zichtbaar.  Het  vroegere  onderschrift  was  „Geen  veylger 
minnehaven"  en  daar  onder  stond  het,  op  sommige  exemplaren  nog 
tamelijk  leesbare,  versje: 

„Vrees  spijt  noch  nijt  maar  zeil  ter  veilger  haven  in 
Dewijl  de  Tijd  vertrekt  het  baken  van  de  min.'* 

Ben  gedicht  van  honderd  regels  (in  vijf  kolommen,  in  boekdruk,  waar- 
van er,  aan  iedere  zijde  der  afbeelding  één  en  drie  er  ouder,  zijn  geplaatst), 
moet  dienen  om  bet  prenf^je  op  den  windhandel  toepasselijk  te  maken. 
De  korte  inhoud  van  dit  tamelijk  langdradig  vers  is  de  volgende: 

Monsieur  Bubbels  klieft  ., droevig"  raet  zijn  aktiescheepje  de  baren,  of- 
schoon juffrouw  Compagnie,  ziju  lief,  hem  verzelt.  't  Gerucht  van  't  stranden 
van  andere  dergelijke  S'^lieepjes  maakt  hem  onnstig  en  hij  stelt  voor  de 
haven  van  Enkhnizen  bij  tijde  iu  te  zeilen.  Als  ze  't  doen  willen  blijkt 
echter  dat  de  zandplaat  vo^r  de  stad  nog  niet  is  wesrgenjavcn  (ofjachoon 
dit  toch  het  doel  was  der  aktie-kompgnie  iu  die  stad  opgericht).  Zullen 
de  grootste  en  zwaarste  schepen  hier  hunne  waren  lossen  en  welvaren 


Digitized  by 


Google 


324  OEOOT   TAFSKXEL   DBX   OWAA8HIID  1730 

brengen?  xoo  Traagt  Bubbels  twijfelend.  Hoe  xullen  ,Jhikbuizen,  en  het 
SUcht,  d  Qodeol  Eikair  uitdagen'';  beide  toch  hebben  gravers  noodig, 
*tsy  om  beide,  'tiy  om  sand  wegtekmien.  Dat  moet  een  gevecht  geven, 
100  vreest  hy  eerfet,  maar  bij  nader  inzien  gelooft  hy  toch  dat  ^t  uit- 
eind wind  BÜ  sjn." 

Joflrouw  Compagnie  antwoordt  hem :  klagen  helpt  niet,  laat  oos  ,4iaar 
de  nieawe  Stichtsse-haven"  varen,  dat  is  *t  veiligst  voor  onze  rost  en  al 
is  de  nieuwe  vaart  nog  niet  gegraven,  geen  nood,  de  veind  heeft  aan 
ons  zooveel  verplichting,  dat  die  ons  wel  in  eens  „üit  zé,  tot  in  des 
bisschops  wallen*'  blazen  zal.  Het  overige  van  het  vers  tracht  de  orna- 
menten en  attributen  rondom  de  voorstelling  eveneens  met  den  windhandel 
in  verband  te  brengen;  naar  men  begrijpen  kan  zeer  gewrongen. 

Gravure  in-8*.,  naar  en  door  P.  van  den  Beige.  (Muller  No.  8574.  N.  b.  8.). 
Van  dit  plaatje  is  my  maar  één  staat  van  de  geheele  prent  zijn  mi) 
vier  leiterdrukken  bekend,  viraarvan  hier  eenige  der  meest  in  'toog 
vallende  verschillen  volgen: 


v.b.           m 

è 

e 

d 

lekol.reg.    1  Actiekiel 
SbAren 

Actiekiel 
baren 

Actiekiel 
baren 

Actie-kiel 
baren 

Stwéde 

twede 

twede 

twede 

B  schone  juf- 

schone Juf- 

schone  Juf- 

schone Juf- 

vrouw 
Oandre 

Trouw 
andre 

vrouw 
ander 

vrouw 
ander 

ISgezigt- 
lischippers  jon- 

gezigt 
schippers  jon- 

gengt 
schippers  jon- 

gexigt 
Schippersjon- 

gen 
16  land 

gen 
land 

gen 
land 

gw 
Land 

Sekol.reg.  8  lossen 

loszen 

lozsen 

lossen 

8sé 

lae 

IM 

zee 

4006t 

10  gravers . . . 

kruyen 
ISbruyen 
ISVarkens-staart- 

oost                   oogst 
gravers . . .        gravers . . . 

kruyen              kruyen 
bruyen               bruyep 
Varkens-staart-  Varkensstaar- 

oogst 
Gravers . . . 

km  jen 
brujen 
Varkensstaarten 

ten 
19  uit  eind  vrind 

ten 
uiteind  vrind 

ten 
uiteind  wind 

uiteind  wind 

Sekol.reg.   1  jufvrouw 

Jufvrouw 

Juffrouw 

Juffirouw 

8aan 

aen 

aan 

aen 

dnaar 

naer 

naar 

naer 

Sdaar 

daer 

daar 

daer 

Sgegrtlven, 

10  kwam 

11  dien 

gegraven, 

kwam 

dien 

gegraven* 

quam 

den 

gegraven, 

quam 

den 

Digitized  by 


Google 


1720 

GROOT   TAFBBEEL   DBB 

DWAA8HSID 

325 

▼.b.            a 

b 

e 

d 

8e  kol 

TegAéié 

zee 

zee 

zee 

14  biascbops 

bisscbops 

Bisscbops 

Bisschops 

17  raad. ..daar 

raad.. .daar 

raed  . . .  daer 

raed . . .  daer 

18  eeuwigheid 

eeuwigheid 

eeuwigheit 

eeuwigheit 

20  Bankapelonken  Bankspelonken  Bankspelnoken  Bankspelonken 

4e  kol. 

reg.   lys're  deuren 

yi're  deuren 

yz're  Deuren 

yz're  deuren 

2y8zMyk 

y«'lyk 

yz'lyk 

yz'lyk 

5 'k  schrik  voor 

*k  schrikvoorde  *k  schrik  voor 

*k  schrik  voor 

den 

de 

de 

7  schatkist 

Schatkist 

Schatkist 

Schatkist 

8  heerst, 

heerscht, 

heerscht 

heerscht 

10  héle 

hele 

heele 

heele 

12  Actiewinden. 

Actiewinden. 

Actie- winden 

Actiewinden 

16  Actie-kieltjen 

Actiekieltjen 

Actie-kieltjen 

AcUekiel^'en 

5ekol. 

reg.   1  sierelyken 

sierelyken 

sierlyken 

sierelyken 

2  Jufvrouw . . . 

Jufvrouw . . . 

Juffirouw . . . 

Juffirouw . . . 

haar  ving'ren 

haar  vingren 

i    haar  ving'ren 

haer  vingeren 

6  peer'len 

peerlen 

peerlen 

peerlen 

8opregte 

oprechte 

oprechte 

oprechte 

9  Amersfoorder 

Amersfoorder 

Amersfoorder 

Amersfoorder 

steen 

steen 

-steen 

steen 

14  gróte 

grote 

groote 

grote 

l«wind 

wint 

wint 

wint 

18  Naberouw 

Naberou 

Naberou 

Naberou 

20  de  Armoe 

d'  armoe 

d*  armoe 

d' armoe 

De  beide  eerste  staten  hebben  meer  interlinie  tusschen  de  regels  dan 
de  beide  laatsten. 

Van  den  vierden  staat  is  mij  nog  een  variant  voorgekomen ;  deze  heeft 
in  kolom  1,  regel  14  „Schipper  jongen";  kolom  2  regel  18  „Varkens- 
strarten'*,  {süfj  14  ,,uitteind  wind*';  kolom  4,  regel  1  ,,Deureu"  {tic)  en 
kolom  5  regel  O  „Amerfoorder-steen",  regel  18  „Nauberou". 

3405.  —  40.   „De  Ridder  van  bet  Gilde  kalf  of  Hopman  van  de  Vroege 
en  Laate  Slacht  tyd  In  Optogt  naar  't  Orakel  van  Delfos." 

Opschrift  boven  een  32-regelig  vers.  in  twee  kolommen,  gegraveerd 
onder  een  spotprent,  hoofdzakelijk  de  oprichting  eener  kompagnie  te 
Delft  hekelend,  die  in  tegenstelling  van  Hmeerendeel  harer  zusters,  geen 
opgfang  maakte.  De  bijnaam  kal  verschieters  den  Delftenaars  gegeven  om 
*t  verhaal,  dat  eens  een  schildwacht,  na  het  driemaal  „Werda?",  geschoten 
had  op  een  kalf,  dat  hem  naderde  toen  hij  op  wacht  stond  en  door  hem 
voor  een  vijand  werd  aangezien,  beeft  zeker  den  aanvang  van  het  vers 
in  den  mond  gelegd  van  den  tamelijk  onverstaanbaren  dichter;  het  luidt: 


Digitized  by 


Google 


326  OEOOT   TAFK&KBL    uBR   DWAASHEID  HiQ 

,/k  Schoot  menig  Togel  mis;  *kheb  ook  schaars  wild  goTangeiu 

De  Wind  myos  roers  oochtans  deed  zwjmen  dit  mak  beest, 

In  't  donker  by  geval  getroffen:  'tdiend  ou  meest 

Om  't  als  een  Qilde  kalf  mei  trom,  trompet  gezangen. 

En  ander  groot  getier  op  t'  o&en  aan  de  slacht,"  enz. 
In  't  midden  op  den  voorgruud  ziet  men  het  kalf.  dat  gondstukken 
spuwt,  met  een  lauwerkrans  om  den  nek  en  appels  op  de  horena.  Het 
is  gespannen  voor  een  slede,  beladen  met  goudstche  pijpen,  een  pak  met 
het  utrechtsche  wapen  erop,  een  trommel  met  moppen,  twee  rollen  Tarioas- 
tabak,  een  pauwenpastei,  kazen,  een  staartstid^  van  een  zalm,  enz.  Yo(ff 
op  de  slede  staat  een  mand,  waarop  een  man  zit,  wien.?  jas  met  knollen 
bezaaid  is,  die  met  een  blaasbalg  tkulf  vao  achteren  opblaast.  Bombaho 
zit  op  bet  beest,  met  een  geweer  over  den  schouder,  een  speenvarken 
onder  den  rechterarm;  op  't  hoofd  heeft  hij  een  driekouingeiikroon  es 
een  .,Marteus-Gans''  volgeus  't  vors;  op  den  m*^  een  aantal  panharingen 
en  wortelen;  aan  zijne  zijde  hangt  een  hoorn  en  op  ziju  bochel  staat  een 
A  „De  Grieküie  Alpha",  (spotnaam  voor  de  gevangenis  of  t  dolhuis  te 
Delft).  Met  de  linkerhand  liangt  hg  .,Mercuur  zyn  kap'*  (een  uarreukap 
met  vleugeU)  aan  den  Uollandschen  tuin,  die  op  eei> voetstuk  is  a^beeld^ 
en  waarbiuneu  nu  niet  de  Hollaud.sc-he  maagd,  maar  het  {>aanlje  sch . .  t^!d 
van  Law  staat,  dut  ook  hier  te  lau<le  „de  koopmauz^hap  verkracht' 
had.  Onder  het  kalf  leest  men:  „'t  Brood  dronken  beest,  ]>iend  ons  ter 
feesL*'  Vóör  't  kalf  uit  gaan  een  trommelslager  en  een  trompetter; 
onder  den  eerste  leest  men: 

„Uit  bet  vel  van  *tkalf 
Puurd  men  narren  zalf". 

Op  't  vaandel  ij  e  dat  aan  de  trompet  van  den  tweede  hangt,  leest  men: 
„Al  ons  geschater 
Is  wind  en  water". 

By  den  trompetter  staat  een  ooievaar  ('s  Gravenhage  ?],  die  naar  een 
rat  pikt  (Rotterdam?).  De  weg,  waarop  allen  zich  bevinden,  loopt  door 
tot  de  stad  „Schuy  lenburg"  (Kuilenburg,  dat  een  vrijplaats  was).  De 
Faam,  die  trompet  en  lauwerkrans  wegwerpt  (uit  schaamte  dat  Delft 
zoo  zijn  naam  verspeelde?),  is  rechts  boven  in  de  plaat  aferebeeld.  Inden 
rechterbovenhoek  ApoUo  voor  wien  Bombarie  geknield  ligt,  met  het 
bijschrift:  „Orakel  van  Delfos '  (gewrongen  zinspeling  op  Delft).  In  den 
linkerbovenhoek  is  een  gedeelte  vau  den  dierenriem  afgebeeld  met  het 
sterrenbeeld  de  Schutter  en  het  bijschrift:  „De  Zon  in  de  Schutter', 
weder  doelende  op  de  kalversclaeterij. 

Op  den  tweeden  grond  links,  achter  de  slede,  ziet  men  nog  een  man, 
die,  volgens  't  vers,  „verarmd  't  gegraaf  wil  vatten  by  der  hand:'*,  wat 
door  de  naast  hem  liggende  spade  moet  worden  aangeduid;  maar  die 
nu,   „daar  elk   voor  schroomd,  de  Kat  dè  bel"  aanbindt    Dit  „gegraaf" 


Digitized  by 


Göogle 


17£0  GROOT   TAFKRËKL    DhR   DWAASHEID  327 

ia  een  woordspeling  op  den  naam  van  een  persoon,  die  met  deo  wind- 
handel 'vermogen  kwijtraakte  of  op  't  graven  van  de  vaart  bij  utrecht. 
Gravure  gr.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Ik  ken  van  deze  prent  maar  éénen  staat. 
(Muller  No.  3575,  Stephens  No.  1676). 

3406.  —  41.  „Vonnis  van  Apol  over  de  Bubbels.*' 

Inschrifl  gegraveerd  in  den  bovensten  plaatrand  eener  spotprent  op 
den  windhflTidcl.  Bombario  zit  rechts  op  een  rots.  die  van  onderen  open 
is  en  waarin  men  den  „Acheron"  ziet,  volgenl  'tl6-regelig  vers,  dat,  in 
vier  rijen,  in  den  ondersten  plaatmnd  is  gegraveerd.  Op  het  vaandel, 
dat  Bombario  in  de  hand  heeft,  leest  men:  ..Och;  och!  leeven  we  noch". 
In  't  midden  der  plaat  sling-ert  Jupiter  zijn  bliksems  uit  de  wolken  op 
een  negental  personen,  die  den  windhandel  van  verschillende  plaatsen  en 
landen  moeten  aanduiden ;  zoo  heeft  een  der  voorsten  een  vnrkenskop  met 
pniik  (Weesp).  de  ander,  in  visscherskleedij.  harinsren  als  hoofdhaar  (Me- 
demblik}.  bij  deze  beiden  staat  een  nar;  verder  ziet  men  er  een  met  een 
kalfskop  (Delft?),  een  ander  met  wortels  als  hoofdhaar  en  met  een  hoorn 
in  de  hand  (Hoorn),  weer  een  ander  met  een  kool  als  hoofddeksel,  een 
met  een  hanekop  (fransche  MisMisippi-handel).  een  met  een  dopr(reukop 
(engelsche  Southsea-bubble),  een  met  een  ossekop  enz.;  allen  vluchten 
maar  worden  door  Herkules  tejjenjjehouden,  die  er  reeds  twee,  welke  men 
op  den  voorgrond  ziet  liQri,''en,  verslui^-en  heeft:  één  dezer  twee  heeft  de  hengel 
van  een  mandje  in  den  mond.  Links  zit  Apollo  op  een  wolk  om,  volgens 
't  vers,  de  vierschaar  te  spnnnen  over  al  deze  „Bubbel schap"  en  ze 
,,ten  Acheron"  te  bannen.  Bij  A]>ollo  ziet  men  de  Standvastigheid  met 
zwaard  en  zuil  bij  een  altaar,  waartegen  het  wapen  van  Haarlem  staat 
en  dat  met  het  wapen  van  Amsterdam  versierd  is;  naast  deze  de  Waar- 
heid met  spiegel  en  palmtak;  weder  links  de  Gerechtigheid,  met  zwaard 
en  weegschaal,  vóór  beide  laatsten  de  Hollandsche  mansrd,  met  speer  en 
vrijheidvshoed,  die  met  de  rechterhand  aan  Merkurius  een  zak  geld  toe- 
reikt, teeken  dat  de  werkelijke  handel  weder  herleeft  De  Liefde,  een 
moeder  met  twee  kinderen,  bij  wie  het  wapen  van  Tuiden  staat  en  de 
Hoop,  die,  geknield,  smeekend  haar  handen  om  't  anker  vouwt,  zijn  meer 
op  den  voorgrond  links  aff(ebee]d. 

Het  vers  vangt  aan:  „Gy  arme  Bubbeltjes,  wel,  wel,"  enz.  Gravure 
langw.  gr.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  ken  ik  slechts  één  staat. 
(Muller  No.  3676.  N.  b.  8.). 

8407.  —  40.  „Het  uitgeteerde  en  stervende  Actie  boomtje". 

Inschrift  in  een  lint  boven  een  zinnebeeldige  voorstelling,  in  zwaar 
geomament^rd  lijstwerk,  waarin  aan  iedere  zijde  een  knaapje  met  een 
anker  en  een  tulp  in  de  handen.  Een  doode  boom  staat  rechta.  links 
Kupido,  bij  een  hoog  huis,  met  pijlbundel  om  de  heupen  en  in  plaats  van 
een  boog  een  zwaar  gearceerd  anker,  dat  er  natuurlijk  in  dezen  staat 


Digitized  by 


Google 


328  OEOOT   TAnntBlL  DEB   DWAASHKID  1730 

bygegrmYeerd  i«,  in  de  rechterhand;  op  den  achtergrond  de  ingang  tbb 
een  tuin.    Onder  de  yooratelling: 

,3choon  de  eid1e  Hoop  nog  hoopt,  het  actie  boomtje  sterft. 
Zo  dra  'txyn  yoedxel  Tan  den  wind  en  dwaasheid  derft" 
Ook  dit  prentje  behoort,  eyenals  plaat  80,  44,  46  en  40,  in  K.  Sweeit8> 
Mmfk9ngm  m  ZimtubóeUm.  Amst  1607.  in-8*. 

Ook  dit  pren^e  ia  alleen  door  het  100-regelig  vers  in  boekdrak, 
dat,  in  T^jf  gel^ke  kolommen,  aan  weerszijden  en  onder  het  plaa^e 
ia  a%edrukt,  op  den  windhandel  toepasselijk  gemaakt;  de  inhoud 
daarvan  komt  op  het  Yolgende  neer:  De  aktieboom,  die  gekoesterd  d<»r 
franache  lonneatralen  (Missisippi-akties)  en  gevoed  door  'tzuidemat  [the 
Bouthaea-bnbble),  zoo  spoedig  en  welig  opschoot  terwijl  de  loten,  die  er 
in  den  vr^en  tuin  der  Nederlanden  op  geönt  waren,  aanvankelijk  frisch 
groeiden,  geeft  plotseling  den  „doodsnik",  tot  teleurstelling  zijner  kweekers. 
Verwacht  Udele  Hoop  nog  herstel,  *tis  vergeeft,  al  zegt  z^  ook  dat 
ditielfde  boompje  de  ,.6ticht8se  Domkerk  en  haar  toren"  ver  beneden 
lich  zal  laten,  als  z^n  wortels  zich  hechten  „In  de  aarde,  uit  UitiechiB 
vaart  gegraven/'  en  dat  het  pal  staan  zal  aan  die  „Nieuwe  haven",  hoe 
ook  de  wind  tegen  het  boompje  aanstormt.  En  al  groeide  het  hier  niet, 
ook  't  Enkhuize^zand  verzekert  het  tegen  omvallen.  Vleit  de  Hoop  zich 
daarmede,  *tis  alles  ijdel;  daarom  hate  men  „déze  Actie-handel,  En  vat{te} 
de  Koopmanschap  wéér  aan.*' 

Gravure  in-8*.,  z.  n.  v.  gr.  (maar  door  P.  van  den  Berge).  Muller 
No.  3677-  N.  b.  S.).  Van  deze  prent  ken  ik  vijf  verschillende  staten  vrat 
de  verzen  aangaat,  terwijl  in  staat  </  en  zijn  variante  (beide  alleen  voor- 
komende in  de  late  kollektieve  uitgave  van  het  Groot  Tafereel),  het  plaa^e 
is  vervangen  door  een  ander  met  onderschrift:  ,.sy  overwin  tde  win.'\ 
nit  dezelfde  serie  van  Sweerts,  maar  niet  voor  dit  doel  veranderd. 
Ie  kol.  a  b  e  d 

reg.  4  blader  loze  bladerlóze  bladerlóze  bladerlóze 

„     öschielyk...  zjn      schielyk...  zjn      schieljk..  zyn       schielyk...  zijn 

luister  luister  luyster  luyster 

„     6  schielyk..  by..      schielyk..  hy..      schielyk..  hy..      schielijk.,  hy.. 

dAlen,  dilen,  dilen,  dèlen, 

„   10..ryst..  weinig     reist.,  weinig       reist.,  weinig       reyst..  weynig 
„   11  zon.,  gloeid  zon...  gloeid         zon...  gloeid         Zon....gloeyd 

„    12 regen  vlagen,       regenvlagen;        regenvlagen;        regen vl&gen: 
„   18  linde  en  populier  linde  en  populier  linde  en  populier  Linde  en  Populier 
„   16  duizend  bloes-      duizend  bloes-      duizend  bloes-      duyzend  Bloee- 

zema  zems  zema  zems 

„   18  stam  stam  stam  Stam 

„   10  bloeizel  en  sie-     bloeizel  en  sie*     bloeizel  en  sie-     Bloeyzel  en  Sie- 
raad, raad,  raad,  raad. 


Digitized  by 


Google 


1720                       OBOOT   TAFBRBBL   DBB  DWAA8HBID                       329 

Ie  kol.    •           a 

i 

e 

d 

reg.SOa^emat, 

a%emat, 

a%emat, 

aljgremat; 

Sekol. 

reg.  1  Actieboom 

Aotieboom 

Actieboom 

Actie-boom 

„     2  zonne-etiAlen, 

zonnestralen 

zonne-strélen, 

zonne-striden ; 

„     8  suider  nat  ge- 

zuider-nat ge- 

zuider-nat ge- 

znyder-nat ge- 

voed, 

voed, 

voed, 

voed; 

„     5  kruin; 

kruin; 

kruin; 

kruyn; 

„     7  tuin. 

tuin, 

tuin. 

tuyn. 

«     »Wyl 

Wyl 

Wyl 

wyi 

,,  SObetilen. 

betelen. 

betAlen. 

betren. 

Sekol. 

reg.  1  dwéze 

dwéze 

dwize 

dwèze 

„     7  vlam, 

vlam; 

vlam, 

vlam. 

,,  14  beschoren, 

beschoren, 

beschoren. 

beschoren, 

„   16SUcbt88e...  haar 

Stichtese..  haar 

SUchtsse..  haar 

Stichis8e...haaren 

toren 

1                     toren 

torei 

i                     toren 

„   10  berg  en  duin, 

berg  en  duin, 

berg  en  duin. 

Berg  en  Duyn, 

„   20  voorhoofd  stoten 

;  voorhoofd  stoten 

;  voorhoofd  stoten 

;  voorhoofdstoten; 

4e  kol. 

reg.  2  Uitrechte 

üitrechts 

Uitrechte 

üytrechte 

„     5  Enkhuizer  zand 

Eokhuizer  zand 

Enkhuizer  zand 

Enkhuyzer-zand 

„     7  uitgegréven 

uitgraven 

uitgegniven 

uytgegrèven 

„   lOgewaszen, 

gewaazen. 

gewaazen, 

gewassen, 

„   12  verraaien, 

verrsszen. 

verraszenf 

verrassen, 

,>   ISbóge 

hoge 

hoge 

hoge 

„   leiigttelyk 

ligtelyk 

ligttelyk 

ligteiyk 

„   20  geven. 

geven. 

geven. 

geven. 

Sekol. 

reg.  2  geld  en  schatten 

geld  en  schatten 

t  geld  en  schatten  Geld  en  Schatten 

„     3  Actiekraam 

Actiekraam 

Actiekraam 

Actiekraam 

„   11  Armoe 

Armoe 

Armoe 

Armoe 

„   17  schuldenaars 

schuldenaars 

schuldenaars 

Schuldenaars 

„   20Zo  zuiver, 

Zo  zuiver. 

Zo  zuiver. 

Zoo  zuyver, 

Ben  variant  van  den  staat  d  heeftin  kolom  1,  regel  6  „d&len",  12  „regen- 
vlagen;*', 20  „a%emat,**;  kolom  2  regel  2  „zonne  strtÜen,",  8  „gevoed,'*, 
20  „betelen.*';  kolom  3  regel  1  „dwéze*',  14  „beschoren**,  16  „Stichtese.... 
haar  toren**,  20  „voorhoofd  stoten;**,  kolom  4  regel  7  „uytgegréven**, 
13  „hoge**,  20  „geven.";  kolom  6  regel  20  „Zo  zuyver,'*. 

3408.  —  48.  „De  schynschoone  Actie-Sphinx  springt  hier  zig  zelven  dood, 
Zo  dra  als  Edipus  het  vals  geheim  ontbloot** 
Inechrift  gegraveerd  in   een  lint  boven  in  een  niet  veel  beteekenende 


Digitized  by 


Google 


330  OROOT  TAFBRBKL    DBR   DWAASHEID  1730 


■potprent  op  den  windhandel^  bigkene  den  inhoud  van  het  40-regelig'  ven 
gemaakt  toen  de  aktiee  al  leer  aan  *t  dalen  waren. 

Rechts  ligt  een  man  voorover  op  een  ton,  in  welks  bodem  een  hen 
gegraveerd  is,  en  braakt  aktien  op  ,, utrecht",  „(Nfia]rden*\  ..Weesp''  sn 
„Bokhoisen/'.  twee  mannen  ondersteimen  hem,  achter  deze  zijn  twee 
anderen  aan  't  onderhandelen,  één  van  dezen  wijst  den  ander  op  eea 
papier,  waarop:  ,J.  per  oent,  ik  ben  bedrogen.*';  achter  dit  groepje  kgkt 
weder  een  ander  tweetal  „den  kat  uit  den  boom",  een  derde,  die  dit  ook 
deed.  is  er  bij  in  't  water  gevallen  en  dreigt  te  verdrinken. 

Links  op  den  voorgrond  eeu  tweede  groep  waarvan  een  „winderige 
Actie^k"  en  een  joodsclie  .,8chagg'raar"  de  lKX>fdper8ouei!  uitmaken. 
De  eer^  heeft  eeu  jjepier  in  de  liokerliand,  waarop:  ,,Je  Zuid  200  .*'. 
£eu  mftu  en  een  jongen,  rechts  van  den  deftig  gekleeden  gek,  reiken  hem 
papieren  toe,  die  door  een  tweeden  man  wonien  opgeraapt.  Op  't  papis 
van  den  jongen  htaat:  ..Of  ik  een  Gek  vond  .'*;  op  dit  van  den  man: 
„Kan  ze  u  diueu,  tot  1.  kwart  geef  ik  ze.'*  De  man,  die  ze  o[^niapt.  bukt 
naar  twee  papieren:  ,.0p  hiK)p'  en  ..K1ad*>apii'".  Achter  en  links  vanden 
jood  en  den  aktiegek  ^taau  nog  eenige  )>ersoneu.  onder  welke  er  één  ia 
met  een  papier  in  de  hand.  waarop  ..Vrak".  Meest  op  <len  voonrrfnd  ve<»gt 
een  iu»der  zich  de  p08teriorea  met  een  aktie.  waarop:  ..Hier  zvn  ze  hel  best 
toe";  iets  ho<jger  een  vrouw,  in  't  vei-s  de  ..Dienstmaagd"  genoemd,  die  bij 
een  vuur  stant.  waarin  ze  reeds  een  papier  geworpen  heefl:  ..Goet  om  te 
brande',  terwijl  ze  er  een  verscheurt  wraarop  staat:  .,Weg  die  prullen '^; 
rechts  van  deze  dienstbode  staat  een  man  met  muts  op  en  slaaprok  aan,  op 
wiens  papier,  dat  hg  in  de  linkerhand  heeft,  men  leest:  ,.Wa&  ik  ze  maar 
kwyt".  Boven  deze  groep  wordt  een  man,  die  een  aantal  blazen  met  wind 
gevuld  om  't  lijf  heefl,  door  den  adem  van  den  windi/od  voortgestuwd. 
Meer  naar  achter  is  een  rots  afgebeeld,  waarvan  de  aktie-sfinx  ..zig  te 
barsten  springt".  Een  man  tracht  roet  eeu  langen  stok  den  ingang  van 
de  rots  binnen  te  gaan,  wat  hem  niet  gelukt  omdat  hij  dien  dwars  voor 
't  lijf  houdt  Aan  de  uiterste  punt,  rechts  van  de  rots  staat,  volgens 
't  vers,  .,Edipufc". 

In  't  midden  op  den  tweeden  grond  rijdt  een  man,  met  hoorn  aan  den 
mond,  op  een  bok  naar  „Yiaanen",  dat  rechts  op  den  achtergrond  ligt, 
maar  door  een  hek  en  wachthoudende  soldaten  afgesloten  is,  daar  er 
,,geen  plaats  te  vinden '  is.  Ook  een  geruïneerde  &milie  (man,  vrouw  en 
twee  kinderen),  begeeft  er  zich  heen. 

Het  40-regelig  vers,  in  vier  kolommen,  onder  de  plaat  gegraveerd, 
vangt  aan : 

„Een  zieke  speugt  hier  de  Acties  weer, 
Waar  meê  zyn  maag  was  overleden,"  enz. 

Gravure  langw.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Ik  ken  van  déze  prent  alleen  dezen 
staat  (Muller  No.  8678,  Stephens  No.  1677). 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFEUEKL   DEB    DWAASHEID 


331 


8409.  —  44.  ,J)e  Bubbel  Jongen  op  de  Jagt** 

Inschrift  'n  een  liut  boven  een  voorstelling  in  oraamentrand;  onderaan 
ligt  in  dit  ornament,  aan  weersEijden  van  een  hart  met  twee  pijlen 
doorstoken,  een  hert;  bovenaan  een  'eeuw  aan  weerszijden  van  een 
gehama«it  knaapje,  met  ««chilil  aan  den  linkerarm.  De  weinig  zeggende 
voorstelling  vertoon*  rechts  een  ree  tot  eenboom  vervormd;  links  een 
leeuw  en  een  knaapje  met  brandende  &kkel  in  de  rechterhand.  Ouder 
de  voorstelling  staat  *t volgende  gegraveerd: 

,,De  bubbel  Jongen,  die  zyn  sciiatten  heeft  verspild, 
Tragt  nu  naar  voordeel,  met  het  Jagen  van  grof  wild." 

Deze  plaat  behoort,  evenals  de  prenien  No.  89,  42,  46  en  40,  in  K. 
Sweerts,  Mengehangen  en  Zinnebeelden.  Am:''t.  1097.  in-8*. 

Ook  deze  preut  moet  door  *t  lOO-regeiig  vers,  dat  ji  vijf  gelijke  kolom- 
men aan  weerszijden  eu  oiider  de  afljeeMing.  in  boekdruk  staat,  weder 
pa:fklaar  voor  den  windhandel  worden.  De  korte  inhoud  van  het  vers 
komt  hierop  neder:  Gelijk  een  „Debouchant*,  aa  alles  verteerd  te  iiebben, 
als  hij  ziet  dat  armoe  genaakt,  naar  ,.<>ostiiijen**  gaat.  zijn  dwaasheid 
verweunchende;  z^6  doet  ook  deze  ..Bubbel-joncren"  {de  jongen  met  de 
fekkel;.  llij  heeft  in  de  „Comjmgüie,  Het  zy  van  Wesep.  Naarden.  Horen" 
veel  verloren,  doch  meest  in  de  Zuid,  toch  zoekt  hij  met  bubbleu  zijn 
fortum  te  maken  en  tracht  met  jagen  den  kost  te  winnen.  De  leeuw 
(Nederland)  en  eenhoorn  (Engeland)  wil  Uij  vangen,  maar  't  mislukt, 
ieder  bespot  hem  in  zijn  ongeluk  behalve  zijn  bubl>el vrinden,  die  met 
hem  den  windhandel  vervloeken.  Men  duwt  hem  wortfU  (Hoorn)  onder 
den  neus,  men  slaat  hera  met  een  rotte  kool  (Uotterdaro  ?)  in  't  gezicht, 
of  draait  een  strop  van  .,heunip  van  Tergouw"  (Ciouda)  voor  hem ;  de  een 
werpt  hem  met  Utrechts  zand  (graverij  van  ütrec^ht),  een  ander  met 
Enkhuizer  zand  (zandplaat  vó^r  die  stad),  een  deixle  met  ..een  héle  mand 
Vol  varken.s-staarten"  (Weesp).  Het  regent  T.Korenbrandewyn,"  (Schiedam) 
en  met  .,Osze8clionkeü'\?)  wordt  hij  geologen,  zelfe  met  een  walvisch- 
kakebeen;  over  dit  alleA.  klaagt  de  bubbeljongen,  die  uit  het  ..Missisippis 
hol . . .  Met  een  ontfonkte  toorts  komt  lopen,  Om  op  de  f^eeuwen-jagt  te 
gaan;",  de  'eeuw  spot  echter  met  nem  en  zal  zijn  vrijheid  bft<cheniien 
met  ..Zwaard"  (Hanrlem},  ..Kruis"  (Amsterdam)  en  ., Sleutelen*'  (Leiden), 
de  drie  steden,  die  geen  compngnien  upziclitten. 

Gravure  kl.  In-S*.  .1».  V.  D  Berge  ui  et  Pee  *.  (Muller  No.  8B79.  N. 
b.  S.).  Van  deze  plaat  ken  ik  vier  ietterdr ukken : 


Ie  kol.  a 

reg.  6  ledekant 

„   17  Bubbeljongen, 
2e  kol. 
reg.  1  Zuid, 

„     8  lang-vergaard^ 


ledekant 
Bubbeljongen, 

Zuid, 
l;u)g-vergaarde 


c 
ledekant 
Bubbeljongen, 


ledikant 
BulbeljoDgen, 


Zuid,  Zuid ; 

lang  vergaafxie    li^  vergaarde 


Digitized  by 


Google 


332                       GROOT  TAPKRRBL   DBE   DWAASHRID                       1720 

Se  kol                • 

i 

e 

d 

rag.  10  Benbórao 

Benhóren 

Eenhóren 

Eenhören 

„    12  verlangen 

verlangen 

verlangen 

verlangen. 

„    14  bei 

bei 

bei 

bei 

,,   15  Arglifltigheid, 

Arglistigheid, 

Arglistigheid, 

Argelistigheid, 

Se  kol. 

peg.  TCompigniee, 

Compagniee, 

Compagnies 

Compagenies, 

M     » 't  geen 

'tgeen 

*tgeen 

'tgeed 

,f   11  Bcheduuw 

scbaduuw 

schaduw 

schaduw 

„  18  Bubbel-netten 

Bubbel  netten 

Bubbel  netten 

Bubbel  netten 

,,   ISdeagnyks 

daaglyks 

daag'Ujks 

daaglijks 

„    16  voor 

door 

door 

door 

4ekoL 

reg.  6  Enkhuizer  zand, 

Enkhuizer  zand, 

,  Enkhuizer  zand, 

,  Ënkhuizerzand 

,,    18  allerachrikk'lyk- 

allerschrikk'lyk- 

alderschrikkMyk- 

alderschrikk-lyk. 

ste 

1                        ste 

ste 

ste 

„   16  Walvis  kaken. 

Walvia-kake. 

Walvis-kake. 

Walvis  kake- 

been, 

been, 

been, 

been, 

„    19  my  niet 

my  niet 

my  niet 

myn  niet 

„   ao  léven, 

léven, 

léven. 

leven, 

6e  kol. 

reg.  2 nieuwgeinven- 

nieuw  gein  ven- 

nieuw  geinven- 

nieuw  geinven- 

teerde 

)                   teerde 

1                   teerde 

teerde 

.,     5  Bubbelaar, 

Bubbelaar, 

Bubbelaar, 

BubbeUar; 

3500.  —  4Ö.  „Bronwater  of  geneesmiddel  voor  de  Zieke  Actionisten". 

Inschrift  in   een 

lint  boven  een  v( 

K)r8telling  in  gefi 

gureerd  randwerk, 

waarin  van  onder  twee  kindertjes  zijn  afbeeld,  die  aan  weerakanten  in 
schalen  de  waterstralen  opvangen,  welke  bovenaan,  evenals  de  bron  links 
in  de  voorstelling  zelf,  uit  een  rots  ontspringen.  Het  prentje  vertoont 
verder  rechts  een  jongske  staande  in-  en  drinkend  uit  die  bron.  Onderde 
afbeelding  is  't  volgende  gegraveerd: 

„Al  wie  Z3m  maag  te  veel  met  d'  Acties  heeft  bclaén, 
Proeft  deez'  vergetelbeek;  zo  zal  zyn  kwaal  vergaan." 

Het  plaatje  behoort,  evenals  de  prenten  39,  4<2,  44  en  44),  in  K.  Sweerts, 
MenffelzoH^en  en  Zinnebeelden.  Amst.  1697.  in-8^ 

Het  lOOregelig  vers,  in  boekdruk,  dat  in  vijf  kolommen  aan  weers- 
zyden  en  er  onder  is  afgedrukt,  moet  ook  dit  plaatje  weder  dienstbaar 
maken  aan  de  bespotting  van  den  windhandel.  De  korte  inhoud  komt 
hierop  neer: 

Als  iemand  door  droeve  rampen  getroffen  en  door  't  ongeval  overrom- 
peld wordt,  (vooral  als  *t  eigen  schuld  is),  dan  is  vergeten  van  *t  geen  ge- 
beurd is  noodig,  om  weder  tot  bezadigdheid  te  komen  en  tot  rust  Tot  die 
getroffenen  behooren  zij,  die  door  den  windhandel  geld  en  goed  verloren 


Digitized  by 


Google 


1720 


OBOOT   TAFERBBL   DER   DWAASHEID 


333 


hebben ;  waardoor  de  een  zich  't  „staal  veegt  door  zjn  8trot/\  anderen 
stikken  „in  een  Strop."  De  dichter  raadt  echter  de  Aktiehandelaars: 
schept  moed!  drinkt  ge  van  dit  ,.Vergete1nat*'  uit  „Lethes  stroom"  dan 
voelt  ge  uw  schade  niet,  ,/ti8  Probatum  eet!'*,  alles  vergeet  ge  erdoor; 
Enkhuizen  met  z^jn  ,.Zandplaat*\  „utrecht*'  met  zijn  „Vaart,  of  Haven ;" 
Purmerend  met  zijn  Assurantie,  Alkmaar  met  zijn  wisselhandel,  Mon- 
nikendam met  zijn  „Commercie*\  Muiden  met  zijn  visscherij  op  baars 
of  bot;  Naarden  en  zijn  fluweelfabrikaadje,  Weesp  met  zijn  varkens;  zoo 
raakt  de  geheele  windnegotie  aan  kant. 

Gravure   kl.   in-8*.,  z.  n.  v.  gr.  (maar  naar  en  door  P.  v.  d.  Berge);  in 
den  linkerbovenhoek  gemerkt:  ,.pag.  14",  (Muller  No.  S580.  N.  b.  8.). 
lekol.  a  i  c  d 

reg.  8zyn  zjn  zyn  zijn 


„     5  plaagt.,  einde- 

plaagd... einde- 

plaagd...  einde- 

plaagd...  eynde- 

loos                       loof 

1                       looc 

loos 

„   11  bezadigtheyt 

bezadigtheyt 

bezadigtheit 

bezadigheyt 

„   12aangenéime 

aangenaame 

aangenaame 

aangenaame 

„   13  vergetelheid 

vergetelheid 

vergetelheit 

vergetelheyd 

„    IB  geleid. 

geleid, 

geleid. 

geleyd, 

„    lö  ned'righeid 

nederigheid 

ned'righeit 

ned'righeyt 

„   19  goed  en  geld, 

goed  en  geld. 

goed  en  geld, 

Goed  en  Geld, 

Se  kol. 

reg.  1  zjn  strot. 

zyn  strot, 

zyn  strot. 

zyn  Strot, 

8  Besluitende  zyn  Besluitende  zyn  Besluitende  zyn  Besluytende  z^n 
lévens  lot  lévens  lot  lévens  lot,  lévens-lot, 

4Tergouwse  Tergouwse  Tergouwse  Tergouwze 

0  ..Word  by  't  ein-  ..word  by  't  ein-  ..word  by  't  ein-  ..word  by  't  eyn- 
de.. zyn  de.,  zyn  de.,  zyn  de.,  zyn 
QDewyl...  zyn        Dewyl...  zyn        Dewyl...  zyn        Dewyi...  z^n 

11  schuimend  bloed,  schuimend  bloed,  schuimend  bloed,  schuymend-bloed, 

..angstig  zweet,     ..angstig  zweet    ..angstig  sweet,      ..angstig-zweet, 

12  ...Zwaard,...  ge-    ...Zwaard,.,  ge-     ...Swaard,...  ge-    ...Zwaard,...  ge- 

dreven, dreven.  dréfë.  dreven. 

18  Actiehandelaars,  Actiehandelaars,  Actiehandelaars,  Actie-handelaars, 
14zyt...  schyven,      zyt..  schyven»     zyt..  schyvenf     zijt...  Schyven, 
15  ..eer,.,  naam,..       eer...  naam,..        eer,.,  naam,..         Eer,..  Naam,.. 


geld,.. 

goed. 

geld.. 

goed, 

geld,.. 

goed, 

Geld,..  Goed, 

„   1«  droefheid 

droefheid 

droefheit 

droefheyd 

M    Hzyt 

2yt 

zyt 

4jt 

„   IQdoorsnyd; 

doorsnyd ; 

doorsnyd; 

doorsnyd; 

Sekol. 

reg.  2  uit.,  rots 

uit.,  rots 

uit.,  rots 

uyt..  Rots 

„     8  bmisiende 

bruiaxende 

bruiaxende 

bruyxende 

Digitized  by 


Google 


334 


GEOOT   TAFEREKL   DER   DWAASHBU) 


1720 


Se  kol.              # 

è 

e 

d 

ng.  isehrikklrk 

schrik'lyk 

echrikklyk 

schnkk'Iijk 

„     5  haer...  uiU. 

haer...  uit.. 

haer...  uit.. 

Haar.„  uyt... 

hoofd. 

hoofd, 

hoofd. 

hooffl, 

„     6  frebruiken. 

gebruiken. 

gebmiken. 

gebruyken. 

„     7  DewjL.  droef- 

Dewyl... droef- 

Dewyl... droef. 

DewijL..  droef- 

heid 

heid 

heit 

heyd 

„     8  duiken ; 

duikeu ; 

duiken ; 

duyken ; 

„    lOcid'le 

eidle 

eidle 

eyd'le 

„    11  hej^eud'. 

he!i<«n«V 

heicfend\ 

heygend', 

„   18  ..darmen   vmm^. 

..darmen,  maag, 

..darmen,  maag. 

..Darmen,  Maag, 

en  buik. 

en  buik, 

en  buik 

en  Bnyk, 

„    ISligtlMyk 

ligt'lyk 

ligtlyk 

ligtlijk 

^   14  inde  Bubbel  fuik 

in  de  Bubbel -fuik 

in  de  Bubbel-fuik 

in  de  Bubbel-fiiyk 

„   IBxyt 

zyt 

zyt 

rijt 

4e  kol 

reg.  6  Purtnerent. 

Purmerent 

Purm  erend. 

Purmerend, 

„     8  Zyn  Wiszels 

Zyn  Wiszels 

Z^n  Wissels 

Zijn  Wis-fela 

„     9  Commerrieryke 

Commercieryke 

Cninmercieryke 

romm-?reierijke 

t.    10  zyn 

zyn 

zyn 

zijn 

„   11  lofflvk  Muiden 

lofflyk  Muiden 

loflyk  Muiden 

loflijk  Muyden 

„   ISzjn  viszery, 

zyn  vi.aery. 

zyn  Vissery. 

zijn  VLs^ry, 

„   17  nooit.  Wind 

nooit  Wind 

nooit.  Wind 

nooyt.  W^ind 

-fluweel; 

-fluweel ; 

fluweel  *, 

-fluweel; 

6e  kol. 

reg.  1  Van 

Van 

Ven 

Van 

„     2  Varkena-handel 

Varkenshandel 

Varkenshandel 

Varkenshandel 

„     3  wind  neiJTotie 

wind  negotie 

wind  negatie 

Wiud-negotie 

„     5  Lethes  stroom ! 

Letbefi  stroom! 

Letlies  stroom! 

Lctliea-r,troom ! 

„     9  Windne(Totie 

WindnejTotie 

Wiudue{<otie 

Wuid-negotie 

„   18  uit.,  voort  ge- 

uit.,  voortge- 

uit.,  voortge- 

uyt. .  voortge- 

bragt 

bragl 

bragt 

bragt 

„   17dewyl 

dewyl 

dewyl 

dewijl 

„   30  uit  uit  uit  uyt 

Van  den  staat  d.  is  er  een  variant,  deze  heefl  in  de  4e  kolom,  regel 
12  ..varen;"  voor  ..varen.**  in  regel  18  ..Wesep"  voor  „wesep'*.  in  de 
5e  kolom,  regel  9  „Wind  negotie"  voor  „Winduegotie"  en  in  regel 
12  .,nacrt  spelonk"  voor  „nagt-spelonk**. 

8501.  —  4A.  „De  Inventeur  der  wind  negotie,  op  zyn  Zegekar." 

Opschrift  in   boekdruk   boven  de  door  de  Inschrifleu  tot  een  spotprent 
op  den  windhandel  vervormde  prent,  hier  voren  onder  No.  31S8  beschreven 
als  karrikatuur  op  't  veriies  van  Menin  22  Augustus  1706. 
,fCarreman*\  de  man  op  den  toren  rechts,  is  veranderd  in  een  ,3child- 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT  TAFSRSBL   DKR   DWAASHEID  835 


w&gt  Tan   missisippi.*' ;   in   het  papier,   dat  hij  in  de  rechterhand  heeft 
staat  nu: 

,,I>e  missisippi  en  de  Zuid, 
Die  hebbc  al  het  Geit  Yerbruit." 
By  z\jn  afvallende  pruik  leest  men: 

,Jk  zugt  Toor  al  de  rampen,  die 
Ik  nog  yan  yer  yoor  handen  zie.'* 
In  het  gebroken  yaandeltje  in  zyn  linkerhand:  „Door  den  dollen  Wind." 
Boven   bet   hoofd   yan   den   man   in  den  wagen,  getrokken  door  twee 
hanen   wier  staarten   in    basiliskenstaarten    veranderd    zijn,    staat    hier 
boven  den  rond  gebogen  tak,  als  opschrift:  „Magere  Lauw  erier/*    Op 
den   standaard,   dien  hij  in  de  linkerhand  heeft:  ,,Gróte  Standerd  van  de 
missisippi  Compagnie/'    Boven  bij  de  kaars  wier  vlam  is  ingekort  (voor 
den  toeschouwer  rechts  van  deu  man),  is  nu  bet  volgend  6-regelig  vers 
gegraveerd: 

„Ach  de  Actie  kaars  brand  in  de  pjp, 
En  hoe  ik  ook  myn  zinnen  sljp, 
Ik  weet  geen  uitkomst  meer  te  vinden. 
Want  door  de  Missisippi  winden. 
Schoon  my  die  deden  ~  groot  profeit, 
Raak  ik  ligt  'tOeld  en  'tlioven  kweit." 
De  padden  vroeger  op  den  stok  van  de  vlag  rechts  van  den  man  (links 
yoor  den  toeschouwer)  zijn  weggeslepen,  maar  nog  fiauw  zichtbaar.    Op 
het  doek  staat  nu: 

„'t  Begin  was  goet, 
De  Winst  was  zoet, 
maar  ach'  het  ende, 
Komt  alles  schende." 
De  hanekop,  die  in  *t  origineel  onder  deze  vlag  boven  de  kar  uitkwam, 
is  weggekrabt,  maar  nog  zichtbaar. 

De  inschriften  op  het  slikbord  zijn  gebleven,  dèt  tusschen  wagen  en 
kasteel  is  veranderd  in: 

„Winsten  inde  Vlucht 
Kastelen  inde  Lucht." 

Het  gebroken  karretje,  rechts  op  den  voorgrond,  heeft  als  opschrift 
gekregen:  „Ontramponeert  Actie  Sjeesje.";  de  lischbloemen,  die  erachter 
op  stonden  zyn  weggeslepen;  links  onder  de  gebroken  hoornen  is  hier 
gegraveerd: 

„Wy  zyn  langs  *tglibbrig  Actie  padt, 

Met  Sjeesjes  uit  ons  goet  gereden, 

Nu  is  de  buidel  kaal  en  plat, 

'tOeen  ons  beroid  te  Voet  doet  treden.'^  ' 


Digitized  by 


Google 


336  GROOT  TAFB&BBL   DBE   DWAASHEID  17^0 

Op  *tpipier  Tmn  den  hiokenden  bode  links  op  den  voorgrond:  .^Kreopde 
Courier  van  de  Zuid  Zee  Compagnie". 

Aan   weersx^den   van  de  junmi  staat  een  80-rege1ig  yers  in  boekdruk, 
beginnende: 

„Het  Hoofd  der  Koopmanachap  van  wind. 

Of  de  Inventeur  der  dolligheden. 
Wier  achynschoon  'talles  heeft  verblind, 

Word  hier  op  'tpragtigst  voort  gereden 
Door  Baxeliaken/*  enz. 
Aan  *t  einde  worden  de  bestuurders  der  drie  niet  geaktioneerde  steden 
weder  niet  luinig  verheeriykt,  door  de  volgende  peroratie: 

„d  Burger  Heeren  die  zo  trouw  ' 

üw  steden  doet  in  Vryheid  bloegen, 
Tot  nut  van  Neêrlands  staats  gebouw, 
Lang  Moet  uw  Stam  in  Luister  Groeijen  !'* 
Gravure  gr.  in-4^.  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3581,  Stephens  No.  1071). 
Van  deze  plaat  is  m\j  één  staat  bekend  en  een  kopie,  die  de  volgende 
afwijkingen  met  het  origineel  vertoont: 

*t  Opschrift  boven  den   man  op  den  toren  hier  ,3chilt  wagt  van  Mis- 
sisippi,'*;  in  *t papier  in  zijn  hand: 

„De  Missisippi  ende  Zuijdt 
Die  hebbe  Al  het  geit  verbrujt*\ 
By  zyn  afvallende  pruik: 

„ik  zugt  voor  al  de  Rampe  die 
ik  nog  van  ver  voor  handen  sie". 
In  het  gebroken  vaandelje:    „Door  den  dollen  wind'\ 
Boven  het  hoofd  van  den  wagen:  „Magere  Lauw  Rier'\ 
Op  den  standaard  in  z\jn  linkerhand:    „Groote  Standaart  Van  de  Mis- 
sisippi Compangenie'* 
Terzyde  van  de  kaars,  voor  den  toeschouwer  rechts  aan  den  wagen: 
„Ach  de  Actie  Kaars  brandt  inde  pgp 
Bn  hoe  ik  ook  mjn  sinne  sl\jp 
ik  weet  geen  uitkomst  meer  te  vinden 
Want  door  de  Missisippi  winde 
Schoon  Myn  die  Deeden  groot  profijdt 
Raak  in  Ligt  tgelt  en  Leeven  kwyt'\ 
Op  het  doek  achter  op  den  wagen  wapperen : 
„t  Begin  was  goet 
De  winst  was  soet 
maar  acht  het  ende 
komt  Alles  schende*'. 
De  inschriften  op  het  slikbord  zyn  hier:  „Naar  tgasthuys**,  „a.LHoft> 
pital". 


Digitized  by 


Google 


1720 


GEOOT   TATBREBL   DBR   DWAASHEID  337 


Tu88cheD  wag'ea  en  kasteel  staat  hier: 

Winsten  inde  Vlugt 
Kastelen  inde  Lngt. 

Boven  het  gebroken  karretje:  „Ontramponeert  Actie  sieesje*'. 
Onder  de  boomen  yan  dit  voertuig: 

„Wij  zijn  Langs  glibberig  Actie  padt 
Met  sieesjes.  uyt  ons  goet  gereeden 
Nu  is  de  buydel  kaal  en  plat 
*t(>een  ons  berooyt  te  voet  doet  treeden". 
Op   't  papier  van  den  hinkenden  bode:  „Cruepele  Couiier  vande  Zuyd, 
Zee  Compageni". 

Van  deze  kopie  bestaan,  voor  zoover  ik  weet,  drie  verschillende  letter- 
drukken.  Ik  geef  hier  de  opschriften  in  boekdruk,  welke  boven  deze 
kopiën  staan,  naast  elkander,  met  eenig-e  onderlinge  verschillen  in  den 
tekst  der  verzen  aan  weerszijden  der  plaat: 

a  h  e 

De  Inventeur  der//    De  Inventeur  der//     De  Inventeur  der// 

wind-negotiei//  windnegotie »//  w  i  ad-negotiei// 

Op  zyn  Zeege-kar.     Op  zyn  Zegekar.      Op  lijn  Zeege-kar. 
reg.    3  lioks    schijn-schoon  schjnschoon  schijn  schoon 

„      6      „      Dwang-garélen,  dwanggnrélen,  Dwang-garélen, 

„     17      „      Stort...  zwaarte  Stort...  zwarte  Stoort.,  zwaarte 

„    22      „      zijn  Allongie-pruyk   zyn  Allongie-pruik    zijn  Allognie  pniyk 
,,    26      „      Wolk-kasteel  wolk-kasteel  Wolk  kasteel 

„    27      „      Missisippi  over-         Missisippi  over-         Missippi  over- 

kraayen,  kraaijen,  kraayen, 

^    84      „      maag,  maag.  mag, 

„    21  rechts   Zuydzée  Zuidzé  Zuidzee 

„     28      „      Zeeuwtjes  Meeuwtjes  Zweeuwtjes 

Behalve   de   hier   aangegeven   verschillen  zijn  er  meerdere,  die  echter 
geen  afw^kingen  voor  de  drie  drukken  onderling  aangeven. 
3502.   —  47.    „De    Kornet  van  Vuil  gewin  of  Wortel  en  besse  postiljon 
op  zyn  mager,  doch  niewlyks  gemest  Varken  uitschreewende  DeKompany 
is  vol." 

Vierregelig  opschrift  boven  een  32-regelig  vers,  gegraveerd  in  twee  kolom- 
men, onder  een  spotprent  op  de  windnegotie,  meer  speciaal  op  die  te  Hoorn. 
Links  op  den  achtergrond  een  huis,  waarvan  de  vensterluiken  open  staan ; 
voor  één  der  vensters,  waaruit  een  vaandel  steekt  met  het  inschrift:  „De 
Kompany  is  vol.",  staat  een  man,  die  waardelooze  akties  toewerpt  aan 
een  aantal  lieden,  die  op  straat  staan  en  zich  verdringen  om  een  dezer  pa- 
pieren, met  een  O  gemerkt,  te  bemachtigen.  Op  den  tweeden  grond  rechts, 
met  een  hoorn  aan  een  koord  om  't  lyf,  Bombario,  die  brakende  en  eenfleech 
naar  den  mond  brengend,  op  een  varken  r\jdt,  dat  akties  en  wortelen  spuwt; 
XT  SS 


Digitized  by 


Google 


338  GROOT   TAPERERL   DBR   DWAASHEID  172O 


de  we^  Tóór  hem  is  belegd  met  papieren,  wurop  van  links  naar  rechu  en 
Yfin  boven  n^ar  onder  de  Tol^nde  inschrifien  staan:  ..Edam  18.  mill:'- 
,.AlkmaAr  24.  milHoen",  ..Hoorn  JO.  miU:"  ..Monnikkendam  20.  mir.i 
oen*.  „Medenblik  ld  "min:".  ..Enkhuyaen  20.  mill:*\  ,,P«nnerend  5. 
millioen."  Een  man.  die  links  daarby  op  één  knie  zit  Tult  een  narrenkap 
met  wortels  en  Kgi,  volfi^ns  't  onderscbrift : 

,Jk  vul  de  Kap  Toor  'twindrig  volk. 
Dat  waande  dat  ze  ons  Koe^'e  molk." 
Boven  Bombario  zeven  ..Harpyen*\  van  welkede  voorste,  die  een  dolf  in 
hare  klauwen  heeft,  en  wi«  door  ..de  Faam*' een  narrenkap  opgezet  wordt, 
een  menigte  nieuwe  akties  uitbraakt  over  den  bultenaar,  op  wiens  muts 
een  vogel  zit  met  een  paar  akties  in  den  bek.  Op  den  voorgrond  sta^t 
een  koe  tot  aan  den  buik  in  't  water,  die  , .Acties  en  wortelen  vreet'' 
en  zegt: 

„Die  kost  zjn  we  ongewoon, 
De  Lyn  koek  spant  de  kroon.*' 
Het  touw  dat  zij  om  de  horens  heeft  wordt  door  Bombario  vastge 
houden.  Achter  het  varken  twee  jongens,  en  iets  verder  rechts  nog  een 
derde,  elk  met  een  varkensblaas  aan  een  stok;  de  voorste  houdt  het 
varken  bij  den  staart.  Op  den  achtergrond  water  en  bergen;  van  den 
meest  rechts  liggenden  berg  springen  een  man  en  een  bok  omlaag;  in 
den  hoek  der  plaat,  daar  boven,  een  gedeelte  van  den  dierenriem  met 
,J)e  Zon  in  de  Steen  bok.".  Het  vers  vangt  aan:  „Loop!  Actie-nar  loop 
aan"  enz.  Gravure  gr.  infol..  z.  n.  v.  gr.,  doch  zeker  van  denzelfden,  die 
plaat  40  graveerde;  waarvan  deze  een  pendant  is.  Ik  ken  er  slechts  één 
staat  van.  (MuMer  No.  3582.  N.  b.  8.). 

3503.  —  48.  ,.De  lachende  Ezopus,  ophet  kool  maal,  gehouden  ter  afscberd 
van  de  Actieapen." 

Zinneprent  op  den  geeindigden  windhandel,  met  bovenstaand  inschrift 
in  eeu  lint.  dat  vastgehouden  wordt  door  een  uil  en  een  raaf.  volgens 
't  vers  beelden  vnn  hen  ,.Die  's  nachts  de  kalverstraat  in  kruidden.  Om 
ryk  te  zyn,  of  niet  een  bruy."  Dit  44-regelig  gedicht,  onderteekend : 
,.Eoop  je  geen  Kool!'*,  is  in  vier  kolommen  onder  de  voorstelling  gegra- 
veerd en  vangt  aan:  „Dit  tafereel  vol  snaaksche  grillen.**  enz.  De  voor- 
stelling vertoont  in  't  midden  een  zevental  apen  (de  zeven  provinciën)  van 
welke  er  vier  zich  roeester  hebben  gemaakt  van  een  groote  kool  en  ieder 
der  drie  overige  een  kleinere  kool  in  de  pooten  houdt.  Links  ^ijst  Esopus, 
die  zelf  een  kool  op  de  linkerhand  heeft,  met  de  rechter  op  dit  afscheids- 
maal van  de  wind-  of  koolverkoopers;  vóór  hem  liggen  nog  een  achttal 
kooien.  Rechts  vervolgen  vier  wolven  even  zoovele  schapen  om  hun 
j.ryke  vacht",  volgens  't  vers: 

„Dat  Eigentijk  ons  wil  beduiden, 
Hoe  deugd  en  waarheid  wierd  verdrukt 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  339 


Door  Wolven,  die  in  't  West  en  \  Zuiden, 
Schier  alles  hebben  kaal  g'eplukt;'*  enz. 

Aangekomen  bij  hun  „apen  Tiinden*'  (mede-windhandelaars),  links  op 
den  tweeden  grond,  worden  de  wolven  vriendschappelijk  ontvangen. 
Rechts  op  den  tweeden  grond  zijn  een  aantal  wolven  bezig  elkaar 
te  verslinden.  De  achtergrond  is  geheel  door  water  en  heide  ingenomen. 
Van  achter  het  lint  beschijnt  de  zon  een  wolk,  waarop  de  Tijd  gezeten 
is,  die  door  den  leeuw  aan  Merkurius,  in  plaats  van  akties,  een  vollen 
geldbuidel  doet  geven,  om  hem  voor  ondergang  te  bewaren. 

Gravure  br.  infol.,  z.  n.  v.  g^.   Van  deze  plaat  is  mg  blechts  één  staat 
bekend.    (Muller  No.  3583,  Stephens  No.  1078). 
8504.  —  49.  „Tytel-Print  der  Actie-kraam  Of  Voor-hof  van  Quiuquenpoix." 

Opschrift  in  een  lint  boven  de  afbeelding  van  een  deftig  gekleed 
heer,  die  aan  een  links  zittende  dame  zijn  liefde  verklaart  doch  door 
haar  afg-ewezen  wordt;  rechts  op  den  achtergrond  Kupido.  In  den 
zinnebeeldig  geornamenteerden  rand  ziet  men  aan  iedere  zijde  een  pijl- 
bundel van  den  liefdegod  en  een  brandende  toorts.  Bovenin  is  een  oog 
afgebeeld,  waaruit  naar  alle  zijden  pijlen  schieten;  uun  iedere  zijde 
daarvan  een  Kupido,  die  op  wolken  staat  eu  den  boog  aanlegt  op  dat  oog. 

Onder  de  voorstelling  is  gegraveerd: 

,,De  Grote  Projecteur  der  Koopmanschap  van  Wind 
Smeekt  hier  de  Schijnschoon  die  de  Wereld  thans  verblind." 

Deze  gravure  kl.  in  8®.,  .,?.  V.  D.  Berge  in  Pee:",  behoort,  evenals 
de  prenten  42,  44,  45  en  49  van  het  „Tafereel"  oorspronkelijk  in  K. 
Sweertfl,  Menffehangen  en  Zinnebeelden.  Amst.  1697.  in-8*. 

Het  prentje  is  hier  omgeven  door  een  broeden  krans,  deel  uitmakend 
van  een  prent.  die.  naar  't  mij  voorkomt,  oorspronkelijk  als  liaskaart  ver- 
vaardigd en  voor  dit  doel  gewijzigd  is.  Boven,  onder  en  aan  weerszijden 
zijn  in  die  krans  voorstellingen  in  ovalen  aangebracht. 

Bovenaan  ziet  men  in  een  liggend  ovaal,  volgens  *t30-regelig  vers 
onder  deze  grootere  prent  gegraveerd,  Eölus.  Hij  reikt  blazen  met  wind  toe 
aan  lieden,  die  aan  weerszijden  de  handen  daarnaar  uitstrekken;  links. in 
een  staand  ovaal,  een  bewoner  van  de  Missisippi-streek  gewapend  met 
boog  en  pijlkoker,  een  vederbos  op  't  hoofd  en  achter  hem  een  kro- 
kodil; rechts,  eveneens  in  staand  ovaal,  Law  ,,door  den  wind  om  hoog 
gehaald";  onderaan  is  in  een  liggend  ovaal  de  meermin  van  de  Zuidzee 
a%ebeeld. 

Links  van  het  bovenste  ovaal  hangt  een  bos  wortelen;  rechts  ziet 
men  een  vat,  twee  rollen  tabak  en  twee  zakken  waaruit  rook  opstij^^t 
Onder  't  ovaal  links  ligt  een  pak,  gemerkt  AV.  S.,  daaronder  een  drietal 
boeken  en  drie  rollen  papier;  onder  het  ovaal  rechts  een  kompas,  een 
graadmeter  en  een  wereldbol.  Onder  het  onderste  ovaal  zit,  tuaschen 
twee   opgenomen    gordynen,   een    koopman   geld  te  tellen  aan  een  tafel, 


Digitized  by 


Google 


340  OROOT  TAFBRBKL   DBR    DWAASHErO  1730 


waarop  e«n  viertal  xakken ;  tegen  den  achterwand  hangen  twee  schnderijen 
In  den  linkarbiMtedenhoek  der  plaat  zit  Merkurius  op  een  steen,  gemerkt 
,.N0:AS5";   io   den   rechterbenedenhoek   is   Neptunus   met  drietand  en 
waterkruik  a^ebeeld. 
Het  vers,  dat  begint: 

„Aanschouwer  sta  met  aandagt  sUl, 
Wilt  ge  üw  nieüsgierigheid  verzilden' 
In  déze  Qüinqüenpoise  bladen'\  enz. 
eindigt  aldua: 

„Hier  med  wens  ik  ü  wel  te  vdren! 
De  Aanschouwer  mag  de  rest  verkléren.'* 
Nu,   dit   laatste   is  niet  erg  gemakkelijk  met  sommige  hier  a%ebeelde 
zaken. 

Deze  rand  is  een  gravure  gr.  in-fo1.,  z.  n.  v.  gr.  (Zie  voor  de  ge- 
heele  prent:  Muller  No.  3584.  8tephens  No.  164i). 

Van  deze  plaat  ken  ik  twee  staten;  het  verschil  ligt  echter  alleen 
in  't  daaronder  gegraveerde  vers;  daar  leest  men: 

«  h 

Ie  kol.  reg.    2  v.  b.  versóden  verzien 

„      „     10    „     Windsieraden  Windsier^en 

„      „     11     „     lauw  Lauw 

2e     „      ,,     12    ,f     aanstaande  aanstaanden 

In  geen  der  talrijke  door  mij  vergeleken  exemplaren  vond  ik  staat 
üy  dan  in  dèt  van  den  heer  R.  W.  P.  de  Vries  te  Amsterdam. 

8505.  —  50.  „Harlekin  en  Bombario  in  den  Bouw.'' 

Inschrifl  bovenin  een  kleine  spotprent  op  den  windhandel.  Rechts  op 
den  achtergrond  zijn  Harlekijn  en  Bombario  naast  elkander  afgebeeld; 
elk  heefl  ten  teeken  van  rouw  een  uitwaaienden  lamfer  aan  den  hoed; 
die  van  Harlekijn  heeft  tot  inschrift:  „onse  negosie  is  uit";  die  Tim 
Bombario:  ,,De  Vreugt  is  gedaan".  Op  den  hoed  van  den  laatsten  staat 
een  omgekeerd  glas,  hij  heeft  een  blaasbalg,  met  inschrift:  „de  Windblaser 
is  leck'\  als  viool  in  de  rechterhand  en  een  tang  als  strijkstok  in  de 
linker.  Links  bovenin  een  uithangbord,  waarop  een  pot  over  brandende 
akties  te  vuur  hangt,  met  onderschrift  ..actie  Koolpot".  Bedrog  is  op  den 
voorgrond  afgebeeld  als  een  sater,  met  een  papier  in  de  rechterhand, 
waarop:  „Het  actiespel  heb  ik  bedogt*';  op  den  gescheurden  geldzak, 
dien  h\j  in  de  linkerhand  heeft  en  waaruit  geldstukken  vallen,  staat  ..Be- 
drog is  uyt".  Naast  Bedrog  ..Mercurius  ontwaakt",  zooals  men  leest 
op  't  papier,  dat  links  van  dezen  ligt  Achter  den  handelsgod  ziet  men 
nog  een  man  en  een  vrouw. 

Deze  geheele  voorstelling  is  als  op  den  sluitsteen  van  een  poort  ge- 
graveerd, waarin  het  volgend  4-regelig  versje: 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFBRBSL   DBB   DWAASHEID  341 


„De  Rouw  van  Harlekin  is  droevig 
Bombario,  is  mal,  en  Sinndloos, 
Om  zyn  Broeders  Doodt  zeer  boos. 
Waar  is  de  Kist,  en  zyn  groeving." 

Onder  deze  dichtregels  de  hoofden  van  een  achttal  personen  van  ver- 
schillenden stand  en  sekse. 

Het  vers  in  boekdruk,  dat  in  driemaal  zeven  4^regelige  koepletten  aan 
weerszijden  en  onder  het  prentje  is  geplaatst,  zegt  van  deze: 
,.0m  laag  zoo  ziè  je  van  die  Lieden, 
Die  Directeuren  ons  bedieden, 
Die  trots  en  deftig  op  gekleed, 
Vast  Leven  van  een  Aarsmans  sweed."  [tic). 

Gravure  kl.  in-S^.,  z.  n.  v,  gr.  (Muller  No.  8585.  N.  b.  8.). 

Van  deze  prent  zijn  mij  vijf  staten  van  de  verzen  in  boekdruk  bekend. 

Het  groothte  verschil  in  den  tekst  onderling  is,  dat  de  derde  kolom 
regel  8  in  a  heeft  „Aarsmans  sweed.",  b  «Aarsman  sweet.*',  c  en(/„Aar- 
mans  sweet.";  verder  hebben  a  en  d  in  kol.  1  regel  2  „Wyl  kleine'', 
c  en  d  „Wy  kleyne"  en  heeft  regel  22  in  a  „weer",  in  b,  c  en  rf„weêr". 
In  kolom  2  regel  1  staat  in  a,  3euc.,Harlekeintjes", in  rf„Harlekeintj;s"; 
in  regel  18  heeft  a  ,.uyt  geblaaseu",  b,  c  en  </ hebben  „uytgeblaasen".  In 
kolom  3  regel  2  staat  in  a  en  3  „wreede  toren",  in  c  .,wreede  tooren" 
en  in  d  „wreeden  tooren";  regel  26  heeft  in  a,  b  en  c  „aangespannen,*' 
in  d  „aanspannen,". 

Een. variant  van  a,  in  het  exemplaar  van  den  heer  R.  W.  P.  de  Vries, 
heeft  in  kolom  1,  regel  26  „Trekt  uu"  in  de  andere  „Trekt  nu". 

De  gravure  is  een  gewijzigde  navolging  van  het  titel  plaatje  voor  deel  I 
van  Molière,  Oeuvres.  Amsterdam,  Jacques  Ie  Jeune.  (A  la  Sphère)  1675. 

fién  reproduktie  der  oorspronkelijke  prent  komt  o.  a.  voor  als  frontispice 
van:  Louis  Lacour,  Etudes  sur  Molière  Le  Tartnf e  par  ordre  de  Louis  XIV 
Le  véritable  prototype  de  Vlmposteur.     Paris  A.  Claudin,  1877.  in  12*.      • 

In  dit  werkje  wordt  de  volgende  .,Ëxplication  de  l'estampe''  gegeven 

„ün  Hercule  sous  la  forme  d'un  Satyre  figurant  la  puissance  de  la 
satire,  terras.se  THypocrisie  représentée  par  une  femme  k  laquelle  il 
arrache  son  masqué  et  qu'il  étrille  en  lui  cardant  la  chevelure  comme 
les  palefreniers  font  le  poil  aux  chevaux.  Il  y  a  un  proverbe  d'Oudin  qui 
dit:  „VoHS  battez  le  souJUt,  tous  serez  mal  chauffé^  C'est  ce  que  semble 
exprimer  le  prinripal  acteur  è  droite:  voua  étiillez  T  Hypocrisie,  vous  ne 
la  vaincrez  pas.  Celleci,  forte  eucore,  montre  des  bras  vigoureux,  elle  se 
relèvera  et  luttera  de  nouveau  coutre  la  Vérité.  Sa  fiole  aux  ouguents 
eat  renversée,  son  brüle-parfums  est  éteint;  mais  elle  recouvre  et  delend 
une  arme  dont  elle  fera  u.suge  bientot.  Le  per^onnage  au  bdton  qui  se 
préparait  peut-être  k  porter  aide  è  la  Satire,  espéce  de  matamore  &  toutes 
fins,   comprend   TaUusion  du  souMet  et  se  tient  coi. 


Digitized  by 


Google 


342  OROOT   TAFBRKEL   DER   DWAASHEID  1720 


Derrière,  une  vieille.  en  coatame  monaeal,  endoctrine  des  jeuoes  g«ns. 
Au  desHus  se  lit  rinscriptioa  ..Doublé  bière  de  Gobelin''  signifiant  que  les 
discours  de  la  donoeuse  d'avis  sont  de  doubles  mensongx^s.  „GobeÜH"' 
c'est  VeBpTÏX  diabolique.  Ie  conseiller  dea  mauvaises  heures.  très-populaire 
Boua  ce  Dom  dans  les  Flandrea  et  en  Nonnandie. 

Sous  reofleigne  du  cabaret  dans  Ie  lointain,  ont  lieu  d'autres  scènes  de 
pu^tat.  La  Mauvaise  foi  et  la  Vérité  paraiasent  auzprisea.  Cettedemière 
est  applaudie  par  dea  enfhnta.  tandis  que  certain  badaud  approuve  oelle-lè, 
qui  preDd  sa  revanche  et  daube  Ie  fouet  k  la  main. 

Les  speotateurs  commentent  Voeuvre.  L'artiste  a  dü  avoir  lidée  de 
repréaenter  des  comédieus.  La  figure  priucipale  entre  les  deux  personnag^a 
qui  toument  Ie  dos  rappelle  les  traits  de  Molière." 

Uit  deze  nauwkeuri^^e  beschrijving  is  *t  verschil  tusachen  het  zeldzame 
oorspronkelijke  prentje  en  zijn  navolging  in  't  „Tafereel  der  Dwaasheid*' 
op  te  maken. 

3506.  —  51.  ,,Virtute  et  probitate." 

In^chrift  in  een  kartouche  midden  in  den  breeden  boog  als  van  een 
tooDeeldekonitie,  waarvan  bloemguirlandea  afhangen.  De  dubbele  voorstel* 
ling  geeft  't  levensbeeld  te  zien  van  „Een  opregt  Koopman."  (8)  en  van 
„Ken  gelt«iugtige  Koopman."  (9):  als  zoodanig  aangewezen  in  de  verklaring 
der  cijfers  l~14>  in  de  plaat,  gegraveerd  in  den  ondersten  plaatrand.  Over 
een  baluHtrade.  welke  in  *t  midden  open  is,  hangt  aan  iedere  zijde  een  kleed^ 
waarop  links  is  gegraveerd:  .,L  loannis  II:  16.  17  Al  dat  in  de  Werelt 
ia  (namelyk}  de  begeerlykheyt  des  vleescha,  ende  de  begheerlickheyt  der 
oogen,  ende  de  grootsheit  des  levens,  en  is  niet  uyt  den  Vader,  maar  is 
uyt  de  Werelt."  (dit  is  alleen  het  16e  vers).  Op  het  rechterdoek  staat: 
.,1  Timothem  VI :  9,  10  Die  ryk  willen  worden  vallen  in  versoeckinge 
ende  (in)  den  strik  ende  (in)  Tele  dwase  ende  schadelyke  begeerlickheden, 
welke  de  menschen  doen  veraincken  in  verderf  ende  onderganck*.  Het 
volgende  vers  begint:  „Want  de  geldgierigheid  ia  een  wortel  van  alle 
quaet"  enz. 

Een  jong  koopman  staat  bij  den  doorgang  der  balustrade,  met  een  volle 
geldbeurs  in  de  rechterhand;  hij  wendt  zich  af  van  de  Armoe  (U).  die 
links  bij  den  ingang  staat  en  hem  wil  bewegen  zich  tot  „De  waarhyt 
op  haar  troon."  (l)  te  begeven,  die  links  op  den  tweeden  grond  zit 
met  de  „Geregtighyt"  (2)  en  de  „Wysheyt,"  (3)  aan  hare  zijden;  ook 
let  de  jeugdige  man  niet  op  't  engeltje  dat  ter  rechterzijde  van  den 
ingang  staat  en  een  geornamenteerden  steen  vasthoudt,  waarin  men 
leest:  „Mattheus  VI  :  19.  30  vergadert  u  geen  schatten  op  der  aarden 
daarse  de  mot  en  roest  verderf  (dit  is  alleen  het  begin  van  vers  19) 
Kap  XVI  :  26.  Want  wat  baat  het  een  mens  zo  hy  de  geheele  wareld 
wintin  lyt  schaden  ann  zyne  ziele."  Hij  luistert  slechts  naar  de  ..Aarts- 
gesintheyt."    (10).   afgebeeld   als  eene  vrouw  wier  kleed  met  slangen  be- 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  343 


xaaid  is,  die  een  spinneweb  op  de  borst,  een  vleermuis  in  't  haar,  en 
't  gelaat  met  moesjes  bedekt  heeft;  zij  wgst  hem  op  de  „Godinne  des 
Rykdomis  op  baar  glaze  troon  op  wint  wolke  gebouwt."  (4),  wier  kleed 
met  geldstukken  en  rozen  bezaaid  is;  in  den  linkerarm  heefl  ze  pauwen- 
veeren, in  de  rechterhand  een  scepter  met  een  vischhaak  als  punt,  als  om  er 
't  geld  mede  naar  zich  toe  te  trekken,  dat  „Een  geltsugtige  Koopman.^ 
l9)  haar  in  een  beurs  met  de  rechterhand  aanbiedt,  daartoe  aangezet  door 
„Bedrog."  (6),  die,  met  een  muizenval  op  't  hoofd,  links  van  hem  staat. 
Aan  de  linkerzijde  der  godin  ligt  een  draak;  rechts  van  haar  staat 
„Schalkheit."  (B)  met  een  papier,  waarop  ,.1000  Millarde."  in  de  rechter- 
hand, een  vosseuvel  over  hoofd  en  schoiiders,  het  kleed  met  vischhaken 
bezaaid;  naast  deze  vrouw  een  pauw  met  uitgespreiden  staart.  Voor  de 
voeten  der  godin  staat  een  rijksappel  als  doos  (het  gedeelte  met  't  kruis 
er  op,  ligt  er  als  deksel  tegen  aan),  waaruit  allerlei  ketens  en  ridderorden 
hangen,  terwijl  hg  met  stokbeurzen  vol  geld  gevuld  is  en  er  nog  een 
paar  vóór  liggen,  van  welke  er  een  opengegaan  is.  Met  haar  voet  ver- 
treedt'zij  den  Merkuriusstaf.  Boven  ia  haar  glazen  (dus  zeer  breekbaren) 
zetel,  is  gegraveerd:  ..Prov  XXVI  (dit  moet  zijn  XXVII)  20  De  helle 
en  het  verderf  wort  niet  versadigt";  ouder  dit  inschrift  een  doodshoofd. 
In  den  troon  van  de  Waarheid,  inet  een  vlam  op  het  hoofd,  een  zon  in 
de  borst,  een  vredespalm  iu  de  rechter-  en  eeu  buitengewoon  groote 
parel  in  de  linkerhand,  leest  men,  met  toespeling  op  deze  laatste:  ..Mat. 
XIII  45.  40  Het  koninkryke  der  hemel,  is  gelyk  een  koopman  die 
üchone  perele  soekt". 

Boven  den  troon  een  engeltje  dat  een  kleed  wegneemt,  waardoor  het 
alziend  oog  zichtbaar  wordt.  De  rechterarm  der  Gerechtigheid  rust  op  een 
geornamenteerd  ovaal,  waarin:  ..Prover.  XI .  1.  Een  bedriegelykke  weeg- 
schale  is  de  Heere  een  grouwel.  Ka.  XXI:  3  Geregtighyt  en  Regtdoen 
'm  by  den  Heere  uytgelezener  dan  offer."  Zit  deze  rechUs  van  de  godin  des 
rijkdoms.  links  van  haar  stiat  Minerva  met  een  speer  in  de  linkerhand, 
terwijl  zij  met  de  rechter  een  ovaal  vast  heeft,  waarin:  ..Spreuke  XV :  16 
Beter  is  een  wynig  met  de  vrese  des  Heeren  dan  een  grote  Schat  en  onruste 
daar  by".  Vóór  den  vast  gegrondvesten  troon  der  Waarheid  staat  een  altaar 
met  opu  hart  midden  in  't  daarop  brandende  vuur.  Volgens  iu.schrift  ter  zijde 
van  t  altaar  beteekent  dit  „'t  Hert  geloutert  door  liefden.'  Achter  dat  altaar 
ziet  men  ..Een  opregt  Koopman.'  (8)  naar  den  tro^)n  geleid  door  Merkurius, 
met  een  haan  op  zijn  gevleugelden  hoed,  die  met  zijn  staf  naar  de  godin 
wijst  en  door  de  ., Deugt."  (7j,  die  een  opengeslagen  boek  in  de  rechterhand 
heeft,  waarin:  „Pro.  XXIII  23  koop  waarheit".  Ter  zijde  ligt,  op  de 
trappen  van  den  troon,  de  „Geltsugtige  nyt"  (12),  vertreden  door  den 
rechtervoet  der  Waarheid.  Met  de  linkerhand  houdt  ze  eeu  open  geldzak 
vast,  met  de  rechter  grijpt  ze  naar  de  papieren  (aktieu),  die  vóór  haar 
op  den   grond    liggen,    van  links  naar  rechts  met  de  vo'g^ende  cijfers  er 


Digitized  by 


Google 


344  OROOT   TAFEREEL   DER   DWAASHEID  1720 

in:  .,100",  .,1000'*.  ..10000*',  „100"  en  ^100".  U  bij  de^odinne  des  Rijk- 
doms  MQ  d(*r  pilareo  van  den  boog*,  waaronder  haar  troon  staat,  jpeheel 
met  viachhaken.  slangen  en  pijlen  versierd,  hier  zijn 't  ankerf.  vredepalmen, 
enz.  Denb  hooftlTooralelIiog  wordt  van  't  g-een  er  verder  op  den  acht^r^ 
grond  is  afgebeeld  weder  gescheiden  door  een  balustrade. 

Men  ziet  daarachter  een  uit^breiden  doolhof,  met  een  fontein  in 
't  midden ;  de  hoogste  stralen  ontspringen  aan  den  bek  van  een  arecd. 
die  op  ©en  bol  staat  met  een  fransche  lischbloem  er  in  (rinapeliug 
op  dpn  franRfh<»n  W'ïidhHiidel);  aan  iedere  zijde  zit  op  den  rand  van 
tbasi-in  een  dog.  iSouthseabubble)  uit  wier  bekken  lagere  stralen  voort- 
komen; een  tweetal  mannen  dnnkt  van  dit  water.  Op  een  steen, 
tusprhrn  beiden  in.  stJiat:  ..loh.  IV:  18  Een  ider  die  van  dit  wat« 
drinkt  «al  wederom  dora'itenV  Verschillende  personen  bewegen  zich  ia 
dezon  doolhof;  recht»  ziet  men  er  o.  a.  twee  duelleeren,  enkelen  houden 
papieren  (aktipsi  omhoog;  aller  weg  leidt  echter  door  de  breede  poort 
met  eeu  doodshoofd  er  boven  en  waardoor  zij  uitkomen  op  ,.Den 
^^■eg  ten  vertlerve.'  (14).  waarop  (zonderlinge  ondereen  menging  van 
werke  ijkhtid  en  zinnebeeld),  de  rijtuigen,  die  de  aktiehandelaars  naar 
Vianen  brengen,  ala  symbolen  van  dat  verderf  schijnen  te  moeten 
dienen.  t 

Links  viin  den  doolhof  loopt  een  smal  pad  uit  op  eeu  smalle  poort, 
(lo4)r  welke  zij  ..I)eu  weg  töu  leven."  (13)  bereiken,  die  bergopwaarts 
leidt  naar  den  terapel.  boven  op  den  top.  Midden  op  dien  weg  sL^at 
't  Geloof;  iets  hooger  de  Liefde,  nis  een  vrouw  met  een  kind  op  den 
arm.  terwijl  de  Hoop  bovenaan  bij  den  tempel  zit.  Standvastigheid, 
Wijsheid  en  Oprechtheid  stuan  bij  den  ingang  der  poort  en  laten  een 
man,  met  schild  aan  den  arm,  er  door  garn.  Boven  den  doorgang  staat 
..Pro.  '21  .  16".  wuar  men  leest:  ..Een  mensche  die  van  den  weg  des 
ver^tants  afdwaelt;  sal  in  de  gemeynte  der  dooden  rusten.*' 

In  den  bovensten  plaatrand  is  gegraveerd:  ..Openbaring  XVIII  :S  idit 
moet  zijn  11)  De  Kooplieden  der  Aarden  zullen  weene  en  Rouwmaaken 
o\er  haar  om  dat  nimant  haare  waaren  meer  koopt.'* 

(3 ra V ure   br.    infol.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3686,  Stephens  No.  1706). 

Van  deze  plaat  zijn  m^  twee  staten  bekend  : 

a  de  hierlwven  beschrevene: 

b  dezelfde  plnat.  uu  met  een  28regelig  vers  van  ,,Filip  Piek.",  in  twee 
koloramiMi,  in  boekdruk,  eronder,  dat  tot  op.schrift  heeft:  „De  nuttige,  en 
nuttelooze  koopman.'  en  aanvangt:  ..Üeldzuchtig  Koopman,  uu,  wel 
aan. '  enz. 

Van  't  vers  onder  den  tweeden  staat  zag  ik  vier  varianten.  De  voor- 
naamste verschillen  zijn: 

a  i  e 

Ie  kol.  reg.    6  v.  b.  wend,  wend  wend, 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT  TAPKRREL   DBR   DWAASHEID  345 


Ie  kol.  reg.  10  v.  b.  ontzietd  ontzielt  ontzield 

.,  „     11      „     wellustigheeden      wellubtigheden     wellustigheeden 

„  „     m      „     Maar.  .Waarheid  Maer . .  waerheit  Maar..  Waarheid 

aangebeeden:  aangebeden:        aangebeeden: 

,,  „     13      „     wysheid  wysheit  Wysheid 

3e  kol.     „       1  daaden,  di;den,  daaden, 

„  ,,       3      .,     ragt  recht  regt 

4      „     aardsche  Aertsche  aardsche 

De  vierde  ia  best  te  hji kennen  aan  het  woord  „Qeldzugtig"  in  den 
eersten  regel  van  'tvers,  dat  hier  met  een  „g*\  in  de  andere  met  een 
„ch"  gespeld  ia. 

3507.  —  52.  „De  Laggende  Law,  De  Treurende  Actionist  met  de  Sme- 
kende Mercurius". 

Opschrift  van  een  53-regelig  vers,  in  drie  kolommen,  gegraveerd  onder 
een  spotprent  op  den  windhandel.  Links  op  den  voorgrond  staat  een  man, 
die  Law  voorstellen  moet,  met  een  hoorn  des  overvloeds  vol  geld,  welken 
hij  ledig  laat  loopen  in  een  kist.  reeds  boordevol  met  geld,  dat  ,Jlogon- 
getelt"  is.  zooals  er  op  zijde  in  de  kist  is  gegraveerd;  een  open  zak  met 
..1000  gl."  en  een  toegeboudene  liggen  in  de  kist;  er  tegenaan  staat  een 
toejrebonden  zak  met  ..1000  Ducate"  en  een  opene  ook  met  geld  gevuld. 
Vóór  de  groote  kist  staat  een  sluitmand,  waaruit  een  zware  juweeleu 
ketting  en  een  kleed  hangt,  waarop  „Parelen  en  Juwelen".  Liuks  hiervan 
nog  twee  kleinere  volle  kisten,  waarbij  bokalen,  zakken  met  gold,  losse 
muntstukken,  enz.  Achter  Law,  op  een  voetstuk,  een  jongetje  dat  zeep- 
bellen blaast,  waarbij: 

,,Vo    or  water  en  wind 
Heeft  Law    de  splind". 
In    het   eerste   gedeelte  van  het  vers  wordt  Law  sprekend  ingevoerd; 
het  begint: 

„K'  moet  laggen  zeker  waar  als  ik  myn  schat  aanzie 
En  als  ik  overdenk  hoe  veel  en  ook  al  wie 
Dat  ik  bedroogen  heb  met  myn  papiere  listen",  enz. 
Hg    wordt   in   zijn  alleenspraak  gestoord  door  den  bedrogen  aktionist, 
die   in    't  midden    der  plaat  op  gelijke  lijn  met  Law,  met  den  steekhoed 
in    de   rechter-   en   den    wandelstok    in  de  linkerhand,  weeklagend  staat. 
Vóór  hem  liggen  een  menigte  aktién  met  de  volgende  inschriften:  „Har- 
liuge  en  Huhsel",  „Monnikendam",  ,,Zwor\  „Voor  W  oerden'',  „Wesep", 
., Naarde   en    Muiden",  ,.Zuid  en  West",  „Voor  Utrecht",  „Voor  Edam", 
..Medenblik'\  „Voor  Purmerent",  ,,Hoom  en  Enchuiser",  „Voor  alckmaar", 
„Voor   Delft',    .,Voor  den  Haag",  „Voor  Rotterdam",  „Voor  Middelb.", 
„Voor  ter  Gouw",  „Voor  Schiedam",  „Voor  Vlissingen".    Tusschen  deze 
akties  een  hengelroede,  waarover  een  sater  gebogen  ligt,  met  bijschrift; 


Digitized  by 


Google 


340  6EOOT   TAFBREKL   DKR   DWAASfiSID  17£0 


,, Bedrog  dat  onder  d'  AcUes  lag 
Dat  komt  nu  heden  voor        den  dag". 
Na.'ist   dea    «iter,  naar  rechts,  een  vluchtende  vrouw,  vóór  welke  men 

„Sy  worde  ona  bedrog  gewaar 
Kom  vlieden  wy  nu  voor  t' gevaar". 
l>it   slaat   waarschijnlijk    tevens   op  't  gedrocht,  met  den  kop  van  den 
Nijd.   dat   in  den  reohterbenedeuhoek  ligt    Boven  dit  gedrocht  ziet  men 
Bombfirio  voorovergebogen  een  wind  latend  tegen  den  achter  hem  liggeoden 
wereldbol.  Op  zijn  rug  etaat: 

..Law  deed  dit  ook 
Met  wind      en      Rook". 
Achter   den    volkomen   effen   grond,  waarop  al  dit  a%ebeelde  staat,  is 
twee- derde   der   breedte   ingenomen    door   een   even    gladden  reespiegel, 
waarin    ..Stil  sta  nd    in  de    Zuid        Zee'\     Daar   boven,  geheel 

bovenaan,  een  gedeelte  der  zon  en  Ikarus,  wiens  vleugels  door  hare 
stralen  afsmelten,  omlaag  tuimeleud.  Onder  hem  staat:  „So  is  took  met 
hnar  gegaan'";  dit  heeft  betrekking  op  den  val  der  Zuidzee-kompagnie^ 
die  ook  aangegeven  wordt  door  het  ,.Van  1100',  dat  in  de  zon,  ..tot  100", 
dat  in  de  zee  gegravi'onl  is  en  de  .snelle  daling  dier  aktien  aanwijst.  In 
een  beurs,  die  als  bauderolle  in  de  wolkeu  ia  a%ebeeld  en  wier  beide 
uileinden  veel  op  windblazen  gelijken,  links  met  het  inschrift:  „Wfe>t', 
rechts  met  ,.Zuid".  staat  't  volgende  versje: 

.,'t  Leek  niet  als  Botter  voor  d'  spons 
Law  heeft  het  geit  daars  niet  voor  ons 
't  Is  weg  gewaayt  met  West  en  Zuyd 
Voor  ons  de  Beurs  voor  Law  de  kluyd." 
Het  rechter  één-derde  van  den  achtergrond  wordt  ingenomen  door  een 
stukje   heuvelachtig    land    op    welks   hoogste   punt  ..Vianen"  ligt     Een 
deftig  heer  [de  wanhopige  aktiouist  van  den  voorgrond),  op  den  rug  gezien, 
wordt  door  een  ,,Wegwyser"  op  die  plaats  attent  gemaakt.    In  den  rech- 
terbovenhoek de  Raad  der  goden,  waarheen  Merkurius  opstijgt  de  rechter* 
hand  smeekend  uitgestrekt  en  vragend: 

„Og  laat  de  Koopmanschap  weer  gaan 
Want  Wind  alleen  kan  niet  bestaan". 
Gravure  br.  in-fol..  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ken  ik  slechts  één  staat 
(Muller  No.  3687,  Stephens  No.  1682). 

3508.  —  53.  „Anatomie  der  Wind-Negotie,  of Bombario  voorden  Drommel." 
Opschrift  boven  een  vers  van  vier  lO-regelige  koepletten,  in  drie  ko< 
lommen,  gegraveerd  onder  een  spotprent  op  den  windhandel.  In  eeu 
landschap  staat  rechts,  op  den  tweeden  grond,  een  snijtafel,  waarop  het 
lijk  van  een  „Actie-Heer'  dat  geopend  wordt  door  een  man,  die  met 
twee   helpers  achter   de   tafel    staat     In   het  lijk  zijn  geen  iugewandea 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFERBEL   DER   DWAASHEID  347 


maar  ,.ri8teD  Varkens-blézeD,"  welke  de  dokter  in  de  hand  heeft,  die,  met 
grooten  bril  op,  aan  *t  hoofdeinde  der  tafel  staat 

Vóór  de  tafel  ligt  een  wereldbol;  in  brand  gestoken  door  een  man 
(volgens  't  vers  Law),  die  een  toorts  in  de  linkerhand  heeft;  op  't  papier 
in  zijn  rechterhand  is  gegraveerd:  „Ik  waag  er  de  Werel(t)  aan".  „Een- 
Touwdigheid  \  links  tegenover  Law  voorgesteld  als  een  knaapje,  tracht 
wel  met  eeu  potje  water  dien  brand  te  blusschen,  maar  dit  gelukt  te 
minder,  omdat  de  duivel,  die  achter  Law  staat,  met  een  blaasbalg  *t  vuur 
aanwakkert. 

Geheel  op  den  voorgrond,  aan  deze  zijde,  ligt  een  man  te  slapen  in  een 
wieg;  op  zijn  jaspand  ligt  een  papier,  in  't  vers  een  .,Actie-deken"  ge* 
noemd,  waarop  men  leest: 

„Om  dat  de  Schyn  bedriegt, 
Ben  ik  in  slaap  gewiegt." 
Het  wiegetouw  wordt  vastgehouden  door  een  aap,  die  geheel  links  zit 
en   in   den   rechterpoot  het  masker  houdt,  dat  hij  voor  den  snoet  gehad 
heeft? 

Links  op  den  voorgrond  zit,  volgens  't  vers,  „Loahard",  wien  de  duivel, 
die  achter  hem  stint.  een  blinddoek  voor  de  oogen  bindt,  terwijl  een 
aap  met  een  manteltje  om,  hem  het  i^eld  uit  den  zak  haalt. 

In  't  midden  op  deu  achtergrond  rijdt  Bombario  weg  op  het  zeven- 
hoofdig  monster;  volgens  'tvein: 

,.Beang8t.  Bekommerd,  en  Bedugt, 
Dat  eens  een  party  Actie  gekken, 
Door  't  geld  verlies  als  desperaat 
Hem  van  elkand'ren  mogten  scheuren,''. 
Het  vers  vaijgt  aan: 

„Een  Actie-Heer,  die  d' Actie- Wind 

Had  by  Scheeps-ladings  iugesldgen, 
Leid  hier  nu  Stom,  en  Doof,  en  Blind, 

En  zonder  ergens  naar  te  vragen; 
Geen  wonder,  want  hy  is  van  kant,"  enz. 
Gravure   infol.,   z.    n.   v.   gr.    Van  deze  prent  ken  ik  maar  één  staat. 
(Muller  No.  3588.  N.  b.  8). 

3509.  —  54.  .,Nieuw-Jaars  Geschenk." 

Onder  dit  inschrift  in  een  kartouche.  vastgehouden  door  een  muskus- 
dier, staat  nog: 

„nooit  Niew  Jaar 
Zo  vol  gevaar." 
Het  is  gegraveerd  boven  in  een  gefigureerd  en  zinnebeeldig  randwerk.  AI 
de  attributen  en  figuren  in  deze  omlijsting  voorkomende,  staan  in  verband 
met  den  winter.  Rechts  ziet  men.  van  boven  naar  onder:  een  paar  wanten,  een 


Digitized  by 


Google 


348  GROOT   TAFERBBL   DSB   DWAASHEID  1720 


gedeelte  Tan  een  ijs-tentje  waaronder  een  man  te  halverlijve,  die  ttisschen 
de  gevouwen  handea  blaast ;  een  paardenhalter  met  twee  arendskoppen ;  ge- 
heel onderaan  het  ijs,  waarop  een  pikhouweel,  een  schop,  eneenige  uitgehakte 
stukken  ijs.  Links,  eveneens  van  boven  naar  onder:  een  paar  schaatsen,  een 
gedeelte  van  een  ijs-tentje,  nu  met  een  jongen  er  in  die  sneeuwbaHen 
werpt,  arrepluimen  en  een  takkebos  en  bijl.  Onderaan,  in  't  midden,  een 
dwerg  op  een  prikslede.  Boveoaan.  ter  weerszgden  van  de  kartouche, 
statiedekken  met  bellen  voor  arresl ede-paarden,  waarboven  gegraveeid 
is:    „Narren    Schanddek    voor  Verkleumde   Wind     handel    aars.*'; 

er  onder:  „met  narren  Paarde  muskus  ge=  -parfomeerd  opg^raagoi 
aan  de  Geldgwün  Pecunia  door  de  Actie-prins  of  Viceroy  van  Flutua, 
in  zyn  niewe  Schuilhoek  zyn  Wanhebbeljke  Liefde  koesterende/'  Het 
aangehaalde  dient  als  opschrift  van  een  32-regelig  vers,  waarvan  de  eerste 
twaalf  in  twee  rijen  zijn  gegraveeM  boven-,  de  laatste  twintig,  eveneens 
in  twee  rijen,  onder  een  plaatje  dat  midden  in  dit  randwerk  is  afgedrukt 
en  oorspronkelijk  Pau  en  Veuus  moest  voorstellen,  maar  nu  door  't  vers 
tot  een  zinne-  en  spotprent  op  den  windhandel  gemaakt  wordt  In  den 
ondersten  plaatrand  van  deze  kleine  voorstelling  staat:  „Lauw  Maandt 
herdenking,  wej^-ens  de  niouwbakke  Goude  eeuw,  vertoverd  in  Paarde 
Vygen."  De  nater  links  is  Law;  zijn  kort  hUiartje  geeft  den  dichter 
aanleiding  de  oude  acheldnaam  der  Euj^elschen  uit  Cromweirs  tijd: 
,,8taartman'"  nog  eens  weder  voor  Law  te  gebruiken,  terwijl  zijn  dierlijk 
onderstuk  den  pocet  schijnt  geïnspireerd  te  hebben  om  hetgeen  hij 
kwijtraakt  paardevijgen  te  noemen,  die  dan  overdrachtelijk  de  waarde- 
loosheid der  aktien  moet  aantoonen.  Links  op  den  voorgrond  staat 
eeu  gedreven  schotel  met  zulke  paardevijgen,  die  hij  Pecunia  (de  naakte 
vrouw  welke  hij  omarmt),  opdischt  ,.Met  mislyk  bladgoud  overtoogen". 
Naast  den  schotel,  op  een  papier:  „Hy  schyt  met  stank";  onder  den 
bokspoot:  ,, Paarden  vygen  Voor  geld  te  krygen."  In  den  rechterbene- 
denhoek  ligt  een  kompas,  waarvan  alleen  de  „West '  en  ,.Zuid"  aangewezen 
zijn;  diuir  boven  twee  papieren,  met  .,Niewe  Jaars  Balans."  en  „Duistere 
Schulden."  In  den  linkerbovenhoek  eeu  cherubskopje  wind  blazende  van 
achter  een  dikken  palmboom ;  rechts  daalt  een  geldregen  op  Venus  neder. 

Het  vers  vangt  aan: 

..Geeu  beter  Gift  in't  Niewe  Jaar 

Was  ooit  voor't  Actie  volk  te  vinden,"  enz. 

Gravure  kl,  in-S®,  in  randwerk  in  folio,  beide  z.  n.  v.  gr.  Van  deze 
plaat  is  mij  slechts  één  staat  bekend.  (Muller  No.  3589,  Stephens  No.  1679). 

De  gravure  W.  in-8*.,  die  in  een  zelfde  werkje  schijnt  te  behooren  als 
plaat  62  (zie  hierna),  vertoont  nog  sporen  van  een  vroeger  fransch  inschrift 
onder  de  plaat,  waarvan  de  woorden  .,Mon  Amour"  nog  tamelijk  duidelijk 
leesbaar  zijn,  evenals  rechts  onder  de  voorstelling  de  letters  „an"  die 
duiden  op  den  graveur  „J.  Audran". 


Digitized  by 


Google 


1720 


OBOOT   TAFEREEL    DBE   DWAASHEID 


349 


S510.  —  55.  ..Ve  Actie  Valk :  die  uit  gixtg  vlie^n  om  te  stropen 

Ontmoet  zyn  dood,  daar  hem  *t  geyal  op  winst  deed  hopen'*. 

Inschrift  in  een  lint  onder  in  een  voorstelling  in  medaillon,  oorspron- 
keiijk  vervaardigd  voor  J.  Cats,  Spiegel  van  den  ouden  en  nieutcen  ti/t, 
maar  nu,  zoowel  door  bovenstaand  gegraveerd  onderschrift  als  door  het 
88-regelig  vers,  met  het  opschrift:  „De  stropende  actie- valk  om  bals,  En 
't  bubbel-rotje  onder  de  klaauwen  van  den  uil.'\  dat  in  vijf  kolommen  ter 
z^de  en  onder  de  prent,  in  boekdruk,  geplaatst  is,  tot  een  spotprent  op 
den  windhandel  gemaakt 

't  Prentje  stelt  een  valk  voor,  die  omlaag  schietend  om  een  reiger  te 
pakken,  in  de  vlucht  door  diens  lepels  doorboord  wordt.  Hechts  zyn  een 
kraai  en  een  nachtuil  bezig  een  rat  te  verslinden  op  een  brokstuk  van 
een  muur;  een  heer,  links  op  den  voorgrond,  wijst  daar  een  dame  op. 
Dat  die  rat  een  ..Bubbel -rotje"  is,  spreekt  van  zelf.  't  Mag  voor  den 
amsterdamschen  maker  van  't  vers  een  buitenkansje  geweest  zijn 
zóó  geleg^heid  te  hebben  de  rotterdamsche  kompagnie  nog  eens  te 
treffen. 

Het  vers  vangt  aan: 

„Yerwate  Hoogmoed  raakt  altjd 

Aan  't  stronkelen,  en  neder  storten,"  enz. 


Gravure  kl.  in-4r, 

z.  n.  V.  gr.,  met  het  vers  l  blad  br.  in-fol.    (Muller 

No.  85W).  N.  b.  8.). 

Van  deze  plaat  zyn  mij  vier  staten  van  den  lettcr- 

druk  bekend. 

Ie  kol.              a 

b                           e 

d 

reg.  1  Verwate 

Verwaate              Verwaande 

Verwaande 

„    3  weinig 

weinig                  weynig 

weynig 

„    7  rampen 

rampen                 rampe 

rampe 

,,  17  0nnooz'len 

Onnooz'len            Onnozlen 

Onnozlen 

„  19  zon 

zon            '            Zon 

Zon 

„  20  starren  ligten 

starren  ligten       Starrenligten 

Btarren-ligten 

Se  kol. 

reg.  13  haast 

haast                     haast 

laaat 

„  19  Die . . .  Windpa- 

Die . . .  Windpa-  Die . . .  Windpa- 

die . . .  wind-pa- 

pieren, 

,                   pieren,                  pieren. 

pieren. 

Se  kol. 

reg.  3  Actiën 

Actiën                  Actiën 

Actiën 

„    9  Acties...  daalden. 

Acties...  daalden.  Acties...  daalden. 

,  Actiën...  daalden. 

„  10  geld, 

geld,                    Geld, 

Geld, 

„  17  gegeven, 

gegeven,               gegeven, 

gegeven, 

4ekol. 

reg.  7n»a8d, 

raasd,                   raasd, 

raast, 

M  14  Uil, 

Uil,                       Uil 

Uyl. 

,,  ia  Benauwd 

Benauwd             Benauwd 

Benaauwd 

Digitized  by 


Google 


350 


OEOOT   TAPKRRKL    DKR   DWAASHEID 


17^ 


5«ko1.             ü 

i 

e 

d 

n^.   1  huid 

huit 

huit 

huit 

,.     •  ledij^eydt 

ledigheit 

lediifheid 

zedig-heid 

..  10  Een 

£o 

En 

En 

„  12onttr«ken; 

ODttrekkeu ; 

ODtrekken ; 

ODtrekken 

8511.   —   50.  ,.De  Begeerlykheyt  zoekt  de  Fortuin  t' achteriuilen  of  Y(>3r 
by  te  l^oopen*. 

Inschrifl  in  den  bovensten  plaatrand  eener  spotprent  op  den  windhandel. 
Onder   de    plaat   is  een  70-re^1ig  vers  fir^jn^veerd  in  zes  kolommen,  dat 
de   verklarinj?   treeft   der   lettere   A—M  in  de  plaat.     A  is  het  kind  op 
moeders    schoot    hunkerend   naar   't  voedsel    dat   de   moeder   het    biedt. 
B   zijn    twee   kinderen,    van    welke    het  een  het  ander  een  der  vruchten 
ontnemen    wil,  die  het  op  een  schotel  draajs^.     Een  jongman  (O  ligt  ge- 
knield   bij    een   kist.  waarin  hij  't  geld  bergt  gespaard  voor  een  tijd.  die 
wellicht  nooit  aanbreekt     Een  jonge  man  met  degen  en  hoed  met  Teder 
(P)  en  een  ander  te  paard  (Fï).  moeten  de  lieden  voorstellen,  die  ..schrapen 
om  mooi  weer  te  speelen".  Tusj«*hen  deze  beide  de  Nijd,  met  een  doomtak 
in    de   rechterhand;   een  hart  in  de  linker.     Boven  in  de  plaat  een  borst- 
beeld (P)  in    medaillon   en   naar   rechts   afgebeeld,   dat   Law   voor  moet 
stellen.    Aan   iedere   zijde   van   't  medaillon   een   tak  met  een  slang  om- 
wonden;  in   een   zeer  breed  lint  is  het  volgend  ((-regelig  versje,  in  twee 
rgen.  daar  onder  gegraveerd: 

.,Met  recht  verdiendt  gy  o  Lauw  een  grooten  lof 
Die  alles  wat  men  kau  bedenken  overtrof 
Indien  men  niet  al  lang  had  klaer  gezien  met  ogen 
Dat  Gierighevt  zoo  dik  de  Wyahevt  heeft  bedrogen 
Maer  elks  gemoet  bleef  van  zoo  snoode  listen  schuw 
Behalve  't  schaemteloos  en  Vuyl  gemoet  van  u." 
De  G  staat  bij  een  menigte  menschen.  die  in  rijtuig,  te  voet  en  te  paard 
de   Fortuin  najagen,  welke,  op  haar  wereldbol,  hen  vooruit  zweeft.     Van 
de  hoogte  waartegen  zij  opgegaan  zijn,  stort  een  rijtuig  (H)  en  een  drietal 
mannen  in  den  afgrond;  beeld  van  hetgeen  't  vers  zegt:  ......één  die  de 

paelen  Voor  by  streeft  van  Fortuin  moet  daelen".  Een  man  met  bril  op  (I;, 
geheel  rechts  op  den  voorgrond,  beziet  de  papieren  die  hij  in  de  hand  heeft, 
maar  waarop  niets  dan  nullen  (.,0000"  en  „000")  staan.  Hij  zucht:  „'t  komt 
al  op  niet  uyt".  De  Voorzichtigheid,  die  afgebeeld  is  als  een  vrouw  met 
een  spiegel  in  de  rechter-  en  een  slang  in  de  linkerhand,  waarschuwt 
hem:  „Wort  wyzer". 

Links  op   den   tweeden   g^nd   licht   een   man   (K)  een  bijenkorf  op. 
waaruit  hij,   volgens  't  vers,   honig  dacht  te  halen,  de  bijen  steken  hem 
echter  wel,  doch  hij  vindt  geen  honig. 
Twee  mannen,   links  op  den  voorgrond,  halen  met  een  schakelnet  een 


Digitized  by 


Google 


17-20  GROOT   TAPKIIBBL   DKR    DWAASHEID  351 


menigte  groote  Tisschen,  zoodat  de  man  (L),  die  rechts  bij  't  zelfde  water 
aan  'tvisschen  is,  niets  vangt.  Een  bij  hem  staand  persoon  waarschuwt 
hem:  .J>at8  al  voor  u  gevangen".  Bij  de  twee  net-visschers  staat  ook 
een  toeschouwer,  die  volgens  'tinschrift  in  de  pla^t  zegt:  „Uw  vangst 
heeft  veel  andere  gaende  gemaekt'. 

Terzijde   van   deze  groep   links   een   ledige   geldkist  en  een  man  (M) 
daarbij  op  de  knieën*  liggende,  die.  volgens  't  vers: 
„Verliest  zyn  eyge  geit  en  zinnen, 
En  zoekt  verbystert  in  den  grond 
Of  hy  het  daer  ook  weder  vond." 
Zijn  vrouw,  half  naakt,  trekt  zich  de  haren  uit  het  hoofd  en  zegt: 

„Och  waer  jer  uytgescheyde  toen't  op  zyn  best  wag." 
Boven  de  Voorzichtigheid  is  (niet  door  een  letter  aangewezen),  een  oud 
man  a%ebeeld  op  krukken  loopend,  op  wiens  schouders  de  Begeerlijk- 
heid zit,  voorgesteld  als  een  geblinddoekte  vrouw,  met  een  krauwel  in  de 
rechter-  en  een  stokbeurs  in  de  linkerhand,  terwijl  op  haar  hoofd  een 
sperwer  zit  met  een  duif  in  den  bek;  een  paar  oude  vrouwtjes  volgen 
haar.  Hierbij  als  in.schrift:  .,Begeerlykheyt  blyft  ons  by  tot  aent  graft". 
Het  vers  begint: 

„De      mensch  begeerelyk  gebooren 
Kan  deze  neyging*  niet  versmooren; 
Om  dat  hy  al  zyn  leven  lang 
Behoeftig  blyft,"  enz. 
Gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  is  mij  slechts  één  staat 
bekend.     (Muller  No.  3591,  Stephens  No.  1680). 

3B12.  —  67.  „Afbeeldinge  van  't  zeer  vermaarde  Eiland  Geks-Kop.  ge- 
légen  in  de  Actie-zé,  ontdekt  door  Moas^  Lau-rens,  werdeude  bewoond 
door  een  verzameling  van  alderhande  Volkeren,  die  men  dézen  generólen 
Naam  (Actionisten)  geeft." 

Inschrift  in  een  kartouche  in  een  der  uitnemendate  spotprenten  op  den 
windhandel,  zoo  in  ontwerp  als  in  uitvoering. 

De  kartouche  met  inschrift  maakt  deel  uit  van  de  geornamenteerde  om- 
lijsting, waarbinnen  genoemd  eiland  is  afgebeeld,  dat  in  omtrek  den  vorm 
heeft  van  een  naar  rechts  gekeerd  menschenboofd  met  ezelsoor  en  narrenkap 
op.  Kap  en  aangezicht  zijn  van  elkaar  gescheiden  door  een  lijn,  waarbij 
.,R:(ivier)  de  Seiue",  wenkbrauw  en  oog  door  de  .,R:  de  Bubbel";  de  mond 
is  de  .,Z(uid)  Z(ee)  have";  de  afscheiding  van  kin  en  hals:  „R.  de  Teems'; 
ééne  lijn  van  het  ezelsoor  is  de  „R*  de  Maas";  bij  de  opening  van  de 
narrenbel  aan  't  eind  der  kap  staat  ,.M:have",  waarbij  de  plaats  ,,Raas 
wyk".  De  hoofdstad  op  de  hoogte  van  'toog,  midden  in  'teiland,  heet 
„Quinqempoix";  daaromheen  liggen  de  volgende  plaatsen,  van  links  naar 
rechts  en  van  boven  naar  onder  gezien :  „Blind  voort", ., Bedriegers  Stadt", 


Digitized  by 


Google 


352  OBOOT  TAFRBEBL   DIR   DWAASHSID  17^ 

„8ott«n  burg"",  .,G«kkendam",  „windt  burg",  ..Leug«n  burg.".  .JOollen 
huyae",  „Boderf  wyk' ',  „Bulderendam",  „Malvoort".  Onder  dit  gnx)t< 
li^  het  kleine  eiland  „Wanhoop.'*;  er  boven  twee  andere:  ,,Annoed'*  en 
,J>roefhyt." 

Boven  in  't  ornament  is  „'T  waapen   van :  dit  ejland.*'  a%<ebeeld, 

bestaande  uit  vijf  engelenkopjee,  van  alle  z^den  wind  blazende  tegen  een 
papier,  waarop  „1720".  Van  elke  bovenhoek  der  plaat  hangt  een  guirlande 
van  distels  en  hulstbladeren  af,  met  het  andere  eind  vastgemaakt  aan  een 
ring,  bevestigd  in  de  bovenste  krul  van  de  omlijsting  van  'teiland. 
Aan   die   ringen  is   ook   aan  iedere    zyde   een   medaille,    waarin  aan  de 

linkerzijde  een   uil  is  afgebeeld  met  het  omschrift  „ik  bemin  de 

duystemis.';  aan  de  rechterzijde  is  'teen  kat,  waarbij:  ..bjnacht  soek 
ik  myn  fortuyn."  In  't  lint.  dat  van  de  guirlande  links  afhangt,  staat 
„Quin  qempoiz  Beplystert";  in  deze  guirlande  zitten  een  spin  en 
een  scorpioen.  In  't  lint  der  guirlande  rechts,  waarom  zich  een  slang  kronkelt 
leest  men:  ,,Vlugt    der        JnwooDde(r8)    Van  'teilant  Qeks  kop.** 

TusRchen  de  afhangende  hulstbladeren  links  is  een  geeael,  een  plak  en 
een  roe  afgebeeld;  tu&schen  die  aan  de  rechterzijde  ziet  men  een  geesel, 
een  roede  en  een  roskam. 

In  de  ruimte  boven  de  hulstbladeren  links  is  als  schilderij  in  gebogen  lijst 
een  wanhopend  aktionist  afgebeeld  bg  een  ledige  geldkist  en  met  een 
ledigen  geldzak  in  de  linkerhand;  onder  de  voorstelling  staat:  ,.0  Jamoïer 
en  elend  hoe  kom  ik  hier  te  pas.";  rechts  ziet  men  op  een  dergelijk 
schilder^,  met  onderschrift:  ,.ik  heb  myn  geld  voor  wind  gegeven  maer 
van  de  wind  kan  ik  niet  leven.",  een  man  in  gesprek  met  een  vrouw, 
die  over  de  onderdeur  ligt. 

In  de  ruimte  onderaan  links,  tusschen  het  ornament  van  'teiland,  dat 
tegen  een  monumentaal  voetstuk  staat,  en  den  plaatrand,  is  een  gedeelte 
van  den  Dam  en  van  de  Kalverstraat  te  Amsterdam  afgebeeld,  niet 
zooals  Stephens  heefl,  de  Rue  Quinquempoix  te  Parijs;  meest  op  den 
voorgrond  ziet  men  het  geruïneerde  koffiehuis  Quinquempoix.  boven 
welks  deur  staat:  „Engels  K06  Huis';  een  menigte  toeschouwers  komt 
slechts  tot  aan-  niet  tot  voor  dit  huis,  zoodat  de  straat  op  den  voorgrond 
ledig  is  en  men  de  uitgebroken  deur  ziet  liggen  en  eenige  steenen, 
v<raarmede  de  verwoesting  had  plaats  gehad. 

Rechts  is  in  de  ruimte  onderaan  een  zeil  wagen  a%ebee1d,  veaarvan 
't  zeil,  volgens  't  vers,  uit  aktiën  is  samengesteld  en  waarop  twee 
vlaggen  waaien;  de  een  met  het  inschrifl:  „na  viane",  de  andere  met 
het  wapen  van  die  stad.  Twee  mannen  komen  van  links  hard  aanloopen 
om  met  dien  wagen  mede  te  gaan.  In  een  lint  boven  de  schuit  in  de 
lucht,  leest  men: 

„Ach  wat  moet  ik  droevig  sugten 
nu  de  Acti's  my  doen  vlugten". 


Digitized  by 


Google 


1720 


GEOOT   TAFSBKBL   DEE   0WAA8HBID  353 


Ondar  de   ▼oorstelling'  is  een   40*rege1ig  Yers  afgerukt,  in  twee  ko- 
lommen op  een  aficonderlgke  koperplaat  gegraveerd,  aanvangende: 
.,Deex'  Schets  vertoond  het  vreemd  gewest 
Van  Oekskop/*  enx. 
Twee  gravures  laogw.  in-4^,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  is  m}  slechts 
één   staat  bekend.    Een   reproduktie   ervan   komt   voor  in  J.  P.  Arend, 
Alf/emeenf  fjeschitdeiiis  des  Vaderlands.  V.  1.  (Muller  No.  3592,  Stephens 
No.  1Ö82). 

8613.  —  58.  „De  Meerman  van  't  Noorder  Gewest  als  Opper  Directeur 
der  Zee-plaat  verkruyers  van  het  verkeerde  Pampus  beslaande  de  Achter- 
hoede van  het  Papiere  Actie-Schouburgs-regiment." 

Opschrift   boven   een   92regelig   gegraveerd  vers,   in  twee  kolommen, 
onder   een   spotprent  op   den  windhandel,  speciaal  van  de  kompagnie  te 
Enkhuizen.  Bijna  in  het  midden  op  den  voorgrond  der  plaat  is  een  zwaar 
geornamenteerd  scheepje  afgebeeld,  waarin  de  Meerman  van  het  noorder- 
gewest door  de  Fnam  gekroond  wordt  met  een  krans,  gemaakt  van  de  drie 
haringen,  voorkomende  in  het  wnpen  van  Enkhuizen;  in  rl»»  linkerhand  heefl 
de  Faam  haar  bazuin  en  den  Merkuriusstnf :  boven  ha?ir  hoofd  leest  men : 
„Mercurius  door  my 
Hervat  zyn  Heerschappy". 
De   Meerman   houdt   een   schop   in   de   rechterhand,  terw^l  hij  op  de 
linker  een  scheepskameel  heeft  met  een  schip  er  in;  hierby  staat: 
„De  Scheepskameel  niets  baat 
Ha  *twech  doen  van  de  plaat". 
Op    de    zichtbare   zijde   van   *t  vaartuig   hangen   de   wapens   van   de 
zeven    west-friesche  steden:  Alkmaar,  Edam,  Enkhuizen,  Hoorn,  Medem- 
blik.  Monnikendam,    Purmerend.    Op  den  hoogen  achtersteven  staat  een 
windmolen,  zinnebeeld  ook  van  deze  kompagnie.  Dit  grootere  schip  wordt 
getrokken   door   de   stedemaagden,   als   meerminnen   afgebeeld,   der  drie 
steden  Enkhuizen,  Medemblik  en  Hoorn;  de  teugels  van  deze  drie  houdt 
de    Meerman    in  't  schip  ook  nog  in  de  linkerhand;  de  maagd  van  Enk- 
huizen   heeft    een    gekroonden    haring    in    de   rechter-   en   een    papier, 
waarop   .,3|-   mill  Fourn'*    in    de    linkerhand    en  op  het  hoofd  een 

geopende  mat  „Sukerde  Fiegen'*  (vijgen).  In  dezelfde  lijn  met  haar  ziet 
men  de  maagd  van  Hoorn,  kenbaar  aan  den  hoorn  dien  zij  aan  den  mond 
zet;  onder  haar  in  de  golven  leest  men  „2  MilHoen  Fournissem.*';  zy 
houdt  met  de  linkerhand  een  doek  vast  waarvan  een  derde  meermin,  die 
van  Medemblik,  het  andere  einde  in  de  rechterhand  heeft,  evenals  in 
de  linker  een  groot  schepnet,  dat  zy  over  den  schouder  draagt.  In 
't  doek  staat: 

„Voor  zo  veel  plaaten  als  ons  drietal  slaat  tot  poen, 
s  Verkeerden  Pampus  plaat  men  kan  verkruyen  doen.'* 
!▼  23 


Digitized  by 


Google 


354  GROOT  TAPBRBEL   DBB    DWAASHEID  1720 


Onder  deze  derde  figuur  staat  in  de  goWen :  „1600000  Guld  Fonr  ni^em". 
Vóór  deze  drie  zwemmen,  onbeteugeld,  de  meerminnen  Tan  Monnikendam, 
kenbaar  aan  den  monnikskap  (deel  van  *t  wapenfigtmr)  dien  zij  op  't  'mx^Si 
heefl  en  van  Kdam.  wie  een  koeienhuid  met  kop  over  den  linkerschouder 
hangt  en  met  drie  eterren  op  't  hoofd.  Elk  heeft  in  de  linkerliand  een 
papier,  waarop  bij  Monnikendam  staat  „2200000  Gulden  Four  rL«- 
sement*',  bg  de  andere  ,22400  00  Guld.  Four  nissem."  Vóór  deze  nit 
Taart,  op  den  tweeden  grond  rechts,  een  kleinere  schuit  van  denzelfden 
vorm  als  de  groote,  door  een  triton  getrokken,  waarin  de  a1km.iar??he 
maagd  zit  met  een  kasteel  (het  wapenfigunr)  op  't  hoofd:  in  de  rechter- 
hand een  weegschaal  met  een  kaas  aan  de  eene-,  een  zak  geld  aan 
de  andere  zijde,  waarbij  „Kaas  voor  n  geld"  en  met  een  papier  in  de 
linkerhand,  waarop  „288  0000  G.  Fourn'^  naast  haar  zit  de  meermin 
Tan  Purmerend,  in  de  rechterhand  een  vlaggetje  houdende  waarin  ..Ik 
leg  in  't  Gezicht  van  de  Groote  Pampu*?  Stad''  en  met  een  papier  in  de 
linkerhand,  waarop:  ,.50000  G.  fnurn:"  Achter  't  groote  schip  is  eer 
klein  van  't  zelfde  model  va.stgemaakt.  als  „Wind-balla.st  Boot"  vol  blf»**^ 
balgen  en  mot  wind  gevulde  blazen.  Rechts  op  den  achtergrond  ziet 
men  „Knkhuisen"  als  een  zeer  groote  stad,  waar  vóór  ..'t  Verkeerde 
Pampus"  ligt;  drie  ploegen  volks  zijn  druk  aan  't  graven  en  aan  't  weg- 
kruien van  't  zand  naar  een  ftchuit.die  in  een  geul  ligt.  terwijl  er  ook 
een  moddermolen  in  de  nabijheid  is.  In  den  rechterbovenhoek  is  een  zeer 
klein  gedeelte  van  den  dierenriem  afgebeeld  met  „De  Zon  in  de  Waterman". 
Links  op  den  achtergrond  staan  twee  steile  klippen,  op  één  van  welke 
een  baken-paal,  waaraan  een  wimpel  wappert  met  het  wapen  van  Utrecht 
en  een  schop  er  in  en  met  het  onderschrift:  „Domheids  Baaken", 
toespeling  op  de  havenvaart  naar  Utrecht  en  het  plan  om  den  Domtoren 
daarbij  als  vuurtoren  dienst  te  laten  doen. 

Op  den  tweeden  grond  aan  deze  zelfde  zijde  is  een  visschersschuit  af 
geheeld  waar  men  het  net  ledig  ophaalt;  onder  de  schuit  leest  men: 
f.Mooy  weer  en  geen  haring 
Is  des  actiemans  ervaaring'*. 
Het  vers,  dat  aanvangt: 

,, Vrouw  Fama,  bezig  met  de  Meerman  te  bekranssen, 
Huid   hem  met  Haring  in  zyn  ampt,  als  Directeur 
Der  Meereminnen  en  des  Landnimfs;*'  enz. 
waarschuwt   de    Bnkhuizenaars,   gekscherende,   dat   ze   zich    niet  als  de 
Utrechtenaren   moeten    vergissen   en   als   ze  niet  zeker  zijn  dat  de  zand- 
plaat,  eens    weggegraven  zijnde,  nooit  terugkomen  zal.  haar  maar  liever 
te  laten  zooals  ze  is. 

Deze  gravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  maakt  met  de  nommers  40  en  47 
een  serie  van  drie.  Ik  ken  van  deze  prent  slechts  één  staat  (Muller 
No.  8598.  N.  b.  S.). 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFEREEL   DBR   DWAASHEID  355 


De   koperplaat   heeft   vroe^rer   voor   een   prravure   pi^end,  die  in  den 
rechterbovenhoek  als  inschrift  had:  ..Pare  5.  Tab  46' :  hiervan  xijn  onderst 
boven  nofjf  sporen  in  den  linkerbenedenhoek  van  deze  prent  zichtbaar. 
8514.  —  59.    „Missisippi   of  't  wydbefaamde  pfou<Hand  door  de  inbeelding" 
der  windneirotie. " 

Opschrift,  in  boekdruk,  boven  de  afbeeldinpr  der  ..Meschasipi  Riv,"'jer) 
en  omIisrfir<*nd  land.  het  Utopia  van  Lnw.  In  ifvier  der  vier  hoeken  een 
kleinere  afheeldinpf,  bovenaan  in  lic^jjond  ovaal,  onderaan  in  inf^boijen 
lijstwerk.  Links  bovenaan  het  sterfbed  van  Lodewijk  xiv,  rechts  Law 
in  den  rand  van  den  Reofent.  den  hertnjr  van  Orleai.-:  onderaan  links 
een  kamer,  waarin  het  fl^eld  met  kruiwag^ens  wordt  binnenji^ereden,  rechts 
de  armoede  die  den  aktiehnndelaar  overvalt.  Midden  onderin  de  plaat: 
..Fümüs  Gloria  mündi.":  bovenaan  een  klein,  liegeend  en  versierd  ovaal, 
door  ornnmentwerk  verbonden  aan  de  beide  hoek  voorstel  linpren.  waarin: 
..Nieuwe  Volkplantinjjf  om  wind".  Onder  deze  pfravure  lanpw.  in-4'., 
z.  n  V.  irr..  in  twee  kolommen  en  in  boekdruk,  een  ^Öreireliff  vers, 
aaiivnnprende: 

..Dit's  'twoud're  Missisippi  Land 
Befaamd  door  zynen  Actiehandel,"  enz. 

Van  de  plaat,  die  vroeger  reeds  in  een  of  andere  reisbeschrijving  voor- 
komt, zonder  de  kleine  voorstelli neren  in  de  hoeken,  zijn  mij  twee  staten 
in  verband  met  den  windhandel  bekend: 

a  zooals  zij  gebruikt  is  door  O.  Tysens  vóór  het  derde  deel  van  zijn 
Roskam,  met  het  inschrift  ..Roskam  Sub  Rosa  3?  Deel.'  in  het  liggend 
ovaal,  midden  bovenin  de  plaat.  Daar  de  schrijver  van  het  „Voorbericht 
en  Tafreel.",  dat  vóór  dit  „derde  deel"  ataat.  op  eigenaardige  wijze  de 
plaat  beschrijft,  volge  het  hier  in  zijn  geheel: 

..Als  Vader  Hennepin,  in  den  jaare  1Ö76  in  de  hoedanigheit  van 
zendelingr,  naar  het  Noorder  Americaanse  Kanada,  zich  van  Rochel  hadde 
scheep  begeeven.  heeft  zyn  reislust  hem  niet  toef^elaaten  dicht  by  honk 
te  blyven.  in  tegendeel  zyne  ongemene  liefde  om  nieuwe  Landen  te 
ontdekken,  heeft  hem  van  den  beginne  des  jaars  1679,  tot  den  einde  van 
den  jaare  1682  in  de  j;p*oote  uitgestrektheid  van  Bosachen.  Bergen,  Zeen, 
Revieren.  Meiren  en  Moerassen,  met  OTi^elooflyke  oi.iremakken  verzeld 
en  met  een  onvermoeiden  yver  doen  her  om  zwerven,  in  welke  tyd  hy 
ook  ontdekt  heeft,  (doch  voor  veele  Landen  en  Menschen.  ter  bedroefder 
uure  en  stonde)  den  grooten  en  thans  door  heel  Kuropa.  op  den  tong 
rollende  Revier  Meschasipi.  van  den  Dichter  der  Roskammen,  met  den 
tegenwoordig  nlgemeenen  en  bekenden  naam  meedegenaamt  de  Missisippi, 
behnlven  op  eenige  plaatzen.  daar  liet  hem  goed  dacht  aan  dien  grooten 
Stroom  haaren  eigen  naam  te  gecven  [sir).  Veel  van  die  Revier  hier  te 
spreeken  is  niet  nodig,  naardien  eene  omstandige  Act.ehistory,  op  eene 
vrye  trant  in  ondicht,  door  vier  afdeelingen  heen,  den  Nederlander,  deezer 


Digitized  by 


Google 


356 


OROOT   TAFKRKBL   DBE   DWAASHEID 


1720 


wintertche  dai^^,  id  druk  xaJ  overf^eg^ee ten  werden.  En  YoorDaamentlvk 
wjl  dit  Toorht^richt  ten  meeiderendeele  dient  om  tot  eene  uitlegging' 
voor  den  Tytelplaat  van  den  derden  Roskam  te  verstrekken. 

Het  Landschap  dat  zich  hier  in  zvn  wjt  uitgestrektheit  opdoet  vei^ 
beeld  een  j^eelte  van  den  groeten  Americaanschen  Meschasipi  stroom. 
met  de  Landeryen.  Bofl^tchen  en  Gebergtens  daar  om  heen.  in  het  verschiet 
in  een  dyzig  blaauw  verflaauwende.  Op  den  voorgrond  vertoond  zich 
Vader  Heunepin,  den  wilden  Indiaan  het  Roomsch  Catholvke  geloof 
predikende,  en  het  kruis  in  die  Woestenjen  en  veer  afgeleegene  deelen 
des  WaereldR  plantende,  in  de  vier  hoeken  des  plaats,  mach  uw  oc^ 
beschouwen,  als  voor  eerst,  de  dood  des  geweezen  Franschen  Kocings 
Liodewjk  de  veertiende,  leggende  zyn  doode  Lichaam  op  een  bed  van 
Parade,  na  behoorlyke  Hof  Ceremonün  beweend,  terwyle  de  schatktjït 
om  verre  legt  geworpen,  en  de  rotten  aan  de  ballen  en  brieven  hunne 
knaaglust  verzaaden. 

Verder  kunt  gy  in  den  anderen  hoek  den  jongen  Koning  Lodewyk 
de  vyfliende.  op  eenen  minderen  Throon,  den  Hartog  Regent  aan  zyn 
linker  zyde  hebbende,  in  zyn  geheime  Kabinet  Raad  zien,  alwaar  Heer 
Law  zyne  Missisippi  Actie  concepten,  den  jongen  Vorst,  den  Hartog 
Regent,  als  meede  de  Princen  van  den  bloede  smakelyk  voordraagt,  en 
doet  aanneemen. 

Straks  vertoond  zich  de  weelde  en  hovaardy,  als  wanneer  gemeene 
Burgers  door  overgroote  winsten,  in  den  befaamde  Büssisippi  Actiehandel 
verkregen,  Koninklyke  zwier  beginnen  te  maaken,  gelyk  men  zulks  ziet 
in  het  eerste  ornement  beneden  aan  de  plaat:  maar  dlacy  in  het  andere 
vertoond  zig  bet  tegendeel,  daar  bespeurt  men  zeer  duidelyk.  dat.  vmt 
winsten  door  de  Windacties  worden  verkreegen,  het  einde  dog  op  armoede 
en  elend  is  uitdraajende.  Vyf  printen  van  de  vyf  deelen  der  Actiehandel 
zal  de  Teekenaar  en  Plaatsn  jder  apart  uitgeeven,  yder  met  een  Christelyk 
en  ter  deugd  aanmaanend  Zeedevaars  daar  onder,  om  tot  een  gedachtenis 
voor  den  Naneef  als  in  Schildery  te  konnen  dienen.*' 

b  de  hierboven  beschreven  staat,  met  de  verzen  in  boekdruk,  bestemd  als 
prent  voor  't  „Groot  Tafereel'.  (Muller  No.  8B94,  Stephens  No  1683).  Van 
dezen  staat  zijn  mij  de  volgende  vier  varianten  bekend  in  den  druk  der  verzen. 
De  opschriften  zyn  alle  gelijk  aan  bovenstaande,  met  de  volgende 
verschillen:  bij  c.  ..wyd-befaamde  goud-land'*,  „wind-oegotie*  ;  bij  d 
„Missi.sippi/*,  „wyd-befaamde  goud-land,"  „wind-negotie.'' 
Ie  kol.  a  b  c  d 

re^.    2  V.  b.  zynen  Actiehan-  zynen  Actiehan-  zgnen  Actie       zijne  Actie 

del,  del,  -handel,  -handel. 

,,      3    „   Windgod  Windgod  Wmd-god  Wind-god 

«      7    „   agter't  net        achter 't  net       achter 't  Net      achter 't  Net 
„      0    „   rykkelyk  rykelyk  rijkelijk  rykelyk 


Digitized  by 


Google 


1720  OROOT   TAPERBBL    0KB   DWAA8HEID  357 

Ie  kol.  a  b  e  d 

reg.  10  V.  b.  ontmaskerd        ontmaskeerd       ontmaskeerd       ootmaskerd 
,,    11     „   waarheid  waarheid  Waarhejd  Waarheid 

2e  kol. 

reg.    1  y.  b.  onderdaan  onderdaan        *   Onderdaan  Onderdaan 

„      y    „   deugd,  en  reden,  deugd,  en  reden,  deugd,  en  reden,  deugd,  reden. 
,,    12    „   leid  leid  leyd  leid 

.,    20    .,   haatt'lyk  haattMyk  haat'lijk  haat'ljk 

3515.   —    60.   „De   Verreeze   Frederik    Hendrik  ouwerweta  Patroon  der 

Verkeerde  Barmhertigheid  &c.  &c.  &c." 

Opschrift  boven  een  24-rege1ig  vers,  in  drie  kolommen,  gegraveerd 
onder  een  spotprent  op  den  windhandel.  Deze  prent  brengt  een  gezegde 
in  beeld,  dat  in  den  tegenwoordigen  tijd  niet  meer  wordt  verstaan,  maar 
vroeger  zeer  begrijpelijk  schijnt  te  zijn  geweest.  Zich  dekken  met  den 
mantel  van  Frederik  Hendrik  is  gelijk  met  vrij  van  vervolging  op 
finantieel  gebied  te  zijn.  Hier  is  links  op  den  voorgrond  een  man  (Fre* 
derik  Hendrik)  afgebeeld  met  een  grooten  mantel  om,  waaronder  drie 
naakte  lieden  (aktiehandelaars)  zich  verbergen.  Links  hierbij:  „AI  des 
Waerelts  kromme  zaaken  Zyn  met  Dekmantels  recht  te  maaken".  Zij 
staan  bij  een  grooten  boom,  in  't  vers,  zeker  met  het  oog  op  Jona's  ge- 
schiedenis, een  .,Wonderboom''  genoemd,  waarmede  dan  de  spoedige  op- 
komst, maar  tevens  het  nog  sneller  vergaan  van  den  windhandel  zinne- 
beeldig voorgesteld  wordt.  Naa.st  den  boom  is  een  bankje,  waarop  een 
jongen  met  ontbloote  posteriores,  die  aan  een  natuurlijke  behoefle  voldoet 
op  't  hoofd  van  een,  die  ,.tot  de  ooren  in  de  drek  gezonken,  woelen, 
Door  Actiën  verstikt";  de  laatste  heeft  de  hand  nog  op  een  „Poort 
aarde  Actie",  waarnaast  een  ,. Vergulde  Actie"  ligt. 

Rechts  op  den  voorgrond  staat  een  dienstmaagd,  die  volgeus  't  vers 
door  de  akties  rijk  geworden,  nu  een  „frelle"  is.  zij  jouwt  den  vrek  uit, 
die  zijn  akties  verwonscht  en  zijn  rekening  maakt  volgens  den  „Regel 
fulsi  in  'tgebrooke '.  zooals  men  op  't  papier  leest,  dat  hij  in  de  hand 
heeft;  een  jood,  in  't  vers  een  .,schacher''  genoemd,  voert  het  geld,  dat 
hij  in  een  grooten  zak  vóór  zich  op  den  ezel  heeft  staan,  waarop  hij 
rijdt,  zachtjes  't  land  uit,  doch  koopt  van  een  brillekoopman,  die  bij  hem 
Ktoat,  „toverbrillen,  en  meer  vals  gesleepe  glasen;"  een  man  met  een 
tooverlantaam  op  den  rug  en  Bombario,  wien  zijn  kwakzalversbakje 
ontvallen  is,  liggen  (iets  meer  naar  't  midden  der  plaat)  te  water,  waar 
zij  „'t  Qevaar  uit  schreewen  van  voor  zuid-,  of  west-zee-vissen  Een  aas  te 
worden."  Aan  den  versten  oever  staat  een  schepnetvisscher,  die  in  de 
aktie-zee  niets  vangt  (geen  winst  in  't  geroot  maakt?),  naast  hem  een 
hengelaar  die  een  aktie  aan  den  haak  heeft  en  er  reeds  een  aan  een 
ander  gaf,  welke  met  dit  papier  in  de  hand  naast  hem  staat. 
Links   van   deze  ,Law",  afgestapt  van  zijn  paard,  dat  door  een  knecht 


Digitized  by 


Google 


358  GROOT   TAfKRKKL   DER   DWAASHEID 


1;ÏÏU 


wordt  vai»4fehouden;  tegenover  hem  twee  geestelijken  voor  de  dear 
eeuer  kerk,  in  't  vers  een  klooster  genoemd.  Law  schijnt  dezen  geeste- 
lijken geld  aan  te  bieden,  als  hun  antwoord  is  ten  minste  onder  hen 
gegraveerd:  .,\Veih  met  uw  vloek  geschenk',      t  Vers  zegt  er  van: 

vry  groot  voordeel  wierd  dit  klooster  aaugebode.i 

l)(h>r  de  Actie  Sint  Crispju:  Dees  Munniken  {o!  mode), 
By  de  Ordecs  ongehoord,  zyn  vloek  geld  sloegen  af 
Geen  zegeu  achtende  zyn  vuil  gewin;  maar  straf. ' 
Waarop  dit  doelt  weet  ik  niet 

Hechts  op  den  achtergrond  ziet  men  een  rad.  waarüan  vier  kiuderstcelen 
verbonden  zijn,  in  elk  van  welke  eeu  man  i^t^iat  luet  akties  in  de  hand; 
de  as,  die  dit  rad  aan  een  tweede  verbindt,  dat  getand  is.  ruïjt  op  een 
paar  schragen,  een  man  brengt  deze  raderen  in  beweging.  Boven  dese 
machine  vtaat: 

„De  Malle  molens  zyn  afgeschaft 
En  veel  met  vallende  ziekte  gestraft." 
In   den    rechterbovenhoek    een    gedeelte    van   den  dierenriem  met  ..De 
2ion  in  de  Vissen". 

Links  op  den  achtergrond  een  huis  met  ééa  raam  en  een  deur,  waario-»r 
men  in  een  bakkerij  een  man  bezig  ziet  met  afwegen.  Op  de  eéue  schaal 
ligt  ecu  jwipier.  Onder  den  drempel  tier  deur  staat: 

,.Iiaaw  Actiën  bak  ik  gaar  zyn  zy  te  licht 
'k  Geef  haar  naar  bakkers  trant  haar  wicht.' 
Bo>en  de  deur  ia  eeu  gevelsteen  als  uithangbord,  die  zeker  beteekeuen 
moet  „In  den  dubbelen  oven''. 
Het  vers  begint: 

„Dit  Liefdestaaltje  van  't  naakte  Actie-volk  te  dekken 
Kan  by  dees  Wonderboom  tot  trotse  luister  strekken 
Voor  8int  Bombario.'  enz. 
Gravure  br.  in  fol..  z.  n.  v.  gr.    Ik  ken  van  deze  prent  maar  één  staat. 
*    .Muller  No.  3595.  Stephen»  No.  IQbj). 

3516.  —  01.    ..Opkomtö  [sic],  midden,  en  geen  eynde  van  den  door- 

trapte Jan  Lauw." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  eener  prent,  die  in  achttien 
afdeeliugeu  is  venleeld,  waarvan  er  zeventien  verschillende  episodes  uit 
het  leven  van  Law  voorstellen.  Midden  bovenin,  tusschen  de  twee 
helften  van  'tinschrifl,  in  medaillon,  omkranst  met  doornen  en  distelen. 
waaruit  bovenaan  twee  slangen  steken,  terwijl  aan  iedere  zijde  eeu  groot 
spinneweb  en  een  hengelroede  gegraveerd  is,  het  portret  van  Law,  te 
halver  lijve,  van  voren,  met  papier  in  de  rechterhand,  waarop  „Paspoort ". 
Boven  het  medaillon  staat: 

..Spin,  Slang  en  doorne  kroon 

Krygt  Law  voor  zyne  loon". 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFBRBBL    DBR   DWAASHEID  359 


Langs    elk    der    vischhengels  staat  één   der  regels   van   H  volgende 
versje : 

vde  angels  om  daar  mê  te  visse 
doet  menig  mens  zjn  schatten  misse'*. 
Onder  dit   portret   wordt   't  midden    van   de  plaat  ingenomen  door  de 
hoofdvoorstelling:    't  vertrek   van   Law  uit  Parijs;  een  32-regelig  vers  in 
vier   rijen   maakt   de   afbeelding   pasklaar    voor    het  tegenwoordig  doel, 
ofschoon   ze   bepaald   oorsproukeüjk  voor  een  andere  gebeurtenis  gediend 
heeft.    Dit  vers,  onder  de  voorstelling  gegraveerd,  vangt  aan: 
.,Nu  I^uw  ziet  dat  de  Goude  schjven 
Verminderen  en  agter  blyven 
Haat  hy  parys  gelyk  de  pest 
En  neemt  sjn  afschejd  op  het  lest."  enz. 
Rondom   deze   hoofdgroep   zijn    in   achtkante  omlijstingen  kleine  voor- 
stellingen   geplaatst,   die  alle   met  Law  in  verband  staan,  maar  waarvan 
sommige    miuder   bekende    voorvallen    uit   zijn    leven   in  beeld  brengen. 
Links   van    Law's   portret  vertoont  de  eerste  afbeelding  een  man,  die  in 
eeu  stul  een  paard  voedert,  achter  hem  ligt  een  omgeworpen  voerbak  en 
een  meHtvork.  Evenals  bij  alle  volgende  staat  er  onder  in  deze  voorstelling 
een  tweeliugrijm,  dat  hier  luidt: 

„Hier  toont  Heer  Law  syu  woeste  aard 
Terwyl  hy  voeder  geeft  het  paard". 
In   de   volgende  voorhtelling  liuks  hiervan,  zijn  op  de»  tweeden  grond 
eenige   ruiters   afgebeeld,    muir    wie   een    man   te    voet   vlucht;    volgens 
't  versje  is  dit  Law: 

..Als  zy  de  Zoljers  braaf  masseren 
Moet  monsieur  Law  te  voet  volteeren''. 
Naar  omlaag  de  volgende  voorstellingen: 

In   een    kamer  zit  een  heer  en  dame  aan  tafel;  Law  staat  er  naast  en 
scheukt  een  glas  in. 

,,0m  Heer  en  Juffrouws  sin  te  doen 
Toont  Law  zyn  yver  met  fatzoen". 
Een  tweegevecht  op  een  plein;  op  den  voorgrond  de  verslagene.  (Law 
werd   om    een   duel,    waarin    hij  zijn  tegenstander  doodde,  gevangen  ge- 
nomen, maar  onti^napte  en  vluchtte  naar  't  vasteland). 

,,Hier  quit  hy  zig  int  bloed  vergieten 
Om  ligt  wat  duyten  te  genieten". 
Een  schip  op  zee. 

„Hy  vlugt  vant  slot  en  gaat  ter  reè 
Met  een  pakketboot  over  Zee", 
Aankomst  te  Venetië: 

.,De  Koffer  van  hem  aangenomen 
Doet  hem  tot  in  Venetië  komen". 


Digitized  by 


Google 


860  OEOOT   TAFBR£XL   DER   DWAASHEID 


1720 


Law   triktnkkeDd   in    een   kamer  met  bet  wapen  van  Venetië  op  bet 
beban^j^l : 

„Wint  gToote  ncbat  terwyl  hy  speelt 
Wort  bem  de  bujt  ook  toe  gedeelt". 
In    Parijs  door   den    Re^nt  en  zijn  Baad  ontvangen;  op  'tbeban|^I 
bet  franscbe  wapen  en  liscbbloemen  op  de  ruggen  der  stoelen.  Law  bee^ 
een  papier  in  de  band,  waarop  ^.bX  winst'. 

„Hier  gaat  by  by  den  Koning  treeden 
En  geeft  \an  syne  aaken  reeden". 
Law  door  alle  leden  van  den  Raad  geéerd: 
„Hier  eeren  ly  bem  al  gelyk 
Trots  d'allerbeste  uyt  bet  ryk'\ 
£en  viertal  mannen  om  een  tafel,  waarop  veel  geld  ligt : 
„Hier  rollen  braaf  de  Gh>ude  scbyven 
Om  veind  nogetie  (sic)  te  bedryven". 
Links  plakt  een  man  een  papier  tegen  den  muur;  rechte  een  deur  met  een 
gaper  er  boven;  op  den  achtergrond  een  menigte  kooplieden.  Onderschrift: 
.,De  actie  handel  bier  begint 
Maar  niemant  denkt  nog  aan  de  wint'\ 
Op  een  plaats,  met  een  poort  op  den  achtergrond,  zijn  eenige  kooplieden 
bijeen;    fu^mmigen    van    ben    hebben   een  papier  in  de  hand,  waarop  een 
mombakkes  is  afgebeeld.    Onderschrift: 

„Hier  worden  d'  acties  nauw  bekeken 
En  regt  verdagt  van  valse  streken". 
Rechte   op   den   achtergrond   bet   rijtuig   van  Law,  dat  door  bet  volk 
met  steenen  wordt  geworpen.  Onderschrift: 

..Viswyven  en  het  woedent  grauw 
Die  geven  Law  hier  dajper  knauw'\ 
VersaiUes  op  den  achtergrond,  een  rijtuig  met  zes  paarden  links  op  den 
tweeden  grond;  rcchU  op  den  voorgrond  twee  ruiters.  Onderschrift: 
„Hier  moet  hy  vlugten  en  vertrekke 
Of  anders  krygt  hy  digte  trekken". 
Links   zit   een    beer    te    schrijven  bij  een  tafel,  waarop  akties  met  in- 
schriften:  .,10",  „100",  „1000"  enz.;  rechte  komt  een  ander  heer  buigend 
het  vertrek  binnen;  op  den  achtergrond  hellebaardiers.    Onderschrift: 
.,Hier  splist  men  d' acties  die  int  kort 
Van  1000  tot  op  100  wordt". 
Op   de  laatete   der   kleinere    voorstellingen  zit  links  op  den  voorgrond 
een    heer;    rechte   op   den  achtergrond  zijn  twee  mannen  bezig  (goed  ea 
kwaad)   geld   dooreen    te   roeren.     Twee   hellebaardiers  houden  aan  deze 
zijde  de  wacht    Onderschrift: 

„Hier  wort        het  Geit  wie  sou  niet  vloeke 
Oemengt  als  waarent  pannekoeken". 


Digitized  by 


Google 


1720  OBOüT   TAPEBBEL    DKB   DWAASHEID  361 


De  boofdvoorstelliog,  waaromheen  al  deze  kleinere  voorstellingen  ge- 
graveerd zijn,  vertoont  een  plein  met  groote  gebouwen  op  den  achtergrond 
en  rechts.  Op  den  voorgrond  de  ontmoeting  van  twee  voorname  heeren 
(I^w  en  de  dauphin?);  links  verscheiden  buigende  personen  en  de 
koeta,  waarmede  Law  vertrekken  moe8t;  rechts  verscheiden  speerdragers. 

Gravure  br.  infol.,  z.  u.  v.  gr.  Van  deze  prent  is  mij  maar  één  staat 
bekend.  (Muller  No.  3696,  Stephens  No.  1686). 

3517.  —  62.    „Vasten  avonds  Vreugde  krans  en  Tooneel  stuk". 

Onderschrift  eener  kleine  gravure  afgedrukt  in  een  soortgelijk  randwerk 
als  om  No.  3509,  niet  voorkomende  in  't  Dwergentooneel.  De  verzen,  die 
aan  de  vier  zijden  der  kleinere  plaat  binnen  dit  randwerk  zijn  gegraveerd, 
moeten  met  een  enkel  leelijk  figuurtje,  dat  er  in  de  voorstelling  bijge* 
teekeud  is.  dit  prentje  toepasselijk  maken  op  den  windhandel. 

Tusscben  het  ornament  van  het  randwerk  ziet  men  bovenaan  in  het 
midden  een  hanenpastei,  waarop  het  tweelingrijm  slaat  dat  er  in  één 
regel  boven  gebraveerd  is: 

.,Pa8tyen  met  Kok-ael  naar  schotse  trant  bereid, 
Vercieren  't  actie  hof  ter  vasten  avond-tyd." 

Rechts  ligt  een  masker  en  aan  de  krul  van  't  ornament  hangt  een 
worst,  waarnaar  begeerige  blikken  geworpen  worden  door  een  dwerg,  met 
vo8Hestaart  op  den  hoed  en  te  halverlij ve,  op  den  rechterhoek  a%ebeeld. 
In  het  zijstuk  rechts,  van  boven  naar  onderen,  een  faisant;  een  viool  en 
een  klarinet  kruiselings  over  elkaar,  een  geldzak,  speelkaarten  en  dobbel- 
steeuen  en  een  borrel  glaasje,  waaruit  twee  pijpen  kaneel  steken;  al  deze 
voorwerpen  moeten  de  pret  van  den  Vastenavond  voorstellen. 

Links  van  de  pnstei  ziet  men  een  boek  en  een  dubbele  rouwkrakeling, 
waarbij,  evenals  rechts,  een  dwerg  te  hal  verlij  ve  is  afgebeeld,  mistroostig 
op  den  rechterelboog  leunende;  in  het  zijstuk  aan  deze  zijde  allerlei 
attributen  in  verband  met  de  Vasten,  n.I.  van  boven  naar  ouderen  een 
schar  en  een  vijftal  andere  visHchen  aan  een  koord;  eenige  gedroogde 
visschen  aan  een  stok  en  kruislings  daarover  een  duitsche  pijp,  een  bierkan 
met  deksel,  een  broodplank  en  mes,  een  bos  wortelen  en  een  slakkenhuis. 

Tusschen  de  beide  balustrades  onderaan,  die  eenigzins  naar  binnen 
gekeerd  zijn,  is  een  kunsten  makende  dwerg  afgebeeld,  die,  voorover  op 
zijn  handen  staande,  met  de  teenen  het  achterhoofd  raakt.  Onder  hem 
leest  men: 

.,'kHeb  Engels  actiën  verstand  en  van  postuuren. 
'k  Zal  't meenig  zuidzeeist  heel  actieus  verduuren.*' 

Op  de  rechterbalustrade  staat  een  schotel  met  gebakjeeV  terwyl  in  de 
lambrizeering  het  borstbeeld  van  Demokriet  is  gegraveerd ;  op  de  linker 
ligt  een  brood,  er  tegen  ziet  men  de  buste  van  Herakliet 

Het  kleine  plaatje,  dat  in  dit  niet  onaardig  gedacht  randwerk  is  a%e- 


Digitized  by 


Google 


M'2.  OEOOT    TAFKREIëL    DKH    DWAASHMID  17£0 


(IrukU  vertooot  Pao,  die  ziju  masker  a^elegtl  heeft,  omarmd  door  een 
eiiireitje:  ile  eerste  m(»€t  de  jjod  van  den  windhandel  verbeelden,  die  door 
deu  ^ucdeü  ffeest  aau^^zocht  wordt  diea  handel  te  laten  varen,  maar  eea 
bijif»»ifra\  eenle  duivel  recliLs  blaast  met  een  blaasbalg,  eveuaK  de  beide  kiadtr- 
kcjjtjes  ouder  hem  dit  met  den  mond  doen,  wind  in  Pansfluit  of  iu -zijn  oor. 
iJe  bedoeling  m  in  allen  gevalle  dat  de  god  van  den  windhandel  niet  luistert 
naar  de  overreliugen  van  den  goeden  geest,  die  tracht  den  waren  handel 
weder  vt>et  te  doen  krijgen.  Ken  engeltje,  met  Merkuriusstaf  in  <ie  rechter- 
cn  gelduik  in  de  linkerhand,  is  in  den  linkerbovenhoek  bijgegraveerd  om 
dien  waren  handel  in  beeld  te  brengen.  In  den  recbterbenedeuhock  een 
hteen  met  een  mytholugiische  voorstelling.  Aan  de  linkerzijde  onderin 
een  hond.  een  palood  en  een  hoorn  des  overvloeds  vol  oogen  en  neuzen. 
Dt  beide  laatste  worden  in  het  vers  nog  te  pas  gebracht  met  de  vol- 
gende regels: 

,,Zyu  p;\sloot  vun  verstand  maakt  krom-  en  winds  held  recht, 

De  hoorn  zyus  overvloeds  zyn  oogen  ooren  tongen 

Op  dat  hem  ider  ^ie,  lioore,  aanspreek  onbedwongen:"  enz. 
Links  van  deze  kleine  ^^ravure  zijn  overdwars  de  beide  volgende  vers- 
regels ge^-iaveerd; 

„LaW  te  Venetien  maukt  Vasten  avonds  grillen 

Doeiidu  in  Triakel,  Öpigels  en  I^Mnantie  brillen." 
Auu  de  rechterzijde  ^tadu  er  eveneens  twee: 

., Vrouw  LaW,  nar  vliegeas  naar  uw  man;  't  stinkt  in  Parys; 

Bouibario  beUialen  (Aic)  uw  bchuld,  naar  actie-wys. ' 
Van   het   23regelig  vers  zijn  er  zedtien  boven-  en  zes  onder  de  kleine 
voorstelling  gegraveerd.    Het  vangt  aan: 

„De  Vasten  Avond  praald  met  veele  Maskeraaden, 

Kn  is  ook  altoos  met  Komedien  vercied  {sic)  : 

Waarom  dees  lofkrans  en  toneel-stuk  is  verzierd, 

Ter  eere  van  de  rechte  en  schimp  der  Windse  daaden. '  enz. 
Blijkens  deze  regels  is  't  randwerk  dus  de  Lofkrans  of  „Vreugde  krans" 
uit   t  onderschrift  en  moet  de  kleine  voorstelling  het  „Tooneel  stuk  '  daaruit 
vertegenwoordigen.    Onder  dit  vers  volgt  nog  een  .,Kaad  voor  Jan 

Law'    van  den  volgeoden  inhoud: 

,,Ik  raad  u  actie-prins,  aleer  nog  nypt  de  nood 

Dat  gy  van  de  Engelse  postuur-kromme-actie-draajer 

U  leerde  inpakken  in  een  bondeltje  half  zo  groot 

Zo  bergt  men  u  op  rys  sluikhaftiger  en  fraajer'\ 
't  Randwerk   is   een    gravure   infol.   door  L  C.  F.(olkema)  en  L  v.iau) 
S.(asse)   en   met   adres   van    W.  Koning  te   Amsterdam,  wier  namen  en 
adres  nog  gedeeltelijk  zichtbaar  z^u. 
(Muller  No.  3597,  Stephens  No.  168i>).  Ik  ken  van  deze  plaat  twee  staten. 
a  de  hierboven  beschrevene. 


Digitized  by 


Google 


17:i>ü  GROOT   TAFKRKEL   DBR   DWAASHEID  363 


b  geheel  aU  de  voorbande,  alleen  ia  van  het  foutieve  „betaaleo",  ia 
de  eersten  versregel  rechts  naast  de  kleine  voorhtelliDg*,  de  „n' weggekrabt. 

De  oorspronkelijke  staat  vaa  dit  prentje,  zonder  het  randwerk,  dat  ik 
in  's  Rijks  Prentenkabinet,  bij  't  werk  van  B.  Picart  zag,  heeft  als  onder- 
schrift (en  de  sporen  daarvan  zijn  in  den  lateren  staat  nog  zeer  duidelijk 
zichtbaar] : 

..Que  Pan  soit  l'inventeur  de  la  fluste  champestre, 

C'est  uue  fable.  il  eut  un  Maiatre 
Pan  quoique  de  V  Auteur  de  ton  art  en  dispute, 
Les  Nimfes  aimerout  la  naturelle  fluste." 

Üe  gravure  heeft  in  dien  staat:  „A..  Coypel  pinx.",  „I.  Audran  se." 
3518   —  63.  „Des  Kladpapieren  Waerelds  vuur  in  as  verkeerd." 

Inschrift  in  een  smalle  kartouche  boven  de  hoofdvoorstelling,  in  liggend 
ovaal,  van  een  spotprent  op  den  windhandel.  Onder  in  de  lijst  van  dit  ovaal 
staat:  .,Wee  u!  gy  Land  welks  Koning  een  K(ind)  is."  natuurlijk  met 
bedoeling  op  Frankrijk  en  Lodewijk  xv;  bovenin  is  een  hart  afgebeeld, 
met  een  kinderkopje  en  een  fakkel  aan  iedere  zijde  en  het  inschrift: 
..Aardse  liefde".  In  't  midden  der  plaat  ligt  een  wereldbol,  volgens 't  vers 
een  papieren,  die  in  brand  gestoken  is  door  .,'teewig  lot',  voorgesteld 
door  twee  eiig-eltjes,  elk  met  een  fakkel  in  de  hand.  terwijl  zij  met  de 
andere  samen  een  slang  met  den  staart  in  den  bek,  (teeken  der  eeuwig- 
heid), vasthouden ;  lieden  van  allerlei  stand  liggen  of  staan  er  omheen  en 
grijpen  naar  den  bol.  Onder  hen  ziet  men,  meest  op  den  achtergrond,  twee 
gekroonde  hoofden  en  een  bisschop ;  de  overige  personen  worden  in  't  vers 
aangeduid  als  ..Man.  Wyf,  Schynvroome,  schoojer,  guit  lood,  Christen, 
heiden;'. 

Rechts  op  den  tweeden-,  evenals  links  op  den  achtergrond,  verschillende 
gebouwen.  Behalve  de  groep  om  de  brandende  wereld,  zvjn  links  op  den 
voorgrond  nog  een  viertal  personen  bij  een  poort  en  rechts  twee  vrouwen 
afgebeeld,    van   welke   een    verklaring  moeilijk  te  geven  is  en  ook  geen 
nadere   uitlegging   voorkomt  in  het  hierbij  behoorend  24-regelig  vers,  in 
twee  kolommen  onder  de  voorstelling  gegraveerd,  dat  aanvangt: 
,,Papiere  Waereld!  in  der  tyd 
Door  'teewig  lot  in  vüür  ontstoken. 
Uw  luister  blyft  niet  onbesproken 
Door  wank'lige,  eerloose,  aardse  vlyt. " 

De  vier  hoeken  der  plaat  zijn  met  vier  kleine  voorstellingen  gevuld 
die.  zoowel  links  als  rechts,  van  elkaar  gescheiden  zijn  door  twee  öregelige 
verzen  boven  elkaar;  de  verklaring  gevende  van  de  afbeelding  waaronder 
of  waarboven  zij  staan.  Links  ligt  Venus  wanhopend,  geknield  bij  't  lijk 
van  Adonis;  boven  hen  twee  weenende  engeltjes  met  omlaaggekeerde 
fakkels.  Links  onderaan  zit  Midas  met  ezelsooren  bij  een  tafel  met  geld; 
rechts  tegenover  hem  Apollo  op  de  wolken. 


Digitized  by 


Google 


364  GROOT  TAFBRBBL   DU   DWAA8HSID  1730 

Rechte  boTeoMQ  dmMn  een  yiertel  naakte  mannen  om  Baochus  op 
't  Tat  gewton ;  een  vyfiie  is  gevallen  en  wordt  door  den  Dood  weggehaakL 
BecbU  onderaan  at  een  oud  man  by  een  tafol  ¥ol  geld,  juweelen,  eoc, 
een  halfiiaakte  jonge  Trouw  lief  kooet  hem  en  een  jongen  echeokt  bera 
een  glaa  wQn;  de  Dwaaabeid,  als  een  ttouw  met  narrenkap  op,  ateat 
acbter  bem,  links  van  bem  de  Dood  die  bem  bij  de  hand  vat. 

Grayure  br.  in*fo1.,  x.  n.  y,  gr.  Ik  ken  van  dese  prent  maar  één  staal 
(Muller  No.  S608.  N.  b.  8.}. 

3619.  —  M.  „Nieuwe  Afteekening  van  alle  de  Banken,  CansAlen,  Ton- 
nen en  Dieptens.  Gleleeg^n  voor  de  stad  Bnkbujsen  inde  zuyderzee.  Waer 
in  Aengeweesen  word,  hoedanig  men,  uyt  de  Stad  Nae  de  Vuur  Toren 
door  bet  Voor  land  Gevoeglyk  kan  maken  een  Nieuwe  Zee  Haven.  Aan 
de  Bd:  Groot  Acbtb:  H'^"  Borgerm^"  en  Regeerders  der  gemelde  Stad 
Eerbiedig  opgedraagen  door  P.  E.  Inv:'* 

Inschrift  in  een  liggend  ovaal  van  eikenbladeren  midden  bovenin  een 
kaart  van  Enkbuizen.  de  daar  vóór  liggende  zandbanken^  de  daar  dóór 
geprojecteerde  nieuwe  haven  en  een  gedeelte  der  Zuiderzee.  In  den 
rechterbovenhoek  is  een  ,,Verbeelding  van  de  Mond  van  de  Nieuwe 
Haven.**  in  profiel.  Op  den  achtorgrood  ,,De  Noorder  Dyk*'  met  ,^zen- 
burg  of  Vogel  Kooy.'*  links  en  „De  Vuur  Tooren".  In  den  rechterbe- 
nedenhoek  de  verklaring  der  cijfers  1—19  en  der  letters  A  en  B  in  de 
plattegrond  van  Enkbuizen.  Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.  „Getekent  Door 
lan  Belkmeer  Pb.  et  Diopt  L.  Te  Enkbuysen.*',  „üytgegeven  Tot  Am- 
sterdum  by  Gerard  van  Keulen,  Aen  de  Nieuwen  Brug.  Met  Privilegie.** 
Deze  kaart  brengt  in  beeld,  wat  de  oprichters  der  „Compagnie  van 
Commercie,  Navigatie,  Assurantie  en  Viaacherye**  te  Enkbuizen,  als 
middel  hadden  uitgedacht  om  hun  windhandel  wél  te  doen  slagen. 
Dat  't  plan,  ofschoon  'top  den  eersten  aanblik  wel  iete  aantrekkelijks  had, 
om  verschillende  redenen,  zooals  de  groote  kosten,  het  gevaar  van  op 
nieuw  verzanden  enz.,  onuitvoerbaar  was,  werd  o.  a.  in  prent  &8  reeds 
spottend  aangewezen.  (Muller  No.  36993  N.  b.  8.).  Ik  ken  slechts 
één  staat  van  deze  kaart,  maar  in  de  laatote  uitgave  van  het  „Taf^^** 
komt  een  tamelijk  nauwkeurige  kopie  er  van  voor,  zonder  het  adres 
vaD  G.  van  Keulen,  rechte  bovenaan,  ter  zQde  van  't  liggend  ovaal,  en 
met  eenige  afwijkingen  in  spelling  van  de  verklaring  der  cijfers  1—19, 
enz.  rechte  onderin  de  kaart.  Zoo  staat  hier  bij  3  „Stethuys."  óé£t: 
„Stadhuys.",  by  i  „Oostindize"  voor  „Oostindische";  by  19  „State**  toot 
„Stads";  bij  B  „Scheepen"  voor  „Schepen".  (Muller  No.  36990). 
86dO.  —  66.  „April-Kaart  of  Kaart  Spel  van  Momus  Naar  de  Nieuwste 
Mode". 

Inschrift  als  titel  geplaatst  in  de  laatste  van  vierenvQflig  kleine  voor 
stellingen  in  één  spotprent  op  den  windhandel.  Van  die  vier-en-v^ftig, 
in  zes  ryen  van  ne^en  bov^  elkaar  gegraveerd,  hebben  er  twee-eii>  vijftig 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFBBBBL   DBR   DWAA8HBID  365 


de  figaren  van  het  kaartspel  met  de  cyfera  2  tot  10  of  de  woorden 
„Aas",  ,,Heer",  „Vrouw",  „Knecht"  in  de  harten  en  ruiten;  naatt  de 
klaveren  en  schoppen;  de  laatste  van  de  derde  rij  is  een  verzonnen 
adreskaart. 

Bovenstaande  titel  is  gegraveerd  in  een  heerenmantel  (dien  van  Law), 
die  door  een  man  omhoog  gehouden  wordt,  van  wien  men  alleen  het 
bovenste  deel  van  't  gelaat  met  z^n  punthoed  en  't  onderst  gedeelte  van 
de  beenen  ziet.  In  den  linkerbovenhoek  blaast  een  engeltje  uit  de 
wolken  geld,  hierby:  „Goude  Eew";  in  den  rechterbovenhoek  doet  een 
ander  hetzelfde  met  akties,  hierbij:  „Papiere  Eew*.  Links  onderin  de 
kop  van  „Momus",  rechts  die  van  „Law",  beide  in  een  wolk;  de  laatste 
blaast  ook  akties  voor  zich  uit.    Onder  dit  plaatje: 

'  „Law  is  't  hoofd  en  de  staart;  zyn  mantel  moet  ze  dekken 
Die  Fredrik  Hendriks  (}eeet  niet  eerloos  willen  wekken." 
Het  prentje  waaronder  het  verzonnen  adres  staat,  vertoont  een  haan 
naar  rechts  gaande  en   met  den   kop   naar  links  gekeerd.    In  den  bek 
heeft  hij   een  papier,  waarop  een  Benhoom  (Engeland)  is  a%ebeeld,  met 
z^n  hoorn  den  grond  om  wroetende;  in  zyn  staart  ziet  men  een  paar  bloemen. 
Het  onderschrift  is: 

,  J)e8e  fyne  Modese  Kaarten  worden  gemaakt  te  Schothanenburg  bg 
Lawrens  Bombarist  inde  wroetende  droom  goud-m^n  graver". 

Schothanenburg  is  natuurlijk  een  samengesteld  scheldwoord  op  Law 
(een  Schot)  en  op  Frankrijk  (de  Haan). 

De  twee-en- vijftig  kaartspel-prentjes  zal  ik  in  de  volgorde,  waarin  ze 
gegraveerd  zijn,  van  links  boven  naar  rechts  onder,  beschrijven. 

Bartenhêer:  ,.Lauwer  hans"  (Law)  een  modieus  gekleed  heer,  met 
molentje  in  de  linkerhand,  schuift  een  gordijn  voor  de  afbeelding  van 
drie  mannen,  die  op  den  achtergrond  met  houweelen  bezig  zijn  een  mijn 
te  maken,  't  Onderschrift  is: 

„'kHeb  de  Actie  Mijn  ontdekt:  't  is  tijd  die  weer  te  dekken 
'k  Haalde  andera  aan  m^n  hals  Suropfts  kooy  vol  gekken." 
Hartetnvrounx   „Laura"  (Madame  Law)  als  een  elegant  gekleede  dame, 
met  papier  in   de  handen,   waarop  een  distilleerketel:  „Actie  Ketel"  is 
a^ebeeld.    Onderschrift: 

„Die  hart  heeft  en  een  hard  hoofd  als  mijn  man 
Fijn  goud.  uit  klad  papier  door  reek'nen  stooken  kan." 
Hairtmboer.    „Knecht   of   Boef".    Bïen    boer    uit  wiens  broekzakken 
„Boeve  Actiën"  hangen.    Zyn  hart  zit  buiten  op  de  linkerzijde  van  zijn 
borst;  met  de  linkerhand  richt  hy  er  een  dolk  op.  Onderschrift: 
„'k  Heb  hart  'k  ben  hard  ik  heb  onquetsbaar  de  hoogste  troef 
In  't  spel  daar  'tal  zwicht  voor  de  Boef". 
Mattm  Hm,  Ben  man,  op  een  zodenbank  gezeten,  blaast  zeepbellen;  op 
zyn  schoot  ligt  een  papier,  waarop  een  „1'*;  boven  zyn  hoofd  staat  „Nul 


Digitized  by 


Google 


366  OaOOT   TAFKRKBL    DBR   DWAA8HKID  1720 


ik   houw   een",  n.t.   als  men  van  de  tien  de  nul  wegneemt  blijft  er  ééi 
over.  Onderschrift: 

.,I>ie  een  houd  heeft  aï  veel  gewonnen 
Wijl  't  Actie  werk  tot  nul  is  afgesponnen." 
Httrfen  Hf  f/en.  Ben  man  ligt  achterover  op  den  grond  met  een  stut 
touw  in  de  linkerhand,  afiorebroken  van  dat.  waarmede  de  klok.  die 
recht»  aan  een  paal  hangft.  in  beweging  gebracht  moet  worden  en  wsararn 
aktit'"*  vnatg^mnnkt  zijn.  Bij  de  9  bovei.in  staat:  ..Boeve  klok:»  uur', 
doelende  op  de  toen  in  «ommiare  .<*teden  bestaande  gewoonte,  dat  j^den  en 
allen  die  (r^en  vast  verblijf  hadden,  vóór  't  luiden  der  poort  of  hoef  kick 
de  stad  moesten  verlaten  Bij  den  man  staat  een  brandende  lantaarn  op 
den  ^rnnd.     Onderschrift: 

.,'k  Val  op  mijn  gat:  mijn  boeve  klok  zeel  breekt 
't  Meeste  Actie  spel  van  breuk  of  groot  gat  spreekt" 
fftirten  acht.  Ken  (Tiinees  staat  bij  een  t«fel.  waarop  acht  geldstukken 
liff'flr**n ;    achter    hem    een    pnar  'palroboomen,  vóór  hem  een  aap.  die  m»*! 
dobbelsteenen    srw»elt:    linkn    naast    hem  een  openstaande  kist,  waarteg-cn 
een    vos   opstaat.     Boven    in    't  prentje :  ..Geef  acht'.    Wat  de  ncht  peM 
stukken  op  de  tafel  beduiden,  blijkt  uit  het  onderschrift: 
„Voor  vier  krijg  'k  dubbelde  intrest  acht 
Waar  do^r  de  Vos  myn  kist  verkracht". 
Barten  ter&n.    Een  sterrekundige  kijkt  met  een  graad  boog  naar 't  ze  ven> 
ge.««temte,    dat    met    't  bijschrift:    ..Lucht    Actie'    buiten    de  richting  v.-in 
den    boog  staat.    Een  hond  loopt  met  een  aktie.  waarop  ..T^ucht    Si^hnt  '. 
in  den  bek.    Onderschrift: 

„Wie  naar  de  zeven  star  kijkt  trot«  en  eijje  wijs 
Zyn  gissing- Actie- winst  licht  voor  de  wind  raakt  prrs". 
Harten  :es.    Een  man  met  unster  in  de  rechterhand  wijst  naar  't  boven 
hem  staande: 

„Maak  Balans 
,  Van  de  Kans". 

Aan   het  eene   einde   van   de   unster   hangt   een   zak    geld.    aan    het 
andere   een  papier   (aktie)    met  inschrift:    „Commeny  Gewigi" ;  een  aap. 
links  op  den  voorgrond,  tracbt  met  een  haak  deze  zijde  omlaag  te  trekken. 
Op   den   achtergrond    een   opgaande   zon,   wier  stralen  door  een  dubbele 
lijn :  ,^De  Linie"  dooTsneden  worden.    Onderschrift: 
„Van  die  te  hartig  Actionöeren 
Veel  volk  naar  't  Aapenland  de  Linie  zal  passeeren." 
Harten   vijf.    Een    man  in  narrenkostuum  heeft  in  de  linkerhand  een 
vlagje   waarin,  volgens  de  „Papegaay  of  actie-kaart-klap",   een  griekschc 
A   en   in    de   rechterhand    een   vijfpunt   met  oog,   oor,    neus.  mond  en 
hand   in  de  verschillende  punten.    Boven  zyn  hoofd,  waarnaar  hij  wijst, 
leest  men:  „Vgf  zinnen  te  koop".     Onderschrift: 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFKREKL   DER    UWAASHKTD  867 


.Voor  veel  -verlies  of  flchielijk  winnen 
VijM  de  Actie  nar  zijn  hnrt  en  zinnen". 
Mart/m  vier.     Een  man  —  volpfens  den  tekst,  oen  verspillende  losbol  — 
werpt   zijn    preld    in  de  Zuid-  of  Westzee.  wnnrin  een  visch  zwemt.     Hij 
tmrht.    volprenx   den    ..Papepr<'iHy".   met   de   twee   dobbel  steen  en,   op  den 
pfrond,    dertien    oop^en    te    werpen,    wnt  slechts  c^elukken  znl  zoo  één  der 
dobbel.'^teenen    breekt    en    in    tweeën    valt    met   de   oop-en  boven.     In  de 
de  Inobt  stflnt:  ..Vierknnt  Uit  de  hand".     Onderschrift: 
..Werp  je   Actie  dobbel  preld  in  't  wnter  Heer 
Zo  't  lot  u  mind  de  Vis  brenp^t  't  n  met  paerlen  weer." 
Sarfe^n  drie   Vol^rens  dei  ..P.\pepfnay"  stelt  dit  een  vrek  voor.  die  nooit 
voldaan    i.s.    zoonis   een    driehoek    nooit   een    cirkel  vult;  dit  beeld  houdt 
hij    in    de   rechterhnnd    omhoopf;    hierbij;    ..Nooit   vol";  in  de  linkerhand 
heeft  hij  een  papier,    wnnro])  ..100000  g"uMen  met  nrmoe".    Onderschrift: 
..Een  Vrek  «spreekt  nooit  rond  uit.  in  g-ieriofheid  verward 
De  rijkste  Actie  vuld  (als  driehoek  'f'ond)  zyn  hart". 
Harten    ttree.     Een     nkliehandelnar    met   bijschrift:     ..Bubbel hartig*    is 
Dubbel  hartig",    wat    zinnebeeldicf    is    voorg-csteld    door  een  kaars  (..Koud 
vuur"),  die  hij  in  de  rediterhand  heeft,  terwijl  hij  aan  zijn  linkerarm  een 
emmer  met  water  dran<jt.  wnnrin  twee  harten  drijven.     Onderschrift: 
..Al  valsheid  en  een  dubbel  hart 
Men  vin<l  aan  de  Actie  Wolf  noch  hoofd  nopf  start." 
Harten  nas   Een  dirckteur  eener  kompnrrnie.  die,  met  pfeld  als  aas,  een 
sirene  of  meermin  tracht  te  vanrren  aan  een  henjyel.  dien  hij  in  de  linker- 
hand heeft;  in  de  ref^hterh^nd  houdt  hij  een  slanef  ftls  rinpf.  hier.  volf^ns 
de    verklaring,    de   aktiehandel.    waarvan    het    begin    het    einde    opvreet. 
Boven  den  man  sftat  ..'t  Bepfia  en  't  Fnd  Eve  onbekend".     Onderschrift : 
..Die  Acties  zonder  aas  zocht  uit  de  eerste  hand 
Kon  ffecn  Sireeue  zauQf  verstaan  en  dorste  't  strand". 
Ruitenheer.     Een    deftijf   pfekleed  heer  roet  driekanten-hoed  op  't  hoofd, 
staat   achter   een  schut  van  twee  slaj^en,  waardoor  hij  beveilig'd  is  tef^en 
de  windblazeiide  enpfeleukopjes  in  de  wolken,  achter  het  schut     De  man 
heeft  in    de   rechterhand    een    venstertje    in    den    vorm    van  de  ruit  van 
't  kaartspel,  met  ruitjes  en  in  lood  p^evat  in  do  linkerhand  een  glassnijders- 
diamant   Onderschrift: 

„'k  Schut  Actieus  het  Zuid  en  West  geblaas 
Trots  de  aller  fijnste  g-lasenmaakers  baas". 
In  de  verklarinj^  van  deze  figuur  ze;^t  de  „Papejfaay"  dat  er  geen  grooter 
., Ruiten  heeren"    zijn    dan    de    „Glaa.sen-maakers   baasen".     .,Zy  schutten, 
daar  door  de  winden;  also  ook  dese  Heer;"  enz. 

Ruitenvrouw.  Een  dame,  voor  een  glasoven  staande,  blaast  glazen  bellen ; 
door  't  slechte  mengsel  springt  de  oven  en  glazen  aktiea  vliegen  er  uit. 
In  de  linkerhand  heeii  de  dame  een  niet-haakschen  spiegel.  Ondenscbrifl: 


Digitized  by 


Google 


368  GEOOT   TAFBRBKL    DKB    DWAASHEID  172Q 


,,MQn  Acti«  spriDf^t  ati  iflss  en  scheen  een  k1«are  ssak 
Maar  was  onzuiver  en  niet  vierkant  in  den  haak/' 
Mmitenboer.  Een  boer  met  pijp  in  den  mond.  Hij  heeft  in  de  linkerhand 
een  brandglas,  waarmede  bij  de  stralen  der  zon.  bovenaAD  rechtfi  in  de 
voorstelling,  tracht  op  te  vnngen  en  het  papier  in  brand  te  ?tekea. 
dat  hij  met  de  rechterhand  vasthoudt  en  waarin  men  leest  ,.Law  ras  heet 
tot  as";  dit  moet.  als  dubbele  woordspeling,  zoowel  slaan  op  Law.  die 
Tan  lauw  ras  heet  werd  in  den  handel,  maar  wiens  optreden  ras  in  aseh 
verkeerde,  als  op  de  akties,  die  tegen  *tvuur  niet  bestand,  spoedig  t^ 
asch  vergaan.    Onderschrift: 

./tis  niet  bestand  voor  zuivre  Zonne  straalen 
Op  PlutAs  Zegen  kar  zal  de  Actie  nacht  spook  praalen.'* 
Ruiten   tUn.    Een    man    met   papier  in  de  rechterhand,  waarop:  ..Tas 
10   maal    10   pas   een  zuivere  Comp^'\  terwijl  hij  in  de  linkerhand  een 
ring  met  steen  omhoog  houdt    Onderschrift: 

.,Men  koopt  nooit  de  eedele  steen  bij  de  tast  nog  by  nacht 
Maar  de  Actie  koop  is  dwaas  bij  PlutOs  lamp  betracht' 
Ruiten   nethen.     Een    man  met- de  afbeelding  van  een  kegelsipel  op  een 
papier  in  de  rechter-,  en  een  bal  in  de  linkerhand.  Onder  het  papier :  „De 
Grootste  is  Koning*'.  Onderschrift: 

„Was  d' Actie  koning  slechts 'alleen  in  Heerst  gevallen 
De  rest  had  nooit  verstrekt  tot  doel  der  kegel  ballen." 
Ruiten  acht.  Een  heer  in  deftige  kleedij  en  boven  wiens  hoofd  .,Achl- 
baarheid'  staat,  vertreedt  met  den  linkervoet  een  vleermuis  (zinnebeeld 
van  de  werken  der  duisternis)  en  heeft  in  de  rechterhand  een  papier. 
waarop:  „Actie  Mis  druk  en  scheur  Papier";  uit  zijn  linkerhand  vallen 
een  paar  geldstukken.     Onderschrift: 

..De  Weste  wind  waaij  weg  't  papier 
Dat  de  Achtbaarheid  in  *t  licht  staat  dier." 
Ruiten   zeten.    Boven  het  hoofd  van  den  hier  afgebeelden  man.  die  in 
de   rechterhand   een   boek   in    de   hoogte   houdt,    waarop  planeetteekens 
staan,  leest  men  ,. Planeet  Orakel"  en  in  het  papier,  dat  hij  met  de  linker- 
hand  vasthoudt:  „Actie  boek  duister  om  te  leesen".    Onderschrift: 
,,Van  Actiën  nooit  gedacht  voor  desen 
Wie  kan  als  ik  daar  van  't  planeet  boek  lesen." 
Ruiten  tez.     Een  ongelukkig  aktionist  laat  uit  de  linkerhand  een  papier 
vallen,   waarop   een  rijtuig  met  zesspan  is  a%ebeeld,  terwijl  toom  en  bit 
aan   zijn   rechterhand   ontglippen.    Onder   't  papier:   „tZes  gespan  in  de 
ban".  Onderschrift: 

,/k  Ben  nu  Actief  Ruiter  te  voet 
Mits  ik  het  zed  gespan  passie  verlaaten  moet." 
RMiten  9ijf.   Bij   een  tafel  links  staat  een  man,  die  met  een  voorwerp^ 
in  den  vorm  van  een  5,  geldstukken  naar  zich  toehaalt,  die  met  ,^ctie'*(n) 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFERBVL   DER   DWAA8HBID  869 


op  tafel  liggen.  Boven  's  mans  arm:  ,,Kromme  Cinquen*'.  Op  den  achter- 
grond ziet  men  de  Faam  in  mannenkteeding  en  op  krukken.  Onderschrift: 
,/k  Ontzie  geen  Actiën  met  kromme  Cinken  [uit  oneerlijke  bedoe- 
lingen ontstaan] 
Al  zou  *tmijn  Faam  a  la  Mode  verminken*'. 
jRmtm  vier.    Een   zeeman   met  vlag  in  de   linker-  en  kompas  op  de 
rechterhand,  waarvan  alleen  de  windstreken  ,.Noord"  en  „Oost"  zijn  aan- 
gegeven, daar  de  beide  andere  door  den   aktiehandel   berucht  waren. 
OnderBchrift: 

„*tCompas  heeft  vier  Gewesten 
Ik  praal  met  de  twee  beste.** 
Bmitm  drie.    Een  heraut  met  de  wapens  der  drie  „ongeactioneerda** 
steden  op  zijn  wapenrok.  By  hem:  „Op  mijn  Trits  Ben  ik  bits**.  Achter 
hem   Neptunus  in  zijn  zeekaros;  vóór  hem,  op  den  tweeden  grond,  Mer- 
kurius  met  een  gevleugelden  scepter  in  de  hand.    Onderschrift: 
„Drie  laaten  nog  haar  tanden  zien 
Al  waar  Mercuur  Neptuun  weerhoud  in  'tvlien.*' 
Muiten  twee.  Een  brillenkoopman  met  breedgeranden  hned,  een  groeten 
bril  op  den  neus  en  een  in  de  rechterhand  en  een  marsje  aan  een  riem 
over  den  linkerschouder;  links  van  hem  een  uil  met  bril  op,  op  een  kruk 
en   tusschen   man   en   uil   een   vliegende   vleermuis   boven  welke  staat: 
„koop  gesleepe  oogen*'.    Onderschrift: 

„Brillen  voor  vleermuisen  en  uilen 
En  al  die  om  malle  Actiën  pruilen.** 
Ruiten  aas.    Simson   haalt  den  honig  uit  den  bek  van  den  door  hem 
verslagen  leeuw;  de  bijen  vliegen  weg.    Boven  hem:  „Baadsel  Actie**. 
Onderschrift: 

„*tWa8  Samson  raadsel  op  zulk  aas  te  hoopen 
Zo  onwis  ging  het  nu  met  Actie  koopen.** 
Khverenkeer.  De  „Bevdndhebber  van  Na  geluk  druk**  (een  heer  in 
deftige  kleedij),  zich  het  hoofd  krabbend  met  de  rechterhand,  terwijl  hy 
in  de  linker-  een  papier  heeft,  waarop:  „Rekenschap  volgens  de  Regel 
Falsi**,  zich  dus  *tair  van  wanhoop  gevende,  ofechoon  *tnit  de  wolken 
geld  regent,  dat  door  een  trechter  in  een  zak  valt,  welke  wordt  vastge- 
houden door  een  aap  met  doggenkop  (Engeland)  die  links  op  een  taibltje 
zit  Daar  de  zak  van  onderen  open  is,  komt  *t  geld  in  het  water  terecht, 
(wat  niet  onduideiyk  aanwijst,  dat  *tden  Direkteur  ten  goede  komt). 
Onderschrift: 

„Ik  moet  me  in  dit  postuur  vertoonen 
En  mij  van  wangedrag  als  Directeur  verschoonen.** 
Klaverenvrouw.    Een   dame   staande  met  een  prent  in  de  rechter-,  een 
klaverblad  in  de  linkerhand,  terwijl  er  verscheiden  dergelijke  blaadjes  op 
den  grond  vallen.    Op  de  prent  is  de  val  van  Ikarus  a%ebeeld;  rechts 
IT  24 


Digitized  by 


Google 


370  OBOOT   TIFEKIEL  DBE   DWAAaHBID 


17» 


ft^ter    de  dame  de   Fcvtoin,  boven   welke  staftt  f^lcwjonde   Actiën"^. 
Ondenchrift: 

f^'ant  Acties  al  achooa  die  leiden  schaden 
Fortuin  xaajd  in  het  hof  der  Ladies  klaTerbladen/' 
Klét9trmioer.    Een  man  die  zich  ontdoet  van  zijn  liverei  om  de  deftige 
kleeding  aan  te  trekken,  die  vóór  hem  op  een  tafel  ligt,  hij  heeft  keteni 
(van  slaven^))   aan   de   voeten,  waarbij :  ,/k  Leg  af  *t        Livrg  en  Sla- 
vemij".  Op   den  achtergrond  een  schip  op  zee  (Zoidsee).  Onderschrift: 
.^IC^n  luk  star  schoud  niet  naaw  of  kiel  en  As  gaan  recht 
Het  Actie  lot  maakt  knecht  ras  heer  en  heer  ras  knecht". 
KUfverm   iim.    Ben   man   half  in    gewoon,  half  in  chineesch  gewaed 
eo  op  wiens  linkerschouder  een   kraai  zit,   heeft   in  de  linkerhand  een 
papier  met  inschrift:  ,,10  per  Cent  rente  op  Actie  pand*\  terwijl  hij  met 
de  rechter  een  arend  afweeren  wil,  die  hem  een  oog  tracht  uit  te  pikkoi, 
Bov«i   het  papier  staat   nog:    „Half  Snees**,  (daar  een  snees  twintig  is. 
doelt  dit  zoowel   op  de  10  <*/,  rente  in  dat  papier  genoemd,  als  op  den 
bynaam   Chinees  die  men  een  schraper  toen  ter  tijd  gaf).    Een  gedeelte 
van   de   tafel,   waarop   de   heerenkleeding   in  de  vorige  kaart  ligt,  is  in 
deze  kaart  links  te  zien.    Onderschrift: 

„De  raaf  die  dubble  rente  of  looelyk  premie  neemt 
Word  van  een  adelaar  *t  gezicht  in  *t  licht  ontvreemd'*. 
KUtvirm  negen.    Een   man,   boven  wiens  hoofil:  „Niet  verlegen*',  met 
een   papier  in   iedere   hand.    Op   dAt   in    zyn   rechterhand:  „san  Credito 
Acto'';   op   het  andere   is  een  zoogenaamd  molenspel  a%ebeeld,  met  op- 
en onderschrift:  „Ope  meule"  „met      een  giew  gaaw*\    Onderschrift: 
.,T>ie  wynig  heeft  en  veel  durft  wagen 
Hoopt  best  op  winst  en  vreesd  geen  vlaagen.*' 
KlêMtm   êckt.    Een   man    met  een  gescheurde  aktie  in  de  Ibkerhand 
snydt  met   het   mes,  dat  bij  in  de  rechter  heeft,  een  8  door,  die  op  een 
tafel  rechts  van  hem  ligt;  boven  z\jn  hoofd  staat  „achteloos".  Onderschrift: 
„Sny  ik  de  8  midden  door  *k  Heb  twee  maal  nul  daar  voor 
Dus  gaat  ook  de  Actie  achting  heel  te  loor.'* 
Künerm  teven.  Met  zinspeling  op  't  getal  staat  hier  een  man  naar  links 
en  zeeft  geld   boven   *t  water,  de  akties  vliegen  er  uit;  aan  zijn  voeten 
liggen  twee  dobbelsteenen.    Onderschrift: 

„Bchoon  de  Acüe  dobbelaar  z^n  geld  in  't  water  zift 
Zyn  teerling  biyft  op  't  land,  hij  scherpt  op  Hspel  zyn  drift". 
Klaveren  les.    Een    brakend   man,   met  een  fleschje  in  de  linkerhand, 
wyst  met  de  rechter  op  een  papier,  waarop  een  w^zerplaat  is  a%ebeeld, 
die  op  half  zeven  staat    Achter  hem  rechts  ,3oinb&no" ;  links  een  kerk 
toren.    Onderschrift: 

„Noch  wees  m^n  Actie  recht  maar  is  nu  aan  't  verscheeven 
Bofflbarioe-gewys  helt  hy  naar  hallef  leven.** 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAFKBBBL   DKR   DWAASHEID  371 


Klaveren  vijf.  Boven  't  hoofd  van  een  man  die  een  vy fkaart  (Aas — tien) 
in   de   linkerhand   heeft,   staat:   „Alle  beest';  beteekeoeud  dat  allen,  die 
met   hem   spelen,  'tkwyt  zijn;  hy  houdt  met  de  rechterhand  een  papier 
tegen  de  borst,  waarop  „Contrabande".    Onderschrift: 
„Als  'touwerwetee  lanterlu 

Daald  de  Actie  handel  wgl  zy  menig  beest  maakt  nu." 
Klaveren  vier.    Een   man,   bij   wien    rechts  staat:  „Ik  waay  met  alle 
winden'   en   wien  de   hoed  vun  *t hoofd  geblazen  wordt  door  den  wind, 
terwijl   de   vier  windstreken  als  vier  blazende  engelenkopjee  boven  i^n 
hoofd  zijn   afgebeeld,   houdt   in  de  rechterhand   een  papier,  waarop  „Te 
geef  of  te  Neem"  en  op  de  linker  een  molen.  Onderschrift: 
„Zo  'k  daar  verlies  *k  win  weer  wat  hier 
Ik  hou  nog  't  veld  bij  't  wind  papier." 
Klaveren  drie.   Een  man  met  den  rechterarm  op  een  kruk  leunende  en 
met  grooten   bril  op  den  neus,  heeft  in  de  linkerhand  een  papier:    „Sub- 
scriptie". Boven  zijn  hoofd  staat:  „Regel  van  drie  beenen'*.  Onderschrift: 
„'t Is  krukke  dans:  mij  dunkt  ik  'talles  als  Eklips  zie 
Om  met  geen  Acties  meer  te  hoojeu  'k  geef  sub^criptie." 
Klaveren  twee.    In  den  linkerbovenhoek  der  prent  komen  twee  handen 
elkander  wasschende  uit  de  wolken,  naast  die  handen  en  boven  een  man, 
die  met  uitgespreide  armen  a%ebee1d  is,  leest  men:  „Twee  Getrouwe". 
Op  den  achtergrond  links  is  een  duel  afgebeeld.  Onderschrift: 
„De  een*  hand  wast  de  and're  schoon  een  kan  't  alleen  niet  stellen 
Maar  de  Actie  Warnar  maakt  ze  eer  vuil  door  bloed  duellen." 
Klaveren  aat.    Een   man   met   pelgrimsstaf  in  de  rechterhand  en  een 
papier  in  de  linker,  waarop  „Buiten  alle  Werelds  Actie",  heeft  een  man- 
teltje om   met  een   zon   er  op,  terwijl  zijn  geheele  kleed  verder  bezaaid 
is  met  sterren.   Bij   zijn    voeten  leest  men  „Basta",  zoowel  beteekenend 
dat  de   windnegotie   diende  op   te  houden,  als  dat  klaveren-aas  de  basta 
van  het  quadrille-spel  is.  Onderschrift: 

„Daar  is  maar  een  weg  ter  geluk  gewis 
Zoek  't  licht  schuuw  d' Actiën  der  duisternis." 
SckoppenAeer.    „Ongraaflijkheid"    staat   er  by    de   voeten  van  een  ryk 
gekleed    heer,   die   in   de   rechterhand   een    schaal   heefl,  waarin  aan  de 
lichtste   zijde  een   schop,   uan   de  zwaarste  een  zak  met  geld  ligt;  in  de 
linkerhand  heeft  hij  een  prent,  waarop  een  graver  is  afgebeeld.  Inschrift, 
schaal   en   prent  doelen   natuurlijk  op  het  niet  doorgaan  der  utrechtsche 
kanaalgraverij,  zooals  ten  overvloede  nog  blijkt  uit  het  onderschrift: 
„'t  Geld  quam  tot  ons  met  schoepen  in 
't  Geroep  van  'tgraaven  bracht  gewin". 
Schoppenvrouw.    Een   dame  heeft  met  de  rechterhand  een  spade  in  den 
grond  gestoken,  waar  boven  men  leest  „Madame  Quincampoix";  aan  hare 
linkerhand  ontvallen  zes  speelkaarten.  Onderschrift: 


Digitized  by 


Google 


372  GROOT  TAFEREEL   DER   DWAASHEID  17S0 


,J)e  kaart  is  al  vergeeTen 
Wy  steeken  spa  daar  neyen."* 
SeAoppmioer,  Bea  trommelslag^r  van  wiens  boed  een  zestal  aktien 
aan  een  touwtje  afhangt,  slaat  de  trom;  rechts  achter  hem  troepen, 
die  over  een  heavelachtig  terrein  naar  ..Yianen"  trekken,  dat  op  den 
achtergrond  ligt  Bij  den  rechtervoet  van  den  tamboer:  „Onder  Fredrik 
Hendrik  beecheiden".  Onderschrift: 

,^ls  knecht  der  Compagnie  sla  ik  slinks  de  Chamade 
Om  Officier  en  Rot-gezél  van  schuld  te  ontlaaden**. 
Schoppen   Hem.    Een   berooid   man   met  een   munt   in   de   1inkerhai»L 
waarop  een   kruis  (X  =  10)   is  geslagen,   terwijl   hy    in  de  rechter  een 
prent  beeft,  met  de  afbeelding   van   een  galg,  waaronder  eeo  doodkist 
staat    De  beteekenis  hiervan  blijkt  uit  't  onderschrift : 
„Voor  dees  gekruiste  penning  zal  ik  zeggen 
Waar  de  Actie  wind  Prins  zou  begraaven  moeten  leggen.*^ 
Schoppen  negm.  Ben  nar  met  den  spiegel  der  „voorzichtigheid"  (zie  on- 
derschrift) in  de  rechterhand.  Op  de  prent,  die  hij  in  de  linkerhand  heeft, 
zyn  de  muzen  a%ebeeld,  bij  de  hengstebron  gezeten.  Naast  hem  is  een 
spade  in   den   grond   gestoken;   onder   zijn   rechtervoet  ligt   een  slang. 
Onderschrift: 

,,*k  Zocht  geld  uit  zotheide  mijn,  de  kunsten  wou  'k  begraaven 
Maar  de  voorzichtigheid  mij  prikkeld  tot  haar  haven/' 
Schoppen  acht.  Een  man  wiens  geheele  kleed  met  cijfers  8  bezaaid 
(geacht)  is,  heeft  in  de  linkerhand  een  brandende  lantaarn,  in  de  rechter, 
waarop  een  valk  zit,  een  papier  met  „Spa  Geacht".  Een  gedeelte  van 
de  tafel,  die  op  de  volgende  kaart  voorkomt,  is  hier  rechts  in  de  plaat 
gegraveerd.    Onderschrift: 

„Al  quam  ik  spa  'k  word  nog  geacht 
Ik  vong  een  witte  Valk  door  de  Actiën  onverwacht" 
Schoppen  zeven.  Links  liggen  op  een  tafel  zeven  (vier  en  drie)  geld^ 
stukken;  een  man,  bij  wiens  hoofd  men  leest  „Quater  trois  Betaald  in 
Qttincampoiz",  heeft  met  twee  dobbelsteenen  blijkbaar  *t  zelfde  getal  oogen 
geworpen.  In  de  linkerhand  heeft  hy  een  papier  met  „Betaal  of  Dwaal". 
Onderschrift : 

„Siz  dncq  en  deux  aas  gaan  vrij 
Maar  'tbetaalen  past  voor  mij." 
Schoppen  ges.    Een  man  met  lauweren  en  stroo  gekroond,  een  cijfer  6 
in  de  rechter-,  een  papier,  waarop  „Myn  Bank  is  rot",  in  de  linkerhand, 
staat  voor  een   bank,   waaronder  een   kist   geplaatst  is  met  geopenden 
deksel,  zoodat  de  ratten  er  huis  in  kunnen  houden.    Boven  't  hoofd  van 
den  man  staat:  „Met  een  sesje  te  betaalen  Doet  mij  praalen".  Onderschrift: 
„Ik  pmal  met  Laawerier  en  stro 
*k  Bebouw  m^n  goet  maar  de  eer  die  is  maar  zo  en  zo." 


Digitized  by 


Google 


1720  GROOT   TAPBEBBL   DBA   DWAA8HBID  373 

Schoppen  pij  f.    Ben   man,   die  ia  de  rechterhand  het  wapen  -van  Am- 
sterdam  omhoog^  houdt  aan  een  haak,  welke  den  vorm  van  een  5  heeft, 
wordt  door  de  Faam  gekroond.  „AcUe"  en  Project",  papieren,  die  voor 
z^ne  voeten  liggen,  worden  door  hem  vertreden.    Onderschrift: 
,J)e  Quintessenoe  en  vjfde  in  oudheids  rang  der  steden 
Ziet  men  projecten  van  malle  Actiën  vertreeden.*' 
Schoppen  tier.  De  hier  afgebeelde  heer  laat  zijn  kat  „Madame  la  petite" 
uit  zijn  linkerhand  vallen;  aan  zijn  voeten  ligt  een  hond  met  de  pooten 
in  de  lucht    Onderschrift; 

„Mijn  kat  die  zelden  maawd  valt  altijd  op  vier  pooten 
De  blaffers  Zuid  zee  Ziek  die  tuimelen  als  Elooten." 
Schoppen  drie.  Da  drie  voornaamste  compagnien,  als  vrouwen  voorgesteld, 
zitten  samen  op  een  schommel.  Links  de  eogelsche  Zuidzeecompagnie 
met  een  hond  (dog)  ouder  den  linkerarm  en  boven  haar  hoofd  „Zuid". 
In  't  midden  „Missisiipi*'  met  een  „indise  rave'  aan  een  touwtje  volgens 
de  „Papegaay",  rechts  de  West-indische  boven  wier  hoofil  „West". 
Onderschrift: 

„Zie  de  hoofd  Nimfen  Compagnien 
Op  een  schop  zitten  met  haar  drien." 
Schoppen   twee.    Da   Tijd,   naar   links  gekeerd,   met  een  gevleugelden 
zandlooper  op   't  hoofd,   heeft  eeu  komfoor,  waarin  akties  branden,  in  de 
linkerhand  en  een  doofpot  in  de  rechter.    Boven  zyn  hoofd  staat: 
„Dat  was  en  is  Zyn  beide  mis 
Wacht  u  voor  Zon  derde  gis". 
Onderschrift: 

„'tVerderfs  papier  verdwynt  in  rook  na  boven 
Het  blaasen  is  gedaan  ik  ga  'tquaad  vuur  verdooven." 
Schoppen  aas.    Een    vuilnisman,   met   kruiwagen   en   bezem   bij   zich, 
schuift  met  zijn  schop  papieren  in  't  water.    Onderschrift: 
„Om  straat  en  binnewater  schoon  te  houwen 
Wil  ik  de  drek  hoop  inde  Actie  Zee  gaan  sjouwen." 
De  grond   van   elke  r\j  kaarten  bestaat  uit  één  landschap  dat  door  de 
scheidingslijnen  van  iedere  kaart  gedeeld  wordt.    Koperg^vure  in-plano, 
z.    n.  V.  gr.    (Muller   No.  S600,  Stephens  No.  1642).    Van  deze  plaat  is 
mij   slechts  één  staat  bekend  en  een  kopie,  voorkomende  in  de  late  kol- 
lektieve  uitgave  van  het  Tafereel,  die  ik  als  de  eerste  der  by prenten  nog 
eenigzins  nader  beschreven  zal. 

8521.  —  66.    „Baal.  of  de  Waereld  in  Maskerade." 

Inschrift  in  den  bovensten  plaatrand  van  een  goed  uitgevoerde  prent, 
die  echter  niets  met  den  windhandel  te  maken  heeft  en,  naar  'tmy 
voorkomt,  alleen  daarom  hier  bijgevoegd  is,  omdat  er  in  dit  gemaskerd 
bol  eenige  toespeling  kan  gezocht  worden  op  de  plotselinge  verandering 


Digitized  by 


Google 


374  GROOT  TAFBRBKL   DBR   DWAASHXID  17SO 


TAD  heer  in  knecht  en  omgekeerd,  die.  als  een  gevolg  van  den  windhandel, 
de  toenmalige  maatschappij  geheel  van  aanzien  deed  veranderen,  zoodat 
ze,  zóó  beschouwd,  wel  op  een  gemaskerd  bal  geleek. 

De  prent  geeft  een  zaal  te  zien,  waarin  een  menigte  lusters  en  kronen 
hangen  en  vraarin  zich  lieden  van  beide  sexe  en  uit  alle  standen  en 
volken.  In  't  midden  op  den  voorgrond  ziet  men  een  dame  tugschen  een 
oud  man  met  grooten  baard,  grooten  bril  op  den  neus  en  breedgeranden 
hoed  op  't  hoofd  met  een  flescb  in  de  linker-  en  een  stok  in  de  rechterhand 
die  links  van  haar  staat  en  een  man,  met  langen  mantel  om.  rechts.  In 
een  opgenomen  draperie  boven  en  ter  zijde  der  voorstelling  zijn  elf 
maskers  (alle  verschillend)  afgebeeld.  Het  middelste  is  eigenaardig  van 
voorstelling;  diAr  is  in  iedere  wang  een  leliebloemtak ;  de  neus  dient  als 
kolom  waarop  Kupido  staat,  terwijl  de  beide  oogen  zonnen  schijnen  te 
zyn.  Onder  dit  masker  staat  in  een  lint:  „The  World  in  Masquerade". 
In  den  breeden  rand  onder  de  voorstelling  is  links  een  engelachSO-reg^Iig-, 
rechts  een  hollandsch  36-rege1ig  vers  gegraveerd,  elk  in  twee  koloauDon. 
Het  eerste  vangt  aan: 

„Here  may  the  Wand  ring  Eye  with  pleasure  8ee 
Both  Knaves  and  Foolls  in  borrow  d  shapea  agree;"  enz. 
het  bollandsche  begint: 

„Hier  kan  *t  Nieuwsgierig  oog  met  Lust  en  niymte  weyen. 
Aanschouwen  fkleyn  begrip  van  s'waerclds  mommereyen."  enz. 
Gravure   langw.  gr.  in  fbl.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ken  ik  slechts 
één  staat.  (Muller  No.  3001,  Stephens  No.  16S5). 

3532.  —  67.    nl^  Actiewereld  op  haar  einde". 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  de  oude  prent  van  P.  Quast,  hier  voren 
onder  No.  3231  beschreven  als  de  eerste  plaat  van  bet  „Byvoegsel  van 
den  Koninklyken  Almanach*'  en  ook  daar  reeds  gewijzigd;  ze  is  hier 
en  in  dezen  staat,  door  de  inschriften,  in  een  spotprent  op  den  windhandel 
veranderd.  De  man  in  't  midden  der  plaat  moet  nu  een  geruïneerd  wind* 
handelaar  voorstellen;  onder  zijn  voet  leest  men: 

„Na  dat  ik  alles  heb  verloren, 

Moet  ik  het  bitter  schempen  horen- 

Van  dit  Canaille,  dat  ontzind, 

Hun  blydschap  in  myn  droefheid  vind, 

Kom  wind,  gy  hebt  my  't  geld  ontnomen 

Maak  dat  ik  aan  de  kost  kan  komen 

Of  durft  gy  my  dit  weig'ren  zo 

Haal  vry  de  Duivel    Quimquenpoix." 
Bg   den   hoed   van  den  man   met  de   lantaarn   van  Diogenes,  links, 
staat: 

„Myne  Actieagtige  Lantaren 
Ligt  nu  niet  meer  gelyk  voorheen, 


Digitized  by 


Google 


1720 


GEOOT   TAFKRBBL   DBB   DWAASHEID  375 


\ 


Toen  alle  rnenMen  rtxend  waren, 

Door  *thand'len  op  de  Bubbelsteèn, 
Want  niemant  wil  nu  meerder  weten, 
Dat  hj  was  met  die  pest  bezeten/' 
Boyen  den  uitgfestrekten  arm  Tan  den  tweeden  aan  desa  zijde  staanden 
persoon: 

,,Wat  dunkje  na  zeg  kameraad, 
Hoe  't  met  de  Wind  negotie  staat?** 
BoYen  't  hoofd  van  den  man,  die  met  de  beenen  kruislings  over  elkaar, 
aan  hunne  voeten  zit,  leest  men: 

„'k  Zit  Actieagtig  door  den  nood. 
Als  'thondjen  om  een  korstjen  brood.*' 
Rechts  jouwt  een  man  met  manteltje  om  en  met  zeer  langen  neus, 
den  ia  't  midden  staande  uit  en  zegt: 

„(Jw  hovaardy  is  krek  betaald, 
Qj  hebt  een  lange  neus  gehaald.*' 
Ben  der  twee  op  den  grond  zittenden,  aan  deze  zijde,  verwet  hem: 
„De  wind  heeft  eerst  uw  geld  geroofil, 
Nu  zit  de  wind  u  in  het  hoofd.'* 
De  man  met  krauwel  in  de  hand,  achter  het  genoemde  drietal,  dreigt: 
„'k  Zal  hem  met  Pluto's  gaffel  klaauwen. 
Dat  hy  gelyk  een  kat  zal  maauwen, 
Want  eertyds  ryk,  en  nu  geen  brood. 
Dat  is  tog  erger  als  de  dood." 
In  den  ondersten  plaatrand  staan  in  zes  r^Jen  zestien  versregels,  waarvan 
de  eerste  luiden: 

„Wie  dat  verwaand  te  hoog  wil  vliegen, 
Zal  't  aller  eerst  zig  zelf  bedriegen,"  enz. 
Qravure  br.  in-fol ,  z.  n.  v.  gr.  maar  door  P.  Quast    Van  deze  plaat  is 
mij  slechts  één  staat  bekend.  (Muller  No.  3002,  Stephens  No.  1687). 
8623.  —  68.    ,,De   wintgot,  uytgebuldert  hebbende,   laat  niet  dan  ram- 
pen na." 

Opschrift  boven  een  24-regelig  vers,  in  vier  ryen  gegraveerd  in  den 
ondersten  plaatrand  van  een  spotpreut  op  den  windhandel  en  meer  be» 
paald,  zooals  Muller  reeds  oaugaf,  op  eenige  aanzienlijke  amaterdamsche 
fiimüies,  die  bij  dien  handel  geld  verspeelden.  De  voorstelling  is  zoo 
onzameuhangend,  dat  het  wel  niet  anders  dan  de  woordspeling  opnamen 
is,  die  ze  deed  ontstaan.  Op  een  heuvelachtig  terrein,  rechts  op  den 
tweeden*  en  achtergnroud   met  boomen  bezet,  zit  links  op  den  voorgrond 

een   man  te  k ,  het  Boofd  omwendende  schijnt  hg  „Fay'*  (voor  foei) 

te  zeggen  over  eigen  ongemanierdheid;  daar  Fay  echter  de  naam  is  van 
een  toen  te  Amsterdam  wonende  familie,  zal  deze  daarmede  wel  z^n 
bedoeld.  Naar  rechts  volgt  daarop  een  heer,  die  op  z\jn  knieén  liggend  een 


Digitized  by 


Google 


876  eBOOT  TAFKEUL  DS&  DWAA8HKID  1720 

gat  boort  in  een  plank,  waarin  gegraTeerd  is  ,/kBoor  eel"  (fiunilie 
Boreel).  In  *t  midden  op  den  voorgrond  zit  een  heer,  met  driekanteD  hoed 
op  en  deftig  gekleed,  op  een  molensteen,  welken  hij  bikt.  Vóór  in  óea 
■teen  leeet  men :  „'k  Bik  dat  ik  zwiet"  (fiunilie  Bicker  van  Swieteo). 
Rechts  van  de  laatste  figuur  een  haas,  zwaar  beladen  met  akties,  waardoor 
het,  volgens  'tvers.  ,,naauw  op  zjn  Loopers  loopen'^kan.  Ook  deze  figuur 
is  zeker  wel  een  zinspeling  op  een  persoon^  die  Haas  of  de  Haas  heette. 
Qeheel  rechts  ligt  een  man  op  eene  knie  en  roept  ,.kheb  de  huyg" 
(Huygens),  een  tweede  persoon,  die  voor  hem  staat,  blaast  hem  door  een 
pijp  een  geneesmiddel  in  de  keel.  Op  den  tweeden  grond  ziet  men,  geheel 
links,  achter  een  heuvel,  de  hooMen  te  voorschijn  komen  van  een  ge- 
wapende bende,  een  eind  van  deze  af  staat  een  man  bij  wien  men  leeet 
,/k  ben  hooft  van  de  Benden*'  (fiunilie  Hooft).  Rechts  op  den  tweedeo 
grond  buigt  zich  een  heer  uit  een  reiskoets  en  braakt  papieren,  hierbij 
„'k  Spuyg  Actiet'\  In  een  exemplaar  hier  aanwezig,  is  de  naam  .,Loten^\ 
(een  bekende  amsterdamsche  naam),  in  handschrift  daarbij  gevoegd. 

Midden  boven  deze  voorstelling  Jupiter  en  Merkurius  met  twee  balen 
koopman sgoedereo  bij  zich  op  de  wolken.    Het  vers  vangt  aan: 
,.Nu  de  Actieramp  heeft  uytgewoet, 
Ontdekken  zich  verscheyde  plaagen;"  enz. 

Gravure  langw.  kl.  infol.,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  plaat  is  my  slechts 
één  staat  bekend.  (Muller  No.  360Sa.  N.  b.  8.). 

3524.  —  69.  ,,Floraes  Gecks-kap  of  Af  beeldinge  van  't  wonderlijcke  laer 
van  1637  doen  d'eene  Geck  d' ander  uytbroeyde,  de  Luy  Rijck  sonder 
goet,  en  Wijs  sonder  verstant  waeren." 

Inschrift  midden  bovenin  de  oude  spotprent  op  den  Tulpenhandel,  die 
in  't  geheel  niet  veranderd  is  voor  den  aktiehandel  of  door  verzen  daarop 
toegepast  De  hoUandsche  tekst,  in  acht  kolommen  onder  de  plaat  ge- 
graveerd, is  ook  op  geea  enkele  plaats  gewijzigd,  zoodat,  ofschoon  ze 
ofBcieel  in  de  „Registers"  als  tot  't  „Groots  Tafereel"  behoorende  is  op- 
genomen, nergens  uit  blijkt  dat  de  plaat  speciaal  voor  dit  doel  dient. 
Ik  acht  het  daarom  onuoodig  er  hier  nog  eens  een  beschrijving  van  te 
geven  daar  Muller  dat  reeds  deed  onder  No.  1756,  bij  de  prenten  over 
den  Tulpenhandel.  Van  deze  prent  is  mi}  maar  één  staat  bekend.  (Muller 
No.  8604.  N.  b.  S.). 

3525.  —  70.  „Bespiegeling  voor  de  geldzugtige  wereld,  in  't  begin 
op-  en  ondergang  van  den  actiehandel." 

luschrift  boven  in  een  oude  zinneprent  door  veranderingen  en  door  de 
verzen  bovenin  tot  een  spotprent  op  den  aktiehandel  gemaakt.  In  't  midden 
der  prent  zit  een  man,  wiens  hoofd  door  een  muntstuk  vervangen  is,  op 
een  wereldbol.  Zijn  rechterhand  rust  op  een  geopenden  zak  met  geld, 
waaruit  geldstukken  vallen,  terwijl  hij  in  de  linkerhand  een  geldstuk  heeft 


Digitized  by 


Google 


1720 


OEOOT   TAFARBRL   DEE   DWAASHEID  377 


met  omscbrift:  „West  actie  stuk  geslage  int  iaarl720*'.  In  den  wereldbol, 
blijkens  bet  kruis  dat  er  op  staat,  als  rijksappel  a^ebeeld  die  een  weinig 
naar  recbts  overhelt,  ziet  men  verschillende  gevechten  om  't  geld,  dat 
overal  verstrooid  ligt.  In  bet  muntstuk,  dat  in  de  plaats  van  het  boofil 
staat,  is  het  borstbeeld,  naar  rechts,  a^ebeeld  van  een  oud  man  met  het 
omscbrift:  „Een  la  w-se  patecon.  of  missisipse  geld  god  stuk*".  Rechts- 
van  de  globe  liggen  een  drietal  personen  aanbiddend  voor  dien  a%od 
geknield,  evenals  de  man  op  den  ezel,  onder  den  wereldbol  afgebeeld,  de 
handen  biddend  tot  hem  opheft.  Op  den  voorgrond  onderaan  zijn  rechts 
een  zevental  mannen  met  pijp,  potlepel  of  mes  door  de  muts,  bezig  ton, 
mand  of  zak  met  geld  te  plunderen;  een  drietal  kabouters  z^n  geheel 
rechts  eveneens  met  geldstukken  bezig.  Boven  hen  ziet  men  een  man  met 
een  kous  op  't  hoofd,  die  een  vrouw  in  weinig  decente  houding  op  den 
schoot  heeft  en  door  een  jood  beroofd  wordt;  links  ziet  men  een 
dergelijk  paar  in  nog  minder  gepaste  houding;  zij  zijn  in  gesprek  met 
een  vrouw,  achter  wie  een  tweede,  gereed  het  geld  in  ontvangst  te 
nemen,  dat  door  een  kind  ontrold  wordt  aan  den  liefkozenden  man;  onder 
deze  groep  een  hond  in  den  pot,  een  paar  zakken  met  geld  en  een  stok- 
beurs  en  rechts  er  van  een  tafeltje  met  kan,  glas  en  geld  er  op.  Iets 
lager  naar  rechts  van  deze  groep  worden  een  man,  die  reeds  in  iedere 
hand  een  groeten  boom  heeft,  door  zijn  vrouw  nog  booms  op  't  hoofd 
gezet,  terwijl  zij  met  een  heer  in  gesprek  is;  onder  hen  een  oude  vrouw 
bij  een  vaatje  -  achter  haar  een  meisje  met  een  zak  ~  en  tegenover 
haar  een  ander  oud  vrouwtje  met  een  hengelmand  — ,  alle  vol  geld,  dat 
er  echter  op  zijde  weder  uitvalt.  Bovenaan  rechts  ziet  men  allerlei 
zieken;  links  moorden  en  vechtpartijen  om  't  geld,  'tverdeelen  van  den 
buit  door  man  en  vrouw  en  geheel  links  terechtstellingen  van  de  schuldigen. 

Bovenin  deze,  door  de  samen^ifestelde  voorstelling  moeilijk  te  beschrijven 
prent  is,  in  vijf  rijen,  een  46  regelig  vers  gegraveerd,  aanvangende: 
,4Iet  heilloos  goud,  van  elk  dienstplegtig  aangebeden, 
Bedorf  reeds  eeuwen  lang  de  deugden ;  eer  en  zeden,"  enz. 

Ouder  in  de  plaat  het  volgende  distichon  op  één  regel: 
„Alwaar  de  Ziel  zig  aan  de  Geldzugt  heeft  gegeven, 
Daar  word  de  Deug^t,  en  trouw,  en  pligt,  en  wet  verdreven." 

Gravure  in-plano,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3tf05a.  N.  b.  8.). 
Van  deze  prent  zijn  mij  twee  staten  bekend: 

a  de  oorspronkelijke  plaat,  die  midden  bovenin,  in  een  soort  draperie, 
als  inschrift  ^eefl :  „t'zj  ionck  of  oudt  wjs  of  sot,  elck  bemindt,  den 
ronde  godt",  verschilt  o.  a.  in  de  volgende  onderdeelen  van  de  boven 
beschrevene. 

Het  muntstuk,  dat  in  de  plaats  staat  van  het  hoofd  van  den  man,  die 
op  den  wereldbol  zit,  heeft  hier  om  het  borstbeeld  van  een  gekroond  man 
het  randschrift:  „Phil.  IIII  D.  Q.  Hispa.  et.  Indiarv.  rex-  1Ö60." 


Digitized  by 


Google 


378  OKOOT   TAPERB£L   D£&   DWAASHEID  17SO 


Het  inschrift  io  de  munt,  welke  de  man  op  den  wereldbol  in  de  hand 
heeft,  ia  hier:  „Fardinandus,  IL  D.  G.  Rom.  im.  se.  av.  1648.'* 

In  de  plaats  van  het  tafeltje  boven  den  g«hoomden  man  staat  hier 
een  I8-regelig  vers,  in  negen  regels  gegraveerd,  dat  aanvangt: 

„Ter  liefde  vanden  ronden  godt,  Ij  ick  datmen  met  my  spodt, 

Want  men  seydt  my  alle  daegh,  hoe  dat  ick  twee  hoerenen  draeg/' 

Onder  den  hond  in  den  pot  bij  de  minder  decente  groep  links,  is  hier 
een  8-regelig  versje,  op  vier  regels  gegraveerd,  waarvan  de  eerste  regel  is : 

„Wat  behoef  ick  doch  te  trouwen,  want  t'  onbreeckt  my  aen  geen 

vrouwen". 

Onder  het  pendant  der  vorige  groep,  rechts,  een  even  groot  vers,  aan- 
vangende : 

„Nooyt  verhoop  ick  te  beklage  dat  ick  ging  min  magdom  wagen." 

Onder  de  afbeelding  der  terechtstellingen,  links  boven  in  de  plaat,  staat 
ook   een   4-regelig  versje;  dit  slaat  op  de  voorstelling  van  een  jongman, 
die  een  oude   vrouw,  met  veel  geld,  de  hand  ten  huwelijk  reikt,  terwijl 
hij  een  jonge  vrouw  bij  zich  heed  staan.     Dit  versje  begint: 
„longhmans  vrit  ghy  oude  wyuen 
let  vooral  op  gulde  schyuen,*'. 

Alleen  in  de  bovenste  rij  der  figuren  is,  behalve  de  hier  aangegeven 
verauderingeu,  verschil  te  zien.  In  den  hier  beschreven  oorspronkelijken 
staat,  is  er  n.1.,  behalve  het  bovenvermelde  inschrift,  een  74^regelig  vers, 
op  S7  regels,  in  drie  kolommen  gegraveerd,  beginnende  naast  de  terecht 
stellingen  en  boven  den  man  en  de  vrouw  die  den  buit  doelen.  Dit  vers, 
dat  aanvangt: 

„Ben  ick  neit  {sic)  een  godt  van  machten  waer  is  yuers  myns  ghelyck 

de  gausche  werelt  weet  myn  ciiichten,  niemant  ick  op  aerden  wyck,**, 
maakte  plaats  voor  het  meer  regelmatig  gegraveerde  van  den  eerstbe- 
scbreven  latereii  staat,  en  daar  het  oorspronkelijke  tusschen  en  door  de 
voorstellingeu  heen  gegraveerd  was,  moest  dit  eerst  weggeslepen  om  het 
nieuwe  er  in  te  plaatsen.  Boven  de  terechtstellingen  staat  een  12-regelig 
vers,  op  zes  regels  gegraveerd,  beginnende: 

,,Meu  noemt  ons  dief  en  moordenaers,  doch  wy  sternen  martelaers," 
ook   dit   is    verdwenen    in    den    bovenbeschreven   staat   en  daarmede  het 
huofd    van   den  op  het  rad  geplantsten  misdadiger  en  de  halve  galg  met 
het  daaraan  hangende  lijk,  rechte  naast  het  rad. 

In  hoofddeksels  en  verdere  attributen  vertoouen  de  meeste  figuren 
bovenaan  onderlinge  afwijkingen  door  deze  wegkrabberij. 

Het  onderschrift  der  plaat  is  hier  in  één  regel: 

„Siet  hier  den  Ronden  GK>dt,  Des  werelts  liefste  vrient. 
Die  meest  met  onrust  quelt,  Die  hem  opt  meeste  Dient.' 

Van  deze  oorspronkelyke  plaat  besttiat  een  kopie,  waarvan  ik  de 
volgende  verschillen  ter  onderscheiding  aangeef. 


Digitized  by 


Google 


1720  OROOT   TAFERBBL    DBB   DWAA8HBID  379 

8ot 
Het  opschrift   bovenin   de   plaat  is  hier:  ,,tzy-ionck-of-oadt-wy8-of*e1ck- 

bemindt  denrondegodt*'. 

Het  randschrift  van  de,  overigons  onveranderde  munt,  in  de  hand  van 
den  man,  ia  hier:  ..Fardinandvs  II  D  Q  Romimse  av  1648'*. 

In  regeel  8  van  de  eerste  kolom  van  *tvers  boven  in  de  plaat  staat 
hier  j.Weerlts",  in  de  oorspronkelijke  prent:  ,, Werelts," ;  in  regel  8  hier 
,.g'heeert  d'  opper  sant,'*  dééiT  ,,ghe  eert  als  d'  opper  sandt/'. 

In  de  tweede  kolom  heeft  regel  7  hier:  ,,maeck  t jck  gonck  van  leuen,*' 
dtór  „maeck  ick  jonck  van  leuen, " ;  regel  8 :  ,,wel  in  den  oorloch"  voor 
„wel  in  oorloogh'*. 

In  de  derde  kolom  regel  4  hier  „aler**  voor  ,.aleer"'  en  .^h®laeyt" 
voor  ..ghelaeijdt";  regel  7  „docht"  voor  „doet*';  in  regel  10  is  in  deze 
prent  wel  het  grootste  bewijs  dat  het  een  kopie  is.  de  tweede  helft  van 
dien  regel  is  hier  bijna  gelijk  aan  die  van  regel  11;  terwijl  zij  moest 
luiden:  „doet  veel  sieckten  erger  maecken,**  staat  hier:  ,,doet  veel  t'  sleutns 
draet  af  snyt". 

In  deze  kopie  komen  rechts  verscheiden  gedeelten  der  figuren,  die  in 
*t  origineel  de  zwarte  lijn  raken,  welke  om  de  geheele  plaat  getrokken 
is,  door  dien  rand  heen;  links  is  dit  met  het  4-regelig  versje  onder  den 
hond  in  den  pot  evenzoo. 

Onderin  deze  kopie  staat,  een  weinig  meer  links  dan  in  den  vorigen 
staat  der  oorspronkelijke  prent,  in  plaats  van  „F.  de  Wit  Excudit.", 
„Carolus  Allard  Excudit. "  (Muller  No.  36053.  N.  b.  8.). 

b  de  eerstbeschreven  staat  der  prent,  zooals  die  in  't  „Groot  Tafereel" 
voorkomt 

S526.  —  71.  „Koning  en  koningin  van  de  MissisippL'* 

Onderschrift  onder  de  afbeelding  van  het  opperhoofd  van  een  Indianenstam 
met  vrouw  en  kind.  Het  kind  is  naakt,  man  en  vrouw  hebben  een 
gordel  van  drie  rijen  vederen  boven  elkaar  om  de  lenden;  hij  heeft  een 
diadeem  van  veeren  op  't  hoofd,  een  boog  en  schild  op  den  rug  en  inde 
linkerhand  een  wapen?  Rechts  op  den  achtergrond  zijn  een  vrouw  en 
een  kind  bezig  vuur  te  stoken  onder  een  rooster,  waarop  menschelijke 
ledematen  liggen  te  braden. 

Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  3606.  N.  b.  8.)  Van  deze  prent 
is  mij  slechts  een  staat  bekend.  De  plaat  is  zeker  grooter  geweest,  daar 
aan  beide  zijden  de  plaatrand  ontbreekt. 

3527.  —  72.    „De    stervende    bubbel -heer  in   den   schoot   van   Madame 
Compagnie." 

Opschrift  in  boekdruk  boven  de  voor  dit  doel  pasklaar  gemaakte  prent, 
hier  voren  onder  No.  3193  beschreven  als  spotprent  op  Lodewijk  xrv 
onder  den  titel :  ,  A.l-arm  te  Versailles,"  enz.  Lodewijk  irv,  de  man  die 
op  den  voorgrond  met  het  hoofd  op  den  schoot  een  er  vrouw  ligt,  is  hier 


Digitized  by 


Google 


380  OEOOT   TAfKRBEL   DBE   DWAASHEID  1730 


„MoDiiaar  Babbels'',  die  vrouw  lelf  is,  in  plaats  van  Mevroaw  de  Msiii- 
tenoD,  f^ufvrouw  Compagnie".  De  ratten  welke  bij  de  voeten  van  Lodewijk 
-  aan   papieren   knagen,   doch   in   de   oorspronkelijke  prent  niet  verklaard 
worden,   doen   hier   als   zinspeling   op   Rotterdam   dienst  in  het  vors.  in 
boekdruk,   aan   weersx^den   der   plaat   Madame  de  Montespan  (S)  wordt 
hier  ,,de  Zuidzé".  Madame  La  Vallière  (2)  in  de  oorspronkelijke  prent  is 
hier  een    „MissisippiNon**   met  een   patemoeter  van  ,.Mi8Bisip9a  Wind 
•korAlen^*'  in  de  hand.  ..De  Spinhuys  Afgezante*'  (8)  wordt  hier  een  r,Popje 
van   plysier".   Op   *t papier  dat  zy    in   de  hand  heefl  staat  nu:   ..^actum 
den  ....  de  Zuid  Ze  zal  haast  zjn  als  zy  overeen  laar  geweest  heeft^; 
terwyi  het  tweeregelig  versje,  dat  in  H  oorspronkelijke  langs  het  papier 
gegraveerd  was,  er  nu  recht  boven  staat  en  luidt: 
„Ik  draag  helaas  de  brieven. 
Die  ^t  Actie  hart  doorgrieven." 
Alleen   de   kursieve  woorden  z\)n  hier  veranderd;  in  't  oorspronkelijke 
staat  ,/s  Konings'*. 

Zy  verschrikt  op  't  zien  van 't  „Naberouw"  (in  de  origineele  prent 
Philip  (5)  de  kleinzoon  van  Lodewijk  xiv),  dat  zich  de  haren  uit  thoofil 
trekt  by  het  vernemen  van  den  val  van  ,.de  Zuyd",  zooals  die  vermeld 
is  op  't  papier  dat  zij  in  de  linkerhand  houdt.  Boven  het  hoofd  van 
„Naberouw"  leest  men  in  plaats  van  't  vroegere  versje  nu: 
„'k  Heb  Franse  knevels  aangedaan, 
En  egter  wilt  met  my  niet  gaan.** 
Achter  het  „Popje  van  plysier"  staat  een  „berooiden  Actieheer",  vroe- 
ger de  Thoulouse  (10).  Père  la  Chaise  (9),  'skonings  biechtvader,  die 
men  rechts  onderin  de  plaat  ziet,  een  scepter  vasthoudende,  is  hier 
gepromoveerd  tot  een  .^mous**,  die  met  zijn  „Paauw-  en  Slangensta^*' 
(de  lischbloem  bovenaan  den  scepter  is  hier  veranderd  in  een  pauwenkop) 
voelt  „Of  't  hart  haast  scheid  van  't  léven  af;".  De  „Prins  van  Waltis'* 
(7)  is  hier  een  huilend  „Projecteur,"  en  Berwick  (6)  een  benauwd  kijkend 
„Kontramineur,";  „Theesé"  (11)  is  de  gepersonifieerde  „Armoe",  in  vtriens 
hoofddoek  nu  gegraveerd  is:  „Eind  der  Actiën". 

De  ridderorde  op  'skonings  borst  is  hier  verdwenen  en  daarvoor  in  de 
plaats   een  gescheurde  geldbeurs  gekomen  waaruit  verscheiden  geldstuk- 
ken  rollen,    't  Inschrift  in  den  wereldbol   by  's  konings  rechterhand  is 
niet  veranderd  en  evenals  in  't  origineel: 
„Des  Waerelds  kruy(s) 
Komt  my  rechtvaer(dig)  tuis". 
Gravure   infbl.,   z.   n.   v.   gr.;   de  letters  Ph.  B.  (Philip  Bouttats),  die 
onder  in   de  oorspronkelijke   plaat  stonden,  zgn  hier  uitgeslepen,  maar 
de   „B"    is   toch  nog  zichtbaar.    Van  deze  prent  is  my  slechts  één  staat 
bekend,   (Muller   No.   3607,   StephcDS   No.    1615)   en   een  kopie,  (Muller 
No.   36073,   Stephens  No,    1616),  't  best  van  de  vorige  te  onderscheiden 


Digitized  by 


Google 


1720 


GROOT   TAFBBBBL   D£B  DWAASHEID 


381 


door  de  inschriften.  Rechts  yan  de  hoogst  geplaatste  mannenkop  staat: 
„'k  Heb  franse  knevels  aangeedaan 
en  egter  wilt  met  my  niet  gaan". 
Links  -van  *t zelfde  hoofd: 

„Ik  draag  helaas  de  brieven 
Die  t  Actie  hart  doorgrieven". 
In  't  papier,  dat  de  vrouw  in  de  linkerhand  omhoog  houdt,  staat  hier: 
„actüm   den de   Zuyd  Ze   Zal   haast  Zyn  als  Zy  over  een  laar  ge- 
weest heeft". 
In  den  wereldbol  is  hier  gegraveerd: 

„des  Weerels  Knigs 
komt  mij  Regtvaardig  thu^s*'. 
Van  de  verzen  in  boekdruk,  terzijde  van  deze  kopie,  zag  ik  drie  staten 
waarin  o.  a.  de  volgende  verschillen: 


Kolom  1  reg.    6 

leyd 

leid 

leyd 

M          »      ö 

uytterste 

uitterste 

uytterste 

M    12 

plukken 

plu eken 

plukken 

„    15 

leyd 

leid 

leid 

„    29 

Terwijl 

Terwyl 

Terwijl 

»    88 

meé 

meê 

meê 

»    89 

scheyd 

scheid 

scheid 

«    41 

Schatten 

schatten 

Schatte 

Kolom  2  reg.    1 

Project 

Project 

Prqjet 

»      B 

andere 

and're 

andere 

„     lö 

Haar 

haer 

Haar 

„     19 

geslagen 

geslagen 

geflagen 

„    23 

by 

by   . 

by' 

.    41 

verschuldig 

verschuldigd 

verschuldigd. 

3581.  —  73.  „Toverkaart  of  Geneesmiddel  der  Wind-breuken  vant  Zuid 
weet  en  de  uitvaart  van  Cartouche." 

Inschrift  in  de  eerste  van  achttien  voorstellingen,  zes  aan  zes  in  drie 
rijen  boven  elkaar  gegraveerd,  die  door  hunne  insohriften  op  den  wind- 
handel moeten  doelen.  Met  uitzondering  van  de  beide  eerste,  de  vierde 
en  de  laatste  voorstelling,  zijn  op  deze  plaatjes  altemaal  kermiskunste- 
naars  a%ebeeld  zijn;  alle  hebben  een  volgletter  van  *tal&bet  (A — S) 
en  rechts  onderaan  de  aanduiding  van  een  pagina,  zoodat  ze  blikbaar 
voor  een  boekje  z\jn  vervaardigd,  dat  ik  echter  nooit  zag. 

Bovenstaand  inschrift  is  gegraveerd  in  een  vaandel,  achter  een  man, 
schrijlings  op  een  vat  zittend,  waarop  het  naamc\jfer  RB  staat;  het  vat 
loopt  ledig,  daar  een  varken  er  de  kraan  uitgetrokken  heeft  en  er  mede 
wegloopt.  De  man  op  *tvat  heeft  in  de  rechterhand  een  „Spreek  hooren" 
en  in  de  linker  een  kamstok  en  een  schop;  op  zyn  hoed  staat  een  schip; 


Digitized  by 


Google 


382  OEOOT   TAPBRBKL   DES   DWAASHEID  1720 

op  den  achtor^froDd  ziet  men  den  utrechtachen  domtoren;  in  deD  linker- 
bovenhoek staat  nog:  .^Myn  niewe  On-graafljkheid  vlied  Adams  vloek 
en  legt,  Gelukkig  die  bezit;  zv  leerd  dit  üit  het  Regt.'* 

In  tegeDStelÜDg  der  overige  voorstelliogea  is  hier  een  bepaalde  be- 
ieekenis  aan  het  plaatje  te  geven;  dat  doelt  op  de  mislukte  kanaalgraverg 
vau  Utrecht  naar  zee.     Gemerkt:  ,.VBg:  5/' 

„B"  Gemerkt:  „Pag:  8/*  Een  man  met  scepter  in  de  linkerhand  en 
boven  wiens  hoofd  ,.Gripe  soleil."  staat,  grijpt  met  de  rechterhand  naar 
kouijoen  en  ratten,  die  vóór  hem  heeoloopen.  In  den  linkerbovenhoek 
een  zon.  met  het  volgende  versje  er  naast: 

„My  Grjpzon,  handgaaw,  diend  de  dag  om  'tknyn  te  vatten^ 
Wie  haaaen  jaagd  by  nacht  gun  ik  de  droomgoud-schatten." 
f,0*'  Gemerkt:  ,,Pag:  11.*'    Een  sterke  man  die  een  kunstenmaker  aan 
hand  en  voet  optilt  en  boven  zijn  hoofd  houdt.  Op  den  achtergrond  't  hoofd 
en  de  arm  van  een  toe,schouwer.  Rechts  van  den  omhoog  gehevene: 
„Klyn  Frans  Postuur- Mercuurtje,  ey!  wild  mercuur  gaan  zeggen, 
Dat  hy  by  Pallas,  op  een  niew,  weer  school  ga  leggen." 
„D**   Gemerkt:  ,,Pag:  13. '  Arlekijn,  als  dame  gekleed  en  gekapt  met 
zeer  hooge   fontange   zit   voor   de   toilettafel;    aan   zijn   voeten    ligt  een 
buitengewoon  groote  waaier,  waarin  „Oolom"(bine).     Boven  zijn  hoofd: 
.,'k  Verspied  u,  Harlequin,  in  Colombines  kleed; 
Wie  hoflyk  momd,  sluit  deur,  stop  sleutelgat  en  spleet" 
.,E''  Gemerkt:  ..Pag:   15.'*  Scaramouche  met  tooverlantaam  op  den  mg 
en  brandend  lantaamtje  in  de  hand.    Boven  hem: 

„Scarmoes  vlamd.  met  zyn  dieve-  en  tover-nacht-lantaren. 
Op  Colombins  boutiekje,  om  wind-breukzalf  te  gaaren". 
„F"   Gemerkt:  ,,Pag:  18."    Een  dame  voltigoerend  op  't  koord;  rechts 
onderaan  een  man  met  trompet  aan  den  mond,  die  uitroept: 

„Springje  over  't  touwetje  braaf  hoog,  schoon  achter  uit, 
Een  Fredrik  Hendriks  Neef  verkiest  u  tot  zyn  bruid." 
„G"  Gemerkt:  „Pag:  ^l-**  Een  sterke  man  die  een  bank  met  de  tanden 
omhooghoudt     Bovenin : 

„Baas  dommekracht  ga  vry  naar  't  quikofoud-mynders  Land. 
't  Geluk  bied  vaak  de  herssen-windorcaon  de  hand." 
„H",   Gemerkt:    „Pag:  23."  Een  man  met  een  geleerden  hond;  rechts 
op   den   voorgrond   een  toeschouwer  te  halverlijve  gezien,  die  den  bond 
een  speelkaart  voorhoudt    Bovenin: 

„Kreeg  vaak  een  blaffer  in  de  wind  de  kaart, 
myn  Hond  het  kaart-tal  blaft,  en  is  ze  dubbeld  waard.'' 
„I",    Gemerkt:    „Pag:    25."    Een   beerenleider    met  dansende .1    beer. 
Boven  beiden: 

„Een  noorder  beer  drilt  me  eer,  als  een  van  't  West  of  Zuyen, 
De  Lappen  laaten  hun  van  monsters  minder  bruyen.** 


Digitized  by 


Google 


1720  GEOOT   TAFBREKL   DER   DWAASHEID  383 

,.K'\  Gemerkt:  „Pag:  S9-"  ^  kunstenmaker,  die  als  hoofBfig'uur  op 
den  voorgrond  met  het  rechterbeen  rechtstandig  omhoog  staat,  is  links 
op  den  achtergrond  afgebeeld  gymnastische  toeren  verrichtende  aan  een 
hooge  stellaadje.  rechts  ziet  men  hem  met  gestrekte  beenen  en  de  voeten 
op  twee  ver  uit  elkaar  staande  stoelen.    Bovenin: 

,,Wie  schrikt,  dat  ik,  een  wurm,  dus  met  myn  Leden  speel, 
Hoogvliegers  doen  't  wel  met  hun  hoofd,  hun  beste  deel." 
„L",  Gemerkt:  ,,Pag:  32.''   Een  man,  met  een  vlag  in  iedere  hand,  op 
't  koord  dansend.    Onder  het  koord  het  bovenlijf  van  een  clown?  Rechts 
van  hem: 

„Ik  ben  Hoofdwind  Cornet  in  Dwaasheide  Redement, 
Al's  waerelds  wysen  sloot  ik  licht  in  mjne  Tent.*' 
„M"  en  .,M  2*'  Gemerkt:  ..Pag:  34."  Twee  kunstenmakers ;  links  balan 
ceert  de  een,  op  zijn  rug  liggende,  met  een  stoel;  rechts  springt  er  een 
door  een  brandende  ton.  Boven  den  stoel  van  den  eersten: 
„Ik  balanceer  de  stoel,  in  windlief hebberyen ; 
Weet,  zonder  't  kussen,  my  blaaskaakig  te  beleyen." 
,.N'',   Gemerkt:    .,P«g:    88."    Een   man   trommelslaande  op  het  koord. 
Onder  het  koord  't  bovenlijf  van  een  ander  kunstenmaker  met  sabel  inde 
hand.    Bovenin : 

„Op  'tkalfsvels  bromgeluid  brand  los  een  heyr  van  Leeuwen, 
Wind-vogels  por  ik  saam  voor  de  Overste  der  Spreeuwen." 
„O",   Gemerkt:    ,.Pag:    41."    Een    op    de  teenen    ronddraaiende  dame, 
in    iedere   hand   een   degen,  waarmede  zij  onder  't  draaien  manoeuvreert. 
Boven  haar: 

„Natuur  maakt  my  Prinses  van  de  baleine  rokken. 
niyn  draajend  zelf-düel,  windpachters  moet  u  lokken." 
,,P",   Gemerkt:    .,Pag:    44.'*    Een    man    bespeelt   de    viool    welke    hij 
boven    zijn    hoofd    houdt,  terwijl  hij  met  gestrekte   beenen  op  het  koord 
staat.    Onder  het  koord  Harlekijn,  te  halverlij ve.  omhoog  ziende  en  met 
een  houten  sabel  in  de  linkerhand.  Bovenin: 

„Ik  duisend-konst  nar  van  't  windtent-balet  der  Fransen 
Schreybeenende  op  de  koord  mey  hoofdwindbreuk  in  *t dansen." 
„Q"  Gemerkt:  ,.Pag:  47."  Een  vrouw,  bij  wier  rechterhand  .,Colom- 
bine"  staat,  jaagt  met  den  geesel  dien  zij  in  de  linkerhand  heeft,  twee 
vechtende  hanen  uiteen  die  voor  haar  staan;  links  ..Scarmoes."  met  een 
muts  op  den  kop;  rechts  .,Arlequin."  met  een  lappendeken tj e  over  't  lijf 
Boven  haar: 

„Twee  Platoos  menschen,  mooy  gedekt  met  vreemde  pluimen, 
Door  Colombines  zweep  't  minne-actie-campveld  ruimen." 
„R*',  Gemerkt:  „Pag:  BO.*'   Een  man  met  balanceerstok  van  het  koord 
omhoog  gesprongen;   links   onderaan   hoofd    en    hand   van   een   helper. 
Boven  den  springer: 


Digitized  by 


Google 


384  GROOT   TAPBEEEL   DBR   DWAASHEID  1720 

„Wie  óg  V17 willig  legt  aan  banden,  heelt  yermaak, 
Zo  was,  in  *t  Wind-emplooy.  *t  slaafe  willig  nacht-gebraak/* 
„8",  Gemerkt:  „Pag:  BS.**  Ben  heer  zit  schrijlings  op  een  mortier, 
dat  door  den  duivel:  ^.Profeesor  Bombariami"  met  de  linkerhand  a%e- 
schoten  wordt,  terwijl  hij  met  de  rechter  een  rad  op  een  stok,  als  een 
regenscherm  boven  *t  hoofd  van  den  heer  houdt,  met  een  rouwlamfer  aan 
den  hoed,  ketens  aan  de  polsen  en  op  iederen  schouder  een  kruk;  aan 
xijn  rechterhand  ontvalt  een  gescheurde  geldbeurs,  aan  zijn  linker  een 
pistool  en  een  mes,  terwijl  men  voor  den  mond  van  *t  mortier  een  visch- 
haak,  schaar,  twee  sleutels  en  een  priem  ziet.  In  den  rechterbenedenhoek 
een  hond.    Bovenin: 

„Cartouche  ryd  naar  broer  laco, 
En  roud  om  neef  Bombario." 
Gravure   br.   in-fol.,    z.   n.   v.   gr.    Van  deze  prent  ken  ik  slechts  één 
staat  (Muller  No.  8608,  Stephens  No.  1689). 

852S.  —  74.  .,Toverkaart  of  Genees  middc!  Windbreuk  vant  Zuid  west 
en  de  Uitva(art)  van  Cartou(che)*'. 

Inschrift  in  den  linkerbovenhoek  van  de  eerste  van  n^^en  ruiten,  drie 
naast,  drie  boven  elkaar.  Daar  iedere  ruit  van  rechts  boven  naar  links 
onder  doorgedeeld  is  en  in  iedere  helft  één  voorstelling  staat,  komen 
er  op  de  negen  ruiten  achttien  afbeeldingen  voor.  Ze  z\)n  gemerkt  A — 8 
en  vertoonen  telkens  de  op  de  bovenvermelde  wijze  doorgedeelde  linker- 
helften van  twee  opvolgende  ruiten  der  vorige  plaat,  met  de  schuine 
zijden  tegen  elkaar  geteekend.  Daar  de  inschriften  dezelfde  zijn  en 
slechts  zeer  betrekkelijke  waarde  hebben  voor  den  aktiehandel,  verwgs 
ik  hiervoor  naar  het  vorig  nommer. 

Ghravure  in-fbl,  z.  n.  v.  gr.  Van  deze  prent  ken  ik  slechts  één  staat 
(Muller  No.  3609,  Stephens  No.  1690). 


Digitized  by 


Google 


ATLAS  VAN  STOLK 


KATALOGUS 

DER 

HISTORIE-,  SPOT-.  EK  ZINNEPRENTEN 

BETREKKELIJK 

DE  GESCHIEDENIS  VAN  NEDERLAND 

VERZAMELD 

DOOU 

A.  YAN  STOLK  Cz. 

GERANGSCHIKT  EN  BESCHREVEN 

DOOR 

a.  YAN  RIJN 


VIERDK  DEEL  —  TWEEDE  STUK 

IIKT  nuooTi:  TAKi;itKi:i,  i)i;u  d\v.\ashi:id 


AMSTERDAM 
KKKDERIK  MUl.LKU  &^  ('o 

IDUl 


Digiti 


zedby  Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


ATLAS  VAN  STOLK 


KATALOaUS 

DER 

HISTORIE-,  SPOT-  EN  ZINREPRENTEN 

BETREKKELIJK 

DE  GESCHIEDENIS  VAN  NEDERLAND 

VERZAMELD 

DOOR 

A.  YAH  STOLK  Cz. 

Ottd- Majoor- Kommandant  van  het  korps  Koninkl^ke 

Scherpachutters  van  Rotterdam,  Officier  in  de 

orde  «on  de  ESkenkroon,  Ridder  in 

de  Konmkl^ke  orde  van  RaUi 

GERANGSCHIKT  EN  BESCHREVEN 

DOOR 

a.  YAN  RUN 

Omaervator  der  Gemeente-bibUotheek  van  Rotterdam 

riSEDS  DSEL  -  TWEEDE  STUK 
tan  emocm  tafbbbbi.  dbr  dwaashiod 


AMSTERDAM 

FREDBRIK  MÜLLBR  &  Co. 

1901 


Digitized  by 


Google 


t/<LZJi^  2.030. Zl 


Digiti 


zedby  Google 


VOOBBERICHT. 


Met  dit  tweede  stak  yan  het  vierde  deel  is  de  beschrgying 
Tan  het  Groote  Tafereel  der  Dwaasheid  kompleet.  Ik 
twgfel  er  volstrekt  niet  aan  of  er  zullen  nu  en  dan 
nog  nieuwe  bizonderheden  aan  't  licht  komen,  die  de 
onvolkomenheid  ook  van  dit  werk  doen  zien.  Vooral 
aangaande  de  ontwerpers  en  graveurs  der  prenten  ligt 
nog  veel  in  't  duister.  Ook  van  de  blgkbaar  froeger 
reeds  gegraveerde  platen,  voor  dit  doel  gewgzigd,  is  nog 
lang  niet  alles  gezegd.  Toch  geloof  ik  dat  door  verschil- 
lende gegevens  de  kennis  der  geschiedenis  van  dit  boek 
een  groote  schrede  vooruit  ia  gekomen  en  de  herkomst 
van  sommige  platen  onomstootel^k  bewezen  is. 

Spreekt  Oduller  van  de  moeite  en  den  tgd,  dien  hem  het 
vaststeUen  der  28  varianten  gekost  heeft,  dat  dit  aantal 
in  dezen  katalogos  tot  92  geklommen  is,  zegt  omtrent 
'den  arbeid,  dien  ik  voor  dit  zelfde  doel  er  aan  besteden 
moest,  dunkt  mg  genoeg. 

Het  aantal  bgprenten,  in  deze  of  andere  verzamelingen 
aanwezig  en  door  Muller  niet  vermeld,  bedraagt  29,  terwgl 
daart^enover  slechts  een  enkele  staat  van  de  door  hem 
wd  beschrevene,  welke  ik  niet  zag. 

Dat  ik  betrekkelgk  zooveel  nieuws  melden  kon,  dank 
ik  aan  veler  welwillendheid,  waardoor  ik  een  grooter  aantal 
exemplaren  onderling  heb  kunnen  vergelgken  dan  Muller 
tgdens  zgn  beschrgving  tot  zgn  dienst  had.  Ik  breng 
dien  dank  in  't  bizonder  aan  de  Heeren  Mr.  S.  van  Qgn, 


Digitized  by 


Google 


TI  TOOIBIUOHT 

Doidreoht,  A.  J.  Njjland,.  Utrecht,  R.  W.  P.  de  Vries, 
AniBtflordam,  Dr.  W.  G.  G.  By? anck,  J.  F.  ran  Someren, 
Louis  D.  Petit  en  F.  Vanderhaeghen,  bibtiothec^rii  der 
kcminklgke,  utreehteche,  leidache  en  gentsche  bibliotheken 
en  aan  Mr.  S.  Maller  Fs.,  archiTarie  te  Otrecht. 

Daar  de  Heer  J.  Tan  Stolk  As.  mg  toestond  tgdens  de 
beschrgTing  de  Tarianten  aan  te  koopen,  die  aan  de  Ter« 
sameling  ontbraken,  is  bgna  al  het  hier  beschroTene 
aanweng.  De  beide  exemplaren  Tan  den  heer  K.  W.  P. 
de  Vries  te  Amsterdam  leTerden  daartoe  de  belangrgkste 
bgdrage 

Met  dit  stok  Terschgnt  tegelgk  Deel  V  Tan  den  katalogns. 

ROTTBRDAM   1901.  G.  VAN    RIJN. 


Digitized  by 


Google 


GROOT   TAPEREKL   DKR   DWAASHBID  8S5 


GROOT   TAFKREEL   DER   DWAASHEID. 
Vervolg:    Tekst. 

Was  'teerst  miju  voornemen  de  bijprenten  onmiddellyk  na  de  platen 
van  ,.Het  Groote  Tafereel  der  Dwaasheid"  te  beschrijven,  bij  nader  inzien 
acht  ik  het  beter  den  tekst  van  't  werk  op  de  platen  te  laten  volgen ; 
deze  toch  maakt  daarmede  een  geheel,  zooals  o.  a.  blijkt  uit  het  ..Na-berigt." 
dat  op  b1.  14  van  de  derde  afdeeling  van  den  tekst  voorkomt  Daar 
leest  men: 

,.Curieuse  Liefhebbers,  voor  myn  plysier  te  rade  wordende,  om  inmyn 
Familie  tot  gedagtenis  en  waarschouwinge,  voor  de  Nakomelinge,  te 
bewaaren  alle  de  Plaaten  en  Gedigten,  &c.  tot  Beschimping  of  Spot  van 
de  Wind-  of  Actie-Negotie,  in  dit  loopende  najaar  van  1720  uytgekomen, 
en  gepleegt,  so  hebbe  ik  de  kosten  niet  ontsien,  om  se  dns  te  voorschyn 
te  brengen,  oordeelende  dat  als  men  de  4.  Brieven  aan  N.  N.  geschreven 
die  de  goedkeuring  van  de  heele  Wereld  hebben  weggedragen,  daar  by 
doet,  een  nauwkeurige  keuuis  van  dit  bedriegelyke  Spel  kan  zien." 

Be  bgprenten  daarentegen  worden  slechts  nu  en  dan  in  de  gebonden 
exemplaren  gevonden. 

Zoowel  uit  het  bovenstaande  als  uit  €en  vergelijkenden  staat  der  vier 
mij  bekende  hoofduitgaven  van  dien  tekst  (zie  blz.  892—401),  blijkt  dat 
men  ook  hier  in  raadselen  wandelt 

Wie  bracht  al  de  oorspronkelijke  stukken  bijeen  in  dien  tekst  opgenomen  ? 
Wie  drukte  xc?  Wie  drukte  ze  na?  Wie  gaf  ze  uit?  AVaar  zijn  ze 
uitgekomen  en  wanneer?  Welke  is  de  oorspronkelijke,  welke  de  nadruk? 
'tZyn  vragen,  die  meerendeels  nog  .onbeantwoord  bleven. 

Tuawhen  de  uitgave  van  de  oorspronkelgke  stukken  en  het  drukken 
van  dezen  kollektieven  tekst  moet  ernatuurlykeeoigen  tydzgn  verloopen, 
maar  *tia  zeker  niet  lang  geweest,  want  telkens  ging  een  gedeelte  dat 
het  vorige  moest  aanvullen  ter  perse,  nü  met  nieuwe,  dèn  met  voort- 
gezette paginatuur ;  dit  blykt  't  duidelijkst  uit  de  tweede  en  derde  afdeeling, 
die,  oorspronkelijk  uit  82  en  14  bladzijden  bestaande,  respectievelijk 
met  30,  en  12  en  8  bladzijden  druks  zyn  uitgebreid.  Hoe  gretig  men  alles 
opnam,  virat  maar  in  de  hand  kwam,  bewijst  de  mededeeling  op  bl.  81 
der  derde  afdeeling,  waarvan  de  paginatuur  defekt  is,  daar  de  bladzyden 
87  en  28  ontbreken.  Dat  dit  tot  verschillende  conjecturen  kan  leiden  is 
begr^peiyk;  wat  Muller  omtrent  de  bladzijden  29—81  van  deze  afdeeling 
zegt,  is  echter  onaannemelyk.  Dat  men,  om  de  paginn's  88—62  van 
aMeeling  è  ook  voor  e  te  kunnen  gebruiken,  de  genoemde  bladzyden 
29—81  zou  hebben  gedrukt,  wordt  door  het  bericht,  dat  op  bl.  81  is 
IV  26 


Digitized  by 


Google 


886  GROOT   TAFBRSKL   DfcR   DWAASHEID 


ops:«iioiB6D  en  hiflrooder  voorkomt,  genoeg  weereproken.  Ik  trachtte 
dut  een  endere  oploasng  te  Tinden.  Toen  ik  in  het  exemplaar  uit  de 
nalatenschap  Tan  Prof.  Moltzer,  nu  in  de  üniTersiteitsbibliotheek  te  ütreebt 
tuaaehen  blz.  M  en  29  der  derde  afdeeliof;;'.  in  plaats  Tan  de  ontbrekende 
blx.  87— Itö  de  „Papegaaj  of  actie-kaart  klap'*  gebonden  Tond,  meende  ik 
dat  daarin  misschien  een  aanwgzing  lag.  en  het  oorspronkelijke  plan  Tan 
den  TemmeUar  kon  geweest  xijn  dien  „Pepegaaj*  OTer  te  drukken  op  de 
ontbrekende  bladxyden.  *t  Vermoeden  Tond,  naar  't  mij  Toorkwajn,  eenigen 
grond  in  de  omstandigheid  dat  op  b).  SI,  onder  No.  b6c  de  .^Verklaringe 
Tan  de  AprilKaart'*  als  pas  Terschenen  prent!  wordt  Termeld.  Het 
exemplaar  Tan  Mr.  8.  Tan  Gijn  te  Dordrecht  verplichtte  mij  echter  dese 
meening  op  te  geven.  In  dat  exemplaar  is  tusschen  blz.  26  en  29  't  ge- 
giETeerde  register  Tan  56  platen  gebonden.  Als  men  in  Terbaod 
hiermede  de  mededeeling  op  blx.  SI  leest,  dan  wordt  dunkt  mij  het 
ontbreken  der  beide  bladzijden  Toldoende  Terklaard.  Dat  bericht  luidt: 
,,Terwjl  «M  Aet  afdrukken  um  het  Eegister  dit  Elugtspel  en  Vaars  ons 
ia  ter  hand  gekomen,  hebben  wj  geoordeeld  om  dit  Werk  compleet  te 
maken,  dat  daar  by  te  drukken,  en  dit  Register  Tan  dese  nog  ujtgekcnne 
Platen  te  laten  Tolgen:*\  waarop  dan  onder  No.  56  a— f  en  57  g  (zeker 
foutief  Toor  56  g)  het  hieronder  staande  lijstje  is  opgenomen. 

Nu  Tindt  men  op  bl.  26  Tan  deze  afdeeling  Tan  den  tekst  w«l  een 
„Generaal  Register*'  in  boekdruk,  maar  daarop  kan  niet  slaan,  WKi  in  dit 
bericht  Termeld  wordt  omtrent  een  a%ednikt  ..Register*'  dat  blijkbaar 
aan  deze  aMeeling  toegevoegd  zoude  worden.  De  Terza^lelaar  was  dos 
Tan  plan  het  bij  bl.  26  te  laten  en  het  gegraveerde  register  van  56 
platen  aan   'teind  te   plaatsen.    Dit  zou  dan,  hoewel  ongepagineerd.  de 

blx.  27—28  vertegenwoordigen; daar  xien  echter  nogenkele  verzen  en 

prenten   het  licht;   (met   uitzondering   van    56r)   de  voortbrengselen  der 
boekdrukpers   voegt  hij,  op  drie  bladzijden  gedrukt,  aan  't  geheel  toe  en 
neemt  daarachter   het   volgend  supplement  op   't  gegraveerd  register  op, 
volgletters  e  plaatsende  bij  't  laatste  nommer  dat  daarop  voorkwam : 
„56  a  Vastenavonds  Vreugde  Krans. 

56  h  Verreeen  Fredrik  Hendrik. 

56  e  Verklaringe  van  de  April-Kanrt 

56  d  April-Kaart 

56  e  Enkhuyser  HsTen. 

56  /  De  Actie-wereld  op  het  eynde. 

57  g  De   Wereld   in  Mascarade  of  de  menschen  door  de  dolle  handel 
bedorren." 

Door  dit  lijstje  neemt  de  uitgever,  mèt  de  zes  daarin  genoemde^ 
prenten  onder  de  stukken  waarmede  *twerk  door  hem  nu  voor  kompleet 
gehouden  wordt,  ook  de  verklaring  op  van  de  ,,April*kaart'*-  dat  is  de 
„Papegaaj"  (afdeeling  d  van  den  tekst). 


Digitized  by 


Google 


GROOT   TAFEREEL    DER    DWAASHEID  387 


Omtrent  dien  „Papegaay"  mag  ik  een  omstandigheid  niet  onirermeld 
laten,  die,  naar  't  mij  voorkomt,  niet  zonder  belang  is.  Van  alle  deelen 
van  den  tekst  (de  „Conditien"  in  afdeeling  a  uitgezonderd)  vond  ik  het 
origineel  of  een  spoor  daarvan;  de  ,.Papegaay"  ken  ik  echter  in  geen 
anderen  vorm  dan  in  deze  acht  bladzijden  in-fol.  en  wel  in  de  „editio 
princeps"  met  volkomen  gelijke  letter  gezet  als  afdeeling  c.  Ik  zou 
hieruit  vdllen  opmaken  dat  de  ijverige  verzamelaar  misschien  niet  zoo 
geheel  vreemd  is  aan  de  April  kaart  en  haar  verklaring. 

In  't  „Na-berigt."  op  hl.  14,  zoowel  als  in  't  ,.Oeneraal  Register'*  in 
boekdruk,  op  bl.  26  van  afdeeling  c,  worden  als  reeds  verschenen 
opgegeven:  ,.4  Brieven  geschreven  aan  de  Heer  N.  N.  waar  in  vertoond 
word  de  schadelykheyd  en  het  Bedrog  in  'topregten  van  de  Comp:  van 
Assurantie  Belening  &c.  In  de  steden  van  Holland,  Zeeland.  Overyssel 
en  het  Stigt  &c.  ende  Rampen  Vrankrjk  Engeland  en  Nederland  over- 
gekome  doende  bedriegelyke  Actie  en  windnegotie",  terwijl  men  nan 
het  eind  leest,  dat  de  ,,Plaat  van  Floraas  Qekskap"  enz.  .,om  syn 
overeenkomst  met  dese  sotte  Windnegotie  hier  tot  slot  word  bygevoegd." 

Wij  kunnen  dus  vaststellen,  dat  bij  't  verschijnen  van  't  gegraveerd 
register  met  66  prenten,  de  tekst  der  afdeelingen  h,  e  wx  d  geheel 
kompleet  was  en  de  oorspronkelijke  stukken,  waaruit  afdeeling  e  bestaat, 
ten  minste  reeds  verschenen  waren;  al  heb  ik  ze  achter  geen  der 
exemplaren  gevonden  van  de  uitgave,  die  met  eenig  recht  voor  de 
„editio  princeps'  te  houden  is,  terwijl  omtrent  de  samenstelling  van 
afdeeling  a  betrekkel^k  't  minst  bekend  is.  Hoe  lang  't  geduurd  heeft 
eer  het  74-tal  kompleet  was,  is  moeilijk  te  zeggen,  maar  zeker  is 't,  dat  het 
jaar  op  den  boekdruktitel  aangegeven,  reeds  lang  tot  het  verledené  behoord 
moet  hebben,  eer  't  boek  in  zijn  aan  ons  meest  bekenden  vorm  verscheen. 

Snkele  gegevens  zijn  er,  die  in  deze  als  bewijs  kunnen  dienen.  In 
de  eerste  plaats  zou  ik  daartoe  't  volgende  willen  rekenen:  Muller  ver- 
meldt, waar  hij  over  den  tekst  van  het  Groot  Tafereel  handelt,  een  werk 
waarvan  hij  slechts  één  exemplaar  zag  en  dat  aan  de  Universiteits- 
bibliotheek te  Leiden  behoort;  dat  exemplaar  ligt  terwyl  ik  dit  schrijf  voor 
mij  en  heeft  de  volgende  in  rood  en  zwart  gedrukte  titels : 

Venameling  Tot  waarsehouwinge  voor  de  Nakomelinje  van  alle  de 
prqfeeten  en  conditien  van  de  Compagnien  tan  Assurantie,  Commercie  en 
Navigatie,  jfc.  zoo  trel  die  in  gehmyk  zyn  gehragt,  als  die  door  de  Meeren 
Staten  en  Magistraten  van  eenige  Frovintien  en  Steden  tyn  verworpen; 
mitsgaders  de  reeden  voor  en  tegen  de  selve,  door  verscheyde  Liefhebbers 
uytgegeven,  vertoonende  de  Opkomst,  Voortgang  en  Ondergang  der  Actie, 
Bubbel  en  Wind-Negotie,  in  Vranekryk,  Engeland  en  de  Nederlanden 
gepleegt  in  den  Jare  MBCCXX.  met  verscheyde  Authentique  Stucken, 
Eerste  deel.  Bestaande  in  agtien  Hooft-Stucken,  waar  in  mede  gehandelt 
füerdt  in   U particulier  van  de   Colonien,  die  de  Europesche  Natiën  sedert 


Digitized  by 


Google 


388  O&OOT  TAPBRBBL    DEB   DWikASHBID 


teniet  Eewtm  in  dé  Oott  en  We$t-Imdimkehhen  opgerockt,  met  êeni^m^dirf 
aanteeckcningeii  op  terscheyëe  Saacken  {too  om  de  Holiandsche  &herpr€ert 
te  hmtelUn  alt  andere  materien)  daar  in  xoorgedragen,  ah  hiykt  by  dtn  Imdrs 
tan  dien  in  *8  GraTenhi^fe.  Gedruckt  bj  Coraelis  Hoffeliog',  Boekdrukker 
in  de  Heerestraet  M  D  oc  xxi.  836  blx.  (Met  deo  titel)  in  4*.  Versameling  . . . 
Titeedt  deel.  in  's  GraTenhage, . . .  md  cc  xxn.  VIII  en  830  biz.  in  4^. 

Muller  xegt  niet  te  Teel  als  bij  't  een  merkwaardig  boek  noemt  In 
Terband  met'  m^n  doel  wenach  ik  er  echter  nog  iets  meer  over  mede  te 
deelen  dan  hy  deed  en  moet  ik  er  in  de  eerste  plaats  op  wijzen,  dat. 
ofschoon  de  deelen  verschillende  jaartallen  dragen,  beide  tegelijk  gedrukt 
moeten  xijn.  daar  in  bet  eerste  deel  herhaaldelijk  verwezen  wordt  near 
bladzijden  van  het  tweede  en  dit  altijd  nauwkeurig  uitkomt.  In  bet 
tweede  deel  nu,  dat  1722  als  jaar  van  uitgave  draagt,  leest  men  op 
bladzijde  307  het  volgende: 

..In  een  Versameling  van  Gedigten  door  verscheyde  Liefhebbers  ge- 
maakt, op  de  buytenspoorige  Wind-  en  Actie-Handel,  en  derselver  ondergang 
in  den  Jare  1720.  vinden  wy  het  navolgende  Na-berigt",  waarop  dan  de 
verklaring  volgt  van  het  ,.gaan  naar  Yianen  en  Kuilenburg''  en  van 
de  uitdrukking:  „zich  met  Frederik  Hendrik's  mantel  te  behelpen.'* 

Nu  staat  het  hierboven  aangehaalde,  van  „Versameling'  tot  „1720" 
als  algemeen  opschrift  boven  aideeling  e  van  den  tekst  van  het  „Groote 
Tafereel".  Ware  reeds  in  1722  een  der  uitgaven  van  het  boek  in  zijn 
geheel  en  met  algemeenen  boekdruktitel  bekend  geweest,  dan  had  de 
man,  die  bovengenoemde  ,,  Verzamel  ing"  bijeenbracht  er  dit,  dunkt  mij. 
zeker  bij  vermeld.  ■) 


1)  Ik  moet  hierbij  alweder  wijzen  op  een  voor  mij  niet  op  te  lossen 
bizonderheid.  Bij  't  korrigeeren  viel  't  den  heer  van  Ommeren  op,  dat  de 
titels  van  beide  werken  (Verzameling  en  Qroot  Tafereel)  zeer  op  elkaar 
geleken,  en  't  bleek  dan  ook,  dat  met  enkele  afwijkingen  sommige  gedeelten 
zoo  «eensluidend  waren,  dat  beide  titels  öf  van  denzelfden  auteur  afkomstig  — 
of  door  den  een  van  den  ander  overgenomen  moeiten  zijn.  Onder  verwijzing 
naar  de  volledige  titels,  schrijf  ik  hier  een  gedeelte  nnast  elkaar  af: 

„  . . .  door  verscheyde  Liefhebbers  „  . . .  Vertoonende  de  opkomst,  voort- 
uytgegeven,  vertoonende  de  Op-  gang  en  ondergang  der  Actie,  Bubbel 
komst.  Voortgang  en  Ondergang  der  en  Windnegotie,  in  Vrankryk.  Enge- 
Actie,  Bubbel  en  WindNegotie, in    land,  en  de  Nederlanden,  gepleegtin 

Vranckryk,   Kngeland   en   de  Ne-    den  Jaare  mdccxx Doorverscheide 

derlanden    gepleegt  in   den   Jare    Liefhebbers  uytgegeeTen/'  enz. 
iCDOCxx."  enz. 

Ofschoon  ik  geneigd  ben  aan  te  nemen,  dat  de  titel  der  „Verzameling" 
de  oorsponkelijke  is,  blijft  er  grond  genoeg  voor  't  tegenovergesteld 
gevoelen  over,  zoodat  een  beslissing  in  deze  vooralsnog  onmogelijk  ia 


Digitized  by 


Google 


GROOT   TAPfiREKL    DER   DWAASHEID  389 


Onmiddellijk  achter  dit  overgenomen  „Naberigt"  volgt  op  bl.  310  de 
,,Naam  van  alle  de  Printen,  die  op  de  Actie  handel  zyn  uytgekomen  in 
't  Jaar  1720.'*  Dit  nu  is  een  getrouwe  kopie  van  't  Register,  dat  in 
boekdruk  voorkomt  op  bl.  52  van  afdeeling  b  van  den  tekst,  alleen  is 
,,Lauw  als  een  tweede  Don  Quicbot"  enz.  overgeslagen  en  't  getal  prenten 
dus  42  in  plaats  van  43  zooals  in  't„Groote  Tafereel". 

't  Is  dunkt  mij  niet  te  boud  gesproken  als  ik  uit  bet  vermelden  van 
dit  Register  in  boekdruk  opmaak,  dat  er  bij  't  verschijnen  van  deze 
„Verzameling"  nog  geen  gegraveerd  register  bestond.  Mag  men  nu 
aannemen,  dat  dit  zoo  was  tijdens  het  verschijnen  van  deel  II  der' 
„Verzameling"  (1722),  dan  volgt  daaruit  dat  ook  blz.  15—26  van  afdeeling  c 
van  den  tekst,  waarin  het  Generaal  register  in  boekdruk  van  61  prenten 
voorkomt,  en  het  gegraveerd  register  van  56  platen,  toen  zel&  nog  niet 
bekend  waren. 

Wanneer  is  dan  echter  de  eerste  kompleete  uitgave  verschenen?  Indien 
we  Johannes  van  Abkoude  gelooven  mogen,  zag  één  der  eerste  drie  het 
licht  in  1725.  In  zijn  Naam  register  Of  verzaameling  van  neder duytscke 
boekeuy  Die  zedert  de  Jaaren  1640.  tot  1741.  zyn  uytgekomen:...  Eertte 
deel.  Leiden  J.  van  Abkoude  1743.  in-4'.  komt  op  de  letter  G  voor: 

Groot  Tafereel  der  Dwaasheid^  vertoonende  de  Opkomst,  Voortgang  en 
Ondergang  der  Actie,  Bubbel  en  Wind  Negotie  met  alle  de  plaaten 
Qedigten,  Comedien^  enz.  fol.  Amsterdam  1725. 

In  den  tweeden  druk  van  Reinier  Arrenberg's  Naamregister  van  de 
bekendste  en  meest  in  gebritik  zynde  Nederduitsche  boeken.  Welke  sedert 
het  jaar  1600  tot  het  jaar  1761  zyn  uitgekomen , . .  benevens  de  Fryz'en, 
die  op  dezehen  by  de  uitgaven  gesteld  zyn;  voorheen  uitgegeven  door 
Johannes  van  Abkoude.  Rotterdam  Gerard  Abraham  Arrenberg,  1788., 
vindt  men  ditzelfde  werk  op  de  volgende  wijze  opgenomen : 

Gfroot  Tafreel  der  dwaasheit,  vertoonende  de  opkomst,  voortgang  en 
ondergang  van  de  Actie-  en  Windnegotie,  met  alle  de  platen,  gedichten  enz, 
1720,  Amsterdam,  D.  Onder  de  Linden,  folio.  20  gl. 

Tijd  van  uitgave,  uitgever  en  prijs  worden  ons  in  deze  beide  annonces 
dus  aangegeven,  daar  we  het  jaartal  1720  in  de  tweede  aankondiging,  te 
beschouwen  hebben  als  van  den  titel  a^'enomen. ') 

O&cboon  ik  echter  nauwkeurig  de  Amsterdamsche,  Haarlemsche  en 
Leidsche  Couranten  van  1723  tot  1726  nakeek,  is 't  mij  niet  mogen 
gelukken  in  een  aankondiging  de  nadere  bevestiging  van  deze  mede- 
deelingen  te  vinden. 


1)  Of  't  jaartal  1725  betrouwbaar  is,  moet  betwijfeld  indien  Dirk  Onder 
de  Linden  werkelijk  de  eerste  uitgever  was;  volgens  A.  M.  Ledeboer 
werkte  Qerard  Onder  de  Linden  van  1716  tot  1726;  diens  weduwe  in 
1728  en  Dirk  van  1729  tot  1774. 


Digitized  by 


Google 


390  OEOOT  tafërekl  dkb  dwaasheid 

Hoe  't  met  de  beide  uitgaTen  ran  den  tekst  gegaan  is,  die  bf  Teracbenen 
z^n  tosKheo  die  „editio  princepe'*  hier  boven  genoemd  en  de  kollektieve 
uitgave,  meer  uitvoerig  hierna  vermeld,  bf  misschien  te  gelijk  met  en  bij 
denxelfden  uitgever  van  dien  eeraten  druk,  kan  ik  niet  zeggen  en  daar 
'txella  niet  te  gissen  is,  zal  ik  mij  maar  aan  geen  oplossing  wagen, 
overtuigd  dat  er  nog  wel  eens  nadere  bizonderbeden  zullen  ontdekt  wordo, 
die  met  meer  juistheid  kunnen  doen  oordeelen.  Zeker  isH  dat  dexe  eerste 
drie  alle  bij  gedeelten  gedrukt  zijn;  de  hoofdtitel  staat  dan  ook  bij  alle 
op  een  a&onderlgk  half  vel;  dit  is  niet  het  geval  met  de  uitgave  door 
mg  in  den  vergelijkenden  staat  als  de  laatste  vermeld. 

Die  uitgave,  welke,  zooals  ik  reeds  bij  de  inleiding  opmerkte,  bepaald 
in  eens  en  veel  later  dan  1720  verscheen,  is  voor  mij  niet  de  minst 
merkwaardige.  Een  zetfout  daarin  gemaakt  deed  mij  vermoeden  dat  deie 
druk  omstreeks  1780  het  licht  moet  hebben  gezien.  In  *t  opschrift  toch 
van  „'t  Register  van  alle  Printen",  dat  op  bl.  32  van  het  tweede  gedeelte 
van  den  tekst  voorkomt,  heeft  de  zetter  voor  *t  jaartal  ,,1720"  „1780" 
^ezet  Nu  weet  ik  uit  eigen  ervftriog  hoe  gemakkelijk  men  er  toe  komt. 
onder  den  indruk  van  't  jaar  waarin  men  leeft,  een  gebeurtenis  van  vroeger 
te  dateeren  op  het  loopende  jaar  en  in  verband  daarmede  zou  ik  het 
reeds  hebben  durven  wagen  vast  te  stellen,  dat  de  laatste  uitgave  van 
dit  raadselachtig  boek  minstens  zestig  jaar  na  het  aktiejaar  het  licht 
zog;  maar  er  is  een  doorslaand  bewijs  voor  de  juistheid  van  dit  ver- 
moeden; het  papier  voor  deze  uitgave  gebruikt  kwam  mij  te  hulp.  Een 
onderzoek  van  den  tekst  bewees  wel,  dat  deze  op  vellen  papier  van 
een  zelfde  fiibrikaat  gedrukt  is,  maar  de  zeer  ordinaire  kwaliteit 
heeft  watermerk  noch  naam;  dit  bracht  my  dus  niet  verder.  Het 
meerendeel  der  prenten  is  echter  op  een  betere  soort  gedrukt.  De 
vellen  hebben  alle  't  watermerk  ,.DA.NOOUifOis*  en  een  druiventros; 
dit  gaf  reeds  meer  zekerheid.  De  origineele  druk  van  het  pamflet  Aam 
het  Volk  vam  Nederland^  dat  in  1781  door  Nederland  verspreid  werd 
en  zulk  een  sensatie  maakte,  was  op  „Angoumois'*  papier  gedrukt  Ik 
heb  toevallig  voor  mijn  nasporingen  omtrent  dat  pamflet,  een  tamelijk 
uitvoerig  onderzoek  ingegteld  naar  dat  papier  en  verkreeg  daarbij  de 
zekerheid,  dat  dit  bijna  uitsluitend  tusschen  1770  en  1700  hier  werd 
gebruikt.  Ik  vond  echter  nog  beter  bewijs  dat  mijn  vasthouden  aan  het 
foutieve  jnartal  niet  verkeerd  was.  Zijn  de  platen,  die  toegeslagra  de 
grootte  van  het  boek  hebben,  op  dit  fransche  febrikaat  getrokken,  de 
kleinere  zijn  op  hollandsch  papier  uit  verschillende  fiibrieken  a^edmkt 
Eén  van  deze  kleinere:  No.  44  ,,De  Bubbel  Jongen  op  de  Jagt"  heeft 
als  watermerk  het  wapen  van  Amsterdam  èn  . . .  naam  en  jaartal  D.  C. 
Qreisse  1776.  Mij  dunkt  ik  mocht  tevreden  zijn  over  dit  resultaat  en 
verheug  my  in  de  betrekkelijke  zekerheid,  die  ten  minste  ten  opzichte 
van  twee  der  uitgaven   hiermede  verkregen  is,  al  rgst  de  vraag  ook 


Digitized  by 


Google 


GROOT   TAPERKBL    DER   DWAASHKID  391 


onmiddeUijk :  Wat  kan  oanleidinf^  gegeten  hebben  tot  het  hernieuwd 
uitgeven  van  een  werk,  waarvan  te  dier  tijd  zeker  niet  weinig  exemplaren 
in  omloop  waren.  Qroote  publiciteit  ia  er  aan  de  uitgave  ook  ditmaal 
niet  gegeven,  want  in  de  meest  gelezen  koeranten  van  dien  tgd  zocht 
ik  de  aankondiging  te  vergeefe. 

Ook  ik  acht  de  vermelding  van  al  deze,  op  zich  zelf  kleine,  bizonderheden, 
omtrent  de  wording  van  een  raadselachtig  boek  als  het  ,.Tafereel  der 
dwaasheid',  evenals  Muller,  van  belang  voor  allen  die  er  prijs  op  stellen 
de  geschiedenis  der  boeken  en  prenten  te  kennen  en  verheug  er  mij  in 
dut  ik,  geholpen  door  zyn  voorarbeid,  ten  minste  weder  een  schrede  verder 
gekomen  ben  in  dezen  doolhof.  Vergelijkt  men  den  staat  der  verschillen 
van  de  vier  of  liever  zes ')  mij  bekende  uitgaven  of  drukken  van  den  tekst 
met  de  door  Muller  aangegevene,  dan  twijfel  ik  er  niet  aan  of  de  middelen 
tot  onderscheiding  zijn  nu  gemakkelijker;  ook  heb  ik,  gelukkiger  dan  hy, 
van  bijna  alle  komedies  en  gedichten  de  afzonderlijke  uitgaven  gevonden, 
die  den  verzamelaar  hebben  kunnen  dienen.  Ik  schrijf  kunnen  omdat  de 
mogelijkheid  in  't  geheel  niet  uitgesloten  is.  dnt  er  van  vele  nog  andere, 
mij  onbekend  gebleven  drukken  bestaan.  Vooral  vermoed  ik  dit  van  die 
gedeelten  van  den  tekst,  waarvan  ik  slechts  een  uitgave  op  zeer 
ordinair  papier  gedrukt  vermelden  kan,  want  de  „blikken  dominós*'  van 
dien  tijd  schijnen  er  ook  al  voordeel  bij  te  hebben  gevonden,  ze  in 
goedkoopen  vorm  voor  *t  mindere  volk  toegankelijk  te  maken.  Van 
afdeeling  a  van  den  tekst  was  't  meest  te  verwachten  dat  de  origineeldn 
schaars  te  vinden  zouden  zijn;  op  eea  enkele  uitzondering  na  kan  ik  die 
dan  ook  niet  aanwijzen  (men  'zie  echter:  Muller  No.  3653—3859).  Daar 
ze  echter  alle  in  de  merkwaardige  „Verzameling ',  hierboven  genoemd, 
zijn  opgenomen  en  de  kennis  van  den  geheelen  inhoud  van  dit  zeldzame 
werk  mij,  in  verband  vooral  met  den  noot  op  bl.  388,  niet  onbelangrijk 
voorkomt  voor  de  bezitters  van  dezen  katalogus,  volgt  een  korte  opgave 
daarvan  na  den  vergelijkenden  staat  en  vóór  de  vermelding  der  overige 
stukken. 

Tot  recht  begrip  van  den  vergeiykenden  staat,  welke  hierachter  volgt, 
nog  deze  opmerking:  Alleen  de  onderlinge  verschillen  in  de  opschriften 
van  verzen  of  stukken  zijn  aangegeven.  Voor  zoover  ze  in  den  eersten 
druk  voorkomen  is  deze  als  maatstaf  gebruikt;  zijn  de  titels  ittW  herhaald, 
dan  zgn  zij  geheel  aan  die  uitgave  gelijk;  bij  de  afdeeliug  0,  die  in  den 
eersten  druk  ontbreekt,  is  de  tweede  uitgave  daarvoor  in  de  plaats 
gekomen. 


1}   De   paginatuurverschillen   in   bl.   39   van   afdeeling  b  (zie  blz.  394 
hierna)  genomen  als  kenmerken  van  een  ander  zetsel. 


Digitized  by 


Google 


39:i 


VKROhLIJKKNDE   STAAT   DKU    VKRSCHILLENDB  TEM 


Het  eerste  gedeelte  van  den  tekst  bestaat  uit 
26  biz.  in-fol.,  roet  de  sigoatuur  A— E.K2— G ; 
eerst  is  zwak  een  Q  gezet  eo  daaronder,  later 
naar  *t  schijnt,  met  de  hand  een  tweede  O 
a%ednikt 

Custodes:  bl.  8  ,.«et",  7  ,.«wr«>,'*  22  ..«uilen", 
terwijl  die  onder  bl.  20:  ..Fer"  in  overeen- 
stemming' is  met  het  eerste  woord  op  bl.  21 : 
„Fermulier". 

..De  Conditien  van  de  ('ompagnien  van 
Commercie.  Navigatie  en  Avdsurantie  van  alle// 
de  Steeden  zo  vnn  Holland,  als  Noord  Holland, 
die  met  consent  van  haar//  £d.  Achtbaare 
genegotieert  worden." 

Op  de  laatste  bladzyde  de  „Aanwyzinge// 
der//  projecten." 

b. 

De  tweede  afdeeling  van  den  tekst  bestond 
aanvankelijk  uit  32  bladzijden  infol.  met  de 
signatuur  A.BC,C,  D2,  E,E2,  F,F— H  en 
bevatte: 


Tekst  als  in   de  eerste  uitgave  op  2S  bh 
infol.,  met  de  signatuur  A— E,  E2— G. 


Custode?  bl.  3  „ii*et",  7  ..püg*U"\  22  ^^len" 
bl.  20  custos:  .^Fer'",  terwijl  het  geheel 
woord  bovenaan  bl.  21:  ., Formulier"  heeft 

..De  Conditien  van  de  Compegnien  vi< 
Commercie,  Navigatie  en  Assurantie  van  tl! 
de  Steeden//  zo  van  Holland,  als  Noord-Hollanc 
die  met  consent  van  haar  Ed.  Achtbaaie; 
genegotieert  worden." 


h. 
De   tekst  bestaat  uit  52  blz.  met  de  sign« 
tuur  A— D.D2.E.E2,F— L,L2,M,M2,N. 


Blz. 
„De  windhandel  of  bubbels  compag- 

nien.  bljspel.  1  —  9 

De  bedriegelyke  actionist  of  de  nagt- 
handelaars,  bljspel.  Zynde  het  ver- 
volg van  de  Wind  handel.  10—17 

Quincampoiz  of  de  windhandelaars. 
blyspel.  18—24 

Arlequyn  actionist  kluchtig  blyspel.  25—27 
Opschrift  van  het  dolhuis.  28 

Het  dolhuis,  der  actionisten.  klucht> 
spel.  28-32 

Register  van  alle  de  Printen,  die  op 
de  Actiehandel  zyn  uytgekomeu  in 
't  Jaar  1720.'  82 

De  linkerkolom  van  't  „Register"  is  hier  één 
regel  langer  (26  regels)  dan  do  rechter. 


De  linkerkolom  van  't  ..Register"  is  hier  ééa 
regel  langer  (26  regels)  dan  de  rechter. 


Digiti 


zedby  Google 


ÜITGAVEK   VAN   „HET   OROOTE   TAFEREEL   DER   DWAASHEID*'  393 


Tekst  als  in  de  eerste  uitgave  op  26  biz.  Tekst  als  ia  de  eerste  uitgave  op  20  blz. 
infol,  met  de  sign-ituur  A— E,  £2,  (geen  in-fol.,  met  de  signatuur  A,B,B2,C,02,  D,D2, 
signatuur  F),  G.  B,E2,  F,G. 


Custodes:  bl.  3  ,^»ef,7  „po^wiV,  22  ,^ullen"j  Custodes:  bl.  3  ,.»tet*\  7  ,,poff''\  22, gullen"; 
bl  20  custos:  ,,Fer",  bovenaan  bl.  21:  „For-  bl.  20  custos:  ,.fer'\  bovenaan  bl.  21  „For- 
mulier", muiier**. 

,JDe  Conditien  van  de  Compagnien  van  Com*  „De    Conditien    van    de   Compagnien   van 

mercie  en  Assurantie  van  alle  Steeden//  z^  van  Commercie,  Navigatie  en  Anssurantie  van  alle 

Holland,  als  Noord-Holland,  die  met  consent  de//  Steeden  zo  van  Holland,  als  Noord-Holland, 

van  baar  Ed.  Acht-//baare  genegotieert  wor-  die   met  consent   van   haar//  Ed.  Acbtbaare 

den.'*  geregotieert  {sic)  worden.*' 


*.  b. 

Tekst   B2  blz.  in-fol.,  met  de  signatuur  als       Tekst  52  blz.  in-fol.,  met  de  signatuur  A—M, 
in  de  2e  uitgave.  die  geregeld   op  de  tweede  helft  van  *tvel 

O.a.  hierdoor  van  de  vorige  te  onderscheiden,    het   cijfer   2  bij  de  letter  heeft;  vel  N  heeft 
dat  de   C  onder  *t  kader  van  den  tekst  staat,    alleen   een   custos  op   beide   helften  en  geen 
terwijl  zij  er  bij  de  tweede  binnen  blijft;, de   signatuur. 
D  staat  hier  onder  „vlugt",  bij  de  tweede 
onder  „word**;   de   E   rechts,   bij  de  vorige 
links  van  de  streep,  die  de  beide  kotommen 
tekst  scheidt,  enz. 


„De  Bedridgelijke  {sic)  actionist*',  enz. 


„Register . . .  uytgekomen  in  *t  Jaar  178o.** 


De  kolommen   van   't  „Register*  zijn  hier       De  linkerkolom   is   hier,  één   regel  langer 
beide  even  lang  (29  regels).  (28  regels)  dan  de  rechter. 


Digiti 


zedby  Google 


394 


TBROBLIJKENDK  STAAT    DER   VBRSCHILLENDS  TEKf 


In  de  paginatuur  ,,ffl"  ir  oor  „tt" '). 

Dtaraan  zyn  later  20  bladzijden  infbl.  (sig- 
natuur I— L,L2,M,M2,N)  toegevoegd,  met  den 
volgenden  inhoud: 

Blz. 
,,De    Actioniflten    reiavaardig   naar 

Vianen,   Of  het//  uiteinde  der  Wind- 

negotie.  83—41 

Voorspel, op  Nederland  in  Gekheid.  4A 
Nederland  in  Qekheit,  wegens  de 

Wind  Negotie,  staat  en  zinnespel.         43—48 
Krispyn    Bedrieger,    en    Bedrooge 

Actionist  kluchtspel.*'  48—62 


c.  e. 

De   derde   afdeeling  van  den  tekst  bestond  Tekst    in    31    bladzijden    in*fbl.,    met   d 

aanvankelijk   uit   14  bladzijden  in  fol.  met  de  signatuur    A— C,    het    half-blad    D    zoode 

signatuur   A — D   en   bevatte  onder  het  alge-  signatuur,  £— G,  G2,  H. 
meene  opschrift: 


„Versameling  van  Gedigten  door 
verschyde  Liefhebbers  gemaakt,  op  de 
Buytenspoorige//  Wind-en  Actie-Han* 
del,  en  derselver  ondergang  in  den 
Jaare//  1720." 

de  volgende  gedichten: 

„De  actionisten  in  H  dolhuys.  Of  de 
verydelde  Wind  Negotie. 

Op  de  Pest  der  WindtNegotie. 
klinkdigt 

De  B Knecht  spreekt. 

Op  de  Kwynende  Geld-zugt  van 
't  Jaar  1720.    Klinkdicht. 

Prys-Courant  der  Actiën,  van  alle 
de  Steden  van  Nederlandt,  of  de  Nieuw- 
modese  Actiekramer. 


Blz. 


1—2 


„Versameling Buytenspoorige// . 

in  den  laare//  1720." 


„Op  de  Pest ....  klinkKÜgt." 


1)  In  het  reeds  meermalen  genoemde  exemplaar  van  den  heer  R.  W.  P.  de  Vri 
(nu  voor  deze  verzameling  aangekocht)  is  van  dezen  tekst  nog  een  variant,  waarin  c 
paginatuur  98  voor  29  voorkomt,  terwyi  de  custos  van  pag.  19  in  dat  exemplaar  ,^i.*' to 
„HU-"  heeft. 


Digitized  by 


Google 


UITGAVEN   VAN    „HBT   GROOTK   TAPBBBKL   DER   DWAASHEID*'  395 


Bladzyde  4«  verkeerd  gepagineerd  4ê. 

e,  e. 

Tekst    in    SI    bladzijden    infbt.,    met    de  Tekst  in  31  bladzijden  infol.  met  signatuur: 

signatuur    als    2e    uitgave;    verschillen:    A  A,B,B2,    C,C2,    D,B,   BS,   F,F2,   G,G2,   H, 

hier  onder  „my",  in  de  tweede  onder  ,.geeue".  tweede  half  vel  van  H  zonder  letter. 

Op  b1.   7:  v^I'*  <^l8  custos,  dat  in  de  Se 
uitgave  midden  onder  *tvers  staat 

„Yersameling  ....   Buytenspoorige//  .  .  .  „Versameling  .  .  .    Wind-    en    ActieHan- 

in  den  Jaare//  17S0."  del, . . ." 


„De  actionisten ....  WindNegotie." 
Als  in  de  tweede  uitgave.  Als  in  de  tweede  uitgave. 

„Op  de  Kvrynende . . .  klinkdigt'* 


Digitized  by 


Google 


396 


TKEO BLIJK  KNBK  STAAT   DEK   VBBSCHILLENDB  TB 


2—4 


♦-« 


Blz. 

De  Windthaodel  van  Koopnuinsehap, 
Veraekeringe,  eo  Belleeoinge  {$ic)  Ver- 
worpen door  besluit  vandeBd:  Mog: 
Heem  Suten  van  Frieelandt,  op  den 
Landtdeg  pl^gtig  vergadert  binnen 
Leeuwarden,  den  15  van  Wynmaandt, 
172(0}".  Onderteekend  ,,R  F." 

^.Quinquenpeaux,  Bombarie,  of  Ros- 
kam voor  de  dolle  AcUoniaten.  Land- 
geiang. 

Quincampoix,  Bombario,  of  Roskam 
voor  de  Actooisten  (ró*)  vervolgt  Land- 
gexang. 

Op  de  tegenwoordig  in  rwang gaande 
actiebandeling. 

O  fftMf ,  ctMt,  fMêê  vot  dementia  ce- 
pitV  Onderteekend:  „8.P.Q.A;' 

„Op  het  Octroyeeren,  Permitteeren 
en  CoQsenteeren  der  Compagnien  en 
Verkoopinge  der  selver  AcUen. 

Beurtzang  over  den  Actie-handel 
tusschen  een  Qeldersman  en  Hollander 

Wind-zang  op  de  Oommerlyke  Com- 
mercie, of  Wind-zang  van  't//  Jaar 
MDCCXX.  Op  de  Wys  van"  enz. 

„Let  op  *tend. 

Op  den  Windhandel.   Klinkdicht. 

Merkurius  onder  de  Actionisten,  of 
Quinquenpoix  in  Allarm,  over 't  daalen 
van  de  Zuidzee  Acties. 

Mercurius  Koolverkooper  in  de  Quin- 
quanpoix,  en  Oogmeester  onder  de  Ac- 
tionisten.  11— IS 

't  Gesternte  aan  't  Firmament",  enz.  IS 

„Na-berigt"  (14) 

Ook  deze  afdeeling  werd  uitgebreid 
en  in  16  bladz^den  in-fbl.  met  de 
signatuur  B,  (vel  F  zonder  signatuur), 
G  en  H  zyn  de  volgende  stukken  nog 
opgenomen : 

„Klagt  Sn  Raadsvergadering  der 
goden,  Over  't  Wisselvallig  actie-jaar 


6-7 


-8 


„De  Windthandel  . . 
.  1710." 


Bdeeninge E 


.,Quinquenpoix,   Bombarie,  of  Rockam  X3 
de  dolle  Actionisten." 

.,QuiDcampoiz, Actionisten  Tervolgt* 


„O  Chet, . . .  .puB. 


9—11 


„Wind-zang of  Wind-//zaiig . 


„Op  den  Windhandel.  Klink-dicht" 


Digitized  by 


Google 


UTGAySN   VAN   „HBT   OROOTE  TAPBREBL   DKR   DWAA8HBID 


397 


,,De   Windthandel  .  .  .   VereekeriDge,  «n       ,.De     Winthaodel  ....  VersekeriDge.    en 

BeleeDinge Ed.  Mog.  .  .  .  Vrieslandt    Beleeninge  ....  Ed.  Mog  Heeren ....  Vries- 

.  .  .  .  Leeuwaarden  .  .  .  1720."  landt  .  .  .  Leeuwaarden  .  .  .  1720." 


Als  in  de  tweede  uitgave. 


Als  in  de  tweede  uitgave. 


Als  in  de  tweede  uitgave. 


Als  in  de  tweede  uitgave. 


,.0p  den  ....  actiehandel  ing.' 
„O  Cives^ . . . qua. .." 

„Op  het  .  .  .  Penniteeren.  .  ." 


,.0p  de . . .  Actiehandeling". 
.,0  Ciwê, . . .  qtkP. . ." 

,,0p    het . . .   Permiteeeren   {iie)  en  Censen 
teeren  {tic) . . ." 

„Beurtzang ....  Hollander." 
.,Wind-2ang . . .  Wind  zang  van  't// " 


Als  in  de  tweede  uitgave. 


„Klagt... 
werk . . . ." 


Over     't ... .    actie  jaar . 


Digiti 


zedby  Google 


398  '        VEROBLUKBNDB   STAJkT    DRR   VBRSCHILLBNDE  TKI 


Bil. 
1790.  of  Jvpitore  besluit  en  Yoonis  Over 
*tWerk  van  Quinqaeopoix.  15—22 

Quincainpoix,  Bombario,  Of  roskam 
Voor  de  dolle  actiooisteD  landgezang.  23—35 

Deo  Nieawen  eo  Twedea  Eolas  Jan 
Lauw,  of  de  Papieren  Eeuw.  25 

Tydvers.  26 

Generaal  Bezitter  van  bet  gene  in 
dit  Boek  is  begrepen  en  gevoeglyk  in 
order  ▼olgt"  26 

Bladxijde  27  en  28  beetaan  niet 

,,De  Wind  Negotie,  Of  invenduUe 
papier  Onder  oud  goed  te  koop.  klugt- 
spel."  29-80 

Het  ,jLan  den  lezer*',  wat  bij  't 
origineel  vóór  dit  stukje  staat,  is  er 
bier  acbter  gedrukt. 

„De  beer  Law  in  zyn  sondaags 
pak.  80-81 

Op  Rotterdams  nagtnegotj.*'  81 

BI.  82  is  niet  bedrukt. 


d.  d 

De   vierde   afdeeling  van  d^n  tekst  bestaat  Tekst  op   8   gepagiiieerde   bladzijden,  ir 

uit    8    niet  gepagineerde   bladzyden,    zonder  de   signatuur:    A,   A2,   B,  tweede   helft  v 

signatuur.  B  zonder  signatuur. 

„Papegaay    of   actie-kaart-//klap,    tot  Ver-  „Papegaaj  of  actie-kaart.// . .  .*' 
klaaringe   van  de  actie-Z/speelkaart  genaamd 
Aprilkaart,//  of  Kaartspel    van  Momus,  naar 
de  nieuwste//  Mode." 

t,  e. 

Deze  afdeeling  komt  in  de  „editio  princeps*'  De^  laatste  afileeling  van  den  tekst  besta  | 

niet  voor.  uit   10  biz.   in-fol    met  de  signatuur  A,  A 

B,  B2,  't  halve  vel  G  zonder  letter. 


^Copye  Van  een  brief ,  Oeacbreeven 
aan  de  Heer  N*  N.  Waar  in  wordt 
vertoond  het  bedrog  en  sohadelykheii 


Bh 


Digitized  by 


Google 


ITGAYEN  YAH  „HKT  OROOTE  TAFEREEL  DER  DWAASHEID*'  399 


vQuimcampoix ...  of . . ." 
..Den  . . .  Eölus  .  .  .  Law  . . ." 

..Generaal  Register ...  het  gene  dit . 

„De  Wind  Negotie,  of . . .  te  koop. . . 
,,Aan  den  lezee.'*  {ik).  -A"  «ien  Lezer'*. 


Het  onderscheid  tusscben  biz.  20  tot  SI 
in  deze  uitgave  en  de  vorige  is  duidelijks 
merkbaar  uit  het  N.  B.  op  bl.  20.  Hier  staat 
daarin:  „iemant"  in  de  vorige  „imant*\ 

d.  d. 

Tekst  als  in  de  tweede  uitgave  op  8  ge-  Tekst  op  8  niet  gepagineerde  bladzijden, 
i^neerde  bladzijden  roet  de  signatuur  A  signatuur  A  (geen  A2)  hier  onder  de  ,,e''  van 
er  onder  de  „u**  van  „beur8*\  bij  de  2e  „beurs**,  B  bij  beide  vorige  onder  „men'\ 
ider  de  „r".  hier  onder  „dat**. 

„Papegaaj   of  actie-kaart-// . . ." 


f.  #. 

Tekst   als   in   de  tweede  uitgave  met  de  Tekst  als  in   de  tweede   uitgave   met  de 

^natuur  A,  A2,  B,  B2,  C.  signatuur  der  derde. 

Blx.  Bil. 

,Copye  Van  een  brief*  .  .  .  N.N."  „Copye  .  . .  brief,  . . .  Geschreven . . . 

rdor  ala  2e  uitgave.                              1—8  N  N.  .  .  .  schadelykheid  .  .  ."               1—8 


Digitized  by 


Google 


400  VKROSLIJKENDB  STAAT   DER   VER8CHILLENDB  TB 


het    welk  legt  in  de  opgeregte  Com- 
pagnie van  Negotie,  Assurantie,  &c.     1- 

Twee  brieven,  De  eerste  aan  de  Heer 
N.  N.  Tot  Antwoord  op  de  Brief  van 
de  Heer  A.  Z.  En  de  tweede,  een 
Weder-antwoord  van  de  Heer  JlZ. 
aan  de  Heer  K.N. 

Waar  in  de  Compagnie  van  Assu- 
rantie en  Beleninge,  &c.  in  de  Zuyd- 
bollandse,  Zeeuwse,  GeMerse  en  Over- 
jsselse  Steden  worden  ondenogt,  der 
zei  ver  schadelykheid  en  bedrog  klaarlyk 
worden  aangetoond.  S- 

Copye  Van  een  derde  brie4  Ge- 
schreeven  aan  de  Heer  N.N.  Wegens 
de  Opkomst  en  begmsel  der  AcUe 
•Handel,  derzelver  voortgang  en  ge- 
noegzaams Ondergang,  zo  in  Yrauk- 
ryk,  Engeland  en  Holland,  en  Ter- 
Bcheide  voomaame  VoorvalleD,  in  de- 
zelve Opgekomen.  5- 

Copye  Van  de  vierde  brief,  Greschree- 
ven  aan  de  Heer  N.  N.  Wegens  de 
Opkomst  of  beginsel  der  Actiehandel, 
derzelver  voortgang,  en  genoegzaams 
ondergang  zo  in  Vrankryk,  Engeland 
en  Holland,  en  verscheide  voorname 
voorvallen  in  dezelve  Opgekomen.'*         7- 

Bladzyde  10  is  niet  bedrukt. 


Digitized  by 


Google 


SAVSN    VAN    ,,HKT   OROOTB    TAFERBVL    DKR   DWAASHEID*'  401 


Bil.  BU. 

Twee    brieven  . . .    Zujdhollanse  . . .  ,,Twee  brieven  . . .  Zuddhollanae  («te) 

lerae  . . ."  3—6     Gelderse  .  .  .  derxelver.  .  .'*  S — 6 


'opve  .  .  .   brief.  .  .  .   2o    {sie)    in  „Copye  .  .  .    brief  ...    en    begin- 

okrvk  .  .  .  deeeWe.  .  .  ."  6—7     zei  .  .  .  zo  .  .  .  dezeWe.  .  .  .'*  6—7 


^Oopye  ....  opgekomen."  8 — 10 


2b 


Digiti 


zedby  Google 


402  GROOT   TAPRRBBL    DBR   DWAASHBID  1720 


APZONDBRLTJK    GEDRÜÏTB   STUKKRN. 

3524a.     Stukken    ook    voorkomend    in    den    tekst  van 
't  „Groote  tafereel". 

1      „Yersameling  .  .  .  vuo  alie  de  projecten  eii  couditieu"  euz. 

Ik  neem  deze  verzameling",  waarvan  de  voi ledigde  titel  op  Wz.  387/88 
voorkomt,  bet  eerst  op.  omdat  ook  daarin  «Ie  couditien  zijn  afg^edrukt. 
waaruit  afdeeling:  a  van  den  tekst  van  hot  „Qroote  Tafereel"  bestaat. 
De  orde  volg^ende.  waarin  ze  d^Ulr  ziju  opQ^nomen,  vindt  men  ze  iu  dit 
belan^ijk  werk  op  de  aang^gfeven  bladzijden,  voor  *t  moerendeel,  zooals 
men  zien  zal,  in  het  tweede  deel: 

Gouda  II,  7-10;  Harlinpen  II,  96—99;  Vlissingen  II,  92-95;  Dord- 
recht II,  10-13;  Hoorn  II,  89-42;  Purmerend  II,  48-51;  Monniken- 
dam II,  51-67;  Alkmaar  II,  63-67;  Edam  II,  43-47;  Medenblik  U, 
57—61;  Enkhuizen  II,  67—71;  'sGravonhage  II,  17—19;  Gelderland  II, 
176-180;  Muiden  II,  20-24;  Utrecht  II,  100-109;  Naarden  II,  24— 27; 
Weesp  II,  27—81;  Zwolle  II,  109—114;  Generale  compagiiie  te  's  Gra- 
venhag«  *)  I,  80 — 82;  Project  eener  compagnie  te  Amsterdam  (ia  de 
„Aanwyzinge"  „Een  dito*'  genoemd)  U,  216—232;  (hierop  volgt  in 
*t„Groote  Tafereel"  de  Memorie,  voorkomend  in  Deel  I,  99—105,  in  de 
„Aanwyzinge'*  niet  vermeld);  Oplossing  der  tegenwerping  tegen  de 
assurantie-compagnie  te  Amsterdam  II,  240—249;  Generale  assurantie- 
compagnie  der  Vereenigde  Nederlanden  I,  67 — 74;  Hasselt  II,  121—124; 
Kampen  II,  115—120;  Schiedam  II,  18—16;  Middelburg  (twee  com- 
pagnien)  II,  79—87;  Veere  11,88  -92;  Delft  11,4-7;  Rotterdam  IL  1-4. 

Verder  vindt  men  iu  dit  tweede  deel  op  blz.  32 — 88,  de  couditien 
door  Gabriël  de  Souza  Brito,  te  's  Gravenhaj^e,  ontworpen  om  de 
Zuidhol landsche  kompngnién  te  vereenigen;  op  blz.  72 — 78  is  een 
dergelijk  plan  van  de  Souza  tot  vereeniging  der  Noordhollandsche 
kompagnièn  a^edrukt.  De  Onnditien  van  Steenwijk  vindt  men  II, 
124—130  en  van  dtór  tot  bl.  143  Bijvoegsels  op  de  Couditien  van 
Muiden,  Naarden,  Alkmaar  en  Monnikendam,  Vlaardingen,  Maassluis, 
Brielle,  Woerden;  tweede  inschrijvingen  van  Gouda  en  Emden  zijn  te 
vinden  op  bladzijde  144  tot  174.  Op  blz.  181  —  214  vindt  men  „R^entn 
tegens    het    opreghten    van    Comp.    tot    Amsterd."   en   iu    't  algemeen. 


1)  In  de  ., Aanwyzinge  der  projecten"  op  bl.  26  van  afdeeling  a  van  den 
tekst  van  't.,Groolo  Tafereel",  is  Amsterdam  foutief  als  plaats  aangegeven. 
In  de  hier  beschreven  ..Versameling"  volgt  op  de  „couditien"  het  generaal 
project  dezer  haagsche  compagnie  (blz.  82 — 88). 


Digitized  by 


Google 


1720  APZONDRRLIJK    GKDRÜKTK    STÜKKBN  408 


Het  „Project*  van  Hambarg  beslaat  blz.  2H— 216.  De  veranderingen  der 
conditiën  van  Veere,  Monnikendam,  Kampen,  Embden,  de  Tweede  in- 
schrijving van  Rotterdam,  de  veranderingen  van  Hoorn,  Dordrecht  en 
Enkhuizen.  komen  op  blz.  232—239  voor  Het  „Project"  v::n  Gabriél  de 
Souza  Brito  om  te  'afïravenhape  een  Kamer  van  Commercie  op  te  richten 
volgt  dan  op  blz.  250  tot  159  {sic\  voor  259).  Een  uittreksel  uit  de 
«raaandelijcke  Amsterdamsche  Postryder  vuu  October  1720.,"  ,.te€geii.s 
de  iubtellingen  vau  dese  Compngniens, '  (blz.  259—261)  en  een  der. 
gelijk  uit  het  „Dogelijcks  verhaal  de(r)  voornaamste  Nouvelles  in 
bysondere  gevallen,  toegelatene  uytsighten  en  redeneringen  in  die 
vfin  den  twaalfden  tot  den  negentieuden  October  1720.,"  (blz.  261—263). 
een  ..Extract"  uit  ,.De  slechte  tydt  door  den  Actiehandel  vemietight,  en 
de  goude  Leeuw  {sic  voor  Eeuw)  herstelt."  (blz.  263—206);  een  „Brief, 
wegens  de  considerabele  daiingh  der  Actiën  in  de  Zuydtzee  Compagnie, 
en  Concept  over  de  mooglijckheyt  en  middelen  van  redres.'  (blz.  267 — 283 
gnan  vooraf  aan  de  bopalingea  omtrent  de  ., Tweede  Inschryving  in  de 
Compagnie  tot  's  Gravenhage."  (blz.  284'— 286).  Daarop  volgen  „Nader  ver 
nmleringe  in  de  Couditien  van...  Monnikendam  en  Edam  (blz.  287— 288x 
en  van  hier  tut  op  bl.  306.  plakaten  op  verschillende  tijden  uitgegeven 
„Wegens  de  Negotien  in  Actiën  op  tydt.'*;  de  boven  reeds  aangegeven 
onderwerpen  der  blz.  307—311,  een  „Discourse  over  de  Winden." 
(blz.  312—319)  en  een  plakaat  van  1695  tegen  de  loterijen  beelaiten 
dit  deel. 

Het  eerste  deel,  dat,  zooals  men  boven  reeds  zag,  door  zgn  inhoud 
minder  direkt  in  verband  staat  met  het  „Qroote  tafereel",  bevat  in 
hoofdzaak  het  volgende: 

Project  van  Gabriël  da  Souza  Brito  tot  het  oprichten  van  een  „generaale 
Compagnie  op  de  manier  van  de  Royale  Banck  van  Engelandt,"  waarin 
de  Westindische  Compagnie  zou  worden  begrepen  (blz.  7—52).  Project 
van  1714  om  de  W.  I.  Compagnie  te  doen  overgaan  aan  de  O.  Indische 
(blz.  53-66).  Op  de  boven  reeds  vermelde  Conditiën:  I,  67 — 74  en 
80—88,  volgt  dan  al  weder  een  Concept  van  Gabrièl  da  Souza  Brito,  nü 
om  een  vereenigde  Sociëteit  van  Schiedam,  Brielle,  Vlaardinge  en  Maas 
sluis  op  te  richten  (blz.  89—98).  De  inhoud  van  blz,  99— 105  is  hierboven 
reeds  aangegeven,  op  blz.  106—108  komt  het  plakaat  tegen  de  Beunhazen 
voor,  lager  onder  de  afzonderlijke  stukken  te  vinden.  Dan  volgt  weder 
een  project  van  den  onvermoeiden  da  Souza  voor  een  Leidsche  Compagnie 
(blz.  109—116)  en  op  do  blz.  117—119  is  het  Rnadsel  (zie  onder  No.  3524/) 
a%edrukt.  Blz.  120—123  bevat  een  Project  voor  Woerden,  dat  ni*t 
in  den  tekst  van  't  „Groote  Tafereel"  voorkomt.  Een  extract  uit  de 
vier  brieven  aan  N.  N.  (nfdeeling  e  van  den  tekst  van  het  Groot 
Tafereel)  vult  de  blz.  194—118  6f,  mét  de  toevoegsels,  tot  bl.  16f; 
daarop  volgt  een  uittreksel  uit  „Remedien  tegens  de  hedensdaagse  Siekt« 


Digitized  by 


Google 


404  OBOOT   TAFMRERL    DKR    DWAASHKID 


1720 


der  ActioDisten"  (zie  No  8524^  volgpnommer  17)  (biz.  166—169).  De 
baudel  op  straat  Davi«,  Groeoland vaart  en  viascherij,  (blz  170—209):  het 
niiueeren  der  turksche  roovers  (blz.  210—221);  ont^verpen  tot  h<»rstel 
van  de  hollandsche  scheepvaart  (blz.  221—244).  De  ., Historische  en  Geo 
^rapbi^che  besrhryvinflf  van  Mis-sisippi"  eu  ,.Van  de  Colonieu.  die  de 
Kuro()eer8  aedert  eeni|^  Eeuwen  in  de  Ooat-  eu  West-Indien  hfbben 
opgerecbt."  vol  {ft  op  de  mededeeling*  van  eeni^e  brieven  van  notificatie 
door  de  kompa^fnién  te  Medemblik,  Hasselt,  Veere.  Vlissingfen  en  Ëmden 
gezonden  aan  hare  inschrijvers  en  vangt  aan  op  bl.  249.  De  voor- 
naamste der  genoemde  koloniën  zijn:  l'Isle  Royale,  Louisiana,  Fransebe 
We-stindische  Tompagnic,  Fransche  O  I.  Compagnie,  Darien,  Guyana.  Kaap 
de  Goede  Hoop,  de  Eilanden  van  Diego  Rodriguez,  Bourbon,  Pines 
(waarvan  het  verhaal  loopt  dat  één  Engel.schman  en  eenige  vrouwen 
door  schipbreuk  daar  aan  land  gekomen,  zich  in  korten  tijd  zóó  verme- 
nigvuldigden, dat  men  in  1688  daar  een  volkrijke  kolonie  vond)  de 
koloniën  der  Franschen,  Engelschen,  Hollanders,  Spanjaarden.  Portngeezen 
en  andere  natiën  in  Amerika  en  Afrika  terwijl  dit  stuk  besluit  met  eenige 
opmerkingen  „over  de  onbekende  Wcereld  tegen  het  Zuyden.'  over  den 
..Handel  van  Ostende  op  Asia/'  enz.  en  met  een  fransch  versje  op  .,La 
Compagnie  de  Mis-sisippi".  door  den  verzamelaar,  in  hoUandsch  proza 
vertaald,  daarbij  gevoegd.  Dit  alles  beslaat  de  blz.  249  tot  309,  wanr 
het  ..8eventiende  Stuck*  aanvangt.  ..Behelsende  eenalgemeene  Aanmerking 
en  korte  herhaling  van  *t  voorgevallene  in  't  Jaar  1720,  aangaande  de 
Actie-handel.",  dit  loopt  tot  bl.  318;  de  laatste  negentien  blz  (318-336) 
bevatten  wijzigingen  van  verschillende  „^ooditien",  een  beschouwing 
over  de  Maanden  en  een  ,, Ordonnantie  van  onderlinge  Assurantie  op 
het...  verongeluckken  {sic)  der  Schepen...  van  den  Briel  afvarende". 

Hiermede  is  in  beknopten  vorm  den  inhoud  van  dit  hoogst  belangrijk 
werk  wedergegeven,  wat  misschien  den  een  of  ander  niet  onwelkom 
zijn  zal. 

Van  de  overige,  in  den  tekst  van  het  „Groote  Tafereel"  voorkomende, 
stukken  *)  zag  ik  de  volgende  afzonderlijk: 

2*.    „Conditien,  volgens  welke  de  Edele  Mogende  Heeren  Staten  's  Lands 
van  Utrecht  den  9.  September  1720  Octroy  hebben  verleent,  tot  het  oprechten 
van  een  Provinciale  Compagnie  van  Commercie,  Asseurantie  &c."  (a.  10). 
Origineele?    uitgaaf  der  Conditien  dezer  Compagnie,  die  zich  o.  a.  ten 

doel    stelde    door   een    gegraven    kanaal    van   de  Zuiderzee  naar  de  stad, 


1)  Een  *  achter  het  volgnommer  wijst  aan  dat  het  vermelde  stuk 
ook  in  deze  kollektie  aanwezig  is;  letter  en  cijfer  achter  den  titel  geven 
afdeeling  en  bladzijde  van  den  tekst  van  het  „Groote  Tafereel"  aan, 
zooals  die  te  yinden  zijn  in  den  vergelijkenden  staat  der  uitgaven  op 
blz.  892—401  hier  voren. 


Digitized  by 


Google 


1720  AFZONDERLIJK    GEDRUKTE   STUKKEN  405 

utrecht  tot  een  havenstad  te  roaken!  4  hlz.  in-fol.  met  het  wapen  der 
provincie  bovenaan  de  eerste  bladzijde  en  het  adres  van  Jacobus  van 
Paddenburg  te  utrecht  onderaan  de  laatste.  Deze  Conditien  zijn,  met 
enkele  afwijkingen  en  bijvoegingen,  opgenomen  in  afdeeling  a  van  den 
tekst  van  het  Groote  Tafereel  der  dwaasheid,  bl.  10. 

3*.  (G.  Tysens),  „De  windhandel,  of  bubbtes  compagnien.  blyspel. 
{Vignet:  bloemen.)  Gedrukt  in  Quinquenpoiz.  By  Bombario.'*  z.  j.  Titel  en 
5*  blz.  kl.  in-8».    {b.  1-9). 

4.  (G.  Tysens),  „De  windhandel,  of  bubbles  compagnien.  blyspel.  (Vignet: 
een  medaillon  in  cartouche,  versierd  met  allerlei  muziekinstrumenten ;  in  het 
medaillon  een  haas  in  een  bosch.)  Te  Amsterdam,  Gedrukt  by  Hendrik 
Bosch,  over  het  Burger  Meisjes  Weeshuis,  1720."  (VIII  waaronder  titel  en 
titel  plaat),  64  (en  II)  blz.  inS». 

De  twee  ongenommerde  bladzijden  aan  het  einde  bevatten  den  „Acti- 
onisten  Zang.",  op  muziek,  waarvan  in  het  ..Aan  den  lezer."  gesproken 
wordt.  Eerste  stukje  in  een  bandje,  dat  den  algemeenen  (voorshaudschen) 
titel  heeft:  „Tooneelpoëzy  van  G.  Tysens.  Tweede  deel."  Maatschappij 
der  Nederlaiidsche  Letterkunde  te  Leiden. 

5  (G.  Tysens),  „De  bedriegelyke  actionist,  of  de  uagthandelaars.  blyspel 
Gedrukt  in  Quinquenpoix  of  Bombario."  Z.  pi.  o.  j.  32  blz.  kl.  in-S**.  Met 
titelplaat.    [h.  10—17). 

Op  de  titelprent  zijn  twee  oude  houtgravuretjes  boven  elkaar  afgedrukt, 
die  met  den  windhandel  niets  hebben  uitstaan;  't  bovenste,  met  den  titel 
als  opschrift,  stelt  de  graflegging  eoner  vrouw  voor,  in  een  kerk  en  in  den 
nacht,  zooals  blijkt  uit  den  man,  die  met  een  lantaarn  bijlicht.  Onderaan 
is,  met  het  opschrift:  „'t  Kofli  Huis  van  de  Stok.",  een  serenade  of 
andere  muziekuitvoering  op  straat  afgebeeld;  op  den  titel,  als  vignet,  een 
even  groot  plaatje:  een  gezelschap  van  dames  en  heeren.  In  de  Amster- 
damsche  Universiteitsbibliotheek. 

6.  (G.  Tysens),  „De  bedriegelyke  actionist,  of  de  uagthandelaars.  Zynde 
het  Vervolg  op  den  windhandel,  blyspel.  (Vignet:  „Kies  voorzigtig.",  naar 
en  door  A.  van  der  Laan.)  Te  Amsteldam,  By  Hendrik  Bosch,  Boekver- 
kooper  over  't  Meisjes  Weeshuys,  1720."  Titel,  II  en  46  blz.  kl.  in-8".  Met 
titelprent  en  een  verklarend  vers  daartegenover  op  1  bl.  kl.  in-8°. 

In  een  „Aan  den  lezer.''  beklaagt  de  schrijver  zich,  dat  men  voortgaat 
op  de  schouwburgbiljetten  te  zetten  dat  zijn  ,.Windhandel"  een  navolging 
van  Langendijk  was,  ofschoon  hij  dit  in  een  korte  voorrede  van  den 
tweeden  druk  had  tegengesproken.  Verder  verzekert  hij  dat  hij  geen 
bepaalde  personen  op  'toog  heeft  gehad  in  dit  blijspel.  Zie  voor  de 
titelprent  Muller  No.  3625. 

Tweede  stukje  in  „Tooneelpoëzy  van  G.  Tysens.  Tweede  deel."  M.  d. 
N.  L.   Ook  afzonderlijk  in  de  Amst.  Univ.  ^ibl. 


Digitized  by 


Google 


•lOG  GROOT   TAFKRKBL    DKR    DWAASIIKID  ]7eo 


7*.  „Q  iiQ'^impoiz,  of  de  wiodhandelaara.  blycpél.  door  Pieter  Langend jk. 
Zri  als  bet  op  den  A  mntardiunwben  Schouwbnrg- vertoont  wordt  (Drukkers 
merk:  „ Perse veran ter".)  t' Amsterdam,  By  de  Erveo  van  J.  LescailjeenIHrk. 
lUok,  op  de  Beursttlaia.  1720.  Met  Privilegie"  55  biz.  kl.  in-8*.  {6    18-24; 

S  ..Qaiowmpoix"  of  Je  windhaudelaars.  blyjïjïél.  door  PieUïr  L'uigendjk. 
Z*»  aU  het  op  d^n  ain»tflrdam<«rhen  schouwburg  VertJ)nt  wordt"  Z  pl-o  j. 
-ZS  blz.  (waaronder  de  voorshaud^iche  titel)  in  8*. 

0.  .Quineampoix.  of  de  wi  ad  handelaars;  blyspel.  door  Pieter  Langeodyk 
Te  Amsterdam,  by  Abraham  Mars.  Met  Privilegie. '  z  j    54>  blz    in  8*. 

10  „Ürie  blyspelen,  door  Pieter  L>inj»^ndyk  Schiedam.  H.  A  M. 
Roelsnta.  1852."  in  l«r 

Hierin:  ^.Quioquenpoix  of  de  windhandelaars.*'  en  „Arlequyn  actionist " 

11.  ..Arletjuyn  acUonist.  kluchtig  blyspél.  Gevolgd  naar  het  Theater 
lUilicu.  Door  Pieter  I^angendyk.  (Vignet:  Bloem  vaas  in  houtsnede.)  Te 
Amstfnlam.  By  de  Erven  van  J.  Lescailje  en  Dirk  Rank  En  mede  te 
bekoomen  by  Joanncs  Oosterwyk"  z  j.  (1720).  Met  den  titel  18  blz.  gr.  iD-4*. 
.4   25-27). 

Zeer  zeldzame  afzonderlijke  uitgave  van  dit  op  verscheidene  wijze 
p*»druktc  tooneelspel.  waarvan  door  de  Regenten  van  het  Wees-  en  Oude 
Mannenhuis  op  11  Oktober  1720  aan  de  uitgevers  het  recht  van  uitgave 
was  verzekerd. 

In  het  tweede  tooueel  zegt  Arlekyn  o.  a  :  op  de  vraag: 

„Nu,  Arlequyn,  laat  zien  wnt  je  in  de  kist  zult  pakken'' 

„Daar's  ilrie  gros  pypeu.  die  'k  heb  in  Tergou  doen  bakken 

Kn  tien  pond  edel  kruid,  van  H  allerbeste  soort, 

Dat  'k  heb  ontboden  van  het  eiland  Amersfoort 

Daar's  hylik'maaker.  en  een  pakje  kennekaarten.  ') 

Een  pot  Schiedammer  spek.  en  Weesfier  varkenstaarten, 

P>n  groote  gnper.  die  gestaan  heeft  op  'tRokkin. 


Daar  's  nog  een  rotteval."  enz. 
Komt    voor    in  het  exemplaar  van  bet  ..Groote  Tafereel'    van  de  M.  d 
JV'.  L    te  Leiden  ei»  in  dat  der  Bibliotheca  Duncaniana  te  'a  üravenhage. 
Lo.s  ex.  in  de  Vniv.  Bibl.  te  Utrecht 

12*.  ..Arlequyn  nctionist  kluchtig  blyspél.  Gevolgd  naar  het  Theater 
Italien.  door  Pieter  Lnngendyk.  (Drukkersmerk:  ..Perseveranter'.)  t' Amster 
dam,  By  de  Erven  van  J.  Le.<M^ailje  en  Dirk  Rank.  op  de  Beurs-sluis.  1720. 
Met  Privilejrie'  2*  blz    kl.  in-S*.  Amst.    Unit.  Bibl 

13*      ,,llet   dolhuis   der   aetiouisten    kluchtspel    (Vignet  geornamenteerd 
1)  Zie  de  noot  op  bl.  310  hier  voren. 


Digiti 


zedby  Google 


1720  AFZONDERLIJK   GEDRUKTE   STUKKEN  407 


met  roos  in  HmiddeOf  waaronder  wapenschild.)  Gedrukt  voor  Japik?aer.*' 
Z.  pi.  o.  j.  32  biz.  kl.  in  8*.  Laatste  bladz^de  niet  bedrukt.  Op  bl.  31 
htt  jaartal  mdccxx.  {ö.  28  —82). 

I4f*.  „Het  dolhuis  der  actionisten.  kluchtspel.  (Bloemvignet)  Gedrukt 
voor  Japikvaer."  Z.  pi.  o.  j.  32  blz.  kl.  in-8*.  Laatste  bladzijde  niet  bedrukt. 
Op  bl.  31  het  jaartul  mdccxx.  Amst.  Univ.  Bibl. 

15.  „Het  dolhuis  der  actionisten.  kluchtspel.  Tweede  druk.  (Vignet: 
Bloenitak.)  Te  Haarlem.  Gedrukt  voor  Japikvaer,  In  't  bubbel  actie  Jaar. 
1720."    32  blz.  (met  titel)  kl.  in-S»,  (de  laatste  blank).  Kon.  Bibliotheek. 

16.  „De  actionisten  reisvaardig  naar  Vinnen,  Of 't  uiteinde  der  windnegotie. 
(Vignet:  Bioemvaas.)  Gedrukt  in  de  Uitverkogte  Actiekramer,  by  de  Project 
bidzende  Eolus.'  Z.  pi.  o.  j.  Titel  en  46  blz.  kl.  in-8*.  [b.  33—42). 

Derde  stuk  in  „Tooneelpoezy  van  G.  Tysens,  Tweede  Deel."  M.  d, 
N.  L.  Ook  in  de  Amêt.  Univ.  Bibl. 

17*.  „Nederland  in  gek  heit'  staat  en  zinnespel.  Op  de  wind  negotie. 
Door  Jacob  Kleiburg.  (Vignet:  „E  musis  aeternitas".)  Gedrukt  voor  den 
Autheur. '  Z.  pi  o.  j.  Met  den  titel  48  blz  kl.  in-8*.  De  laatste  bl.  blank. 
Amst.  Univ.  Bibl.  [b.  43—48). 

18.  „Krispyu  bedrieger,  en  bedrooge  actionist.  kluchtspel.  Onder  de 
Zinspreuk,  (die  in  't  Vignet  voorkomt)  „E  musis  seternitas*'  (gravure  naar 
en  door  F.  Ottens.)  Gedrukt  voor  den  Auteur.  1721."  Titel,  11  en  24  blz. 
kl.  in-8*.  Amst.  Univ,  Bibl.  [b.  48—52). 

19*.    „De  actionisten  in  *t  dolhuis,  of  de  verydelde  wind    negotie.*' (c.  1). 

Opschrift  van  een  vers  van  drie  koepletten,  één  van  acht-  en  twee  ieder 
van  zes  regels,  in  boekdruk,  op  één  vel  br.  in-fol.  en  aanvangende:  „Sta 
Vremdeliug!  zie  hier  een  trots  Gebou  vol  zotten."  enz  Veel  betere  af- 
zonderlijke druk  van  het  vers  ook  voorkomende  onder  No.  3632  der 
bijpreuten.  Ouk  is  dit  vers  'teerste  in  het  geschriflje  in-4*.:  „Verscheyde 
gedigten  Op  de  windt  negotie."  (Zie  volgend  nommer). 
20*.    „Verscheyde  gedigten  Op  de  windt  negotie.  Bombardium."  {c.  1  en  6). 

Vlugschrift  in  boekdruk  van  S  blz.  in  4*.,  bovenstaanden  titel  er  onder 
begrepen  en  de  laatste  bladzijde  blank.  In  deze  bladzijden  zijn  afgedrukt 
de  volgende  gedichtjes:  „De  actionisten  in  tdolhuys,  Of  de  verydelde 
wind  negotie."  (zie  voorgaand  nommer);  „Op  de  pest  der  windt  negotie." ; 
„De  B  —  Knecht  spreekt."  en  „Op  het  Octroyeeren,  Permitteeren  en 
Consenteeren  der  Compagnien  en  Verkoopiuge  der  silver  Actiën".  (Muller 
No.  3683).  Kon.  Bibl. 
21*.    „Pryscourant  der  actiën,  of  de  nieuwmodeue  actiekramer"  (c.  1—2). 

Opschrift  boven  een  gedicht  van  tweeen-vijftig  regels,  op  vier  bladzijden 
in-4*.,  in  boekdruk,  aanvangende:  ,,Hoort  Stélui,  Burgers,  Boeren,  hoort! 
'k  Heb   Actiën  van  alle  zoort,"  enz    't  Resultaat  voor  den  dichter  is  dat 


Digitized  by 


Google 


408  GROOT  TAFKRUEL   DBX   DWAASHBID 


17» 


gMB  «okele  dar  vele  hollandache  eompagnim  deogt.  Id  het  ^Groot* 
Ttlveel'*,  il  't^en  xes  regels  grooier,  die  er  aan  't  eind  zijn  bijgeroefd. 
Kom.  Biel.  Zie  ook  onder  de  b^prenten  hierna.  Muller  No.  S9S5. 

SS*.  „De  wiodthandel  van  koopmanschap,  Tenekerioge.  eo  beleeuoge 
Terworpeo,  Door  beslait  Tan  de  Ed:  Mof^:  Heeren  Staten  Tan  FrieriszHit 
op  den  Landtdag  plegtig  Tergadert  binnen  Leeuwarden,  den  15  Tan  Wjs 
maandt,  17S0."  {e.  S). 

Opschrift  boTen  een  96  regelig  Tera,  in  twee  kolommen,  in  bodcdrak, 
door  R.  F.,  aanTangende:  „Geroemt  worde  uwe  naam,  ö  Vaders  Tas  dea 

Staat,   Kn  Frieslandts  Heerlykheit,  die,  na  een  rjp  beraadt. ü  bood 

aan  d'  oude  wyie,"  eni.  1  blad  in  plano,  met  adres:  „Te  Franeker.  Gedrukt 
Toor  Kikolaas  Schotanus,  Boekdrukker  op  de  Kooromerkt.  17S0." 

23*.    ;G   Tysens).  ,,Quinquenpoiz  Bombario.    Elk  bewaard  zyn  Beurs.'' 

Opschrift  boven  de  titelprent  van :  ,  Quinquenpeaux.  Bombaria  of  rodEaa 
Voor  de  dolle  nctionisten.  Landgezang.  Door  Philadelphus.  Fslix,  qui 
sua  9orte  contentus."  De  titelprent  heeft  met  den  windhandel  niets 
gemeens.  Bovenaan  zijn  in  een  a&onderlijke  omlijsting  een  haan.  een 
zandlooper.  een  opzittende  hond  en  twee  vogels  afbeeld.  Het  onderste 
deel  vertoont  allerlei  kinderspelen.  Houtgravure  in-8*.,  door  F-  I^hers 
Het  ver»  is  zeer  scherp  tegen  den  windhandel. 

24*.    (O.  Tysens).  „Quinquenpoiz  Bombario.     Elk  bewaard  zyn  Beurs," 

Inschrift   in   een    lint   boven    in   de  titelplaat  van  een  werkje  vraarvan 
het   eerste   deel   als   boekdruktitel  heeft:     „Quinquenpeaux,  Bombsjno,  of 
roskam  Voor  de  dolle  nctionisten.  T^andgezang.  Door  Philadelphus.  Felix, 
qui   sua   sorte   contentus."    Tegenover   het   plaatje   staat   een   tó-regelig 
gedicht  van  .,Filips  Piek"  op  den  nktiehaudel.  Op  hetplantje  is  de  ingang 
van   de   Kalverstrant   aan    de    Darazijde   afgebeeld;    het  derde  huis,  dat 
verlicht   is,    moet   het   beruchte  koffiehuis  Quinquenpoiz  voorstellen;  een 
menigte  handelende,  schreeuwende  en  vechtende  joden  en  andere  ouikelaars: 
een  omroeper  op  den  voorgrond,  enz.  Gravure  kl.  in-8*..  z.  n.  v.  gr. 
Dit.  en  de  beide  volgende  deeltjes  van  den  Roskam: 
„Quincampoix,    Bombario,    of  roskam ....    Door   Philadelphus.     Sileni 
Alcibiadis.  Twede  deel." 

,,Quincampoiz,  —  Door  Philadelphus.  Fumus  Gloria  mundi.  Derde  deel '' 
(ook  afgedrukt  in  afdeeling  c  van  den  tekst  van  het  „Groote  Tafereel" 
blz.  2—6  en  28 — 25),  zijn  belangrijke  stukjes  voor  de  geschiedenis  van  den 
windhandel.  Van  dit  eenite  deel  is  de  titelprent,  hier  boven  beschreven,  het 
leerzaamst,  omdat  ze  een  beeld  geeft  van  de  drukte,  door  den  aktiebandel 
onder  *t  plebs  in  Amsterdam  veroorzaakt,  ondanks  de  braafheid  der  am- 
Rterdamsohe  regenten  om  geen  eigen  „compagnie"  toe  te  laten. 

Bij  het  derde  deel  behoort  de  eerste  staat  van  het  plaatje*  kl.  langw. 
iu.4®.,  hier  voren  onder  No.  59  van   t  „Groote  Tafereel"  beschreven. 


Digitized  by 


Google 


17:W) 

AFZONDERLIJK   GEDRUKTE 

STUKKEN 

409 

25. 

„Quinquenpoix  Bombario.    Elk  bewaard 

lyn 

Beurs. 

Quinquen 

peauz 

Bombario, 

:          ^ 

of 

Ros- 

kam 

Voor  de  Dolle  ActionisteD. 

land-gfezang. 

Door  Philadelphus. 

Feliz,  qui  sua  sorte  contentus." 

Z.  pi.  o.  j.  4  blz.  in.4*  Kon,  Bibliotheek. 

Opschrift  van  dit,  nu  als  volksliedje  op  grauw  papier  gedrukte,  vers 
van  G.  Tysens;  met  het  borstbeeld  van  Julius  Gesar  in  de  opengelaten 
mimte  binnen  het  randschrift.  Dit  is  zeker  de  uitgave  waarover  T. 
xich  beklaagt;  zie  de  noot  der  prent  ..Schyn  bedriegt*  (plaat  28  van  ,,het 
Qroote  Tafereel  der  dwaasheid"). 

26.  „Op  de  Tegenwoordig  in  zwang  gaande  actiehandeling.  O  cives. 
cives,  quae  vos  dementia  cepit?"  [c.  fl). 

Gedicht  van  zes-en-dertig  regels,  onderteekend  „S.  P.  Q.  A."  op  1  blad 
br.  infol.  Kon.  Bibliotheek. 

S7*.  {J.  Goeree),  „Wind-zang,  Op  de  Commerljke  Commercie,  of  wild  zang 
"Van  't  Jaar  mdccxx.  Imprimé  dans  la  Ruë  de  Quincampoix,  peur  les 
Amateurs  des  Actions.  Chez  A.  Bombario.'*  {c.  J—S). 

Titel  van  een  vlugschrift  van  IG  blz.  in  8^,  in  dichtmaat,  den  windhandel 
op   de  Beurs  te  Amsterdam  beschrijvende  en  met  een  titelprent,  volgens 
bet  daartegenover  geplaatste  verklarend   gedicht  (eerste  bladzijde  van  den 
tekst),  een  deken verkooper  voorstellende,  die  zingt: 
,.Ik  roepe  wel  met  Deekens, 
Maar  niemant  koopt  *er  wat; 
Dit  zjne  geen  goe  tcekens! 
Maar  *kheb  het  al  gevat; 
De  Zuide  en  Weste  Winden^ 
Daar  'talles  nu  van  kraakt, 
Die  hebben  deze  Vrinden, 
Te  moedemaakt  gemaakt.'*  enz. 
Achter  den  zanger  staat  een  zuil  met  het  borstbeeld  van  „Fred :  Hend ; 
er  op,  waartegen  verschillende  naakte  personen  opklimmen ;  rechts  daarvan 
de  poort  van  Vianen,  waardoor  verscheiden  naakte  menschen  de  stad  ingaan. 
Zie  voor  de  beteekenis  daarvan  bladzijde  14  in  afdeeling  c  van  den  tekst. 

28.  (J.  Goeree),  „Wind-zang,  Op  de  Commerlyke  Commercie,  of  wild-zang 
Vau   't  Jaar  mdccxx.   (Vignet:   Geornamenteerd  masker.)  Xmprimè  dans  Ia 


Digitized  by 


Google 


410  OROOT   TAFBRKBL   DBR   DWAASHEID  17^0 

Ruè  de  QuiDcampoiz.  poar  1m  Aimteara  des  A-cüons.  Chez  A    Bombarïo  " 
z  j.  8  bil.  io^*. 

Het  versje:  „De  DekeTerkooper  zingt"  enz.  komt  voor  op  bL  8  (o»t 
ffepegineerd). 

99.  (J.  Goeroe),  ,,Wind-zang,  Op  de  kommerlyke  Commercie,  of  Wild-^üig 
Vui  *t  Jaar  mdcoxz.*' 

In:  Jan  Goeroe,  Mengelpoety.  (Vig-net:  ,,BuBt  ik,  zo  roest  ik/^ 
t'  Amsterdam,  Bj  Johannes  Pauli,  en  De  Janaaoons  van  Waesberge. 
vDcczxsiv.  afd.  Mengeldichten:  onderafd:  Gexangen.  biz.  SOU  — 307. 
aldus  verdeeld:  op  bl  300  het  versje:  ,.De  Dekeverkooper  zingt  in 
t  voorbygaan,*'  op  bladz.  301—2  de  prent  bij  Muller  vermeld  onder 
No.  S(S23.  en  het  vers  met  bovenstaand  opschrifl  op  bl.  303—307- 

30».    „Let  op  't  End.*'  [c.  8). 

Opscbrid  van  een  sonnet,  in  boekdruk,  op  één  vel  br.  in-foL  en  aan- 
vangende: „Met  Muts,  en  Pekbroek  is  het  vry  gewest  gewonnen;"  enz. 
Het  komt  voor  in  ., Hollands  dolle  windhandel ;"  (zie  het  volgend  nommerl. 
en   ook   onder  „Het  klaagende  Amsteldam/'  enz.  (zie  nommer  33  hierna). 

31*.    „Hollands  dolle  windhandel;  in  verschelde  gedigten.'* 

Voorshandsche  titel  van  acht  bladz.  kl.  in-8*.,  in  boekdruk,  bevattende 
enkele  versjes  op  den  windhandel,  in  Gelderland  verboden,  op  bl.  7  is 
het  sonnet  „Let  op  't  End.*'  (zie  het  vorig  nommer)  afgedrukt,  na  met 
het  opschrift:  „Voor  'tende  de  last" 

3«*.  „Het  klaagende  Amsteldam,  aan  alle  welmeenende  heeren  koop- 
lieden, over  den  verderffelyken  windhandel.** 

Opschrift  boven  een  sonnet,  onderteekend  „Pro  patria  et  libertate.*',  in 
boekdruk.  1  vel  br.  in-fol. 

33*.  „Het  klaagende  Amsteldam,  Aan  alle  welmeenende  Heeren  koop- 
lieden,  over  den  Verderffelyken  windhandel.** 

Het  zelfde  vers  van  *t  vorig  nommer,  nu  in  veel  kompresser  druk; 
door  een  fileetrand  a%escheiden  staan  er  hier,  in  twee  kolommen,  twee 
sonnetten  onder,  links  met  opschrift:  „Op  de  Kwynende  geld-zugt,  van 
*t  Jaar  1720.  klink-dicht.  Non  habet  eventus  sordida  preda  bonos.*'  (jc.  l). 
rechts:  „Let  Op  't  end.'*  {c.  8). 

34*.    „Op  den  windhandel.  Klinkdicht*'  [c.  8). 

Opschrift  boven  een  sonnet,  aanvangende:  „Wat  raazemy!  wat  drütl 
wat  dolheid  gaat  ons  aan!"  enz.  1  blz.  iufol.  in  boekdruk. 

35.  „Merkurius  onder  de  actionisteu.  Of  Quiuquenpoix  in  Allarm,  over 
'tdaalen  van  de  Zuidzee  Acties.  (Vignet  als  bij  Mercurius  koolverkooper.) 
Gedrukt  in  Nergersland.  Varende  over  de  Zuidzee  naar  Oostludién."  Z.  pK 
o.  j.  14  blz.  in-8*.  (laatste  pagina  wit),  {c.  9—10). 

Zesde  stukje  in   „Tooueelpoezy  van  G.  Tyseus.  Tweede  Deel.*'  JIT  d. 


Digitized  by 


Google 


172U  AFZONOKaiJJK    OËDEDKTK   STUKKJSN  411 


N.   X.,   waar   er  als  titelprent  is  bijgevoegd  het  plaatje  .,De  Wareld  vol 
Kool",  met  een  Sphinx  links  op  den  voorgrond. 

36*.  „Mercurius  Onder  de  actionisten;  Of  Quinquenpoix  in  AUarm,  over 
het  daalen  van  de  Zuidzee  Acties.  (Vignet:  Vliegende  Mercurius  met  staf 
in  de  rechter-  en  verzegelden  briefin  de  linkerhand.)  Qedruckt  tot  Missisippi." 
Z  j.  16  blz.  iu-12^  (Uit  een  almanak). 

37*.  „Mercurius  koolvcrkooper  in  de  Quioquanpoix,  En  Oogmeester  onder 
do  actionisten.  (Vignet:  „De  Wareld  vol  Cool  öonder  Druk  Geen  Geluk.') 
Gedrukt  tot  Missisippi.  By  de  Schottenaar,  in  de  Vinder  om  door  Kool 
naar  Vianen  te  gaan."  Z   pi.  o.  j.  l*  blz.  kl.  in-8**.  (c.  11 — 13). 

Vijfde    stukje    in  „Tooneelpoezy  van  G.  Tysens.  Tweede  Deel."  M.  d. 

N.  L.  Ook  afzonderlijk  in  de  Amst.   Univ.  Bibl. 

38.  „Klagt  £n  Raadsvergadering  der  goden.  Over  't  Wiszelvallig  actie 
jaar  1720.  of  Jupiters  besluit  en  vonnis  Over  't  werk  vnn  Quinquenpoix. 
(Ornament.)  Gedrukt  op  den  Olimph,  by  den  scherp  getongden  Momus,  in 
de  twé  windbldzende  Laplanders."  Z.  pi.  o.  j.  ïitel,  II  en  4*  blz.  kl.  in•8^ 
[r.  15-22). 

Vierde   stukje  in   „Tooneelpoezy  van  G.  Tysens.  Tweede  deel.'  M.  d. 

N.  L.  Ook  afzonderlijk  in  de  Amst.  Univ.  Bibl. 

39*.     „Den  Nieuwen  en  Tweden  Eolus  Jan  Lauw,  of  de  papieren  eeuw. 
Quidquid  in  altum 
Fortuna  tulit,  ruitura  Ie  vat. 
Modicis  rebus  longius  sevum  est.     Seneca  in  Agamemnone. 

Tolluntur  in  altum, 
Ut  lapsu  graviore  ruant     Claudianus. 

Quid  dignum  tanto  feret  hic  promissor  hiatu? 
Parturiuut  montes,  nascetur  ridiculus  mus.    Horatius. 
Tot   Zwolle,   By   Jan    Blank,  Boekverkoper,  in  de  Dieserstraat,  1720.'* 
{c.  25-27). 

Titel  van  een  gedicht  van  dertig  6-regelige  koepletten,  aanvangende: 
„Waar  zyn  de  muiters  altemaal  Uit  't  kerkerstormhol  heen  gevloogen?" 
enz.  Ook  dit  vers,  met  den  titel  8  blz.  in  boekdruk  groot  en  onder- 
teekend: ,.Nullum  simi^latum  diuturuum.",  geeft  weinig  nieuws  voor  de 
geschiedenis  van  den  windhandel. 

40.  .,De  wind-negotie.  of  invcndutie  papier  Ouder  oud  goed  te  koop 
klugtspel.  Te  Amsterdam,  (Vignet:  geornamenteerd  en  gekroond  wapenschild.) 
By  Hendrik  Bosch,  Boekverkooper  over  't  Meisjes  Weeshuis,  1726."  16  blz. 
kl.  in-8*.  [e.  29-30). 

Op  blz.  14—16:  ,.Oatalogus  Van  verscheide  Comedien,  die  te  bekomen 

zyn  by  Hendrik  Bosch." 


Digitized  by 


Google 


412  OEOOT   TAPBRRBL    DER    DWAASHEID  17£0 


41*.  .,D«  wind  nefroUe.  of  invendatie  papier.  Onder  oad  goed  te  toop. 
Ktu^^Ml  (Vif^et:  „Perwveranter" }  Tot  TTvtrecht.  Gedrukt,  by  Imant  eo 
Niemand,  in  de  Nieuwe  Dnikkery,  voor  aan  de  Nieuwe  aaostaande 
Vaart,  1720.'*  Met  titel  13  bli   inSr 

Titel  vxk  een  spotscbrifl  op  't  f^ven  van  een  kanaal  van  Utrecbt  naar 

xee.  De  domtoren  zou  vuurtoren  zijn  en  baak  voor  alle  Rcbepen,  die  uitde 

Zuiderzee    naar   Utrecbt   zouden  |pmn ;  maar ...  de  graverij  werd  steeds 

uit4;«6teld  en  de  akties  daalden  voortdurend. 

♦2*.     .,l)e  Heer  I>aw  in  zyn  Sondaafifs  Pak^"  (c.  30—31). 

Opschrift  van  een  hOre^ehn  ver»,  'm  twee  kolommen,  in  bock  Irak. 
onder  de  afdruk  eener  houtgravure  van  veel  ouderen  ilatum.  oorüpr^'n 
keiijk  voorkomende  op  een  pamflet  door  g-een  der  parafletbe^hrijvers 
op  16fl3  vermeld  en  g^etiteld:  „Beeren  jncht.  Het  Tweede  Deel  van  de 
rerhtbanck.  Over  d'Onpreatadifli'beyt  en  Onfi^ebondeuheydt  der  weduwen 
Tot  waersrhouwingfe  van  nlle  Man*?  personen.  Bearhreven  in  't  En^l?. 
door  den  wel-^atiideerden  Poet  loseph  Svvetnnm.  Edelman,  t'  Amsterdam. 
Oednukt  by  Jan  J.  Boumnn.  Boerkverkooper/  woont  op  t  Water/  teg^n  over 
de  KoomMarckt/  in  de  Lelye  onder  de  Doornen/  1652.'  't  Stelt  een  man 
voor,  achter  een  tafel  gezeten;  aan  iedere  zijde  der  tafel  staan  drif 
vrouwen;  de  rechtantaande  schelden  hem  voor  ..dief",  ., schelm'  en  „sof  ; 
die  aan  de  linkerzijde  voor  „fielt ',  ,  gvyt"  en  ..doegeniet'.  Het  ver*. 
wanruit  voor  den  gang  der  zaken  niets  te  leereu  valt.  vangt  aan:  ..My 
lust,  o  j^joote  Law.  u  wonderdnfin  te  zing-en."  enz. 

Eigenaardiger  is  een  sonnet,  eveneens  in  boekdruk,  onder  dit  vers  afge 
drukt,  met  het  opschrift:  „Op  Rotterdara.s  nngtuegoty.',  [e.  ai}    dat  ik  in 
verband    met    mijn    opstel    in    den  ö**"   jaarf^nng    van    't  Rotterdamsche 
jaarboekje,  afgedrukt  vóór  ik  dit  bind  zflg.  hier  in  zijn  Sfeheel  opneem: 
GERRrr  zaag  g' eens  op.  wat  zouwt  ge  zyn  verwonderd. 
Dat  g'u  geboorte  Stad,  zoo  laf  zoo  Lauws  gebr»^. 

Geen  Koopmanschap  by  daa|^  maar  nu  wel  in  der  nagt. 

Waar  komt  dit  vuil  van  daan  uyt  d'af^^nd  op  gedonderd. 


,0 


Dees  pest  van  Land  tot  Land  te  fel  ons  overrompeld. 
Waar  is  u  luister  heen  waar  zyt^  toe  gebragt, 
Wat  stond  gy  eertyds  pal,  van  wie  wierd  gy  veragt? 
Geen  Koning,  nog  geen  Vorst,  u  oit  heeft  onderdomi>elt. 

Staad  als  een  rots  eens  pal  dit  wreede  Monster  dier, 

Wie  kan  uw  dere.  zeg  wat  blixem  of  wat  vier. 

Gy  hand  vol  Lands,  o  pronk  en  glory  van  de  Weerelt. 

Gy  Bataviers  eertyd  zoo  roemryk  en  vermaard, 
Waar  ia  u  luister  heen,  uw  glory  wat's  die  waart, 
Doet  als  in  Phlips  tyd,  zo  houd  g'u  meer  bepeereld." 


Digitized  by 


Google 


17-20  AVZONÜKRLIJK    OKDUUKTK    STUKKBN  413 


1    blad    infol.    Gravure    innpw.    in  8"..    z    n.    v.  ffr.  (Muller  No.  S633; 
St^phons  No.  169J). 

43.  ..Dp  heer  I^iw.  in  zyu  sondan^s  pnk.  Poeteh'k  pfeinventeert  en 
rclnrvkolyk  pforomimnoert.  o  .Tim  Rabtistn  Ifouwannl  Dit  'k  alles  ^rilli^  zoo 
try  ziet  Op  maat.  of  zonder  mant.  't  is  moer  freschict.  (Vipiiet:  Bloemtak.) 
(iïednikt  in  tj^ar  van  Qiiinrampoix,  Ter  liefde  vau 't  soort  van  Lomberdoix.'* 
Z.  pi.  o.  j.  8  (titel  en  C  onpfepa^.)  blz.  kl.  in-8*. 

Laatste  bl.  ,.0p  Rotterdams  nagt  ne^oty."  Kon.  Bibl. 

4t*.  ..Copye  vnn  een  brief,  Geschreven  aen  de  heer  N  N.  Waer  in 
word  vertoond  het  lk»<lToff  en  schadelykheit  het  welk  lept  in  de  opfferechte 
Corapa^finen  van  Ncpfotie.  Assurantie,  &e.  (Vif^net:  Vrnrhten  hang-eud  uan 
een  ornament)  tAmstenlam.  By  Inaak  Stokmans.  Bf>ekverkooper  op  het 
ï^xkin.  by  de  Beur.s.'  Titel  en  10  blz.  in  t»,  de  laatste  bl.  blank.  (r.  l— S). 

45*.     ..Copye    Van    een    brief. ....    oppferejjfte &<•.  in  de  Noord  Hol- 
landse   Steden.    aU    modo    tx»t    Rotterd^tm,    Delft,  en  ütretht.  vce.  (Vij^net: 
Vruchten    handend    aan    een  ornament.)  t'  Amsterdam,  By  Isnar  Stokmans. 
Boekverkoper  op  het  Kor-kin,  by  de  Beurs. '  Titel  en   10  blz.  in-4°. 
Andere  druk  dan  de  in  het  ^oiig"  nommer  vermelde. 

46*.  ..Copye  van  twee  brieven.  De  eerste  van  de  Heer  N.  N.  Zynde  een 
Antwoord  op  de  Brief  van  de  Heer  A.  Z.  En  de  tweede,  een  Weder 
•antwoord  van  de  Heer  A.  Z.  aan  de  Heer  N.  N.  Waer  in  de  Compagnie 
van  As.surantie  en  Beleuin|2fe,  fee.  in  de  ZuydhoUnndse.  Zeeuwse,  Gelderse 
en  Overy.sselsc  Steden  worden  ondersojrt.  der.^elver  achadelykheid  en  bedrog 
klaarlyk  worden  aangetoond.  (Vignet:  Bloem  vaas.)  t' Amsterdam,  By  Isaak 
Stokman.  Boekverkoper,  op  't  Rookin."  Titel  en  10  blz.  in-4*.  (e.  3—5), 

47*.  „Copye  vnn  de  derde  brief.  Aan  de  Heer  N.  N.  Wegens  de  opkomst 
of  Beginsel  der  Actie- Handel,  der  selver  Voortgang  en  genoegsaame 
Ondergang,  ao  in  Vrankryk,  Engeland,  en  Holland,  en  verscheyde  voorname 
Voorvallen,  in  de  zelve  Opgekomen.  (Vignet:  Bloemvaas.)  t* Amsterdam, 
By  Isaac  Stokmans,  Boekverkoper,  op  'tRockin.*'  Titel  en  10  blz  in-4*., 
de  laatste  bl.  blank.  {e.  5—7;  vierde  uit|?.  C— 7). 

48  *.  „Copye  Van  de  Vierde  brief,  Geschreven  aan  de  Heer  N.  N.  Wegens 
de  opkomst,  of  Beginsel  der  Actie  Handel,  der  selver  voort^ng,  en  ge- 
noeg.same  oudergnng,  so  in  Vrankryk.  Engeland,  en  Holland,  en  verschyde 
voorname  voorvallen,  in  de  selve  opgekomen.  (Vignet:  Vruchten  hangend 
aan  een  ornament.)  t'Amsterdnm,  By  Isaac  Stokmans.  Boekverkoper  op 
het  Rockin,  by  de  Beurs."  Titel  en  10  blz.  in- 4''  (<r.  7— 9;  vierde  uitg.  8— 10). 

3524b.     Stokken    niet    voorkomend    in    den   tekst  van 
't  Groot  tafereel. 

1*.  „Ontwerp  van  een  Commercie  en  actie  handel,  behelsende  alle  voor- 
deele,  die  men  sig  verbeelden  kan.*' 


Digitized  by 


Google 


414  GROOT    TAPERBRL    OBR    DWAASHRID  17:0 


Opwhrif>  boven  eon  pfoo^ti^  spotternij,  in  hnndschri/l  op  den  aktiehamM 
in  zij»  üreheel:  eet\  .stuk  voor  zoover  raij  hekend,  nooit  in  druk  Ter- 
orberen.     Ik  srhrijf  er  dnorom  hier  een  jjcdeelte  van  af: 

.  1  Dewijle  vjiij  Mverlun^  l>evonde»i  i«<.  dat  de  mnankloot  niet  onjreHjk 
is  i'Hji  oiT^e  juirtklnnf  eii  dnt  er  in  do  mnan  niet  alleen  va.st  land  is  inrt 
inw(K>-ulfrs  bi-vrjlckt  maar  ook  Ljronte  Zeen  en  Rivieren  waar  door  -ie 
m:  t'  IJ'Mit  '«'or  bfjn  uira  is'  Ui\  de  !:ooj  ïiii.del  ;  óo  zijn  de  refrenten  Vi»ii 
Ui''/>'ti  \(M>nieeüiea.s  «uiu  te  pian  een  Omraereiehandel  met  d'JT^.woocders 
v;in  jie  miian.  sullen<le  een  Comp.  doATvan  v?erde«i  opirereg't;  wnartoe 
(,'eiio(idi^t  worde  dio  ireuep»»u  sijn  t^  partieipeeren  nan  voordeeïe.  sr^.; 
;rro')t  Ji's  raen  sif^  verspeelden  kan 

2  Do  v<)orJoe!e  .^idlen  te  ^■nHjt«*r  sijn.  omdat  de  toeruj:tinp'  tot  dea 
overt'i^t  na  de  m.i.m  met  veel  ka-ten  sullen  vereijachen :  de  reise  is  uiel 
verder  aU  noen  afhien  kan.  uien  heeft  nef  n  swaare  vaarluijg^  te  bekostijfe. 
hoe  lijster  h<M3  l^ectcr.  Ja  de  lijifste  die  men  siff  verbeelde  kan  jn  de 
lucht  jjffbruijokt  te  kumien  worde  sijn  de  beste,  hoedaanin^  vaartuijg'ea 
van  hier  na  de  maan  Ii;x*cr  bedapft  kunnen  worden  i\\s  kaü>teeieu  in  de 
lucht  te  bouwen,  t  WH'ck  nojjtants  tot  uijtvoerinf»"  van  nnd'ren  hedeudaa^ae 
oiitworpe  uoüJi;»'  i.s  daar  Ls  niets  in  «ïen  we*?,  t  welk  den  overto^t  kan 
verhinderen  als  sointijils  Wint  en  Woleken,  maar  dewijle  onder  de 
actiehaudcliuirs  doorgaans  een  freuoe^rHaem  ^etal  van  Wintbreekers  en 
Wintbnijle  te  vinde  in.  soo  is  deae  awaarijfheijt  lifl^t  te  boven  te  koomen. 
to  meer  om  dat  Wint  en  Wolken  niet  verder  kunoen  hinderlijk  zijn, 
als  tot  het  uijterste  van  den  Dampkrinff. 

5  Behalve  al  bet  voornoemde,  kan  men  si^h  van  dit  ontwerp  belove 
de  voordeelë  van  alle  andVe  ontwerf>ë.  die  hedendaags  ingang^  hebben 
pfevonden  dewijle  alle  actie  handelinjfe  met  'er  tijdt  in  dese  actie  hnndei 
.uillen  werde  iojfelijft.  en  tot  deselve  vervallen,  en  alle  voordeelë.  die 
raen  sijf  in  eenig«  actiehandel  verheelt,  sullen  roet  dese  wonle  in  een 
gesmolten."  Tl.  S.  uit  den  tijd  der  aktien  3  blz.  in  fol. 

In  het  vijfde  tooneel  van  ,.IIet  dolhuis  der  actiouisten.'  komt  een 
gesprek  voor  over  actiehandel  op  de  maan. 

2*.  ..Also  myne  Heeren.  van  den  Geregte  in  ervaringe  zyn  gekomen/ 
dat  op  gisteren  avon  1/  den  5.  deser/  diversche  Persoonen/  geassisteert  met 
een  groot  getal  jongen?/  zig  hebben  ver.«?tout  op  den  Dam  om  te  draagen 
een  stroje  pop/  en  onder  «lat  omdragen  diverache  men*ïchen  feytelyk  te 
aggre«^eeren/  vant  te  honden  en  van  hnre  Hoeden  en  Paruyken  te  herooven/ 
dat  zy  haare  insolentien  al  verder  ponsaeerende/  zig  hebben  onderwonden 
met  zeer  veele  feytelykheden  en  groote  furie  aan  te  vallen  op  zeker  Hnys/ 
staande  voor  aan  in  de  Kalver  Straat/  de  Deur  van  't  gemelde  Huys  te 
forceeren/  de   Glaasen   met  straatsteenen  en  stokken  in  te  smyten/  ja  sdfr 


Digitized  by 


Google 


1720  AFZONDERLIJK    GEDRUKTE   STUKKEN  415 


haDne  woede  zo  verre  hebben  den  toom  g-evierd/  dat  zy  z\g  niet  hebben 
ontsien  de  Dienaars  van  de  lustitie  en  de  Nagtwagt/  als  die  haar  in  die 
seditieuse  ag-g-rossie  wilden  beletten/  feytelyk  te  attac(|iieeren/  en  selfe  te 
quetsen:  So  is't,  dat  naijnc  vooraz.  Heeren.  willende  dusdanige  oproerigc 
en  pernicieuse  saraenrottinj^eii  vnn  een  hoop  quaad-iardige/  moetwillige/  en 
quade  geiutentioncerde  Moiischen/  waar  door  uiet  alleen  de  publicque  nist 
werd  gestoort  en  g-eHchondea/  mnar  ook  de  cfoede  Ingesetenen  dezer  Stede 
ia  not^ïhel  perikel  werden  ge;sleld/  tegen  fraan/  hebben  goedgevonden  te 
ordonneeren  en  te  statueeren/ .  .  .  dat  nieniHud  wie  hy  zy/  jong  of  oud/  zig" 
zal  hebben  te  vervorderen  omtrent  den  Dam/  of  elders/  eenige  sodanige 
seditieuse  samenrottingen  te  maken/  of  by  te  wootien/  veel  min  eenige 
feytelijkheden  in  maniere  voorsz.  te  plegen/  ofte  imaud  wie  hy  zy  te 
aggresseeren  ofte  te  spoiieeren/  op  poene/  d;it  de  Overtreedens  van  deze/ 
aU  oproermakeis/  en  perturbateurs  van  de  publicque  rust/  aan  lijf  en  leven/ 
ofte  andersints/  naar  exigentie  van  saken/  zullen  werden  gestraft. 

En  ten  eyndo  deeze  des  te  beter  mag  werden  agtervolgt  en  nagekomen/ 
zo  beloven  mijne  Heeren  van  den  Geregte  aan  die  geenen/  die  zodanigeu 
feytelijken  aggresseur  zal  komen  te  ontdekken/  zodanig/  dat  in  handen  van 
de  lustitie  komt  te  geraken/  en  van  t  fait  overtuygt/  een  prsemie  van 
600  gulden/'  enz. 

Publikatie  in  duit^che  letter  op  één  vel  in-folio,  in  boekdruk,  met 
adres  van  Jan  Rieuwertsz  te  Amsterdam  1720  onderaan  en  het  wapen 
der  stad  er  boven.  Dit  plakkaat  „Aldus  gearresteert  en  gepubliceert  den 
6.  October,  1720.  door  W.  Slicher,  Hoofdofficier,  door  al  de  burgemeesters 
behalve  L.  Oeelvink  en  door  al  de  Schepenen  met  uitzondering  van  W. 
Boreel,  W.  Backer  Dirksz.  en  N.  Calkoen,  verscheen  naar  aanleidingvan 
den  aanval  op  het  huis  Quinquenpoix.  het  koffiehuis  waarin  tijdens  de 
actiekoorts  's  avonds  beurs  gehouden  werd. 

8*.  ..Myne  Heeren  van  den  Gerechte  der  Stad  Amsterdam  ondervindende/ 
dat/  niettegenstaande  de  successive  Keuren/  tot  weeringe  der  Beunhasen/ 
bylopers  en  diergelyke/  van  tyd  tot  tijd  geëmaneerd/  egter  deselve  in 
vilipendie  van  de  gemelde  Keuren/  sig  meer  en  meer  verstouten/  omme 
allerley  soorten  van  Maaklaardy  te  doen/  tot  irreparabel  nadeel  aan  de 
waare  en  reèle  Negotie/  en  groot  agterdeel  van  de  Kooplieden  en  andere 
goede  Ingesetenen  deser  Stede;  so  is't,  dat  myne  vooraz.  Heeren/  .... 
Ordonneeren  en  Statueeren  by  desen: 

Dat  uiemant/ . . .  geen  Geswooren  Makelaar  deser  Stede  zynde/  zig  zal 
hebben  te  vervorderen/  binnen  deese  Stad/  of  de  Vryheid  van  dien/  eenige 

Maaklaardy  te  doen/ insonderheyd  mede  niet  in  of  wegens  partici  pa  tien 

in  eenige  Compagnien/  'tzy  van  Commercie/  Assurantie/  Navigatie/  ofte 
van  wat  benaminge  deselve  anders  mogten  zijn/*'  enz. 

Eén  blad  br.  in-fol.  in  duitsche  letter,  in  boekdruk,  in  twee  kolom- 
men,   met    adres    en   wapen    als    op    de   voorgaande  publikatie.    Deze 


Digitized  by 


Google 


416  OEOOT   TAPRRKKL    DER    DWAA8HKID  I7t0 

werd,  lekpr  in  veiiMad  OMt  den  inbotid  tad  de  Torige.  deo  11  Oktober 
17:K)  (rnnT«tc«rd  en  dienzelfden  daif  a^j^oodigd.  Hoewel  g^oed  gemeeed. 
w»<i  t  wel  wat  tftjtt,  daar  de  windnegt^tie  toen  baar  grootste  knrfat  neds 
tpr'oren  had. 

Op  de  pUtea  LS  eu  27  van  ..Het  groote  tafereel'  zijn  deze  publikatieB 
tl*  zieD.  aU  aangeplakt  aan  de  deurpost  van  *t  koffiehuis  Quioquenpoix. 
rechu  in  de  vooritelliu|^  (zie  ook  U.  237  biw  voren). 

4»       ,Op  en  onderifang-  der  artionisten."  Z.  pi.  o.  j.  8  bk-  in-8*. 

Op  (Ie  Isattte  vier  blz.,  met  opecbrift  ,,Wind-ne|rotie.*\  een  tweede 
r»*lii*ht,  o«ik  voorkomende  onder  de  btjprent  Maller  No.  SMS  hierna. 

5*.  .,Aiinniprking  Over  het  Ontwerp  of  Plan  Tan  een  nieu  te  fp^ven 
hu\en  nf  kanaal,  van  de  Stjtd  Enkbuisen,  door  de  Polder  van  Immenhora; 
VoV.Ti-f  welke  men  zulks  geeuzints  geraden  agt  te  ondemem^i*,  Met  een 
venier  Omlerzoek  eü  Verhandeling  der  hier  ncffena  le^i^nde  ondiepten  en 
rnirieii:  Mitspi*ier8  de  hehilpmiddelen,  niet  alleen  tot  voorkoming  van 
venier  veri«>op.  maar  ook  tot  herstellinge  van  vorige  en  (^noegzame  diepte 
der  nndploat;  Als  mede  verbetering^,  en  in  staathouding  van  alle  de 
ha \  enen  dezer  stitd.  Te  Enkhuisen.  By  de  Wed.  Jan  van  Giessen  eo  Zoon. 
op  h^t  Zuiderspui  in  de  Lootsm-in.  1721."  Titel  en  22  blz.  in-4*. 

Ju  dit  pamflet  wordt,  op  zeer  bezadigde  wijze,  't  voor  en  tegen  van  het 

plan  der  Compagnie  van  Commercie  te  Enkhuizen  beredeneerd. 

«♦.     .  Notificatie."  8  Wx,  inV. 

Opschrift  van  de  volgende  mededeeling  van  de  ,,Compagnie  van  Com- 
mercie eo  Assurantie.",  den  SS  Juli  1720  te  Qouda  opgericht  (lie  de 
Conditien  in  aideeling  «  van  den  tekst  van  het  ,,Groote  Tafereel  der  dv?aas- 
heid"  op  hl.  1} :  „De  Directeuren  en  Hooft-participanten  van  de  Compagnie 
van  Commercie  en  Assurantie,  opgeregt  binnen  de  Stad  Gouda,  met 
Consent  van  de  £#d.  Groot  Achtb.  Heeren  Bugermeeeteren  en  Regeerders 
der  voorsz.  Stad,  zullen  met  kenniase  en  voorweeten  van  dezelve  Heeren 
Burgermeesteren  en  Begeerders,  op  Dingadag,  den  15.  October  deeses 
Jaars  1720,  laaten  doen  een  inteekening  van  drie  Millioenen  Guldens, 
of  dertig  Tonnen  Gouds,  waar  van  de  uytdeeling  (hier  na  beschreeveo) 
bv  versterven  van  de  eene  Persoon  op  de  andere  overige  tal  vervallen, 
eo  genooten  worden  op  de  volgende  Conditien.*' 

Naar  hei  mij  voorkomt  is  dit  voorloopig  plan,  dat  volgens  het  oodei^ 
schrift  op  de  laatste  bladzijde,  ,, Aldus  (is)  gedaan  ende  gearreeteert 
binnen  Gouda  den  23.  September  1720."  in  *t  volgend  jaar  eerst  tot 
uitvoering  gekomen.  (Zie  volgend  nommer). 

7*.  ,J>e  Directeurs  en  Hoofdparticipanten  van  de  Compagnie  yan  Com- 
mercie en  Assurantie  binnen  Gouda,  zullen  met  kenniase  van  de  Heeren 
Burgermeesteren  en  Regeerders  der  zelver  Stad,  laten  doen  een  Inscfaryving, 
waer  door  men  met  een  geringe  Inlaag  zal  kunnen  participeren  aen  grooCe 


Digitized  by 


Google 


1720  AFZONDBELIJK   GEDRUKTE   STUKKEN  417 

UytdeeltDgen,  die  van   nu  af  aen  vast  gesteld  worden,  op  de  nabeaohreve 

Gonditien.**  Z.  pi.  o.  j.  8  biz.  in-4*. 

Opschrift  boven  de  genoemde  conditien,  gedateerd  uit  Gkinda  1  Juli 
1721,  en  met  adres  van  Andries  Endenburg,  stadsdrukker  te  Gouda, 
op  de  laatste  bladzijde.  Blijkbaar  opgesteld  met  het  doel  om  de  in  verval 
zijode  Compagnie  tot  meerderen  welstand  te  brengen,  zijn  de  condities 
dezer  tontine  zóó  voordeelig  gesteld,  dat  ze  ook  alweder  de  kiem  van 
vernietiging  in  zich  dragen. 

8*.  „Reglement  op  de  Wisselbank  Binnen  utrecht,  Gearresteert  op 
den  1^^  October  1720.  en  Gepubliceert  den  11  dito."  Utrecht  1720.  8  blz.  inV. 
Ofechoon  niet  onmiddellijk  in  verband  staande  met  de  „Provinciale 
Compagnie"  (zie  No.  2  op  bl.  404^  hier  voren),  blijkt  uit  het  geheele 
opzet  wel,  dat  deze  wisselbank  door  „Burgemeesteren  en  Vroetschap" 
opgfericht  werd  met  het  doel  de  inschrijvers  in  die  Compagnie  financieel 
te  hulp  te  komen. 

9^.  „Bekentmakinge."  Utrecht,  Thomas  Appels  en  Jacob  van  Poolsum, 
1721.  1  blad  br.  infbl. 

Deze  bekendmaking,  met  het  wapen  der  provincie  bovenaan,  is  van  den 
volgenden  inhoud: 

„Bewinthebberen  der  Utrechtse  Provintiaele  Geoctroyeerde  Compagnie, 
maaken  aan  een  jegelijck  der  Hooft-Participanten  ende  verder  deel 
hebbende  in  haare  Compagnie  bekent: 

Dat  in  Confbrmitejt  van  Haar  Eedele  Mogende  Resolutie  de  dato  5 
November  deeses  Jaars  1721.  gearresteert/ deselve  Compagnie  blijft  ontheft 
van  de  Eerste  Conditie  van  Haar  Octroy/  namentlijck  van  de  Last  der 
vijf  Guldens  Jaarlijcx  van  jeder  Actie  te  betalen/  als  meede  van  het  Gra- 
ven van  de  Vaart  na  de  Eem  en  Zujder-Zee,  by  gemel te  Octroy  vermeld. 

Ende  ten  eynde  een  yegelijck  van  voorzeyde  gearresteerde  Resolutie/ 
behoorlijck  mogte  weesen  onderrigt/  soo  is  't  dat  deese  sal  dienen  tot  een 
yeders  Advertentie." 

Dus  geen  renten  en  't  voornaamste  werk  niet  uitgevoerd.  Eommentaflr 
is  hierbij  overbodig;  al  heeft  de  Compagnie  nog  langer  bestaan,  dan 
ik  vermoedde,  toen  ik  op  bl.  252  hier  voren  schreef:  „De  kompagnie 
bezweek  echter  toch  eenige  jaren  later.'*  In  1720  ten  minste  leefde  zij 
nog  en  gaf  aanleiding  tot  veel  onaangenaamheden,  daar  HH.  „Bewind- 
hebberen"  eerst  weigerden  rekening  en  verantwoording  te  doen  aan 
Commissarissen  en  „Geauthoriseerdens  uyt  de  Hoofdparticipanten"  en 
toen  er  eindelijk  rekening  gedaan  werd,  kwamen  er  schandelijke  malver- 
satien  voor  den  dag;  zooals  b.  v.  dat  er  in  de  2e  Loterij  op  een  lot,  dat 
voor  rekening  der  Compagnie  gebleven  was,  / 10000  viel;  in  plaats  van 
den  participanten  ten  goede  te  komen,  werd  het  lot  geboekt  als  verkocht 
en  de  pr^s  als  uitbetaald. 

IV  «7 


Digitized  by 


Google 


418  GROOT   TAFBRBBL   DKB   DWAASHEID  17£<) 


üitvomff  wordt  dexe  xaak  behandeld  in  de  ..Memorie,  strekker^ 
voor  Debat  den  Kd.  Hove  van  Utrecht  overg^^ven  uvt  de  name  ende 
van  w^f^n  de  aanwenende  Commissarissen  tot  de  Opsi|^  van  de  Prv 
Yinciale  jfeóctro veerde  ütrecbtae  Compagnie,  en  Geauthori^«rderi?  urt 
de  Hoofdparticipanten  van  deaelve.  a.U  Debattanten 
op  ende  je^rens 

I)e  Rekeninpren  door  Bewindhebberen  van  gemelde  Compi^rnie  wj 
desflve  (N)m ra isHH rissen  t»n  Geauthoriseerdens  van  tyd  tot  tyd  oversreJ?^*"— 
als  Rendjmten.  enz  Z.  pi.  o.  j.  126  biz.  in  4*.  Een  der  onderdt^elfn  \an 
deie  rekening  betreft  een  suikerraffinaderij,  waarvan  't  beheer  ofik  a"  zt^^r 
veel  te  wenwhcn  overliet. 

10.  „De  redenen.  Waarom  het  ongeraden  is,  Zodanige  coropagnieii  Van 
veele  Millioenen  gtildens  binnen  deeze  Stadt  AmMerdam  Te  Inten  oj  reeleu 
in  Materie  van  aivsursmtie  en  negotie.  Als  waar  toe  thaus  alomme  zogrviot*? 
beweetriugen  werden  gemaakt,  zyn  zeer  veele,  en  nok  gewigtig.  en  (onder 
anderen)  mede  deeze  hier  na  volgende."  Z  pi.  o,  j.  Voorshand.»che  titel 
en  6  blz.  (gen.  3     S\  in  i"    Kon.  Bihï. 

11*.  ,.De  Redenen,  waarom  het  ongeraden  i.s,  zodanige  Compagnien  ^an 
veele  Millioenen  gulden»  binnen  deeze  Stadt  Amsterdam  te  laten  opregten 
in  Materie  van  Assurantie  en  Negotie,  als  waar  toe  thans  alonime  zo  groote 
beweegingen  werden  gemaakt,  zyn  zeer  veele.  en  ook  gewigtig,  en  (onder 
anderen)  mede  deeze  hier  nn  volgende.'  (Aan  't  eind:  .,T  Amsterdam,  By 
Jan  Boom,  1720").  8  blz.  in-fol.  Op.sclirift  boven  de  eerste  bladzijde. 

Vjetx    „Extract"    uit    dit    werkje  komt  voor  in  ..Ver^meliug  Tt^t  waar- 

ftchouwinge  voor  de  Nakomelinge"  enz.  II.  181.  (Zie  blf  402  hier  voren\ 

Kon.  Bibl. 

12».  „Brief,  wegens  de  considerabele  daling  der  Artièn  in  de  Zuid-zee 
-Compagnie;  en  concept  over  de  Mooglykheyd  en  Middelen  van  Redres." 
Z.  pi.  o.  j.  4  blz.  in-fol. 

Blijkbaar  uit  denzelfden  koker  als  de  ..Redewisseling."  enz.,  (zie  lasper 
No.  Ifl).  onderteekend:  ..Tuus  quem  nosti.",  gedateerd  uit  Ara.^terdam, 
16  Oktober  1720  en  met  het  ndres  van  P.  Visser  te  Amsterdam,  onderaan 
de  laatste  bladzijde.  Deze  brief  is  ook  opgenomen  in  „Verzameling  Tot 
waarschouwinge  voor  de  Nakomelinge"  enz.  II.  2ö7.  (Zie  bl.  403  hier 
voren).   (Muller  No.  S670). 

13.  „Considerations  Sur  Ie  nouveau  Sistême  des  Pinances;  par  oii  Ion 
pr<^tend  faire  voir  Ie  domnge  qui  doit  r^sulter  de  l'Etablisseraent  des  Com- 
pagnies; Ie  tout  fondé  sur  rexp«^rience.  &  sur  les  conséquences  quidérivent 
naturellement  du  sujet. 

Joint 

Un  Projet  par  lequel  on  poura  faire  trouver  h.  l'Etat  des  moyens  suffisans 
pour  aquiter  leura  dettea,  &  rétablir  leur  Crédit;  ensemble,  pour  décbaiger 


Digitized  by 


Google 


1720 


AFZONDERLIJK    GEDRUKTE   STUKKEN  419 


les   Peuples   &   les   rendre    plus   opulens,    sans   interrompre  Ie  Commerce, 
&  en  observant  une  égalité  nécessaire.'*  Z.  pi.  o.  j.  H  blz.  in-4*. 

Opschrift  boven  de  eerste  bladzijde  van  dit  vlugschrift  zonder  a&onder- 
lijken  titel.    (Muller  No.  3676).  Koft.  Bibl. 

14.  „Aanmerkingen  over  de  nieuwe  gesteltheit  der  finantien,"  enz. 
Z.  pi.  o.  j.  Voorshandsche  titel  en  22  blz.  in-4*. 

Vertaling  van  het  voorgaande  frausche  geschrift.  Op  bl.  23  de  custos 
„Voor",  zoodat  er  nog  iets  bij  schijnt  te  behooren.  (Muller  No.  3678). 
Kon,  Bibl 

15*.     ..(/on.sideratien.    Over   de  nieuwe  Schikking  der  Finantien,  waar  in 
men    tracht    te   doen  zien  de  .schade  die  uit  de  oprechting  der  Compngnien 
moet   ontstaan;  alles  op  de  ervarentheid  gefondeert,  en  op  de  gevolgen  die 
mituurlyk  uit  het  Ontwerp  zelfs  voortkomen. 
Mitsgaders 

Ken  Project,  waar  door  men  den  Staat  genoegzame  middelen  zal  aanwyzen 
om  8  Lands  schulden  af  te  doen,  en  het  Credit  te  herstellen ;  als  mede  om 
de  onderdanen  te  ontlasten,  en  meer  rykdom  toe  te  voegen,  zonder  de 
Commercie  hinderlyk  te  zyu,  en  met  het  vaststellen  van  een  noodzakelyke 
gelykheid  onder  dezelve."  Z.  pi.  o.  j.  12  blz.  in-4°. 

Opschrift    boveu    de   eerste    bladzijde    van    een   andere    vertaling   van 

OiHiHidérations   sur    Ie    nouveau    Sistème,  enz.  Zonder  afzonderlijken  titel. 

(Muller  No.  3674-).  Kon.  Bibl. 

16*.  „Redewisseling,  en  considoratien  over  den  Staet  en  Rykdom  der 
Zuid-zee  compagnie,  voor  zo  veel  ze  haar  Capitaal  verkrygt  door  vernieuwde 
en  verhoogde  Inscriptien."  Z.  pi.  o.  j.  (1720).  8  blz.  infol.  (de  laatste  twee 
in  blanko). 

Titel  als  opschrift  boven  de  eerste  bladzijde  van  een  gesprek  tusschen 
een  gewezen  commissionair  aan  de  beurs,  rijkgeworden  door  de  aktien, 
en  een  zijner  vroegere  lastgevers  over  den  gang  der  zaken,  die  naar 
't  oordeel  va»  den  lastgever,  in  't  geheel  niet  goed  ia,  wat  doorberekeningen 
duidelijk  gemHnkt  wordt.  On«lerteekend :  ,.Amor  Patriae";  onder  de  laatste 
bladzijde  het  adres:  ..Tot  Amsterdam.  Bij  Pieter  Visser,  Boekverkooper 
op  de  Lely-gragt,  Anno  1720."  (Muller  No.  3677). 

17*.  ,,Remedien  Tegens  de  hedendaagse  Ziekte  der  actionisten.''  Titel 
en  6  blz.  in-4". 

Voorshandsche  titel  van  een  vlugschrift.  Het  bevat  een  „remedie", 
een  ,,zweetmiddeV',  een  „purgatie",  een  „aderlaating",  een  .,braakmiddel  ' 
en  een  „preservatif,  allen  even  onbeduidend  van  inhoud.  (Muller  No.  3J678). 

Een  „Extract'  uit  dit  geschriftje  komt  voor  in  „Verzameling  Tot 
waarschouwinge  voor  de  Nakomelinge"  enz.  I.  166  seq.  (Zie  bl.  403 
hier  voren). 


Digitized  by 


Google 


420  OmOOT  TAFBKSSL   DBB   DWAA8HBID 


1780 


IS*.  ,,Projeet  teo  eene  wint-tanirantie^ompsgnie,  enz.  tot  behoudt  tsb 
dé  verloopeodfl  oommercie  en  nxtteerende  navigatie  in  dit  hollende  jaar 
▼an  1730."  Z.  pi.  o.  j.  10  biz.  in-4*. 

Qeestig  pamflet  met  bovenstaanden  yoorshandschen  titel.  *tKomt  mij 
▼oor  dat  dit  een  stukje  ia  van  Jacob  Campo  We\jerman;  *tis  onteg«i- 
zeggelgk  zgo  stijl.  Volgens  't  hoold  van  bl.  3,  waar  H  opschrifl  ott- 
voeriger  is,  moest  deze  compagnie  worden  „opgerecht  tot  secoritext 
van  alle  verdere  met  gevaar- vermengde  zaken  en  handelingen;  beslotsi 
bj  Jopiter  in  zynen  Hemel  raat  den  XVL  October  dezes  hollenden  Jaars 
1720."  Volgens  den  inhoud  zouden  er  akties  verhandeld  worden  „om,  in 

spjt   van  de  woedende  zeegolven, enz.  de  bevrachte  schepen,  zonder 

het  allerminste  gevaar,   naar   de  gedestineerde havens  te  convoieren. 

.  .  .  Schoonvireer-Aktien,  Actiën  ...  om  het  Fideliteitbootje  van  de  Sexe 
in  de  haven  van  veiligheit  besloten  te  houden;  ....  Aktien  ...  om  de 
winderige  srgumenten  van  betweters  en  -  uitventers  van  toekomende 
gehumen  te  refuteren/',  terwQl  in  het  slotartikel  medegedeeld  wordt  dat 
Jupjn  ,,om  niemant  in  verlegenheit  te  laten, . . .  aan  die  van  Woerden 
een  Project  inspireren  (zou),  om  manu&kturen  en  plantagien  van  Hennip 
op  te  rechten,  waarin  ieder  Aktionist,  des  noots,  of  levens  zat  zjnde, 
door  behulp  van  de  daaruit  gefiibriceerde  Dassen,  die  Wintp3rp  zal  konnen 
stoppen,  dewelke  zoo  langen  tyt  die  aangename  en  betoverende  lucht 
van  de  Wintnegotie  heeft  ingeAdemt'*    (Huiler  No.  8681). 

Nu  mijn  attentie  door  dit  pamflet  op  den  ongeëvenaard  hatelijken, 
platten  doch  veelwetenden  panifletüst  gevestigd  was,  sprak  Hvan  zelf 
dat  ik  het  weekblad  door  hem  in  dien  tijd  uitgegeven,  eens  doorzag. 
In  De  UotterdMHtcke  Hermes,  een  blaadje,  dat  van  13  September  tot  29 
Oktober  17iO  Dinsdags  en  Vrijdags  van  elke  week  verscheen  en  van 
31  Oktober  1720  tot  i  September  172L  alleen  Donderdags  uitkvram.  en 
dus  juist  het  licht  zag  in  den  tijd,  viraarin  de  krisis  der  wind-negotie 
viel,  heeft  deze  scherpe  hekelaar  betrekkelijk  weinig  omtrent  die  zaak 
medegedeeld.  Toch  moeten  de  aktiehandelaars  't  hier  en  daar  ontgelden 
en  daar  hij  dat  op  de  hem  eigene  wijze  doet,  moge  een  staalde  hier 
zijn  plaats  vinden.   No.  10  van  Dinsdag  15  Oktober  1720  vangt  aan: 

„Onlangs  had  Hermes  een  visite  van  een  bejaard  Filozoof,  dewelke . . . 
zeide,  dat  'er  drie  differerende  soorten  van  menschen  waren  die  hem  zeer 
comicq  voorkwamen ;  voor  eerst  Monnikken  en  Priesters, ...  ten  tweeden, 
de  Geneesheeren, ...  en  ten  derden,  de  Heeren  en  Meesters  Advokaten, . . . 
Het  is  zeer  apparent  dat  die  goede  man,  toen  hy  d'eerstemaal  die 
remarques  maakte,  d'Aktionisten  noch  niet  zal  gekent  hebben, . . .  vrant 
Hermes  zou  zynen  Lezer  durven  verzekeren,  dat  men  in  deze  waereltstreek 
de  straten  nauljks  een  oogenblik  kan  gebruiken  zonder  verschelde 
Benegadde  te  ontmoeten,  die  den  echten  styl  van  koophandel  verzaakt, 
en  de  geblankette  Aktie-kraam  hebben  geèmbrasseert,  om  alzoo  eeoe 


Digitized  by 


Google 


1720  APZONDKBLIJK   GEDRUKTE  STUKKEN  421 

wesenUyke  laak  Tan  de  aittente  aangelegQDtheit  tegens  den  ydelen  en 
onbezonnen  Alkoran  yui  Mahomet  te  Terruilen  . . .  en  *t  schynt  hem  toe 
als  of  bet  oude  Kapitool,  die  eerwaerde  Beurs,  door  moderae  Qaulen  en 
wispelturige  Britten  verraden  en  overgegeven  was,  die  de  Ganzen,  dewelke 
dat  bewaakten,  omgekocht  hebbende,  het  zelve  nu  met  een  talryk  garnizoen 
van  Aktie-Gotten  en  Wandalen  houden  bezet  en  besloten.  Hermes  is 
voornemens  om  allen  aanstoot,  aan  wie  het  ook  zyn  mag,  te  mjden, 
voor  als  noch  geene  particulariteiten  aan  te  halen:  alleen  wenscht  hy 
dit  in  fiiveur  van  de  Aktionisten,  dat  zy  in  d'eerste  zes  weken  uit  die 
gulde  droomen  nog  niet  mogen  gewekt  worden:**. 

In  No.  18  van  21  November  17*20,  laat  hij  Erasmus  van  zijn  voetstuk 
afstappen   en   een  wandeliog  langs  de  singels  doen,  op  welke  wandeling 
hij  „een  klein  Leeutje  met  een*  verminkten  poot"  ontmoette;  hij  spreekt 
het  op  de  volgende  wijze  aan:  „Onnozel  Leeutje,... 
Myn  bronze  kist  zal  spreken 
Nu  myn  Geboorteplaats,  die  eertyts  guyten  (schel menjstreken 
Den  voet  zette  op  den  nek,  thans  deerlyk  weent  en  zucht, 
Daar  zy  de  Koopgodin  in  deze  vrye  lucht 
Door  eenen  Tuimelgeest,  ten  kerker  uitgebroken, 
Bedroed  ziet  kwynen  en  de  hartadr  afgestoken, 

Terwyl  haar  trotsche  Beurs  het  opperste  onder  raakt, 
En  Hermes  vlucht,  nu  hier  zyn  echte  zetel  kraakt** 
Na   een   hoogdravend   diskoers,  deels  op   rijm,  deels  in  proza,  besluit 
Erasmus: 

„Ha,  prime  October,  noit  zal  my  't  gezicht  vergeten 
Van  d' Actiehelden,  die  op  rook  hun  tanden  sleten 
In  Quincampoiz.  de  lucht,  door  buizen  onbekent, 
Bragt  hoog'  en  lagen  prys  van  'teen  tot  't  ander  ent 
Men  zag,  als  op  een'  staciewagen, 
De  Makelaars  deur  in  deur  uit  malkander  dragen. 
Tot  d 'Actiebron,  als  door  Urgandèa  Toverrys, 
Geraakt,  straks  wert  gestolt  tot  ys."  enz. 
In   No.   18,   S6«-38,   46,   57   en  58  komen  ook  enkele  mededeelingen 
voor  over  de  Zuidzeehandel,  het  gevangennemen  van  Knight,  enz. 

Uit  No.  37  neem  ik  alleen  nog  over  wat  Hermes  zegt,  naar  aanleiding 
van  het  beeld  van  Alberoni,  dat  een  Savoiaard  in  zyn  tooverlantaren 
te  zien  geeft: 

„Dat's  Mazaryns  gezicht  en  Machiavels  trony. 
Ik  ken  dat  staatsgezag,  dien  brak  van  't  kabinet, 
Die  op  't  trots  Albion  zyn  moortmes  had  gewet, 
En  wiens  Sejaans-beelt,  steun  van  een'  driedubblen  zetel, 
Thans  van  't  gepeupel  wort  gesmolten  tot  een'  ketel." 
19*.    „De  Nieuwe  Compagnie  van  Assurantie,  Opgeregt  voor  de  vryers 


Digitized  by 


Google 


422  OROOT   TAPKRBKL    DER   DWAASHKÜ) 


1720 


en  TTTitoni.    Als  iDede  de  lafrchende  Momu^  onder  de  Artionisten.    Koopt 

nn  Artien  ▼an  Pu  pier' gy  kindse  houden  tot  pi  ai&ier.'  Z.  pi  o.j.  löblz.  in-l£*. 

Titel  Tin  een  stukje  uit  een  alnMoak,  waariD  aan  't  slot  het  rers:  .Jh 

Itf^heode   MomiM.  onder  de  Actionisten."    (Zie  No.  37  hierna).     Op  den 

titel  aeo  hontgTmTuretje.  een  moziekgezelscbAp  Toorstellende. 

20.    ..SMmeospraak   tussen    Hilarides  en  Krispjn,  over  de  ftCÜe-handeL ' 

Z.  pi.  o.  j.  8  bil.  ia-tr 

Yoorahand^he  titel  van  een  pamflet,  dat  omtrent  den  aktiehandel  geen 
bixooderheden  bev&t.  der  vermelding  waardig-  ;M ulier  No.  SCS*). 
21*.    ..De  slechte  tvd  door  den  actiehandel  Vernietigt,  en  degoudeeeow 
Herstelt"    Z.  pi.  o  j.  ♦  bli.  in  fol. 

Opschrift  boven  de  eerste  bladzijde  van  dit  kompres  gedrukte  ge^hrift^ 
waarin  ik  echter  voor  de  kennis  van  den  aktiehandel  niets  belan^nijkii  voad^ 
dan  alleen  de  mededeeling,  dat  men  druk  timmerde,  metse'de.  huizen 
Teranderde.  enkel  uit  weelde,  na  overmatifre  winst  in  aktien,  en  dat  ^, 
mede  dien  ten  gevolge,  ontelbare  rijtuigen  en  ekwipaadjes  bijkwamen. 
(Muller  No.  S6$7}. 

Een   ,.Eitract"  hiervan  is  opgenomen  in  ..Verzameling  Tot  waarschou- 
winge  voor  de  Nakome'inge"  eni.  IL  263  (lie  bl.  403  hier  voren'. 
22*.     ..Hollands   dolle   windhandel ;    in  verscheide  gedigten."  Z.  pi.  o.  j. 
Met  den  titel  8  blz.  kl.  in  8*. 

Voorshandache  titel  van  dit  bundeltje,  reeds  opgenomen  om  't  verfje 
,,Let  op  *tEnd.'*,  dat  ook  in  den  tekst  van  HGroote  Tafereel  stJiat 
,zie  bl.  410,  No.  31}  en  hier  nog  eens  vermeld  om  de  beide  andere 
daarin  voorkomende  gedichtjes,  getiteld:  ..Hollands  dolle  Wiudhandel  Na 
het  Vaarsje  Dum  furor  enx. '  en  „Ongelyk  toezigt.'  Kon.  Bihl. 
23*.  .  J)e  valsche  gouteeu.''  Z.  pi.  o.  j.  Met  voorshandachen  titel  8  onge 
pagineerde  blz.  in-4*. 

Gedicht   van   elf  6-regelige  verzen.    Uit  een  der  verzen :     „De  Zoitzee 
vloeit  zoo  hoog  niet  meer  f'  enz.  blijkt  dat  de  aktiehandel  bij  de  uitgave 
van  dit  stukje  reeds  nan  't  tanen  was.  (Muller  No.  8690*)    Kon,  JSibl 
24*.    ..De   verreze  gout-eeu.*'  Z.  pi.  o.  j.  (1720).  Met  voorshandschen  titel 
8  blz.  in-4r 

Gedicht  van  64  regels:  ,.0  Geit,  van  wonderbaer  vermogen," enz.  Aan 
't  eind  't  jaartal  MDCCix.     (Muller  No.  3690»). 
25*.     ,.Raa(lsel."    Z.  pi.  o.  j.  (1720).    1  bladzijde  in-fol. 

Opï>chrifl  hoven  een  opstel  waarin  door  de  om.schrijving  Tan  zijn 
verschillende  eigenschappen,  de  aktiehandelaar  aangeduid  wordt.  Ouder- 
tcekend:  ..Raadt  wat  het  is."  Onderaan:  ..Gedrukt  in  den  Jaare  1720." 
(Muller  No.  3691?). 

Dit  „Raodsel"  komt  ook  Toor  in  „Verzameling  Tot  wnarschouwinge 
voor  de  Nakomelinge",  enz.  L  117  (zie  bl.  403  hier  voren). 


Digitized  by 


Google 


]7£()  APZONDKRLIJK   GKDRÜKTE   STUKKEN  428 


26*.    „Korte  aanmerkingen.  Over  de  partisans,  Van  de  Nieuwmodese  en 
Bedrieg-elyke  finantien  door  dobbel-spel."  Z.  pl.o.j.  Met  den  titel  8  blz.  in•4^ 
Titel    van    een    pamflet    van    weinig   belang   voor   de   kennis  van  den 
windhandel  of  zijn  geschiedenis. 

27*.  .jye  viaansche  omroeper,  Roepende  om  de  Bedroefde,  Bedroogene 
eu  Bedurven  actionisten."  Z.  pi.  o.  j.  1  bl.  infol. 

Opschrift  van  een  150-regelig  gedicht,  in  twee  kolommen. 

28».  ,.Jan  van  Gyzens  Zaamenspraak  tussen  Pasquin,  En  Morforio ;  Over 
de  heedendaaf];"sche  actiën  handel."     Z.  pi.  o.  j.  8  biz.  in-4^. 

Opschrift  boven  een  gedicht  op  den  windhandel.  Boven  het  opdchrifi 
een  wapen.  Op  de  laatste  bl.  't  adres  van  Jacobus  van  Egmont,  te 
Amsterdam  1720.   Kon.  Bibl. 

29*.     „Windnegotie."    Z.  pi.  o.  j.  1  bl.  infol. 

Gedicht  van  148  regels  in  twee  kolommen,  met  een  fileetrand  tusschen 
beide.    Zie:  Bijprent  Muller  No.  36*3. 

30*.  „De  Nieuwe  Baukeroetiers  Wagen,  Opgeregt  voor  de  Dolle  Buiten- 
sporige actionisten,  Rydende  na  Vianen  en  Kuylenburg."  Z.  pi.  o.  j. 
1  blaadje  iu-4**. 

Opschrift  boven  een  vers  in  prozavorm,  in  twee  kolommen,  met  duitsche 

letter.     Aan  de  keerzijde  eeu  vers  over  een  onweder  in  Turkije,  enz. 

31*.  ..Brief  aan  N.  N.  in  zyne  treurkamer.*'  Z.  pi.  o.  j.  Met  den  titel 
8  blz.  in-4.r 

Voorahand.sche  titel  van  een  niets  beduidend  opstel,  met  de  haren 
er  bijgesleept  zooals  men  wel  zegt.  om  in  verband  met  den  windhandel 
te  worden  gebracht. 

32*.     „De  Assurante  Mot,  in  een  goud  Jackje; 

Of  't  gulden*  Breyn,  in  een  betooverd  Backje." 

Z.  pi.  o.  j.  lü  blz    in  +".  (De  laatste  blank). 

Voorshandsche  titel  van  een  gedicht,  onder  meer  hoofdzakelijk  doelende 
op  de  rotteriiamsche  assurantie-compagnie,  wier  deelnemers  naar  het  Dol- 
huis in  het  Ooateinde  moesten  gebracht  worden. 

33'.  ,  De  verstoorde  Jupiter;  En  de  Klapgendë  Merkurius,  Over  den 
AcMen  Handel.  t'Amaterdam,  Gedrukt  voor  de  Liefhebbers."  Z.  pi.  o.  j. 
8  blz.  in4». 

Titel   van    een    samenspraak    o])   rijm  tusschen  bovengenoemde  heeren. 

34*.  „Ach,  ach,  ach!  Actionisten  hoe  voerje  de  vlag;"  enz.  Z.  pi.  o.  j. 
4  blz.  langw.  in-*®. 

Eerste  regel  van  een  spotdicht  op  de  aktiehandelaars,  op  muziek  gezet 
eu  met  de   melodie   afgedrukt   op  blz.    2   eu  3  vuu  deze  vier  paginaas. 


Digitized  by 


Google 


424  OEOOT  TAFBRKKL   DER    DWAASHEID  17^ 

Dw*  miniek  wordt  door  Maller  niei  Tomieki  en  bdKwrt  onder  de  ner 
wMniiw  atokjee  op  de  bnbbeliMgotie. 
Ook  in  't  eiemplir  Ten  de  UniT«8tteitri>ibliotheek  te  LeideD. 

8S.  n^o  Nieuwe  «    'g  Paryee 

Hwle.  ^    I  kyn. 

Met  xyn  1    |^  Fraayje 

Fttre-  S     ^  kiek 

komende  uyt  S  Barys, 

Met  sjm  Fraeife  Beare-Kiek  Kage,  al  zwaar  torzende  op  de  sle^ 
Amaterdamae  kermis;  Bejzeode  door  de  gebeele  7  ProTiniieD,  Vertoooeiide 
alles  op  een  boertige  Wya,  en  ze  laate  kyken  door  een  glas  inne  de  Kejke 
-Kasje  Yoor  twee  doyten,  OTer  het  speelen  Tan  al  de  Actiën,  in  meest  alle 
de  Steden  Tan  Zayd-en-Noord  Holland,  &c.'*  Z.  pi.  o.  j.  4  blz.  inV. 

Opechrift  boTen  de  eente  bladzijde  Tan  een  Tolksblaadje,  waarin  ook 
Gent  en  Antwerpen  worden  genoemd  als  aktiesteden ;  ik  Tond  dit  nergens 
anders  Termeld.  Kom,  BUL 

S6*.  „De  Klaagende  of  Oerinuöerde  acUonist,  Met  de  Spottende  koopman 
OTer  den  actiën  handel/'  Z.  pi.  o.  j.  8  blz.  in-4p^ 

Opschrift  boTen  een  gesprek  op  rijm  over  den  aktiehandel,  tosscben 
boTengenoemde  personen.  Aan  *teind:  „f  Amsterdam,  gedmkt  1730/\ 
Kom.  Bihl 

87*.  ^De  lachehende  Momus  onder  de  actionisten,  In  de  Straet  Tan 
Quinquenpoiz/*  1  blz.  in-lbl. 

Opechrift  boTen  een  138-reg^lig  Ters,  aanTangende:  ,3elp!  help!  ik 
lach  me  zeker  slap,**  enz.,  gedrukt  in  twee  kolommen,  met  een  fileetiand 
tusschen  beide.  Hetzelfde  Ters  komt  ook  Toor  onder  de  bij  prent:  Muller 
No.  8681.  Als  'tmeerendeel  der  Terzen  bevat  ook  dit  geen  eigenaardige 
onthullingen  oTer  de  algemeene  koorts  van  den  aktiebandel. 

88*.    „Aan  Nederland.**  Z.  pi.  o  j.  1  blad  br.  in-fbl. 

Opschrift  boven  een  gedicht  Tan  tien  6-regelige  Terzen,  in  twee 
kolommen.  *t  Vers  is  op  't  eind  der  windhandel-periode  gemaakt  en 
beteekent  weinig  voor  de  kennis  Tan  dien  tijd. 


Aan  de  Eïdele  Groot  Achtb.  Heeren  Burgermeesteren  en  Regeerders 
der  Stadt  Amsterdam.  Z.  pi.  o.  j.  8  blz.  in  fbl.  (de  laatste  blank). 

Dit  rekwest  door  Muller  Termeld  onder  No.  3664,  behoorde  te  Tolgen 
bij  No.  8624a  als  2*.  Het  beTst  op  blz.  2—5  (niet  1—5  zooals  Muller 
heeft),  260  gedrukte  namen  Tan  firma's,  die  't  met  Josias  Tan  Asperen 
onderteekend  hadden.    In  het  exemplaar  Tan  Mr.  S.  Tan  Oijn. 


Digitized  by 


Google 


1720  BUPRKNTBN  425 


BUPBENTBN. 

i 

3525.     Spotprenten  op  den  windhandel,  niet  opgenomen 
in  het  „Groote  Tafereel". 

1.    „Pasquins  Windkaart  op  de  WindoegoUe.  Van  tiaar  1720.**  (Muller 
No.  3600J). 

Daar  ik  dezö  plaat  in  geen  enkel  exemplaar  als  hoofdprent  vond, 
heb  ik  haar  niet,  als  Muller,  bij  de  prenten  van  *t  „Groote  Tafereel*'  op- 
genomen, maar  vermeld  ik  haar  hier,  om  den  omvang  der  voorstellingen 
en  beschrijving  als  de  eerste  der  bij  prenten. 

Het  is  een  kopie  Tan  plaat  65  der  prenten  van  het  Groot  Tafereel. 
Bovenstaand  inscbrift  staat  in  den  heerenmantel,  waarin  bij  het  origineel 
gegraveerd  is:  „AprilKaart  of  Kaart  Spel  van  Mom  us  Naar  de  Nieuwste 
Mode**.  Zijn  de  voorstellingen  van  de  vieren- vijftig  kaarten  in  beide 
platen  dezelfde,  bij  sommige  voorstellingen  zijn  iuschriflen  bijgekomen 
of  gewijzigd;  de  versjes  zijn  daarentegen  alle  veranderd.  Ter  vergelijking 
met  de  oorspronkelijke  prent  geef  ik  hier  alleen  de  kaartfiguur  aan,  met 
het  versje  en  de  verschillen. 

Onder  den  haan  op  de  vier-en-vijftigste  kaart  staat  hier 't  verzonnen  adres: 
„Déze  niewe  Windkaarten  worden  gemaakt  en  verkogt  te  Nullenstien, 
bij  Lautje  van  Schotten  in  den  geld,  zoekenden  Haan.*' 

Hartenkeer.    Inschrift:  „Lauwer  Koning*'. 

„*k  Heb  de  Acties  eerst  bedagt,  maar  een  kwade  Actiekans, 
Smijt  al  mijn  lof  omver  en  schent  mijn  lauwer  krans." 
Martentfrouw.    Inschrift:  „De  Actie  ketel  disteleerd. 

Dat  het  papier  in  Goud  verkeerd'. 

„Mijn  lauwerman  volleerd  om  ieder  te  bedotten, 
Stookt  goud  uit  klad  papier,  en  maakt  *t  Heel-Al  vol  zotten.*' 
Sartenboer.    „Knegt  of  Boef**.  Inschrift:  „Uit  Wanhoop.'* 

„Mijn  boeve  hart,  't  geen  door  een  reeks  van  Actiestreken 
Mij  deed  naar  voordeel  zien,  word  nu  van  spijt  doorsteken." 
Harten  tien,    Inschrift:  „Windbellen  om  Nul  te  koop'*. 
In  het  papier  op  's  mans  schoot  een  O  in  plaats  van  een  1. 
„'t  Is  Wind  en  Nul  en  anders  niet. 
Gelijk  men  klaar  op  't  einde  ziet.** 
Harten  negen.    Inschrift:  „Ai  my  wat  smak**. 

„Door  't  breken  van  de  koord  ben  ik  bedroefd  gevallen, 
dog  't  is  mijn  loon:  ik  moest  met  de  Actieklok  niet  mallen." 
Harten  acht.    Inschrift:  „'kleer  Vossen  en  aapen 
Om  geld  te  schrapen". 


Digitized  by 


Google 


42G  GROOT   TAFBEBKL   DSR   DWAASHEID  17^ 

..'t  U  Trugt«1oo«  op  winst  gedagt, 
Daju*  «Ie  Aep  en  Vos  het  voordeel  wagt". 
Har  tem  zft^/t.     lusrhrift:  ,.Ahtrolo(^Ut  der  Wmdnegt)tie"'. 
De  aktie  in  den  bek  van  den  hond  lieeft  geen  inschriA. 
„Om  Actie  voordeel  kijk  ik  ijvrig  in  de  starren. 
Maar  boe  ik  meerder  zie,  hoe  'k meerder  raak  aan  *t  warren.*' 
Hart''*  z^4.     Inachrifl:  ..Ryne  Evenaar 

Toont  alles  klaar''. 
<ieeu  iüscbriften  in    t  papier  en  bij  de  Linie. 

,.l>aor  't  Actie  werk  te  dol  te  vatten  bij  der  baud. 
Gaat  nieu  de  Liuie  door  naar  'tgloeijend  Aapenland.  " 
Harten  rijf.     lu schrift:  ..Daar  ieder  tragt  om  geld  te  winnen. 
Geef  ik  om  geld  ook  myn  vjf  sinnen  ". 
la  't  vl.igje  in  planta  van  de  grieksche  .,A**  nu  ,,vyf  sin  te  koop'. 
..Ik  ben  niet  gekker  als  al  de  and'ren,  die  met  hopen 
Ook  hun  vijf  zinnen  voor  een  Actiebrief  verkopen." 

Hnrttn  ttrr.     Inschrifl:   ,,'t Gaat  alles         naar  de  zé'. 
„Om  al  mijn  geld  door  de  Acties  niet  te  missen. 
Gooi  ik  't  in  ze,  tot  loknas  voor  de  vis.sen." 
Harten  drie.     Inschrift:  ..Een  ryke  vrek  Is  dubbeld  gek." 
lu  't  pipier  in  'a  mans  linkerhand  geen  inschrifl. 
..Hoe  hoog  mijn  kapitaal  door  de  Acties  is  gerezen, 
*k  Ben  door  mijn  gierigheid  niet  rijker  als  voor  dézen.'* 
Harten  twee.     Insohrifl:  ..Zij  drijven  op  en  onder", 
In  'tpa[»ior  bij  de  knars  geen  inschrift 
,.Miju  harten  hobb  lende  op  't  verdwijnend  Bubbel  water, 
Zijn  als  al  't  Actie  werk,  zó  vals  gelijk  een  Sater." 
Harten  aas.    Inschrift:  „Eindeloos". 

,.De  Zuid^  Zé:«iereen  dagt  ik  vergeefs  te  vangen. 
Zij  knapt  het  geld,  en  laat  de  lege  hengel  hangen." 
Jtuitcaheer.    Inschrift:  ..Ik  ben  beschermd.  Daar  ieder  kermd." 
.,  k  Ben  voor  de  Zuid  en  West  hun  windgeblaas  beschut 
Terwijl  een  laauwe  Geest  't  Heel  Al  helpt  in  den  dut." 
Ruitentroütc.     „Door  sterk  te  blezen  breekt  het  glas, 

Net  als  't  met  de  Actie  bubbels  was." 
Ruitenhoer.    Inst-hrift:  ..t  Papier  zo  duur  Werd  rook  door  't  vuur". 
.   ..Mijn  Actiebrief  verteerd,  hij  kan  geen  zon  verdragen, 
'tLs  vuur  voor  kleine        tijd,  als  al  de  Bubbel vldgen." 
Buitea  tli/t.     Inschrift:  „Wie  koopt  'er  mijn  laasten  Riïig." 
Geen  inschrift  in  het  papier,  dat  de  man  in  de  hand  heeft. 
..Wie  stenen  koopt  bij  nagt  laat  zig  altoos  bedotten, 
Zo  i^ing  'tin  Quiuquempoiz  ook  met  al  de  Actie  zotten". 
Buited  nejett.    Inschrift:  „Voor  den  Koning". 


Digitized  by 


Google 


17-2(*  BIJPRENTEN  427 


,.Sta  ruim;  want  zoo  'k  eens  mag"  dén  Actie  koning'  raken, 
Lag  ik  met  Zuid  en  West  om  mijn  fortuin  te  maken." 

Ruiten  acht.    Inschrifl:    „*k  Ben  de  ngtbnarheid,  Door  misdruk      kwyt." 
Geen  inschrift  in  het  papier,  dat  de  man  in  de  rechterhand  heeft. 
„Mijn  Agtb aarheid  is  met  de  zuid. 
Door  schraap-  en  woeker  zugt  verbruid '. 

Ruiten  zeven.    Inschrifl:  „'t  Duister  Actieboek". 

Geen  inschrifl  in  het  papier,  dat  de  man  in  de  linkerhand  heeft. 
„Zo  min  als  ik  den  loop  der  zeven  hoofd  Planeten 
Versta;  zo  min  kan  ik  het  eind  der  Acties  weten." 

Ruiten  zes.    Inshrifi:  ,,Daar  vliegt  koets  en  Paarden*. 

,,Mijn  koets  eu  paarden  zijn  mij  door  den  wind  ontglipt 
Terwijl  de  teugel  ook  op  't  laast  mijn  hand  ontslipt." 

Ruiten  rijf.  Geen  i:i=!ohrifl  in  't  middelste  papier  op  tnftd. 
,.De  kromme  Cinquen  daar  ik  mij  op  durf  vertrouwen. 
Die  zullen,  vrees  ik,  mij  in  't  eind'  nog  eens  berouwen." 

Ruiten  vier.     iL.schrifl:    ..'k  Zoek  Zuid  nog  West,  Naar  'toosten  't  best." 
Geen  inschrifl  bij  't  kompas. 

„Het  Zuid  en  1  West  heeft  zo  veel  kwaad  gedaan, 
Dat  nooijt  hun  naam  weer  op  't  Kompas  moest  staan.' 

Ruiten  drie.     Inschrifl:  ,,Hoe  dol  de  wind  ook  gilden. 
Hij  stuit  op  deze  .«rhilden." 
,.Dit  trits  der  steden  houd  de  Kof^pgod  in  zijn  stjuid, 
Omhelsd  Neptuin,  en  stut  het  vnllend  Vnderland." 

Ruiten  ticee.     Inschrift:  ,,Kooj)  brillen  voor  blinde         Actioniston." 
,,Koop  Brillen  voor  de  blind  gehuilde  Actionisteu, 
Die  eerst  in  de  uilovlugt  hun  geld  en  goed  verkwisten." 

Ruiten  aas.    Inschrift:  „Actie  raadzcV'. 

„Nog  blinder  was  't  geheim  van  de  Acties,  dan  voorheen 
't  Diepzinnig  raadzel  van  den  dapp'ren  Samson  sjheen." 

Klatei'enheer.     Inschrifl:  ..Eerst  gelukkig  Nu  drukkig". 

Geen  inschrift  in  't  papier,  dat  de  man  in  de  linkerhand  heeft. 
,.'k  Ben  Directeur  geweest,  maar  tot  mijn  ongeluk, 
Het  geld  droop  door  de  zak,  en  liet  mij  niets  als  druk." 

Klaterenvrouiü.     Inschrift:  „Met  Iknru.s,  eu  Faëton, 

Verdwijnt  mijn  man  zijn  Actie  zon." 
..Schoon  't  lot  vnu  Ikarus  mijn  man  valt  tot  een  deel, 
Ik  hou  nog  moet,  zo  lang  ik  met  de  klavers  speel." 

Klaverenboer.  In.schrift:  ., 't  Geluk  brengt  mij  Uit  .slavernij." 
..Mijn  Actiestar  heeft  mij  van  knegt  tot  Heer  gemaakt, 
Schoon  menig  Heer  daar  door  tot  beed'len  is  geraakt" 

Klaveren  tien.    Infjchrift:    ,.H;Jf  snees.     Mi.ar    't  beste    deel    Deugt   nog 
niet  veel." 


Digitized  by 


Google 


428  OEOOT   TAFBEBBL   DBE   DVAASHBID  1730 


Het  ptpter  in  de  UnkerfaAiid  tu  deo  man  is  sonder  insduift. 
„De  windnegotie  maakte  bQ  eea  haWe  Sneee, 
Na  nuekt  m}  de  Adelur  en  blind,  en  toI  yan  Trees.'* 
KldPtrem  mêftm,    Insduift:  f/kHou  toot  *t  dolen  Ben  oopen  moleD."^ 
Het  papier  in  de  rechterhand  ran  den  man  is  zonder  inachrilL 
„Die  xulk  een  spel  heelt  hoeft  niet  voor  *t  verlies  te  vrezen 
Maar  kan  ontw^ffMyk  van  de  winst  verzekerd  wezen.*' 

Klëtfrm  ócAt.    Inschrift:  „Actie  agtiff.*' 

yJZo  *k  de  8  door  midden  snij,  zo  hou  ik  maar  twe  nuUeo, 
Die  net  zo  goed  zijn,  als  de  Windnegoties  prollen.*' 

Klatertn  teten.    Oeen  iDScbrift. 

./k  Wierd  ryk  door  't  Actiespel,  schoon  *t  was  eeo  snode  vond. 
Maar  't  geld  bmid  door  de  zeef,  weer  tevens  naar  den  grioDd.*' 

Klattren  t€t.    Geen  inschrift. 

„Bombario  gfij  z^t  een  Guit,  dat  is  gewis, 

'k  Heb  dorst  naar  Actidrank,  maar  giet  mijn  mond  juist  mis." 

Klavtren  vijf.    Inschrift:  „*tGaat  wel,  ik  min  het  spel*'. 
Geen  inschrift  in  *t  papier,  dat  de  man  in  de  rechterhand  heeft. 
„*k  Heb  lanterln,  maar  op  een  valsse  wijs  gekregen, 
Dog  hoe  men  *t  heeft  of  niet,  daar  's  nu  niet  aan  gelegen.** 

Klaveren  vier.    Inschrift:  „Door  't  malen  Moet  ik  *t  halen.** 
Het  papier  in  *smans  rechterhand  zonder  inschrift^ 
„*tWaaid  sterk  daar  ieder  een  nu  leeM  bij  alle  winden 
Die  menig  't  aapen  land,  of  zijne  dood  doen  vinden.*' 

Klaveren  drie.    Geen  inschriften. 

„'k  Dagt  voor  m^n  Actie  winst  een  heer'lijkheid  te  kopen, 
Bfaar,  ach  zij  doen  in  't  end  mij  op  drie  beenen  lopen.** 

Klaveren  twee.    Geen  inschrift. 

„Ach!  lege  handen,  kaal  van  beurs,  en  dol  van  hoofd. 
Heeft  menig  Actie  nar  van  goed  en  bloed  berooM.'* 

Klaveren  aas.    Inschrift:  „Pelgrim  van        de  waarheid.'* 
Het  papier  in  *smans  linkerhand  zonder  inschrift. 
„Ik  zoek  naar  waarheid,  en  naar  wijsheid;  maar,  helaas! 
Waar  dat  ik  kom,  ik  vind  de  wereld  even  dwaas.*' 

SrhoppenAeer.    Geen  inschrift. 

,,De  schop,  en  *tblad  papier  in  de  eene  schaal  gelegen 

Kan  door  de  Graversshoop  (sic),  een  goud  beurs  overwegen.** 

Schoppenvrouw.    Geen  inschrift. 

„Men  zet  de  schop  vrij  neör.  ons  spelen  is  verbruid 
De  blinde  razernij  van  Quinquampoiz  heeft  uit." 

Sckoppenboer.  Inschrift:  „Prins  Predriks  mars,  naar  Vianen*'. 
..Ik  sla  Prins  Predriks  raars,  om  met  al  de  Actie  gekken 
Ais  wind  zoldaten,  naar  Vianen  toe  te  trekken." 


Digitized  by 


Google 


1720  BUPRENTBN  429 


Scioppen  tien.    Geen  inschrifi 

„Qai  donne  moi  un  sou,  zo  zult  ge  aanstonds  aanschouwen 
Wat  gmfsted,  dat  de  tijd  voor  de  Actieprins  zal  bouwen/* 
Srhoppen  negen.    Geen  inscbrift. 

,.De  dwaasheid  do^  de  kunst  te  delven  in  het  graf, 
Maar  vrouw  Voor  zigtigheid  keerd  deze  rampen  af." 
Schoppen  acht.    Geen  inschrift. 

„Diogenes  lantaarn  heb  ik  bij  dag  van  noden, 
*k  Vong  de  agtings  Witte  Valk  die  andVen  is  ontvloden.*' 
Schoppen  zeven.    Inschrift:  ,,Drie  en  vier  Betaald  alhier." 

Geen  inschrift  in  het  papier,  dat  de  man  in  de  linkerhand  heeft. 
,.Zie  de  één  en  twe,  en  vijf  en  zes  gaan  vr^,  maar  ach! 
De  drie  en  vier  betaald  in  Quimquempoix  't  gelag.*' 
Schoppen  zes.    Inschrift:  „Een  Sesje  min  of  meer 

Scheeld  weinig  aan  myn  eer.** 
Het  papier,  dat  de  man  in  de  linkerhand  heeft,  is  zonder  inschrift. 
„Mijn  rotte  kist  doet  n^j  thans  met  sesje  pronken, 
*k  Bebouw  het  geld  wel,  maar  mijne  eer,  die  is  verzonken." 
Schoppen  vijf.    Geen  ioschriften. 

,.Zie  hoe  de  vijfde  stad  van  Holland,  de  Acties  plet, 
Waarom  een  lauwerkrans  mij  werd  op  *t  hoofd  gezet.'* 
Schoppen  vier.    Geen  inschrift. 

.,Hoe  scbreeuwd  de  Zuid  zénlog  zo  schrikk'lijk,  daar  myn  kat 
Naauw  maauwd,  of  heeft  hij  ligt  meer  van  de  zweep  gehad  ?'* 
Schoppen  drie.    Geen  inschrift. 

.,Zie  hoe  de  Zuid,  en  West,  en  Missisippi  zweven 
Op  eene  schop,  wijt  zij  van  lugt  en  winden  leven." 
Schoppen  twee.    Inschrift:  „Door  mij  word  't        eind  gezien 
Van  al  de  Compagnien.*' 
„Ik  ben  *t  die  'tal  ondekt,  en  *t  kladpapier  verbrand. 
De  vonken  doof,  en  help  den  Koopman  we6r  in  stand." 
Schoppen  aas.    Inschrift:  „Men  maakt  zig  *t  vullis  kwijt 
Het  stinkt  zelf  daar  het  leid." 
„Weg  met  dit  klad  papier,  't  geen  ieder  een  verlegen 
Op  straat  werpt,  wijl  ik  't  meen  in  lethes      poel  te  vegen." 
De   gezamenlijke   voorstellingen   zijn   op  twee  koperplaten  gegraveerd 
en   op   één  groot  vel  in-plano  afgedrukt.    Niet  altijd  staan  de  helften  in 
goede  volgorde  boven  elkander,  zoodat  er  exemplaren  zijn  die  met  harten 
beginnen  en  andere,  waarop  de  klaveren  bovenaan  staan. 

Is  't  mg  opgevallen,  dat  waar  men  van  andere  prenten  of  serien  van 
platen  verschillende  onafgewerkte  staten,  proefdrukken  of  oudtyds  ge- 
kleurde exemplaren  vindt,  er  in  dit  opzicht  van  het  „Tafereel"  niets  te 
melden  Talt,   deze  prent  en   het  origineel  maken  daar  een  uitzondering 


Digitized  by 


Google 


4M  OROOT    TAFBRKKL    DKR    DWAASHEID  172^ 


op.  Vrtü  de  liiiitj»t4*  iïs  in  ile  kollektie  viin  Slolk  eeu  in  den  tijd  ffek'ennl 
e\fin|)lmr.  terwijl  Mr.  9.  vau  Gijn  te  IK)rdrecht  van  de  hier  bcj^-hreveoe 
f4*n  ex(Mup1<i«r  bezit,  waarvan  de  bovenste  lielft  in  zwart,  de  onderste  :d 
nK>d  iH  pfedrukt. 

2      ..MT  J*^o    I^aw  con^J  du  roy  en  tous  ses  con'/  controleur  ffilal  d»< 
Cn!U>(•f^  ei»   172(>." 

Raiidïw'lirifl  iu  het  inedrii'lon  om  het  fnutret  te  h*  Iver  Ujve  en  t..3 
\.)rt»n  v;uj  Law  lit»  nfirebeeld  is  met  een  {«ipier.  waarop:  .  (itiin**:  ro 
pM.x  '  .  lil  (h«  n*««lit4»rli;»!iil.  Oiid»'r  :i'\\\  't  mcdii'lou  t»en  rartoucbe.  wj.'.:!n 
een  pjut-lje  k-U.  t  K"e!>i.  n;iar  liukis  t^t'ketrl  T<-'jfen  de  lambrizeeriifr 
wji»n>p  t  medaillon  ht«Ht.  de  vf»)mMi(ïe  zes  versrejjels  van  Jan  GiM^n-^. 
met  etM,i;,'"e  wijiijfiu^^  in  de  sj.elliu^  tM»k  in  zijn  Mensrei |»'>ezy  y^^^i;  17»» 
op«^«'nomt*n  : 

,.I)ilV  Law,  ift  #fr(K)t,  zo  onpremeen. 

l>ie  Hondert     duisent     mnakt  van  een. 

Ku  duuren  deeis  Finanties  nu. 

Dan  noemt  Parys.  zich  bil'k  Peru: 

Maitr  whorl  het  aan   Arg-ent  et  Foy, 

Dan  i-s  het  uyt  met  Quincampoix.' 

(Jravure  in  ï**  .  z.    n.  v.  gr.;  midden  in  den  bovensten  plaatrand:  ..17-0. 

1.  1>6^I."  en  in  den  rechterhoek   ..PatJ".  228."    Deze  cijfeiïs  verwijzen  najir 

den    'Kuri'pit>rh(\n)  ifn-rnrips.  zie  bl.  i?35  set|.  hier  voren.  (Muller  No.  aeila'". 

Hierl)ij    de    kopie    van    dit    p<»rtret.     LithojTrafie    kl.  in-4-'..  van  Krarik 

en   Hntf^er.  Uit:  J.   1'.  Aren«l,    Aff/finemr  fjctsrhirdrni^  tin  vader  la  ft  di.,  V.  1. 

3.     ..MT  Jean    Law  con**."^  du  roy  en  tous  sea  ron\^  contn>leur  p"al  des 
finances  en   172t)." 

Randschrift  in  het  medaillon  ()m  het  borstbeeld  van  voren  en  naar  reehts 
van  Lpw.  In  de  linkerhand  heeft  hij  een  (mpier.  waart>p:  ,.Dico  Egi)  mea 
ojM*ra  Re^i.'  In  de  cartouche  ondenuin  lejfen  het  medaillon  en  op  de 
larabrizeciiiiijf  j^jeplaatst,  het  volgend  lötijii«che  verfje: 

..Principe  sub  recto   Gallorum  sceptra  reffente. 
Publica  nnuc  re<'te  Quwstor  bic  a?m  re^t 
yKratjue  tractaudi  summa  perfectus  in  arte 
Et  Rcy«>m  et  populum  divitem  vtrumque  facit. ' 
In  de  larabri^ccnnüf.  onder  de  cartouche: 
„Sou.s  rAug-n.ste  et  Sapfe  Rc^ence 
IVun  Princp  nimnnt  la  bonne  foy; 
Law  consommé  dans  Tart  d«  rej^ir  Ia  finance 
Trouve  Tart  dVnrichir  los  snjets  et  Ie  Roy," 
Gravure  in-4r,  ..H.  1>.  I^t  ïec'     (Muller  No.  8611*). 
Dezen  vroegeren  stant  van  dit  portret,  waarop  de  niiam  van  den  graveur 


Digitized  by 


Google 


1720  BTJ  PRENTEN  431 


diiMelijlc    leesbaar   is.    vond   ik   alleen  in  het  exemplaar  van  den  heer  R. 
W.  P.  de  Vries,  nu  in  deze  verzameling'. 

*.    ..3f*l^  Jean  Law'^  enz. 

Hetzelfde  portret  van  't  vorig-  nomraer.  doch  het  4-repfelig'  latijnsche 
vers  in  de  cartouche  onder  aan  't  medaillon  is  vervangen  door  het 
inschrift:  ..Quinqu  enpoix",  met  de  afbeelding  van  een  nnnr  rechta 
gekeerd  paardje  8ch..tgeld  tussohen  de  twee  helften  van  dat  woord. 
Poor  de  nrceerin^  heen  zijn  nog  sporen  van  den  gniveur.snaam  ziclithnnr. 
Dit  exemplaar  ia  g^eplnkt  in  een  sierlijk  randwerk,  naar  het  ontwerp 
van  Wilh.  Koning  geteekend  door  Nngtenfaal  en  gegraveerd  door  F. 
Folkema.  (N.  b.  M.) 

5,     .Jean    Law    Contrair',    (jenal  des   Fiu^f    sms    la   Rff^  ^é  ü  Edim- 
hovrf/,  mort  a   Venise  agé  de  60  ans^^ 

Inschrift  in  het  lijstwerk,  waarop  in  een  ovaal  het  borstbeeld  van 
Law  naar  recht«.  Gravure  in  8".,  naar  Hjao.  Rigaud,  door  G.  F.  Schmidt, 
met  adres  van  Odieuvre  te  Parij.s.  (N.  b    M). 

6  „John  Law\ 

Kopie  van  't  voorgaande  portret,  nu  niet  in  ovaal.  Staalgravure  in-8*., 
z.  n.  V.  gr.  (N.  b.  M.). 

7  „Madame  Law." 

Li.schrift  boven  in  't  ovaal,  waarin  het  portret  te  halver  lijve  is  gegra- 
veerd van  genoemde  dame.  Zij  staat  naar  links  gekeerd,  niet  steekhoed 
oj>  't  hoofd;  link.s  achter  haar  eenige  harlekijns.  In  't  ovaal  leest  men 
verder:  .,Ie  suis  ni  épouse  ni  veuve,  (^jiittée  d'un  eponx  pélerin.  Qui  est. 
pour   soi,   absolut   fin;  Sa  Mathematiqne  est  l'epreuve.  Sort,  tn  nous 

e.s   dubieux    au    bout ;    Si  Rome  nous  nas-siste  en  tont.'  en  ,,Par  l'hiver, 
dans  l'été,  Plusieurs  fols  s'ont  ruine  " 
Onder  't  portret: 

,.Ik  speel  voor  man  en  wyf.  als  onbesturve  weew 
Manhartig"  op  myn  hoede  in  dees  vertwyfelde  Eew 
Myn  man,  zo  fyn  als  rag.  was    t  hoofd  der  grofste  dwaasen 
Ontvlood  ras  kalis,  ryk,  baas  aller  cyfer  baa.sen 
Bescherm  hem  Rome,  schoon  uw  hoofd  nu  legt  ter  neer 
Zyn  schrandre  Rsiad  helpe  u.  herstel  ons  .same  in  eer." 
Gravure  in  8^,  z.  n.  v.  gr.  "Van  dit  portret  zijn  mij  twee  staten  bekend 
beide  hier  aanwezig": 

a  het  portret  afgedrukt  binnen  een  sierlijk  randwerk,  van  bloemen  en 
ornamenten,  in-fol. 

b  afzonderlijk  gedrukt  en  daarna  geplakt  in  een  der  randwerken  ook 
gebruikt  voor  'tdwergentooneel  of,  zooals  hier,  in  dat  van  plaat  62  vau 
't  „Groot  Tafereel".  {Muller  No.  3612). 


Digitized  by 


Google 


432  GROOT  TAPBEBIL   DBK   DWAASHSID  17SO 

8.    , Jacquet  III  Pretendent  D^Angleterre  &e.  of  Ridder  Tan  8^  loiis^. 

Inachrift  boven  in  het  medaillon  om  het  portret  te  halrer  UJTe,  naai 
rechts,  van  den  xoon  van  Jaooboa  n,  met  de  ridderorde  van  St.  Jon« 
om   den   hals.    Onderin:    „peint  a   Barleduc   par  A.  8.  belle  peintiv  de 

8.  M.  Britt.  et  gravc  par  M  M.horthemel8."  en  met  het  tijdvers:  ^teMpov 
DVro  fILIVs  rege  nat  Va  habetVr  ast  non  qVIbVsqVe",  dat  echter 
alechta  15S8  in  plaats  van  1688  (xijn  geboortejaar},  als  jaartal  geeft. 

In  de  lambriieering,  waarop  het  medaillon  staat,  is  het  volgend  i-reg«lig 
franach  versje  gegraveerd: 

„O!  Prince  infortuné,  jouet  de  la  fortune 
Qui  hausse  et  baisse  aussi  tant  des  Rois  que  des  gueuz 
Que  tu  t*elevera,  c*est  de  plusieurs  Ie  voeuz 
rSsperance  n*est  pas  tout-a-fiüt  importune'*. 
In  den  ondersten  plaatrand  het  volgend  ^-regelig  hollandsch  gedichte: 
„Heeft  ü  't  Fortuin  de  rug  tot  dus  ver  toegekeerd 
O  Ridderljke  Vorst,  het  rad  kan  kluchtig  draajen 
Gemerkt  gy  nog  ten  deele  Europa  balanceord, 
Wie  vreet  of  eindlyk  niet  u  haan  zal  K  •  -  •  g  kraajen'\ 
„A  Paris  chez  Ie  ST  Belle  ruê  du  Four  Faubourg  S.  Germain  attenant 
la  porte  de  la  Foire.**  Gravure  in-8*.  (MullerNo.  8613,  Stephens  No.  1687). 
Van  dit  portret  zijn  hier  twee  exemplaren,  een  als  hierboven  beschreven 
en  een  tweede  geplakt  in  een  randwerk  van  Wilh.  Koning. 

9.  „De  Koning      van        Missisipi". 

Omschrifi  om  den  vederbos,  die  *t  hoofd  versiert  van  een  indiaansch 
vorst,  te  halver  lijve  en  van  voren,  met  een  pijl  in  de  linkerhand, 
waaraan  een  hart  roet  vogelwieken  gestoken  is.  In  het  hart  zijn  tveee 
fransche  lischbloemen  afgebeeld.  Rechts  op  den  achtergrond  „Droom 
Goud  Mijnen*',  voorgesteld  op  dezelfde  wijze,  doch  omgekeerd,  als  de 
mijngravers  op  den  achtergrond  van  hartenheer  in  de  Aprilkaart.  (Zie 
No.  65,  bl.  805  hier  voren).  Deze  gravure  in^**.,  die  zeer  goed  uitgevoerd 
is,  is  geteekend  A.  A.  en  dus  zeker  van  Abraham  Allart.  Zij  is  a^fedrukt 
in  een  omamentrand  •,  zooals  die  uitgegeven  werden  door  W.  E.  Koning 
te  Amsterdam  en  ook  gebruikt  zijn  voor  de  uitgave  van  het  ..dwergen- 
tooneeV*,  hierna  onder  No.  8528  vermeld.  De  figruren,  die  in  dit  ornament 
voorkomen,  waarbij  o.  a.  onderaan  een  defUf^  gekleede  dwerg  met 
grooten  bierpul  voor  zich,  vindt  men  echter  op  geen  der  daar  gebruikte, 
(Muller  No.  SÖH). 

10.  „Lovisiana  by  de  Rivier  Missisippi.** 

In  een  cartouche,  met  het  fransche  wapen  versierd,  staat  bovenstaand 
inschrift  in  den  rechterbovenhoek  eener  kaart  van  dezen  sttaat  in  Amerika, 
waarop  Law,  na  herhaalde  vergeefsche  pogingen  van  anderen,  in  1717, 
de  hoop    der  Franschen  vestigde,  door  de  oprichting  der  franache  Weet^ 


Digitized  by 


Google 


1720 


BTJPRKNTEN  433 


Indische  compagDie.  Links  bovenin  ..Het  Wapen  van  de  Compnpfnie'': 
op  groenen  grond,  een  hoorn  des  overvloede  waaruit  ec;  stroom  cTf^uds 
vloeit  en  waarboven  twee  lischbloemen  staan,  gedekt  door  een  kroon.  Aan 
weerszijden  van  den  hoorn  een  inboorlinjr  met  vederbos  op  't  hoofd.  Gra- 
vure in4".,  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No    3615). 

11.     ..Schouwburg  der  woekerende  en  belapf^elyke  Lothandelaars.' 

Opschrift  van  een  BS-regelip;'  gedicht,  in  drie  kolommen,  gegraveerd 
onder  een  prent,  die  niet  met  deu  aktlehandel  in  verlmnd  staat,  maar  de 
knoeierijen  in  gewone  üT^^ldloterijen  hnkelt,  welke  trouw.  1.3  eeniffen  tijd 
na  het  ophouden  van  den  aktiohandel  zeer  in  trek  waren:  vooral  ver- 
schillende kleinere  steden  maakten  er  veel  werk  van. 

Op  een  plein  —  te  Amsterdam,  zooals  ik  meen  te  mogen  opmaken  nit 
het  huis  met  bordes  zoowel  als  uit  het  kleedje  met  paard,  rechts  op  den 
achtergrond.  —  ia  ee»  kwakzalverstheater  opg"eslnnren:  onder  het  daarover 
uitg'espannen  zeil  «taan  twoe  loterij-biKssen.  bij  iedere  bus  zit  een  jongen. 
die  't  getrokken  nommer  to^'reikt  aan  de  beide  voorsten  van  de  vijf 
heeren.  die  om  een  tafel  achter  de  bussen  zitten  Twee  mannen  roepen 
door  hun  spreekhorens  aan  de  omstanders  nommer  en  prijs  toe.  Het 
plein  staat  vol  lieden  van  allerlei  stand,  met  elkaar  in  gesprek  of  in 
afwachting  van  wat  komen  zal.  In  't  midden  op  den  voorgrond  vechtende 
lieden,  van  welken  er  één.  wien  pruik  en  hoed  van  *t  hoofd  zijn  gevallen, 
op  den  grond  ligt.  Een  appeikoopvrouw.  wier  stoel  omgeworpen  bij  haar 
wagen  lipt,  dreigt  de  vechtenden  met  haar  appel  maat.  Liuks  van  deze 
geroep  vertrapt  een  teleurgesteld  speler  zijn  steek,  terwijl  hij  zich  de 
paruik  van  't  hoofd  rukt;  twee  vechtende  jongen^,  een  paar  handelaars 
in  loten,  een  heer,  dame  en  jongentje  vullen  verder  links  den  voorgrond; 
rechts  ter  zijde  van  den  appel  wagen  is  nog  een  heer,  een  dame.  een 
knaapje  en  een  hond  afjafebeeld. 

Links  op  den  tweeden  grond  een  statie- rij  tuig*,  rechts  o.  a.  een  jongen 
in  een  boom.  Het  gedicht  onder  de  plaat  vang^  aan: 

„Het  geen  de  Wysheid  heeft  tot  nut  van  *t  Land  gevonden. 
Word  door  de  woekerzugt  en  eigenbaat  geschonden. 
Wyl  elk.  verhit  op  't  geld,  een  nieuwe  koopmanschap 
Van  zyne  Loten  maakt,  en  vorderd  stap  op  stap 
Om  't  razende  Actie  jaar  op  nieuw  to  doen  herleven."  enz 
Zooals   uit   deze    regels  reeds  te  zien  is  en  uit  het  geheele  vers  blijkt, 
acht  de  dichter  de  loterij  ..tot  stut  en  steun"  van 't  land.  maar  daarentegen 
het   om    winst  verhuren  der  loten  .,'t  Zy  voor  een  dag  drie  vier,  of  voor 
een  vyf  zes  uuren."  verderfelijk. 

Uitnemende  gravure  br.  in  fol..  z.  n.  v.  gr.,  maar  door  B.  Picart.  zooals 
.  er,  door  Picart  zelf?  bij  geschreven  is  op  het  exemplaar  in  het  l*rentenkabinet 
te  Amsterdam.  Ik  ken  van  deze  plaat  al echta  één  staat  (Muller  No.  301 G). 
17  28 


Digitized  by 


Google 


434  GROOT   TAPKREKL   DKR   DWAASHKID  1720 


12.    ,J)e    Toovcrlantoarn    onder  zo^i^t    Om   de   geregtigheid   van    't  spul 
Onder  de  Schfiduuw  dar  I^antaaren  ist  goet  wat  te  beschaaren**. 

lü^^chrifl  bovenin  de  eerste  van  drie  zeer  gebrekkig"  geteekende  es 
geet'fte  platen,  die  eigenlijk  roet  den  windhandel  niets  te  maken  hebben, 
maar  toch  in  verscheiden  exemplaren  van  't  Tafereel  voorkomen.  Der*» 
eerHt*>  prent  is  op  één  koperplaat  in-n)!.  gegraveerd,  vraarvan  de  bovenste 
tweevijfde  doelen  een  Savoiaard  te  zien  geven,  die  met  zijn  tooverlantaam 
midden  in  een  kamer  staat.  De  beelden,  die  hij  vertoont,  ziet  men 
links  op  een  gordijn,  in  zeven  ovalen  (vier  boven  en  drie  onder),  terwijl 
nllerlei  persoi.'  .1.  zeer  karikatuurachtig  geteekend,  naar  die  voorstellingen 
kijken.  De  verklaring,  welke  de  Savoiaarti  daarbij  geeft,  ia  gegraveerd 
in-  en  onder  't  voetstuk,  waarop  de  lantaarn  staat  en  luidt:  ^.Monsjeurs 
kevk  toe  zy  eal  beginnen 

Daar  zie  se  nouw  de  Stat  Paryse 
Der  zie  se  de  Skeepë  in  Zee  zyle 
Dar  zie  se  nouw  de  oiewe  Konink  van  Vrankryk 
Dar  zie  se  de  Yente  met  de  lange  neus 
Deer  zie  se  de  Ynssten  avent  kekke 
Deer  ziese  nouw  de  Comedi  van  da  ape 
Daar  zie  se  de  Doote  daar  ze  niet  om  en  denke 
a  Kurrieus." 
Onder  deze   voorstelling  is   op   een   afhangend  gordijn  een  „Gesprek 
van   Duydser  en  Waaltje  over  de  Geregtigheid  van  't  Spul."  in  3Ö  vers- 
regels geg^veerd,  aanvangende: 

„Duydser 
Maar  Waal  hoe  komt  dog  dat  u  volkje  zo  vertrekt 
^     Wat  schuylter  is  de  schelmery  wat  uytgelekt 
Daar  loopt  gerugt  als  of  se  wel  wat  naderhaale 
Als  niet  te  vreden  dat  men  haar  na  eys  betaale"  enz. 
Onderaan   ziet   men   op  den  voorgrond  drie  mannen  naar  links  gannde 
en  elk  met  een  tooverlantaarn  op  den  rug.  Bij  den  eerste  staat:  ..Ha  die 
Tover   Lantaarn",   bg   den    tweede   „Curjeus",  bij  den  laatste  „Waaltjes 
maat  van  de  Boere  Kermis". 

Dit  onderste  gedeelte  (de  26  versregels  daaronder  begrepen),  is  onveran- 
derd gebruikt  voor  de  tweede  en  derde  voorstelling-  van  de  tooverlantaarn, 
nadat  de  koperplaat  doorgezaagd  was,  en  daar  boven  een  soortgelijke 
afbeelding  afgedrukt  als  van  de  eerste  prent,  doch  nu  op  een  afzonderlijke 
koperplaat  geètst 

In  de  tweede  prent  staat  boven  in  een  draperie  het  volgende  inschrift: 
„Ha  die  Tover  Lantaren:  Tweede  Deel  Vertonende.  Waaltjes  maat  op 
de  boere  Kermis".  Daaronder  volgt  de  verklaring  der  zeven  voorstellingen^ 
die   nu  op  een  doek  rechts,  in  ovalen  (drie  boven  en  yier  onder)  zijn  ge- 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPRENTBN    .  435 

praveerd;   de   toeschouwers  zijn   ook   hier,   evenals  in   de  eerste  prent, 
allen  onmogelijke  figuren.    De  verklaring"  luidt: 

„Daar  zie  se  nouw  voor  eerfit  de  Olifante 

Daar  zie  de  meere  min  spinne 

Daar  zie  se  nouw  Herekliet  en  Demokriet 

Daar  zie  se  nouw  het  wilde  Vrouwmens  XRUg 

Daar  zie  se  nouw  de  Vrouw  haar  man  de  kop  of  slaan 

Daar  zie  se  nouw  de  kroote  Walvis 

Daar  zie  se  nouw  de  Doote.  a  Curieusse." 
De  derde  plnat.  op  dezelfde  manier  samenpfesteld  als  do  tweede,  en  ook 
met   de   voorstellingen    rechts,   heeft  het  volgende  ins^hrift,  met  de  ver- 
klftring-   dnnronder  aIs    volp^t:    „De    Tover    Lnnteren.    Darde   Deel  Voor 
't  LfCst.  dflnr  mee  kaatse  weer  na  haar  Lnnte". 

..Dnnr  zie  se  nouw  de  kroote  Crokedille 

Daar  zie  se  nouw  David  en  de  Reus 

Daar  zie  se  nouw  de  Veug-le  met  de  mense  ooft 

Daar  zie  se  nouw  de  Draake  mette  seuve  ooftde 
maar  de  man  staat  in  de  Likt 

Daar  zie  se  nouw  Herakliet  en  Demokriet 

Daar  zie  se  nouw  de  Berk  Ettena 

Daar  zie  se  nouw  de  aape  met  de  jong: 
Curjeuse." 
Het  doek.  waarop  in  het  onderste  pfedeelte  dezer  prenten  het  „Gesprek 
van  Duydser  en  Waaltje"  is  geejraveerd,  heeft  bij  deze  derde  plaat  een 
verandering"  ondergaan.  Het  is  in  het  midden  doorgedoeld,  met  strikjes 
dichtgehouden  en  een  manshoofd  en.  hand  komen  tusschen  de  opening 
der  beide  helften  heen.  In  het  reeds  meermalen  vermelde  exemplaar  de 
Vries,  nu  in  deze  verzameling,  is  ook  onder  de  tweede  prent  dit  onderstuk 
met  het  manshoofd  aferedrukt  Ik  vond  dit  in  geen  ander  exemplaar. 
Gravures  in-fol.  door  ..J."  ..D"(e)  ..R''{idder)  wiens  geëntrelaceerde  naam- 
letters onder  in  de  eerste  en  dus  ook  onder  in  de  onderste  helft  van 
de  tweede  en  derde  plaat  staan,  terwijl  ze  in  de  bovenste  helft  der 
tweede  plaat  wM,  in  die  der  derde  niet  voorkomen.    (Muller  No.  8617). 

18.    „De  geest  Van  den  Verreesene  Heerakliet 

schr    vjend :     over  De  Lagh-stof  van  Demokriet". 
.,A1  schoon  men  Demokriet  De  VoorRang  Heeft  gegeven 
De  geest  van  Heerakliet  moet  Heden  ook  HerLeven''. 
In.schriften   door   twee    lijnen   van  elkander  gescheiden  in  een  draperie 
boven  in  een  akelip^e  spotprent  op  den  windhandel.    Links  heeft  zich  een 
man  (1)  aan  een  boomtak  opgehangen.   Volgens  't  korrespondeerend  cijfer 
van  de  verklaring,  die  in  vier  regels  onder  de  voorstelling  is  gegraveerd, 
slaakte   hij   de   verzuchting:    ..ó   godt   waar  ben  ik  Door  de  Acksie  toe 


Digitized  by 


Google 


43^3  QROOT   TAPBRBBL    DKE   DWAASHEID  1730 


gekome."    In    „De    laatste   BasuToe.   of  *t  VerryMn  der  Dooden/'  ^Het 

©erete  deel."  ^\j  No.  li  hierna)  wordt  deie  persoon  sprekend  inf?evoerd. 
Acht<*r  den  boom  staat  de  duivel,  die  de  tong  tegen  den  verh»ng^ne 
uit«teekt  en  zegt:  ..Zo  Lisi  goet"  Onder  bij  den  boom  is  een  vrouw  [2' 
(Tu'gens  „De  laatate  Basuyne/'  „Het  derde  deel.*'  ala  razende  gestorven  . 
geheel  naakt  en  zich  de  haren  uit  het  hoofd  trekkende,  welke  zect: 
..fr>ey  mvD  vervloekte  Raat  geving'.  Bijna  in  *t  midden  op  den  voorgrond 
zit  eeu  man  iu  biddende  houding  en  met  de  gevouwen  handen  rubtende 
op  een  hoek,  in  welks  8ne<le  ..HeraklieL"  staat  De  rechterhelft  van  den 
vocrgToiid  WO.  '•:  ingenomen  door  een  put,  waarin  zich  een  man  (3;  ver- 
drinkt, die  volgens  de  verklaring  zegt:  ,.goe  nagt  myn  waarde  vrouw 
en  kiuderen  tot  in  der  Ecuwigheydt".  Achter  dezen,  die  half  boTen  den 
put  uitkomt,  snijdt  een  ander  (4-}  zich  den  hals  af.  onder  den  uitroep: 
,.0«r  bose  wereld' .  Beide  laatsten  worden  nader  sprekend  ingevoerd  in 
„De  laatste  Basuyne,"  „Het  tweede  deel."  Rechts  van  den  put  staat  noc 
een  man  in  harlekijns ko.«;tuum  (5).  volgens  de  verklaring  zeggende:  „De 
Acksie  Hebben  myn  sinnen  gekost." 

Op  den  tweeden  grond  is  een  groep  van  vier  vechtende  personen  (6) 
afgebeeld,  waarvan  de  voorste  aan  de  rechterzijde  met  een  mes.  de 
achterste  aan  den  linkerkant  met  een  zwaard  dreigt;  de  voorste  links  wil 
met  een  knods  slaan,  de  vierde  heeft  een  keisteen  in  de  hand;  de  ver- 
klaring luidt  met  het  oog  op  de  beide  eersten:  „ik  selje  vlot  int  Hart 
atooten".  In  „De  laatste  Basuyne, "  „Het  agtste  deel.*'  komt  hierover 
een  uitvoerig  relaaa  voor. 

Op  den  achtergrond  ziet  men  een  rijtuig,  door  vier  paarden  getrokken 
en  naar  rechts  rijdende  op  „De  brede  Weg '.  Dwaasheid  (7)  zit  op  den 
bok  van  den  wagen  met  een  bokaal  in  de  hand  en  zegt:  „so  wou  ik 
tHebbe:';  ook  de  heer,  die  in  het  rijtuig  zit,  houdt  een  glas  buiten  deu 
wagen,  terwijl  door  den  achteropetaanden  persoon  een  glas  wordt  toege- 
*  reikt  aan  een  man,  die  komt  aanloopen  en  hij  er  in  de  linkerhand  een 
omhoog  houdt.  Een  naakt  man,  met  puntmuts  op,  pijp  in  den  mond  en 
beker  in  de  rechterhand,  staat  op  beide  paarden  van  het  achterste  span 
en  op  het  bijdehandsche  paard  van  het  \ocisie  zit  een  man  (9)^  eveneens 
met  een  pijp  in  den  mond  en  't  glas  omhoog  geheven,  zeggende  volgens 
de  verklaring:  ,,Waar  mag  De  schenker  ao  Lang  blyve:".  Onder  't  van- 
dehandsche  paard  ligt  een  kind  (8),  dat  zegt ,, ik  bender  Door  over  Roden''. 

De  tweede  prent  van  dit  stel  heeft  als  opschrift: 
„De    geest    Van    Den    Verreesene    Heeraklietus.    Schryjende   over   De 
Rampe,   die    er    Dagelyks   spruyten    uyt   d'windverkoopers   AcksiE:     Het 
tweede  Deel. ' 

Ook  dit  iuschrift  staat  in  een  draperie  boven  in  deze  zinneprent  op 
den  windhandel  Ouder  het  inschrift  is  de  verklaring  der  cijfers  l — 5, 
7   en    8    gegraveerd,   terwyl    ook   op  deze  prent  weer  een  gedeelte  slaat 


Digitized  by 


Google 


1720  BUPRBNTEN  437 

van  den  inhoud  der  verzen  voorkomende  onder  de  acht  prenten  van  ,.De 
laatste   Baauyne.  of  't  Verrysen  der  doeden,".    (Zie  het  volgend  nommer). 

Links  heeft  een  vrouw  (1),  vooroverg-ebogen  uit  een  raam,  een  man 
(2)  bij  den  arm  en  het  kleed,  uitroepeude  volgens  de  verklaring:  „Ó.  godt 
help  help  myn  man  Wil  hem  verdoen :  *.  Op  den  voorgrond  ligt  „Hera- 
kliet"  in  een  graf.  Het  eerste  gedeelte  der  beschrijving  van  „het  vyfde 
deel."  van  „De  laatste  Basayne,'  schijnt  op  deze  twee  voorstellingen  te 
doelen,  en  ook  op  de  groep  van  vier  personen  rechts  't  meest  op  den 
voorgrond;  een  man  (3)  voorstellende  'lie  over  een  vat  ligt  en  zeggend: 
„Laat  me  maar  smoore. "  djor  twee  anderen  wordt  voortgerold ;  een  van 
deze  laatsteu  (4-)  zucht,  volgens  de  verklaring;  „Die  Dromm  else 
Acksies";  een  vrouw  (6)  volgt  met  opgeheven  handen  en  klaagt:  ,,0 
myn  Arme  broer."  In  't  midden  op  den  tweeden  grond  zijn  vier  kinderen 
(9}  afgebeeld,  roet  een  ledige  mand,  kan  en  nap  bij  zich  en  zeggende: 
„Wy  vergniin  van  elenden  en  gebrek,  om  de  Acksie.  onser  ouders**. 
Over  deze  kinderen  wordt  in  „het  eerste  deel."  van  „De  laatste  basuyne," 
gesproken.  Op  den  achtergrond,  *t  meest  links,  staat  een  man  (6)  met  een 
lange  lans  in  do  rechterhand,  waaraan  een  vaandel,  dat  hij  laat  rusten 
op  het  dak  van  't  huis  links  en  met  het  inschrift:  ,.Ruym  opjongesvoor 
De  Heere  windverskoopers  (*ï>).  Ryk  geworden  Door  Het  niewe  Drommels 
Rare  spel  uyt  De  tas  of  Al  wat  ik  sie  spel".  Die  aktiehandelaars  worden 
voorgesteld  door  de  zes  personen,  welke  hier  verder  op  een  rij  staan. 
De  twee,  't  meest  naar  links  (8).  moeten  joden  voorstellen,  van  welke 
er  een  sprekend  wordt  ingevoerd  in  „het  agtste  deel."  van  ..De  laatste 
Basuyne, ";  de  vier  anderen  (7)  zijn  christenen,  zooals  opgemaakt  moet 
worden  uit  de  verklaring  der  cijfers  in  de  plaat,  die  trouwens  niet  heel 
duidelijk  is;  deze  luidt:  „7:  Waar-  ben  je  smousjes  vals  van  Harten: 
8:  Al       Hier  Christene  met  starten:*'. 

In  „het  zevende  deel."  van  „De  laatste  Basuyne.''  zegt  een  dezer  laatsten: 
.,Ik ...  die  yd'le  Wind  verkogt, 
Daar  ik  zoo  veel  meö  overwon.  Dat  ik  naast  veele  snoode  Heeren, 
Myn  Kleed'  in  Masqueraade  Kleeren.  Als  Man  dat  niemand  myn  en  kon. 
Myn  Bakkes  was  met  floers  vermomt.  De  Hoed  my  op  de  Neus  getrokken, 
Ik  had  een  staert  gelyk  de  Bokken.  En  ging  al  gluypeud'  en  gekromt 
Een  ander  sloeg  my  met  een  Blaas, . . ."  enz. 

Een  enkele  blik  op  de  hier  beschreven  plaat  toont  dat  hiermede  gedoeld 
wordt   op  de  hier  boven  onder  7  vermelde  christenen.    Gravure  in-fol.,  J. 
de  Ridder  „invent  Et.  fe:"  (Muller  No.  3618). 
14.     ..Onder  Verbeetering.  De  laatste  Basuyne.  of 't  Verrysen  der  dooden,". 

Acht  plaatjes  even  afzichtelijk  van  teekening  als  de  drie  prenten  vtn 
..De  Tover  Lanttiren"  en  de  twee  prenten  van  „De  geest  van  den  Ver- 
reesene  Herakliet"  onder  de  beide  vorige  nommers  b&sch reven.  De  voor- 
stellingen, en  de  62  regelige  verzen,  in  zes-en-twintig  regels  in  boekdruk 


Digitized  by 


Google 


438  GROOT   TAFKRKKL   D£E   DWAASHEID  17:^0 


«l.u[oaJer,  staan  in  verband  met  de  personen,  afgebeeld  op  de  beide 
:.i:.t>.ie  j. reuten.  Bo\eQ  de  verzen  ^het  derde  is  een  56  regelig  op  acht-en- 
twuili^  re^oVs  jfezet  ^tiat  opvr!f^'»nd:  „Het  eerste  deel.'  tot  ..Het  a^ztstó 
deei."  liet  bier  ala  titel  ^ebruiUle  begin  van  het  ondenvchrifl  der  eerste 
prent  komt  op  alle  ])laten  voar.  maar  is  dan  verder  vtor  elk  op  de 
Vül^eude  manier  g-ewijzigd: 

..Het  eerste  doel.'",  ,.Waar  in  iiier  en  daar  ook  aang-etrokken  werd  de 
snix-idheyd  en  bek!  i  iglykheyd  der  wind-handelaaxs." 

,.Het  t^'eede  deel.",  „Waar  in  ernstig  gehandeld  word  van  de  er^ 
^md-verktx^j)ery.'* 

..Het  derde  deel."',  „Waar  in  de  tegenwoordige  scbadelyke  wind- 
verkooj>ery  gedagt  werd." 

„Het  vierde  deel.",  „Wyseude  op  de  Ongel ucken  die  'er  dagelyks  ont 
vstian  door  de  wind-artie  "" 

„Het    vyfde  deel."',  „Waar  in  ook  gehandeld  werd  van  de  wind-actie." 

.,Het  zesde  deel.".  „Ziuspeelende  op  de  Tegenwoordige  Ziel  verderft  jke 
wind  handel." 

„Het  zevende  deel.  ',  .,Waar  in  gehandeld  werd  over  'tsnoode  quaad 
der  wind  verkü^jpery.* 

„Het  n^rtste  deel. '.  „Waar  in  aangetrocken  werd  de  Lyf-  en  ZielVer- 
dei llyke  wiiuihaudelury." 

Omtrent  de  plaatjes  zelf  is  t  maar  beter  gezwegen;  een  verklaring  of 
be.-M-brijviiig  is  al  even  moeilijk;  de  hoofdfiguren  in  alle  zijn  de  „Eng^l 
des  Gerichts'  op  de  wolken  en  de  uit  hunne  graven  verrijzende  dooien. 
tZiju  alle  et^sen  langw.  kl.  in-8*.,  naar  en  door  J.  de  Ridder  en  net 
het  naaracijfer  van  den  ontwerper  en  maker  in  den  rechterbenedenhoek 
^alleen  plant  vier  en  vijf  zijn  zonder  naam). 

Onder  de  verzen  van  het  derde,  vierde,  zevende  en  achtste  deel  staat 
een  1  regelig  ..NB.':  de  laatste  drie  verwijzen  naar  de  prenten  van  den 
„Ver^ee^eue  Heerakliet".  Ouder  het  NB.  der  achtste  plaat  staat  nog: 
..Eynde.  Debe  Laatste  Bazuyne  zyn  al  tot  Verklaaring  van  de  Twee 
deelen  van  de  Gee«t  van  Herakliet"  —  ,,'tKon  gebeuren  dat  'er  tegens 
Nieuw  Jaar  17*21.  nog  een  Vervolg  by  quam  voor  de  Liefhebbers  die 
het  eenigsints  mogt  smaken." 

Mr.  S.  van  Gijn  bezit  een  Interen  staat  van  deze  prent  waarop  de 
laati>tvermelde  zin  niet  voorkomt 

De   verzen    zijn    eveneens    van    J.    de    Ridder   en    veel   beter  dan  zijn 
teekenintJren,  maar  erg  verschrikkelijk  van  inhoud.  (Muller  No.  3619i. 
15.    „De   trouwe    is        lichter  als  ëë  pluijm."  —  .,Dat  sluijt  gelijck  êë 
taughe  op  een  verrken." 

Bijschriften  bij  de  eerste  en  laatste  voorstelling  eener  volksprent  waar- 
op verschillende  spreekwoorden  en  spreekwijzen  in  beeld  zijn  gebracht 
•t  Is  een  afdruk  van  een  oude  koperplaat  en  geen  der  voorstellingen  heeft 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJ  PRENTEN  439 


ook  maar  eenigzius  betrekking  op  dea  wiDdhandel  en  op  de  vraag  van 
Muller,  (die  deze  en  nog  een  dergelijke  ingebondeu  vond  in  een  paar 
exemplaren  van  het  Groot  Tafereel):  ,,in  welk  verband  met  den  wind- 
handel?", zou  ik  willen  antwoorden:  uls  ze  er  iets  mede  te  maken  heeft, 
dan  zeker  in  geen  ander  opzicht  dan  uit  winstbejag.  De  gemengdheid 
der  vooi-htellingen  maakte  de  plaat  zeer  geschikt  om  door  een  handig 
verkooper  aan  den  man  te  worden  gebracht,  eer  men  de  juiste  beteekenis 
vatte  en  inachriften  als:  „De  kruuck  wert  so  lage  te  water  gedragen, 
dat  si  eeu3  breekt."  —  ,  Hier  rijden  de  Essels  op  muien."  enz.  waren 
daaraan  zeker  bevorderlijk.  Zestiend'  eeuwsche  gravure  br.  iu-fol.,  z.  n.  v.  gr. 
(Muller  No.  3620). 

16.  .,Den  Verm(ak)elykea  Actionüst:  of  de  Moolenaars  Batalje.  Slem.  als 
't  begint." 

Opschrift  boven  een  liedje,  slechts  door  krabbels  aangegeven  op  het 
papier,  dat  een  man  in  de  linkerhand  heeft,  terwijl  hij  met  de  rechter 
een  ander  omhoog  houdt.  Hij  heeft  eeu  bril  op,  een  pijp  tusschen  het 
lint  van  zijn  hoed,  waaronder  een  lange  haarvlecht  uitkomt  en  een  degen 
op  zijde.  Gekleurd  exemplaar  dezer  kalligrafische  aardigheid,  br.  iu-fol., 
z.  n.  V.  gr.  Op  hetzelfde  vel  is  als  pendant  afgebeeld  een  vrouw  met 
groeten  stroohoed  op  en  met  eeu  kind,  dat  een  molentje  in  de  hand 
heeft,  op  den  rug  'gebonden,  (zijdeling.sche  zinspeling  op  den  engelschen 
pretendent,  zoon  van  Jakobus  u?;.  Zij  heeft  een  plaat  waarop  een  molen 
is  afgebeeld  in  de  rechter-  en  eeu  stok  in  de  linkerhand.  Evenals  de  man 
geheel  uit  krullen  samengesteld.  Muller  No.  3621  vermeldt  «//^e^  de  man. 

De  geheele  plaat  is  ook  gekleurd  aanwezig  en  van  den  man  alléén  een 
zeer  kunstig  geprikt  exemplaar. 

17-    „Wind-zang,  Op  de  Commerlyke  Commercie,,'  enz. 
Zie  No.  3534<ï  hier  voren,  volgnommer  27  (bl.  409). 

18.  ,.Hoc  monstra-repello." 

Inschrift  boven  in  de  voorzijde  der  medaille  op  bl.  23S  hiervoren  met 
de  woorden  van  den  Europische^n)  Metrurius  reeds  uitvoerig  beschreven, 
waarom  ik,  voor  zoover  het  de  voorstelling  aangaat,  daarheen  verwijs. 
Vóór-  en  keerzijde  zijn  boven  elkaar  afgebeeld  op  een  als  aan  den  muur 
vastgestoken  papier.  Gravure  kl.  iu-t".,  naar  en  door  I.  Goeree.  In  den 
bovensten  plaatrand  links  .,Pag.  207.";  in  't  midden:  „1720.";  rechts 
,.1I.  Deel.",  waarmede  bladzijde,  jaargang  en  deel  van  den  Mercurius 
worden  aangewezen,  waarin  de  prent  behoort.  (Muller  No.  3624). 

19.  „De  bedriegelyke  Actionist,  of  de  Nagthandelaars.  Blyspel.  Zynde 
het  vervolg  op  den  Windhandel." 

Titelprent  der  uitgave  in-8®.  van  het  blijs[)el,  dat  in  het  tweede  deel 
van  den  tekst  van  het  „Groote  Tafereel"  op  blz.  10—17  ia  afgedrukt. 
Het  plaatje  stelt  den  voorgevel  voor   van  het  koffiehuis  Quinquenpoix: 


Digitized  by 


Google 


440  OUOOT   TAFKREKL    DB&    DWAASHEID  1730 


..tKoffibuis    van    de    8tok".  zooals  er  boven  de  deur  is  gegraveenL    De 

wiuird:ii  staat  met  eeu  stok  in  dcD  ingaug.  terwijl  buiten  eenig%  lieden  met 
de^fUü  en  vuinteu  luiu  bet  verliten  zijn.  Gravure  kl.  in-S*.,  z.  o.  v.  gr. 
Tetfei.over  het  plaatje  een  32-regelig  vers,  in  boekdruk,  aaovangeade: 
..Om  Wiiid  en  Rook  is  al  het  woelen;'  enz. 

Do  bi>ek  iruktit<*I  is  aan  dien  van  de  titelplaat  gelijk,  met  bijvoeging 
vun  hel  wwnl  ..Bly^jwl."  en  het  adres  (zie  No.  6  op  bl.  405  hier  vorenl 
lift  werkje  m  echter,  behalve  't  voorwerk,  geen  46  bladzijden  groot. 
iDi*ir  64  van  welke  de  lii:itste  genommerd  is  „46  .  De  auteur  erkent 
^^eo!i  u;t_rave.  dau  die  van  H.  Bosch  voor  de  zijne,  daar  .^elyk  wel  te 
«l'j^tt'u  stmt '  dit  xpel  zeker  nagedrukt  worden  zou  door  ,.den  gróten 
D/Uhker  dtT  S 1 4, 1.1 1 lopers,  vau  E;^m<>nt,"  daartoe  „door  baatzugtigheid  ge- 
l-nkkeM'.  ;Mul!er  No    362B;. 

io.  ..De  Dwaasheid  vau  deu  Actie  Handel,  leunende  op  Schyn,  Li?t.  en 
BtJro^-,  verbeeld  door  den  Gryus,  de  Slang  en  Vischangels,  Zit  op  een' 
hteen  wn>ir  op  de  Plundering  der  Pachters  Huizen  uitgehouwen  is.  Voor 
de  Wiiterbc'lleu  die  zij  bUast  bied  de  Zotheid  haar  een  volle  Beurs,  terwijl 
een  quiule  Genius,  het  geld  in  't  duister  verborgen  hebbende,  de  Actiën 
diK>r  deu  Wiiid  van  een  Blaa-sbalg  verstrooit. " 

Op  deze  blaasbalg  staat  ..17*20.";  op  de  aktien:  „Zwol  Campen";  ,,Zuid 
Zee":  ..Miseisip'";  ..Bauk";  „Hoorn  Enkhuizen";  „Premie  van  Asaurant:'. 
;Muller  Aanhangsel  No.  4040  A), 

Gedeelte  van  de  titelprent  van  het  Eerste  (eenig)  deel  van  't  Vervolg 
op  Ie  C'Ierr.  waarvan  ik,  om  der  curiositeits  wille,  de  volgende  advertentie 
opneem,  voorkomende  in  de  ., Amsterdamse  Dingsdaegse  Courant"  van 
20  November  1753: 

„By  Dirk  ouder  de  Linden,  Boekverkoper  t'Amsterd..  is  gedrukt  en 
te  hekomen,  als  mede  in  alle  steden  by  de  Boekverkopers:  Geschiedenissen 
der  Vereen  igde  Nederlanden,  zedert  den  aenvang  des  jaers  1714,  tot  aen 
de  dood  van  zyne  Doorl.  Hoogheid  den  Heere  Prince  van  Oranje 
en  Nassau.  Erfstadhouder  der  Unie.  in  den  jaere  1751,  verrykt  met  3 
nieuwe  zeer  uitvoerige  Knerten  van  de  17  Provintién,  getekend  en  met 
eeue  (leogmphische  üytlegging  opgehelderd  door  W.  A.  Bachine.  Pre- 
dikant te  Kuyleiiburg.  Om  tot  een  vervolg  te  dienen  op  de  Geschiedenisse 
der  Nederlanden  vau  den  Heer  J.  Ie  Olercq.  beschreven  door  Pieter  Ie 
('leicq,  eerste  Deel  in  Quarto;  de  prys  is  3  guld.  14  st  ingen.  Het 
groot  vertier  van  dit  Deel  in  Folio,  door  gera.  Boekverkoper  in  het 
voorleden  jaer  uitgegeven,  heeft  genoeg  getoond  hoe  zeer  het  Gemeen  m 
der/elver  verwngting.  wegens  de  bekwaemheid  des  Schryvers,  voldaeu  is. 
Het  werk  nu  in  Quarto  gedrukt,  is  op  hetzelfde  Formaet  als  de  voor- 
gaentle  Deelen,  door  J.  Ie  Clerai  beschreven,  en  het  tegenwoordige  Deel 
begint  met  de  Utregti>e  Vreede.  en  eyndigt  met  het  jaer  1740 ;  het  2de 
Deel  dat  in  het  begiu  van  1754  staet  uitgegeven  te  werden,  zal  beginnen 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPKfiNTBN  441 


met  het  jaer  174^1,  en  ejndigen  met  1751.  Hier  door  zullen  de  Lief  hebbers 
der  Nederl.  Geschiedenissen,  dezelve  zedert  de  aenvang  dezer  Republiek, 
tot  den  jaere  1751  kunnen  ma^ig-  worden.  Van  'teerste  Deel  in  Folio, 
zyn  nog  maer  een  zeer  kleyn  getal  exemplaren  te  bekomen.  Het  gem. 
Deel  word  door  een  bekwaeme  hand  in  het  Fransch  vertaeld  en  in 
Folio  gerukt,  om  tot  een  vervolg  te  dienen  op  het  Fransche  Werk  des 
Heeren  Jean  Ie  Clercq.'* 
21.    ,,De       Windhand  el.  of  Bubbels  Compa^nien.  Bit/spel." 

Inschrifl  in  een  lint  boven  in  de  titelprent  van  het  blijspel  van  Q. 
Tyseus,  hier  voren  hl.  4f05  onder  No.  4  reeds  vermeld.  Op  't  prentje  is 
'tinwendig-e  afgebeeld  van  het  koffiehuis  Quinquenpoix  in  de  Kal  verstraat 
bij  den  Dam  te  Amsterdam,  de  verzamelplaats  der  aktiehandelaars.  Boven 
het  lint  is  Merkurius  afgebeeld  in  narrenkostuum  met  een  mand  met 
molentjes  links  van  hem;  in  de  linkerhand  heeft  hij  een  zotskolf  tot 
Merkuriusstaf  vervormd,  in  de  rechter-  een  papier,  waarop:  ..koop  wat 
koop  wat" ;  rechts  van  hem  zit  een  aap  sqhrijdelings  op  het  lint  en  blaast 
zeepbellen. 

Merkurius  is  gereed  om  met  het  linkerbeen  over  't  lint  heen  te  stappen 
als  om  gevolg  te  geven  aan  de  uitnoodiging,  voorkomende  in  de  verklaring 
op  rijm  tegenover  de  titelplaat  en  beginnende:  „Dus  maald  hier  de 
Etskunst  Quinquenpoix,"  enz.  op  de  vraag :  „Wie  doet  in  déze  Compagnie?" 
antwoordt  Merkuur: 

„Ik.  ...  die  wel  durf  zweren 

Dat  zo  'k  niet  haast  wil  beed'len  gaan, 

Med  moet  tot  gekheid  overslaan! 

Daarom  verkoor  ik  déze  kleren, 
En  Molentjes  en  Briefes  om 

u  onverwagt  eens  te  verrassen, 
Wy  zullen  by  elkaAr  wel  passen, 
*k  Zeg  u  als  Broeders  wellekom;"  enz. 
Gravure   kl.  in-S**.,  z.  n.  v.  gr.,  onderaan  het  verdicht  adres:   „Gedrukt 
in    Quinquenpoix.   by   Bombario.'*     De    boekdruktitel    is    bijna   dezelfde; 
't  boekje  is  iv  en  54  blz.  groot. 

Hierbij    vermeld    ik  nog  een  anderen  druk  van  dit  werkje,  die  mij  na 
't  afdrukken   van    vel    26    in    handen   kwam    en   dus  daar  niet  meer  kon 
worden  opgenomen.     Die  uitgave  heefl  den  volgenden  titel: 
..De   windhandel,  of  bubbles  compagnien,  blyspel.  (Vignet:  Schip  in  me- 
daillon met  randschrift:  „Spoute  tua  feror  aura".)  Gedrukt  in  Quinquenpoix. 
By  Bombario.'    Z.  pi.  o.  j.  viii  en  54  blz.  in-S**. 

In  het  „Aan  den  lezer"  verklaart  de  schrijver  dat  hij  Quinquenpoix 
van  Langendijk  nooit  gezien  had  vóór  hij  zijn  spel  maakte,  al  drukte 
men  op  de  schouwburgbiljetten  dat  de  auteur  geen  Quinquenpoix  voor 
de  zgue  erkent  als  die  met  Privilegie  gedrukt  i^. 


Digitized  by 


Google 


442  GROOT   TAFKREKL    DEE   DWAASHEID  1720 

Hij  deelt  dit  zija  liefhcbbera  mede  en  ook  ..By  dezen  twéden  Druk. 
tlie    met   eeu    Tytelplaatje  eu  door  een  Liefhebber  met  een  Muzykstukje 

veiiut'tTilerd    is dat  (hij)  het  gêne.  dat  men  op  den  Naam  van  Quia- 

qiuHipjix    U(jmbario    of  de    Windiiej^otie   naar^edrukt    en   by   den    wec^ 
;,^eioepeu  iieelt.  peenziiits  voor  't  (zyne)  erkeovt;  ' 
lu  een  s^esprek  over  de  waarde  der  Akties  acht  Wing^ren  ..Utrecht  't  best" 
Snoever  ..Rotterdam 

Daar  is  de  Zévaart  wis." 

'22.     ..Mercurim    kookerknoiter    in  de  Qttinfiuanpoij',  En  Oof/meester  onder 
df  a  tionisteny 

Titel  vau  het  op  bl.  411  onder  No.  37  vermelde  tooneelspel.  Tusschen 
deu  titel  en  het  verdiehte  adreo:  ..Gedrukt  tot  Mis^^ibippi.  By  de  Schotte- 
n;iar,  in  de  Vinder  om  door  Kool  naar  Vianen  te  gaan."  een  klein,  doch 
gee^ti»»-  vi^'-iiet.  Bovenin  staat  in  een  lint:  ..De  Wareld  vol  Cool.  Sonder 
Druk  (ïeen  (ieluk."  Link.s  is  een  SJiter  afgebeeld,  die  't  gordijn  oplicht, 
dat  voor  een  wereldbol  hdngt.  Ia  den  bol  een  kwakzalver,  omringd 
doi)r  veel  voik  en  met  een  papier  in  de  hand,  waarop:  ..Raare  Cool". 
Boven  de  hoolUeii  een  hekd  op  een  bezduisteel,  die  papieren  strooit, 
Wiiaiop  men  lee>t:  ..Boere  Cool",  .,Feyne  Co^l",  ..Laffe  Cool",  „Suoode 
Cool' ,  ,  Zotte  Cool".  Boven  den  sater  komt  Merkurius  met  een  zak  geld 
aanvlie;reu.  Op  de  rechterzijde  van  't  vignet  een  man  bij  een  drukpers, 
waarinetie  het  tw^^ede  gedeelte  v.m  liet  iuschrift  in  't  lint  hier  boven 
\ermeld.  in  beeld  wordt  toebracht.  Gravure  langw.  in  16".,  z.  n.  v.  gr. 
In  deze  {"fzonderlijke  uitgaaf  en  niet  in  „Mercurius  onder  de  actionisten'', 
behoort  ook  het  prentje,  reeds  in  de  noot  van  No.  35  op  bl.  411  vermeld, 
dat  bovenin  tot  iuschrift,  heeft:  ,.De  Wareld  vol  Kool'",  en  waarop  links 
op  deu  voorgrond  de  Aktie^finx  is  afgebeeld,  met  onderschrifl:  ., Acties 
vol  bedrog". 

Rechts  is  do  ingang  van  het  „Dolhuys",  waarvoor  een  man  wacht- 
houdt.  aan  wien  door  eeu  a  ïder,  welke  tegenover  hem  staat  en  die 
..ta.»<sen  vol  acties"  om  'tlijr  h^eft,  gevraagd  wordt:  „wat  geeft  gij", 
waarop  de  ander  antwoordt  ,.uiet;s) '.  Achter  de  sfinx  een  galei,  met 
onderschrift:  ..Weg  gaan  wy".  Op  den  tweeden  grond  een  brandstapel 
met  akties  er  op,  waarbij:  ..Branden  d' Actie".  Geheel  op  den  achtergrond, 
rechts,  boven  een  stad:  ..Mis.«fisippi";  links  een  vijftal  personen,  onder 
wie  men  lee^t:  ..hier  bennen  wy  op  't  Land  wie  Helpt  ons  du."  Gravure 
kl.  in-8°..  z.  n.  v.  gr.     (N.  b.  M.) 

23.     ..Hotel  de  Soissnus  etahlie  pour  Ie  Commerce  du  papier  en  1720." 

Inschrift  in  een  lint  boven  in  eene  plaat,  waarop  de  binnenplaats  van 
het  hotel  is  afgebeeld.  Het  hoofdtooneel  van  den  aktiehandel  in  Parijs, 
eer.-^t  voornamelijk  in  de  straat  tjuinquenpoix  gedreven,  maar,  nadat 
een  rijk  spekulant  in  effekten  door  den  graaf  Hom  en  eenige  medeplich- 


Digitized  by 


Google 


17:20  BlJPUENTüN  443 


tiffen  in  die  straat  vermoord  was  uit  de  rue  Quinquenpoix  uaar  de  place 
Vendüine  verplaatst,  werd,  toeu  de  .stiiat.skanselier  er  over  klanj>"de  aan 
deu  prins  regent,  dat  jiij  bij  de  zittin:jeu  door  zou  veel  pferaas  de  advo- 
katen  niet  verstaau  kon,  naar  dit  hotel  overijebracht.  Luw  had  n.  1.  naar 
aaiileiJiug'  vau  die  klat-ht  een  overeenkomst  ^etrotft'Q  met  deu  prins  de 
C'arignau,  die  eeu  enorme  som  (1.401)  ÜÜÜ  livres;  aan  huur  ontving  enkel 
voor  't  afstaan  van  het  plein  vóór  zijn  kasteel,  terwijl  hij  bovendien  nog 
van  de  iSÜ  daar  geplaatjite  kramen  600. 000  livres  per  jaar  zou  ontvangen 
hebben,  als  't  zoo  lang  had  geduurd.  Ken  groot  aantal  heerea  en  dame.s 
zijn,  naar  "t  schijnt,  allen  druk  bezig  met  de  belangen  van  den  aktiehaudel. 
Rechts  op  den  voorgrond  ziet  men  o.  a.  een  jongman,  eeu  hond  achteraa- 
loopende.  die  met  zijn  portefeuille  wegrent.  Gravure  langw.  infol.. 
z.  n.  V.  gr.,  met  breeden  plaatrand  onderaan,  waarin  een  inschri ft  behoort, 
dat  voorkomt  in  het  exemplaar  iu  het  British  Museum  (zie  Stephens 
No.  1619),  waarop  men  ook  nog  lee-^t:  ..A.  Humblot.  jnvenit  a  Paris 
Chez  F.  Gerard  JoUain  rue  öMacijues  a  l  P^ufant  Jé.sus '.  Alleen  in  het 
hier  aanwezig  exemplaar  van  het  .Xiroote  T'-fereel',  afkomstig  uit  de 
koUektie  Roy.iards  van  den  IlaiU.  vonu  ik  deze  fransche  plaat.  ^N.  b.  M.) 
De  prent  is  verkleind  als  titelplaat  gebruikt  voor  Cli.  Mackay's  3f(!'//^o/r5 
o/  cxtraordiiMfij  popnlar  ddasioan.  I  (Zie  bl.  2+0  hier  vor-ui). 
21",  ..Oir te  JSoHvelle  dela  Mer  dn  Sttd.  dress&  par  Ordre  des  pridcipaitx 
Direct* ars.  J'  tirée  des  MeoiOires  les  plus  recC'Kts  et  d^s  Hchtions  dts 
yati'jattnrs  les  phts  Mo-^^nies,  tfl/it  de  Frivirc  (jue  d'J^spa//he,  l'on  y  a 
'oint,  d'nerses  re,iiar<iacs  Curieuses  par  rapnrt  anx  derofvertes  des  Grndua- 
tic/is  des  hianirrrcs  (sic)  du  Pais  que  de  la  ^^avi'/ation." 

Opschrift  in  twee  regels  boven  een  kaart  in  twee  bladen  van 
gedeelten  vsui  Europi.  Azië,  Afrikn  en  Noord-Araerika  en  van  geheel 
Zuid-Amerika.  Tusschen  Azië  en  Noord- Amerika  een  in  drieën  ver- 
deeld doek.  waarin  links  een  plntt 'grond  vnn  ..Veri-Cruz".  in  't  midden 
de  ..Baye  de  rio  Janeiro"  en  rechts  do  pl.ittcgrond  van  ..la  Havane" 
gegraveerd  is.  In  den  liiikf^rbcnedenhüek,  eveneens  op  een  doek,  een 
kanrtje  van  de  ,.Biiyo  de  Porto  Bello.'',  danrnanst  een  jifzonde'-lijk  k;'artje 
van  de  ..Istrae  <le  Pannmn  ou  de  D.irien."  Naast  dit  laatste  kaartje  rechts 
het  volgende  inschrift:  ,.Me^siours  (Vtfe  ('arte  de  la  Mer  du  iSud,  h  eté 
exactement  dres^ce.  sur  les  memoires  Ge  tijfraphi-pies.  &,  Mithc.nathiques 
les  [jIus  nouvcaux  &  les  Ohservationa  les  plus  recentcs,  pofr  fah-e  coir 
anx  Marrha/uh.  et  Actionnistes.  Ie  zeritohle  S.'jet  des  Gtfins  et  des  Fertes.^' 
Uit  het  hier  cursief  gezette  blijkt  in  welk  verband  deze  kaart  tot  den 
aktiehandel  staat.  Boven  dit  inschrift,  in  gefigureerd  lijstwerk,  de  platte- 
grond van  ,,La  Ville  de  Mexico.";  daaronder :  ..Cartez  {sir.  lees:  (Jortez) 
fait  abatre  les  Idoles  du  Mexi,|ue.'';  er  boven  links:  ,.Magiscatzin  Ie 
Premier  du  Mexitjue  qui  recoit  h  m  Mort  Ie  Batesme.";  rechts  „Pri.son- 
niera   de   Guerre   destinez   a   être  Sacrifiez. "     Links  van  den  plattegrond 


Digitized  by 


Google 


444  GROOT   TAFBBBKL    DER    DWAASHEID  172O 


..MiiUiM-e  de  tirer  1  Or  dea  Mines"  en  daarboven,  zonder  bijschrift,  eenip^e 
Mexicanen  voirds  vuntfende  Hecht8  van  deu  platte|jfroiid  ,.Manierre  dont 
les  Mexi|tiH::iM  se  fervent  poiir  gn^rifier  leurs  Morts  a  leur  Dieu  Thun, 
Tou«  len  Ans  Inn  luy  y)rese:ito  uue  Vietime".  Rechts  op  het  lijstwerk 
in  Viin  dien  (lod  een  nfh-eldin^  aanprebraoht  met  het  opschrift:  ..Le  Dieu 
ThiiM  .  en  links  ziet  men  de  ..Manierre  d'Habillement  du  Roy  de 
Me\i(jiie'\  Boven  de  kaart  van  de  hindeng^te  van  Panama  twee  car- 
tuucheh  liwveii  elknur.  In  de  bovenste  drie  voorstelling-en.  twee  naast 
ei  kaar  en  ecu  t*rb>>v<»ii.  waarvan  alleen  bij  de  rechtsche  onderaan  ter 
\erkl.'in:'^'  sti..t:  ..M'iuierre  de  Tonruer  la  Tortüe  f)rt  usitée  dans  le-3 
JlieH  Fn»nr;.)isc  ■'.  In  de  onderste  cartouche:  „Moulin  k  8ucre  &  la 
nmiiierre  doiit  les  Ilt'^^rres  le  Rooeiiillent"  ^sic).  Boven  het  kaartje  van  de 
..Have  lie  l\irto  Bello'  staat  in  een  door  drie  engeltjes  vastp^ehouden 
dr.M-erie  e**n  Q-reg-eiii?  iatijusch  insrlirift:  ..Nova  Maris  Pacifici  Tubula." 
ei.z.  lu  een  deryfolijke  draperie,  door  twee  enpfeltjes  va.stfjfehouden.  in 
tit-n  h  ikeiluM  tMle>ihuek  van  het  rechterblad  dezer  kaart,  lee^»t  men  een 
ll-ifg-cIiK-  h'-lluu(i^i"h  inschrifl:  Nieuwe  Kaart  van  de  Zuyd  25ee"  enz. 
De  verdere  riiinite  onderaan  wordt  inp^eaomen  door  een  zeer  jfrcote 
ift'oriMüue:. teerde  rartouc'.ie.  met  de  verklaring  der  cijfers  1  -  4  ter  rech- 
ter/ijie  en  li-ikn  de  nntneo  der  dieren,  die  af|2febeeld  zijn  in  den  rand 
Van  het  cj.rtoiiclK^  waarin  bovenaan  in  't  midden  een  platte/^ud  van 
lit't  ..Fort  au  ('ap  de  Boune  E^perance",  terwijl  men  op  de  ornamenten, 
aan  w-fer  zijden  bovenaan  het  cartouche.  ..Hottentota  ou  Gens  qui  habitent 
les  luontai^'-iies  des  environs  du  Cap  de  bonne  Eöperance"j  enz.  ziet- 
«ïikieuide  triMvure  op  twee  bltiden  in-plano,  z.  n.  v.  gr,  maar  met  adres 
van  ,en  door?)  A.  en  H.  de  Leth.  te  Amsterdam.     (N.  b    M.) 

'25.     .,Pl>f  i'/rr>'-"/    van    het   knJf>jhuU    Quincampoix.    In    de  kaUerstraat  te 
Anistf'rdrui :  deu  od^ti  Octob.  17:20." 

Afbeelding  van  bovenstaand  voorval.  De  meuif^  alaat  met  stokken 
en  werpt  met  steenen  de  ruiten  in  van  dit  koffiehuis,  dat  Quinquenpoix 
i*-eiioemd  werd.  omdat  het  de  verzamelplaats  der  aktiehandelaars  te  Am- 
sterflam  was.  evei.als  de  stnuit  Quinquenpoix  dit  te  Parijs  eeu  tijd  lang 
was.  (irivure  iatijrw.  in  1*  .  naar  en  door  R.  Vinkeles,  met  adres  van 
F.  B.din   te  Haarlem.     (N.  b.  M) 

'Z^\.     ..The  South  sea  hnhbl'  —  Cha/i'/e  allttj  in  1720." 

(jee.stif»-e  voorstelling  van  de  eigenaardige  drukte  ook  in  Engeland 
door  den  windhandel  veroorzaakt.  Rechts  op  deu  voorgrond  staat  een 
tafel  op  de  straat  waaraan  een  paar  handelaars  zitten  te  schrijven,  terwijl 
eeu  drietal  belanifhebbenden  achter  de  tafel  .staan.  Aan  deze  zijde  der 
plaat  ziet  men  de  woning  van  een  windhandelaarsfirma,  met  een  bordes, 
waarvnn  een  man  en  vrouw  bedrukt  afkomen  en  blijkbaar  niet  zonder 
reden,  waut  op  de  deur  leest  men:  , .The  business  of  thisfinn  is  supended'*. 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPRBNTKN  445 


Een  prolpr,  waaraan  een  man  hangt,  ia  onder  dit  biljet,  naast  den  deur- 
klopper  afj^ebeeld,  niet  onduidelijk  aanwijzende  welken  dood  men  de  leden 
der  opgfeheven  firma  toewensohte  of  wat  de  oorznak  der  sluitinfjf  whh. 
In  't  midden  op  den  voorfrroud  luisteren  een  pnar  heeren  en  dames  narir 
't  belanj^rijk,  zij  't  dan  ook  niet  ev^  opwekkend  bericht,  dat  een  heer. 
met  lang-eu  krulpruik  op,  «chijat  voor  te  lezen.  Boven  de  pui  van  het  huis 
links,  waar  zeker  niet  zonder  bedoelinjf.  pistolen  en  degens  op  de  uitstalling" 
ligg'en.  leest  men:  „Pawnbroker  and  jeweller".  In  'thuis  op  den  achter- 
grond stant  boven  de  deur  ..Garraways ' ;  bij  't  laatste  rnara  ziet  men  een 
bord  met  in.schrift:  ..South  sea  stock  at  1000  Per  0^".  Houtgravure 
in-plano,  door  W.  Thomas,  naar  de  origlneele  schilderij  van  E.  M  Ward. 

Onder  de  plaat  staat:  ..This  Plate  is  presented  with  No.  1  of "Oassell's 
Magazine."  Published  by  Cas.sell.  Petter.  nnd  Galpin.  LudtT'ite  Hill.  London. 

NB.  —  A  separate  Edition  of  this  Engniviuff  of  ''The  Sotith  Sea 
Buhble."  printed  on  superior  paper,  will  be  presented,  free  of  charife.  to 
every  purchaser  of  the  First  Monthly  Part  of  "Cassell's  Magazine."  To 
secure  early  impressions.  orders  should  be  given  at  once  for  the  Monthly 
Part  (price  6  d.),  which  will  con.'^ist  of  Five  Weekly  Numbers  and  a 
separate  Frontispice."     (N.  b.  M.) 

27.  ..The  South  sea  bnhhle'' 

Dezelfde  vcorstelling  der  vorige  plaat.  In  den  zijmtmr  van  het  hui.s 
links  kan  men  hier  nog  lezen:  „Money  (a]dvanced  on  jewels.  and  (a)ll 
kinds'.  Staalgravure  langw.  in  fol..  naar  E.  M.  Ward.  door  J.  Carter 
„from  the  pictnre  in  the  Vernon  g-allery."  ..London.  published  for  the 
proprietors.  Printed  by  H.  Wilkinson.  Size  of  the  ])icture,  fi  ft.  2  in.  by 
4  ft.  S  in."  Afdruk  op  chineesch  papier.     (N.  b.  M.) 

28.  .,Het  dolhiyt  der  Actionistfn". 

Titelprent  van  een  ..Kluchtspel',  dat  een  heel  aardig  kijkje  geeft  op 
den  geest,  die  het  algemeen  bezielde  in  dien  kourtsachtigen  tijd.  De 
verschillende  akties,  die  hier  genoemd  worden,  geven  een  grooter  lijst 
dan  de  projekten  in  den  tekst  van  't..Groote  Tafereel"  vermeld  Ik 
geef  ze  daarom  hier  in  de  volgorde,  zooals  ze  in  dezen  afzonderlijken  druk 
worden  opgegeven :  ..EdamI  Dordrecht!  Hoorn I  Enkhuizen!  Monnikendam! 
Middelburg!  Vlaardingen!  Ter  Veer!  Zwol!  Schiedam!  Vlissingen! 
Purmerent! , . . .  De  Zuid!  de  West!  de  Barbiesjesl  . . .  .  De  Bank! 
Raraskoolbroek !  Cheels! . . . .  Rotterdam!  Hasselt!  Alkmaar!....  Woer- 
den! Delft I  Steenwyk!  den  Haag!' 

De  prent  vertoont  een  gedeelte  van  de  amsterdamsche  Beurs  van 
binnen,  waar  een  menigte  uktionisten  bijeen  zijn;  op  den  voorgrond  is 
men  aan  't  vechten,  ook  ziet  men  enkele  vrouwen  tusschen  de  menschen- 
massa.  Een  heer,  midden  op  den  voorgrond,  heeft  een  papier  in  de  hand » 
waarop:    .,CompagDie   na   de   maan",  links  achter  hem,  in  dehoog^,  een 


Digitized  by 


Google 


446  GROOT    TAFERr.KL    DER    DWAASHEID  1720 


pHpier.  waarop :  .,\Vp«t'\  rechts  ©en  ander,  wanrop:  „Zuid*',  terwijl  men 
p;oheol  rechts  nuff  twee  pHpieren  omhoop-  gevStoken  ziet.  wnarop:  ..Kool' 
en  ..Zwol". 

Gravure  kl.  in-8*..  r.  n.  v.  pT.  (Wordt  vermeld  in  Muller  8.  No.  3632;. 
29.     ^.Pnpirr  in  'tÖros'. 

luRolirift  iii  een  rol.  welke  Merkurius  in  de  hand  heeft.  De  handeu^- 
pftKl  zit  op  een  ontzettend  hn  )^rpn  stapel  aktien.  Aan  de  linkerzijde 
ziet  men  op  den  iu'ht»nrroiid  een  bewe^relijke  menif^te  aktiehandelanrs, 
wien  door  vier  eiifTrelenkonjo^  uit  de  wolken  de  wind  inp-eblazen 
wt^rdt,  terwijl  op  den  tweeJ«'n  grond,  aan  dezelfde  zijde,  eenit^e  lieden 
nionwsf^n'Tiür  otzien  na»r  een  pnpier,  dat  door  een  heer  met  f>Tt>nten 
pniik  «>p.  in 't  hei  Ie  handen  oinhoucorehotiden  w^rdt  en  wnarop  een  prro"»te 
kool  is  nf^reheeld.  Het  o\eri;:'*  van  deze  prent  haeft  betrekking" op  kfirdinnal 
A'beroiii,  wiens  borstbeeld  in  med  lilion,  wet  insr«hrift:  ,.U^lius  Alberonj' 
nb  IMaoentinus",  op  den  voorprrond  door  twee  kinderen  wordt  vaftt^ehouden. 
terwijl  een  derde  er  voor  zit.  Links  wyst  een  der  jonpfskens  op  een  pf 
beeldin;*'  van  ..Sant-AiijTt'lo".  waj»rboven  men  lee.st:  ..Voila  enfin  la  Residenre 
Du  pnuvre  fvminence."  Doven  het  portret  Rt«»at  Spek  jan  (volpfons  de 
verklariner  t«  penover  't  pu.atje)  met  een  hnrk  waprop  een  uil  zit  om  pan 
te  duid  Ml  dat  de  kardinaal,  die  Juliua  heette,  een  Ulius  (uil)  was.  Rechts 
vjin  d(^M  stupel  aktiea  .staat  pniis  ('lemens  al.-»  omroeper,  vrag'ende  volg-eps 
'tv»'rs:  Wie  hofft  een  ('ardiiiaal  p"evonden?  Titelplaat  van  de  ..Enropische 
Mcr'Mir'us  Vmh  'tla;irl7^0  xxxi''^**  Stuk  I  Deel."  Gravure  in-***.,  z.  n.  v.  pT.. 
met  adres  van  A  v.  Damme  te  Am.^terdam  en  1  blz.  in-4*.  in  boekdruk, 
met  de  verkl.tnnfir  op  rijm  (van  J.  Goeree\ 
SO.     ..AntiO'.   17 'O :  A  ;e(vdc  Jan  Lnu  tnet  :i/n  fcind  Actie,''' 

liovei  in  een  zor.ileilii^n^  pre:itje,  ziet  meii  een  bord  met  bovenstaand 
in'^rhiift  r.;in  'tlinkoreipd  van  een  brunr  of  dijk  aan  welks  rechtereind 
eon  mj.n  st.iut  te  vissohen  R'^rhts  te  halver  hoofrte  van  het  plaatje 
ziet  men.  bij  een  f^roottMi  ^teen.  een  derpfelijk  bord,  met  in.sthrifl:  ..1721. 
Wasser  een  seer  sware  pest  in  Vranrkrvek.''  Verder  wordt  het  midden 
der  p1nr>t  in^'Lomon  door  een  eiland,  waarop  een  visscher  en  een  wag-en 
met  paard  en  voerman.  Ondcrnan  eei.ipe  stijve  hui.«jes  en  hoornen  en 
aan  de  rechterzijde  Pon  bord,  waarop:  ,.1722  Wast  bier  een  over  vloed  ij?" 
A]ipel  .Taer  {r*>1dende  't  vierde  \'it  een  .stuwer  blank.  Halve  stuw". 

Dit  pekleurlo.  z*'ker  hoo;x>t  zeld/ame  doch  zeer  .slechte  etsje,  langw. 
kl.  in-4-*.,  is  van  de  ervaren-!'  hand  van  J.  de  Ridder,  waaraan  we  ook 
de  bijprenten  No.  12  -II.  (zie  blz.  434.-- 1.3S  hier  voren]  te  danken  hebben. 
Zijn  mnnoüfram  ..J  D  R.  invent  et  fecit'"  staat  in  den  reehterbenedeuhoek. 
De  eeninrp  afdruk,  dien  ik  hiervan  zag-,  komt  voor  in 't  exemplaar  Mol tzer. 
in  de  Univ.  hihl.  te  ütiecht. 
31.     ..S!r         dr/udi/fius         iHfipf(>s'* 

In.schria    in   een    lint  boven  een  cartouche,  waar  binnen  de  afbeelding 


Digitized  by 


Google 


17£0  BIJPRENTEN  447 


van  een  aap  op  een  straattheater,  die,  met  de  hoed  in  den  linkerpoot, 
beleefd  de  talrijke  omstanders  groet,  wier  bovenlijf  alleen  Ie  zien  is.  De 
aap  heeft  in  den  rechtcrpoot  een  papier,  waarop:  ..Bubbels'. 

Iq  den  katalonfus  der  werken  van  Picart,  voorkomende  achter  het 
werk:  Impostures  innorfntes.  wordt  dit  vi^rnet  op  de  volfi^onde  wijze 
aangewezen:  „Vijarnette  représentf.nt  un  Siii^e  Charlatan,  nvec  cette 
Dévise,  Sic  deludiinus  iueptos." 

Gravure  m-2V.,  ,.B.  Pioart  del  1720.''  (N.  b.  M.  In  's  Rijks  Ptr.iten- 
kabinet]. 

32.  Een  bankbiljet: 

,.N.«  81-2017.  MILLE  L'vres  Tuurnois. 

W     Lft  Bnnjiip  promet  payer  au  Porteur  h  vüe  Millk 
^    livres  Tournois  en  'E.speces  dAr^eut.  valeur  rerüe    A  Pari.s  Ie 
Q     premier  Janvier  mil  se  ))t  eens  vii  ort. 
üa  p.He  S.^  Fenellon. 

Garnod  Sig^né  p.^  Ic  S.^  Bouiireüi.s. 

(wapen.stempel  Lambert 

met  omschrift:  Controilé  p.r  Ie  S.r  Durevest." 

Banque  roynle.) 
Aan  de  keerzijde  de  endos.'^eraenten : 

„Payez  r.  M  Snipce  a  Bordeaux  ou  ordre  vale(ur)  en  compte  auec  la 
Comp**  des  Indes  a  Paris  Ie  2S  juin  1720. 

Rabovin 
Payez    au    porteur    vallet?    de    Madame    suj^on    a    bordeaux    Le    10^ 
7  ^^®   1720  Süifre'. 

Bovenstaand  bankbiljet,  lauj^w.  in  8"..  komt  voor  in  het  exemplanr  vnn 
het  ,.Groote  Tafereel'  vhu  de  Maotsrh.  dfv  Iscd.  Letterkunde  te  Leiden. 
(N.  b.  M.) 

33.  ,.Thf  Buhlers  Mirrour:  or  JEn/hnd^s  Ffdlei/.'* 

Inschrift   boven    de  afbceldinof  te  halver  lijve  van  een  diftin;-  he<»r  m:»t 

driekanten    hoed    op,    naar    rechts   gekeerd   en    links  ziende,  met  IncluMid 

l^elaat  wijzende  op  een  vollen  f^eldbuidel,  dien  hij  in  de  linkerhand  heeft. 

Aan    weerszijden    van    deze  .in  zwarte-kunstinanier  zoer  g-ned  uitn^evocnle 

figfuur  is  gefjraveerd:  .,A  List  of  the  Bubblos  with  Ihe  piires  they  wcre 

Subscrib'd    at    and  what  each  Sold  at  when  hipfhest  To^other  w  .    Satv- 

e  e 

rical    Eppygrams    upon    ench    bv    y    autbor  of  v  SSea  Ballnd '.  zonalscr 

boven    de    links    staande,    en    „A  Liat  of  the  Bubble.s  with  the  price.s  of 

Subscriptiong  Continued',  zooals  er  boven  de  rechts  p-ep-ra  veerde  lijst  .«^taat. 

Ofschoon  vooral  sommige  der  „Satyrical  Eppyprrams  ■.  in  't  eer-^te  o[>.Kchrift 

vermeld,  mij  wel  aantrokken  ter  opneming,  zie  ik  daarvan  af,  omdat  hun 

inhoud,  zelfs  zijdelings,  geen  betrekking  op  onzen  windhandel  heeft.    Dit 

is   anders  met  de  kleine  voorstelling  boven  de  hoofdafbeelding,  daarin  is 


Digitized  by 


Google 


448  GROOT   TAPIEBEL    DSE   DWAASHEID  ]7r» 


biykbMr  Ttn  TenThinende  fi^rnrwi  uit  pommigv  prenten  v«n  hK  „Groote 

Tafeivei "   ^bmik  (remaakt.     Van    links   naar   rechts   vindt    men   er  de 

Tolf^ende    figuren:    De  man.  die  goud  eet  en  aktie«  outla^t  uit  plast  17; 

bet    aehip   met   vleugels    uit    plaat    30.  san  weerszijden  van  bet  rad  vac 

avontuur  uit  plaat  33.  en  de  aap  op  een  boomtak  van  plaat  27.     Middei; 

onder    de   hoofd  voorstel  linf(   is   een    wapen    p^gravecrd.    ,.Tb«   bubblers' 

arma-prosperity"  zooals  'tgenoeoKi  wordt  onder  de  verkleinde  afbeeldic^. 

die   er   van    voorkomt  op  den  titel  van  Ch.  Mackay's  Memoirt  of  tvrrs- 

ordinnrtf  popviar  d^UmofU  L  Het  ia  gevierendeeld  en  vertoont  in  1  het  r:;d 

van  avorituur.  in  3  een  rijtuig  xonder  paarden,  in  8  een  man  die  aktieji  opvaigt 

en  in    ♦  drie  volants.  Aan  weerszijden  van  't  wapen  een  boom  des  over- 

\  loeds  met  den  mond  naar  boven  gekeerd ;  het  geld  dat  er  van  boven  inkomt 

volt    er    echter    vau    onder    even    snel    weer    uit     in  de    ..Mar  del  Zur  . 

de   Zuidzee     Twee   vossen   zijn  tenanten   en  een  mansboofd  met  zotskap 

op  is  belmte<»ken.  Onder  dit  wapen  een  16-reg'e'ig'  vers:  „Thus  Fortunes 

Darling  Glories  in  Success"  enz.  met  aan  iedere  zijde  een  lijst  van  aktie», 

links  met  opHcbrift:  ^,a  List  of  y  Bubblesofof  .wMessnote  wbose  Priee:? 

e  *  e 

were  for  y  most  part  uncertain";  rechts  staat  er  boven :  ..a  List  of  v  Bob- 

bles  of  less  note  &^    Continued  "     Qravjire  in-fol,  z.  n.  v.  gr..  ..PrintM 

for  &  sold  by  Tho:  Bowles  ne  xt  the  Cbnpter  House  in  St  Pauls  Chn: 

Ynrd    London".     De    prent    door    Muller   niet  vermeld,  wordt  uitvoerig 

beschreven  door  Stephens  onder  No.  1621. 

34.  „De  Kust  der  Zuyd  Zte'  —  ,,Peru  ChiW'  —  ..Fonayan  Qnitfi 
Feru''  —  „CAi/r. 

Hoofd-inschrift  van  vier  kaarten  van  de  Zuidzee  en  daaraan  gelegen 
rijken,  bovenaan  gemerkt:  ..Pag:  897.".  „Pag:  404.",  ..Pag:  419."  en  ..Pag: 
43S.'"    Vier  gravures  langw.  infol ,  z.  n.  v.  gr.  Uit? 

In  het  exemplaar-Moltzer,  Univ.  Bibl.  Utrecht 

35.  ..Almannek  de  la  fortune  (m  Agenda  de  la  me  Qmmfuempoiwy 
Opschrift   boven   de    verkleinde   reproduktie   van    dezep    almanak,    die 

voorkomt  tusschen  den  tekst  bij  V.  Champier's  La  anciens  almonacis 
illmtrés.  Paria  1886,  bl.  77  en  bovenaan  een  gezicht  vertoont  in  genoenode 
strant.  waarin  zich  een  menigte  menschen  beweegt.  De  gravure  ia  naar  en 
door  Benard. 

Champier  zegt  omtrent  deze  soort  almanakken:  „La  race  des  agioteors 
surtout  n'est  pas  épargnée,  et  Ie  système  de  Law  fait  éclore  de  nombreux 

Almanachs.    Nous   reproduisons   iei    celui   de  la  Fortune qui  semble 

être  plutöt  favorable  aux  financiers  et  qui  a  peut-dtre  été  destiné  k  servir 
de  reclame  k  Tétablissement  de  Law.''  (N.  b.  M.,  Stephens  No.  1618). 

3«.  ..Almanaek  historial  pour  Vannée  1737  oft  se  trouce  Ie  monument 
consacré  k  la  postérité.  en  faveur  de  la  folie  incroyable  de  Ia  xx®  année 
du   XTiiiö   siècle,    les  mots,  Jours   et  fites  de  Vannée,   les  Itmes  de  cAofue 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPRBNTBN  449 


ntois,   snitant  Uurs  changemmtt,  atec   les  écUpses  de  soleil,   de  lune  et  de 
bourses.  Aufjmenté  de  la  tie  et  atentnres  de  rincomparahle  nine  Markot." 
,,Almanach   d'ori^ne   hollandaise,   eompreoant  8  feuillets  de  gravures, 
oii   se   trouve   réoumó   d*une  maniere  satirique  et  allégorique  tout  ce  qui 
a  trait  au  fameuz  sjstème  de  Laws."  {sic). 

Bovenstaaude  almanak  wordt,  met  de  bijgevoeg-de  noot,  vermeld  in  V. 
Champier,  Les  anciens  almanachs  illustrés.  Paria  1886. 

Op  mijn  verzoek  gaf  de  heer  L.  Delisie,  Bibliothécairedelabibliothèque 
nationale  te  Parijs,  mij  met  groote  welwillendheid  zeer  uitvoerige  in- 
lichtingen omtrent  dezen  almanak,  die,  eerst  in  1787  \orschenen.  mijne 
belangstelling  gaande  maakte  door  het  niet  cursief  gezette  gedeelte  van 
bovenstaanden  titel,  dat  volkomen  gelijkluidend  is  met  het  begin  van  den 
titel  der  plaat  onder  No.  34-73  hier  voren  beschreven.  Wat  ik  uit  zya 
schrijven  noodig  acht  bekend  te  worden  bij  de  bezitters  van  dezen  kata- 
logus  volgt  hieronder.  Eerst  geef  ik  den  titel  nog  eens  zooals  die  in  het 
achr^ven  van  M.  Delisie  voorkomt,  omdat  een  van  beiden  blijkbnnr  in 
't  afschrijven  piet  zeer  nauwkeurig  was. 
„Titre  gravé: 

Almanach 

historial 

pour  l'année  M.  DCC.  XXXVII. 

OU  se  trouve 

Ie  monument  consaeré  k  la 

posterité. 

en  memoire  de  la  Folie  incroyable 

de  la  XXe  année  du  XVIII®  siècle 

les  mois  jours  Sc  ffttes  de  lannée 

les  tunes  de  chacque  mois  suivant 

leurs  changements,  avec  les  eclipses  de 

soleil  de  lune  et  de  bourses. 

Aug^enté 

de  la  vie  et  avantures  de  Tincomparable 

Mie  Margot 

M.  DCC.  XXXVII.'* 

Daarop  volgt  de  verdere  inhoud: 

„Fol.  2:    Almanach  de  Cabinet.  (les  O  premiers  mois). 

Fol.  8:    Eatrait  de  Vhistoire  de  ma  mie  Margot.  (février  1718). 

Gravure  représentant  la  naissance. 
Fol.  4:    Monument  consaeré  d    la  posterité  en  mémoire  de  la  folie  in- 
croyable de  la  XX  année  du  XVIII  siècle./ /  Ter  eeuwiger  gedag tenisse der 
dwaasheid  tan  het  XX  jaar  der  XVIII  eeuw. 

Qrande  caricature  représentant  la  foule  dans  la  rue  Quinquenpoiz  — 
il  j  a  au  bas  une  longue  légende  en  francais  et  en  hollandais. 
nr  a» 


Digitized  by 


Google 


450  GROOT  TAFSEBIL   DBS   DWAASHBID  1730 


FoL  6:    Almétmsck  de  emhimet.  (lm  nz  derniers  mois). 

Fol.  6:  Dittrihmtum  iet  pantere  ie  tcmtet  les  moiet  parmamieMar^M 
mm  emviront  ie  la  viUe  ie  Paris  en  1735. 

Fol.  7:    Nomteam  enl^oement  ie  ma  mie  Markot. 

(Mie  Margot  déguiaée  en  njmphe  jardinière,  debout  sur  uq  Ane.) 

Fol.  8:    AvenhÊTts  ff  familie  ie  ma  mie  Margot. 

Ces  8  feuillets,  dHné^les  dimensioDS,  deTuent  appartenir  è  ud  grand 
placard  qu*oii  a  découpé  en  buit  segments  dont  plusieurs  ont  été  replies 
de  &^o  k  pouToir  être  reliés  en  un  petit  volume  in  qoarto. 

Coté  dans  la  bibliothèqne  Lc^. 

Toot  Ie  texte  eet  graTé  en  taille  douce.  L'origine  bollacdaiee  est 
attestée  par  Ie  titre  et  rezpUcation  de  la  grande  caricature  de  la  me 
Quinquenpoix. 

Le  Tolume  est  par  suite  de  ropération  du  découpage  lx,  de  la  pliure 
des  feuillets,  dans  un  médiocre  état  de  conservation." 

87.    ^.fianqne  royale:* 

Inecbrift  boTen  den  ingang  Tan  een  gebouw,  door  welks  balf  geopende 
portebrisée  zich  een  menigte  Tolks  verdringt.  Deze  voorstelling  ziet  men 
rechts  op  den  achtergrond  eener  zinneprent  op  Philippe  d*Ortéans,  regent 
van  Frankrijk  tijdens  de  minderjarigheid  van  LodewQk  rv.  In  *t  midden 
der  plaat  bet  borstbeeld  van  den  regent  in  medaillon,  naar  rechts,  gehar- 
nast. Links  op  den  voorgrond  zit  Frankrijk,  zinnebeeldig  voorgesteld 
door  een  vrouw  in  troostelooze  houding,  met  een  ledigen  hoorn  en  een 
menigte  „Billets  de  Monoye",  ..Billets  d'Ustenciles'  en  „Billets  d'Ktat" 
bij  zich,  terwijl  achter  baar  door  engeltjes  verschillende  kunsten  en 
wetenschappen  voorgesteld  worden.  Merkurius  steunt  aan  dezelfde  zijde 
het  medaillon  met  portret  Ter  rechterzijde  daarvan  zit  Minerra,  voor 
wie  een  Indiaan  geknield  ligt.  met  een  ontrolde  kaart  van  Louisiana  in 
de  handen,  terwijl  drie  engeltjes  een  hoorn  vol  gelds  leegstorten  aan 
haar  voeten.  Blijkens  de  handbeweging  der  godin  dankt  Frankrijk  dezen 
geldovervloed  aan  den  regent.  Achter  Minerva  zweeft  een  engel  roet 
zandlooper  in  de  rechter-  en  schel  in  de  linkerhand. 

Deze  uitnemende  gravure  langw.  gr.  in  8^.  naar  en  door  B.  Pieart 
,.1720'\  heeft  Muller  niet  gekend  en  trof  ik  alleen  aan  in  de  verzameling 
van  den  beer  A.  J.  N^land.  In  den  ondersten  plaatrand  is  in  drie  rijen 
een  IQregelig  gedicht  gegraveerd  van  H.  P.  de  Limiers,  dat  ik  bier 
in  zijn  geheel  afschrijf,  omdat  het  den  onbepaalden  lof  zingt  van 
den  regent 

„Cesse  de  t'affliger,  Ö  France! 
Assez  &&  trop  longtems  ont  dure  tes  malheurs; 
Tes  Trésors  épuisez.  tes  Peuples  snns  finance, 
Assez  &  trop  longtems  ont  &it  couler  tes  pleurs; 
Ouvre  ton  coeur  è  Tesperance, 


Digitized  by 


Google 


1720  BUPRBNTBN  461 

Par  un  rare  bienfidt  ton  Destin  va  chaDger: 
Philippe  Toit  tes  maoz,  cesse  de  t'affliger. 

Ce  Prinoe  Genereuz,  sensible  è  tes  allarmes, 
Va  tarir  poar  jamais  la  source  de  tes  larmes; 
Yoi,  comme  par  ses  soins  en  Mótal  transformé 
Le  Papier  eorichit  Ie  Fran^ois  allarmó: 
Voi  ce  Pajs  lointain  d*oü  renait  TAbondance; 
Voi  renaitre  k  la  fbis  la  douce  Confiance. 

Voi  ce  riche  Palais  oü,  sur  un  fonds  certain, 
Tout  ce  Peuple  k  Tenvi  court  assurer  son  gain. 
Voi  les  Arts  en  honneur:  Voi  par  tout  la  Sagesse 
Animer  du  Regent  la  Vigilante  Adresse, 
Tels  sont  sous  son  Pouvoir,  les  Essais  inouïs 
Du  nouveau  Régne  de  Louis." 

88.  .Met  Leven  en  Caracter       van  de  Mt       lan  Law.*' 

Inschrift  in  den  boog,  die  als  ingang  dient  van  een  viriRsel kantoor,  met 
veel  bezoekers,  boven  wie  de  Faam  op  de  wolken  zweeft  met  het  borst- 
beeld van  Law  in  medaillon  in  de  linkerhand.  Het  is  het  titel  prentje 
van  een  werkje  met  gelijkluidenden  titel,  te  Amsterdam  in  1722  ver- 
schenen. Gravure  kl.  in-8*.,  naar  en  door  I.  C.  Philips.    (N.  b.  M.) 

89.  .yBuropüche    Mercuritts,     ZXZII^i^    stuk    Ber{8)te    deel    t  jaar 
M  D  CC  XXir 

Titel,  gegraveerd  tegen  een  muur,  in  den  rechterbovenhoek  van  de 
titelprent  van  genoemd  werk.  tevens  gedeeltelijk  een  zinneprent  op  den 
nu  geöindigden  windhandel.  Tegenover  de  plaat  staat  een  vers  met  op- 
schrift: „CTytlegging  der  Titel  van  't  Jaar  1721."  De  linkerbenedenhoek 
en  de  g^eheele  voorgrond  worden  ingenomen  door  een  man,  volgens  't  vers 
het  „Bankroet,"  voorstellende,  die  treurig,  met  het  wapen  van  Kuilenburg 
bij  zich,  zit  naast  het  beeld  van  Frederik  Hendrik,  terwijl  de  grond 
rondom  hem  bezaaid  is  met  aktien  en  de  ratten  aan  het  koopmansboek 
knagen,  de  spade  (doelende  op  de  iitrechtsche  kanaalgraverij)  ligt  er  ge- 
broken bij.  De  verdere  rampen  van  brand,  pest.  enz. 'die  1720  bracht,  zijn 
op  't  overig  deel  dezer  plaat  in  beeld  gebracht.  (N.  b.  M.) 

40.    ,,Joan  Wilhem  Claus  van  Laar^  Qeweesene  Actie  Mandelaar  f  Boom, 
en  Mol  brouwer  tot  Middelburg:^ 

Inschrift  in  een  voetstuk  onder  het  portret  te  halverlijve,  in  medaillon, 
van  genoemden  beruchten  persoon.  Links  achter  hem  staat  een  vrouw 
met  ontbloote  borsten,  die  hem  het  masker  vau  het  gelaat  genomen  heeft, 
rechts  blaast  een  duiveltje  hem  het  kwade  in.  Voor  zoover  ik  weet  is 
dit  'teenige  onder  de  hollaüdsche  portretten,  waar  bij  vermeld  wordt  dat 
de  voorgestelde  Aktiehandelaar  was.  Men  zie  voor  verdere  bizonderheden 


Digitized  by 


Google 


452  GROOT   TAPKREBL   DKK   DWAASHEID  17^ 


omtrent  dezen  trii  lAmr:  De  Lihrye   Rotterdmn.  A.  Eeltjes,  18BS.  No  5, 
Wz.  3fi/37.    (Hi'T  nanwezig' 

41.  y^t  Actie  laar  1720." 

Inschnlt  in  een  lint  boven  een  medaillon,  waaronder  evereens  in  ern 
lint,  hel  cijfer  70  sUat.  hIs  volgtiommer  in  het  ..Spel  verbeeldende  de 
historie  \«n  Holland.",  hier  voren  onder  Ko.  irf  beschreven  en  dat  een 
niet  ue|feu  Lommerü  \ermeeiJerde  ImIitc  slaat  is  van  de  onder  No.  Ac—c 
venneltie.  Van  dit  venneerderd  spel  is  in  deze  vcrzamelinp  g^en  verk!arin|r. 

42.  .,62)  Act:<  \andel,  [Ao.  1720.)" 

Op  deze  wijze  wordt  in  de  „Verklaarinjf  van  het  vaderlandsch  historie- 
spel." (zie  No.  6  en  6  hier  voren)  de  voorstelling  vermeld,  die  afgebeeld 
is  in  het  medaillon,  dat  op  het  spel  het  nommer  63  draagt  Men  heeft 
hierin  o.a..  zeer  verkleind,  d^t  gedeelte  weergegeven  der  prent  onder 
No,  IS  van  het  „Groote  Tafereel"  beschreven  als  „Arlequyn  Actionist''. 
waar  de  man  op  een  verhevenheid  gezeten  het  geld.  d.it  liij  door  den 
moud  naar  binnen  kr\jgt.  als  aktien  ontlast. 

3526.     Houtsneden     op     den     windhandel    betrekking 
hebbende 

1*.    „De  nieuwe  Bankeroetiers  wagen  voor  de  dolle  actionisten  Itydende 
na  Kuvlenburg  en  Vianen.  ' 

Opschrift  boven  een  dialoog  op  rijm  tusschen  ..Jooris"  en  .  Joo*je'\  in 
twee  kolommen,  in  boekdruk,  onder  den  afdruk  van  twee  oude  houtüneden. 
links  een  wagen  met  buitenlieden  voorstellende,  waarvan  de  paarden  in 
vluggen  draf  zijn.  rechts  een  draagkoets  met  twee  paarden  bespannen 
en  gevolgd  door  een  drietal  geharnaste  ruiters.  Het  aktionisten-vers  is  wel 
in  verband  met  de  gravures,  maar  natuurlijk  zeer  gewrongen  daarop  toege- 
pHht.  't  Schijnt  een  blad  te  zijn  dat  in  Friesland  gedrukt  is,  *t  verheft  d« 
voorzichtigheid  der  Staten  dier  provincie,  waardoor  aan  ..Harrelingen 
reets  ontzegt*'  was,  wat  in  vele  hoUaudsche  steden  toegelaten  werd.  n.  1. 
een  compagnie  op  te  richten.  Ook  .,dat  in  geen  bemuurde  Vesten.  I>er 
Yry  gevogte  Friesse  Steen  Zul  meer  Wind  handel  zyn  geleen'.  enz.  De 
beide  gravures  langw.  in- 12",.  boven  het  vers,  zijn  z.  n.  v.  gr.  (Muller 
No.  3C27ö). 

%.    „Dtf  Nieuwe  Bankeroetiers  Wagen'\  enz. 

Inschrift  in  boekdruk  boven  in  een  houtgravure  langw.  iu-13*..  Venus 
▼oorstellende  in  haar  wagen,  die  door  duiven  getrokken  en  door  Kupido 
bestuurd  wordt  Het  vervolg  van  't  opschrifl  en  *t  vers  zijn  geheel  gelijk 
aan  het  vorig  nommer.    (N.  b.  M}. 

8*.    „Het  doolhof  der  dooiende  actionisten,  Of  Verwarde  wind-handelaars, 
in  de  Maneschyu." 

Opechrill  boven  een  doolhof  van  venen  in  een  vierkant  van  tien  regela 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPRBNTBN  453 


boven  elkaar,  door  lijnen  afgescheiden,  aan  iedere  zijde  van  de  af  beelding- 
van  een  doolhof,  met  veertien  kleine  mansfiguren,  eveneens  in  houtsnede, 
er  omheen  en  in  uUe  richtingen  geplaatst  Onderaan,  in  een  lijstwerk 
van  fileeten,  een  G regelig  vers:  „Beschouw  met  vijt  dit  Dool-Hof  wel," 
enz.  De  houtgravuretjes  zijn  alle  z.  n.  v.  gr.  (Muller  No.  36'2S<i,  Stephens 
No.  1692). 

4-*.  ..Husarra,  Husiirm.  Httsarm.  de  Trompetter  blaast  in  de  Stad  Vianen, 
Alarm,  Alarm.//  Voor  de  Bedroogene  actionisten.//  Vianen  floreert,  Vianen 
floreert' 

Opschrift  boven  een  berijmde  .samenspraak  tu.sscheu  een  „Trompetter" 
en  een  ..Omroeper".  Gedicht  vau  zeventig  regels,  in  twee  kolommen,  in 
boekdruk,  aanvangende:  ..Wat  mag  de  Omroeper  hier  al  schreeuwen!" 
Bovenajin  dit  breed  folio  vel  zijn  twee  zeer  kleine  oude  houtgravures 
afgedrukt;  link.s  een  trompetter  op  de  tinne  vnn  een  toren,  rechts  een 
omroeper  voorstellende.  (Muller  No.  3629rt). 

5.  „Hu.snrm,  Husarm,  Ilusarm,//  De  Trompetter  blti^ht  in  de  Stad// 
Vianen,  Alarm,  Alarm.//  Voor  de  Bedroogene//  actionisten.//  Vianen  floreert, 
Vianen  floreert." 

Hetzelfde  vers  van  het  vorig  nimmer,  nu  gedrukt  op  vier  bladzijden 
in+".  Boven  het  op.schiift  is  een  houtgravure  afgedrukt,  een  geharnast 
krijgsman  voorbtellende,  achter  wiens  beenen  op  een  lint  staat:  „Capi- 
taiu  Melau  der."  (Muller  Xo.  36293).  In  het  exemplaar  Moltzer.  Univ. 
bibl.  Utrecht. 

6».  ,J3ou  tegen,  Ho\x  tegen,  .ffou  tegen.//  De  Actiekraamers  Vlugteu ;// 
Help,  Help,  Gildobroers,  'Help.jl  wind-verkopers//  Op  Stelten.//  Vianen  is 
vol,  Vianen  is  vol,  Vianen  ia  vol.  ' 

Opschrift  boven  een  hooi^st  gebrekkig  vers  op  iblz.  iu  t". ;  aan 'teinde: 

..Gedrukt//    Booveu    de    Moolen     Wind.//    Wyl    men    de    Weerolt  vol 

Kooien  vind." 

Boven  't  vers  een  niets  beteekenende  houtgravure,  die  een  gedeelte  van 

het  prospect  eeuer  stad  voorstelt,  waamaar  een  man,  achter  een  heuvelachtig 

terrein   slaande,    kijkt;    rechts   gaat   een  juff*rouw    met   lange  rouwfiilie. 

(Muller  S.  No.  3629  A). 

7*.  ,  Kuylenburg  en  Vianen,  Belegerd  door  de  Bamiueroutiers  en  actionisten. 

Myn  Zangster  blaast  een  Oorlogs  toon, 

En  volgd  de  dolle  Actionisten; 

Die  als  navolgers  van  BelloOn 

Om  Plaats,  maar  niet  om  Lauw'ren  twi.stcn: 

Help  Olió  dat  myn  Stramme  Veer 

Niet  werd  verplet  door  hun  geweer.' 
Opsrhrifl   boven    een    96regelig   gedicht  op    den  windhandel,  in  twee 
kolommen  door  een  fiteetrand  gescheiden,  in  boekdruk.  Boven  het  gedicht 


Digitized  by 


Google 


454  OEOOT   TAFIRKSL   DKK   DWAASHEID  1720 

e«a   gTooto   hovtanede  Ungw.   in-V.,  z.  n.  ▼.  gr.,  waarop  de  belegenng 

ecuer  stad  is  alj^ebeeld.  Alles  samen  op  1  ?el  br.  in-fol.  (Muller  No.  SASO). 

Dezelfde   houtsDedeplaat   komt  oog  voor  op  een  prent  Tan  1833,  waar 

sij  dienen  moet  om  bet  beleg  der  citadel  Tan  Antwerpen  Toor  te  stelleiL 

b*.    ,,De  Lagchende  Momus,  Onder  de  actionisten.'* 

Opscbrift  boven  een  oude  houtgravure,  die  nu  aU  spotprent  op  den 
windhandel  dienst  moet  doen.  Op  't  Toorplein  van  een  groot  gebouw,  aan 
weerszijden  door  een  rij  huizen  begrensd,  ontmoeten  twee  hooggeplaatsten 
elkander,  groetend;  terwijl  hun  gevolg  aan  iedere  zijde  achter  ben  staat 
Bij  het  torentje  van  het  gebouw  staat:  „Quin*  campoix." 

Onder  de  plaat  is  een  lSS*rege)ig  vers  afgedrukt,  dat  algemeenheden 
over  den  windhandel  mededeelt.  De  geheele  tekst  is  in  boekdruk.  (Muller 
No.  SöSl). 

9*.    .,De  actiouisten  in 't  dolhuis/'. 

Opschrift  boven  dezelfde  houtsnede  der  vorige  plaat.  Nu  staat  er  echter 
boven  het  huls  op  den  achtergrond:  ,/tdol-  huis.',  terwijl  het  ven 
onder  de  plaat,  aanvangende:  „Sta  Vremdelingl  zie  hier  een  trots Qebou 
vol  zotten.*'  enz.,  slechts  één  8  regelig  en  twee  6-regelige  koepletten  beeft 
Uit  't  vers,  dat  van  het  achtste  houder  (het  Stadhuis  van  Amsterdam] 
spreekt,  blijkt  dat  het  huis  op  den  achtergrond  de  Beurs  te  dier  plaatse 
moet  voorstellen.  1  vel  br.  infol.  ^Muller  No.  S632a). 

In  den  katalogus  der  auktie  Kramm  (Beijers  1875}  staat  bij  deze  prent 
..op  deu  windhandel  te  Rotterdam."  Dit  is  een  onjuistheid;  Rotterdam 
wordt  in  het  vers  wel  genoemd,  maar  alleen  in  verband  met  den  naijver 
tusschea  beide  steden. 

10*.    ,,De  Heer  Law  in  zjn  Sondaags  Pak." 
Zie  bl.  413,  No.  42,  hier  voren.     (Muller  No.  S633). 

11*.    „Loop  an,  Loop  an,  Loop  an; 

De  Knegts  van  de  actionisten  loopen  met  de  koekepan. 

Zy  hebben  genoeg  te  doen  om  't  Geld  op  te  haaien, 

Om  de  schuit  van  de  oude  Acties  te  betaalen." 
Opschrift  boven  een  samenspraak  op  rijm  tusschen  „Meester"  en 
..Knegt".  Het  gedicht  van  vier  en  zeventig  regels  is,  in  twee  kolommen^ 
in  boekdruk,  afgfedrukt  onder  drie  kleine  houtsneden.  De  middelste  ver- 
toont een  karikatuurmenschenhoofd,  links  ervan  twee  monniken  tegenover 
een  edelman,  rechts  een  misdadiger  door  twee  man  weggeleid.  Alles  op 
een  blad  in-fol.  (Muller  No.  3634). 

12     „PrYSCOÜEANT//   Der//  actiën,//  of//  db  nieüwmodbsb//  AC- 
TIBKRAMfiR." 

Oude  kleioe  houtsnede  langw.  in-12^,  in  't  midden  op  den  voorgrond 
een   man   vertoonende,   die   blykbaar   de  kaart  legt;  rondom  bem  liggen 


Digitized  by 


Google 


1720  BUPRENTEN  455 

ten  minste  kaarten  op  den  grond  en  in  iedere  hand  heeft  hij  een  kaart; 
allerlei  deftig  gekleede  lieden  staan  om  hem  heen.  Onder  de  afbeelding 
het  vers,  beginnende:  ,,Hoort  Stélui,  Burgers,  Boeren,  boort!*'  enz, reeds 
vermeld  op  bl.  407,  No.  21,  hier  voren.  Op  zakken-papier  1  b1.  br.  infol. 
M.  d.  N.  L.  Leiden.  (Muiier  No.  8635). 

13*.    „De  rasende  actionisten  in  de  blinde  wareld  Van  Quinquampoiz.*' 

Opschrift  boven  een  72-regelig  vers,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk, 
onder  den  afdruk  eener  reeds  vermolmde  houtsneêplaat,  waarop  een 
zestal  personen  te  halverlij ve  zijn  afgebeeld,  die  alle  een  buitengewoon 
grooten  of  misvormden  neus  hebben.  Alles  op  één  blad  br.  in-fol.  (Muller 
No.  863Ö). 

14*.    „De  spiegel  der  Sorgelooze  en  Armoedige  actionisten." 

Opschrift  boven  een  zeer  oude  houtsnede  (kostuum  16e  eeuw),  door 
opschrift  en  vers  in  vijf  kolommen,  in  boekdruk,  onder  de  plaat,  toepasse- 
lijk gemaakt  op  den  aktiehandel.  Links  zitten  achter  een  tafel,  v^aarop 
kaarten  en  geld  liggen,  een  vrouw  „Weelde."  en  een  man  „Sorgheloos". 
Tegenover  hen,  vóór  de  tafel,  zit  een  man  „Ghemack."  Rechts  staan 
„Aermoede",  ..Lichte  fortune."  en  „Pouer".  Links  bovenaan  ziet  men 
door  een  venster  ,.8oorgeloe8."  met  een  ander  dobbelend,  en  „aermoede." 
voorgesteld  door  een  vechtend  paar.  Gravure  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  doch 
van  Comelis  Anteunisnen  en  niet  van  E  wou  tsz.  Zi^i^oe^^Amsterdamsche 
boekdrukkers.  2"^  afl.  (Muller  No.  3637). 

16*.    „Tournooy-spel  Der  actionisten." 

Opschrift  boven  een  zamenspraak  op  rijm.  tusschen  bewoners  van 
verschillende  aktie-houdende  steden  en  eenige  andere  personen;  een  vers 
van  zestig  regels  in  boekdruk,  in  twee  kolommen  door  een  Bleetrand 
gescheiden.  Boven  het  vers  de  afdruk  van  een  houtgravure  langw.  in-S**., 
z.  n.  V.  gr.,  een  tournooi  tusschen  twee  ridders  voorstellende.  (Muller 
No.  3638.  Stephens,  No.  1633). 

16.    „De  windthandel  van  Koopmanschap,"  enz. 

Van  dit  gedicht,  in  den  tekst  [c.  2)  van  't  Groot  Tafereel  opgenomen 
en  hier  voren  op  blz.  408  N*.  22  bij  de  afzonderlijke  stukken  beschreven, 
vermeldt  Muller  (No.  3639)  een  druk.  welke  ik  niet  zag,  met  drie  slechte 
houtsneden  er  boven. 

17*.    „De  treurende  actionisten,   In   den    Rouw,  over  het  veriiezen  {sic) 
van  haar  Geld  en  Goederen." 

Opschrift  boven  een  80regelig  vers,  in  twee  kolommen,  in  boekdruk, 
aanvangende:  „Hier  treurt  nu  Gejsbrechts  lieve  Stad,"  enz.,  a^edrukt 
onder  vier  oude,  reeds  vermolmende  houtsneden  naast  elkaar,  van  links 
naar  rechts  een  edelman,  een  monnik,  een  non  en  een  geleerde  voorstellende. 
Allee  op  een  blad  br.  infol.    (Muller  No.  3640). 


Digitized  by 


Google 


45Ö  o  ROOT   TAFKEKSL   DEK   DWAASHEID  1730 


18*.    ,.De   Viaan-  sche  omroe-  p^ ,  Roepende  om  de  Bedroefde, 

Be-  droogene,  ea  Bedunren  Actio-  nisten.'* 

Opechriit  bo?en  eeo  166-ragfelig'  ven,  in  twee  kolommen  door  een 
fileetnnd  gescheiden,  alles  in  boekdruk,  en  aanvangende:  «Jhis  trok 
onlangs  op  rjs  d'Omroeper  van  Vianeo,*'  enz  Het  geeft  in  TreeaeUjk 
kreupel  rijm  een  verhaal  van  den  tocht  van  den  omroeper  uit  Vianen  naar 
Parijs.  Engeland  en  alle  deelen  van  ons  land,  om  de  aktiehandelaars  uit 
te  ooodigen  naar  Vianen  te  komen,  dat,  zooals  men  weet,  voor  germneerden 
een  vrij  plaats  was.  Midden  tusschen  het  opschrift  de  afbeelding  van 
een  omroeper.  Houtgravure  in-LO*..  met  ornamenten  in  houtsnede  er  onder 
en  aan  weerszijden.  (Muller  No.  3641}. 

19*.    „De  Vliegende  Actionist  op  de  waereld,". 

Opschrift  boven  een  oude  prent  een  wereldbol  met  kruis  erop  (rijksapper, 
voürstellend,  waarop  een  gevleugeld  varken  staat  Rechts  op  den  voor^ 
grond  een  ongevleugelde  collega  bij  een  trog;  op  den  achtergrond  een 
stad.  Door  het  116  regelig  vers,  dat  er  in  vijf  kolommen,  in  boekdrak, 
onder  geplaatst  is.  moet  de  voorstelling  natuurlijk  op  den  windhandel 
toepasselijk  gemaakt  worden.  Houtgravure  br.  in-fol.,  z.  n.  v.  gr.,  maar 
door  Comelis  Anteunissen.  (Muller  No.  3642  en  8.  No.  8642,  Stephens 
No.  1634\ 

't  Komt  mij  voor  dat  deze  prent  meer  bepaald  een  bespotting  is  van 
de  Weesper  Compagnie,  die  in  varkensmesteu  haar  specialiteit  zoeken 
wilde.  Een  dergelijke  voorstelling  vindt  men  ook  in  Roemer  Visschers 
Sifinepoppen,  wanr  ze  als  plaat  ldi  in  het  derde  schok  voorkomt,  met  het 
volgende  bijschrift: 

„Als  my  Portuijn  tot  hoogheydt  voert/ 
Soo  laet  ick  gheen  dreck  ongheroert 

Als  de  ellendighe,  arme  of  onguere  menschen  door  eenighe  avontuere 
tot  Regeringhe  of  Landt  bestuer  gheset  worden,  soo  en  weten  zj  niet 
hoe  zy  haer  teghen  yeder  man  draghen  sullen;  roeren  het  al  om,  van 
oude  Privilegiën  of  Willekeuren,  om  haer  goede  deughdsame  Ondersaten 
te  plaghen,  soo  dat  het  oude  spreeck-woordt  waer  wordt: 
Als  niet  komt  tot  yet/ 
Ist  allemans  verdriet." 

20*.    „Windnegotie." 

Opschrift  boven  den  afdruk  van  een  oude  houtsnede,  die  met  den  aktie 
handel  niets  uitstnande  heeft,  dan  dat  er  een  molen  op  voorkomt,  die  met 
den  windhandel  in  verband  is  gebracht.  Het  niet  onhandig  toegepaste  gedicht 
geeft  de  volgende  verklaring  der  cijfers  1—8  in  de  plaat.  Na  de  opwekking: 
„Wind  Ja  Wind  wie  koopter  Wind?...  Hier  is  de  Moolen  aan  het 
maaien,",  zegt  het  vers  dat  de  engel  (l),  die  boven  op  de  ladder  van  den 
molen  staat,  roept:  „Breng  maar  lustig  Schyven  an,";  wel  zijn  de  akties 


Digitized  by 


Google 


1720  BIJPEENTEN  457 

door  bet  cijfer  3  aangewezen  nergens  te  vinden,  want  dit  staat  in  een 
berg,  waarop  men  een  kerk  ziet;  met  een  weinig  verbeelding  zijn  echter 
de  golven  of  vlammen,  aan  den  voet  van  dien  berg,  wel  voor  papieren 
aan  te  zien.  Bij  4  liggen  een  menigte  lijken  van  door  de  daling  ver- 
schrikte aktiehandelaars. 

Met  5  (de  afbeelding  van  een  kerk,  twee  huizen  en  een  boom)  is  volgens 
'tvers  Parijs  bedoeld,  waar  de  akties  ook  al  aan  't  dalen  zijn  en  Law  in 
gevaar  is;  maar  't.,Leeger''  (6)  steunt  hem.  De  man  op  de  molentrap 
;7}  brengt  er  akties  heen  en  uit  den  molen  zien  „Actie  Koopers*  (8)  naar 
deze  prooi  uit.  De  houtgravure  in-4*.  diende  zeker  veel  vroeger  voor  een 
volksboek.    (Muller  No.  3643a,   Stephens  No.  1691). 

21.  „De  groote  Brantklok  getrokken  door  al  de  bedroefde  Actionisten,*'  enz. 
Deze  houtsnede,  door  Muller  onder  No.  3644  vermeld,  zag  ik  niet. 

22.  „De  Verdraayden  moolenaar;  Of  de  verkeerde  actionisten,  Op  de 
Franse  Moolen  gemaalt,  met  Engelse  en  Hollantse  Sprot  van  alderhande 
Acties  hoeje  wilt,  en  kan  gesongen  werden  op  de  Voys:  Van  de  Banc- 
keroetiers  Wagen." 

Houtsnede  met  bovenstaand  onderschrift  en  vers  2  blz.  in-fol. 

De  houtsnede  stelt  links  drie  mannen  voor  in  gesprek  bij  een  molen, 
waartegen  een  man  opklimt;  op  den  achtergrond  links  een  kerk,  waarbij 
twee  eenden  zwemmen. 

De  volks-  of  struat-deuu,  in  duitsche  letter,  in  twee  kolommen  noabt 
elkaar  gedrukt  en  zonder  eenig  belang,  begint: 

„Wel  hoe  komt  Mercuur  geloopen/ 
Met  papieren  in  de  hand,''  enz. 

Aan  't  eind  het  adres:  „t' Amsterdam,  by  Abraham  Francken." 

Op  de  tweede  blz.  nog  ,.Ëen  Nieuw  Lied  van  de  zoete  en  aangename 
Liberteyt.  Stemme:  Staat  op  schoon,  &c."  (N.  b.  M.)  In  één  der  door 
mij  geraadpleegde  exemplaren. 

23*.    „Hier  ziet  gy  in  deez'  Prent,  een  aantal  Handelaaren. 
Haar  Koopmanschap  is  niets,  als  Acties  van  de  Wind, 
Op  't  scheiden  van  de  Markt,  zo  moeten  zy  ervaaren, 
Dat  men  het  Hoofd  berooid,  de  Qeldbeurs  ledig  vind.'' 
Opschrift  in   tweemaal    twee   regels  naast  elkaar,  in  boekdruk,  boven 
een  kinderprent,  waarop   in  vieren-twintig  houtgravuretjes,  zes  boven  en 
vier   naast   elkaar,    verschillende   ontmoetingen    van   aktiehandelaars  zijn 
afgebeeld.    Onder  iedere  houtsnede  staat  een  2  regelig  versje,  even  onbe- 
duidend  van    inhoud    als   de  prentjes  van  voorstelling  zijn;  ik  meen  dan 
ook    te   kunnen   volstaan  'met   de    vermelding   dut   op   de   eerste,   links 
bovenaan,   een   man    is   afgebeeld  met  een  zotskap  op  't  hoofd  en  rijdend 
op  een  ezel,  voorafgegaan  door  een  ander  met  driekanten  hoed  op.  Onder 
dit  prentje: 


Digitized  by 


Google 


458  OROOT  TAFBRBBL   DBR  DWAASHEID  1730 

.iSotskap!  reid  wat  driftig  aan. 

Om  na  de  Actie  Beurs  te  gaan/* 
Op  de  ttatate  rijden  twee  man  te  paard  in  vollen  galop  naar  een  rechts 
np  den  achtergrond  liggende  stad  (Vianen).  Onder  'tplnatje: 

.  Leege  Oeldbeurs,  hoofd  vol  wind. 

Qj  maakt  deeze  twee  gezwind." 
Hoatgravnres   x.  n.  v.  gr .  op  één  vel  br.  in-fol.  ..No.  aS.**  uit  de  serie 
kinderprenten   van    de    Erven    de    weduwe    H.    Rjrnders  te  Amsterdam. 
Deie  staat  wordt  door  Muller  niet  vermeld;  zie  lager). 

Van  deze  prent  ia  hier  ook  een  latere  staat  aanwezig,  met  het  adres 
van  de  Wed.  C.  Kok  geb.  van  Kolm  te  Amsterdam.  Een  tweede 
hier  aanwezig  exemplaar  van  dezen  iaatsten  staat  was  vroeger  in  het 
bezit  van  den  heer  8.  Alofsen  in  Amerika,  die  rechts  bovenaan.  naaf4  het 
volgnommer  geschreven  heeft:  ..Amsterdam.  Nog  in  gebruik  in  1854. 
8.  A."  (Muller  No   S583). 

24*.     ..Ei  ziet  deea  Actie  Handelaars. 

De  een  krjgt  't  ruim  en  d'ander  schaars.  * 
Opschrift  in  twee  regels  boven  elkaar,  in  boekdruk^  midden  boven  even 
zooveel    voorstellingen   als   er  op  de  vorige  prent  voorkomen.     Tusscben 
de   afbeeldiugen   is  onderliug  te  weinig  verschil  om  ze  hier  uitvoerig  te 
vermelden.    Ik  schrijf  ter  oudenjcheiding  alleen  de  2-regelige  rijmpjes  af 
vau  het  eerste  en  laatste  plaatje;  vsui  het  eerste  luidt 't: 
..Hei  za  wakker  dat  is  mooi. 
Wie  gaat  mee  na  d'Quincanpooi." 
Vho    't  laatste,   waarop    wel    twee   ruiters   voorkomen   maar  geen  stad 
in  't  verschiet  ligt: 

,.En  wy  te  Paard  na  Kuilenborg, 
Daar  kunnen  wy  leven  zonder  zorg.' 
Deze  prent,  waarvan  de  houtsneden  (z.  n.  v.  gr.)  mij  ouder  voorkomen 
dan  die  van  de  vorige,  ia  ..N*.  289.''  der  serie  kinderprenten  uitgegeven 
door  J.  Noman.  Zaltbommel.  (N.  b.  M.) 

25*.  ..De  dooiende  Harlequien.  Met  zjn  rarekiek.  Verhaalende  op  aen 
Boertige  Wys:  Het  vertrekken  van  myn  Heer  Law  uyt  Parys." 

Opschrift  boven  een  samenspraak  op  rijm,  in  twee  kolommen,  in 
boekdruk,  onder  een  zeer  primitief  vignet  in  houtsnede.  Harlekijn  voor- 
stellende bij  zijn  kijkkast,  in  gesprek  met  een  man.  Onder  aan  de  vierde 
bladzijde  *t  adres:  .,t' Amsterdam,  gedrukt  by  Willem  Jacobsz.  1721." 
iN.  b.  M.) 

26*.  ,.Copye  van  eenen  brief.  Gebracht  door  mijn  Heer  Galante.  Luytenant 
van  de  Zee.  en  Capiteyn  von  *t  Schip  Margriet  die  gekomen  is  uyt  Lau- 
wisiane,  op  den  tydt  van  aes  weken,  de  welke  de  tydinge  gebracht  heeft, 
hem  mede  heeft  laten  vinden  aan  de  Bloedige  81ag,  tusscben  de  Frmnsehea 


Digitized  by 


Google 


17x0  TKEKKNIMOfiN  459 

en  de   Wilde."   —   ,,De  g^neraele  Lyst,  van  al  bet  gepeupel  die  naar  het 
Ejlaudt  Loiusiana  getrocken  zijn,  alsoo  het  volgt  vau  de  selve." 

Opschriften  van  twee  stukjes,  waarvan  het  eerste  toegelicht  wordt  door- 
of  de  verklaring  is  van  een  kurieuse  doch  zeer  grove  bladgroote  houtsnede, 
die  een  gedeelte  van  Louisiana  moet  voorstellen.  Samen  4  blz.  in-4^. 
Onderaan  de  blz.  2  en  4  staat:  „Qedruckt  ende  verkocht  binnen  Parys 
met  Premissie."  (N.  b.  M}. 

3527.     Teekeningen  in  verband  met  den  windhandel. 

1*.     „Quimquanpoix." 

In  de  kollektie  Muller  (No.  38i5),  op  's  Rijks  Prentenkabinet  vindt 
men  de  volgende  uitvoerige  verklaring  in  H.  S.  die  evenzeer  op  de 
hier  aanwezige  als  de  daar  berustende  teekening  past,  waarom  ik  haar 
hier  in  haar  geheel  overneem: 

„UITLEGGING  TAN    DB    VERBEELDING 

van 

QÜINCAMPOIX 

of 

DE  GROOTTE   "WINDEN  KOOLVERKOOPPBR. 

A.  Ziet  men  Quincampoix  of  de  grootte  Windhaudelaar  zitten  op  Een 
verheeven  Zeetel,  zijn  Stoel  bestaat  in  Riemen  Papier  op  Eengestaapeldt, 
hij  is  van  een  bars  en  Laatdunkend  gelaat,  in  zijn  Regterhandt  houdt 
hij  een  Rietstaf  waar  aan  een  grootte  blaas  is,  te  kennen  geevende  zijne 
Onbestendigheid,  zwakheid,  en  IJdelheidt.  in  zijn  Linkerhand  heeft  hij 
een  Biljet  waar  in  te  Leezen  is  de  Naam  van  den  Inventeur,  enberugtte 
Windhaudelaar,  zijn  Schoenen  zijn  met  bellen,  óf  die  der  Narren  6f 
Gekken  gelijk.  Een  grootte  kool  legt  daar  neevens,  geeft  te  kennen  op 
wat  voeten  zijn  Negotie  bestaat.  Zijn  zeetel  daar  hij  in  zit,  ziet  men  in 
de  Nis  een  grootte  Schulp  met  bobbels  6f  waaterbellen ;  en  de  colommen 
geeven  de  veele  belbftens  en  Conditiën  te  kennen,  om  de  Wilde,  dwaaze,_ 
en  Geldgierige  Waareldsgezinden  uit  te  Lokke,  met  de  veelvuldige  be 
naamiugen,  van  grootte -voordeelen  die  men  heeft  te  verwagten;  dbch  de 
Bazementen  en  Capiteelen  van  de  Colommen  geeven  te  kennen  dat  het 
op    Papier  en  kool  uitkomt,  waarmeede  dezelve  zijn  gesierd  en  opgevest. 

B.  Ziet.  men  in  een  Nis  afgebeeld  het  franse  Missisippi,  leggende  op 
een  Sierlijk  Rustbedt  alzieltoogende  weegens  de  veelvoudige  Rampen  en 
teegenspoeden ;  men  ziet  verschelde  Geestelijke  de  laatste  dienstpligt 
presenteere  volgens  het  gebruik  der  Galli^iaanse  kerk,  en  haar  het  laatste 
vaarwel  toedeelen;  de  Weereldlijke  geinteresseerdens  zijn  in  de  uitterste 
nood  en  benaauwdheid  weegens  het  zwaar  verlies  van  er  beste  veeren; 
gelijk  den  Haan  die  daar  omtrent  zoo  veerloos  loopt,  dew^l  hij  zijn 
Staart  kwijt   is,  te   kennen   geeft  dat  de   franse  Natie  (door  deeze  ziel- 


Digitized  by 


Google 


4Ö0  QROOT   TAFBRKKL   DBR    DWAASHEID  1720 

toogeode   Missisippi)   baar  meeste   Veeren    van   Rijkdom   en   Geldt  zijn 
kwijt  geworden. 

C.  in  de  andere  Nis  ziet  men  de  Zuidzee  Compagnie  zitten  in  een 
Sierlijke  Stoel,  waar  op  de  Waapens  van  Albiou  prijken,  leunende  op 
baar  Standt  als  floauwhertig  werdende  door  onverwagte  toevallen,  en 
iuduspofiitien;  baar  Voorstanders  zoeken  Madame  te  verk wikke  met  een ige 
Peruaiin^  Balsemieke  Geuren,  die  uit  de  schoot  van  Natuur  omtrent 
Mexico  werden  gegrajveo,  waar  door  deeze  onverwagte  flaauwte  van  de 
Ëugelse  Laddi  wat  scbijnd  te  beeteren,  d6ch  blijft  egter  tussen  hoop  en 
vrees  weegens  haar  herstelling. 

D.  Verbeeldende  twee  Winden  (den  Keuen  Wiust  en  den  andere 
Verlies.)  waar  meede  de  onzeekerheid  te  kennen  werd  gegeeven,  dat 
uieraRnt  in  deeze  Compagnie  Eenige  verzeekerde  Winst  zig  kan  voor- 
zegjfen.  wijl  de  lig"tvcmuderlijkheid  den  Wind  gelijk  is.  waut  elk  uur 
alle  actie  haiulel  veranderlijk  is,  van  hoog  dan  weer  laag  te  daale  in 
prijs,  gelijk  dit  hier  te  kennen  werd  gegeeven  dat  den  Benen  Wind  de 
Acties  doet  Reizen,  en  den  andere  de  actiebrieljes  doet  daale.    — 

S.  Op  't  midden  van  'tXheaater  van  Qaincampoix,  ziet  men  de  potsiggi 
[sic)  Bombario  zijn  Beurs  klok  Luijeu,  doch  is  niet  bepaaldt  aan  *t '/«  Uur 
voor  twaalven  op  den  middag,  want  hij  bij  donker  't  zelve  Recht  heeft, 
alzoo  zijn  Handelaars  dan  het  meeste  VoorRecht  hebben,  en  de  meesten 
Negotie  geschied.  (Want  alle  haar  Partijen  het  daglicht  niet  kunnen 
verdrangeu)  Hij  is  wat  hoog  gebult  tot  zijn  Voordeel,  wijl  hem  die 
iukomste  geeft,  en  tot  een  Lessenaar  werd  gebruikt  wanneer  Actie 
Partijen  zijn  verkbgt,  zoo  werden  die  op  zijn  Bult  geteekend. 

F.  Verbeeld  den  Ilustre  Persoon!  Mijn  Heer!  <len  Directeur,  zijn 
Habiliteit  toond  zijn  uiterlijk  gelaat,  heeft  een  groote  Bus  bij  hem  staan, 
daar  hij  ieders  BrieQe  weegens  d'iuschrijving  insteekt,  de  Bus  geeft  de 
inschrijving  van  de  Compagnie  waar  in  die  bestaat  te  kennen,  door  Een 
plakkaat  daarvoor  geplakt  waar  in  men  Leest: 

..Inschrijving  in  de  Compagnie  van  Kool-  Windt-  en  Papier-Negotie." 

G.  Kees  ApeJanus  als  kantoorknegt  neemt  meede  Briefes  aan.  die 
hem  beleefdelijk  gepresenteerd  werden,  hij  heeft  Een  BrieQe  in  zijn 
Poot  waarop  geschreeven  staat: 

,,0n8  Spel,  gaat  wel." 

II.  Inleggers  ieder  om  't  ijverigst  haar  brieven  overgeevende  waar- 
on«ler  dat  men  ziet,  allerlij  persoonen  zonder  onderscheid.  Heeren!  en 
Knegts.  Kooplui,  Ambagtslui,  Boeren  en  Kruijers,  Jaa  tot  de  geringste 
toe,  't  komt  hier  altemaal  ten  Offer,  zelfs  Lieden  die  hun  Goedt  bij  Jan 
Oom  in  de  k6st  gedaan  hebben  op  hoop  van  Winst,  welke  laatste  nbg 
de  desperaatste  Gekken  zijn.  — 

I.  Ziet  men  voor  de  Buitenlui,  (omdat  ze  bijtijdts  thuis  kunnen  koomen) 
Een  Boode  bf  Postlooper  onverwagt  verschijnen,  blaazende  op  Een  Hoorn , 


Digitized  by 


Google 


1720  TEBKENINOBN  461 


heeft  een  bandelier,  om  't  lijf.  daaraan  een  posthoorntje  tot  teeken  zijner 
bediening*  in  zijn  hand  een  brief  van  Notificatie,  daar  in  8taat:  de  Compa^ie 
is  Vol,  Jylui  kan  vertrek ke.  — 

K.  het  Theaater  is  behangen  met  veele  Nieuwe  projecten  van  ver- 
scheide  steeden,  weegen»  Nieuwe  uitschrijvingf  van  dienstpresentatiën, 
en  voordeden,  zoo  dnt  al  wie  Lust  heeft  kan  ï\ht(  plukken,  het  Tooneel 
öf  Gordijn  ia  nog  Oopen,  de  Bellen  aan  't  Kleed,  de  Uil.  Anp.  Bril.  en 
Lazerusklap,  waarmeede  hetzelve  is  gesierd,  zijn  uitlegging  zelfs  ver- 
klaard. — 

L.     Men    ziet   in    de    hoek  te  voorschijn  koomen,  Bedr6g,  zittende  bij 
een    groote  Kist  vol  Geldt,  waarop  te  leezen  is: 
Nu  Krijgt  men  Splint, 
Voor  Kool,  en  Windt.  — 

Zij  houdt   een    Medalje   in  de    hand,    waarin    een  natuurlijke  Draaijer 
zig   vertoond  die  de  papieren  öf  Brieljes  bezeegeld.  met  dit  opschrift: 
Per  Slot  en  Rest. 
is  dit  op  *t  Lest.  — 
in  de  andere  Handt  heeft  zij  een  Momaangezigt.  en  haar  ondekt  hebbende 
ziet  men  in  plaats  van  alle  haare  Aangenaame  Schoonheden.  Rijkdommen 
en  ingebeelde    Vreügdt   daar   de   meeste    hoop   zig   meegetroeteldt  heeft 
(nu  den  handel  is  ontdekt  en  te  niet  geraakt)  dit  Leel ijk  Saatera  Bakhuis 
dat  hij  als  een  aanminnige  Schoonheid  heeft  bemindt,  't  welk  hem  zooveel 
geld,  tijdt  en  moeiten  heeft  gekbst ;  die  hem  nu  belacht  en  bespot,  weegens 
lijn    ligtgeloovigheid,    hem  tot  een  Rilique  voor  zijn  naakoomelingen  die 
Medailje   presenteerd.    tot  erkentenis  en  blijk  dut  zijn  zotheeden  zijn  be- 
taaldt,  met  de  inhoudt  van  deeze  Munt." 

2*.     ..Bombario  Omroeper  Van  Viaanen". 

Bombario  op  den  voorgrond  met  sabel,  omroepersbekken  en  klepel. 
Daarachter  een  schuit  vol  aktiehandelaars,  door  een  paard  getrokken,  op 
weg  naar  het  op  den  achtergrond  liggende  Vianen,  waar  een  vlag 
wappert  met  de  letters  „F"(rederik)  „H"(endrik).  Op  een  afzonderlijk  vel 
een  gedicht  van  16  regels,  met  bovenstaand  opschrift  en  aanvangende: 
,.Hoord  o  Kales-Benden  hoord!'  Gelijke  voorstelling  als  Mullers  No.  364-9, 
die  echter  geen  vers  vermeldt 

Hier  is  ook  nog  bggevoegd  een  gedrukt  vers  in  twee  kolommen,  met 
opschrift:  „De  Viaansche  omroeper,  Roepende  om  de  Bedroefde,  Bedroogene, 
en  Bedurveu  actionisten." 


Digitized  by 


Google 


462  GROOT   TAFEREKL   DER  DWAASHEID  mo 


AANTXJLLIKGEN    EK   BUT0BG8BLS. 

Sedert  ik  met  de  beschriJTÏDg  vu  bet  Groote  Tafereel  begfoo,  heb  ik 
van  venicbiDende  pUteo  eu  gedrukte  stukken  nog  bizonderbedeo  en  af- 
wykin^ea  ontdekt;  van  vele  echter  te  laat  om  ze  nog  te  vermelden  op 
de  plaata  vraar  zij  behoorden.  Voor  ik,  in  navolging  van  Muller,  het 
Dwergen tooneel  en  het  Apentheater  in  hun  geheel  beschryf.  laat  ik  ia 
de  volgorde,  waarin  de  platen  hier  voren  zijn  vermeld,  de  bij  te  voegen 
aanvullingen  volgen  : 

Register,  (blz.  241).  —  De  twijfel  van  den  heer  Muller  omtrent 't  bestaan 
van  een  Register  van  64  nommers  is  opgeheven;  ik  vond  een  exemplaar 
by  den  heer  R.  W.  P.  de  Vries,  die  de  vriendelijkheid  had  het  tegen 
matigen  prijs  voor  deze  verzameling  af  te  staan. 

De  daar  gegeven  volgorde  wordt  dus  gewijzigd: 
a  Met  vermelding  van  47  platen. 
b       „  „  „     5Ö 

d 66 

€ 67 

/       „  V  M    74 

9       .^  V  „    74 

Behalve  deze  gegraveerde  registers  en  die  in  boekdruk,  voorkomende  in 
den  tekst  van  *t  werk,  o.a.  vermeld  op  blz.  S93  en  S98,  vond  ik  nog  een 
zeer  merkwaardig  buiten  dien  tekst.  In: 

De  tenvarde  hedendaagte  lotery handel,  blyspel.  (Ornament  in  ^-vorm) 
Oedruht  In  't  hoofd  vol  Muizennetten,  hy  den  loggenden  HerakUet  om  de 
twede  totheid  der  Wereld;  op  7  eintje  van  't  Lotery-Jaar.  Z.  pi.  o.  j.  Titel, 
VIII  en  46  blz.  kl.  in^«. 
zijn  de  acht  bladzijden  voorwerk  achter  den  titel  merkwaardig,  omdat 
er  vier  ingenomen  worden  door  een,  voor  zoover  ik  weet,  nog  onbekend 
„Register  Van  alle  de  printen.  Die  op  den  actie-handel  zjn  uitgekomen 
in  't  Jaar  1720."  Dit  register  is  tot  plaat  66  gelijk  aan  het  gegraveerde 
met  hetzelfde  getal  platen;  het  vervolg,  afwijkend  van  al  de  verdere 
gegraveerde  registers,  is  dan:  „57  't  Vervolg  van  de  Dwergen.  58  HOr- 
ginail  pourtrait  van  Jan  Law.  59  Afbeeldinge  van  'tzeer  vermaarde 
eiland  Qeks-kop.  60  De  Meerman  van  het  Noorder  gewest  61  Missisippi 
of  het  wydbefiBAmde  Goudland,  enz.  62  Vasten-avonds  Vreugde-krans 
en  Toneel-stuk.  63  De  verrezene  Fredrik  Hendrik.  64  Des  Kladpapiere 
Wéreldsvuur  in  as  verkeerd.  65  Opkomst,  midden  en  geen  einde  van 
den   doortrapten   Jan    Law.   g-  |   Twe  kaarten  van  de  Zuidze  68  Kaart 


Digitized  by 


Google 


1720  AANTULLINGEN    EN   BIJVOEGSELS  463 

Tan  de  Enkhuizer  haven  69  De  wereld  in  masquerade  70  Pasquins  Wind< 
kaart  op  de  windnegotie  van  't  Jaar  1720.  71  De  Actie-wereld  op  haar 
einde.  72  Madame  Lauw  73  Flora's  zotskap  van  den  Bloemhandel 
74  Bespiegeling  voor  de  Geldzugtige  "Wereld,  in  't  begin  op-  en  ondergang 
-van  den  Actiehandel.'' 

Het  gegraveerd  register  in  het  exemploar-Moltzer  is  van  plaat  48  af 
bijgeschreven,  de  volgorde  der  platen  komt  van  plaat  58  (dddr  59)  bijna 
geheel  met  de  hier  aangegevene  overeen. 

Een  elftal  „Komedies  en  klugten."  worden  daarna  nog  vermeld,  maar 
daar  dit  alle  de  meest  bekende  zijn,  geef  ik  die  titels  niet  weer. 

Daarop  volgt:  „Opdrngt.//  Aan  alle  weimenende  Beminnaars  der// 
loterren.//  klinkdigt.// 

Liefhebbers,  die  uw  geld  aan  het  geval  vertrouwd, 
En  afwagt  wat  't  geluk  der  Loten  u  zal  geven. 
Hier  ziet  gy  in  een  schets  het  buitensporig  leven 
Der  Lotenhandelaars.  die  oubedagt  en  stout, 
Verblind  door  waan,  die  hen  'tgezigt  gesloten  houd. 

Hun  geld  verkwisten;  maar  wagt  u  hen  naar  te  streven; 
'k  Wyde  u  dit  Blyspel  toe  door  eigen  lu.st  geschreven. 
Op  dat  gy  in  deez'  schets  u  zelf  bespieg'len  zoud, 
En  zien  de  dwaasheid  van  deez'  Lotenhandelaren, 
Die  als  de  Muggen,  om  het  glimmend  kaarsligt  waren, 
Tot  dat  hun  vlerken  in  de  heldVe  vlam  vergaan. 
*  De  Loteryen  zyn  tot  welstand  onzer  landen, 

Dies  zo  ge  u  wagt  om.  met  die  Dwazen,  u  te  branden, 
En  spiegeld  u  aan  hen,  zyn  wy  en  gy  voldaan." 
(Zie  in  verband  hiermede  bl.  433,  volgnommer  11  hier  voren).    Achtste 
stukje  in  .,Tooneelpoezy  van  G.  Tysens.  Tweede  deel."  M.  d.  N.  L. 
Plaat  1.     ..Eeretitel  of  Gordijn",  enz.  (bl.  242). 

Onder  de  aangegeven  verschillen  op  bl.  245  leze  men  bij  den  Hen 
regel  in  plaats  van  kapirolen:  kapiroolen. 

Plaat  3.  ,.De  Wind  Koopers  met  Wind  Betaald,"  enz  (blz.  246—2481. 
In  's  Rijks  Prentenkabinet  en  in  het  exemplaar  Mol tzer  der  Utrechtsche 
Universiteitsbibliotheek  komt  de  prent  voor,  met  de  titels:  ..Oost-  en 
Weetindische  Comp."  in  de  ..Lyst  van  de  Wind  Negotie"  en  met  het 
duitsche  vers  op  een  afzonderlijk  plaatje  gegraveerd  en  onder  de  prent 
afgedrukt;  hieruit  blijkt  dat  mijn  vermoeden  onjuist  was,  dat  dit  vers  in 
den  zeer  broeden  ondersten  rand  der  plaat  zou  gegraveerd  zijn. 

Plaat  6.  „Nieuwe  en  Nette  Aftekening  van  de  Door  Gravinge  .  .  . 
beginnende  van  de  Stadt  Utrecht",  enz.  (bl.  252). 

Omtrent  de  kaart  heb  ik  niets  bizonders  te  melden.  Het  plan  der 
doorgraving    was  echter  niet  nieuw.    Jonkheer  Everard   Meyster   van 


Digitized  by 


Google 


464  GROOT   TAPKREEL   DEK    DWAASHEID  1710 


SimiuCTdor  bij  Amen^foort  had  in  1670  reeds  een  vlu^fschrift  uil|reffeven. 
Cetiteld:  Detluftir  o  fff  BfirijsseÜjeAf  Bfdftukiny:  Bflanfjende  d  S^vkpch* 
z^t-rafrd.  Op  Stiehtê  eygen  bodem  Hut-difnstelijk  te  gratfn.  Den  Uif-rfcit 
•UfTfnde,  nit-rfchte  lUfdf.  to^g^eyfjei^d.  door  (E.  Meyster)  Salms  p^pn- 
h  tt/pTfma  lex  f  ito.  Oedrvckt  tot  Ui/lreckt.  In  't  open  hert  run  Stad* 
lif^Jf  foor  a^H  de  MiMnfhroertstraat,  ten  kuysftan  Sarend Srandsen  Yrtr. 
Den  Eersten  daprh  van  'tjaer  1Ö70.  Daarin  beloopt  hij  reeds  de  wensche- 
lijkbfid  van  dit  kanaal  naar  zee.  Een  tweede  stulye  kwam  io  hetzelfde  jaar 
uit  en  ia  getiteld:  Qtrymde  hedfnrhnnh  of  ontwerp.  Om  Uitrerkt  op  sijn 
schoonst,  em  sterrikst  te  terffrooten  ;  Den  Uitreehtenrters  Uit  "Rechte  hf^de 
toe-fjerymt.  D^^r  {E  Meijster)  Ciritatit  amore  tictvs.  tFvtrecht, 
Gedrurkt  by  Willem  Clerrk,  Boe.-k-drurker  woonende  in  de  Strov  s^eeg-h 
1670. 

Hierin  komt  een  kaart  voor.  ontworpen  door  Meyster  lelf,  fjfeteekend 
door  B.  de  Rnv  en  prejrraveerd  door  Ant  Winter.  Op  ..De  nieuwe  platte 
grond  kaart.  Tan  Uit-  -recht,  op  zrn  schoonst,  en  sterrkst.'*  zooals  er 
boven  in  deze  f^ravare  lan^pv.  in-fol  g^egraveerd  is  in  twee  linten,  uit- 
loopende  in  bee^ttenkoppen.  elk  met  een  lint  in  den  bek  waaraan  het 
wapen  van  de  provincie  Utrecht  (links)  en  van  de  stad  Utrecht  (recht*:) 
hangt.  ia.  behalve  een  xeer  groote  uitbreiding"  der  stad,  door 't  verplaatsen 
der  wallen,  welke  Meyster  met  dertig  bolwerken  wilde  voorzien,  had.  in  het 
noordwesten  ..de  haaven"  en  een  f^eelte  van  't  (Ee].,msche  zeevaerd"- 
kanaal  aangegeven,  zooals  de  jonker  dit  wilde  uitf^voerd  zieo.  Het  plan 
kon  echter  geen  bijval  vinden  en  alleen  de  tijd  van  den  windhandel  was 
in  staat,  ondanks  de  onoverkomelijke  bezwaren,  dit  onuitvoerbaar  plan 
nog  weer  eens  te  berde  te  brengen. 

In  't  gemeente-archief  te  Utrecht,  vindt  men  in  verband  met  dit  laatste, 
de  volgende  stukjes: 

„Calculatie  wegens  de  Vaart  naar  de  Eem  van  Utrecht,  wat  dezelve 
zoude  kosten*. 

Opachrifl  boven  drie  bladzijden  in-4*.  in  H.  8.  De  matige  berekening  voor 
't  graven  alleen  komt  al  tot  /  2.916.686  — :  dan  sluizen,  watermolens,  enz. 
..Deze  Calculatie  is  gekopieerd  uit  een  boek  berustende  in  de  Stads 
Secretarij  te  Utrecht,  getiteld  Oude  afschriAen  en  Privilegiën  Fol:  134 
M.  8.'  Bibl.  Stad  Utrecht  693. 

„Concept  Van  d'  Heer  Creagh  om  de  Vaert  van  Utrecht  tot  aen  de 
Zuyderzee  te  taeten  maeken,  zonder  'tCapitael  van  de  Compagnie  ofte 
Tien  Millioenen  Guldens  te  verminderen;  en  bygevolgfe  gemelde  Capitael 
in  sijn  geheel  ter  dispositie  van  de  Compagnie  te  laeten,  om  daermede 
ten  eerste  te  konnen  Negotièren.  Beleenen,  Wissels  Disconteeren,  en 
d'  Actiën  van  de  Compagnie  als  die  tot  laage  Prysen  mochten  vallen, 
zelve  Inkoopen,  en  zoo  doende  in  Pr^s  houden;  zoo  als  over  eeoige 
weeken  aen  de  Heeren  Commissarissen  heb  voorgestel^  dat  noodiaekelijk 


Digitized  by 


Google 


1720  AANYULLINGBN    IN   BIJV01Q8KL8  465 

d'  Actiën  Tan  de  Gompegnie  hand  over  hand  zal  doen  Bijeen,  tot  voordeel 
van  ieder  Participant  in  gemelde  Actiën,  en  de  Provintie  in  'tgenerael." 
Z.  pi.  o.  j. 

Dit  stok,  onderteekend  ,,Michiel  Creagh  ridder",  is  gedateerd  uit  utrecht 
14  Oktober  1720.  Het  mooie  plan  komt  eenvoudig  hierop  neer,  dat  niet 
gedurende  80  jaren  /  6. —  aan  Hun  Sd.  Mog.  zou  worden  betaald,  maar 
gedurende  vier  jaren  /  50. —  'sjaars  voor  iedere  actie,  wat  over  10000 
acties  /  2,000,000  zijn  zou.  Bibl.  Stad  Utrecht  594"^. 
„Op  de  Vaart  van  üijtrecht." 

„üytersche  (bekken,  met  U  Yaarte 
Gij  sijt  geen  Rottege  Actie  waard 
Wilt  gij  Qraven  door  Veld,  en  Heije 
Laat  u  Eerst  Geneesen  van  de  Keye 

Want  te  Graaven,  sonder  voordeel 
Is  als  een  Hooft,  sonder  Eennis  en  Oordeel." 
BièL  Stad    Utrecht.   694*.    Dit   versje  is  in  hetzelfde  sierlijke  schrift  en 
biykbaar   van   denzelfiien   auteur,   van   wien  op  blz.  297  het  gedichtje  is 
medegedeeld:  „De  dominees  die  zijn  hier  niet  te  vinden'-,  men  zie  aldaar. 
„Men  seyd   doch   sonder  sekerheyd,   dat  J^.   Meyster  ruim  SO  Jaren 
geleden   in   *tgraft  zijneer   Voorvaderen   bygezet  in   *t  midden   van   het 
Oostpunt   van   *tChoor  van   den   Dom,   pas   16   Roeden   van  de  nieuwe 
Beurs  van  utrecht,  opgerecht  den  11  Sept.  1720.  so  ontrust  is,  door  den 
grooteu   toevloed   van   de   Heeren,  en  Kooplieden,  dat  hy  syn  hooft  uyt 
sijn   graft   heeft  van   vreugde   opgesteken,   hoorende,  dat  men  eyndelijk 
geresolveert  was   naer  sijn   voorstel   de  voordeelige  Zeevaart  te  graven, 
doch   niet   lang   daerna   scheen   hij   al   suchtende  sijn  hooft  weer  onder 
te   haelen,   versoekende  de  nakomelingen  alleen  met  een  naere  stem,  dat 
sijn   graf-schrift   van   de   volgend'   inhoud   nu   byna,  door  de  voeten  der 
wandelaars  over  sijn  sark,  uytgesleten,  mocht  vernieuwt  werden: 
Wie  in  syn  asch*  hier  leyd 
Die  heeft  hem  dood  gezucht: 
Om  dat  hem  wier  gezeyd 
(En  dat  maer  op  't  gerucht) 
De  Vaard  in  drasse  leyd." 
Bovenstaand  stukje   in   boekdruk   behoort  in  een  my  onbekend  werk 
BUI.  Stëd  Utrecht.  694. 
Plaat  8.    „Actieuse  papiere  Atlas  naar  de  Mode",  enz.  (blz.  254—266). 
Van    deze   plaat  ken  ik   nu   twee   staten;  n.1.  de  beschrevene  en  een 
vroegere   (ook   aanwezig   bij   den   heer    A.  J.  Nijland),  zonder  cyfers  in 
den  pilaar  rechts  en  zonder  versregels  in  den  pilaar  links  van  den  ingang, 
zonder  ^  bij   'twoord   „windhond"   in   den   voorlaatsten  en  zonder  *  by 
't  woord  „mol"  in  den  laatsten  regel  van  't  hollandsche-  en  by  de  woorden 
„levrier"  en  „taupe"  in  dezelMe  regels  van  'tfransche  vers.  Dit  sterretje, 
ïw  30 


Digitized  by 


Google 


466  OBOOT  TAFKKBIL  DBE  DWAASUBIO 


1720 


<kt,  eYenmiD  als  het  kraiaje.  in  deien  eersten  staat  der  plaat  bt)  de 
aibeeldiiig  der  genoemde  dieren  voorkomt,  is  in  den  tweeden  staat  bij 
den  omI  wél  te  viodeu,  bg  den  windbond  het  krai«je  echter  niet. 

In  dezen  vroegweu  staat  leest  men  in  den  bovensten  plaatrand:  ^/t  Vee- 
hoofdig'  schrikdier^  in  plaats   van  ,,'t  Veelhooldig  schrikdier'*. 

Het  inschrift:  .JElk  looid  na  met  mj  De  scfaachery.*'  rechts  bg  de 
beenen  van  Bombario,  komt  in  dezen  vroegeren  staat  niet  voor,  evenmin 
als  ..Laodo  Britannoe*'  in  den  middelsteo  wereldbol. 

In  't  hollandsrbe  vers  vond  ik  nog  de  volgende  verschillen : 

Kol.  S  reg.    '2  v.  b.  hier:  Ovrigheer,   in   den   lateren  reeds  beschreven 

staat:  Ovrigheen 


„     10      „ 

„     blinde 

déir:  slinxe  rykdoms  last 

H                    »»         »*             M 

„     me  die  mol 

„    met  die*mol 

In  het  fransche  ven 

Kol.  1  reg.    1  V.  b. 

hier:  (ktiqoer 

éUr:  fttigoer 

.      2      ,, 

.,     qa  Hercnle 

,,    qu'  Hercule 

„     10      „ 

.,     personnage 

„     personnages 

„    H       „ 

„     pouTre, . . .  ( 

quasi  sage,      ,,    pauvre, . . .  quasi 
•«ge. 

Kol.  «     „      7      „ 

M     pwtie, 

M    pwli, 

Plaat  9.    „By  veele  zit  de  kei  in  H  hooft 

Om  dat  men  in  de  wind  gelooft",  (biz.  255—269). 
De  man,  die.  met  de  beide  beenen  indenpotstnande.  links  op  deze  prent 
voorkomt,  is  een  kopie  van  den  stuurman  in  de  prent  ,.die  blau  schujte", 
naar  Hieron.  Bos,  door  P.  Ameriginus.    Hij  heel  daar  „Platbroeck*'. 

Het  vers  onder  die  plaat,  in  1559  uitgegeven  door  H.  Cock  te  Ant- 
werpen, luidt: 

..Daer  platbroeck  speelman  is  en  stiermsn  in  de  bane 
Daer  sien  hem  de  vogbelen  voor  eenen  hujben  ane 
£n  al  tiert  ajn  gheselscap  datse  moghen  sweeten 
Het  sullen  de  sanghers  in  de  blau  scujte  heeten". 

Plaat  10.    ,,Quinqu        anpoiz."  (blz.  259—200). 

Van  deze  prent  ken  ik  nu  twee  staten.  lu  het  exemplaar  der  Kon. 
Bibliotheek,  met  ez-Iibris  van  „N.  L.  B.  Wellens  Med:  doet:  Svlvaedu 
Censis"  staat  rechts  boven  in  de  gravure  ,,spour\  in  al  de  overige,  die 
ik  zag  „spoel". 

In  den  tekst  zijn  de  volgende  verschillen: 
Kol.  1  reg. 


Kol.  2 


2 

Actienarren 

in  al  de  andere 

Actienarren, 

4, 

streeld 

H      11        »• 

•1 

streeld. 

5 

is  't  er  druk 

M       11         » 

11 

is  't  'er  druk, 

10 

virindrige 

M      11        »» 

11 

winderige 

1 

vligt 

»    11     n 

11 

vleigt 

Digitized  by 


Google 


1720 

AANVULLINGEN 

SN   BIJY0EGS1L8                          467 

Kol.  2 

reg. 

4 

brand 

in  al  de  andere 

brandend 

1» 

,, 

8 

Acktie  koffertjen 

M    11     11        11 

Aclie  koffertjen, 

„ 

,, 

9 

kjken 

11   11    11        11 

kyken, 

n 

11 

10 

Wyl ....  Btryken 

i«    '1     11        11 

Daar stryken ; 

Kol.  8 

11 

2 

ratten  . . .  hare 

11   11    1»        11 

Tatten . . .  hAre 

„ 

„ 

8 

een . . .  verloren 

11   11    11        11 

een, verloren 

" 

„ 

hoge 

11    11    11        11 

hoge 

„ 

1} 

Eer 

11   ^y    11        11 

Bör 

ï» 

„ 

verloren 

11   11    ïi        11 

verloren 

»» 

„ 

duiken 

11    11    11        «1 

duiken; 

ïi 

11 

Wereld  niet 

11    11    11        11 

Wereld  ziet 

Kol.  4 

11 

zonne  wagen; 

11    11    11        11 

zonnewegen ; 

ït 

11 

Kristal 

11   11    11        11 

Krisetal 

M 

11 

rapen 

11   11    11        11 

wapen 

tl 

„ 

8 

riet 

11         11           11                     15 

niet 

Plaat  16.    „De  Regte  Afbeelding  der  Wind  Negotie",  enz.  (blz.  268  - 270}. 

Van  deze  plaat  zijn  mij  nu  twee  staten  bekend.  In  hel  exemplaar  van 
den    heer  R.  W.  P.  de  Vries  (thans  iu  deze  verzameling)  komt  een  staat 
voor  met  de  volgende  verschillen: 
Kol.  1  reg. 


Kol.  2 


4, 

aard 

in  al  de  andere  aard. 

8 

Engel  land 

11   1 

1    11      11 

Engeland 

20 

Lantaarn 

„    , 

11      '1 

Lantaaren 

7 

Krukken 

11   1 

„      „ 

Krukken, 

9 

niet 

11   1 

1    11      »i 

wil 

12 

808 

11    1 

j    11      11 

zes 

8 

den  een  de  aAr 

.,    , 

•1      11 

den  een  den  aAr 

15 

my  verstand 

11   1 

11      11 

myn  verstand 

17 

myn  myning  seggen, 

11   1 

1    11      11 

mijn  mening  zeggen 

19 

Want  dat  niet  in  zijn 

Want  dat  vnl  in  ons 

Hollands  zeggen. 

„ 

11    11      1 

Hollands  zeggen 

t    i 

k    nog   verwijzen 

naar   & 

tephens, 

Cat.   Brit.   Mus,,   die 

Kol.  8 


Ook    moet 

onder  No.  1610  een  boerenbedrieger  vermeldt,  getiteld:  „The  Bubblers 
Medley,  or  a  Sketch  of  the  Times  Being  Europee  Memorial  for  the  Year 
1720  (No.  1.)";  daarop  komt,  volgens  de  beschrijving,  o.a.  een  verkleinde 
kopie  van  plaat  16  voor,  terwijl  een  andere  afbeelding  „The  Dutch 
Bubblers"  te  zien  geeft,  voorgesteld  als  een  liedjeszanger  en  een  kranten- 
man  door  toehoorders  omringd.  Karakteristiek  is  het  engelsch  versje 
onder  de  prent.    Het  luidt,  vrij  vertaald,  als  volgt: 

Beschouwde  men  het  hollandsch  volk 

Te  voren  als  zeer  krachtig, 
Hun  werd,  zoowel  als  Brit  en  Gal, 
De  bubbelgeest  te  machtig. 


Digitized  by 


Google 


468  GKOOT  TAFIKIBL    DKB   DWAASHBID  1720 

Zy  doen  die  beide  volken  na 

Bn  handlen  sterk  in  lorren, 
Of  spekuleeren  op  een  winst, 

Die  wegbiyft  en  doet  morren. 
Geen  deser  naties  werd  voorheen 

Bexocht  door  zulk  een  rage, 
Die  eerst  wel  goede  hope  gaf 

Maar  bleek  te  xijn  kullage. 

Plaat  21.  ..De  Zuidzó  Compagnie  door  wind  in  top  gerezen*',  enz. 
(blz.  286 -£87). 

Van  deze  plaat  ken  ik  nu  twee  staten,  waarvan  ik  de  volgende  ver- 
schillen kan  aangeven: 

0  b 

Ie  kol.  reg.    2  v.  b.  Vrouwebeeldyen  Vrouwebeeld  jen 

„         „     16     „     honderd  gulden  honderd  gelden 

„     17     „     Vleiyery  Vleijery 

2e  kol.    „       7     „     Ia  Ja 

„         „     12     „     open  ope 

„         „     IS     „     zuide  ouide 

„         „     17     „     knapjens  knapjens 

„         „     22     „     endye  endje 

Se  kol.    „     20     „     Gerede  Gerede 

Plaat  25.  „Stryd  tuszen  de  Smulleode  Bubbel  Heeren,  en  de  aan- 
staande Armoede.*'  (blz.  291—293). 

De  oorsprotikel^ke  staat  dezer  plaat  heeft  onder  den  voet  van  den 
man  met  het  kionebakken:  „BBolswerd  Jnve:  et  ezcu.**  en  onder  dien 
van  den  man  met  het  vischnet:  „SBolswerd  sctrlp.''  (de  beide  hoofd- 
letters van  lederen  naam  gfeëntrelaceerd). 

In  den  ondersten  plaatrand  is  daar  links,  in  twee  rijen,  een  4-regelig 
latijnsch  versje  van  I.  Semmius  geg^raveerd ;  rechts  op  dezelfde  wijze 
een  hoUandsch.    Dit  laatste  luidt: 

,.De  vette  Vastelavont  met  haer  gulsich-leckere  gasten 
En  daer  tegen  de  sobere  licht-vemoegende  Vasten, 
Aen  weersijd*  in  slachoord'  nemen  berd  oorloch  aen: 
'     Want  de  Dueghd  en  Sond*  altijt  malcander  wederstaen." 

Plaat  26*.    ,.Directrice  der  Vervalle  Actie-Regimenten;"  enz.  (blz. 295). 
Re^el   20   v.   o.  in   plaats  van:  (Muller  No.  S561.  N.  b.  S).  te  lezen: 
(Muller  No.  8561,  Stepheus  No.  166S— 1666). 

Plaat  27.    „Monument  consacré  k  la  posterité",  enz.  (blz.  296—299). 
Van  de  voi  itint  IV  (blz.  298)  is  nu  ook  een  ezemplaa  rin  deze  verzameling. 

Plaat  29*.     „Contrarolleur  van  de  .  .  .  Lapis-zoekers.*'  (blz.  804). 


Digitized  by 


Google 


1730  AANVULLINGRN    EN    BUV0E08BLS  469 

Regel  U  ▼.  o.  in  plaats  van :  (Muller  No  8564,  N.  b.  S.).  te  lezen : 
(Muller  No.  35M,  Stephens  No.  1667—1670). 

Plaat  87.  „Waare  afbeelding  van  den  vermaarden  Heer  Quinquenpoix." 
(bli.  317—821). 

De  oorspronkelijke  prent,  waarvan  ik  reeds  een  beschrijving  gaf  op 
blz.  318  hier  voren,  behoort  in: 

L'original  multiplier  ou  portraiU  de  Jean  Brutlé  namuroit.  (Sphère) 
a  Liege,  if.D.cc.xii. 

Aan  de  welwillendheid  van  den  beer  F.  Vanderhaeghen,  bibliothecaris 
der  universiteitsbibliotheek  te  Qent,  dank  ik  de  toezending  van  boven- 
staand werkje,  waardoor  ik  in  staat  ben  *t  volgende  mede  te  deelen: 

Als  auteur  van  dit  werkje,  geheel  gericht  tegen  den  hofprediker  van 
keizer  Earel  vi,  wordt  genoemd  M.  L.  J.  Douz-fils.  Het  is,  met  inbegrip 
van  den  titel,  XII  en  76  blz.  in•8^  groot  en  versierd  met  de  aanvankelijk 
beschreven  titel  plaat.  Daar  de  inhoud  van  dit  boekje  de  oorspronkelijke 
beteekenis  van  alle  figuren  duidelijker  in 't  licht  stelt,  dan  ik  't  zonder 
dit  werkje  toen  kon  doen,  volge  hier  nog,  wat  tot  beter  begrip  der 
origineele  plaat  strekken  kan.  Ik  vertaal  daartoe  eerst  wat  er  op  blz.  4/5 
in  verband  met  het  plaatje  in  zijn  geheel  gezegd  wordt: 

„Het  bewijs  van  buitengewone  oorspronkelijkheid  („Le  marque  d'un 
excellent  Original")  is  dat  ze  op  verschillende  wijze  wordt  nagevolgd. 
Daar  manheer  Jean  Bruslé  de  Montpleinchamp  van  deze  waarheid  over- 
tuigd is,  heeft  men  recht  te  vertrouwen  dat  hij  't  voornemen  niet  afkeuren 
zal  hem  zelf  te  verveelvoudigen.  Indien  hij  tot  beden  een  origineel  zonder 
kopie  is  geweest,  herstelt  men  een  onrecht  hem  aangedaan  en  bewijst 
men  hem  de  verschuldigde  eer,  door  al  de  uitnemendheid  van  dat  origineel 
aan  te  toonen.  Het  is  niet  moeilijk  de  gedachte  te  raden  van  den  teekenaar 
der  voorstelling  aan  't  begin  van  deze  Verzatneling.  Al  die  zinnebeeldige 
voorwerpen  zijn  evenveel  pennetrekken,  die  uitnemend  goed  dit  buiten- 
gewoon origineel  wedergeven.  De  figuren  om  hem  heen  stellen  de 
ondeugden  voor,  die  een  prediker,  zoowel  in  zijn  leerredenen  als  door 
z^n  gedrag,  bestrijden  moet.  De  kookketel,  het  braadspit  en  de  flesch 
toonen  dat  de  leerredenen  van  onzen  hofprediker  hem  niet  onvoordeelig 
zijn  geweest,  evenmin  als  zijn  andere  werken,  daar  men  daarmede  dezen 
ketel  aan  de  kook  brengt.  De  rook,  die,  met  de  woorden:  „Sicut  odor 
agri  pleni"  (alzoo  is  de  reuk  van  Pleinchamp)  daaruit  opstijgt,  doet  de 
juiste  bedoeling  verstaan  van  deze  spreuk  die  Montpleinchamp  gekozen 
heeft  als  zinspeling  op  zijn  aangenomen  naam,  want  ieder  weet  dat  de  geur, 
viraarvan  hij  't  meest  houdt,  die  van  andermans  keuken  is, ')  „Loquebar 
in   conspectu   Regum"   zijn  de   woorden,   die  hij  zelf  boven  zijn  portret 


1)  Overdrachtel^k:  dat  hg  gaarne  pronkt  met  anderer  veeren. 


Digitized  by 


Google 


470  GEOOT   TAFSREBL   DBB   DWAA9HBID 


mo 


heeft  doen  plaatseD,  evenalt  om  het  wapen  van  de  adell^ke  fiunilie  Moni- 
pleiochamp,  dat  h^  zich  met  deo  naam  toegeëigend  heeft." 
Op  biz.  6S.  Beg.  1— i  wordt  dit  op  de  volgende  wijze  gehekeld: 
....  car  les  Montplkinohamps 
Sont  nobles  &  trèsbraves  gens: 
Parmi  lesquels  trouye  aa  place 
Certain  Bbulbz  *  d'nne  autre  race; 
*  Mr.  Brulez,  Secretaire  de  Sa  Majeaté  Impériale  &  Cathoh'que. 
Dit  bovenstaaude  verklaart  reeds  veel  van  't  geen  op  't  prentje  te  zien  is. 
.La   mnrque   d'un    excellent  OriginaV*  enz.  is  't  begin  van  de  voorrede 
die  hij  geplnntst  heeft  vóór  de  Noutel  Ahregé  des  Meditationt  du  P.  Du 
Font.  door  hem  op  nieuw  uitgegeven  als  zijn  eigen  werk,  onder  den  titel 
V  Arcke  d'Alliance  dediée  d    la  Frincesse  Royale,  Madame  la  Duckeête 
EUrtrice  de  Batière;  deze  uitgave  bezorgde  hem  zijn  kanunnikschap.  Zoo 
gaf  hy  ook  als  eigen  werk  uit:  La  eonversion  de  8^  Aupustm,  wAiYo\geiïB 
DouZ'fils  slechts  een  .,Eztrait"  was  der  Confessionêy  traduitesparMr.Du 
Boiê.   Montpleinchamp   schreef  er   slechts  een  voorrede  voor,  waarin  hy 
de  brutaliteit  had  te  zeggen:  ,.qu'il  s'animera  è  traduire  Ie  reste  s'il  sent 
que  eet  Ëssai  a  été  bien  re^u."  Zoo  gaf  hij  ook  nog  als  zijn  eigen  werk 
uit   de   vertaling    van    VImitation   de  J.   Christ,  door  Mr.  Dumas.    Ook 
wordeu    VSUtoire  de   lArchiduc  Albert  en  die  van  Alezandre  Fameee 
onder  zijn  „vols  publics"  genoemd.  ,,piliées  dans  Mezerai,  Strada  &cc.*' 

De  beteekenis  der  inschriften  in  de  prent  volge  hier  zooveel  mogelijk 
in  de  orde  waarin  ze  op  blz.  819  e.  v.  hier  voren  aangegeven  zijn. 

De  beide  iuschnften:  „Diable  Bossu."  en  „Qil-lion."  in  de  snede  van 
het  boek  daarachter,  doelend  op  L'SUtoire  de  QilUon  de  TraUegnies^ 
en  Le  Diable  bostu^  worden  verklaard  door  hetgeen  men  op  blz.  40 
regel  1 — i  van  onderen  leest: 

„Lui  qui  I'ordure  anatomise, 
De  vieux  bouquins  fiut  friandise. 
Et  qui  pour  se  voir  mettre  en  veau, 
Les  fait  imprimer  de  nouveau." 

„Festin  Nuptial."  is  de  verkorte  titel  vau:  Festin  nuptial  dressé  dans 
VArabie  Aeureuse  ou  mariage  éPEsope,  de  Fkedre  et  de  Pilpai  avec  trots 
Fées,  diviséen  trois  fablespar  Mr.  de  Palaidor.  A  Pirou  en  Basse-Normandie, 
chez  Florent  a-Fable  a  l'euseig^e  de  la  Veritó  dóvoilée. 

Van  het  adres  wordt  de  volgende  verklaring  gegeven:  „Pirou  c'est 
Bruxelles;  la  Basse-Normandie,  le  Marché  au  bois;  Florent  a-fable, 
Jean  Baptiste  Leener;  &  Tenseigne  de  la  Verité  dévoilóe,  Imprimerie, 
Druckerye." 

„Becueil  de  Prefaces,  MS."  In  een  vers:  „Ongiient  pour  la  bnislure, 
OU  Preservatif  contre  Ia  Folie.",  wordt  gezinspeeld  op  Lueien  en  belle 
humeur.  Moyens  de   briller  dans  la  Couversation.  en  op  Ssope  en  belle 


Digitized  by 


Google 


1720  AANTULLINOBN   BN   BUYOROSSLS  471 

kiimêur ,  die  hij  door  de  Toorredes  (Pré&ces}  tot  zijn  eigen  werk  maakte. 
Hierop  doelt  zoowel  het  iaschrift:  ,.Luciftn  en  B.  Hum."  onder  de  hand 
yan  het  daiveltje  in  de  plaat,  als  dèt  in  één  der  boeken  onder  den  Toet 
Tan  den  sater,  waarop  men  leest:  Eeeueil  ds  Frefaees^  M8.  Het  woord 
,.Ren  ver  sem  ent",  in  't  pak  papieren  dat  vóór  dezen  Becueil  ligt,  staat 
in  verband  met  de  Predictiont  powr  Vannée  if.D.cx^.viii  .  .  .  par  Isaac 
Brickerstaf  [Bickerstaf]  (zie:  „Lusthof  van  Momus"  blz.  14>6 — 140  hier  voren); 
hij  achtte  *t  gfoed  hiertegen  uit  te  geven  zijn :  Benversement  dei  Predietionê 
frivoles  d  Isaac  Brickerstaf,  &c.  par  Mr.  du  Belastre  Astrologue.  k 
Luneville,  chez  Lucidor  de  Soleilmont  è  Teuseigne  de  lobservatoire. 

Aan  de  uitdrukking  iudeze  ..Renversement" :  ,.qu*un  ane  est  queiquefois 
mieux  recompeusé  qu'un  bon  Dromadaire,"  dankt  de  ezel  links  op  den 
achtergrond  zijn  afbeelding;  in  een  versje  wordt  dit  op  de  volgende 
wijze  aangegeven: 

„Les  Anes,  dit  ce  Fat,  sont  mieux  recompensés 
Que  les  Personnes  de  Science; 
Son  Canonicat  montre  assés 
Qu'il  parie  par  experience.*' 

Li  't  papier  tusschen  de  pooten  van  den  ketel  (liuks)  staat  „Fausta 
Auguria",  dit  slaat  op  Bruslé's  lofdicht  op  keizer  Karel  vi,  met  den  titel: 

Fausta  auguria  Carolo  VI  casari  regi  catholico  Nato  jf  Sleeto  lm- 
peratori  in  mense  Octobri.  —  Heureuw  augures  a  Charles  VI  empereur  roi 
catholigue  Ifé  ^  Slü  Empereur  dans  Ie  mois  d^Octobre. 

In  de  plaats  van  den  man,  die  geld  in  den  brouwketel  werpt,  staat  in 
de  oorspronkelijke  plaat  een  man  met  degen  in  de  vuist  en  aan  den 
arm  een  schild,  waarin  eeu  brandende  oorlogsfakkel  is  a%ebee1d.  — 

Van  plaat  Zlc  komt  ook  eeu  reproduktie  voor  in:  J.  P.  Arend, 
e.  a..  Algemeens  geschiedenis  des  Vaderlands.  V.  1.  en  een  andere  in: 
W.  Onoken,  Das  Zeitalter  Friedrichs  des  Qrosten.  I.  blz.  74. 

Plaat  89.    „Het  hobbelend  Actiescheepje",  enz.  (blz.  823—335). 

De  aangegeven  verschillen  in  de  eerste  kolom  van  het  vers:  reg.  1 
„Actiekiel '  tot  reg.  16  ,,land"  moeten  voor  e  en  d  omgezet  worden. 

Plaat  48.    „De  lachende  Ezopus,  op  het  koolmaal."  enz.  (blz.  338—880). 

Van  deze  plaat  zijn  nu  twee  staten  in  deze  verzameling: 


a 

b 

Ie  kol.  reg.    8  v.  b.  Qumcampoix, 

Quincampoix, 

2e    „       M      7     „     wier  verdrukt 

wierd  verdrukt 

8e    „       „    10     „      dien  buyt 

die  buyt 

4e    „       „1     „     detyd. 

den  tyd, 

4e    „       „7     „     waterland. 

watertand. 

Plaat  40.    „TytelPrint  der  Actie-kraam",  enz.  (blz.  380). 

Regel  20  ▼.  o.   in  plaats  van:  de 

prenten  80,  42,  44  en  46  te  lezen: 

de  prenten  42,  44,  45  en  40. 

Digitized  by 


Google 


472  OBOOT   TAFERBIL   DBE   DWAA8HBID  nsO 

Plaat  60.    „Harlekio  eo  Bombario  in  deo  Bouw."  (bh.  S40— 343). 

Eeo  aod«re.  Tro^g«re  kopie  Tan  dit  plaa^e  komt  toot  aU  titelps^^t 
van  G.  Tan  Spaan,  Het  koddig  m  vermsielyi  Xrcen  tam  Lomwtft  «^ 
SürvtnkmuH  of  Jut  oeMêrwtêckooi  der  kmiiliédm,  enz.  Botterdam,  P.  de 
Vriea.  17ö«.  io-8*. 

Ia  den  aluitateen  ataat  nu  gegraTeerd:  „Schom  school  der  hoidiedeA.* 
Hariekyn  heefl  een  hertengewei  op  den  hoed;  Bombario  twee haneTeeren 
in  plaata  van  't  omgekeerde  glas. 

In  een  latere?  uitgave  van  dit  werkje  komt  een  omgekeerde  kopie  voer. 

Plaat  6i.  ..Nieuwe  Afteekening  van  alle  de  Benken,..  .  .  voor  de 
Rtad  Eokhujsen",  enz.  (blz.  8M). 

De  letters  P.  E.,  die  ook  voorkomen  onder  het  Zedig  omdertoei.  eoz. 
(zie  in  deze  afdeeling:  a&onderlijk  gedrukte  stukken  No.  5  A)  zijn  in  bet 
exemplaar  van  de  M.  d.  N.  L.  te  Leiden  aangevuld  tot  P.  Kzerier. 

Plaat  65.     „AprilKaart  of  Kaart  Spel  vnn  Momus",  enz.  (blz.  8W — 373^. 

In  De  Oude  Tijd  IV  wordt  in  een  opstel  in  drie  stukken,  aasTangende 
op  de  blz.  108.  118  en  201,  bovengenoemd  kaartspel  behandeld.  Hierin 
komen  nog  eenige  aardige  bizonderheden  voor.  tot  recht  verstand  Tan 
sommige  der  prentjes  op  deze  kaarten.  In  het  eerste  is  een  reproduktie 
opgenomen  der  vooratellingen  op  harten-v^f  en  ruiten-twee. 

In  den  eersten  jaargang  van  Eigen  Haard.  Haarlem  1875,  komt  op 
blz.  215—210  een  opstel  voor  van  T.  H.  de  Beer.  getiteld:  ,JLctie- Kaarten'*, 
waarin  ook  over  deze  zelfde  prent  gehandeld  wordt  Op  blz.  2^5—358 
geeft  Fred.  Muller  daarop  nog  eenige  aanvullingen,  onder  het  opschrift: 
„Nog  iets  over  Actie-  en  andere  Kaarten;  en  over  Spelen  in  het  algemeen.** 

Tekst.  Hoe  moeilijk  vast  te  stellen  is  welke  de  kenmerken  der  ver 
schillende  uitgayen  zijn,  kan  biyken  uit  de  volgende  vergelijking  Tan 
de  afdeelingen  a  en  ^  van  den  tekst  der  hier  aanwezige  exemplaren  Tan 
de  z.  g.  eerste  uitgave. 

A  B    (Ex.  „de  Vriee") 

a.  blz.    7  cuatos:  commer  Ck»mpag. 

i.  blz.  32  custos:  Maar  ttf 

„    28  paginatuur:  02  98 

„    81  custos:  Flippyn  Flippy 

Als  kenmerk  voor  de  bepaald  latere  drukken  zij  hier  nog  Termeld  dat 
op  blz.  49  als  custos  in  beide  bovengenoemde  exemplaren  Dear( voor  Daer) 
staat  en  de  overige  geen  custos  hebben. 

Afzonderlek  gedrakte  stukken. —  lA.Conditien,  Tot  opregting 
van  een  compagnie  Van  Manufacturen,  Commercie;  mitsgaders  TanNavi- 
gntie,  Visschery,  Bodemerj,  en  andere  handelingen,  Binnen  de  stad  Muydea. 
Z.  pi.  o.j.  8  bis.  in-4*.  (laatste  blank).  Umv.  BibL  te  Leiden.  (N.  b.  M.) 

Deze  titel  tusschen  te  voegen  op  blz.  40i. 


Digitized  by 


Google 


1730  AANYTJLLINOEN    BN    BUTOBGSBLS  473 

Afzonderlijk  gedrukte  stukken  —  ii.  „Ariequya  acUonist... 

Door  Pieter  LaDgendjk.*'  enz.  (blz.  i06). 

Van  dit  tooneeUtuk  is  in  deze  verzameling  nu  een  exemplaar  aanwezig, 
doch  welks  titelplaat  van  den  tweedeH  staat  is,  terwijl  gewooJlijk  een 
afdruk  van  den  eersten  staat  der  gravure  als  titelplaat  voorkomt  Vergelijk 
No.  3466,  blz.  263,  hier  voren. 

24-.  {Q.  Tysens),  „Quinquenpoix  Bombario."  enz.   (blz.  408). 

Aan  't  eind  van  de  noot  bij  te  voegen  :  Zie :  Stephens,  Cat.  Brit.  Mus. 
No.  1639  en  Muller  8.  No.  3653  A,  tweede  alinea. 

No.    5.    „Aanmerking  Over  het  Ontwerp",  enz.  (blz  416). 

Op  den  titel  van  het  exemplaar  in  de  Univ.  Bibl.  te  Leiden  staat  in 
gelijktijdig  H.  S.:  ,,door  den  Heer  Pieter  Huijg  Pres.  Schepen  der  Stad 
Snckhuizen".  {Univ.  Bibl.  te  Leiden). 

Onder  't  beschrijven  van  'tGroote  Tafereel  zag  ik  nog  de  volgende  af- 
zonderlijk gedrukte  stukken,  welke  niet  in  den  tekst  van  dat  werk 
voorkomen : 

1.  [P:  E:(lzevier)].  „Zedig  onderzoek,  Over  het  maken  van  een 
canael  of  haven.  Neffens  het  plan,  waer  en  hoedanig  te  begrypen  zy. 
Met  alle  schuldige  eerbied  voorgesteld  aen  de  Edele  Achtbare  Heeren, 
de  H*^":  Commissarissen  uit  het  midden  van  hunne  Ed:  groot  Achtb. 
de  H^°:  Borgermeesteren  en  Raden  der  Stad  Enchuysen,  benoemt  tot 
het  hooren  der  Projecten."  Te  Amsteldam,  By  Gerard  van  Keulen, . . . 
1721.  Titel  en  12  blz.  in  4r 

Uit  titel  en  inhoud  beide  van  dit  geschrift  blijkt  dat  het  de  toelichting 
is  van  plaat  64  Van  'tGroote  tafereel.  (Univ.  Bibl.  te  Leiden). 

2.  „Secreete  corespondentiei  Over  de  Provinciaale  compagnie  Tot 
Utrecht."    Z.  pi.  o.  j.  318  blz ,  gepagineerd  1—80,  69—304.  in-4*. 

Yoorshandsche  titel  van  het  eerste  van  vijfentwintig  beschouwingen, 
waarvan  vooral  de  eersten  met  bizondere  onbevangenheid  den  staat  der 
Utrechtsche  compagnie  vermelden.  Boven  de  8e  en  9e  „Correspondentie'* 
staat  abusievelijk  „Sevende"  en  „Achtste"  en  daaroverheen  zijn  strookjes 
geplakt  met  „Achtste"  en  „Negende";  de  pagineering  is  zeer  slordig, 
zoo  begint  de  8e  correspondentie  met  69  in  plaats  van  81,  deze  fout  is 
doorgezet  tot  blz.  178,  die  gemerkt  is  164;  de  signatuur  F  komt  tweemaal 
voor,  enz.  (Kon.  Bibl.) 

3.  .,Eerste  ( —  Sevende)  noodige  aanmerking,  Op  de  Secrete  Correspon- 
dentie over  de  Provinciale  Compagnie  tot  Utrecht  Men  vindze  te  koop 
tot  Utrecht,  by  Hendrik  Schouten,  Boekverkooper  over  de  Maartens 
Brug."    Z.  j.  54  blz.  in-4». 

Alleen  de  eerste  .,aanmerking"  heeft  een  titel;  by  de  overige  is  deze 
boven  den  tekst  met  veranderd  volgnommer  herhaald.  Blijkens  deze 
Jjmmerhimff{vsï)  viras  lekere  Gerding  schryver  der  Seereete  Coretpondenti^ 


Digitized  by 


Google 


474  OEOOT   TAF««BKL   DBR   DWAASHVID  1730 


en  O.  Kribber  de  uitgever.  Dit  g«hee1e  tegfeoachrüt  hangt  Tan  8rh«ld' 
woorden  ann  elkaar  maar  wederlefft  Tan  de  feiten,  in  de  Seereete  Córes- 
pomdentien  omtrent  de  ütrechtache  Compagnie  vermeld,  b^na  niets.  Moet 
men  den  eehriJTer  t^looven,  dan  was  Oerding  Lunenburger  van  geboorte, 
M^kretaris  yan  den  Landgraaf  van  H(e«8en?),  daarna  Maitre  d'Hote)  bij 
een  duitacfa  plenipotentiaris  voor  den  vrede  te  Utrecht  troawde  hij  in 
die  KUd  voor  de  tweede  maal  met  een  Madame  Bougarez,  wonende 
op  den  Steenweg,  na  zijn  eerste  vrouw  slecht  te  hebben  behandeld. 
Hij  int  diep  in  de  schuld,  ontving  voor 't  schrijven  der  Chrmpondenfie 
fh  ~h  per  vel.  Het  is  hier  de  plaats  niet  voor  nader  onderzoek  naar  de 
jui»«theid  van  bovenstitande  gegevens,  maar  ik  vermeld  alleen  wat  in  dit. 
overigens  zeer  inférieure,  schotschrift  omtrent  de  „Corespondentie"  ge- 
zegd wordt      Univ.  bibl.  te  Utrecht. 

4.  ..Project  van  een  Compagnie  van  Commercie  en  Assurantie,  binnen 
Utrecht."  Z.  pi.  o.  j.  8  blz.  iu-S*.,  zonder  afzonderlijken  titel.  BibL  Sttd 
UtrfcAt.  No.  3163». 

5.  ..Aan  de  Bd.  Mog.  Heren  Staten  'sLands  van  Utregt".  8  blz.  in-fbl. 

Ooderteekend :  A.  Peixoto.  Verzoek  dat  de  Staten,  nu  het  Hof  provin- 
ciaal heeft  uitgemaakt,  dat  Directeuren  gefraudeerd  hebben  in  de/ 10000. 
getrokken  op  een  lot.  dat  niet  verkocht,  maar  na  de  prijstrekking  door 
heu  op  den  naam  van  eeu  derden  geplaatst  was,  geen  loterij  toelaten 
zullen,  vóór  die  / 10000  aan  de  Compaguie  is  gferemitteerd.  BUL  Stad 
Utrtcht   No    3162  t; 

6.  ,  Refutatoire  redenen  jegens  het  Request,  aan  Haar  fid.  Mog.  ter 
VeiXHderioge  van  den  23  Aug.  1736.  geprssenteert  op  de  namen  van 
het  grootste  gedeelte  der  gequalificeerde  en  actueijk  stem  hebbende 
Hoofdparticipauten  van  de  Provinciale  geoctrojeerde  Utregtse  Compagnie, 
mitsgaders  de  Bewiudhebberen  van  deselve."  Z.  pi.  o.  j.  28  blz.  in-4*., 
zonder  a£touderlijken  titel. 

Onderteekend:  A   Peixoto.  Bibl.  Stad  Utrecht.  No.  3162    ** 

Bgprenten  in  kopergravure.  —  Bijprent  i.    „Pasquins  Wind- 

kaart',  enz.  (blz.  425—430). 
Deze  wordt  ook  beschreven  door  Stephens  Cat.  Brit,  Mms.  No.  1643. 

Bijprent  8.    „Mf  Jean  Law  con.*J  du  roy".  enz.  (blz.  430). 

Regel  2  v.  o.  Na  (Muller  No.  3611*)  hg  te  voegen:  Stephens  No.  1681. 
die  ook  een  kopie  van  dit  portret  vermeldt  als  Utelplaat  van:  Law's 
CotuideratiofU  tur  U  Commeree  et  'sur  JjArgeht,  1720. 

Bgprent  7.    .,Madame  Law."  (blz.  431). 

Regel  1  V.  o.  in  plaats  van  (Muller  No.  3612)  te  lezen:  (Muller  No.  3611 
Stephens  No.  1688). 
Hier  moet  nog  bggevoegd  worden,  wat  Muller  S.  No.  8612  Tenneldt, 


Digitized  by 


Google 


1720  AANVÜLLINGBN    BN   BUTOEG8KL8  475 

D.1.   dat   dit  portret   een    latere  staat  is  van  een  plaatje  naar  de  Rosaiba 
door  C.  Duflos,  getiteld  „L'hyver". 

Bijprent  16  A. 
„Bombario,  den  Aap,  brengt  Rook  en  Wint  te  koop, 
Vat  de  Apen  bij  den  Neus,  en  blaast  hen  Overhoop/* 

Onderschrift  rechts  onder  de  afbeelding  van  aktiehandelende  apen. 
Links  staat: 

,,Ha!  Yoila  harlequin  soufflant  du  Vent  en  L*air, 
prent  Les  singes  par  leurs  nez.  les  renverse  par  terre,". 

In  een  Tertrek  zijn  verscheiden  apen  bijeen.  Rechts  zitten  er  eenigen 
by  een  tafel,  onder  welke  er  een  als  dame  gekleed  is.  Op  de  tafel  liggen 
drie  papieren,  waarop  men  leest:  ..Primi  de  cacav  o",  ,.tran  sport  OO*' 
en  „VAM**,  terwijl  een  aap,  geheel  rechts  op  den  voorgrond,  een  papier 
in  de  hoogte  houdt,  met  het  inschrift:  „Com  de  Ind"  (compagnie  des 
Indes).  Links  op  den  voorgrond  een  groote  schaal  met  zeepwater,  daarnaast 
op  den  grond  twee  akties:  „contrac  op  de  Banc",  „Prim(e)  voor  de  Banc". 
Twee  jonge  apen  zitten  bij  de  schaal  zeepbellen  te  blazen;  een  van  hen 
heeft  een  papier  in  de  hand,  waarop  ,.in  teeke  ning  op  de  svy.(d)". 
Midden  op  den  voorgrond  zit  een  oude  rookende  aap  op  een  stoel,  met 
een  papier  in  den  rechterpoot:  „de  west  F.  IIIo".  Meer  op  den  achtergrond 
ziet  men  nog  eenige  andere  apen  met  papieren,  waarop:  „Bom  ba  rio*\ 
„prime  de  cacav  IV  xx",  ..primi  op  de  svy.(d)".  ,.de  Mississipi";  één 
aap  vlucht  op  den  achtergrond  't  raam  uit,  met  een  papier  ,.assvr  ans'\ 
Vnn  de  zoldering  hangen  twee  gordijnen  af,  die  aan  de  hoeken  zyn  op- 
genomen en  waarin  gegraveerd  is:  .,A.  1720"  en  ..Quinquenpoix". 

Deze  prent  door  Muller  vermeld  onder  No.  3622,  is  nommer  8  uit  een 
serie  van  zestien  plaatjes,  allerlei  menschetijke  bezigheden  afbeeldende 
door  apen  verricht.  lu  navolging  van  Muller  wordt  de  geheele  reeks  ook 
door  mij  achter  het  dwergentooneel  nog  nader  beschreven.  Daar  ik  ze  eerst 
kort  geleden  voor  't  eerst  zag,  kon  ik  ze  niet  vermelden  op  blz.  439,  waar 
de  plaat  eigenlijk  behoorde  als  volgnommer  16  der  bijprenten. 

Bijprent  18.    „Hoc  monstra-repello."  (blz.  439). 

Een  andere  afbeelding  van  dezen  penning  vindt  men  onder  nommer 
LXX.  op  plaat  VII  van  het  Tweede  stuk  der  Beschrijving  van  neder- 
landsche  historie-penningen  ten  vervolge  op  het  werk  van  Mr.  Oerard  van 
Loon.  Amsterdam  1824.  infol. 

Bgprent  19.    „An  emblematical  print  on  the  South  Sea  Scheme." 
Ofschoon   de   prent  door   Stephens  onder  bovenstaanden  titel  vermeld, 
niet    in   deze   verzameling   aanwezig   is   en   niet   onmiddellijk   met   den 
bollandscben   windhandel   in    verband  staat,    vermeld   ik   haar   volledig- 
heidshalve. 
In  't  midden  der  plaat  is  een  ouderwetsche  mallemolen  afgebeeld  ;  lieden 


Digitized  by 


Google 


476  OEOOT   TAFBRBBL   DBE   DWAASHEID  1730 


Tan  allerlei  stand,  een  edelman,  een  geestelijke,  die  door  een  ttouw 
onder  de  kin  gestreeld  wordt,  enz.,  zitten  op  de  paarden.  Rechts  staat 
een  zuil  in  welks  Toet  men  leest:  „This  monument  was  erected  in 
memorj  of  the  deatruction  of  this  city  by  the  South  Sea  in  1720.*'  Op 
den   voorgrond  wordt  de- Eerlijkheid  geradbraakt  door  Eigenbelang,  enz. 

Daar  ik  de  oorspronkelgke  prent  van  W.  Hogarth  niet  zag,  zij  deze 
eenvoudige  opgave  voldoende  met  de  bijvoeging,  dat  er  van  deze  plaat 
vijf  verschillende  sUten  door  Stephens  beschreven  worden  en  er  onder 
Ko.  173S— 1728  nog  vier  kopidn  voorkomen.  (Muller  No.  3828,  Stephens 
No.  1722). 

Ook  onder  No.  1720  beschrijft  Stephens  nog  een  engelsche  prent  op 
den  windhandel,  deze  wordt  door  Muller  niet  vermeld  en  is  getiteld: 
„Britannia  stript  by  a  S.  Sea  directer." 

Beide  prenten  zijn  verkleind  weergegeven  in:  Gh.  Mackay,  Memoirt 
of  ejDtrnordinary  popuiar  delusiofu.  I.^  in  het  opstel  „The  South-sea 
bubble."  Hierin  komt  ook  nog  een  verkleinde  reproduktie  voor  van  Stephens 
No.  1712:  .,The  Brabant  skreen.",  een  prent  in  verband  met  het  gevangen- 
nemen te  Tirleraont  van  Knight,  den  sekretaris  der  South-aea  comp.  en  zijn 
beroep  op  de  „Joyeuse  entree"  om  niet  uitgeleverd  te  worden.  Onder 
No.  1713  worden  hij  Stephens  twee  staten  eener  kopie  van  deze  prent  vermeld. 

Byprent  20.    „De  Dwaasheid  van  den  Actie  Handel,"  enz.  (blz.  440 — 441). 
De  geheele  titelprent  is  beschreven  onder  No.  4043  hierna. 

Byprenten  in  hoatgraynre.  —  Bypreut  i.  ,J)e  Nieuwe  Bom- 

keroetiers  Wofjen  Voor  de  Dolle  aetionisten.  Eydende  na  Kuylenhurg  en 
Vianen:*  Z.  pi.  o.  j.  4,  blz.  in4*.  (blz.  452). 

Andere  druk  van  de  onder  bovenstaand  nommer  vermelde  bijprent 
Boven  het  opschrift  zijn  twee  oude  houtgravures  in•12^  afgedrukt,  rechts 
het  vervoeren,  links  het  lossen  van  hooi  voorstellende.  (Muller  No.  3627a). 
Bibl.  Thysiana, 

Bijprent  21.  „P^  f^roote  brantklok^  Oetroiken  door  al  de  Bedroe/de 
actionisten.  Dewelke  nu  haar  komen  te  beklagen,  dat  ty  Lieden  haar  geheel 
Capitüial  daar  in  verspild  hebben  f'  enz,  Z    pi.  o.  j.  4  blz.  in4*.  (blz.  457). 

Boven  dit  opschrift  der  drie  blz.  tekst  is  een  groote  oude  houtsnede 
nfg-edrukt,  waarop  links  de  paus  is  afgebeeld,  op  een  stoel  zittend,  terwijl 
vóór  hem  monniken,  een  bisschop  en  een  edelman  door  verschillende 
koorden  het  touw  trekken,  verbonden  aan  een  klok  die  aan  een  boomtak 
hangt  't  Komt  my  voor  dat  de  oorspronkelgke  houtgravure,  die  nu  nog 
kl.  in  4*.  is,  grooter  is  geweest,  daar  op  dezen  afdruk  een  gedeelte  van  den 
boom  en  de  tak,  waaraan  de  klok  hangt,  ontbreken.  Deze  prent,  die  ik 
by  't  afdrukken  van  vel  29  nog  niet  gezien  had,  beschrijf  ik  nu  naar  het 
exemplaar  in  de  Bibliotheca  Thgsiana,  my  toegezonden  door  den  heer 
Jjoma  D.  Petit  te  Leiden. 


Digitized  by 


Google 


1720  AANTULUNOBN   IN   BIJYOKGSBLS  477 

Byprent  S2.    „De  Verdraayden  moolenaar;"  enz.  (biz.  467). 
Deze  prent  beschreef  ik    naar  het  exemplaar  van  Mr.  8.  van  Q^n  te 
Dordrecht 

„Programma  voor  den  gecostumeerden  optogt,  voorstellende  Den  Wind- 
handel van  1730  te  houden  op  Din^^fsdag  26  October  1864,  aan  te  vangen 
Ten  10  ure  des  voormiddags.'* 

Opschrift  boven  de  eerste  van  vier  biz.  boekdruk  in-8*.,  viraarin  een 
„toelichting",  de  verdeeling  der  groepen  en  de  wegwg^r  gegeven  worden, 
van  deze  maskerade  te  Utrecht  gehouden,  doch  waarvan,  voor  zoover 
my  bekend,  geen  afbeelding  bestaat. 

3427.     Voorwerpen  in  verband  met  den  aktiehandel. 

De  volgende  voorwerpen  worden  onder  de  vooraan  geplaatste  nommers 
vermeld  in  den  Catalogus  dit  HittarUeke  tmtoofutelling  te  Amtterdam. 
Amst  1876: 

Tafelblad.  —  No.  2123.  Tafelblad  beschilderd  met  een  parodie  op 
den  Actiehandel  te  Amsterdam,  met  verscheiden  deviezen,  waarvan  het 
bovenste  luidt: 

„d'  Ealverstraat 
doet  int  kwaat'* 

(Eigendom  van)  J.  J.  Boas  Berg. 
Op  een  verzoek  om  eenige  inlichtingen  over  dit  blad  deelde  de  vroegere 
bezitter  mij  mede,  dat  hy  er  zich  slechts  flauw  iets  van  herinneren  kon, 
doch  dat  het  in  1878  aan  een  Engelschman  verkocht  werd. 

Borden.    No.   2124.    Zes  porceleinen  borden,  met  caricaturen  op  den 
Actionair. 
De  voorstellingen  hebben  tot  onderschrift 
1.    De  Actionair  op  de  tang. 

5.  Pardie  al  mjn  acUen  kwyt 

8.    60  percent  op  Delft  gewonnen. 

4.    Wie  op  IJytrecht  of  nieuw  Amsterdam. 

6.  Weg  gekke  Actionisten. 

6.     Schyt  actiën  en  windhandel. 

(Eigendom  van)  Jhr.  Mr.  W.  E.  J.  Berg  van  Dussen-Muilkerk. 

Een  dergeUjk  stel  borden  is  den  10  Oktober  1899  te  'sGravenhage  in 
publieke  veiling  gebracht  door  den  heer  J.  Schulman  van  Amersfoort  en 
aangekocht  door  den  heer  P.  J.  B.  Ruys  de  Perez  te  Brussel. 

Borden.  —  in  den  Catalogut  der  tentoonstelling  van  voor  Nederland 
belangr^ke  Oudheden  en  Merkwaardigheden, . . .  gehouden  te  Delft.  JuUg— 
Auguitui  1868.  Delft  1868.  worden,  onder  No.  1880,  vier  japansche 
borden  vermeld  met  karikaturen  op  den  aktiehandel,  eigendom  van  den 
heer  W.  D.  de  Lange  Jr.  te  Qouda. 


Digitized  by 


Google 


478  OEOOT   TAPBRKKL   DIE   DWAASHKID  1730 

Ook  Mejuffrouw  de  Wed.  Koppes  te  Amsterdam  bent,  Tolgens  J.  van 
Leunep,  tydeus  de  uitgave  tsq  bet  BoeA  der  opKhriften^  twee  mooie 
porceleiueo  bordeo,  waarop  Harlekyoa  iu  goud  en  kleureu waren  a%e- 
beeld,  die  de  banden  Tol  aktie«  hadden.  Op  'teen  Aond  ala  bijschrifl: 
„Wie  op  Uytrecht  of  nieuw- Amsterdam?*';  op  't  ander:  ..60  pereent  op 
Delft  gewonnen!*' 

Suikerpot.  —  In  het  Boêk  der  OpêcArifien  bh.  64  vermeldea  Mr. 
J.  van  Lennep  en  J.  ter  Oouw  een  suikerpot  eigendom  Tan  den  heer 
G.  Hoekwater  te  DelfV  met  inechrül: 

Ja,  ja,  m^jn  Axmea.  o  myn  aoete  Axnes,  17S0. 

Deie  suikerpot  ia  in  IMS  te  Delft  tentoongesteld.  (Zie  den  katakigna 
op  No.  S927). 

Tabaksdoos.  —  in:  De  Omde  Tijd  VL  bis.  1  e.  t.  wordt  door 
J.  Tan  Lennep  een  tabaksdoos  beschreven  en  a%ebeeld.  gemaakt  naar 
aanleiding  van  den  aktiehandel.  Zg  heeft  den  vorm  van  een  boek;  op 
het  deknel  is  „Heer  Johan  Louw**  afgebeeld,  ten  voeten  nit.  naar  licks, 
de  steekhoed  onder  den  linkerarm  en  een  papier,  waarop  „Finantie**,  in 
de  rechterhand.  Tegen  den  bodem  is  een  gedeelte  afgebeeld  van  plaat  4 
van  het  Groote  Tafereel :  „Kermis  wind-kraamer  en  grossier.*  (zie  bh.  24S 
hier  voren).  Boven  het  opstel  is  de  doos  in  haar  geheel  afgebeeld  in  een 
viguet,  terw^I  de  voor-  eo  achterxgde  op  twee  a&onderiyke  blaadjes  tusschen 
den  tekst  ingevoegd  zyn.  De  laatste  geven  op  ware  grootte,  in  steen- 
drukken naar  v.  L(ennep)  door  £.  Vermorcken,  de  afbeeldingen  weer. 
(Muller  8.  No.  S6S9  A  en  3611  A). 

Aktie- waaiers.  —  Er  schijnen  ook  aktie- waaiers  te  xijn  geweest; 
in  het  „Generaal  Register*'  enz.,  bh.  26  afd.  e.  van  den  tekst,  wordt  onder 
No.  11  vermeld: 

f.Oe  Quinquampoix  8o  als  die  op  de  wajers  is  geschilderd  Tertonende 
de  Actie  handel  in  het  Koffiehuis  van  binnen." 

Met  de  vermelding  van  deze  voorwerpen  meen  ik  de  zeer  uitvoerige 
beschrijving  vno  wat  er  door  en  over  den  aktiehandel  verscheen  te  kunnen 
besluiten.  Het  ouderwerp  is  niet  uitgeput  voor  hem,  die  een  geschiedenis 
van  dieu  tijd  schreven  wil.  De  windhandel  in  zijn  geheel  wordt  door 
verscheiden  schryvers  meer  of  minder  uitvoerig  behandeld.  Zoo  heb  ik 
in  de  Ckronyk  van  de  stad  Meden  blik  van  D(irk)  B(urgfer}  van  Schoorel 
op  biz.  291 — 315  de  Conditien  van  bijna  alle  kompagnieu  vermeld  gevonden, 
die  in  den  tekst  van  „Het  Groote  Tafereel**  voorkomen,  waaraan  een 
tameiyk  uitvoerig  verhaal  van  het  gebeurde  in  dien  tyd  is  toegevoegd. 

Uit  de  „Seoreete  Corespondentie**,  op  bh.  473  vermeld,  is  een  nog 
maar  weinig  in  z^n  bizonderheden  bekende  geechiedenis  der  ütrechtsche 
Compagnie  saam  te  stellen,  die  o.  a.  aan  te  vullen  ia  uit  het  opetel  via 


Digitized  by 


Google 


1720  AANVULLINOBN    BN    BUYOBGSELS  479 

Li.  B.  BoBch  Sr.  io  den  UtrechUehe  Volksalmanak  voor  1860,  getiteld: 
„De  Wittevroawe  poort  en  het  Suikerhuis."  Eu  zoo  is  er  meer.  Daar 
*t  echter  buiten  dit  bestek  ligt  alle  geschiedkundige  bizonderheden  mede 
te  deelen.  neem  ik  tot  slot  alleen  eenige  versregels  op.  die  den  ..staat  van 
ons  vaderland"  in  1720  vermelden  en  voorkomen  op  blz.  564—667  van 
een  dichtwerk  gfetiteld: 

Tafereel  der  neederlandseke  getckiedeniuen.  of  Gods  regterkand  Van  tyd 
tot   tyd    Verkoogd  en    Verkeerlykt,   in   Zèegeningen   en   Oordeelen  van  de 
Vereentgde  Neederlanden,  Sn  zyne  kerke  in  dezelve,  Tot  op  ket  Jaar  1742. 
Jn  heldedigten.  met  hygevoegde  aanteekeningen  door  Jan  de  Cerf,  Heer  van 
Oud-Beyerland.  {vignet)  te  Amsteldam,  By  Hendrik  Vieroot,  mdgozlii. 
Dog  gantsch  een  and're  storm  was  voor  de  Neederlanden 
En  voor  deeze  Amstelstad  in  't  naaste  jaar  op  handen, 
Wanneer  een  Tuimelgeest  zo  meenig,  (hoe  verblind! 
Door  winzugt),  koopen  deed  voor  schatten  louter  wind, 
Op  Vrrtnkryks  spoor,  daar  Lauw,  die  groote  windverkooper, 
Zyn  schatten  ophoopte,  nis  de  grootste  beurzenstrooper. 
Qelyk  'tgevogelt  van  een  zelven  pluim  en  aard 
Met  hem,  ook  langs  dien  weg  hier  rykdom  heeft  vergaard. 
Of  bleef  in  strikken,  die  't  voor  and'ren  had  gehangen. 
Ten  welverdienden  loon  verward,  en  zelf  gevangen. 
Of  plofte  als  Icarus,  dewyl  het  ook  niet  meer 
Voorzigtig  was,  dan  hy.  in  't  wisch  verderf  ter  neer. 
Bn,  eeven  als  de  brand,  in  eenig  huis  ontstooken. 
Als  die  heeft  wind  gevat,  wel  haast  is  door  gebrooken 
Door  al  de  gantsche  buurt,  en  alles  zet  in  vlam. 
Zo  was  ook  *t  Actie  vuur  wel  haast  van  Amsterdam 
Verspreid  door  al  het  Land  in  and're  mind're  steeden, 
Bn  sloeg  van  't  harte  dus  door  't'Lyf  en  al  de  Leeden; 
Waar  van  in  't  Zuiderdeel  de  handelryke  Stad, 
De  Luister  van  de  Maas,  de  meeste  voorrang  had. 
Straks  volgde  en  Goude  en  Delft  met  handelmaatschappyen 
Waar  op  ook  't  Noorderdeel  zich  aan  die  zottemyen 

Niet  min  vergaapt.  Elk  bouwd  Easteelen  in  de  lugt, 
Verkoopt  de  vogels,  die  nog  vloogen  in  de  vlugt 
Elk  tragt  de  vnnzugt,  zo  veel  moog'lyk  is,  te  ontfonken, 
Bn  zyn  ontwerpen  met  schynreed'nen  op  te  pronken. 
Elk  loofd  zyn  waterbel,  als  waar  'teen  diamant. 
Elk  pryst  het  Actieligt  tot  hy  zyn  handen  brand, 
De  nutte  koopvaardy  eu  neering  word  vergeeten, 
En  'tschyut  een  eer  van  niets,  dan  Acties,  nu  te  weeten, 
Terwyl  het  Quincampoix  thans  in  de  Kalverstraat 
Als  waar  't  der  beurs  teu  trotsch,  voor  ieder  open  staat 


Digitized  by 


Google 


480  GROOT   TAFBRBBL   DSE  DWAASHBID 


1720 


Wat  twermen  xjn  hier,  die  lo  drok  te  nam  Tergairent 
ZjD  't  noeste  bandelaarat  ja  ActiehaodelaareD ; 

Hoe  awierd  dat  wild  geepuia  door  Gjabrechts  groote  Stad 
Hoe  word  baar  luister  door  die  awarte  vlek  beklad? 
Met  welk  een  woest  gedruis  boor  ik  die  swermen  TÜegeii? 
Zo  ik  die  biöo  beet,  dao  zal  ik  my  bedriegen; 

't  Zjn  bommels,  kenbaar  aan  bet  windrig  bromgeluid. 
Die  ulammen  op  den  roof,  en  leeven  Tan  den  buid. 
Die  al  den  booningraad  der  tamme  bièn  breeken, 
Qeen  honing  gaad'ren,  maar  met  de  angels  rinnig  steeken, 
Veel  verwig,  schoon  voor  't  Oog,  die  onder  frejen  sehjn 
Hun  lokaas  bieden,  maar  bedekken  boos  Tenjn, 
Waar  aan  zo  meenig  moest  veel  Jaaren  droevig  kwjnen, 
Wyl  bj  zjn  schatten  zag  in  yd'len  wind  verdwynen, 
En  vond,  wat  wrange  vrugt  de  beete  winzugt  heeft, 
Wanneer  men  aan  die  drift  zich  blind'Iings  overgeeft. 
Maar  zou  die  dwaasheid  hier  na  'tleeven  zyn  beschreeven. 
Dan  zou  ik  my  te  scheep  in  jeene  zee  begeeven, 

Die  nanwlyks  paaien  kend.    Keer  weeder  dan  myn  Schip, 
Eer  ge  in  dien  stroom  verzeild  of  strand  daar  op  een  klip. 
Mog^  maar  die  dwaasheid  tot  een  baake  in  zee  verstrekken. 
Om  voor  de  rotzen  van  de  hebzugt  zich  te  dekken. 

Daar  meenig  schipbreuk  lyd,  die  *tzich  te  laat  beklaagd. 
Dat  hy  de  nawedn  van  zyn  zotte  keuze  draagt! 
Straka  zag  men  elk  zyn  rol  in  't  Actiespel  volspeelen, 
En,  't  geen  een  blyspel  scheen,  verkeerd  in  treurtoneelen. 
Wanneer  de  windblaas,  die  men  opgeblaa^n  had, 
Ver  buiten  kragt,  nu  borst  met  eenen  bof,  en  plat 
Ter  needer  zeeg;  waar  door  gewaande  millioenen 
Van  ingebeelden  winst,  gelyk  Couwoerd-plantzoenen 
In  eenen  nagt  gegroeid,  ook  schielyk  onverwagt 
Versmolten,  als  tot  niet,  in  eenen  and'ren  nagt. 
Nu  zag  men  dog  te  laat,  wat  ieder  had  bedroeven, 
En  aan  *t  gemeen  geloof  der  beurze  een  krak  gegeeven ; 
Als  elk  in  'toog  liep,  dat  hy  ligt  te  diepen  deel 
In  de  Actiehandel  had,  en  moog'lyk  tot  de  keel 
In  schuld  gedompeld  was;  dit  bragt  de  koopmanschappen 
Gantsch  buiten  al  't  vertier,  en  deed  de  neering  slappen ;  enz. 


Digitized  by 


Google 


17S0  HST   GROOT  TAFBRBBL  ALS   APRILGRAP  481 


Een  koflteiyke  Aprilgrap,  die  ik  b^na  yergfeten  had,  mag  aan  de 
beschrijving  van  het  „Groote  tafereel"  niet  ontbreken. 

In  het  Dagblad  van  Zuid-Holland  en  ^sGravenhage  van  19  Februari 
(dus  op  'skoniuga  verjaardag)  1869  Ko.  4S3,  komt  dit  bericht  voor: 

„Met  een  goede  tijding  kunnen  wij  de  geciviliseerde  virereld  ver- 
blijden. Naar  virij  vernemen  hebben  de  heeren  D.  A.  Thieme,  Mart. 
Nijuoff  en  A.  W.  Sijthoff  besloten  tegen  1  April  e.  k.  uit  te  geven 
een  nieuwe  editie  van  het  sedert  lang  zeldzaam  geworden,  doch  in 
deze  dagen  op  nieuw  zeer  gezochte  werk,  waarvan  de  volledige  titel 
hier  volgt: 

„Het  groot  tafereel  der  Dwaasheid*'  enz. 
(hier  volgt  dan  de  lange  titel  in  zijn  geheel,  v.  R.) 

De  60  platen,  die  dit  werk  versieren,  zullen  door  al  de  meesters  van 
de  „Kunstkronijk"  worden  uitgevoerd.  Bijzondere  zorg  zal  gewyd  worden 
nan  de  84«  plaat,  voorstellende  ,.<fe  Koning  en  Koningin  van  de  MitsitippV\ 
Het  beroemde  vignet:  y,Het  hobbelend  Actiesekeepje  van  Madame  Com- 
pagnie en  Monsieur  BubbeW  zal  in  chromo-lithographie  worden  uitgevoerd, 
terwijl  het  onderschrift: 

Het  Actiescheepjen  omgeslingerd  op  de  baren, 
Znl  zoo  lang  BubbMen  tot  het  znl  ten  nfgrond  varen, 
in    gouddruk   znl    worden  teruggegeven.     Eindelijk  zal  uit  bedoelde  ver- 
zameling   het    beroemde    biyspel:   ^ydrlequyn   Actionitf\   waarin   teven  . 
spelers  ('t  getal  der  ministers,  v.  R.).  optreden,  drie  dupeerders,  drie  gedu- 
peerden en  één  onnoozele  hals  (Arlequin,  Scarmoes,  Gille,  Oapitano,  Mezetyn, 
Kolumbine   en   Marionnette)   gedrukt   worden   met  al  dien  smaak  en  al 
die  luxe,  die  de  volksbeschavende  en  volksverlichtende  uitgaven  der  drie 
heeren  uitgevers  steeds  hebben  onderscheiden. 

Zijn  wij  zoo  gelukkig,  het  eerst  deze  belangrijke  tijding  te  kunnen 
mededeelen  —  niet  minder  verrassend  zal  het  nieuws  wezen  dat  de 
heeren  Thieme,  Nijhoff  en  Sytho£f  besloten  hebben  van  dit  werk  twee 
editièn  uit  te  geven: 

een  rojaal-quarto-uitgave,  verguld  op  snee,  in  half-kalfe-lederen  band 
en  opgedragen  aan  de  geldschieters  der  onderneming; 

een  zak-formaat-uitgave,  rood  gespikkeld  op  snee,  en  opgedragen  aan 
den  heer  I.  D.  Fransen  van  de  Putte. 

Voor  de  eer  van  Nederlands  naam  op  het  gebied  van  volksbeschaving 
en  volksverlichting,  hopen  wy  dat  deze  onderneming,  die  aan  een  waarlijk 
nationale  behoefte  voldoet  en  bovenal  door  gansch  'sGravenhage  met 
snakkend  verlangen  wordt  te  gemoet  gezien,  door  duizenden  en  duizenden, 
van  Hogezand  tot  Schimmert,  gesteund  zal  worden." 

Hoe  kan  een  redaktie  zoo  klakkeloos  een  bericht  opnemen,  dat  in 
z\in  data:  10  Februari  en  1  April  zoowel  als  in  den  dubbelen  vorm 
van  oitgave  aanleiding  tot  twijfel  moet  geven. 

IT  W 


Digitized  by 


Google 


482  OROOT   TAFBUBEL   I>ER   DWAASHBID  1720 


HBT   DWBROBNTOONSBL. 

3535.  ,,Le  Monde  plein  de  Fols,  ou  Ie  Theatre  des 
Nains  enrichi,  d'an  discours  cbêné  de  lenrs  Personages. 
—  De  Waereld  vol  Gekken  Nesten  anders  genaamd  het 
Dwergen  tooneel  of  Geschakelde  Samenspraak  van  des 
zelfe  Persorrgien."  *) 

Titel  vao  den  tweeden  dmk  van  het  bij  naam  welbekende,  maar  zelden 
kompleet  voorkomende  Dwergentooneel.  Heeft  de  eerste  plaat  van  den  eersten 
dmk  tot  titel  ,.I1  Callotto  rescuscitato/'  enz.,  in  dezen  tweeden  druk  is 
die  vervangen  door  het  plaatje:  „Bombario  Actioniat  en  de  Gee^t  vnn 
Beopus*'  (No.  1  van  plaat  26  uit  het  .,Qroote  Tafereel**,  zie  blz.  293 
bier  voren),  nu  echter  omgeven  door  een  afzonderlijk  gedrukt  lijstwerk, 
waarin  bovenaan  een  medaillon  met  het  inschrift: 

..Liefhebbers,  laat  het  u  niet  tergë! 

Dat  wj  by  dees  kabouterdwergen 

BeschrTven  veelerley  verwyt; 

Men  acht  het  maar  voor  snaakse  grafpen: 

En  wie  daar  't  scherpst  wil  tegen  snaipen, 

Is  neus  wjs  6f  een  Hipokrjt. 
l.  Deel.'* 
Ook  onderaan  is  een  medaillon  met  gelijk  versje  in  'tfransch.  De 
gravure  is  zander  naam;  de  rand  door  J.  van  Sasse,  met  adres  „tot 
Amst  gedruckt  en  te  koop  by  Wilh.  Koning,  Print  Konst  en  Kaart 
verkooper  woont  in  de  Vrouwe  Steeg  op  't  Water,  alwaar  men  ook  dese 
Kranten  tonder  en  met  de  Dwergen  apart  Aan  bekoomen.''  (ik  cursiveer). 

Vóór  ik  met  de  beschrijving  verder  ga,  moet  ik  omtrent  de  verschillende 
uitgaven  van  dit  boek,  ondanks  de  tamelijk  uitvoerige  mededeelingen 
van  Muller,  nog  een  en  ander  opmerken. 

Ofechoon  ik  met  Muller  geloof  dat  *t  navolgingen  zijn,  is  het  roet  de  in 
deze  kollektie  aanwezige  duitsche  dwergen -voorstel  tingen  echter  juist 
andersom  als  met  de  zijne.  Dit  zijn  kopièn  der  hollandsche  prenten. 
Vooral  uit  de  foutief  overgenomen  hollandsche  versjes  onder  de  platen 
18  en  16  biykt  dit  duidelijk. 


1)  Achter  het  ,,Qroote  tafereel"  neemt  Muller  het  Dwergentooneel 
als  aanhangsel  op  en  daar  de  eerste  acht  platen  der  eerste  hollandsche 
uitgave  met  veranderde  op-  en  onderschriften  in  eerstgenoemd  werk 
voorkomen  als  plaat  26  en  29,  doe  ik  als  hij  en  laat  de  beschryving  van 
deze  serie,  doch  iets  uitvoeriger,  hier  ook  volgen. 


Digitized  by 


Google 


1720  HBT   DWBROKNTOONBRL  483 


Als  eerste  hoIlaDdsche  drak  vermeldt  Muller  een  exemplaar  met  de 
nog  niet  voor  het  „Tafereel"  veranderde  eerste  acht  plaiitjee,  doch  a%e- 
drukt  in  de  door  hem  en  ook  hieronder  beschreven  randwerken. 

In  deze  verzameling  ia  van  plaat  S,  4,  6~2S,  26—29  en  31—60  en  van 
de  beide  registers  een  exemplaar  zonder  randwerk.  Ik  beschouw  deze 
uitgave  als  een  vroegere  dan  de  door  Muller  als  eerete  vermelde.  De 
kenmerken  van  verschil  tusschen  vroegere  en  latere  uitgave  zijn  bepaald 
onjuist  5f  onvolledig  door  Muller  aangegeven.  De  beschryving  der  hier 
aanwezige  latere  uitgave,  die  uit  vier  deelen  bestaat,  zal  dit  duidelijk  maken : 

„1.  deel."  Dit  bestaat  (mét  de  titelplaat,  waarvoor  hier  „Bombario 
Actionist"  dient),  uit  plaat  1—24  en  vijf  bijgevoegde  platen,  gemerkt 
„A.  I.  Deel'  tot  „E.  I.  Deel".  (Plaat  A  is  wel  degelijk  genommerd, 
Muller  zag  dit  over  't  hoofd).  Daarachter  volgt  het  eerste  register,  hier 
boven  bij  de  uitgave  zonder  randen  reeds  vermeld,  nu  omgeven  door  een 
rand,  waarop  een  verkleinde  voorstelling  van  al  de  voorafgaande  platen 
van  het  eerste  deel  te  vinden  is.  Uit  dit  randwerk  kan  men  de  hoofd- 
vooretelling  leeren  kennen  van  de  oorepronkelgk  eerste  plaat.  Zij  vertoont 
een  dwerg,  die  groetend  van  achter  een  gordgn  te  voorschijn  komt. 
In  den  ondersten  |*laatnind  vnn  't  register  zelf  is  uu  de  verkorte  beteekenis 
op  rijm  gegraveerd  der  hijf^evoegde  platen  A— E. 

,JI  Deel.  Tomé  II."  bevattend  de  pluten  25  —  60;  drie  bijgevoegde 
platen  „A.  II.  Deel."  en  „B."  en  „C.  2.  Deel"  en  't  tweede  register  hier 
boven  vermeld,  in  een  dergelijk  randwerk  als  't  eerete  en  eveneens  met 
bijvoeging  in  den  ondersten  plaatrand  van  de  verklaring  der  platen  A—C. 

„III  Deel"  bestaand  uit  twaalf  platen  met  de  namen  der  maanden. 

.,4  Deel",  dat  slechts  zes  platen  bevat,  waarvan  de  eerete  geteekend 
is  ,,N.*  1.",  de  overige  alleen  het  cijfer  hebben. 

Na  deze  globale  opgaaf  van  den  inhoud  van  den  lateren  druk,  volgen 
nu  eeuige  bizonderheden  der  afzonderlijke  platen: 

Plaat  2  (No.  2  van  plaat  26  uit  het  „Groote  tafereel"):  „Actieuse 
Nachtwind-Zanger  met  zyn  Tover  Slons."  (zie  blx.  294  hier  voren). 

't  Randwerk  stelt  onderaan  een  hek  voor,  waarbij  een  vioolspel  ende 
dwerg  zit.  In 't  ornament  rechts  een  doedelzak,  links  klarinetten;  bovenaan 
een  dwerg  te  halver  lijve  van  voren,  met  muziekblad  in  de  handen 
en  met  open  mond.  Het  plaatje  is  zonder  naam,  de  rand  door  P.  van 
Baysen. 

Plaat  S  (No.  S  van  plaat  26  uit  het  „Qroote  tafereel'):  „Natuur- Actie 
■doctor  of  klapachtig  Bobbel  Meester",  (zie  blz.  294—296  hier  voren). 

Deze  plaat  heeft  in  de  eerste  uitgave  als  onderschrift: 

„Herr  Vincentz  Zipperling,  Altester  Raths  Verwandter  zü.  Hirschaü 
in  seinem  Beqüemen  Schlaffpelz." 

In  den  eruamentrand  is  bovenin  een  masker;  onderaan  een  varkenskop ; 
ter  zyde  links  een  boretbeeld  tonder-,  rechts  een  met  baard  te  zien. 


Digitized  by 


Google 


484  GROOT  TAFBRBJOi  DBE   DWAASHEID 


1720 


Plaat  i  (No.  i  Tan  plaat  88  uit  het  „Groote  taferMl") :  „Directrice  der 
Venralle  Actie-KegimeDten;  en  bjxondertyk  van  NatuuHyke  Li-we  Actièn.*' 
(zie  bil.  996  hier  Toren). 

Deze  plaat  heeft  in  de  eerste  uitgave  als  onderschrift: 

,,FraO  Agatha  ZipperliogiD,  ge  bohme  Castraüoin  tod  Falten  ünd 
Zekerthal,  REKOirirte  Hüods  Mütter." 

Randwerk  ¥an  J.  Tan  Sasse.  Onderin  twee  dwergen  bij  een  mand  met 
Truchten,  op  voetstuk,  waarop  een  eekhoorn.  Links  twee.  rechts  drie 
▼ogels  achter  traliewerk;  bovenaan  een  dwerg,  met  pijp  in  den  mond, 
door  een  geopeud  venster  ziende. 

Plaat  5  (No.  1  van  plaat  80  uit  het  ,.Groote  tafereel'):  „Verbena Beker 
van  FiAne  of  Vianen.*'  „8  .  Tooneel  van  de  Geest  van  Reopus.*'  (zie 
blz.  SOS— 804  hier  voren). 

Randwerk  door  A.  Folkema:  Onderaan  een  rook  uitblazend  Chinees  met 
een  pijp  in  de  linker-,  een  koffiekop  in  de  rechterhand;  links  in 't  midden 
een  aap  met  een  muts-,  rechts  een  ander  met  een  hoed  roet  vedren  op. 
Bovenin  een  vooro verliggende  dwerg  met  bril,  en  ronde  baret  op 't  hoofd. 

Plaat  6  (No.  8  van  plaat  80  uit  het  ,.Groote  tafereel"):  „Rector  mag- 
niBcuR  van  de  Ongeactioneerde  Litteratnur.'*  (zie  blz.  804>  hier  voren). 
Randwerk  als  plaat  S. 

Deze  plaat  heeft  in  de  eerste  uitgave  als  onderschrift: 

,.Mon8ieur  Ie  Chevalier  Pondeau,  Grand  Orateur  au  Parlement  des 
Muets  en  habit      ceremoniel*'. 

Plaat  7  (No.  8  van  plaat  89  uit  het  „Groote  tafereel*'):  .«Ontsprongen 
rondom  bedekte  Blaaskaak.*'  (rie  blz.  804  hier 'voren). 

Deze  plaat  heeft  in  de  eerste  uitgave  als  onderschrift: 

,,Nicola8  Charon  Viconte  de  Corbeillac,  General  de  Cavallerie,  Gouver- 
neur, et  grand  Intend  de  Visie  Eochantée". 

Bloemrandwerk  door  J.  v.  Sasse.  (Bij  Muller  in  een  rand  met  bladeren 
en  bloemen  van  A.  v.  Buysen  de  Vader). 

Plaat  8  (No.  4  van  plaat  89  uit  het  „Groote  tafereel"):  ..ContraroUeur 
van  de     Gelukkige  en  rampzalige     Lapis  zoekers.*'  (zie  blz.  304  hier  voren). 

Deze  plaat  heeft  in  de  eerste  uitgave  als  onderschrift: 

„Df  Lucas  Hirnzwikf  beru=  hmter  Advocat  im  Schwftbischeu  Schne- 
kenfeld      zü  Pfifferiingen*. 

Randwerk:  Onderaan  een  arend  tusschen  twee  faunen;  beide  zijden 
ornamentwerk ;  bovenaan  een  grijns  tusschen  twee  engeltjes.  In  dit  rand- 
werk staat:  „Wilh.  Koning  exc.  et  invent.",  „Nagtegaal  del."  (Muller 
vermeldt  den  laatsten  in  het  geheel  niet),  „F.  Folkema  fecit.** 

Het  dwergen  tooneel  is  eigenlijk  alleen  door  deze  acht  platen  verbonden 
aan  „Het  Groote  Tafereel  der  dwaasheid.** 

Om  herhalingen  te  voorkomen,  beschrijf  ik  de  verschillende  vormen 
der  randen  en  vermeld  er  de  platen  by  die  'tielide  randwerk  h^»ben. 


Digitized  by 


Google 


1720  HST  DWBRGBNTOONSBL  485 

Plaat  0.  Onderaan  een  dwerg,  xittende  voor  een  Toetatuk,  waartegen 
acht  prentjes  (niet  zes  zooals  Muller  opgeeft)  zijn  opgehangen.  Enkele 
dezer  plaatjes  zijn  verkleinde  kopién  van  in  dit  werk  voorkomende  prenten. 
Daaronder  is  er  één  met  een  kopie  van  't  hier  vermelde  randwerk,  met 
'teerste  prentje  der  latere  uitgaven  van  't  dwergen- tooneel  er  in.  De 
dwerg,  die  een  pijp  rookt,  leunt  met  den  rechterarm  op  een  mand  met 
opgerolde  platen,  enz. ;  onder  hem  staat :  „tot  Amsterdam  Gedruckt  by 
Wilhelmus  Koning  woond  inde  Vrouwe  steeg  op  het  Water."  Aan  beide 
zijden  omamentwerk;  bovenaan:  links  een  aap  met  ronden  hoed,  rechts 
een  andere  met  muts  op  en  een  bakerkind  bg  zich,  in  het  midden  een 
omlaag  ziende  dwerg.  Door  J.  van  Sasse.  Plaat  43  heeft  denzelfden  rand. 
Plaat  10.  Onderaan  een  grijns  tusschen  twee  meerminnen,  aan  iedere 
z\jde  een  dansende  harlekijn,  bovenaan  twee  bazuinblazende  engeltjes. 
Door  P.  T.  Buysen.    Ook  plaat  O.  van  het  Ie  deel  heeft  dezen  rand. 

Plaat  11.  Onderaan  en  bovenaan  een  grijns  tusschen  twee  dansende 
harlekynen ;  aan  iedere  zijde  een  centaur.  Door  P.  v.  Buysen.  Ook  No.  SS 
heeft  dezen  rand. 

Plaat  12  heeft  een  rand  van  bloemen  en  bladeren.  Ook  No.  29  en  41 
hebben  denzelfden  rand,  gegraveerd  door  P.  v.  Buysen,  naar  „Iohamn 
Chbiotoph  Fillibob".  Zou  dit  de  persoon  niet  zijn,  die  onder  den  schuil- 
naam Isidore  Coridon  Fidele  (zie  lager)  verborgen  is? 

Plaat  18.  Onderaan  een  dansende  harlekijn  tusschen  twee  vrouwelijke 
centauren,  aan  weerszijden  een  Pan,  bovenaan  een  vooro verliggende  atleet? 
tusschen  twee  kindertjes.  Door  P.  v.  Buysen.  Ook  Nos.  24,  38  en  49 
hebben  denzelfden  rand. 

Plaat  14.  Onderin  een  grgns  met  drie  gezichten  (geen  Januskop  zooals 
Muller  hem  üc.mt),  bovenaan  twee  lachende?  gezichten.  Door  J.  van 
Sasse.  Ook  Nos.  22,  28,  87,  42,  A.  Ile  dl.,  Februari  en  No.  6  van  het 
IVe  deel  hebben  denzelfden  rand. 

Plaat  16.  Onderaan  een  dwerg,  vooro  verliggend,  met  het  hoofd  steunend 
op  de  handen,  en  de  beenen  omhoog.  Aan  weerszyden  een  kop  in  profiel, 
bovenaan  een  masker.  Ook  Nos.  86,  47,  April,  en  plaat  2  van  deel  IV 
hebben  denzelfden  rand  van  P.  van  Buysen. 

Plaat  16.  Onderaan  een  dwerg  van  achteren  gezien,  aan  beide  zijden 
ornament,  o.  a.  met  reigerskoppen,  bovenin  twee  dwergen  te  halver  lijve. 
Door  F.  Folkema.  Ook  Nos.  19,  80,  34,  60,  en  5  van  deel  IV  hebben 
denzelfilen  rand. 

De   rand   van  plaat  17  is,  evenals  die  van  Nos.  40,  en  4  van  het  IVe 
deel,  gelgk  aan  die  van  No.  4. 
De  rand  van  plaat  18  is  dezelfde  als  die  van  Nos.  6,  38  en  44. 
Om  plaat  20  is  dezelfde  rand  als  om  plaat  7,  27  *en  48. 
Plaat   21.     Onderaan    een   centaur   tusschen  eeii  aap  (links)  en  een  ge 
drocbt  (rechts);  aan  de  zijden  twee  centauren,  bovenaan  een  draak  tusschen 


Digitized  by 


Google 


486  GROOT   TAPBRKKL   DBR   DWAASHEID  1720 

twee   Togeli.    Door  J.   t.  Sasse  oaar  W.  Koning.    No.  85  beeft  deozelf- 
den  rand. 

Plaat  iS.  Onderaan  een  aap  papetende;  h^  heeft  links  een  gewicht, 
rechU  een  bierkan  naast  zich.  Aan  de  linkerzijde  een  doedelzakspeler, 
rechts  een  klarinetblazer.  Bovenaan  een  mnnshoofd.  de  tong  uitstekende. 
Door  A.  Folkema.  Dezelfde  rand  van  Lr.  A  Ie  deel,  plaat  30,  en  No.  1 
van  deel  IV. 

Plaat  B  Ie  deel:  Onderaan  een  duikelende  dwerg,  met  een  bril  opzijn 
achterste.  Aan  de  linkerzijde  hangt  een  mannetje,  rechts  een  vrouwtje 
aan  een  ornament,  bovenaan  een  vrouwelijke  dwerg  met  een  bakerkind. 
Door  J.  V.  Sosae.    Ook  C.  van  'tlle  deel  heeft  denzelfden  rand. 

Plaat  D  Ie  deel  heeft  den  rand  van  plaat  8,  evenals  No.  31  en  B  van 
het  Ile  deel. 

Plaat  B  Ie  deel  heeft  denzelfden  rand  als  plaat  3,  0,  26  en  45. 

Plaat  25  (eerste  prent  van  't ,. II  Deel.'}  heeft  den  rand  met  de  medaillons 
en  versjes  van  No.  1  (eerste  plaat  van  *t..].  deel").  Ook  No.  l  (Januari) 
van  de  maanden  in  het  ,111  Deel"  is  in  dezen  rand  afgedrukt 

Plaat  46  onderaan  een  triton  en  aan  de  zijden  een  duiveltje,  bovenaan 
drie  gedrochten.     Door  J.  v.  Sasse  naar  W.  Koning. 

„Martius.  Mertz.*'  Onderaan  een  waterreservoir,  waarb^  drie  spuwende 
koppen.    Bovenaan  een  dak  met  katten.    Door  J.  C.  F.  en  J.  v.  S.(aa8e). 

.,Maius.  Maj."  Onderaan  een  meisje  met  bloemenmand  vóór  een  tuinbank 
zittende;  ter  zijde  bloempotten.  Bovenaan  twee  kinderen  te  halver  lijve. 
Door  J.  C.  P.  en  J.  v.  8.(as8e). 

.,Iuniu8.  Brachmonat."  Onderaan  een  ossekop  tusscheu  ram  en  schaap, 
links  ter  zijde  een  jager,  rechts  een  kamend  man,  bovenaan  vogels.  Door 
J.  C.  F.  en  J.  V.  8.(a88e). 

„lulius.  Heumonat."  Onderaan  een  slapende  boer  op  een  hoop  hooi  lig- 
gende, links  zijn  hoed,  rechts  een  bierkan.  Ter  zijde  links  een  aap  tegen  een 
griep  opklimmend,  rechts  een  ander  tegen  een  "hark  opklouterend.  Bovenaan 
bloemmanden  met  vogels  en  kapellen.  Door  J.  C.  F.  en  J.  v.  8.(a88e). 

„Augustus.  Augustmonat  **  Onderaan  twee  badende  jongens,  aan  iedere 
zijde  korenaren;  bovenaan  twee  honden.     Zonder  naam. 

..September.  Herbstmonat."  Onderaan  een  man  appelen  rapende.  Rechts 
van  hem  een  ledige,-  links  een  volle  mand.  Links  ter  zijde  een  vrouwelijke 
dwerg  een  appel  etend,  rechts  een  mannelijke,  omhoog  ziende.  Bovenaan 
links  een  eekhoorn,  rechts  duiven.     Door  J.  C.  F.  en  J.  v.  S.(a88e). 

,,October.  Weinmonat."  Onderaan  zit  een  raan  tegen  een  holle  Urn- 
brizeering,  een  glas  uitdrinkende,  naast  hem  links  een  flesrh,  rechts  een 
kan.  Ter  zijde  links  een  dwerg  met  flesch  en  glas,  rechts  een  vrouwelijke 
dwerg  druiven  etende.  Bovenaan  Bacchus  en  Priapus.  Door  J.  C.  F. 
en  J.  V.  8,(asse). 
„November.  Wintermonat."  Onderaan  een  trofee  van  wild  en  jachtgerij, 


Digitized  by 


Google 


1720  UBT   DWJSRQKNTOONKBL  487 


met  aan  weerazijdea  een  bood.  Ter  zgde  jacbtmeBseD  en  pistoleu.  'Bovea- 
aaa  twee  trompetters.    2^Dder  naam. 

„December.  Obristmonat.'*  Onderaan  een  man,  een  varken  keelende, 
linka  een  pot,  recbta  een  tobbe  en  een  pan.  Ter  zijde  links  een  mei«je, 
recbts  een  jongen  worat  etende.  Bovenaan  twee  scbalen  met  worst. 
Door  J.  O.  F.  en  J.  v.  8  (asse). 

Ten  slotte  heeft  plaat  S  van  het  „4  deel"  nog  een  op  zich  zelf  stnanden 
rand,  onderaan  een  bok  voorstellende,  van  voren  gezien.  Ter  zijde  links  een 
lezend  man,  rechts  een  vrouw  die  aan  een  bloem  ruikt.  Door  F.  Folkema. 

Vergelijkt  men  deze  beschrijving  met  die  van  Muller,  dan  blijkt  daaruit 
dat  niet  altijd  dezelfde  platen  in  denzelfden  raod  werden  gedrukt,  zoodut 
men  daartusschen  menigmaal  verschillen  ontdekken  zal.  Maar  óók  is 
my  gebleken,  dat  deze  randen  zeer  goed  veel  vroeger  reeds  tot  andere 
doeleinden  kunnen  zijn  gebruikt,  daar  één  dezer,  Augustus  (evenals  de 
eerste  druk  van  het  Dwergentooneel),  het  jaartal  1710  draagt. 

De  voorstellingen  der  platen,  in  deze  randen  afgedrukt,  hebben  (de 
eerste  acht  uitgezonderd),  zooals  ik  reeds  zeide.  geen  betrekking  op  den 
windhandel.  Ik  heb  lang  ed  nauwkeurig  de  platen  bekeken  en  moet 
helaas  als  eindoordeel  het  uitspreken,  dat  ik  geloof  dat  onze  karige  komische 
litteratuur  door  het  Dwergentooneel  volstrekt  niet  uitgebreid  wordt,  zooals 
de  heer  Muller  wil;  tenzij  men  de  hoogst  gebrekkige  hoUandsche, 
fransche  en  duitsche  versjes  onder  de  voorstellingen,  als  zoodanig  zou 
willen  beschouwen. 

De  randen  der  registers  achter  het  Ie  en  2e  deel,  geven,  in  ver- 
band met  de  2-regelige  verklarende  versjes,  die  binnen  dien  rand  zijn 
afgedrukt,  in  deze  uitgave  een  meer  algemeen  overzicht  over  de  voor- 
stellingen van  elk  deel,  omdat  daarin  nlle  voorgaande  platen  in  het  klein 
weergegeven  zijn  en  de  verHJes  eenigzius  het  verband  doen  kennen,  waarin 
zij  tot  elkaar  staan;  Muller  vermeldt  exemplaren  van  deze  registers  afge- 
drukt in  het  zelfde  randwerk  der  titelplaat. 

Onder  de  platen  zijn  er  enkele,  die,  naar  mijn  oordeel,  eenige  histo- 
rische beteekenia  hebben.  Ik  beschouw  als  zoodanig  No.  10  „Don  leAn 
d'Elspagne  Ie  petit  fils  de  Don  Quichot".  „Neef  lan  van  Spanje  of 
SC  him  van  Don  Quichot".  ..Don  Quappos  vou  dem  Geblüth  des 
Don  Quixote  heutiger  General  der  Franzosischen  Spanier*.  Dit  plaatje, 
stelt  eefl  dwerg  voor  met  hoog  opgedraaiden  knevel  en  geweldig  zwaard 
op  zijde.  Op  den  achtergrond  vlucht  een  gehcele  (fransche?)  afdeeling 
voor  een  man,  welke  schiet.  Door  J.  van  Susse.  Het  is  zeker  een  spotprent 
op  de  Frauschen  tijdens  den  Spaanschen  Sukzessie^oorlog. 

No.  11  „Le  Réveur  stoique  et  louche".  „De  Ridder  Castiliano  Kikeboe 
alias  Don  Tacito".  „Don  Miguel  Zorrero  Tuerto  Cavallero  de  las  Tren- 
cadas  de  capatos  Padre  del  gran  Cap.  Coviello  Panen  te  de  Don  Quixote 
Gouernador  en   las   Tierras   Aastrales   desconocidas*.    Spotprent   op    de 


Digitized  by 


Google 


488  OROOT   TAVULBSL   DBR   DWAASHBID  17£0 

Oosieory ken,  sooaU  de  f  olgende  (No.  13)  op  de  Hongaren :  „Le  Che? alier 
de  rO  rdre  Metaphisique."  „De  Ridder  der  {iic)  Adeldoms  ond  er  den 
Bluwen  Hemel.'*  „HoUoke  TschimiUchko  BuUiam  Uram,  Ragotiiacbe 
Huseam  Obrisler  io  der  Gamiaon  zu  Reuheuasl."  De  eerste,  door  J.  Tan 
Sasse,  stelt  een  dwerg  Toor  in  apaansche-,  de  laatste,  door  A.  v.  Buysen 
de  vader,  een  in  bongaarscbe  kleediug. 

No.  13  is  bepaald  een  spotprent  op  de  Hollanders  in  bet  algemeen  en 
op  de  Qroeolandvaarders  in  bet  bizonder.  De  daar  a^ebeelde  wordt 
genoemd:  ,. Pierre  Groapecheur  Monarque  de  Groentande  et  grand  BailH 
de  la  cdte  des  Baleines'*. 

., Petrus  Dorlandus  Somer- Vorst  van  Groenland  Groot  Admiraal  van  de 
WaWis- Vloot'. 

„Den  Edlen  en  Vomaemen  Heer  Piters  Kablmuss  Wisseller  en  Groot 
Canzeler  van  de  Groenlandiscbe  Walfis  correspondenzien". 

Het  plaatje  stelt  een  dwerg  voor,  met  boed  op  en  een  brief  in  de 
band.  Het  duitache  versje  onder  de  plaat  is  in  gebrekkig  bollandscb 
gesteld.    Het  luidt: 

„Jk  beb  in  dese  brif  min  Ernstleyk  ordre  geven, 
Dat  in  bet  groeulandts  meer  keen  Walfis  nit  sal  leven, 
Di  uit  protectie  neemt  van  Piters  groote  Macbt, 
Tien  dusent  fisser  Knecbt  heb  ik  hier  op  de  Wacht" 
Het  in  dezen  staat  daarbg  gevoegde  bollandscb  versje  is  in  denzelfden 
geest.  De  plaat  is  gegraveerd  door  J.  v.  Sasse. 

Een  dergelijke  op  Holland  doelende  prent  is  No.  16.  Zy  stelt  voor 
..Jean  Petit-gros  navigeant  en  qualite  de  Dragon  des  Couteaux  pour  les 
Indes  Orientalea**. 

„Jan  Hagel  in  dienst  van  Jan  Koegel  van  der  Laberlotten  Adel 
afgestamd". 

„lan  Hagel,  Batavischer  Boots  knecht  ü  redoutabler  Meister  desa  Ge- 
wóbnlicben  scbnitt  gefecht  mit  der  stumpffen  klingen". 

De  prent  stelt  een  dwerg  voor,  als  hollandsch  matroos  gekleed,  de 
boed  op  een  haartje,  een  pyp  in  den  mond.  een  mes  in  den  gordel,  de 
rechterhand  leunende  op  een  baal  koopmansgoederen,  waarop  een  bierkan 
staat.  Rechts  op  den  achtergrond  een  paar  matrozen  met  messen,  elkaar 
bevechtende.  Het  duitsche  versje  luidt: 

„Met  Kees  en  brandteweio,  met  schmur  tabak  en  bier 
Passeer  ik  mine  teyd.  en  heb  darmet  plaisir, 
Arbitsaem  op  bet  schep,  dikwils  opt  land  brutal 
En  Schneedgen  twie  of  drey  dat  broyt  mey  nimental". 
Het  daarby  gevoegde  bollandscbe  is: 
„Men  hoefd  geen  fier  matroos  tot  Scheeps  werk  aan  te  pressen: 
Maar  schrik  gy  pluggen,  daar  zo'n  brakje  komt  aan  land. 
Tabak  en  sjap  slaan  my  tot  Rider  van  de  messen 


Digitized  by 


Google 


1720  HBT   DWBBGBNTOOMBKL  489 

Schyt  degens!  met  de  Knief  'kgooy  laberlots  in't  xand.** 

Qravure  door  F.  Folkema. 

Plaat  C  vaa  bet  Ie  deel  stelt  een  historische  dwerg  f  oor,  n  1. 

.Jean  Skinner  nain  bienbati  de  Plejmout  en  Angleterre,  long  de  2 
pieds  et  6  pouces  naquit  Ie  3®  Janvier  1663'*.  „Johan  Skinner . . .  van 
Pleymuyden  in  Bngeland,  lang  S  voet  en  O  duim,  gehore  3  Janui"  (1663). 
Qravure  door  P.  v.  Buysen. 

,,DoQ  Louis  Champ^merdant  Brigadier  des  petits  Maistres,  grand  Breteur 
de  France,  a  la  tdte  des  Qascons  contre  les  Querelleurs  allemande,  fou- 
drojant  leurs  BattailIons.'\  is  het  onderschrift  der  31e  plaat;  in  tegen- 
stelling met  al  de  andere  hier  in  'tfranach  in  plaats  van  in  het  duitsch. 
Het  is  bepaald  een  spotprent  op  de  Franschen,  die  meestentijds  geheel 
anders  handelden  dan  in  het  onderschrift  dezer  plaat  is  aangegeven. 
Gravure  door  P.  van  Buysen. 

Plaat  48  vertoont  „Natan  Hirschl  der  Pragerischë  ludenschafFi  Primas, 
und  desz  höbraischen  Gesatzes  a|probierter  Pupen-maister,  in  seinem 
Schulkleydt'*  Een  echte  joodsche  type  met  bril  in  de  rechter-  en  hoed  in 
de  linkerhand.  Gravure  door  J.  van  Sasse. 

Plaat  „A.  II.  Deel.'*  stelt  „lacob  Ries"  voor,  „der  Sohn  Marcus, 
gebohreo  in  der  König:  Boheimb  Haubt  Stadt  Prag  ietzo  aber  in  der 
Kay:  Resid:  Stadt  WieB  sich  aufhal.  1716". 

Volgens  een  toevoegsel  in  het  hollandsohe  boTenschrift,  was  deze 
persoon  „verkore  hof:^^®'*^»  te  Weenen."    Gravure  door  J.  van  Sasse. 

Van  het  eerste  en  tweede  deel  zijn  hiermede  de  dadeiyk  met  de 
geschiedenis  in  betrekking  staande  figuren  genoemd.  Wel  beeft  men  op 
plaat  A  van  deel  I  ..Slenderhenkius",  die  een  aap  aanzag  voor  een  r^ke* 
lui's  kind,  en,  onder  de  opmerking  dat  „de  Riekdom"  toch  veel  „wan- 
schope  kindren"  had,  den  aap  naar  het  raadhuis  vroeg;  maar  evenals 
eenige  andere,  die  wijdeliuffi  op  een  of  ander  volk  betrekking  hebben, 
zijn  ze  niet  onder  de  historieplaten  te  rangschikken.  Een  nadere  om- 
schrijviug  van  al  de  overige,  zou  dit  reeds  uitvoerig  artikel  nog  de 
helfl  grooter  doen  worden.  Daar  de  „Rang  en  Register"  platen  „van 
de  Waereld  vol  Gekken  Nesten",  achter  de  beide  deelen,  vergissingen 
onmogelyk  maken  omtrent  hetgeen  iedere  plaat  voorstelt,  omdat,  zooals 
ik  reeds  zeide,  in  den  rand  van  ieder  dier  twee  registers  de  voorafgaande 
platen  in  *t  klein  zijn  afgebeeld,  meen  ik  het  beknoptst  de  bedoeling  en 
de  strekking  dezer  platen  weer  te  geven,  door  hier  te  laten  volgen  de 
niet  zonder  takt  gemaakte  versjes,  die  in  *t  kort  vermelden  wat  de  teekenaar 
wenschte  te  gispen  of  bespottelijk  te  maken.  Het  eerste  luidt : 
„Nooit  kon  men  een  Tooneel  of  Waereldschets  vertoogen, 
Het  geen  in  zedigheid  onse  aandagt  lokte  en  oogen 
Of  't  was  vol  ergemia;  elk  een  vond  zich  geraakt; 

(1)  Daarom  is  'traadsaamat  met  een  gekjen  a%emaakt." 


Digitized  by 


Google 


490  GEOUT   TAFKEKBL   DBE   DWAASHEID  17£0 


..Eernuinaii  der  panoDagieo  ia  hot  Schou-bui^  der  Dwergen.  Eerste 
Deel". 

3  Hier  tiet  men  KoniDgen,  3  Raedsbeeren,  4  Courtisanen 
S  Pan  likkers,  6  Redenaars,  7  Veldbeeren,  8  Pleit  kemphaanen 
9  Waarzeggen.  10  Scboipeknechta,  II  en  lan  de  Droomers  stoet 
13  Paard-doivels,  18  Beedere  in  de  traaD,  14  Zaiplien  van  bloed 
15  StaaWreetera,  10  Spreekers  op  bet  mes,  17  Pram-Amazooen 
18  Pruik-woWen,  19  Lonksters,  30  Strykbeen-uiteo.  ook  op  toonen 
31  Draajnaerseo.  33  Bellemans.  35  Vee  hoedsters.  24  Herders,  ook 
A  Weet&als  groentjes,  B.  en  Ootbeeste  Boeren,  C  Pook,, 
üithaalers.  D.  Zwetsers  en  E.  ontmaagde  melllkmotten. 
Hier  eindigd  'teerste  deel  der  Schonwspel  Dwerrig  zotten.** 
Het  tweede  geeft  als  volgt  de  verklaring  der  verdere  prenten: 

„Men  liet  in  't  tweede  Deel  voor  eerst  weer  samen-rotten 
35  Hoorn  draagers,  2$  Krulbaardiers,  27  Smookhana-ops,  28  Smul  sm^r 

[potten. 

39  Landloopsters  op  den  boer,  80  Helveegsters,  81  Alsladoots 

33  Ia  Duivel  jaagsters.  SS  Blits  dragonders  buiten  schoots 

34  8cliarmoe«nen,  85  Harlekyns;  88  Verpoverde  Algemisten 

37  Mest-bruiden  a^erecht  in  Venus  nacht^treid  listen 

38  Bier  bruigoms  dapper,  39  Kry g-ploeg  boeren  van  Tirol 

40  Bruidjes  van  twalef  jaar,  41  Hansbeulings  en  43  Op  kol- 
Rey-ridderinnen,  48  Hooy-vloot-hopmans.  44  Bedel  knaapen 

45  Patroeljes,  44  Wynvoerlien,  47  ValsHlobblaars,  48  Tempel-aapeo 

49  Zuidlaudse  Keizerins.  5U  en  Keizers  sluiten  't  hek 

A.  B.  O.  gevolgd  van  drie  campioens,  zynde  elk  een  kermis-gek." 

De  nummers  stemmen  overeen  met  die  der  platen  en  moeten  ni^  mede- 
gerekend  worden,  wanneer  men  deze  regels  als  een  vers  wil  lezen. 

Deze  korte  iifhoud  maakt  het  niet  onnoodig  er  in  de  eerste  plaats  op 
te  wijzen,  dat  vele  dezer  platen  twee  aan  twee  peodanten  zijn,  en  er  3o 
in  sommige  aardige  glossen  op  enkele  zeden  en  gewoonten  zijn  geleverd. 
Zóó  b.v.  Plaat  37: 

..Le  Monar  que  de  l'Empire  de  s  Pipe  tabacs,  en  son  Diademe*\  ,.Doct^ 
Rocus  Tabacius  Keiser  vant  Rook  en  damp  kruid-Ryk". 

.,Mou8ieur  Piperouk  directeur  der  grosse  Companie  Tabak  Negoti- 
anten  ir  {sic)      Virginien  und  Brasilien". 

Dit  is  een  aardige  spotprent  op  den  hartstocht  van  het  rooken. 

Zóó  is  plaat  88:  „Df  DwingdwangiusNaturulis  of  gewaande  Hersche^per 
der  Metaaleo. "  een  aiirdige  karikatuur  op  de  goudmakerskunst 

De  oorspronkelijke  versjes,  meest  boogduitsch,  maar  soms,  in  verband 
met  de  voorstelling^  in  één  of  ander  dialekt  geschreven,  zijn  veel  geestiger, 
nu  en  dan  ook  trivialer,  dan  de  bollandsche  en  fransche. 

Het  derde  deel    bestaat  uit  twaalf  platen,  met  de  namen  der  maanden 


Digitized  by 


Google 


1720 


HBT    DWRRGBNTOONBRL  491 


Maart  en  Mei  tot  December,  in  't  latijn  en  in  't  duitsch  in  het  randwerk 
boven  de  voorstellingen,  en  in  'tfransch  en  hollandscb  in  al  de  platen; 
mlleen  staat  er  in  de  vierde  plaat  foutief  „April"  voor  ..Avril".  Dit 
deel  wijkt  in  zooverre  van  de  beide  voorgaande  af,  dat  iedere  plaat  hier 
twee  hoofdfiguren  vertoont  en  daar  slechts  één;  terwijl  het  randwerk 
van  iedere  plaat,  uitgezonderd  dat  van  Januari,  Februari  en  April,  geheel 
verschillend  is  van  de  overige  in  dit  werk  gebruikte. 

De  prenten  zijn  onbeduidender,  de  duitsche  versjes  platter  en  de  hol- 
Inndsche  en  fransche  onbeteekenend. 

Het  vierde  deel,  zeker  het  zeldzaamst  van  alle,  bestaat  uit  zes  geétste 
plaatjes,  veel  vlugger  geteekend  dan  alle  voorgaande. 

Evenals  in  het  derde  deel  zijn  ook  hier  op  ieder  plaatje  twee  personen 
a^ebeeld.  Op  het  eerste  zijn  dit  twee  mannen,  op  de  volgende  vyf 
telkens  een  man  en  een  vrouw.  Deze  serie  is  't  best  betiteld  als  de 
narren-  of  d^weTgen-bruiloft. 

No.  l  stelt  een  doedelzakspeler  en  een  hoboïst  voor,  die  bij  een  schabel 
staan,  waarop  ..4  Deel".  Dit  zijn  de  speellui  vnn  het  feest.  Het  hoUandsch 
opschrift  van  deze  plaat  is:    ,.BIaaswindius  Pypzak  en  Hoboflutius  Lang- 
instruroent.'     De    geest    der   duitsche,    fransche    en    hollandsche    versjes 
van    vier  regels,   die   ook    hier.   onder  elkaar,  onder  de  plaat  staan,  is  te 
beoordeelen  uit  het  fransche  van  de  eerste  prent;  het  luidt: 
,,Le  jeu  d'enflure  sert.  pour  augmenter  Ie  monde; 
L'epouse  aime  beancoup  Thautbois  de  son  epouz 
Dont  Ie  son  et  aussi  l'attouchement  est  douz 
Leur  musique  d'amour  en  tout  pais  abonde." 
Van  de  volgende  platen  citeer  ik  alleen  de  hollandsche  opschriften,  die 
de  voorstelling  tamelijk  duidelijk  weergeven. 
No   3.     ..Hnneverius  Bruidegom  en  Animosia  Bruid." 
,.    3.     „Broektenawius  Ley  jonker  en  Boevina  Eerendeugd." 
.,    4.     ..Stro-jonkerus  Aart-inrang  [en]  Breedmiddelia  Ruggesprong". 

In  dezen  staat  is  de  plaat,  op  biz.  295  hier  voren  in  vroegeren 
staat  vermeld,  ingekort  en  daarmede  liet  opschrift  „Le  toume  dds 
charme"  enz.  vervallen. 
,,    B.     ..Lichtvoetius  Kuisheids  Spion  en  Lucretia        watje  wild." 
.,    6     ..Furieuse    Pater   familias   of  Bruidegoms   Vader,    en    Goedertje 

vrolyk  leven'. 
De  platen  van  dit  vierde  deel  zijn  allen  naar  en  door  „Isidore  Coridon 
Fi«lelc".  Danr  in  de  platen  B.  en  O.  van  het  Ile  deel  de  geëntrelaceerde 
I.  O.  F.  aangevuld  zyn  tot  I.  C  Folkema,  acht  Muller  Isidore  Coridon 
Fidelle  den  pseudoniem  van  I.  C  Folkema.  De  rand  om  plaat  12  van  het 
eerste  deel  heeft  echter  nis  teekenaar  lohann  C^ristoph  Fillisch.  Zoouls 
men  ziet  zijn  in  beide  namen  de  voorletters  dezelfde. 
Dit  kort   overzicht  van  een  zeker  merkwaardige  kollektie  spotprenten, 


Digitized  by 


Google 


492  OBOOT  TAFBKBIL   DU   DWAA8HSID  1790 

di*  MMT  weioiii^  Toorkomt,  moge  MoigiiiiB  in  fliaat  vju  de  niei-baiUeri 
eeo  denkbeeld  van  het  geheel  te  geTen. 

OmtreDt  geen  der  grmvean  Tan  dit  dwergeotooneel  schynt  bixoodcr 
veel  bekeod.  Veo  Bjnden  en  vmn  der  Willigen  swijgen  over  de  meesten 
en  Immeneel  en  Knunm  mtken  het  niet  teel  beter,  wet  te  onbegr^pe- 
lyker  ie,  omdat  de  gravaree  lang  niet  tot  de  alechtate  van  dien  tijd 
behooren. 

Wilhelm  Koning  was  biykens  de  inechriften  uitgeTer  van  'teerste  en 
tweede  deel,  Wilhelm  Engelbartua  Koning  staat  echter  als  uitgever  op  de 
beide  registers  dier  deeleo,  op  al  de  platen  van  deel  III,  op  de  nienwe 
randen  van  dit  deel  en  op  de  platen  1,  3  en  4—6  van 't  ,,4  deel'; 
van  dit  laatste  deel  hebben  al  de  randen  het  adres  van  W.  Koning. 

Ia  hiermede  de  beachryving  van  het  ook  door  Muller  vermelde  Dwer- 
gentooneel  ten  einde;  van  een  duitsche  kopie  dexer  prenten  is  hi«'  een 
stel  aanwexig,  waaraan  alleen  de  nommers  1  (titel)/4, 15  en  37  ontbreken. 
Elke  plaat  heeft  een  1 — S-reg^elig  onderschrift  en  een  4-  of  6-regelig 
versje  in  duitsche  of  latijnsche  letter  gegraveerd,  terwyi  alle  hetidide 
nommer  hebbeo  als  het  origineel  en  er  onder  enkele  staat:  „Oum  Privil. 
8.  C.  M." 

De  beachryving  van  Muller  vergeiy kende  met  de  hier  gegevene  zouden 
dus  de  volgende  staten  van  deze  serie  prenten  bestaan: 

a.  De  origineele,  niet-hoUandsche  uitgave. 

b.  De  eerste  hollandsche  uitgave  van  1710;  d.  L  zonder  randwerk  om 
de  voorstellingen;  met  de  eerste  acht  plaa^es  nog  niet  veranderd  voor 
het  „Qroote  Tafereer*;  zonder  de  byprenten  bij  het  eerste  en  tweede 
deel  en  ook  zonder  deel  Hl  en  IV. 

c.  Dezelfde  als  I,  nu  in  de  hierboven  beschreven  randen,  en  met  de 
registers  achter  plaat  34  en  plaat  50,  in  geiykaoortig  randwerk  als  de 
overige  prenten. 

d.  De  tweede  hollandsche  uitgave  van  1730,  met  bgprenten,  derde  ea 
vierde  deel;  de  registers  aangevuld  met  de  beschrijving  der  bijprenten 
en  a^edrukt  in  de  a£tooderIgk  daarvoor  vervaardigde  randen. 

e.  De  duitsche  kopie  hierboven  door  my  vermeld. 

Van  de  door  Muller  onder  No.  8695c  beschreven  verkleinde  kopie  zag 
ik  geen  plaat. 

Om  de  gpeiykheid  van  onderwerp  en  ongeveer  gpeiyktydige  uitgave. 
volgt  hier  nog  de  beschryving  van  eenige  dwergvoorstellingen  in  deze 
kollektie  aanwezig,  waarby  er  enkelen  zyn  uit  lateren  tyd. 

I.  1.  ,,Bra8iliu8  8nuiftabak,  Inventeur  der  k  la  modise  Perruken."  — 
,. Hektor   Brandewyns  neus,  Generaal  over  de  Indiaanse  Vleder  muizen/' 

Onderschriften,  met  Awee  4*regelige  hollandsche  verzen,  gegraveerd 
onder  de  eerste  van  een  reeks  van  twaalf  voorstellingen,  met  twee 
OMmneiyke  of  vrouweiyke   dwergen   op  elke  prent,  die  samen  schermen 


Digitized  by 


Google 


1720  HIT  OWBROBNTOONBBL  493 

of  boksen,  't  Zyn  alle  gravurM  langw.  iD-4^.,  z.  n.  ▼.  gr.,  naar  ik  yermoed 
kopiöD  van  buitenlandsche  prenten  en  in  den  recbterbenedenboek  ge- 
nummerd 1  tot  IS. 

Hier  Tolgen  de  onderscbriften  der  elf  overicfe: 

S.  f.Sennor  Markotpbo,  Gouverneur  van  de  groote  Belt"'  —  „Monsieur 
Langnaao,  Inspecteur  der  wel  verordineerde  Knevel  baarden.*' 

3.  „Bartbel  Buttenak,  opperste  Trawant  van  de  Etens  kast/*  ~  „Qerrit 
Knolkin,  Regent  over  de  Murmel  dieren.** 

4.  ^fMademoiselle  Couragie,  opperste  Heersseres  over  de  nieuwe  Rozen.*' 
—  „Madame  Wonderscboon,  of  't  luffer^e  met  de  kleine  Neus." 

5.  „Ambroeius  Flashaer,  Oversten  over  een  Regiment  Kromsnavels.*'  — 
„Pampbilius  Boggelinus  Bregardier  over  de  Markt  broeders.'* 

0.  „Hans  Hamvlegel  Toren  wagter  uit  Oogeschikt-huisen."  —  „Nikkel 
Rustladen,  Directeur  der  vier  potige  Westphaalse  Kanarie-vogels." 

7.  „Vincentius  Podezini,  Secretaris  der  gróte  gegalloneerde  Pluim 
•hoeden.*'  —  „Rilian  Brusflek,  Deurwagter  over  de  Zwynstallen  en  gepar- 
fumeerde Varkens  hokken." 

8.  „Magister  Scarmoussi,  wel*verordineerde  Inventeur  van  de  Belagge- 
Ijke  invallen."  —  „Neusmeester  Harlequin,  Groot  jonker  onder  de  boog- 
loffelyke  Pekel harings  femilie.** 

9.  „Hans  Wont,  beroemde  Varkenslagter  of  opperste  las  der  speel- 
kaarten.'* —  „Singneur  ürian,  Generaal  Luitenant  over  de  Africaanse 
meerkatten." 

10.  ,.Heqtor  Waanbelden  moed,  overste  Stadhouder  in  *t  land  der 
Huuwljks  sUven."  —  „Blandina  Huisfurie,  gepreviligeerde Inspectoresze 
van  Knorwerven.** 

11.  „Alezander  Moorsneus,  kapitein  over  de  Béren-bjters."  —  ,.Chan 
Vizilipusli,  Wapendrager  van  den  gróten  Tamerlan.** 

12.  „kleine  Stoffel  Smeerlap,  groot  inventeur  der  gebraaide  Kousze- 
banden.*'  —  „Niklaas  Roodkop,  Stiefzoon  van  de  doorlugtigste  der  Ezel 
-dryvere." 

II.  „Bartbolomeus  Kleinkop,  wel  gemaakt  Dans-  en  exercitie  meester 
van  het  doorlugtig  huis  der  Bokke  baarden."  —  „De  schone  Benezephora, 
die  om  haar  Galantigheid  in  het  dans  zen,  de  Klokspeis  der  lUvens  is 
genaamt" 

Onderschriften  met  twee  4-regelige  hoUandsche  verzen,  in  twee  rijen, 
gegraveerd  onder  de  afbeelding  van  een  mannelgke  en  een  vrouwelijke 
dwerg,  samen  dansende.  Gravure  langw.  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.,  maar  zeker 
van  dezelfde  hand,  die  de  vorige  twaalf  graveerde.  Rechts  onderaan 
gemerkt:  „7**. 

Ik  houd  dit  voor  de  kopie  van  een  der  duitsche  platen,  hier  onder  den 
titol  ,,Tbeatrali8che  Zwergen  TantzsSchul."  aanwezig.    Die  gegraveerde 


Digitized  by 


Google 


494  GROOT   TAFBRBBL   DBE   DWAASHEID 


1720 


titel  staat  onder  de  eerste  wnn  een  twaalftal  daitsche  grayores  laogw. 
in-fol.,  z.  n.  y.  gr.  Op  ieder  der  oyerige  platen  is  een  paar  dansende 
dwergen  a%ebeeld,  op  den  titel  het  orkest,  uit  vier  man  bestaande,  yiraarbij 
één  dansende  dwerg  en  twee  andere  personen.  Twee  muzikanten  zitten 
op  een  doedelzak,  waaruit  een  man,  door  een  kraan,  bier  tapt  De  achterste 
muzikant  blaast  op  een  flageolet,  waaruit  allerlei  worsten  en  taarten 
vliegen  in  den  mond  van  deu  meest  rechts  staanden  yioolspeler. 

III.  Het  begin  der  achttiende  eeuw  schijnt  een  groot  yermtiak  te 
hebben  gevonden  in  de  dwergen-afbeeldingen.  Zoo  zijn  in  deze  verzame- 
ling nog  vijf  duitsche  dwergen-ynorstellingen,  de  vijf  zinnen  vertoonende. 
Onder  iedere  prent  is  een  4-regelig  versje  gegraveerd,  met  de  opschriften : 
„Das  Sehen.",  „Das  Gehore.",  „Der  Geruch.",  „Der  Geschmack.",  „Daa 
Fühlen".    Gravures  infol..  z.  n.  v.  gr. 

IV.  Vnn  een  andere  serie  der  vijf  zinnen  zyn  hier  aanwezig:  ..Das 
Qesichte",  „Das  Gehore.",  „Der  Gemch.",  „Der  Geschmack.".  zooalserin 
den  bovensten  ptsHtrand  gegraveerd  is.  ter^'ijl  hier  onder  elke  voorstelling 
alleen  vier  versregels  staan,  eveneens  gegraveerd.  Onder  de  eerste  dezer 
gravures  infol.  *t adres:  ,.Joh:  Christoph  Weigel,  excudit." 

V.  Er  bestaat  nog  een  serie  prentjes,  waarvan  de  Nos  2—4.  7—9. 
13  en  14  hier  aanwezig  zgn. 

Het  zijn  ook  dwergen-voorstellingen,  echter  geheel  anders  van  vorm 
en  teekening.  De  plaatjes  zyn  langwerpig  in-4*.  Onder  ieder  plaatje 
zijn  drie  4regelige  versjes,  in  drie  rijen  naast  elkaar  gegraveerd.  Daar 
de  titel  (No.  1?)  ontbreekt,  is  omtrent  het  doel  der  uitgave  niets  zekers 
te  zeggen.  Toch  houd  ik  het  er  voor  dat,  ten  minste  sommige  dezer 
prentjes  niet  zonder  eenige  beteekenis  z^n.  Eén  of  meer  dwergen  te 
paar4  z^n  de  hoofdpersonen  der  plaatjes,  terwijl  de  standen  der  paarden 
aan  de  r^school  schijnen  te  zgn  ontleend. 

Ofschoon  de  voorstellingen  zich  moeilijk  met  een  enkel  woord  laten 
beschrijven,  vermeld  ik  de  hoofdfiguur  en  geef  den  eersten  regel  van  *t  ven$. 
De  platen  zijn  in  den  rechterbenedeithoek  genommerd  met  het  cijfer 
door  mij  vóór  aan  de  beschrijving  gesteld. 

2.  Een  dwerg  op  een  stappend  paard  in  caroussel  rijdend.  De  pikeur 
heefl  het  bij  den  toom. 

„Nu  draaft  de  klepper  naar  de  maat",  enz. 

3.  Een  dwerg  valt  van  een  steigerend  paard  in  een  hooikorf,  die  twee 
andere  dwergen  ophouden. 

„Zagt,  zagt  Pigmeentje!  niet  te  stout",  enz. 

4.  Een  dwerg  op  een  galopeerend  paard  rondom  een  paal  rijdend. 

„Zo  moedig  was  ook  Don  Quichot",  enz. 
7.    Een  paard  in  vliegenden  galop.  De  dwerg  klemt  zich  krampachtig 


Digitized  by 


Google 


17!M) 


HBT   DWBRQRNTOONEBL  495 


aan   de   manen   yast  en  staM  met  beide  beenen  tegen  den  hals  yan  bet 
paard,  in  plaats  yan  in  den  zadel  te  zitten. 

,,Zo  leerd  de  klepper  met  een  yaart',  enz. 
8.    Op   een   paard,   dat   vliei^end   door   een    renbaan   loopt,  zitten  drie 
dwergen.     Achterop    een    ten    achterst   yoreo,    die    roet   een   braad paD(?) 
het  beest  tot  loopen  aanzet.  Voorop  twee  dwergen  op  elkaar;  van  welken 
de  boyenste  naar  den  ring  steekt. 

„Weg  Roeland,  weg  Esplandiaan",  enz. 
0.     Een   dwerg   schiet,   in    vollen  ren,  niet  een  roonsterpistool  een  kop 
van   een    voetstuk.     Door   den    wind,  die  het  pnard  achter  uitlaat,  wordt 
een  dwerg  ter  aarde-  en  een  ander  in  de  hoogte  geworpen. 

.,Gy  weet  uw  Doel  vry  wel  te  reken",  enz. 

10.  Een  dwerg  steekt  roet  zijn  degen  naar  een  Turkenkop;  zijn  paard 
slaat  de  achterpooten  hoog  in  de  lucht  en  de  dwerg  schiet  voorover, 
zijn  hoed  verliezend.  Links  drie  dwergen,  van  welke  één  een  negerhooHl 
op  een  ton  stelt. 

„Oouragie  kanloor!  toon  «w  kragt'\  enz. 

11.  Een  dwerg,  wiens  pruik  afvalt,  op  een  steigerend  paard,  dat  door 
een  tweeden  dwerg  bij  den  staart  vastgehouden  wordt.  Een  derde  dwerg 
ligt  voorover  op  den  grond,  terwyl  een  vierde  zich  de  haren  uit  het 
hoofd  trekt. 

„Dit  zgn  de  vruchten  van  *t  dresseren  ;'*  enz. 

13.  Een  vrouwelijke  dwerg  (amazone)  schiet  op  een  hert,  waaronder 
een  dwerg  ligt  en  dat  door  een  anderen  dwerg  met  een  hark  vaAtgehouden 
wordt.  Eén  dwerg  is  door  het  hert  in  de  lucht  geworpen.  Een  rooorsch 
dwergje  heeft  het  paard  der  rijderes  bij  den  teugel. 

,f*t8a  Amazone  toon  uw  moed",  enz. 

14.  Een  jacht  met  drie  dwergen  te  paard.  Achter  den  voorste  zit 
een  aap  op  *t  paard.    Zgn  meester  reikt  hem  twee  worstjes?  toe. 

^ier  zyn  zy  op  de  Haze  jngt",  enz. 
De  gravuren  zijn  allen  z.  n.  v.  gr. 

VL  „Het  vermaaklyk  gezelschap  Van  HolleboUige,  Koddige,  DroUige, 
Verbaazende,  Raazende,  Drinkende,  Klinkende,  Krakeelende,  en  Speelende 
dwerg-postuuren,        Gedrukt  om  de  Jeugd  Te  wekken  tot  Vreugd,". 

Titel  van  een  vijftiental  afbeeldingen  van  dwergen,  behoorende  in  een 
Enkhuizer-  of  Stichtersalmanak.  Houtgravures  inl2*.,  door  H.  Numan, 
met  een  onbeduidend  4-regelig  versje  onder  elke  afbeelding  en  een  opschrift 
in  één  regel,  beide  in  boekdruk.  Boven  de  eerste  „Siewert  Spits  vnn 
Spitsbergen.";  boven  de  laatste  „Olof  Olferts  van  Olfertswoude.",  terwijl 
ook  bij  de  overige  zooveel  mogelijk  de  allitteratie  gevolgd  is. 

Onder  de  zeven-en-vijftig  houtblokjes,  in•12^  en  in  16*.,  dwergen  en 
straatfiguren  voorstellende  en  afgedrukt  op  een  hier  aanwezige  prent 
iufplano,  komen  enkele  dezer  dwergen  voor.  Boven  de  plaat  staat :  „Houtsne 


Digitized  by 


Google 


496  OEOOT  TAVBEKBL   DBR   DWAASHEID  17^0 


figuren  Tin  Isuk  Tin  OsUde.'*  Biykens  ket  pipier  kwam  deze  prent  in 
de  19^  eenw  uit. 

Op  een  hierbijgeToegden  ,,boerenbedrieger''  is  onder  meerdere  boek- 
prentjes  een  eoortgeiyke  dwergenfiguar  a%eteekend;  *t  opschrift:  (Domi}- 
,.nicu8  Domp  Tin  Dompen  "(burg),  dat  boTen  geen  der  vyftien  bier  Toren 
Termelde  Toorkomt,  geeft  recht  tot  bet  vermoeden,  dat  er  meer  dan 
één  serie  dezer  prentjes  in  almanakken  is  opgenomen. 

Een  prentje  Tan  een  loterijspel,  ook  op  dezen  schijnbedrieger  nage- 
teekend  en  dat  mij  in  origfinali  niet  bekend  is,  vertoont  een  bellenblazer, 
mei  onderschrift:  „'t  Is  maar  wind  Negotie/' 

De  teekening  in  kleuren  is  in-4*.  en  door  C.  Tan  ZuTderboudt.  1770. 

VII.  ..'tgemeene  best  der  Fnaije  dwergen,  die  niemands  Oogen  zullen 
tergen,  maar  daar  't  gezicht,  dat  kunst  bemint,  een  we^ndlyk  vermaak 
in  vindt.  Gedrukt  om  die  'tleezen  Tot  vreugde  te  wezen/' 

Onder  dezen  titel  in  boekdruk  komen  vijftien  dwergen  afbeeldingen 
in  houtgravure  voor  van  H.  Numsn,  in  den  AlmanacA,  Op  'tScJihi. 
Jaar  ons  Hefren  Je$n  CAristi,  1788.,  een  uitgave  in-16*.  der  Erfgen. 
van  de  Wed.  Com.  Stichter,  om  het  vignetje  op  den  titel,  dat  een  koster 
voorstelt,  die  de  lichten  in  de  kerk  uitdooft,  tot  voor  eenige  jaren  en 
misschien  ook  nu  nog  wel,  als  „kostertje"  bekend.  Ook  hier  is,  als  bij 
de  vorige  serie,  de  allitteratie  zooveel  mogelijk  toegepast,  zoo  vindt  men 
er  onder:  „Klaas  Klemband.",  „Rozette  Rondhooft.",  „Naerstige  Neeltje  ". 
„Guillaume  Grosseven tre."  enz. 

VIII.  „D'Heer  John  Skinner  Gebooren  tot  PluTmuyden  in Kngelant, 
is  twee  voeten  en  een  half  lanck,  is  S5  jaeren  out,*\ 

Onderschrift  met  4-regelig  vers,  gegraveerd  onder  de  afbeelding  van 
dezen  dwerg,  die  zeker  ook  Holland  en  de  Zuidelijke  Nederlanden 
bezocht.  Gravure  kl.  in-fbl.,  „Gasp:  Bouttats  fecit  Antver:".  Het  vers 
begint:  „Dit  is  dien  Goliath,  het  s'werelts  Achste  Wonder,"  enz.  (Zie 
ook  blz.  488  hier  voren). 

IX.  „I^  Petit  Nain  sans  Pareil,  Nommé  Gerard  Vanweik  né  en 
Hollande  en  1710.  Sa  hauteur  est  de  deux  pieds  trois  poulces  lagrosseur 
de  sa  Tete  fait  la  hauteur  de  sa  personne.  On  a  {sic)  jamais  vu  soo  pareil. 

Gerardus  Vanweik  gebürtich  auss  Holland  anno  1710.  man  hat  Sein 
Kleichen  {tic)  nicht  gesehen.*' 

Onderschrift  onder  de  afbeelding  van  een  dwerg,  wiens  hoofd  even 
groot  is  als  zijn  overige  lichaam.  Naast  hem  een  kist,  waarop:  ,.Homme 
sans  Pareil.'*  Gravure  in-4*.,  z.  n.  v.  gr.  of  adres. 

Men  zie  ook  de  nommers  S0S5  en  8930  in  deel  V  hierna. 


Digitized  by 


Google 


1720  APBN8PBL  497 


▲pmflPSL. 

3536.     „L'origine  des  singes  ne  perira  samais  {sicjj 
on  Les  Voit  en  tonts  Lieox  Jnsqne  dans  les  palais". 
„Hier  telen  d*^pen,  men  kan  't  Apenspel  niet  derren. 
Des  Zalme  noit  't  geslacht  der  Apen  n^  Zien  sterren." 

Fransch  en  hollandsch  ODderschrilt  onder  een  plaat,  waarop  een  kraam- 
kamer  is  afbeeld.    Zy  is  de  eerste  eener  serie  van  zestien  platen  door 
Muller  (No.   S09A)   als   het   „Apenspel"   genoemd,   doch   niet   nader  be- 
schreyen. '}    Ik   vermeld  daarom  met  een  enkel  woord  de  voorstellingen, 
waarin   telkens  apen   als   menschen   optreden   en   schrijf  van  elke  plaat 
alleen  het  hollandsch  onderschrift  af. 
2.    „Den  Aap  draagt  Melk,  en  strijkt  de  tepels,  mals  van  aart, 
schoon  'd  Aap  is  staarteloos,  hy  speelt  graag  met  den  staart". 
Melkery. 
S.    „Dees  Aap  zwetst  op  zijn  zalve,  en  Apen  hem  begluuren. 
Hg  pronkt  met  Brieven,  en  maakt  loutere  Apenknuren." 
Kwakzalverstheater. 

4.  .fDeee  speelt  voor  Charletan,  die  waagt  z^n  kale  poort, 
Op  't  Touw,  en  deze  danst  met  schaatsen  op  de  Koort** 
Koorddansersspel. 

5.  „Kop  Koffij,  pijp  tabak,  roept  Keesje  *t  Aapjes  vrintje; 
Zg  brant  *er  boven,  en  gaapt  naar,  een  wintje." 
Koffiehuis. 

0.    „Het  Zw^n  en  Horenbeest  ontvlugten  't  dootsgevaar, 

En  d'Aap  steekt  binnens  poots  zijn  Varken  door  het  haar." 
Varkenslachterg  op  straat 

7.  ,,Kijk  eens  d'Aapteker,  en  Zyn  Zalven  en  Konserven, 
Met  z^n  Clisteer  spuit  hier  door  al  deze  Apen  Zwerven.** 
Apothekerswinkel. 

8.  „Bombario,  den  Aap,  brengt  Rook  en  Wint  te  koop. 
Vat  de  Apen  b\j  den  Neus,  en  blaast  hen  Overhoop/* 
AxTiBHANDEL.    Zie    voor  de   uitvoeriger  beschrgving  dezer  prent 
blz.  475  hier  voren. 


1)  Door  plaat  8,  als  bijprent  van  het  „Groote  tafereel"  onder  N*.  10  A 
op  blz.  475  hier  voren  beschreven^  behoort  de  hier  vermelde  serie  van 
menschelgke  verrichtingen,  door  apen  uitgevoerd,  in  zekeren  zin  tot  de 
prenten  over  den  windhandel.  Benige  dergeiyke  voorstellingen  van  apen 
syn  daaraan  toegevoegd. 

IT  8S 


Digitized  by 


Google 


498  OEOOT  TAFBBRSL   OU   DWAASHEID  1710 

9.    „DH  komt  Tmn  Bobbels  wilt  te  saorken  en  te  snappen, 
Nu  moet  hier  d'eeoen  Aap  des  anders  schoenen  lappen/* 
Sehoeoaakerswerkplaate.    Ofschoon   door   Muller   bij   de  MjprenteB 
niet    Termeld,    behoort   dit   plaatje   door   't  hollandsch   ondersehrift 
efenaeer  als  de  voriffe  erby  (^penoemd. 

10.  ^Al  de  Apen  hebben  met*er  na^en  't  wonder  drok. 
K^k  d'een  Bordanrt  de  Keurs,  die  flikt  den  Apeorok." 
Klesiyiaheiswwiliplaata» 

11.  „Hier  schreeuwenxe  emmerlok,  als  uytfi^Utene  Apen; 

den  esnen  aap  koopt  Post,  daar  de  andre  staan  naar      gapen'. 

Viachmarkt. 
IS.    „Wat  Apenspel  is  dit?  hoe  Zgnie,  Zot  of  Wys? 

Hier  Valt  hy  op  Zijn  Pens,  daar  Zinkenie  door  'tys.*' 

Usrermaak. 
18.    ,A  Aap  flry  bent  verspidi  dat  komt  van  *t  ApenkroUen; 

de  Meerkat  moet  den  Aap  nu  *t  Venster  ugt  Zien  hollen." 

LiefdeaaTontttur. 

14.  ..Vemoegt  u  Aap  met  *t8pel  der  Apen,  en  laat  Staan, 
Het  Mofflen,  o^  Zult  naar  't  liefde  gekhuis  fraan." 
Kaartspelende  apen. 

15.  „Al  Apen  Zynze  die  het  witte  broot  zien  wegen; 

Hy  kneed  het  Deeg,  en  laat  den  Oven  achoontjes  vegen. ' 

Broodbakker^. 
IA.    ,,Zoo  Apen,  dat  gaat  wel,  stuur  recht  en  met  Verstant, 

Gaat  dit  Zoo  yoor  de  wint  recht  toe  naar  't  Apenlant?" 

Apenacheepvaart. 
Al    deie    graTures    langw.   ini*.,   z.   n.   ▼.   gr.,  zijn  links  onderaan 
genommerd   en    hebben  rechts  het  adres  van  M.  Pool  te  Amsterdam,  op 
de  eerste  met  de  by voeging:  „op  de  Leise  grail  by  de  Heeren  graft" 

Verder  is  hier  aanwesig: 

I.    „Op  Benen  hogen  berg,  het  School  is  van  de  Aapen, 
Daar  zy  aen  Wetenschap  en  konsten  haar  Vergapen." 

Onderschrift  onder  het  eerste  eener  andere  serie  van  16?  plaa^es, 
langw.  in-4^..  waarop  menscheUJke  handelingen,  door  apen  uitgevoerd, 
zyn  a%ebeeld.  Deze  eerste  plaat  heeft  onder  het  versje:  .,M.  Foql  ezc: 
Amstelod:  op  de  Leyze  graft  het  Vyfde  huys  van  de  Heeren  graft." 
Alle  hebben  een  S-rege1ig  hollandsch  doch  geen  frensch  vers  onder  de 
voorstelling.  De  met  een  sterretje  aangewezene  zijn  zonder  adree;  de 
overige  hebben  in  don  rechterbenedenhoek :  ,.M.  Pool  ezc:"  Deze  eerste 
plaat  stelt  den  top  van  een  berg  voor.  Qeheel  bovenaan  een  viertal 
danseade,  drinkende  en  spelende  apen,  links,  iets  lager,  een  aap  met  uil 
op  de  hand,  sterrekg kende,  twee  andere  hg  een  globe.  Iets  meer  naar 
het  midden   twee.    Waarvan  de  een  den  ander  scheert;  rechts  daar  naast 


Digitized  by 


Google 


1730  APBN8PKL  499 

een  oude   aap   vier  jongere   onderwijzende;   geheel   onderaan  een  ziek- 
liggende  aap,   waarby  twee  andere;  één  van  ben  bekijkt  het  water  van 
den  zieke. 
Plaat    S.    Vier  apen  wippende  op 

een  boom.  „Dit  spel  behaegt  haer  ook," 

S.    Blindeman.  „Het  leeven  het  (êie)  zyn  tyt," 

„       4.    Uandjeplak.  ^Het   kinder   spel,  behaegt  de  Aapen 

wonder  soet," 
,,       6.    Danaparty.  „'T  is  kennis  inde  Veenen," 

„       6.    Kegelen.  „De  keegels  staen  Vierkant," 

,,       7.    Vogelvangen.  „De  Aapen  slim  en  loos,  syn  hieraen 

't  Vogel  vangen,'* 
„       8*.  Usvermaak.  „Het  js  is  yslik*'. 

„       9*.  Binnenhuisje.  „Dees  Aapjes  zyn  gerust," 

„     10.    Boerenherberg.  „Dit's  slegs  een  Sinbeeld," 

„     11.    Oeeterparty.  „Wat  dunkt  u  van  de  Aapen," 

„     12*.  Oeldtellen.  „Met   wat  al  sweet  en  zorg  vergaart 

men  hier  de  Schatten," 
.,     13*.  Chirurgijnswinkel.  „Och  Aapjen, 'tzy  gydoetLaeten  "enz. 

„     14*.  Oorlog.  „Het  Oorloge  Vuur  ontsteekt  de  Aapen 

dus  verwoet," 
„     16*.  Ziekbed.  „Och  Aap  gy  loopt  gevaar". 

Daar  geen   der  prenten   van  deze  serie   genommerd   is,   zijn  ze  naar 
eigen  inzicht  geordend.  Indien  er  genommerde  staten  van  bestaan,  houde 
men  hiermede  rekening. 
Van  deze  serie  zijn  hier  twee  staten  aanwezig: 

a.  met  het  adres  van  M.  Pool. 

b.  met  het  adres:  „Leon:  Schenk  Ezc:  Amst:"  Aan  dit  stel  ontbreken 
de  platen  1,  6,  7—9  en  11 ;  er  is  nog  een  zestiende  plaat  bg,  een  school 
voorstellende,  waarvan  het  2-regelig  onderschrift  begint:  „De  plak  die 
wort  ontzien  van  Jongens",  enz. 

II.    „Een  Kater  was  gewoon,  des  Nagts  te  gaan  uyt  krollen. 
Te  soeken  zyn  vermaak,  by  Katten,  en  bij  kollen,"  enz. 

Eerste  twee  regels  van  een  8-regelig  versje  in  twee  rijen  gegraveerd 
onder  de  afbeelding  van  een  wachtkamer  voor  militairen,  waar  apen  in  plaats 
van  menschen  dienst  doen.  Links  wordt  tusschen  twee  apen  een  kater 
in  de  wacht  gebracht.  Men  zie  voor  de  verdere  beschrijving  der  plaat 
No.  3361  hier  voren,  waar  dezelfde  voorstelling,  doch  veel  verkleind 
voorkomt.  De  gravure  iupluno,  naar  D.  Teniers  en  met  „Leon  Schenk 
excud:  Amstelod:"  is  blijkbaar  een  latere  staat  van  de  prent  door  Muller 
vermeld  als  „Apen  Hoofdwacht  of  Corps  de  Garde  te  Amsterdam". 
Behalve  aan   de  sporen  van  wegg^krabde   letters  is  't  ook  zichtbaar  aan 


Digitized  by 


Google 


500  OEOOT  TAPSSUL   BBE  DWAASHEID  1720 

de  xwarto  lyn  tw  i^de  «d  boTenaan  de  prent,  die  bg  den  Troegeren  statt 
zeker  ook  onder  de  Toorstelling  doorliep.    De  plaat  ia  zeer  opgesneden. 
Zie  Toor  een  andere  apenyoorstelling  ook  No.  S860  hier  Toren. 

nL    „Blek  drinct  elk  acfainct  elck  settet  naer  behaghen  an 
Bn  aom  meer  in-neemt  dan  hy  wel  gfaedraghen  can." 
..Hier  oock  op  hun  manier  danaen  sj  om  Terbljen 
Elck  huppelt,  en  elck  apringht,  elck  thoont  ajn  oourtoieyen'*. 
Twee  platen,  een  maalt^  in  de  open  lucht  en  een  danspartij  in  't  veld 
ToorsteMende,    waanran   de   deelnemera  allen  apen  lyn.    Op   de   eerste 
plaat  op   den    voorgrond  linka  zingende  en  guitaarspelende  apen;  rechts 
een   onpaaaelyk   geworden   dame-aap,   enz.    Op  de  tweede  plaat  links  in 
een  boom  een  doedelzak-apelende  aap,  enz.    Twee  gravures  langw.  io4^., 
met  bovenstaande  hollandache  onderechriflen  rechts  onder  de  plaat,  terwijl 
in   't  midden  een   firanach   en   links  een  latijnach  distichon  staat    Oude 
gravures,  z.   n.  v.  gr.,  en  biykens  het  cijfer  4  in  den  linkerbenedenhoek 
der  eerste  plaat  tot  een  serie  behoorende. 

lY.    Apentheater. 

Op  negen  tooverlantaamglazen  zijn,  in  kleuren,  verschillende  handelingen 
uit  het  menscheiyk  leven  en  bedrijf  a%ebeeld,  welke  door  apen  uitgevoerd 
worden.  De  houten  ramen,  waarin  de  glazen  z^n  gevat,  hebben  de  volg- 
nommers  18 — 21  en  maken  alzoo  slechts  deel  uit  eener  grootere  serie.  Zij 
geven,  van  rechts  naar  links,  het  volgende  te  zien: 

Qlas  13.  Een  aap  toont  aan  een  anderen  aap  die  hem  bezoekt,  zijn 
verzamelingen  naturalia,  conchylièn,  voorwerpen  op  liquor,  enz. 

Qlas  14.  Een  advokaat?  —  een  notaris  —  een  dokter  bij  't  bed  van 
een  zieke  —  een  pisk^ker  —  een  aap  liggende  op  een  kruiwagen,  die 
getrokken  wordt  door  twee  apen  en  geduwd  door  twee  andere  —  een 
statiekoeta. 

Olas  15.  Kantoorwerkzaamheden  —  wyndrinkers  —  kaartspel  — 
kolven  —  triktrak  —  biljartspel. 

Olas  16.  LiefdesdekUratie  —  huwelgksvoltrekking  —  feestmaal  —  koop- 
handel —  twee  dansende?  apen  —  statiekoeta. 

Glas  17.  Buitenplaats  —  metselaars  —  „opera"  —  wyudrinkers  — 
narreuslede  —  bibliotheek. 

Glas  18.  Tulpenliefhebbers  —  liefhebbers  van  oudheden  —  penning 
kabinet  —  instrumentenverzameling  —  naturel  iönkabinet  —  kunstbe 
schouwing. 

Glas  19.  Schilderijenkabinet  —  geldtellende  aap  —  de  aap  thuis  — 
de  aap  vult  z\{n  geldkist  —  de  aap  is  ziek  —  de  aap  maakt  zijn 
testament 

Glaa  20.  Dood  van  den  zieke  —  aanzegging  —  familieraad  —  lyk- 
Btatie  —  begrafenis  —  testamentopening. 


Digitized  by 


Google 


1720  APKN8PBL  501 


Glas  21.  De  erfjOfenameD  bij  deu  advoknat  —  pleidooi  voor  de  rechtbank 
—  beteekeniog  van  het  ,.vonni8''  —  de  advoknten  gaan  met  het  geld 
weflc  —  de  teleurgestelde  erfgenamen  rondom  een  tafel. 

Als   slotvoorstelling    heeft   do    schilder  dezer  glazen  zichzelven  als  aap 
nfg'ebeeld.  zittend  aan  een  tafel:  aan  zijn  voeten  pnlet  en   penseel,  achter 
en    terzijde   van    hem  drie  apen,  van  welke  twee  op  hem  wijzen  en  een 
derde  een  papier  in  de  pooten  heeft,  waarop  men  leest: 
„Men  segt  het  meest  is  Aperij 
Maar  wie  is  daar  geheel  van  vrij". 

Hoewel  't  jammer  is  dat  niet  de  geheele  serie  glazen  aanwezig  is, 
geeft  't  hier  beschreven  gedeelte  reeds  oen  aardig  kijkje  op  den  vroegeren 
lust  om  de  handelingen  van  het  menschenleven  voor  te  stellen  als  door 
apen  verricht 


ERRATA. 

£r  is  in  de  nommering  een  groote  fout  geslopen,  die  a&onderlijke 
aanwijzing  ooodig  maakt.  Na  nommer  8327  op  blz.  879  wijzige  men  de 
volgnommers  aldus: 

blz.  881  staat  8521    moet  zijn  3528 


M  384  , 

,   »522 

„   3629 

„  402   , 

,   8524^   ., 

„   8630« 

„  413   . 

,   8524A   „ 

.,   3530A 

„  425   , 

,   3525 

„   3531 

.,  452   . 

,      3526 

„   3532 

„  459   , 

,   3627 

„   3533 

„  477   , 

,   8427    „ 

„   3584 

Op  blz.  424  rcg.  3  v.  o.  wordt  8524«i  dus  3530a. 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


Digiti 


zedby  Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


Digitized  by 


Google 


This  book  shoüld  be  returned  to 
the  Library  on  or  before  the  last  date 
stamped  below. 

A  fine  of  five  cents  a  day  is  incurred 
by  retaining  it  beyond  the  specified 
time. 

Please  return  promptly. 


i 


Digiti 


zedbyGobgle 


Digitized  by 


Google